Hoofdinspecteur curatieve zorg, mevrouw drs. J.J.M. Hansen verlaat de inspectie per 1 november Zij gaat werken voor de WHO.

Transcriptie

1 Stadsplateau AZ Utrecht Postbus GR Utrecht T F Datum 16 januari februari 2015 Omschrijving Verslag jaargesprek 2014 tussen de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Wilhelmina Ziekenhuis te Assen VGR V Datum 23 oktober 2014 Plaats Wilhelmina Ziekenhuis te Assen 1. Inleiding Het jaargesprek maakt deel uit van het Risico Gestuurd Toezicht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (de inspectie). Op verzoek van de inspectie heeft u (voorafgaande aan het jaargesprek) schriftelijke informatie verstrekt waarvan de inhoud in het jaargesprek is meegenomen. In dit verslag van het jaargesprek treft u een beknopte weergave aan van hetgeen besproken is tijdens het jaargesprek. Op 9 oktober jl. is een semi-onaangekondigd bezoek afgelegd. De PCU en een verpleegafdeling zijn bezocht en met medewerkers gesproken. Het bezoek stond in het teken van de PCU en de inhoudelijke agenda van het jaargesprek en had tot doel ter plaatse, aanvullend aan het jaargesprek, informatie te verkrijgen/verifiëren. 2. Mededelingen en actualiteiten Inspectie voor de Gezondheidszorg Het regionale kantoor van de inspectie te Zwolle zal in december 2014 sluiten. De gecentraliseerde organisatie van de inspectie zal kantoor gaan houden in het Stadskantoor te Utrecht. Vanuit de inspectie wordt een formeel verhuisbericht verzonden. Hoofdinspecteur curatieve zorg, mevrouw drs. J.J.M. Hansen verlaat de inspectie per 1 november Zij gaat werken voor de WHO.

2 Ziekenhuis Sinds dit academisch jaar is het Wilhelmina Ziekenhuis Assen (WZA) een affiliatie ziekenhuis van het UMCG geworden. In samenwerking met het Martiniziekenhuis (MZH) worden 40 coassistenten (Master1) opgeleid. In het ziekenhuis zijn ook enkele Master3-studenten maar dit betreft kleine aantallen. Voor de samenwerking met het MZH is een coöperatie opgericht en de raden van bestuur en de stafvoorzitters hebben zitting in het bestuur van de coöperatie. De intentie van de samenwerking is vooral medisch inhoudelijk. Op verschillende medisch specialismen wordt samenwerking al geïntensiveerd of op specifieke onderwerpen gezocht. Het ziekenhuis heeft zich het afgelopen halfjaar gebogen over de strategische koers voor de komende jaren. Het onderkent de kwetsbare schakels in het voortzetten van een basisziekenhuis waar verantwoorde zorg wordt geleverd. Zo zal er meer dan voorheen worden ingezet op samenwerking in de keten. Op 7 maart heeft het WZA het instellingsbrede NIAZ- certificaat behaald. De verbeterpunten hieruit voortgekomen zijn omgezet in actieplannen. De voortgang wordt in de stuurgroep Kwaliteit & Veiligheid gemonitord. Het ziekenhuis is bezig met het verder ontwikkelen van de kwaliteitsorganisatie. In het verleden waren er op de diverse afdelingen meewerkende aandachtsvelders. Per 1 november 2014 zijn kwaliteitscoördinatoren benoemd. Hun opdracht is om alle zaken op het gebied van kwaliteit en patiëntveiligheid te bestrijken en medewerkers actief te betrekken. De intentie van het ziekenhuis is om een omslag te maken van een centrale naar een decentrale kwaliteitsorganisatie met als doel kwaliteit en veiligheid te integreren in het dagelijks handelen van de medewerkers. De afdeling kwaliteitszorg zal meer coachend/adviserend zijn en faciliteren door begeleiding en training. De leidinggevende en medisch specialisten zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit & veiligheid op hun eigen afdeling en hebben hierin een monitorende rol. 3. Dashboard kwaliteit en veiligheid Het WZA heeft de inspectie schriftelijk geïnformeerd en tijdens het jaargesprek mondeling de procedure Sturen op output kwaliteitsinstrumenten toegelicht. Viermaal per jaar is een signalenoverleg waar kwaliteitsinformatie conform de afgesproken procedure wordt samengebracht en in samenhang beoordeeld. Het ziekenhuis heeft zo de mogelijkheid te sturen op de kwaliteit van zorg en resultaten. Deze procedure functioneert naast de kwartaalgesprekken die de raad van bestuur voert met zijn managementteam en de kwartaalgesprekken die de manager zorg voert met de SE-leiding waarin de voortgang van de bedrijfsvoering en kwaliteit wordt besproken. 4. Bespreking patiëntenproces: De oudere patiënt met een heupfractuur De inspectie heeft op 6 oktober 2014 een semi-onaangekondigd bezoek gebracht. De bevindingen, behoudens de PCU, zijn in dit verslag opgenomen. Pagina 2 van 9

3 Indicatiestelling, (spoed)opname en verwijzing De patiënt met een gebroken heup wordt opgevangen op de spoedeisende hulp (SEH). De eerstehulp arts doet onderzoek en stelt de diagnose. De verwijzing gebeurt veelal door de huisarts en deze meldt dit op de polikliniek orthopedie. De orthopeed is gelijk hoofdbehandelaar. Op de SEH wordt het behandel- en reanimatiebeleid vastgesteld middels de Code Behandelbeperking. Aan het informed consent wordt expliciet aandacht besteed en wordt in de bewoording van de patiënt vastgelegd met vermelding van de aanwezigen bij het gesprek. De verpleegkundige anamnese omvat de screeningen op delier, valrisico, decubitus, ondervoeding, fysieke beperkingen en de thuissituatie. Ook wordt bij opname en ontslag van de SEH een pijnscore gedaan. De screeningen in het elektronisch patiënten dossier (EPD) leiden tot automatische orders voor vervolgconsulten. De medicatieverificatie wordt in gang gezet en is in de eerste 24 uur van (spoed-) opname volledig bijgewerkt. Een verbeterpunt uit de NIAZ-audit was de informatievoorziening in de keten. Nu is de doelstelling gesteld dat per januari 2015 elk specialisme voldoet aan de WZA-normen ten aanzien van informatie-uitwisseling naar verwijzers en behandelaars. Dit wordt nu conform de KNMG-richtlijn Omgaan met medische gegevens op orde gebracht. Er wordt overwogen huisartsen in de toekomst wel de digitale ziekenhuisdossiers te kunnen laten inzien. De patiënt gaat gelijk voor operatie tenzij er sprake is van een contra-indicatie, dan wordt vaak ook een collega medisch specialist in mede-behandeling gevraagd. In 2013 zijn 14 van de 180 patiënten na één kalenderdag geopereerd. De oorzaken hiervoor zijn wachttijd op het operatiecentrum wegens acutere andere operaties, interne of cardiale problematiek bij de patiënt of te hoge INR s die bij voorkeur niet worden gecoupeerd. Er is zorg over de nieuwe generatie antistollingsmiddelen die niet zijn te couperen en een lange werkingsduur hebben. Spinale anesthesie wordt hierdoor onmogelijk met verlies van alle voordelen van dien. De BRMO/MRSA wordt bij opname uitgevraagd. Coördinatie en samenwerking Er is een dienstenstructuur van orthopedisch-traumachirurgen voor patiënten met een gebroken heup in de regio. De achterwachtregeling is statutair vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst. Een operateur uit de regio komt in het ziekenhuis opereren waarna een orthopeed uit het WZA het hoofdbehandelaarschap overneemt. Een hoofdbehandelaar maakt zo snel als mogelijk kennis met de patiënt. Het ziekenhuis verklaart dat 70-80% van de patiënten de eigen hoofdbehandelaar zo ontmoet. Er is geen regulier multidisciplinair overleg (MDO) voor deze patiëntengroep. Patiënten zijn vaak maar kort opgenomen. Voorafgaand aan de operatie vindt altijd overleg plaats van de operateur met de anesthesioloog en eventueel geconsulteerde artsen (bijv. cardioloog, internist). Bij uitgebreidere problematiek wordt de geriater medebehandelaar, dit wordt door de vakgroep orthopedie als welkome aanvulling gezien in de totale zorg. Pagina 3 van 9

4 Behandeling De time-out procedure is goed doorgevoerd. De score van 96% van uitgevoerde time-outs komt omdat niet alle operaties op de operatiekamer worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld cardioversie gebeurt op de verkoever maar telt wel mee in het aantal operaties. Het ziekenhuis verklaart dat het hier om een registratieprobleem gaat. De inspectie wijst op het belang ook bij procedures als cardioversies vormen van time-out uit te voeren. Zeker bij procedures waar sprake is van sedatie. Met de opschoning van vragen van de time-out procedure wordt de compliance steeds beter. In de voorbereiding op de operatie zijn verpleegkundigen strikter geworden en kennen ook stopmomenten. De naleving van de antibioticaprofylaxe wordt als goed aangemerkt. De tijdig toegediende antibiotica profylaxe in 2013 is 94,8%, en 94.6 % van deze groep patiënten kreeg antibiotica profylaxe. Het veiligheidsmanagement systeem (VMS)-thema vroege herkenning en behandeling van de vitaal bedreigde patiënt is volledig ingevoerd. De MEWS (Modified Early Warning System) wordt tweemaal per dag gemeten en op indicatie vaker. De MEWS-meting helpt verpleegkundigen in het objectiveren van de signalering en het omzetten in interventies. Dit bleek ook tijdens het onaangekondigde bezoek. Echter er is ook weerstand bij verpleegkundigen. Een meting bij patiënten met laag complexe zorg of evident goede conditie weegt naar de ervaring van verpleegkundigen niet op tegen de mensuren die dit vraagt. Het WZA is van mening dat de eigen professioneel verpleegkundige blik volstaat bij deze patiëntencategorie. Het doen van een meting kost in de late dienst ongeveer twee mensuren. De medisch specialist verdedigt en benadrukt het belang van de meting nu dit helpt om tot exclusiecriteria te komen. Er zijn inmiddels exclusiecriteria voor de terminale patiënt, patiënten met NTBR code C (en geen IC-plaatsing) en patiënten die dezelfde dag voor ontslag gaan. De invoering van de MEWS heeft veel van de organisatie gevraagd. De inspectie wijst erop dat de verantwoordelijkheid voor het komen tot kwaliteitsindicatoren bij de wetenschappelijke verenigingen ligt en dat daar ook de discussies over de indicatoren gevoerd dienen te worden. De intensive care level I voldoet naar de mening van het ziekenhuis aan de eisen en heeft twee intensivisten. Echter de 24 uurs-bezetting op alle dagen van de week is een noodzakelijk verbeterpunt. Dit is nu opgelost met een zogenoemde voorwacht door de SEH-arts met een FCCS aantekening. De IC is betrokken bij het operatieprogramma en participeert in het preoperatieve MDO voor de longziekten en neurologie. Bij het MDO voor de gastro-enterologie wil men nog de geriatrie laten aansluiten. De intentie is om de striktere IC-richtlijn vóór te zijn. Het nieuwe regionale samenwerkingsprotocol is nog in concept en wacht op ondertekening door partijen. Het nieuwe regionale samenwerkingsprotocol gaat het vigerende samenwerkingsprotocol vervangen. Er wordt met het Martiniziekenhuis gewerkt naar een verbreding van de samenwerking. Pagina 4 van 9

5 Zorg en monitoring In het kader van elektronisch voorschrijven van medicatie (EVS) meldt het ziekenhuis dat de geplande datum van 1 januari 2015 niet wordt gehaald. Bij het testen van koppeling van software van regionale apotheken (Zamicom), de polikliniek WZA met de software voor de kliniek bleek dit foutgevoelig. In samenwerking met de leverancier wordt naar oplossingen gezocht. Het ziekenhuis is ook test-locatie voor de leverancier. Het ziekenhuis heeft voor de polikliniek de implementatie vanwege de patiëntveiligheid opgeschort. De inspectie gaat er vanuit dat EVS volledig, inclusief de poliklinieken, is doorgevoerd op 1 april 2015 en indien dit niet kan worden gehaald zij hier tijdig voor 1 januari 2015 over wordt ingelicht. Het VMS-thema kwetsbare ouderen is geïmplementeerd. De patiënt wordt als kwetsbaar gezien als hij op één of meer van de vier onderdelen delier, valrisico, decubitus en ondervoeding positief scoort. De patiënten met een collumfractuur worden als kwetsbaar aangemerkt (positieve score bij vallen). Voor alle verpleegkundigen geldt een verplichte e-learning Kwetsbare ouderen. Het is voor de leidinggevende inzichtelijk of de scholing is gevolgd. Positieve scores in het EPD leiden tot automatische werkorders voor andere disciplines. Het WZA legt uit dat juist aan het begin van de avond tekenen van delier kenbaar zijn. Op dat moment in de dag is er vaak al duidelijk merkbare bewegingsdrang, veroorzaakt door hallucinaties of wanen, die zelf vaak nog niet worden opgemerkt. Daarom zijn de tijdstippen van screening op delier gewijzigd/verschoven. Er wordt nu tijdens de medicatie deelronde van 17 uur op delier gescoord. Naar inzicht van het ziekenhuis is dit een adequate werkwijze. Indien er een positieve score is komt diezelfde avond nog de psychiater langs. Het positieve effect van deze werkwijze wil men graag zelf kunnen gaan aantonen en verantwoorden. Positief effect is dat de screening op deze wijze uitgaat van de verpleegkundige expertise en beoordeling. De inspectie wordt graag op termijn over de uitkomsten geïnformeerd. Pijnscores worden standaard op de verkoever gedaan, en driemaal per dag op de verpleegafdelingen en op indicatie. De postoperatieve pijnbestrijding bij volwassenen is protocollair vastgelegd. Ontslag en overdracht Bij electieve patiënten kan binnen vierentwintig uur (weekenden uitgezonderd) de ontslagbrief aan de huisarts en fysiotherapeut beschikbaar zijn. Soms wordt vanuit een instelling nagebeld om aanvullende informatie, meestal betreft dit de verpleegkundige zorg. Uitkomsten en evaluatie van zorg (patiënt) Heroperaties hebben in 2013 driemaal en in 2014 vijfmaal plaatsgevonden. Heroperaties gebeuren vaak bij patiënten waar schroeven zijn gebruikt en sprake is van necrose van de kom van het heupgewricht. Pagina 5 van 9

6 Er zijn vier tot zesmaal per jaar genotuleerde complicatiebesprekingen. Indien nodig worden verbeterpunten vastgesteld en doorgevoerd. Complicaties worden geregistreerd bij de Nederlandse Orthopaedische Vereniging via EZIS. Complicaties worden in verband met de komst van coassistenten vanaf november a.s. wekelijks na de reguliere overdracht doorgesproken op de donderdagmiddag. Alle vier de interventies uit de Postoperatieve wondinfecties (POWI) -bundel zijn toegepast. Gebleken is dat het aantal deurbewegingen tijdens de operatie onder de norm bleef; minuten voor de incisie de juiste antibioticaprofylaxe werd gegeven; de patiënt niet, of met tondeuse op het OK-complex, werd onthaard en dat ervoor werd gezorgd dat de temperatuur van de patiënt aan het eind van de ingreep tussen C was. De PREZIES-uitkomsten voor 2012 waren 0,8 percentiel bij electief geopereerde heupen en bij de plaatsing van knieprotheses 0,3-0,4 percentiel. Dit is onder het landelijk gemiddelde. Het ziekenhuis schrijft deze goede resultaten ondermeer toe aan geen opleiding voor de orthopedie, de orthopeden zelf alle ingrepen uitvoeren, het volume per orthopeed goed is. De necrologiecommissie is opnieuw ingericht en komt maandelijks bijeen. Beleid Dossieronderzoek in het WZA is ontwikkeld voor dossieronderzoek waarvoor verpleegkundigen en artsen zijn getraind. Het dossieronderzoek is in augustus 2014 gestart. De uitkomsten voor de indicator onverwacht lange opnameduur (OLO) en de Standardised Mortality Ratio (SMR) voor patiënten met een gebroken heup in het WZA liggen beide onder het landelijk gemiddelde. Het ziekenhuis geeft ondermeer als verklaring dat terughoudend wordt gereageerd op nieuwe ontwikkelingen. Eerst zal moeten blijken of de effecten ook op de langere termijn gunstig zijn voor patiënten. Elke drie tot vier maanden wordt de Dutch Institute for Clinical Auditing (DICA) gemonitord. In het ziekenhuis probeert men zichzelf kritisch te volgen. Betreffende de uitkomsten van de indicator voor achtergebleven tumorweefsel bij mamachirurgie is het uitgangspunt dat per patiënte wordt gekeken wat het beste is. De indicator betreft voor het WZA slechts kleine aantallen waardoor er maar beperkt conclusies aan verbonden kunnen worden. De uitkomsten van veilig incident melden (VIM) worden geanalyseerd. Op alle afdelingen is kortgeleden een evaluatie gedaan op de VMS thema s. De evaluaties worden verwerkt in een advies aan de stuurgroep Kwaliteit & Veiligheid door de projectleiders van het VMS-thema. Daarnaast worden er interne audits uitgevoerd op de VMS thema s als onderdeel van de meerjaren auditplanning. De inspectie wordt graag over de uitkomsten en genomen maatregelen op termijn geïnformeerd. Pagina 6 van 9

7 Voor de patiëntengroep met een gebroken heup werd in 2013 slechts één klacht ingediend die naar tevredenheid van de patiënt werd bemiddeld. De uitkomsten van het patiënt tevredenheidsonderzoek (PTO) laat goede scores zien. Men is doende om het PTO te verfijnen om duidelijkheid te krijgen over mogelijke verbeterpunten. Nu wordt dat slechts verkregen uit de vrije opmerkingen in de enquêtes. Een volgende ontwikkeling is dat ten behoeve van de visitatie van de vakgroep orthopedie een enquête- uitkomst dient te worden voorgelegd die per orthopeed aangeeft wat de uitkomsten zijn. De inspectie komt tot de slotsom, op basis van de verstrekte informatie, dat het zorgpad en de multidisciplinaire zorg voor de oudere patiënt met een heupfractuur strak, met zorg en patiëntgericht is georganiseerd en de uitkomsten goed zijn. 5. Ziekenhuisspecifieke onderwerpen VMS en overige VMS thema s Tijdens het onaangekondigde bezoek op 9 oktober 2014 is ondermeer naar de omstandigheid waarin parenteralia/high-risk medicatie op de verpleegafdeling wordt klaargemaakt gekeken. Vastgesteld is dat op de bezochte verpleegafdeling geen medicatiekamer is en dit ook zou gelden voor de andere verpleegafdelingen. De medicatie wordt klaargemaakt aan de balie van de open ruimte van de verpleegpost waar soms met twee personen wordt gewerkt op een daarvoor niet geschikt en veel te klein blad. In deze situatie kan ook aan andere vereisten van veilig HRM klaarmaken niet worden voldaan. De plek voor het klaarmaken van parenterale medicatie is niet geschikt. De raad van bestuur licht toe dat indertijd een interne afweging met behulp van interne deskundigen gemaakt is. De kosten voor een tussenoplossing zijn afgewogen tegen die van patiëntveiligheid. Besloten werd de verbouw van verpleegafdelingen af te wachten. De inspectie vindt de situatie nu onverantwoord en zij heeft het ziekenhuis na afloop van het onverwacht bezoek op 9 oktober 2014 gevraagd om maatregelen te nemen en hiervoor de apotheker en de deskundige infectiepreventie in te schakelen. De bestuurder geeft aan dat deze maatregelen gezien toekomstige verbouwingen nog niet in gang zijn gezet. De inspectie vraagt dit wel per direct te doen. De verpleegkundigen kunnen zo niet op verantwoorde wijze medicatie klaarmaken en dit is wel noodzakelijk en vereist. (Dis)functioneren vakgroepen en professionals In het WZA wordt sinds 2010 gewerkt met de -vakgroepmethode van het Individueel Functioneren Medisch Specialisten (IFMS). In verband met de organisatorische haalbaarheid wordt het IFMS om het jaar in de maanden januariapril uitgevoerd. Daarom is in de opgegeven kwaliteitsindicatoren de aantallen van gesprekken drie jaar achtereen hetzelfde (87 van de 100 medisch specialisten). Een IFMS-commissie van de medische staf begeleidt het uitvoeren van het IFMS. Het ziekenhuis laat weten dat tot op heden niet alle vakgroepen deelnamen aan het IFMS en dat intern in de medische staf veel aandacht is geweest alle collegae te betrekken. Pagina 7 van 9

8 De vakgroepen psychiatrie, longziekten en interne geneeskunde zullen de eerst volgende keer in 2015 wel deelnemen. De vakgroep interne geneeskunde heeft bij wijze van uitzondering in 2014 een eigen gekozen methode gebruikt. In de evaluatie van 2013 zijn de bezwaren van deze vakgroepen ook expliciet meegenomen. Actiepunten naar aanleiding van de evaluatie is dat er meer aandacht zal zijn voor de nazorg. Een nieuw geïntroduceerde vraag zal zijn: Voel ik me veilig bij mijn takenpakket? De beantwoording van deze vraag heeft reeds resultaat gehad in die zin, dat men vermoedt dat dit anders onder de oppervlakte was gebleven. De rol van interne begeleiders is als zeer positief ervaren en men werkt er aan dat een externe begeleider in de toekomst niet meer nodig zal zijn. De inspectie stelt vast dat op basis van de verstrekte informatie gesteld kan worden dat het IFMS in het WZA voor de 87 van de 100 medisch specialisten goed is vorm gegeven. Het feit dat 13 specialisten niet deelnemen aan één of andere vorm van IFMS is zorgelijk en niet acceptabel. Het ziekenhuis heeft inzicht in het daadwerkelijk beschikken over een BIGregistratie van medewerkers in beroepen met BIG-registratie. Medisch specialist 2015 In het WZA wordt gekozen voor het zogenaamde Samenwerkingsmodel. De raad van bestuur en de medische staf verklaren dat dit met januari 2015 is geformaliseerd. Nu is er een concept samenwerkingsovereenkomst, alle vrijgevestigd specialisten gaan deel uitmaken van een coöperatie. De raad van bestuur heeft laten opnemen dat medisch specialisten ook een individuele relatie met het ziekenhuis moeten houden, juist in het kader van de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur voor kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid. Calamiteiten meldingen De inspectie heeft voorafgaand aan het jaargesprek een overzicht gevraagd van maatregelen die het ziekenhuis heeft genomen naar aanleiding van onderzoeken naar calamiteiten over de afgelopen jaar. Tevens vroeg zij een toelichting op de relatief weinig calamiteitenmeldingen artikel 4a Kwaliteitswet zorginstelling. Deze toelichting is niet verkregen. 1 Overig Het ziekenhuis is doende beleid te ontwikkelen met betrekking tot zelfverwijzers. De inspectie adviseert zorgen of signalen omtrent ZBC s te melden via het meldpunt van de inspectie. De signalen worden in het toezicht gebruikt. 1 De inspectie maakt een afspraak met en het bestuur medische staf en met de raad van bestuur over de wettelijke verplichting van het melden van calamiteiten artikel 4a Kwaliteitswet zorginstellingen. Pagina 8 van 9

9 6. Afspraken en vaststelling verslag jaargesprek Tijdens het jaargesprek zijn de volgende afspraken gemaakt: - De inspectie vraagt per direct maatregelen te nemen om op verpleegafdelingen een adequate voorziening te treffen voor het klaarmaken van parenterale medicatie. Gereed uiterlijk 15 december De inspectie vraagt te worden geïnformeerd over de uitkomsten/resultaten van de laatste audit op het thema High Risk Medicatie, uiterlijk 1 januari De inspectie gaat er vanuit dat EVS volledig, inclusief de poliklinieken, 1 april 2015 is doorgevoerd en indien dit niet kan worden gehaald wordt zij hier tijdig over ingelicht en op welke datum dit wel doorgevoerd is. 4 - De inspectie informeert voor 1 januari 2015 het WZA over de resultaten van acties die ziekenhuizen uitvoeren ten aanzien van screening en behandeling van de MRSA/BRMO. 5 - De inspectie wil voor 1 januari 2015 geïnformeerd zijn over de wijze hoe het individueel functioneren van de vakgroepen psychiatrie, longziekten en interne geneeskunde voor de raad van bestuur en het bestuur medische staf nu in beeld is. De inspectie maakt een afspraak met het bestuur medische staf en met de raad van bestuur over het melden van calamiteiten. De inspectie heeft het voornemen het definitieve verslag openbaar te maken via haar website De inspectie doet dit niet eerder dan drie weken na vaststelling van het verslag van het jaargesprek. De onderliggende documenten worden niet openbaar gemaakt. 2 De inspectie ontving op 12 december 2014 het Plan van aanpak realiseren werkplek voor het klaarmaken van parenteralia verpleegafdelingen. 3 De inspectie ontving op 12 december 2014 het Verslag meting VMS thema high risk medicatie De inspectie ontving op 12 december 2014 het Plan van aanpak elektronisch voorschrijven. 5 De risico-inventarisatie BRMO/MRSA is de standaard van de beroepsgroep. Dit is opgenomen in de richtlijn vanwege de kennis die er is uit onderzoek. Publicaties hierover zijn niet voorhanden. Uit de toezichtsbezoeken van de inspectie komt naar voren dat door de screening meer wordt gevangen. Pagina 9 van 9