Uitspraak. van de Huurcommissie

Transcriptie

1 Uitspraak van de Huurcommissie Verzoek Betalingsverplichting kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek; art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte) Woonruimte Spieghelstraat 16 A 2332 BD LEIDEN Hierna te noemen: de woonruimte Zaaknummer Verzonden op Verzonden aan huurder en verhuurder Verzoeker Hierna te noemen: huurder Wederpartij Hierna te noemen: verhuurder Kern van de uitspraak De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra over het jaar 2015 bedraagt 329, I Verloop van de procedure De Huurcommissie ontving op 14 oktober 2016 een verzoek van de huurder. Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra over het jaar 2015 te beoordelen. Onderzoek door de Huurcommissie De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Daarvoor is in april 2017 een onderzoek in de woonruimte uitgevoerd. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten opgevraagd. De gevraagde rekeningen zijn niet door de verhuurder opgestuurd. De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd. COU2G ENV II Zitting Gegevens zitting Zittingsdatum: Pagina 1 van 5

2 Correspondentie over de zitting De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de zitting van de Huurcommissie. De huurder heeft schriftelijk op 15 mei 2017 zijn standpunt nader toegelicht in een brief met bijlagen. Verklaring van de partijen Korte samenvatting verklaring huurder: Ik verwijs naar mijn brief van 15 mei 2017; De meterkast is niet afgesloten, de rapporteur heeft de meters voor water en elektra gezien; de gasmeter zit in mijn kamer; Ik heb het hele jaar 2015 een hoog maandelijks voorschot betaald; Omdat ik veel afwezig ben geweest, heb ik niet veel verbruikt; De zolderkamer is niet verwarmd; ik maak gebruik van de gemeenschappelijke voorzieningen; de woonvorm is onzelfstandig; Ik heb alle meterstanden opgestuurd, zie mijn overzicht van 11 december 2016; Verder verwijs ik naar het vonnis van de Rechtbank van 9 maart 2016 waarvan ik een kopie voor de commissie heb; In het rapport is een andere berekening gebruikt dan in 2013 en 2014, kennelijk vanwege gewijzigd beleid. Korte samenvatting verklaring verhuurder: De verstandhouding met huurder is slecht; meermaals wordt mijn post onderschept; de Rechtbank heeft geregeld dat er nu 2 voordeuren zijn en dat ik in het pand kan blijven wonen; Het geschatte verbruik is 2.500,00 maar huurder wil daar niets van weten; van elektra en water zijn de meterstanden wel opgenomen; ik verwijs naar mijn brief van 26 december 2016 en diverse mails; ik wil hier graag een pakket documenten tonen aan de commissie; Ik gebruik de zolderkamer als ik in Nederland ben; vanwege mijn vliegschema kon ik niet bij het onderzoek in het pand aanwezig zijn, en vanwege mijn vliegschema is de zolderkamer circa 8 maanden per jaar afgesloten; daarom vind ik dat huurders woonruimte niet als onzelfstandig moet worden benoemd; Ik vind de sanctie die in de berekening in het rapport is toegepast niet terecht; huurder moet gewoon het gehele bedrag van ruim 1686,00 betalen; ik woonde in dit jaar vanaf september tot eind van het jaar in Nederland, huurder woonde er met dochter en zelfs deels met echtgenoot; Ik wil de kosten delen, dit heb ik heel vaak aan huurder gevraagd in brieven en mails. III Beoordeling De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de kosten voor gas, water en elektra. De Huurcommissie kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten. Als er geen eindafrekening is stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting van de huurder voor de onderzochte kostenposten vast op basis van de aangetoonde daadwerkelijk gemaakte kosten. De Huurcommissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken. Pagina 2 van 5

3 Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra De huurder heeft gedurende het jaar 2015 de woonruimte gehuurd. De huurder heeft over deze periode een bedrag van 12 x 136,00 per maand is 1632,00 aan voorschotten betaald. Deze kosten zijn volgens de huurovereenkomst tussen de huurder en de verhuurder overeengekomen. De verhuurder heeft geen overzicht van de in die periode gemaakte kosten verstrekt. De verhuurder heeft voor de overige servicekosten het voorgeschreven formulier aan de huurder en huurcommissie niet verstrekt. Rapportage De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de kosten voor gas, water en elektra over het jaar 2015 vast te stellen op 843,71. Beoordeling Huurcommissie In wat de huurder of de verhuurder ter zitting heeft verklaard, ziet de Huurcommissie aanleiding om van het rapport af te wijken. De verhuurder heeft geen afrekening aan de huurder verstrekt. Evenmin heeft verhuurder het verplichte formulier met de door de commissie gevraagde gegevens verstrekt. De commissie wil de berekeningswijze die is toegepast in de rapporten over de jaren 2013 en 2014 handhaven. Zij stelt daarom de betalingsverplichting van de huurder net als in haar voorgaande uitspraken vast op grond van de wettelijk vastgestelde bedragen en niet op basis van het gemiddeld verbruik (KWR). Bij ministeriele regeling zijn de volgende verbruiken op jaarbasis vastgesteld: Zelfstandige woonruimte Onzelfstandige woonruimte Gas 400 m m 3 Elektra 800 kwh 500 kwh Water 25 m 3 25 m 3 De commissie houdt in deze uitspraak de wettelijk vastgestelde verbruiken voor gas, elektra en water aan zoals deze voor onzelfstandige woonruimten van toepassing zijn, zoals zij in haar eerdere uitspraak ook heeft gedaan. De berekening is als volgt: Gas. De commissie gaat uit van het wettelijk vastgestelde verbruik van 250 m3 gas. Het gemiddelde tarief voor gas (inclusief vastrecht, energiebelasting en BTW) bedroeg volgens het CBS in de onderzoeksperiode 0,750 per m³. 250 m³ x 0,750 = 187,50. Pagina 3 van 5

4 Elektra. De commissie gaat uit van het wettelijk vastgestelde verbruik van 500 kwh elektra. Het gemiddelde tarief voor elektra (inclusief vastrecht, energiebelasting en BTW) bedroeg volgens het CBS in de onderzoeksperiode 0,190 per kwh. 500 kwh x 0,190 = 95,00. Water. De commissie gaat uit van het wettelijk vastgestelde verbruik van 25 m 3 water. Het gemiddelde tarief voor water (inclusief vastrecht, belasting op leidingwater en BTW) bedroeg volgens het CBS in de onderzoeksperiode 1,89 per m³. 25 m³ x 1,89 = 47,25. Samengevat stelt de commissie de betalingsverplichting als volgt vast: Servicekosten over de periode: 01/01/2015 t/m 31/12/2015 Voor huurders woonruimte: Gas 187,50 Elektriciteit 95,00 Water 47,25 329,75 Conclusie / Gevolgen van deze uitspraak De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra over het jaar 2015 bedraagt 329,75. Legesbeoordeling De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen. De verhuurder heeft geen eindafrekening verstrekt. Daarnaast stelt de Huurcommissie de kosten voor gas, water en elektra lager vast dan het totaal van de door huurder aan verhuurder betaalde maandelijkse voorschotten. De Huurcommissie stelt de huurder daarom in het gelijk. De verhuurder moet de leges betalen, de huurder krijgt het betaalde legesvoorschot terug. Welk bedrag Volgens de wet betaalt een rechtspersoon 450,00 leges. Een huurder, en een verhuurder die geen rechtspersoon is, betaalt 25,00. IV Beslissing De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra over het jaar 2015 bedraagt 329,75. Legesveroordeling De verhuurder moet 25,00 leges betalen. De huurder krijgt het betaalde legesvoorschot terug. Pagina 4 van 5

5 Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht. Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen. 'S-GRAVENHAGE, De Huurcommissie, mr. J.A.M. Schuurbiers S.J. Horn en K.B. Forte-van der Aar Zittingsvoorzitter Zittingsleden Pagina 5 van 5