Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa rw Mevr. mr. R. Westerhof (035)

Transcriptie

1 AANGETEKEND SBS Broadcasting B.V. t.a.v. de directie Postbus ZB AMSTERDAM Datum Onderwerp 19 december 2003 Reclamezendtijd 2003 / sanctiebeschikking SBS6 Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa rw Mevr. mr. R. Westerhof (035) Bij brief van 24 september 2003, kenmerk JuZa rw, hebben wij u op de hoogte gebracht van ons voornemen tot het opleggen van een bestuurlijke boete wegens overtreding van artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit. U bent in de gelegenheid gesteld uw zienswijze met betrekking tot dit voornemen op een op donderdag 13 november 2003 gehouden hoorzitting kenbaar te maken. Van die gelegenheid hebt u gebruik gemaakt. Bij deze beslissing is een kopie gevoegd van het verslag van de hoorzitting alsmede de bij die gelegenheid door u voorgedragen pleitnotitie. Bij brief van 26 november 2003 heeft u ons een overzicht toegestuurd van de door u uitgezonden reclameboodschappen. 1. Feiten Wij hebben uw televisieprogramma, door u uitgezonden gedurende 24 uur op 24 mei 2003, gecontroleerd op de naleving van de mediarechtelijke regels met betrekking tot reclameboodschappen. Voorts hebben wij op 13 en 20 augustus 2003 een steekproef gehouden. Op 24 mei 2003 zijn in uw programma van 20:00 tot 21:00 uur, (waarbij om 20:26 uur de International Darts League eindigt), gedurende 17 minuten en 32 seconden reclameboodschappen uitgezonden. Verder zijn van 21:00 tot 22:00 uur gedurende 14 minuten en 59 seconden en van 23:00 tot 24:00 uur gedurende 12 minuten en 29 seconden reclameboodschappen uitgezonden. Op 13 augustus 2003 zijn in uw programma van 19:00 tot 20:00 uur gedurende 12 minuten en 8 seconden, van 20:00 tot 21:00 uur gedurende 12 minuten en 10 seconden en van 21:00 tot 22:00 uur gedurende 15 minuten reclameboodschappen uitgezonden. Tussen 22:00 en 23:00 uur heeft u gedurende 13 minuten en 1 seconde aan reclameboodschappen uitgezonden. Op 20 augustus 2003 zijn in uw programma van 19:00 tot 20:00 uur gedurende 16 minuten en 10 seconden reclameboodschappen uitgezonden. 2. Relevante bepalingen Artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit: 4. Het programma van een commerciële omroepinstelling bestaat voor ten hoogste twaalf minuten per uur uit reclameboodschappen of telewinkelboodschappen.

2 3. Overweging Op 24 mei, 13 en 20 augustus 2003 bestaat uw programma in acht klokuren (per abuis is in het voornemen vermeld dat het zeven klokuren betreft) voor méér dan 12 minuten per uur uit reclameboodschappen. U hebt hierdoor naar ons oordeel acht maal artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit overtreden. Tijdens de hoorzitting heeft u aangevoerd dat de overschrijding van 12 minuten reclamezendtijd per uur in uw programma op 13 augustus 2003 van 19:00 tot 20:00 uur, van 20:00 tot 21:00 uur en van 22:00 tot 23:00 uur is toe te schrijven aan zogenaamde frames. U erkent dat in uw programma van 21:00 tot 22:00 uur het maximum van 12 minuten is overschreden. Frames zijn zwartbeelden tussen de reclameboodschappen en voorkomen dat reclameboodschappen direct in elkaar overlopen. Tussen elke reclameboodschap zitten 6 frames, wat neerkomt op een halve seconde (2 x 6/25) per reclameboodschap. De reden dat het Commissariaat een overschrijding van het geldende reclamemaximum per uur constateert in bovengenoemde drie klokuren, terwijl u meent dat bijna of exact 12 minuten reclameboodschappen is uitgezonden, is volgens u omdat het Commissariaat de frames meetelt als reclamezendtijd. Om dit verweer te ondersteunen heeft u ons na de hoorzitting de zogenaamde as run logs toegestuurd. Uit deze lijsten valt het hierboven gestelde af te leiden. U verzoekt om verlaging van de punten voor de ernst van de overtreding. Het Commissariaat overweegt in dit verband het navolgende. Het programma van een commerciële omroepinstelling bestaat voor ten hoogste twaalf minuten per uur uit reclameboodschappen of telewinkelboodschappen. Frames bevatten geen reclameboodschappen en worden daarom niet meegeteld bij de meting van reclamezendtijd per uur. Het Commissariaat zal uitgaan van de volgende, vaste marge in verband met het uitzenden van frames tussen reclameboodschappen. Bij de berekening van deze marge is uitgegaan van de door u aangegeven duur van een frame, namelijk 1/25 seconde, en de noodzaak om maximaal 6 frames uit te zenden tussen twee reclameboodschappen. Niet overgenomen wordt uw stelling dat voor en na iedere reclameboodschap 6 frames uitgezonden dienen te worden. Ingevolge de wettelijke norm van artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit, bestaat het programma van een commerciële omroepinstelling uit ten hoogste 12 minuten per uur (ofwel 720 seconden) aan reclameboodschappen. De duur van een reclameboodschap is door ons berekend op gemiddeld 25 seconden, zodat een reclameblok van maximaal 12 minuten gemiddeld 29 reclameboodschappen bevat, als gevolg waarvan de noodzaak ontstaat om 30 blokjes van 6 frames met een totale duur van 7.2 seconden uit te zenden. Om redenen van doelmatigheid zal het Commissariaat dit getal afronden naar 10 seconden. Dit houdt in dat het Commissariaat vanaf een overschrijding met 10 seconden van het reclamemaximum van 12 minuten per uur gebruik zal maken van zijn bevoegdheid om handhavend op te treden. Wij blijven derhalve bij het standpunt dat u artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit heeft overtreden, echter niet acht keer maar zes keer. Nu u op 13 augustus 2003 van 19:00 tot 20:00 uur gedurende 12 minuten en 8 seconden en van 20:00 tot 21:00 uur gedurende 12 minuten en 10 seconden reclameboodschappen heeft uitgezonden, zullen deze vermeende overtredingen komen te vervallen. JuZa rw blad 2

3 De overtreding is daarmee niet als incidenteel te kwalificeren, daar zij op drie dagen plaatsvindt. Omdat de overtreding in zes van de acht klokuren is geconstateerd, en slechts twee klokuren vervallen, zien wij geen aanleiding het aantal punten voor de ernst van de overtreding te verminderen. Voorts schrijft u de overschrijding van de reclamezendtijd per uur op 24 mei 2003 in uw programma van 20:00 tot 21:00 uur toe aan de verschuiving van een deel van de reclameblokken in het liveevenement International Darts League. Oorspronkelijk zijn deze gepland tijdens de wedstrijd maar wegens omstandigheden uitgezonden na afloop van de wedstrijd. De International Darts League is het eerste toernooi waarin een zogenaamd pool-systeem wordt gehanteerd. Omdat het bovendien live wordt uitgezonden was het voor u lastig dit toernooi voor te bereiden. U heeft weliswaar ervaring met het uitzenden van darts, maar de Embassy Darts en de World Darts Trophy hanteren een knock-out systeem. Een pool-systeem houdt in dat korte wedstrijden achter elkaar worden gespeeld. Er is ingeschat dat elke wedstrijd 41 minuten zou duren. In werkelijkheid duurde een wedstrijd meer dan een uur. De pauzes van 5 minuten tussen elke wedstrijd waren te kort om de geplande reclame volledig uit te zenden. De keuze was óf minder reclame uitzenden tijdens de International Darts League óf het reclameblok afmaken en het begin van de volgende wedstrijd missen. Gekozen werd voor de eerste optie. Na afloop van de wedstrijd om 20:26 uur werd de reclameachterstand ingehaald en is van 20:00 tot 21:00 uur gedurende 17 minuten en 20 seconden en van 21:00 tot 22:00 uur gedurende 14 minuten en 59 seconden reclameboodschappen uitgezonden. Overigens merkt u op dat tussen 16:00 en 17:00 uur slechts 25 seconden reclameboodschappen is uitgezonden en dat over 8 uren 66 minuten aan reclame zijn (verkocht en) uitgezonden. U heeft dus niet de reclameregels doelbewust aan uw laars gelapt. Voorts stelt u dat de reclamezendtijd is verkocht in het darts toernooi en niet erna. U hebt daarom de adverteerders moeten compenseren. U stelt dat al met al sprake is van een enorme verschuiving van de reclameblokken als gevolg van het live-evenement en dat commercieel gezien sprake was van een dramatische avond. U verzoekt dan ook om verlaging van de punten voor de ernst van de overtreding. Het Commissariaat overweegt in dit verband het navolgende. Op 24 mei 2003 heeft u het liveevenement International Darts League uitgezonden. De poolrondes zijn gespeeld op 17, 18 en 19 mei en reeds afgerond vóór 24 mei Op deze dag worden om 16:00 en 18:00 uur twee halve finales gespeeld volgens het principe best of 11 sets. De bij SBS 6 eerder uitgezonden programmaonderdelen World Darts Trophy en Embassy Darts worden in de finale volgens dit zelfde principe gespeeld (in de halve finale best of 9 sets ) en zijn hetzelfde van opzet als de halve finales gespeeld op 24 mei Dat de voorbereiding van dit live uitgezonden toernooi lastig is vanwege het nieuwe pool-systeem, gaat dan ook niet op. Daarbij merken wij op dat juist bij een nieuw te hanteren spelvorm extra zorgvuldigheid is geboden en de omroep voorzichtig moet zijn bij het inplannen van reclameblokken. Uw stelling dat u niet doelbewust de reclameregels heeft overtreden, kan niet leiden tot de aanname dat van een overtreding geen sprake is en al evenmin tot verlaging van de voorgenomen boete. De regels betreffende minimumduur en maximumduur van reclame zijn helder en eenduidig en laten geen ruimte voor interpretatie. Daarnaast is het natuurlijk aantrekkelijker om op prime-time meer reclameboodschappen uit te zenden dan bijvoorbeeld aan het eind van de middag. Of u doelbewust of niet heeft gehandeld doet niet ter zake nu dit geen element vormt van de norm van artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit. Dat u adverteerders heeft moeten compenseren maakt de overtreding niet verschoonbaar. JuZa rw blad 3

4 Wij zien in uw verweer dan ook geen reden om het aantal punten voor de ernst te verminderen en blijven derhalve bij het standpunt dat u artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit heeft overtreden nu u op 24 mei 2003 van 20:00 tot 21:00 uur gedurende 17 minuten en 32 seconden en van 21:00 tot 22:00 uur gedurende 14 minuten en 59 seconden reclameboodschappen heeft uitgezonden. Ten slotte is de overschrijding van de reclamezendtijd per uur op 20 augustus 2003 in uw programma van 19:00 tot 20:00 uur toe te schrijven aan de verschuiving van een reclameblok in het live-voetbalevenement Nederland-België. Reclame wordt in de avonduren rond het hele uur uitgezonden. Het probleem is nu dat de live uitgezonden wedstrijd begint om 20:15 uur. Omdat er 20 minuten moet zitten tussen de eerste en tweede reclameonderbreking, wordt er doelbewust voor gekozen een extra lange reclameonderbreking van 19:49:04 tot 19:54:49 uur tijdens de voorbeschouwing uit te zenden. De tweede reclameonderbreking is eigenlijk geen onderbreking maar een normaal reclameblok tussen voorbeschouwing en wedstrijd. Overigens merkt u op dat in het klokuur van 20:00 tot 21:00 uur slecht 6 minuten reclameboodschappen zijn uitgezonden. Gezien het feit dat de voetbalwedstrijd Nederland-België een live-evenement is en voetbal altijd lastig in te schatten is, verzoekt u om verlaging van de punten voor de ernst van de overtreding. Het Commissariaat overweegt in dit verband het navolgende. Uw verweer dat de wedstrijd om 20:15 uur begint en de twintig minuten regel daardoor voor u moeilijk te hanteren is met als gevolg dat u ervoor heeft gekozen een extra lang reclameblok tijdens de voorbeschouwing uit te zenden, honoreren wij niet. Het is uw eigen keuze geweest de reclameblokken op zodanige wijze te plaatsen zoals is geschied. De regels betreffende minimumduur en maximumduur van reclame zijn helder en eenduidig en laten geen ruimte voor interpretatie. U heeft ervaring met het uitzenden van live-voetbalwedstrijden en uw opmerking dat dit uw inziens altijd lastig is in te schatten, kunnen wij dan ook niet volgen. Dat in het volgende klokuur slechts 6 minuten reclameboodschappen zijn uitgezonden doet niet af aan het feit dat in het in geding zijnde klokuur méér dan 12 minuten reclameboodschappen is aangetroffen. Wij zien in uw verweer dan ook geen reden om het aantal punten voor de ernst te verminderen en blijven derhalve bij het standpunt dat u artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit heeft overtreden nu u op 20 augustus 2003 van 19:00 tot 20:00 uur gedurende 16 minuten en 10 seconden reclameboodschappen heeft uitgezonden. U vraagt zich af, gelet op de mate van verwijtbaarheid, of wel sprake is van recidive. In tegenstelling tot vorig jaar zijn de huidige overtredingen in live wedstrijden geconstateerd. Wij merken in dit verband op dat van recidive sprake is als herhaald dezelfde wettelijke norm is overschreden. Daarvan is in casu sprake. Dat de overtredingen zich nu voordeden tijdens de uitzending van de live wedstrijden doet daar niet aan af. Bovendien zijn de verweren met betrekking tot de live-evenementen niet gehonoreerd. 4. Bestuurlijke boete Op grond van artikel 135, eerste lid, van de Mediawet kunnen wij u een bestuurlijke boete opleggen bij overtreding van het bepaalde bij of krachtens de Mediawet. Ingevolge de Beleidslijn Sanctiemaatregelen 1999 hanteren wij voor de bepaling van de hoogte van de boete een vaste berekeningsgrondslag die met factoren voor de ernst van de overtreding en voor de mate van verwijtbaarheid wordt vermenigvuldigd. JuZa rw blad 4

5 Bij overtreding van het bepaalde bij artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit geldt voor u als commerciële omroep met een publieksbereik van meer dan huishoudens een berekeningsgrondslag van 9.000,-. Voor de ernst van de overtreding kennen wij 3 punten toe, nu wij met betrekking tot drie dagen hebben geconstateerd dat u het reclamemaximum per uur heeft overschreden. Bovendien kennen wij 4 extra punten toe vanwege het feit dat in vier gevallen de overschrijding van het reclamemaximum meer dan twee minuten bedraagt. Voor de mate van verwijtbaarheid kennen wij 2 punten toe, nu er sprake is van herhaalde recidive. Bij besluit van 24 februari 2000, kenmerk PTZ/981/lz, en bij besluit van 24 oktober 2002, kenmerk JuZa ibo, hebben wij u voor het overtreden van de maximumduur per uur reeds een boete opgelegd met betrekking tot uw programma SBS6. Wij leggen u derhalve een boete op van ,- wegens overtreding van artikel 52d, vierde lid, van het Mediabesluit. 4. Betaling Wij verzoeken u de aan u opgelegde boete binnen vier weken na ontvangst van dit besluit aan het Commissariaat voor de Media over te maken op bankrekeningnummer van de INGbank te Hilversum ten name van het Commissariaat voor de Media. Hoogachtend, Commissariaat voor de Media prof. dr. J.J. van Cuilenburg Voorzitter mevr. mr. I. Brakman Commissaris Wij wijzen u er op dat op grond van de Algemene wet bestuursrecht de natuurlijke persoon of rechtspersoon wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken daartegen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt een bezwaarschrift kan indienen bij het Commissariaat voor de Media, Postbus1426, 1200 BK Hilversum. Bijl.; verslag hoorzitting 13 november JuZa rw blad 5