l6 ocï. 20lg . Allround DTP'er (crebonummer 25L97). Ministerie van Ondenvijs, Cultuur en Wetenschap Datum

Transcriptie

1 Ministerie vn Ondenvijs, Cultuur en Wetenschp >Retourdres Postbus BJ Den Hg ROC Horizon College t..v. de voorzitter vn het College vn Bestuur, mw. A.J. Grootoonk Postbus 30 lboo AA ALKMAAR Dtum Betreft l6 ocï. 20lg Besluit tot ontneming rechten, genoemd in rtikel vn de Wet eductie en beroepsonderwijs Gechte mevrouw Grootoonk, Met mijn brief (kenmerk ), welke 5 februri 2018 n u is toegezonden, heb ik u een wrschuwing gegeven, omdt onderstnde opleidingen niet voldoen n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief, bedoeld in rtikel 6.'1.3, eerste lid, vn de Wet eductie en beroepsonderwijs (hiern: WEB): Medewerker DTP (crebonummer 25198); en. Allround DTP'er (crebonummer 25L97). Bij die gelegenheid heb ik ngegeven dt gelet op het dvies vn de Commissie Mcrodoelmtigheid MBO (hiern: CMMBO) d.d.7 december 2017 (kenmerk ) u zo spoedig mogelijk doch uiterlijk 3 mnden n dgtekening vn de wrschuwing ervoor zorg dient te drgen dt voornoemde opleidingen bij uw instelling voldoen n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief door niet lnger studenten op deze opleiding in te schrijven en - in overleg met het Medicollege Amsterdm - ervoor te zorgen dt de zittende studenten de opleiding kunnen fronden. M ddelbr Beroeps onderw js Rijnstrt 50 Den Hg Postbus BJ Den Hg www, r jksoverheid, nl contctpersoon c.a.m. vn Weerelt T+3163L c..m,vnweerelt@minocw.nl onze referentie Een belnghebbende kn tegen dit beslu t b nnen zes weken n de dg wrop het besluit hem is toegezonden schriftelijk bezwr mken, De bel ng hebbende d ent d rtoe een bezwrschr ft n bíj De min ster vn Onderw js, Cultuur en Wetenschp of De min ster voor Bs s- en voortgezet Onderwijs en Med, onder vermelding vn "Bezwr", ter ttent e vn DUO Be zw r sch r fre n co m m ss i e, Postbus 30205,2500 GE Den Hg. Meer informt e over het mken vn bezwr vindt u op nl/zkel ijk onder 'Oneens met Duo'. Anleiding voor voornoemd dvies vn de CMMBO is het onderzoek dt de CMMBO heeft verricht nr nleiding vn een verzoek vn het Medicollege Amsterdm over het verschil vn inzicht met uw instelling over de strt vn voornoemde opleidingen per studiejr 2OL N onderzoek heeft de CMMBO het Medicollege Amsterdm en uw instelling te kennen gegeven dt uw instelling voor voornoemde opleidingen hr zorgplicht rbeidsmrktperspectief, bedoeld in rtikel 6.1.3, eerste lid, vn de WEB, niet heeft ngeleefd. Op bsis drvn heeft de CMMBO uw instelling gedviseerd de opleidingen Medewerker DTP en Allround DTP'er te beëindigen op een wijze dt huidige studenten hun opleiding kunnen fronden en er geen nieuwe instroom vn studenten meer pltsvindt. Omdt uw instell ng heeft ngegeven het dvies ván de CMMBO niet over te nemen en de opleidingen Medewerker DTP en Allround DTP-er te continueren heeft de CMMBO mij gedviseerd gebruik te mken vn mijn wettelijke bevoegdheid tot het ontnemen vn de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB. Met uw brief vn 19 december jl. (kenmerko57.2ol7 AGr.rr) heeft u een rectie op het dvies vn de CMMBO n mij doen toekomen/ mr Pgin 1 vn 9

2 deze gf geen nleiding f te zien vn een wrschuwing ls bedoeld in rtikel 6.1.5, lid2, vn de WEB. onze referent e L Bij brief vn 13 mrt 2018 heeft u bezwr gemkt tegen voornoemde wrschuwing. In het telefoongesprek dt u op 4 juli 2018 met mw. I. Vossenr, directeur vn de directie Middelbr Beroepsonderwijs vn dit deprtement, heeft gevoerd, heeft u desgevrgd vermeld geen gevolg te hebben gegeven n de in voornoemde wrschuwing gestelde mtregelen. Bij brief vn 5 juli 2018 (kenmerk BNB-20Le/8542 M) heb ik uw bezwr tegen voornoemde wrschuwing ongegrond verklrd. Met mijn brief vn 10 juli jl. (kenmerk ) is het voornemen tot het ontnemen vn de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, n u bekend gemkt. U heeft de mogelijkheid gekregen om binnen zes weken n dgtekening een zienswijze in te dienen. U heeft vn deze gelegenheid gebruik gemkt met uw brief vn 25 juli 2018 (kenmerk AG.rr). Op 24 juli jl. heeft u beroep ingesteld tegen mijn beslissing op bezwr vn 5 juli 2018 bij de rechtbnk te Alkmr. Besluit Gelet op het feit dt de wrschuwing ongedteerd ws en op 9 februri 2018 door u ontvngen is, is de termijn vn drie mnden eerst met de ontvngst vn de wrschuwing ngevngen. Omdt u niet binnen de gestelde termijn gevolg gegeven heeft n de in de wrschuwing gestelde mtregelen besluit ik om uw instelling op grond vn rtikel 6.2.3b, eerste lid, vn de WEB de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, vn de volgende opleidingen met ingng vn 1 ugustus 2O2O te ontnemen: Nm ooleidinq Crebo nr. Leerweo Medewerker DTP BOL/BBL Allround DTP'er 25r97 BOL/BBL Ik wijs u erop dt ontneming vn de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB (zijnde het recht tot diplomering en ontvngst bekostiging) betrekking heeft op de gehele opleiding en drmee dus op lle locties lsmede op lle onderwijsprogrmm's vn de leerweg bol en bbl wrin die opleiding door uw instelling wordt verzorgd. U bent verplicht er zotg voor te drgen dt de studenten hun opleiding binnen de gestelde termijn kunnen fronden dn wel hun opleiding elders kunnen voortzetten zonder dt de studenten hier hinder vn ondervinden. Wettelijk kder onderzochte opleidingen Op grond vn rtikel 6.1.3, eerste lid, vn de WEB zorgt het bevoegd gezg ervoor dt een beroepsopleiding lleen door de instelling wordt ngeboden ls er n beëindiging vn de opleiding voldoende rbeidsmrktperspectief is voor de studenten. Onder rbeidsmrktperspectief wordt in ieder gevl verstn het perspectief voor gediplomeerde schoolverlters op het binnen een redelijke termijn vinden vn werk op het niveu vn de gevolgde opleiding. Het derde lid

3 vn dtzelfde rtikel beplt dt het bevoegd gezg ervoor zorgt dt een beroepsopleiding lleen door de instelling wordt ngeboden ls de verzorging vn die opleiding, gelet op het geheel vn de voorzieningen op het gebied vn het beroepsonderwijs, doelmtig is. Onze referentie Krchtens rtikel 6.L4, eerste lid, nhef en onderc, vn de WEB kn de minister besluiten dt ten nzien vn een beroepsopleiding die de instelling verzorgt, de rechten, genoemd in rtikel vn de WEB gedurende twee jr worden ontnomen indien niet of niet meer wordt voldn n een of meer zorgplichten, bedoeld in rtikel vn de WEB. Artikel 6.I.4 vn de WEB beplt voorts dt de minister beleidsregels vststelt omtrent de uitoefening vn de bevoegdheid ls bedoeld in rtikel 6.L.4, eerste lid, onder c, vn de WEB. Met ingng vn 24 december 2015 is de Beleidsregel mcrodoelmtigheid (hiern: Beleidsregel) in werking getreden. Bij de toepssing vn deze beleidsregel kn de minister zich lten dviseren door een onfhnkelijke dviescommissie. De CMMBO is dftoe ngewezen' Ingevolge rtikel 6.1.5, lid 2, vn de WEB geeft de minister voordt hij een beschikking neemt op grond vn rtikel 6.t.4, eerste lid, onder c' vn de WEB n het bevoegd gezg een wrschuwing op grond vn zijn bevindingen ten nzien vn de nleving vn een of meer zorgplichten, bedoeld in rtikel vn de WEB, wrbij wordt bepld n welke mtregelen het bevoegd gezg gevolg dient te geven. An de wrschuwing kn een terniijn vn ten minste drie mnden worden verbonden wrbinnen n de mtregelen gevolg moet worden gegeven. In rtikel 3 vn de Beleidsregel is bepld dt een onderzoek nr de nleving vn de zorgplicht rbeidsmrktper:spectief dn wel de zorgplicht doelmtigheid onder meer gestrt kn worden indien een of meer instellingen, het bedrijfsleven, een gemeente of ndere belnghebbenden drtoe een verzoek hebben ingediend in verbnd met een vermoeden vn niet-nleving vn een dn wel beide genoemde zorgplichten In rtikel 4 vn de Beleidsregel is vervolgens bepld wnneer er in elk gevl nleiding is voor een onderzoek nr de nleving vn de zorgplicht rbeidsmrktperspectief bij een beroepsopleiding, te weten indien blijkt dt:. Ruim een jr n fstuderen 30olo of meer vn de gediplomeerden vn de betreffende beroepsopleiding geen bn heeft gevonden, of b. Ruim een jr n fstuderen 50o/o of meer vn de werkende gediplomeerden vn de betreffende beroepsopleiding geen bn heeft gevonden op het niveu vn de opleiding Krchtens rtikel 5 vn de Beleidsregel wordt n de hnd vn in ieder gevl de volgende criteri beoordeeld of voldn is n de zorgplicht rbeidsm rktperspectief :. heeft 7oo/o of meer vn de gedíplomeerden vn de betreffende beroepsopleiding ruim een jr n fstuderen een bn gevonden; b. heeft 50o/o of meer vn de werkende gediplomeerden vn de betreffende beroepsopleiding ruim een jr n fstuderen een bn gevonden op het niveu vn de opleiding;

4 c. heeft het bevoegd gezg zich voldoende rekenschp gegeven vn de verwchte behoefte n gediplomeerden vn de betreffende beroepsopleiding op de regionle rbeidsmrkt, hetgeen wordt ondersteund met ctuele en zo volledig mogelijke dt wrmee die behoefte nnemelijk wordt gemkt; d. heeft het bevoegd gezg in voldoende mte bezien, indien het een beroepsopleiding betreft die mede op de lndelijke rbeidsmrkt is gericht, wt de verwchte behoefte n gediplomeerden op de lndelijke rbeidsmrkt is, en is op bsis hiervn het nbieden vn de betreffende beroepsopleiding te rechtvrdigen; e. heeft het bevoegd gezg bij het inschrijven vn deelnemers in voldoende mte met ndere nbieders vn eenzelfde beroepsopleiding fstemming bereikt met het oog op het rbeidsmrktperspectief vn de betreffende beroepsopleiding; f. heeft het bevoegd gezg zich voldoende rekenschp gegeven vn de bijdrge vn de betreffende beroepsopleiding n doorstroom nr een hoger opleidingsniveu of nr het hoger beroepsonderwijs; g. heeft het bevoegd gezg onderzocht of de benodigde beroepsprktijkvormingspltsen in voldoende mte beschikbr zijn voor het ntl deelnemers vn de betreffende beroepsopleiding, en h. borgt het bevoegd gezg de toegnkelijkheid vn onderwijs voor knsrme groepen in de rbeidsmrktregio met het verzorgen vn de betreffende beroepsopleiding. onze referent e De hiervoor genoemde regelgeving is te rdplegen vi Zienswijze U heeft bij brief vn 25 juli 2018 uw zienswijze kenbr gemkt. Kort en zkelijk weergegeven omvt uw zienswijze de volgende punten: U bent vn mening dt zowel mijn voorgenomen besluit vn 10 juli 2018 ls het dvies vn de CMMBO berusten op een onjuiste toepssing vn de zorgplicht rbeidsmrktperspectief en dt drbij sprke is geweest vn een onjuiste fweging vn lle betrokken belngen. Drtoe verwijst u nr het beroepschrift dt u heeft ingediend tegen mijn beslissing op bezwr vn 5 juli 2018, wrin drover het volgende is opgenomen: U bent vn mening dt lleen vn de bevoegdheid tot het onttrekken vn de rechten ls genoemd in rtikel vn de WEB gebruik gemkt kn worden ls het bevoegd gezg een onredelijke uitleg of toepssing heeft gegeven n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief. Het kn volgens u niet zo zijn dt de bevoegdheid vn het bevoegd gezg om te beplen welke beroepsopleidingen de instelling verzorgt (rtikel vn de WEB) en de wijze wrop invulling wordt gegeven n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief integrl overgt nr de CMMBO en de minister. Drnst stelt u zich op het stndpunt dt het in csu gt om beroepsopleidingen die zijn opgenomen in de lndelijke kw I ifictiestructu u r beroepsonderwijs. Deze gehele structu u r is recent volledig herzien, inclusief de kwlificties DTP. Op grond vn rtikel 7'2.4, eerste lid, vn de WEB heeft u ngenomen - en mocht dt nr uw mening gezien het systeem vn de wet redelijkerwijs ook doen - dt er

5 lndelijk vrg is nr studenten die worden opgeleid tot medewerker DTP of llround DTP-er. U bent verder vn opvtting dt het niet n de CMMBO is om uit de reeks vn criteri, opgenomen in rtikel 5 vn de Beleidsregel, een selectieve keuze te mken. Het rtikel stelt nmelijk dt n de hnd vn in ieder gevl de veimelde criteri wordt ngegn of n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief is voldn, wrbij de opsomming vermeldt'en' en niet'of. Dit impliceert dt onder mee criterium h vn de Beleidsregel tevens in de fweging dient te worden betrokken, zijnde de verntwoordelijkheid vn het bevoegd gezg voor de toegnkelijkheid vn het onderwijs voor knsrme groepen in de rbeidsmrktregio. U geeft n dt u wel degelijk door een zorgvuldig onderzoek het rbeidsmrktperspectief heeft beoordeeld en in redelijkheid tot het besluit kon komen deze opleidingen te strten. Dt de CMMBO een ndere weging mkt vn indictieve cijfers leidt volgens u npg niet tot de conclusie dt u niet tot het besluit mocht komen deze opleiding te strten. Voorts bent u vn mening dt het Medicollege Amsterdm niet gezien kn worden ls nbijgelegen instelling. Ook heeft wel degelijk fstemming pltsgevonden, lleen heeft dt niet tot inhoudelijke overeenstemming geleid. Het kn volgens u niet lleen u worden verweten dt het niet mogelijk bleek tot concrete fsprken te komen. U stelt dt het Medicollege Amsterdm meermlen heeft ngegeven in het proces niet te willen smenwerken bij het verzorgen vn de betreffende opleidingen, terwijl u dr nr eígen zeggen wel voor openstond. In de beslissing op bezwr vn 5 juli 2018 is overwogen dt de CMMBO inmiddels tot het inzicht is gekomen dt het criterium in rtikel 5, sub g, vn de Beleidsregel vn beperkte betekenis is voor de beoordeling vn het rbeidsmrktperspectief en drmee lleen nog meer de nlyse vn de CMMBO bevestigt. Voornoemde criterium is nr uw mening één vn de belngrijkste gronden voor het oordeel vn de CMMBO dt niet voldn is n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief. Nu dt criterium niet meer vn toepssing is; hd volgens u een heroverweging vn de integrle beoordeling plts moeten vinden en niet slechts een verwijzing nr het dvies. Drbij vindt u dt het op deze wijze toepssen vn de zorgplicht in strijd is met de rechtszekerheid voor instellingen om bij de uitoefening vn op hen rustende zorgplichten een redelijke inschtting te kunnen mken op welke wijze de weging vn criteri plts zl vinden. Vervolgens bent u vn opvtting dt ik bij het intrekken vn de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, onvoldoende rekening houd met het belng vn studenten bij een voor hen toegnkelijk onderwijsnbod in de rbeidsmrktregio Noord-Hollnd Noord en ik onvoldoende de verntwoordelijkheden meeweeg die bij wet n uw instelling zijn toegekend. Om die reden vindt u dt op grond vn rtikel 3:4 vn de Algemene wet bestuursrecht een snctie niet dient te worden opgefegd. " Onze referentie Ten slotte wilt u inbrengen dt het een onmogelijke opdrcht voor uw instelling is om ervoor te zorgen dt de studenten, die per 1 ugustus 2019 nog stn ingeschreven, de opleiding binnen de gestelde termijn kunnen fronden dn wel elders vooftzetten zonder dt de studenten dr hinder vn ondervinden indien uw instelling de rechten ls genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB worden ontnomen voor de desbetreffende opleidingen.

6 Rectie op uw zienswijze De WEB heeft ls uitgngspunt de utonomie vn instellingen om binnen de wettelijke kders zelf te beplen welke beroepsopleidingen verzorgd worden. Om tot een fgewogen nbod te komen, zijn er voorts twee zorgplichten voor instellingen in de WEB opgenomen, te weten de zorgplicht rbeidsmrktperspectief en de zorgplicht doelmtigheid. Een instelling moet ten lle tijden n deze zorgplichten voldoen en dus niet enkel in het gevl een ndere instelling een signl fgeeft dt niet voldn wordt. In de WEB is de zorgplicht rbeidsmrktperspectief fgebkend door op te nemen dt het in ieder gevl gt om het tijdig vinden vn een bn op het niveu vn de gevolgde opleiding. Deze zorgplicht geldt zowel voor bestnde ls nieuwe opleidingen, wrbij voor de ltste ctegorie temeer geldt dt een instelling voorfgnd n het strten vn de nieuwe opleiding zorgvuldig fweegt wt de strt vn een nieuwe opleiding voor effecten heeft op het totl n fgestudeerden en drmee op hun rbeidsmrktperspectief. Dt een kwlifictie vstgesteld wordt en drmee opgenomen wordt in de kwlifictiestructuur mkt niet dt deze opleiding ongelimiteerd ngeboden kn worden. Het is n instellingen om - l dn niet met ndere instellingen te bezien - wt de behoefte n fgestudeerden op de (regionle) rbeidsmrkt precies is. Anders dn u stelt, ben ik derhlve niet vn mening dt het enkele feit dt een kwlifictie is vstgesteld, mkt dt een instelling deze zonder meer kn nbieden. Onze referent e L Iedere instelling zl bij het vststellen vn het nbod de zorgplicht rbeidsmrktperspectief in cht moeten nemen. Indien er signlen zijn dt een instelling niet voldoet n deze zorgplicht en zelfregulering niet geleid heeft tot een oplossing kn ikde rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, ontnemen n een instelling. De CMMBO dviseert mij in dt kder op grond vn de in de Beleidsregel opgenomen criteri. Enkel wnneer een instelling niet voldoet n de n hem opgelegde wettelijke plicht zl ik ls ultimum remedium ingrijpen op de in de WEB vstgelegde utonomie vn instelling. Ik ben derhlve vn mening dt de bevoegdheden vn u ls bevoegd gezg noch zijn overgegn nr de CMMBO noch nr mij. U geeft n dt het niet n de CMMBO is om uit de reeks vn criteri, genoemd in rtikel 5 vn de Beleidsregel, een selectieve keuze te mken. De CMMBO beoordeelt, zols bepld is in de Beleidsregel, de nleving vn de zorgplicht op bsis vn het smenspel vn de in de Beleidsregel genoemd criteri en komt op die mnier tot een fgewogen en zorgvuldig oordeel. De CMMBO heeft het criterium bedoeld in rtikel 5, onderdeel h, vn de Beleidsregel wel meegewogen doch destijds geconstteerd dt dit criterium niet vn toepssing ws. De reden hiervoor ws dt uw instelling zich met de strt vn onderhvige nivell 2 en 3 opleidingen niet expliciet en exclusief richt op'knsrme jongeren'. De CMMBO stelt zich op het stndpunt dt dt het te ver gt lle niveu 2 en niveu 3 jongeren per definitie n te merken ls knsrme jongeren, wetende dt op niveu 2 vk intensiever begeleiding pltsvindt door lle instellingen. Drenboven heeft uw instelling in de werving vn studenten nooit hrd gemkt zich met deze opleiding expliciet te richten op jongeren die in een knsrme en reltief kwetsbre positie verkeren. Ook onderscheidt uw instelling zich niet vn de doelgroep studenten bij het Medicollege Amsterdm, die ook ntoonbr extr begeleiding op niveu 2 nodig heeft. De betreffende opleidingen stonden en stn nu nog steeds open voor nmelding zonder expliciete fbkening nr de doelgroep vn knsrme jongeren. De CMMBO heeft in hr rectie op de

7 opmerkingen vn uw instelling bij het ontwerpdvies toegelicht wrom zij de groep studenten niet in z'n geheel ziet ls knsrme jongeren. Anders dn dt u stelt kom ik tot de conclusie dt de CMMBO lle criteri - voor zover vn toepssing - heeft meegenomen bij hr dvies. onze referent e t U stelt voorts dt u wel zorgvuldig onderzoek heeft verricht lvorens te strten met de betreffende opleiding. Ik ben echter vn mening dt uit de Beleidsregel voldoende blijkt op bsis wrvn de onfhnkelijke dviescommissie tot hr fweging komt. In csu is de CMMBO op bsis vn een uitgebreide nfyse en n hoor- en wederhoor tot de conclusie gekomen dt uw instelling niet de zorgplicht rbeidsmrktperspectief heeft ngeleefd. Drbij bent u meerdere mlen in de gelegenheid gesteld uw stndpunt toe te lichten. Dt u, zofs u stelt, in redelijkheid tot het besluit kon komen op bsis vn het door u uitgevoerde onderzoek nr het rbeidsmrktperspectíef heeft u in deze procedure onvoldoende onderbouwd. U geeft n dt Medicollege Amsterdm geen nbijgelegen instelling is. Medicollege Amsterdm heeft ls vkinstelling een bovenregionle doelstelling door een opleidingsnbod n te bieden dt gericht is op een bedrijfstk of groep vn bedrijfstkken. In die hoednigheid bediende het Medicollege Amsterdm ten tijde vn hét kenbr mken vn uw voornemen reeds de regio Noord Hollnd Noord lwr uw instelling gevestigd is. Drenboven heeft de CMMBO geconstteerd dt er concrete nwijzingen zijn voor de verdringing vn stgeplekken in voornoemde regio doordt uw instelling ook onder de stgeplekken werft wrvn het Medicollege thns gebruik mkt. Om die reden dient het Medicollege dn ook ls nbijgelegen instelling te worden gezien. U stelt zich op het stndpunt dt, nu de CMMBO tot het inzicht is gekomen dt de vrg of de benodigde beroepsprktijkvormingspltsen in voldoende mte beschikbr zijn vn beperkte betekenis is, een heroverweging vn de integrle beoordeling plts hd moeten vinden. Zols reeds in de beslissing op bezwr vn 5 juli 2018 (kenmerk DUO/BNB-2OL8/8542M) is vermeld, heeft de CMMBO op grond vn hr integrle nlyse geconcludeerd dt de zorgplicht rbeidsmrktperspectief niet ngeleefd wordt. Dt de CMMBO inmiddels een voortschrijdend inzicht heeft ten nzien vn de stgeplekken ls indictor doet n die nlyse niet l ngezien deze indictor niet doorslggevend ws voor de conclusie dt de zorgplicht werd overtreden. Integendeel, de beschikbrheid vn stgepltsen ws juist een rgument dt door u werd ngevoerd ter onderbouwing vn het rbeidsmrktperspectief vn de betreffende opleidingen. U merkt vervolgens op dt de wijze wrop de CMMBO de zorgplicht toepst in strijd is met de rechtszekerheid voor instellinþen om een redelijke inschtting te kunnen mken op welke wijze de criteri vn de Beleidsregel gewogen worden. Zols hiervoor reeds vermeld is, is het primire uitgngspunt vn mcrodoelmtigheid de zelfregulering door het mbo-veld. Zelfregulering stt bij de zorgplichten rbeidsmrktperspectief en doelmtigheid dn ook voorop. Zelfregulering houdt in dt instellingen zich bij een voornemen gewg mken vn de effecten die het strten vn een opleiding voor studenten en ndere instellingen heeft. Alvorens te strten dient een instellirìg het overleg n te gn met ndere instellingen die mogelijk eftecten ondervinden vn dt besluit. Instellingen dienen ook een voornemen tot het strten vn een opleiding nderhlf jr vn te voren te melden, zodt ndere instellingen dn degenen

8 wrvn op voorhnd duidelijk is dt zij getroffen kunnen worden door het besluit drvn op de hoogte zijn en de diloog n kunnen gn. Drbij is het geen doel op zich dt instellingen smen gn werken indien zij een dergelijke smenwerking niet zien zitten. Wel dient - indien de zorgplicht rbeidsmrktperspectief of doelmtigheid in het gedrng komt - het gesprek gericht te zijn op een onderlinge oplossing. Indien prtijen er onderling niet uitkomen, kn ik overgn tot het intrekken vn de rechten, genoemd in rtikel vn de WEB: In het kder vn de zelfregulering kunnen prtijen dvies vrgen n de CMMBO. De CMMBO zl drbij eveneens een integrle firueging mken op bsis vn de Beleidsregel. Ik ben derhlve vn oordeel dt de rechtszekerheid vn instellingen n et ngetst wordt. Onze referent e Drnst bent u vn opvtting dt ik bij het intrekken vn de rechten genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, onvoldoende rekening houd met het belng vn studenten bij een voor hen toegnkelijk onderwijsnbod in de rbeidsmrktregio Noord-Hollnd Noord en ik onvoldoende de verntwoordelijkheden die bij wet n uw instelling zijn toegekend, meeweeg. Zols hiervoor reeds is vermeld, grijp ik ps ls ultimum remedium in ls blijkt dt niet voldn is n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief. In csu is gebleken dt u niet heeft voldn n de zorgplicht rbeidsmrktperspectief en dt zelfregulering niet tot een oplossing heeft geleid. Zols hierboven reeds gememoreerd is, zien de betreffende opleidingen niet specifiek op knsrme groepen en zijn er lterntieven. Bovendien ben ik vn mening dt het rbeidsmrktperspectief vn juist deze doelgroep zwr moet wegen. Drom ben ik vn oordeel dt er, voor zover er l gevolgen zullen zijn voor de toegnkelíjkheid vn onderwijs voor knsrme groepen, deze gering zullen zijn en het intrekken vn de rechten, genoemd in rtikel vn de WEB, gerechtvrdigd is. U voert ten slotte n dt het een onmogelijke opdrcht is voor uw instelling om binnen de gestelde termijn vn.l ugustus 2019 ervoorte zorgen dt de huidige studenten hun opleiding f te lten ronden dn wel elders voort te kunnen zetten zonder dt de studenten dr hinder vn ondervinden. De betreffende opleidingen zijn gestrt per 1 ugustus 2018 en zijn tweejrige opleidingen. Het ontnemen vn de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, houdt in dt u niet gerechtigd bent diplom's voor deze opleidingen f te geven. Dit zou tot gevolg hebben dt de reeds ingeschreven studenten niet hun opleiding f kunnen ronden bij uw instelling. Nu het in csu om de zorgplicht rbeidsmrktperspectief gt en de reeds zittende studenten in de gelegenheid gesteld moeten worden om hun studie f te kunnen mken, heb ik besloten om uw instelling in stt te stellen de huidige studenten hun opleiding bij uw instelling f te ronden binnen de gestelde studieduur:. Om die reden zl ik voornoemde rechten ten nzien vn de betreffende opleidingen, die door uw instelling worden verzorgd, eerst met ingng vn 1 ugustus 2020 ontnemen. Gelet hierop dient u met ingng vn studiejr 2AL geen nieuwe studenten meer in te schrijven. Alles overwegende bevt de door u ngevoerde zienswijze geen zodnige rgumenten dt ik mijn voorgenomen besluit vn 10 juli 2018 herzie, met dien verstnde dt nders dn in het voorgenomen besluit is vermeld ps met ingng vn l ugustus 2020 de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, worden ontnomen n de desbetreffende opleidingen.

9 Bekendmking Tot slot stel ik u bij deze gelegenheid in kennis dt de ontneming vn de rechten, genoemd in rtikel 1.3.1vn de WEB, ingevolge rtikel 6.L.4, vierde lid, vn de WEB openbr is. Dit betekent dt het besluit door derden kn worden opgevrgd. De opleidingen wr dit besluit betrekking op heeft, zullen worden gepubliceerd op de website vn de CMMBO. Onze referentie L Tot openbrmking vn dit besluit wordt niet overgegn voordt twee weken zijn verstreken vnf de dgtekening vn besluit. In deze periode kunt u een bezwrschrift indienen en door middel vn een voorlopige voorziening proberen openbrmking houden. Zie voor verdere informtie nl. Hoogchtend, de minister erwijs, Cultuur en WetenschP, rid n n