Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatieassen in het kaakgewricht Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatieassen in het kaakgewricht Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:"

Transcriptie

1 Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatieassen in het kaakgewricht Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor (para) medische, informatieve en educatieve doeleinden en ander niet commercieel gebruik. Zonder kosten te downloaden van:

2 DE ROTATIEASSEN IN HET KAAKGEWRICHT Aad Lagerberg A.Lagerberg, Fysiotherapeut, vakgroep Beweging & Analyse Bewegingstechnologie Haagse Hogeschool. Inleiding Het kaakgewricht bezit drie onafhankelijke bewegingsmogelijkheden. Naast een openingsbeweging kunt u een voorwaartse en een zijwaartse verschuiving van de onderkaak uitvoeren. Opvallend hierbij is dat de eerste twee bewegingsmogelijkheden zich voltrekken in hetzelfde (sagittale) vlak. Op basis van deze vrijheid bent U in staat de uitvoering van de openingsbeweging te variëren. Dit vermogen tot variatie in de plaats van de rotatie-as vormt het onderwerp van dit artikel. Classificatie van synoviale gewrichten Synoviale gewrichten kunnen op verschillende manieren worden ingedeeld. De klassieke indeling van synoviale gewrichten gaat uit van een indeling op basis van de vormgeving van de gewrichtsvlakken. Bij deze indeling worden gewrichten voorgesteld als omwentelingslichamen. Men onderscheidt hierbij het bolgewricht (art. spheroidea), het cylindergewricht (art. trochoidea en ginglymus), het ellipsoide gewricht (art. ellipsoidea), het zadelgewricht (art. sellaris) en het vlakke gewricht (art. plana). Inmiddels is duidelijk dat gewrichtsprofielen niet beschreven kunnen worden als vlak, zuiver bol of cylindervormig, maar dat er altijd sprake is van een variabele kromtestraal van de profielen. De tegenwoordig gebruikelijke indeling van synoviale gewrichten op basis van de profielvorm kent daarom slechts twee typen: het eigewricht (art. ovoidea) en het zadelgewricht (art. sellaris). In het eivormige gewricht is een profiel convex of concaaf gekromd, terwijl een gewrichtsvlak in een zadelgewricht in twee richtingen tegengesteld gekromd is. Het distale uiteinde van de humerus toont twee duidelijke voorbeelden van deze twee verschillende typen. Het capitulum is eivormig en de trochlea duidelijk zadelvormig gekromd (figuur 1). Zowel het zadel als het eigewricht kennen variabele kromtestralen. Figuur 1 Een voorbeeld van een ei en een zadelvormig gewrichtsvlak. Uit Gosling (2). Andere criteria die gebruikt kunnen worden bij de indeling van synoviale gewrichten zijn het aantal vrijheidsgraden of het aantal deelnemende botstukken. Deze laatste indeling zullen we wat nader beschouwen. Bij een indeling op basis van het aantal deelnemende botstukken onderscheidt men twee typen gewrichten: het art. simplex en het art. composita. Bij het eerste soort articuleren twee botstukken in een gewricht terwijl er bij het art. composita meer dan twee botstukken binnen een gewrichtskapsel articuleren zoals bijvoorbeeld in het art. cubiti. Bij het art. simplex wordt nog een nader onderscheidt gemaakt op basis van het aantal

3 contactplaatsen dat tussen de beide botstukken bestaat. In dit verband onderscheid men één of tweekamerige gewrichten. In sommige gevallen liggen de twee contactplaatsen binnen hetzelfde gewrichtskapsel zoals bijvoorbeeld in het kniegewricht (figuur 2a). Figuur 2a tm c. Voorbeelden van tweekamerige gewrichten. In andere gevallen kennen de beide contactpunten een eigen gewrichtskapsel en bestaat het gewricht dus uit a- natomisch werkelijk gescheiden kamers. Voorbeelden hiervan zijn het art. radioulnare en het art. intervertebrale (figuur 2b en c). Alhoewel in beide gevallen er sprake is van slechts één gewricht is dit besef bij de knie over het algemeen wat wijder verbreid dan in de andere twee situaties. Ondanks de anatomische scheiding vormen de beide kamers van deze verbindingen samen natuurlijk ook slechts één gewricht. De beide kamers van het gewricht liggen welliswaar wat verder uit elkaar dan in het kniegewricht, maar functioneel bezien zijn ze net zo afhankelijk van elkaar. Alhoewel deze laatste opmerking wellicht wat triviaal lijkt, is dat bij nader inzien bepaald niet zo. Vrijwel elke fysiotherapeut leerde in zijn opleiding de mobilisatie van het art. radioulnare proximale tijdens de lessen over het ellebooggewricht en de mobilisatie van het art. radioulnare distale bij de pols. Zo was het boek nu eenmaal ingedeeld. Een dergelijke aanpak getuigt niet van veel besef van de functionele samenhang van deze twee delen van het gewricht. Ook het art. temporomandibulare behoort tot de categorie der tweekamerige gewrichten (figuur 3a), althans als we de schedel opvatten als één botstuk. Toch wordt ook dit gewricht in allerlei afbeeldingen. maar zelden in zijn geheel getoond (figuur 3b). Figuur 3a en b Ook het kaakgewricht is een tweekamerig gewricht, maar wordt meestal slechts voor de helft getoond. Net als bij het eerder genoemde gewricht tussen radius en ulna is het besef van de functionele afhankelijkheid van deze twee delen van het gewricht niet al te wijd verspreid. In een standaardwerk als Gray s anatomy (6) wordt het gevaar van een geïsoleerde beschouwing van de twee kamers van dit gewricht onderkend. Bij een bespreking van de condylaire gewrichten vermeldt de auteur de volgende waarschuwing: The condyles may be almost parallel as in the knee joint, where they are enclosed in a common fibrous capsule. Alternatively, the condyles may be in line, and even enclosed in separate capsules. An example of this is the pair of temperomandibular joints which necessarily cooperate in all mandibular movements, and which together form a true condylar mechanism (and should always be studied as such). Ook in dit artikel zullen wij afbeeldingen en modellen van het kaakgewricht gebruiken die slechts één kamer van het gewricht tonen. Impliciet bedoelen we hiermee dat de bewegingen in beide kamers identiek zijn. In figuur 4 wordt dit verduidelijkt. Bij een analyse van het effect van een beweging om een

4 as zoals getoond in figuur 4a wordt slechts één kamer getoond. In werkelijkheid heeft de analyse betrekking op een beweging in beide kamers van het gewricht om een as zoals getoond in figuur 4b. Figuur 4a en b Bij een voorstelling van bewegingen als in situatie a bedoelen wij steeds bewegingen welke zich gelijktijdig in beide kamers van het gewricht afspelen (b). Vrijheidsgraden van een gewricht Onder het aantal vrijheidsgraden van een gewricht verstaan wij in het algemeen het aantal onafhankelijke bewegingsmogelijkheden van het gewricht. Zo bezit het art. humeri drie vrijheidsgraden. In dit gewricht kan om drie assen (of combinaties daarvan) geroteerd worden. Het polsgewricht bezit twee onafhankelijke bewegingsmogelijkheden en bezit dus twee vrijheidsgraden. Opvallend aan deze voorbeelden is het feit dat de keuze van de as waaromheen de beweging wordt uitgevoerd betrekking heeft op de richting van de as en niet op de plaats van de as. U kunt in uw schoudergewricht wel kiezen te bewegen om een zuivere sagittale as, maar u heeft geen zeggenschap over de plaats van die as. Met behulp van een eenvoudig voorbeeld wordt het verschil in richting en plaats van de as uiteengezet. Figuur 5a en b Het effect van wijziging van de plaats van de as. Verdere verklaring in de tekst. Figuur 5a toont een humerus welke draait ten opzichte van het scapula om een sagittale as door de humeruskop. De bewegingsas staat loodrecht op het papier, vandaar dat slechts een rotatiepunt getekend is (rc). De beweging welke wordt uitgevoerd noemen we anteflexie. In de denkbeeldige situatie van figuur 5b is de richting van de as ongewijzigd, maar is de plaats veranderd. In werkelijkheid is een dergelijke beweging natuurlijk niet uitvoerbaar. De as bevindt zich nu midden in de schacht van de humerus. De beweging welke wordt uitgevoerd voltrekt zich nog steeds in hetzelfde vlak, en zal daarom nog steeds anteflexie worden genoemd. Zoals uit de vergelijking van de twee eindstanden duidelijk zal zijn, zijn beide bewegingen toch niet identiek. Een verandering van de plaats van een as heeft geen invloed op het vlak waarin de beweging zich voltrekt, maar wel op de wijze waarop de beweging zich in dit vlak voltrekt. De verplaatsing van punten van de humerus dicht bij de as is gering. Punten verder van de as verwijderd, verplaatsen meer bij een gelijke draaiing. De humeruskop zou om die reden al na enige graden kanteling van de cavitas verwijderd raken. Ondanks de drie vrijheidsgraden van het art. humeri kunt u de hier als tweede getoonde beweging niet uitvoeren. De vrijheid beperkt zich tot het kiezen van de richting van de as. U kunt bijvoorbeeld wel kiezen voor een beweging om een sagittale of een frontale as, maar de plaats van die as wordt voor u geregeld. De ligamenten rond het gewricht en de vormgeving van de profielen bepalen dit. Vrijheidsgraden van het kaakgewricht Het kaakgewricht neemt, daar waar het gaat om het aantal vrijheidsgraden, een bijzondere plaats in. In tegenstelling tot hetgeen hiervoor werd gezegd over het schoudergewricht, bent u, binnen bepaalde grenzen, in uw kaakgewricht wel in staat de plaats van de as te bepalen. Het volgende bewegingsexperiment illustreert dat. Vanuit een uitgangspositie, waarbij u de mond gesloten heeft met de voortanden op elkaar, bent u over een klein traject van de totale opening in staat de mond te openen op twee verschillende manieren. U kunt de onderkaak tijdens het openen gedurende de eerste fase van de opening gelijktijdig wat voorwaarts verplaatsen (de ondertanden verplaatsen dus naar ventraal ten op-

5 zichte van de bovenkaak). U kunt echter ook kiezen voor een opening waarbij de onderkaak tijdens het openen wat achterwaarts wordt verplaatst. Beide bewegingen voltrekken zich om een frontale as en dus in het sagittale vlak. De beide bewegingen onderscheiden zich dus ook niet door een andere richting van de as, maar uitsluitend door een andere plaats of positie van de as. In figuur 6 wordt dit verduidelijkt. Zonder nu al direct in te gaan op de exacte ligging van de rotatieas, kan op basis van het uitgevoerde experiment al wel worden vastgesteld dat een opening met een gelijktijdige voorwaartse verplaatsing van de onderkaak (figuur 6a) plaats moet vinden om een as die ergens dorsaal en caudaal van de contactplaats van de tanden moet liggen, terwijl een opening met een achterwaartse verplaatsing alleen plaats kan vinden om een as die dorsaal en craniaal ligt (figuur 6b). Deze vrijheid in keuze van de as ligt ook ten grondslag aan het feit dat u naast een openingsbeweging van de onderkaak ook een voorwaartse translatie (protrusie) van de onderkaak kunt uitvoeren. Deze bewegingen spelen zich beide af in het sagittale vlak en verschillen dus niet qua richting, maar wel qua plaats van de as van elkaar. Figuur 6a en b. a. Ligging van de rotatieas bij opening van de mond met een voorwaartse verplaatsing. b. Ligging van de rotatieas bij opening van de mond met een achterwaartse verplaatsing.

6 Naast deze variatiemogelijkheid in het sagittale vlak bezit het kaakgewricht nog een derde vrijheidsgraad. De onderkaak kan ook zijwaarts worden bewogen zoals dat bij het kauwen van voedsel gebeurt. Bij deze beweging, die laterotrusie wordt genoemd, roteert de onderkaak min of meer in een transversaal vlak. Het kaakgewricht bezit dus drie vrijheidsgraden. In dit artikel beperken wij ons tot een analyse van de wijze waarop de bijzondere vrijheidsgraden in het sagittale vlak gerealiseerd zijn. Het kaakgewricht is voor zover wij op dit moment kunnen overzien namelijk het enige gewricht waarin vrijheidsgraden van dit type voorkomen. Het heterolaterale kaakgewricht Figuur 7 toont een schematische weergave van één kamer van het kaakgewricht. Het caput mandibulae articuleert via een discus (d) met het os temporale. De discus ligt tussen de beide gewrichtspartners in. Dorsaal in de fossa mandibularis (f) is de discus verbonden met het os temporale en ook ventraal op het os temporale bestaat er een dergelijk bevestigingspunt. Daarnaast is de discus, ventraal van het caput mandibulae, direct verbonden aan de m. Pterygoideus lateralis (pt). Deze spier hecht eveneens aan op de mandibula juist distaal van het gewrichtskraakbeen. Figuur 7 Schematische weergave van de bevestiging van de discus articularis. f = fossa mandibularis d = discus tub. = tuberculum articulare pt. = M. Pterygoideus lateralis Uit Wilkinson (7). Figuur 8 toont een preparaat van het gewricht waarin de hierboven genoemde structuren zijn te herkennen. In de gesloten positie van de mond, die in figuur 7 is weergegeven, articuleert het caput via de discus met het gewrichtsvlak in de fossa mandibularis. Tijdens het openen echter articuleert het caput met de meer naar ventraal gelegen delen van het os temporale, het tuberculum articulare (tub. in figuur 7.) Figuur 8 Structuren van figuur 7 in werkelijkheid. Uit Wilkinson (7). In een eerdere publicatie in dit tijdschrift van C. Backelandt is al eens uitvoerig stilgestaan bij de arthrokinematica van het kaakgewricht (1). Met behulp van metingen van de beschikbare booghoeken op de beide gewrichtsvlakken in combinatie met enkele arthrokinematische wetmatigheden modelleerde hij het bewegingsgedrag van het kaakgewricht tijdens een zogenaamde habituele openingsbeweging van het kaakgewricht. In figuur 9 zijn de door hem verrichte metingen van de booghoeken op het caput en het tuberculum articulare weergegeven. Bij de beide gewrichtsoppervlakken zijn ter hoogte van de kraakbeengrenzen raaklijnen getrokken aan het profiel. Deze raaklijnen blijken op het caput een hoek van ongeveer 90 te maken (figuur 9a) en op het tuberculum articulare een hoek van 55 (figuur 9b). Figuur 10a toont het kaakgewricht in de gesloten positie. De kraakbeengrenzen liggen zodanig tegen elkaar dat de beide raaklijnen samenvallen. Figuur 10b toont de geopende positie. Ook hierbij vallen de raaklijnen weer samen. Figuur 10c tenslotte, toont beide standen in één figuur. Het samenvallen der raaklijnen aan het profiel is een zeer basale eis bij contacten tussen twee gekromde profielen. Zoals blijkt uit de vergelijking van de beide posities in figuur 10c, verplaatst het contactpunt op het tuberculum articulare tijdens de openingsbeweging naar ventraal terwijl het contactpunt op het caput naar dorsaal verloopt. Een gewricht met een dergelijk gedrag wordt een heterolateraal bewegend gewricht genoemd (5). Opvallend is dat in dit model geen discus is opgenomen. Ook met een discus echter gelden de bovengenoemde

7 wetmatigheden. Aangezien de gewrichtsoppervlakken nu niet direct met elkaar articuleren, maar dit doen via de discus, vallen de raaklijnen aan de profielen niet samen, maar lopen zij evenwijdig (figuur 11). Figuur 9 Grafische bepaling van de evolute en de booghoeken op de gewrichtspartners. Verdere verklaring in de tekst. Vrij naar Backelandt (1). Op basis van de bovengenoemde wetmatigheden kan worden berekend dat het hier gebruikte model een bewegingsuitslag van = 35 opening bezit. Figuur 10a t/m c. Figuur 11 a. gewrichtspositie bij een gesloten mond. Begin- en eindstand van de onderkaak met b. gewrichtspositie bij een maximale opening een discus. c. beide standen in een figuur. Vrij naar Backelandt (1)

8 De keuze van de as Het voorgaande model biedt echter geen verklaring voor de geconstateerde vrijheid in de uitvoering van de openingsbeweging. Naast de habituele baan die u kiest om de mond te openen kunt u immers tot een zekere mate van mondopening ook kiezen voor een protrusie van de kaak. Ter verklaring van deze mogelijkheid introduceren we een nieuw model (figuur 12a), waarin enkele eigenschappen van het voorgaande model zijn verwerkt. Figuur 12 a. Model van het kaakgewricht waarin de profielen als delen van cirkels worden voorgesteld. De centra van beide cirkels zijn verbonden door het Lig. laterale. b. Het werkelijke verloop van het ligament laterale. Uit Gray=s anatomy (6) De gewrichtsoppervlakken op het caput mandibulae en het tuberculum articulare worden voorgesteld als cirkelvormige profielen. Net als in het voorgaande model worden booghoeken van 90 op het caput en 55 op het tuberculum aangenomen. De beide profielen worden van elkaar gescheiden door een discus. De fossa articulare, waarin het caput ligt bij een gesloten positie, is niet weergegeven. In eerste instantie wordt het model uitsluitend voorzien van een ligament voorstellend het laterale (temporomandibulaire) ligament (weergegeven met 1 in figuur 12b). In een later stadium worden andere ligamenten toegevoegd. Het ligament temporomandibulare verloopt vanaf het os zygomaticum schuin achterwaarts naar de laterale achterrand van mandibula juist onder het caput. Dit ligament wordt zodanig in het model bevestigd dat het aanhecht in de centra van de beide cirkelprofielen. Deze bijzondere configuratie geeft het model twee vrijheidsgraden. Deze mogelijkheden hangen samen met de bijzondere wijze waarop het ligament tussen de twee profielen is bevestigd. Het feit dat het ligament aanhecht in de kromtemiddelpunten maakt het mogelijk dat het caput roteert om zijn eigen middelpunt (figuur 13a) of roteert om het kromtemiddelpunt van het os temporale (figuur 13b). Figuur 13a en b a. rotatie om het centrum van de mandibula. b. rotatie om het centrum van het tuberculum articulare. Bij de eerste bewegingsmogelijkheid roteert de mandibula ten opzichte van het os temporale en een stilstaande discus, bij de tweede mogelijkheid roteren de mandibula en de discus samen ten opzichte van het os temporale. Beide aanhechtingen van het ligament vormen dus een mogelijk draaipunt. De mogelijkheid om beide aanhechtingen van het ligament te laten functioneren als mogelijk draaipunt is voorbehouden aan biconvexe gewrichten. Met behulp van twee eenvoudige cirkelvormige gewrichtsmodellen wordt dit in figuur 14 uiteengezet. In een biconvex gewricht liggen de kromtemiddelpunten aan weerszijde van het contactpunt, terwijl in een convexconcaaf gewricht beide middelpunten aan

9 dezelfde zijde liggen. In beide gewrichten van figuur 14a en d hecht een ligament aan in het kromtemiddelpunt van het onderste element. Bij rotatie van dit element ontstaat een slippende beweging (figuur 14b en e). In het biconvexe gewricht hecht het ligament echter ook in het kromtemiddelpunt van het bovenste element aan. Het onderste element kan daarom ook bewegen om het kromtemiddelpunt van het bovenste element (figuur 14c). Dit laatste is in het convexconcave gewricht niet mogelijk. De kop zou door de kom dringen (figuur 14f). Figuur 14a tm f a tm c. Twee vrijheidsgraden in een biconvex gewricht. d tm f. In een gewricht met een con vex en een concaaf profiel kunnen niet beide aanhech tingen van het ligament als draaipunt dienen. Door in het kaakgewricht in wisselende verhoudingen te draaien om de twee draaipunten in het caput en het tuberculum articulare zijn allerlei liggingen van momentane draaiings as mogelijk. In figuur 15 worden de gemiddelde draaipunten (rc) getoond bij twee verschillende bewegingscombinaties. Het gemiddelde draaipunt kan worden geconstrueerd met behulp van de zogenaamde middenloodlijn constructie. Indien van twee punten op het bewegende element de begin en eindpositie door middel van een lijn verbonden worden, kan het gemiddelde draaipunt gevonden worden op het snijpunt van de middenloodlijnen van deze twee lijnstukken. Figuur 15a toont een protusie met een geringe opening, terwijl er in figuur 15b sprake is van een opening met slechts een zeer geringe voorwaartse verplaatsing. De ligging van de draaipunten is in overeenstemming met de voorspellingen van figuur 6. Figuur 15. Door in wisselende verhoudingen om beide middelpunten te roteren kunnen verschillende gemiddelde rotatiecentra ontstaan.

10 De tandenloze kaak Figuur 16 toont een dame op leeftijd die ons toont dat het sluiten van de mond, ook na het verlies van de tanden nog mogelijk is. Figuur 16 De tandenloze mond in gesloten toestand. Het sluiten van de mond zonder tanden vraagt natuurlijk een extremere hoekstand (achteroverkanteling) van de onderkaak dan in de situatie waarin de tanden nog aanwezig zijn. Dit effect wordt nog versterkt door het slinken van de onderkaak na het verlies van de tanden (figuur 17). Toch blijft het onder deze omstandigheden moge lijk de onderkaak en de bovenkaak tegen elkaar te brengen. Dit merkwaardige fenomeen vraagt enige toelichting. In eerste instantie lijkt het immers alsof er in het kaakgewricht een overschot aan mobiliteit bestaat dat, zolang wij tanden en kiezen bezitten, niet benut wordt. Zodra echter tanden en kiezen verdwenen zijn stelt deze, tot dan toe nimmer gebruikte mobiliteit, ons in staat de mond verder te sluiten dan daarvoor ooit mogelijk was. Deze verklaring is echter uiterst onwaarschijnlijk. Voor het behoud van een gewricht is regelmatige functie-informatie immers onontbeerlijk. De verklaring voor dit fenomeen ligt besloten in de hierboven beschreven vrijheid van het kaakgewricht. Figuur 17 De onderkaak met en zonder dentitie. Let op het enorme hoogteverlies. Uit Gray=s Anatomy (6). Een geïsoleerde rotatie van de onderkaak om het centrum van het tuberculum articulare leidt tot een achterover kanteling van de onderikaak (figuur 18a). Indien een dergelijke beweging echter wordt uitgevoerd vanuit een reeds maximaal gesloten mond, verhinderen de tanden dat deze achteroverkanteling ook plaats kan vinden (figuur 18b). In figuur 18b wordt een beweging uitgevoerd, waarbij de tanden in de onderkaak langs een horizontale lijn (voorstellend de tanden in de bovenkaak) schuiven. Deze beweging is op te vatten als een combinatie van achteroverkantelen van de onderkaak om het middelpunt van het tuberculum articulare en het vooroverkantelen om het centrum van het caput. Het net-

11 to resultaat is een geringe achteroverkanteling, gecombineerd met een voorwaartse verplaatsing van de onderkaak. In figuur 18c wordt de situatie zonder tanden getoond. Opnieuw wordt de onderkaak geroteerd om het middelpunt van het tuberculum articulare. In verband met de afwezigheid van de tanden hoeft een achteroverkanteling van de mandibula om dit middelpunt niet direct gepaard te gaan met een vooroverkanteling om het centrum van het caput. Het ontbreken van de tanden maakt een andere verhouding tussen deze twee kantelingen mogelijk, zonder dat daarbij kraakbeendelen worden gebruikt die bij aanwezigheid van de tanden niet gebruikt werden. Figuur 18a t/m c. a. Denkbeeldige beweging van de onderkaak bij een geïsoleerde rotatie om het middelpunt van het tuberculum articulare. b. In werkelijkheid kan een dergelijke beweging niet optreden in verband met de aanwezigheid van de tanden. c. Na het verlies van de dentitie kan een geïsoleerde rotatie om het tuberculum articulare wel plaatsvinden. Het computermodel Het model in zijn bovenstaande vorm geeft inzicht in de wijze waarop de vrijheid tot variatie van de positie van de as kinematisch gerealiseerd is. Het model bezit de mogelijkheid tot variatie van de aspositie echter over het gehele traject van de mondopening terwijl deze vrijheid in werkelijkheid beperkt is tot een beperkt traject van de opening. In een kinematische analyse van de kaakbewegingen constateren Kang, Updike en Salathe dat de mogelijkheid tot het uitvoeren van een protusie afneemt met het openen van de mond (4). Zij verklaren dit door toenemende spanning in het ligamentaire systeem. Tot nu toe hebben wij slechts één ligament in het systeem aangebracht. Het stylomandibulaire en het sphenomandibulaire ligament (figuur 19) zijn buiten beschouwing gebleven. Figuur 19a en b Mediaal aanzicht van de rechter kamer van het kaakgewricht. a. Lig. stylomandibulare b. Lig. sphenomandibulare. Uit WolffHeidegger(8).

12 In het model worden beide ligamenten voorgesteld door één structuur. (figuur 20a). Indien dit ligament, net als het temporomandibulaire ligament, wordt voorgesteld als een structuur met een vaste lengte, bezit het model nog slechts één vrijheidsgraad. Het systeem kan nu namelijk worden beschouwd als een vierstangenstelsel met vier scharnierverbindingen. De vier elementen zijn: 1. de schedel met het tuberculum articulare (in dit model het vaste referentie element) 2. het lig. stylomandibulare samen met het lig. sphenomandibulare 3. de onderkaak met het caput 4. het lig. temporomandibulare. Figuur 20a en b Het kaakgewricht als een vierstangenstelsel. 1. Schedel 2. Lig styloen sphenomandibulare 3. Mandibula 4. Lig. laterale (temporomandibulare) Het momentane draaipunt van de onderkaak ligt hierbij steeds op het snijpunt van de twee ligamenten (of het verlengde daarvan). De bewegingsbaan die door het stangenstelsel wordt opgedrongen wordt sterk bepaald door de gekozen configuratie van de stangen. Om het effect van wijzigingen in de configuratie van het stangenstelsel snel te kunnen nagaan is een computermodel een belangrijk hulpmiddel. Figuur 20b toont het gebruikte computermodel. De vier genummerde delen corresponderen met de onderdelen van het model uit figuur 20a. Met behulp van dit computermodel is getracht het werkelijke bewegingsgedrag van het kaakgewricht na te bootsen. Het computermodel is vervaardigd door G. Elshoud. De centrode van de openingsbeweging van het kaakgewricht is in vivo ondermeer bepaald door Falkenström (3). Figuur 21 Toont de centrode voor de zogenaamde habituele opening. De U vormige centrode start bij een gesloten positie ter hoogte van het processus mastoideus, verloopt via een U vormige baan en eindigt bij een geopende mond ongeveer in het (inmiddels naar ventraal verplaatste) caput mandibulae. Figuur 22 toont de simulatie van deze centrode door het model. Het model vertoont een U-vormige centrode die dorsaal caudaal van het caput start, U-vormig verloopt en eindigt in de buurt van het caput. De openingshoek van de kaak bedraagt hierbij 40. Figuur 21 Centrode van een openingsbeweging. Uit Falkenström (3).

13 Figuur 22a en b Modelmatige simulatie van de centrode. Discussie Het model geeft geen perfecte nabootsing van de centrode. De mogelijke liggingen van het momentane draaipunt zijn beperkt tot het snijpunt van de twee ligamenten. In werkelijkheid start de centrode ter hoogte van het processus mastoideus. Gezien de configuratie van de twee ligamenten kan dit punt nooit worden gevormd door het snijpunt van de genoemde ligamenten. Blijkbaar wordt het draaipunt aan het begin van de opening dus niet gedicteerd door ligamenten. Was dit wel het geval dan bestond de vrijheid in de uitvoering van de openingsbeweging ook niet. De mogelijkheid tot het variëren van de positie van de as komt immers met de introductie van het tweede ligament te vervallen. Bij het eerder genoemde onderzoek van Falkenström zijn ook centrodes bepaald van de zogenaamde Aprotrusive opening@. In figuur 23 wordt naast de eerder genoemde U vormige centrode een dergelijke centrode getoond. De centrode start verder naar dorsaal en caudaal. Zoals eerder in dit artikel al werd getoond, levert een der gelijke draaipuntsligging inderdaad een meer voorwaarts gerichte verplaatsing op dan bij een hoger liggend draaipunt. Merk op dat het tweede deel van de beide centrodes weer identiek verloopt. Dit is in overeenstemming met het gegeven dat de vrijheid tot het uitvoeren van een protrusie afneemt met het vorderen van de opening. Figuur 23 c. Centrode bij een habituele opening d. Centrode bij een Aprotrusive opening@ Uit Falkenström (3). Het computermodel kan met zijn niet van lengte veranderende ligamenten dus ook slechts het tweede deel van het traject van de opening nabootsen. De exacte plaats van het momentane draaipunt is in het begin van de opening vrij te kiezen. Deze keuze komt tot stand door een variatie van momenten geleverd door spieren rondom de twee aanhechtingspunten van het ligament. Zodra het tweede ligament op spanning is, wordt de ligging van de as volledig bepaald door passieve structuren en vervalt de eerder aanwezige variatiemogelijkheid. Onze hypothese is dus dat de vrijheid van aspositie in het begin van de opening tot stand komt door het nog niet op spanning zijn van het ligament stylomandibulare en het lig. sphenomandibulare. Ter visualisatie van dit effect is in het computermodel de mogelijkheid opgenomen om het moment waarop het tweede ligament op spanning komt in te stellen. Het traject van de onderkaak tot aan het punt waarop het tweede ligament op spanning komt is dan echter niet bepaald. In het model is ervoor gekozen de onderkaak gedurende dit traject een zuivere translatie te laten uitvoeren (in werkelijkheid kan gedurende dit traject dus om wisselende assen bewogen worden). De translatie gaat over in een kanteling van de kaak bij het bereiken van de ingestelde lengte van het ligament (figuur 24)

14 Figuur 24 Van a naar b staat het lig. stylomandibulare niet op spanning. In dit traject transleert de onderkaak. Vanaf b gedraagt het model zich als een vierstangenstelsel. In figuur c wordt de centrode van de openingsbeweging getoond. Functionele overwegingen De twee vrijheidsgraden van het kaakgewricht zijn in dit artikel tot dusverre geïllustreerd met behulp van de openingsbeweging van de mond. Bij een bespreking van het functionele belang van de twee vrijheidsgraden dient echter te worden bedacht dat de primaire functie van de mandibula ligt in het bewerken van voedsel. In verband hiermee zullen we ons bij de onderstaande bespreking van de functionele implicaties vooral concentreren op deze aspecten. De vrijheid tot variatie van de plaats van de as komt op verschillende manieren van pas. Ten eerste is het natuurlijk erg praktisch om afhankelijk van de plaats van het voedsel in de mond, kiezen dan wel tanden tegenover elkaar te brengen. Een ander belangrijk voordeel ligt in de mogelijkheid tot het richten van de bijtkracht. Figuur 25a toont een schematische onderkaak die uitsluitend kan draaien om een draaipunt in het caput. Tussen de tanden is een stuk voedsel getekend waarin gebeten wordt. De richting waarmee de tanden van een dergelijke onderkaak kracht kunnen uitoefenen op het voedsel ligt in dit systeem volledig vast. De richting waarin kracht wordt uitgeoefend door de onderkaak op het voedsel staat steeds loodrecht op de verbindingslijn tussen het contactpunt van de tanden met het voedsel en het draaipunt van de kaak. Figuur 25 Statische evenwichtsanalyse van de onderkaak. Voor verdere verklaring zie tekst.

15 Het inschakelen van spieren met een andere trekrichting heeft hier geen invloed op. Voor het effectief bijten in het voedsel is het echter van groot belang dat het voedsel in evenwicht is tussen de tanden. Met een vaste richting van de bijtkracht is dit niet altijd te realiseren. Voor het doorbijten van het voedsel zonder kanteling is een richting van de bijtkracht nodig welke precies gericht is naar het contactpunt met de boventanden. Aangezien het kaakgewricht tot een zekere mate van opening twee vrijheidsgraden bezit voor de openingsbeweging, is dit richten van krachten ook mogelijk. In figuur 25b wordt de gewenste bijtkrachtrichting (naar de boventanden) getoond. Aangezien we het evenwicht van de onderkaak bekijken is de reactiekracht van de boventanden op de ondertanden weergegeven (Frb). Het kaakgewricht bezit twee vrijheidsgraden. In verband hiermee moet de reactiekracht in het kaakgewricht (Frg), voor het handhaven van de hier getoonde positie van de onderkaak, door de beide aanhechtingen van het ligament laterale lopen. De richting van de bijtkracht en de richting van de reactiekracht in het gewricht zijn dus bepaald. De richting van de spierkracht die op de kaak geleverd moet worden ligt daarmee ook vast. De resultante van de spierkracht (Fs) moet verlopen naar het snijpunt van de twee reactiekrachten (frg) en (Frb). In de meeste situaties zal deze krachtrichting gevormd worden door in een zekere verhouding spieren aan te spannen. In figuur 25c worden de m. Masseter en de m. Pterygoideus lateralis aangespannen. Zoals uit figuur 25d blijkt, contraheren deze spieren in een zodanige verhouding dat hun gezamenlijke effect de juiste richting en grootte heeft. Door de krachten langs hun werklijn te verplaatsen en vervolgens samen te voegen, wordt dit duidelijk. De twee vrijheidsgraden van het gewricht creëren op deze wijze de mogelijkheid om bij wisselende plaatsen van het voedsel en bij wisselende openingshoeken toch steeds een effectieve bijtkracht te leveren. Met dank aan G. Elshoud, (vakgroep informatica, opleiding Bewegingstechnologie Haagse Hogeschool) voor het vervaardigen van het computermodel. LITERATUUR 1. Backelandt C. Het Kaakgewricht een bewegingsanalyse Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie, 5e jaargang (1987), no.2 2 Gosling J.A. et al. Human Anatomy Mosby Wolfe (1990). 3 Falkenström C.H. Biomechanical design of a total temporomandibular joint replacement (Diss). T.U. Twente (1993). 4 Kang Q.S., Updike D.P., Salathe E.P. Kinematic Analysis of the Human Temporomandibular Joint Annals of Biomedical Engineering, Vol 21, pp (1993) 5 Oonk H. Osteo en Arthrokinematica Uitg. Henric Graaf van IJssel, (1988). 6. Warwick R., Williams P.L. Gray=s Anatomy Longman, (1973). 7. Wilkinson T., Maryniuk G. The correlation between sagittal anatomic sections and computerized tomography of the TMJ. Journal of craniomandibular practice Vol. 1, no. 3 (1983). 8. Wolf Heidegger G. Atlas der systematischen anatomie des menschen. S. Krager (1972).

Het Rotatievlak een platte oplossing voor een ruimtelijk probleem Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers:

Het Rotatievlak een platte oplossing voor een ruimtelijk probleem Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): Titel: Faber H, Lagerberg A Het Rotatievlak een platte oplossing voor een ruimtelijk probleem Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 329-353 Deze online uitgave

Nadere informatie

Auteur(s): C. Backelandt Titel: Het kaakgewricht: een bewegingsanalyse Jaargang: 5 Jaartal: 1987 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 53-83

Auteur(s): C. Backelandt Titel: Het kaakgewricht: een bewegingsanalyse Jaargang: 5 Jaartal: 1987 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 53-83 Auteur(s): C. Backelandt Titel: Het kaakgewricht: een bewegingsanalyse Jaargang: 5 Jaartal: 1987 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 53-83 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in Haags Tijdschrift

Nadere informatie

I. BEWEGI GE E ASSE STELSELS

I. BEWEGI GE E ASSE STELSELS I. BEWEGI GE E ASSE STELSELS Beweging is relatief. Beweging is een positieverandering van "iets" ten opzichte van "iets anders". Voor "iets" kan van alles worden ingevuld: een punt, een lijn, een vlak

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 20e jrg 2002, no. 6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 20e jrg 2002, no. 6 (pp ) Auteur(s): C. Riezebos Titel: Beweging, beperking en mobilisatie van het patellofemorale gewricht Jaargang: 20 Jaartal: 2002 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 340-361 Deze online uitgave mag, onder

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,19e jrg 2001, no.6 (pp. 315 322)

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,19e jrg 2001, no.6 (pp. 315 322) Auteur(s): Titel: A. Lagerberg De beperkte schouder. Functie-analyse van het art. humeri met behulp van een röntgenfoto Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 315-322 Deze

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 20 e jrg 2002, no. 6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 20 e jrg 2002, no. 6 (pp ) Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Bewegen is relatief Jaargang: 20 Jaartal: 2002 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor

Nadere informatie

I. B E W E G I G E E A S S E S T E L S E L S

I. B E W E G I G E E A S S E S T E L S E L S I. B E W E G I G E E A S S E S T E L S E L S Beweging is relatief. Beweging is een positieverandering van "iets" ten opzichte van "iets anders". Voor "iets" kan van alles worden ingevuld: een punt, een

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 18e jrg 2000, no. 4 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 18e jrg 2000, no. 4 (pp ) Auteur(s): D. Kistemaker Titel: Evenwicht in het gewricht in de close-packed position Jaargang: 18 Jaartal: 2000 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 198-207 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber, S. Leseman Titel: De trigeminusneuralgie Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Faber, S. Leseman Titel: De trigeminusneuralgie Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Faber, S. Leseman Titel: De trigeminusneuralgie Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 182-190 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 19e jrg 2001, no. 4 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 19e jrg 2001, no. 4 (pp ) Auteur(s): P. van der Meer, H. van Holstein Titel: Meten van de heupadductie Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 206-216 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): K. Bunnig, A. Hendriks Titel: Springen en spierrekken Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): K. Bunnig, A. Hendriks Titel: Springen en spierrekken Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): K. Bunnig, A. Hendriks Titel: Springen en spierrekken Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 238-256 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 24 e jrg 2006, no.6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 24 e jrg 2006, no.6 (pp ) Auteur(s): Lagerberg. A Titel: Kinematica van het patellofemorale gewricht Jaargang: 24 Jaartal: 2006 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 251-267 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 25e jrg 2007, no. 6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 25e jrg 2007, no. 6 (pp ) Auteur(s): H. Faber Titel: Immobilisatie en contracturen: stijve gewrichten, een slap verhaal Jaargang: 25 Jaartal: 2007 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 287-292 Deze online uitgave mag, onder

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber Titel: Reactie op: Het klappende van de schaats Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Faber Titel: Reactie op: Het klappende van de schaats Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Faber Titel: Reactie op: Het klappende van de schaats Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 147-155 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): W. Ignatio, M. Zonneveld Titel: De zwaartekrachtgoniometer Jaargang: 4 Jaartal: 1986 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): W. Ignatio, M. Zonneveld Titel: De zwaartekrachtgoniometer Jaargang: 4 Jaartal: 1986 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): W. Ignatio, M. Zonneveld Titel: De zwaartekrachtgoniometer Jaargang: 4 Jaartal: 1986 Nummer: 6 orspronkelijke paginanummers: 269-277 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in Haags Tijdschrift

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 8e jrg 1990, no. 6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 8e jrg 1990, no. 6 (pp ) Auteur(s): S. Leseman, H. Faber Titel: De effekten van lenigheidstraining op gewrichten Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 301-314 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Gesloten vragen Functionele Anatomie II

Gesloten vragen Functionele Anatomie II Gesloten vragen Functionele Anatomie II 2013-2014 1. Ab- en adductie vindt plaats om een longitudinale as 2. In de anatomische houding is, in het sagittale vlak van de wervelkolom, lumbaal een lordose

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 20 e jrg. 2002, no. 4 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 20 e jrg. 2002, no. 4 (pp ) Auteur(s): F. van de Beld Titel: Omdraaien (1) Jaargang: 20 Jaartal: 2002 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 219-232 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden

Nadere informatie

Auteur(s): R. Backelandt Titel: Ribbewegingen tijdens de ademhaling Jaargang: 4 Jaartal: 1986 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 10-36

Auteur(s): R. Backelandt Titel: Ribbewegingen tijdens de ademhaling Jaargang: 4 Jaartal: 1986 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 10-36 Auteur(s): R. Backelandt Titel: Ribbewegingen tijdens de ademhaling Jaargang: 4 Jaartal: 1986 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 10-36 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in Haags Tijdschrift

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 22 e jrg 2004, no. 2 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 22 e jrg 2004, no. 2 (pp ) Auteur(s): F. van de Beld Titel: De excentrische crank Jaargang: 22 Jaartal: 2004 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 79-89 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

Auteur(s): E. Koes Titel: De scheve wervel Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): E. Koes Titel: De scheve wervel Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): E. Koes Titel: De scheve wervel Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 299-307 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor

Nadere informatie

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: De onderarm als kinematische keten Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 298-319

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: De onderarm als kinematische keten Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 298-319 Auteur(s): A. Lagerberg Titel: De onderarm als kinematische keten Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 298-319 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij

Nadere informatie

Inleiding. Anatomie. Humerus

Inleiding. Anatomie. Humerus Inleiding Koos van Nugteren De elleboog verbindt de bovenarm met de onderarm. Buiging van de arm zorgt ervoor dat we de hand in de richting van het hoofd en de schouder kunnen bewegen. Activiteiten als

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,17e jrg 1999, no.6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,17e jrg 1999, no.6 (pp ) Auteur(s): F.B. van de Beld Titel: Het meten van de bekkenrotatie tijdens het gaan op een tapis roulant Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 291-297 Deze online uitgave mag,

Nadere informatie

VERSUS, Tijdschrift voor fysiotherapie, 20e jaargang 2002, no.1(3-17)

VERSUS, Tijdschrift voor fysiotherapie, 20e jaargang 2002, no.1(3-17) Auteur(s): Henk van Holstein; Paul van der Meer Titel: Mobiliteit en Mobilisatie van het Art. Acromioclavicularis Jaargang:20 Jaartal:2002 Nummer:1 Oorspronkelijke paginanummers: Deze online uitgave mag,

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 16e jrg 1998, no. 2 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 16e jrg 1998, no. 2 (pp ) Auteur(s): P. van der Meer, H. van Holstein Titel: Mobiliseren van het onderste spronggewricht Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 63-74 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Fietsen met een knieflexiebeperking Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Fietsen met een knieflexiebeperking Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Fietsen met een knieflexiebeperking Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 203-217 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Iliumkanteling tijdens het gaan Jaargang: 2001 Jaartal: 19 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Iliumkanteling tijdens het gaan Jaargang: 2001 Jaartal: 19 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Iliumkanteling tijdens het gaan Jaargang: 2001 Jaartal: 19 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 149-160 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Versus, Tijdschrift voor Fysiotherapie, 8e jrg 1990, no. 6 (pp )

Versus, Tijdschrift voor Fysiotherapie, 8e jrg 1990, no. 6 (pp ) Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg, F. Krijgsman, E. Koes Titel: De gekoppelde schoudergordel Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 315-347 Deze online uitgave mag, onder

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber Titel: Rotatie-assen van het sacro-iliacale gewricht Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Faber Titel: Rotatie-assen van het sacro-iliacale gewricht Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Faber Titel: Rotatie-assen van het sacro-iliacale gewricht Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 303-318 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): Ruys, C.C., Sombekke, C.A.M Titel: Roteert de clavicula? Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 4-21

Auteur(s): Ruys, C.C., Sombekke, C.A.M Titel: Roteert de clavicula? Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 4-21 Auteur(s): Ruys, C.C., Sombekke, C.A.M Titel: Roteert de clavicula? Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 4-21 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 1e jrg 1983, no. 1 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 1e jrg 1983, no. 1 (pp ) Auteur(s): A.Lagerberg, C.Riezebos, E.Koes, F.Krijgsman Titel: Beperkte elleboog-extensie en schouderklachten Jaargang: 1992 Jaartal: 10 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 77-104 Deze online uitgave

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber Titel: Scoliose: een instabiele wervelkolom Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Faber Titel: Scoliose: een instabiele wervelkolom Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Faber Titel: Scoliose: een instabiele wervelkolom Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers: 251-260 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij

Nadere informatie

- duidelijkheid in terminologie: - overzicht van begrippen - opbouw in het verhaal - aangeven welke begrippen verwarring kunnen veroorzaken

- duidelijkheid in terminologie: - overzicht van begrippen - opbouw in het verhaal - aangeven welke begrippen verwarring kunnen veroorzaken Voorwoord De aanleiding voor het beginnen van het project met dit onderwerp was de onduidelijkheid die vaak optreedt bij het begrip zelfstudie. Er wordt van de studenten vereist dat zij door middel van

Nadere informatie

Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C Titel: Ganganalyse van een poliopatiënt Jaargang: 15 Jaartal: 1997 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 6-15

Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C Titel: Ganganalyse van een poliopatiënt Jaargang: 15 Jaartal: 1997 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 6-15 Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C Titel: Ganganalyse van een poliopatiënt Jaargang: 15 Jaartal: 1997 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 6-15 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatie in de lumbale wervelkolom Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatie in de lumbale wervelkolom Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 7 Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatie in de lumbale wervelkolom Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 119-139 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Theorie-examen Anatomie 13 januari 2006.

Theorie-examen Anatomie 13 januari 2006. Theorie-examen Anatomie 13 januari 2006. 1. Wat is de diafyse van een pijpbeen? A. Het uiteinde van een pijpbeen. B. Het middenstuk van een pijpbeen. C. De groeischijf. 2. Waar bevindt zich de pink, ten

Nadere informatie

Auteur(s): H. Oonk Titel: De Dynamiekvan gewrichtsassen Jaargang: 5 Jaartal: 1987 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 10-29

Auteur(s): H. Oonk Titel: De Dynamiekvan gewrichtsassen Jaargang: 5 Jaartal: 1987 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 10-29 Auteur(s): H. Oonk Titel: De Dynamiekvan gewrichtsassen Jaargang: 5 Jaartal: 1987 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 10-29 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie,

Nadere informatie

Versus, Tijdschrift voor Fysiotherapie, 7e jrg 1989, no. 4 (pp )

Versus, Tijdschrift voor Fysiotherapie, 7e jrg 1989, no. 4 (pp ) Auteur(s): C. Riezebos, F. Krijgsman, A. Lagerberg Titel: De effektiviteit van borst- en buikademhaling Jaargang: 7 Jaartal: 1989 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 202-215 Deze online uitgave mag,

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 10e jrg 1992, no. 5 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 10e jrg 1992, no. 5 (pp ) Auteur(s): F.B. van de Beld Titel: Het heup- en si-gewricht: een funktionele eenheid? Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 226-243 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Auteur(s): F. van de Beld Titel: Bekkenkanteling in het frontale vlak als huiswerkoefening Jaargang: 27 Maand: april Jaartal: 2009

Auteur(s): F. van de Beld Titel: Bekkenkanteling in het frontale vlak als huiswerkoefening Jaargang: 27 Maand: april Jaartal: 2009 Auteur(s): F. van de Beld Titel: Bekkenkanteling in het frontale vlak als huiswerkoefening Jaargang: 27 Maand: april Jaartal: 2009 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber Titel: Afzetten en hielspoor Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 175-184

Auteur(s): H. Faber Titel: Afzetten en hielspoor Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 175-184 Auteur(s): H. Faber Titel: Afzetten en hielspoor Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 175-184 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 19e jrg 2001, no. 4 (pp. 183-205)

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 19e jrg 2001, no. 4 (pp. 183-205) Auteur(s): C. Riezebos Titel: De slotrotatie van de knie: mechanisme en mobilisatie Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 183-205 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber, D. Kistemaker, A. Hof Titel: Reactie op: Overeenkomsten en verschillen in de functies van mono- en biarticulaire

Auteur(s): H. Faber, D. Kistemaker, A. Hof Titel: Reactie op: Overeenkomsten en verschillen in de functies van mono- en biarticulaire Auteur(s): H. Faber, D. Kistemaker, A. Hof Titel: Reactie op: Overeenkomsten en verschillen in de functies van mono- en biarticulaire spieren Jaargang: 22 Jaartal: 2004 Nummer: 6 Oorspronkelijke paginanummers:

Nadere informatie

Auteur(s): E. Koes Titel: De schouderhoogstand Jaargang: 18 Jaartal: 2000 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): E. Koes Titel: De schouderhoogstand Jaargang: 18 Jaartal: 2000 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): E. Koes Titel: De schouderhoogstand Jaargang: 18 Jaartal: 2000 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 100-113 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,14e jrg 1996, no.5 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,14e jrg 1996, no.5 (pp ) Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C. Titel: Heupmobiliteit, Beenlengte en Lichaamshouding Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 250-264 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 17e jrg 1999, no. 2 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 17e jrg 1999, no. 2 (pp ) Auteur(s): H. Faber, B. van der Zwaard Titel: Osteokinematica van het schoudercomplex bij elevatie van de arm Jaargang: 17 Jaartal: 1999 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 43-60 Deze online uitgave

Nadere informatie

AXIOMA S FUNCTIONELE MORFOLOGIE

AXIOMA S FUNCTIONELE MORFOLOGIE De wetenschap van de relaties tussen vormen en functies van levende organismen Het verband tussen structuur en functie is de sleutel voor het begrijpen van levende systemen AXIOMA S FUNCTIONELE MORFOLOGIE

Nadere informatie

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Zitten en beenkruisen Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Zitten en beenkruisen Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Zitten en beenkruisen Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 165-175 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg Titel: Bewegingen van romp en wervels Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 17-42

Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg Titel: Bewegingen van romp en wervels Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 17-42 Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg Titel: Bewegingen van romp en wervels Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 17-42 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 21 e jrg 2003, no. 3 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 21 e jrg 2003, no. 3 (pp ) Auteur(s): F. van de Beld Titel: Een functiestoring na een trauma Jaargang: 21 Jaartal: 2003 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 128-144 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij

Nadere informatie

Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie, 3e jrg 1985, no. 3 (pp )

Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie, 3e jrg 1985, no. 3 (pp ) Auteur(s): W. Schuëngel, E. Takens Titel: De sturende funktie van de menisci bij de slotrotatie Jaargang: 3 Jaartal: 1985 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 71-80 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen

Nadere informatie

Auteur(s): J. van der Meij, C. Riezebos Titel: De tenniskaak Jaargang: 3 Jaartal: 1985 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 110-126

Auteur(s): J. van der Meij, C. Riezebos Titel: De tenniskaak Jaargang: 3 Jaartal: 1985 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 110-126 Auteur(s): J. van der Meij, C. Riezebos Titel: De tenniskaak Jaargang: 3 Jaartal: 1985 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 110-126 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in Haags Tijdschrift voor

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 23 e jrg 2005, no. 2 (pp. 103 119)

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 23 e jrg 2005, no. 2 (pp. 103 119) Auteur(s): A.Lagerberg Titel: Mobiliteitsmetingen met behulp van digitale fotografie. Jaargang: 23 Jaartal: 2005 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 103-119 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 16 e jrg 1998, no. 2 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 16 e jrg 1998, no. 2 (pp ) Auteur(s): Frank van de Beld Titel: De frozen hip Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 97-103 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden

Nadere informatie

Oefenvragen les 7. 1) Wat voor soort gewricht is het art radiocarpea? A) Eigewricht B) Kogelgewricht C) Lengtescharnier D) Zadelgewricht

Oefenvragen les 7. 1) Wat voor soort gewricht is het art radiocarpea? A) Eigewricht B) Kogelgewricht C) Lengtescharnier D) Zadelgewricht 1) Wat voor soort gewricht is het art radiocarpea? A) Eigewricht B) Kogelgewricht C) Lengtescharnier D) Zadelgewricht Oefenvragen les 7 2) Hoe is een ware rib (costavera) met de wervelkolom verbonden?

Nadere informatie

J.D. Stenvers~ fysiotherapeut W.J. Overbeek~ neuro-radioloog Groningen~ 20 januari 1977.

J.D. Stenvers~ fysiotherapeut W.J. Overbeek~ neuro-radioloog Groningen~ 20 januari 1977. Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met: De Neurochirurgische Universiteitskliniek te Groningen Hoofd: Prof. Dr. J.W.F. Beks. De afdeling Revalidatie van het Academisch Ziekenhuis te Groningen

Nadere informatie

HAVO. Inhoud. Momenten... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen... 10. Momenten R.H.M.

HAVO. Inhoud. Momenten... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen... 10. Momenten R.H.M. Inhoud... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen... 10 1/10 HAVO In de modules Beweging en Krachten hebben we vooral naar rechtlijnige bewegingen gekeken. In de praktijk

Nadere informatie

Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie, 3e jrg 1985, no. 1 (pp. 7 21)

Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie, 3e jrg 1985, no. 1 (pp. 7 21) Auteur(s): Titel: H. Oonk Funktionele aanpassingsmechanismen rond het sacro-iliacale gewricht tijdens zwangerschap Jaargang: 3 Jaartal: 1985 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 7-21 Dit artikel is

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 23 e jrg 2005, no. 4 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 23 e jrg 2005, no. 4 (pp ) Auteur(s): A. Lagerberg Titel: De rollator Jaargang: 23 Jaartal: 2005 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 221-242 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor

Nadere informatie

Theorie-examen anatomie 12 januari 2007

Theorie-examen anatomie 12 januari 2007 Theorie-examen anatomie 12 januari 2007 1. Welke uitspraak met betrekking tot spiercontracties is altijd juist? A. Bij concentrische contracties wordt de spanning in de spier kleiner. B. Bij excentrische

Nadere informatie

Romphouding en Beweeglijkheid Bureaustoel versus Flexchair

Romphouding en Beweeglijkheid Bureaustoel versus Flexchair Romphouding en Beweeglijkheid Bureaustoel versus Flexchair Thijs Hartveld Stagiair McRoberts Opleiding Bewegingstechnologie Den Haag Februari 2013 Achtergrond Veldon VelDon is gestart met een dynamisch

Nadere informatie

Beroepsopdracht van Çagdas Mutlu & Monique Frederiks Hogeschool van Amsterdam ASHP, opleiding fysiotherapie Inhoudsopgave

Beroepsopdracht van Çagdas Mutlu & Monique Frederiks Hogeschool van Amsterdam ASHP, opleiding fysiotherapie Inhoudsopgave Beroepsopdracht van Çagdas Mutlu & Monique Frederiks Hogeschool van Amsterdam ASHP, opleiding fysiotherapie 2009 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Inleiding 4 Product omschrijving 4 Gebruikswijze dvd 4 Opbouw

Nadere informatie

Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg Titel: Chondromalacie patellae Jaargang: 6 Jaartal: 1988 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg Titel: Chondromalacie patellae Jaargang: 6 Jaartal: 1988 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): C. Riezebos, A. Lagerberg Titel: Chondromalacie patellae Jaargang: 6 Jaartal: 1988 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 116-138 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Inleiding Product omschrijving

Inleiding Product omschrijving Inhoudsopgave Inleiding...2 Product omschrijving...2 Gebruikswijze dvd (technisch...2 Opbouw van de DVD...2 Gebruik van de dvd binnen het onderwijs...3 Transfer naar andere gewrichten...4 Antwoorden opdrachten...5

Nadere informatie

Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie,2e jrg 1984, no. 1 (pp. 7 41)

Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie,2e jrg 1984, no. 1 (pp. 7 41) Auteur(s): C. Riezebos Titel: Het funktie-gestoorde glenohumerale gewricht: een twee-dimensionaal kinematisch model Jaargang: 2 Jaartal: 1984 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 7-41 Dit artikel is

Nadere informatie

23-Oct-14. 6) Waardoor wordt hyperextensie van het kniegewricht vooral beperkt? A) Banden B) Bot C) Menisci D) Spieren

23-Oct-14. 6) Waardoor wordt hyperextensie van het kniegewricht vooral beperkt? A) Banden B) Bot C) Menisci D) Spieren Vlak As Beweging Gym Frontaal Sagitale Ab-adductie Radslag Latero flexie Ulnair-radiaal deviatie Elevatie-depressie Sagitaal Frontale Flexie-extensie Salto Transversale Ante-retro flexie Dorsaal flexie

Nadere informatie

Theorie - herexamen Anatomie 23 mei 2008

Theorie - herexamen Anatomie 23 mei 2008 Theorie - herexamen Anatomie 23 mei 2008 1. Wat gebeurt er bij een excentrische contractie van een spier? A. De spier wordt korter. B. De spier wordt langer. C. De spierlengte blijft gelijk. 2. In welk

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. De Fysiotherapeutische behandeling bij de primaire frozen shoulder

Hoofdstuk 6. De Fysiotherapeutische behandeling bij de primaire frozen shoulder Hoofdstuk 6 De Fysiotherapeutische behandeling bij de primaire frozen shoulder Bij het ontwikkelen van de therapie voor patiënten met een frozen shoulder is uitgegaan van de hypothese dat bij de primaire

Nadere informatie

Auteur(s): Beld van de F.B Titel: Extensiebeperking door kissing spine? Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): Beld van de F.B Titel: Extensiebeperking door kissing spine? Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): Beld van de F.B Titel: Extensiebeperking door kissing spine? Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 119-133 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): R. v.d. Meer Titel: De omdraaiplastiek Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): R. v.d. Meer Titel: De omdraaiplastiek Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): R. v.d. Meer Titel: De omdraaiplastiek Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 171-182 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 6e jrg 1988, no. 2 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 6e jrg 1988, no. 2 (pp ) Auteur(s): A. Lagerberg, C. Riezebos Titel: Schouder subluxatie bij de hemiplegische patiënt Jaargang: 6 Jaartal: 1988 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 72-81 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

2. Bevestiging spieren. 3. Stevigheid (samen met spieren) 4. Beweeglijkheid (samen met spieren) 5. Aanmaak rode bloedcellen in beenmerg

2. Bevestiging spieren. 3. Stevigheid (samen met spieren) 4. Beweeglijkheid (samen met spieren) 5. Aanmaak rode bloedcellen in beenmerg Anatomy is destiny Sigmund Freud Belangrijkste botten Nomenclatuur Reina Welling WM/SM-theorieles 1 Osteologie bekken en onderste extremiteit Myologie spieren bovenbeen Met dank aan Jolanda Zijlstra en

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 14e jrg 1996, no. 5 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 14e jrg 1996, no. 5 (pp ) Auteur(s): J. Mens, C. Riezebos, A. Lagerberg, P. van der Meer Titel: Reaktie op: Biokinematica van de sacroiliacale keten Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 266-277 Deze

Nadere informatie

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur Schoudersklachten: 1. Toelichting Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG Standaard van oktober 2008 (tweede herziening). De anatomie van de schouder is globaal wel bekend bij de huisarts. Veelal

Nadere informatie

Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C. Titel: Het paradoxale kiepfenomeen Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C. Titel: Het paradoxale kiepfenomeen Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): Lagerberg A, Riezebos C. Titel: Het paradoxale kiepfenomeen Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 194-211 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 16e jrg 1998, no. 6 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 16e jrg 1998, no. 6 (pp ) Auteur(s): E. Koes, H. van Holstein Titel: Praktijk en toegepaste theorie van passief bewegingsonderzoek: exemplarisch toegepast op de abductie van de heup in flexie Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer:

Nadere informatie

Auteur(s): H. Oonk Titel: De rollator Jaargang: 26 Jaartal: 2008 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Oonk Titel: De rollator Jaargang: 26 Jaartal: 2008 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Oonk Titel: De rollator Jaargang: 26 Jaartal: 2008 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 98-105 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor (para-)

Nadere informatie

Diagnostiek aan de schoudergordel. Model orthopedische geneeskunde ( James Cyriax) (Dos winkel)

Diagnostiek aan de schoudergordel. Model orthopedische geneeskunde ( James Cyriax) (Dos winkel) Diagnostiek aan de schoudergordel Model orthopedische geneeskunde ( James Cyriax) (Dos winkel) Doorsnede art. humeri bicepspees, loopt door bovenkant van kapsel en voorkomt inklemming van kapsel in gewrichtsspleet

Nadere informatie

CA 3.0. articulator. de navigator. met driedimensionale bewegingen naar een natuurlijke prothetische voorziening.

CA 3.0. articulator. de navigator. met driedimensionale bewegingen naar een natuurlijke prothetische voorziening. CA 3.0 articulator de navigator met driedimensionale bewegingen naar een natuurlijke prothetische voorziening. CA 3.0 OP NAAR SUCCES MET DRIEDIMENSIONALE BEWEGINGEN. Om dagelijks zeer esthetische werkstukken

Nadere informatie

1. Welke structuur verbindt trochanter minor met de linea aspera? Linea pectinea

1. Welke structuur verbindt trochanter minor met de linea aspera? Linea pectinea Tussentijdse toets Anatomie maart 2005 Prof. M. Van Leemputte Rnr7 Vraag 1 tot 10: vul uw antwoord in op dit blad. 1. Welke structuur verbindt trochanter minor met de linea aspera? Linea pectinea 2. Welke

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,12e jrg 1994, no. 5 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie,12e jrg 1994, no. 5 (pp ) Auteur(s): Meer v d P, Lagerberg A, Faber H. Titel: Spierversterken bij instabiliteit: Zinvol? Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 246-266 Deze online uitgave mag, onder

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 8e jrg 1990, no. 3 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 8e jrg 1990, no. 3 (pp ) Auteur(s): Lagerberg A., Koes E. Titel: De adduktiebeperking in het glenohumerale gewricht Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 136-159 Deze online uitgave mag, onder duidelijke

Nadere informatie

Bewegingsleer van het kauwstelsel

Bewegingsleer van het kauwstelsel 17 Bewegingsleer van het kauwstelsel M. Naeije Samenvatting In dit hoofdstuk worden de diverse bewegingsmogelijkheden van de onderkaak ten opzichte van de schedel beschreven, inclusief de rol van de tanden

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 14e jrg 1996, no. 3 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 14e jrg 1996, no. 3 (pp ) Auteur(s): G. Broers, P. Loonen, H. Faber Titel: Reaktie op: De belaste discus Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 167-177 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): A. Lagerberg, H. Faber Titel: Fitness, kracht en lenigheid Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 79-91

Auteur(s): A. Lagerberg, H. Faber Titel: Fitness, kracht en lenigheid Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 79-91 Auteur(s): A. Lagerberg, H. Faber Titel: Fitness, kracht en lenigheid Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 79-91 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Auteur(s): Lagerberg A. Titel: Voetreactiekrachten op de statafel Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 8-21

Auteur(s): Lagerberg A. Titel: Voetreactiekrachten op de statafel Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 8-21 Auteur(s): Lagerberg A. Titel: Voetreactiekrachten op de statafel Jaargang: 8 Jaartal: 1990 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 8-21 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij

Nadere informatie

Theorie-examen anatomie 25 januari 2008

Theorie-examen anatomie 25 januari 2008 Theorie-examen anatomie 25 januari 2008 1. Welke van de volgende spieren is eenkoppig? A. De m. biceps brachii. B. De m. coracobrachialis. C. De m. gastrocnemius. 2. Welke van de volgende spieren geeft

Nadere informatie

Auteur(s): H. Oonk Titel: Belast en onbelast Jaargang: 1 Jaartal: 1983 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Oonk Titel: Belast en onbelast Jaargang: 1 Jaartal: 1983 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Oonk Titel: Belast en onbelast Jaargang: 1 Jaartal: 1983 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 134-149 Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in Haags Tijdschrift voor Fysiotherapie,

Nadere informatie

Auteur(s): H. Faber Titel: De belaste discus Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 42-53

Auteur(s): H. Faber Titel: De belaste discus Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 42-53 Auteur(s): H. Faber Titel: De belaste discus Jaargang: 14 Jaartal: 1996 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 42-53 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor

Nadere informatie

SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN VAN SNIJDENDE KRACHTEN

SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN VAN SNIJDENDE KRACHTEN II - 1 HOODSTUK SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN VAN SNIJDENDE KRACHTEN Snijdende (of samenlopende) krachten zijn krachten waarvan de werklijnen door één punt gaan..1. Resultante van twee snijdende krachten Het

Nadere informatie

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatie en flexierelaxatie Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatie en flexierelaxatie Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): A. Lagerberg Titel: Rotatie en flexierelaxatie Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 5 Oorspronkelijke paginanummers: 230-255 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

Kaakgewricht klachten

Kaakgewricht klachten Kaakgewricht klachten KNO Beter voor elkaar Kaakgewricht klachten Het Myofaciale Pijndysfunctie syndroom (MPD-syndroom) De aandoening Het komt nogal eens voor dat men klaagt over pijn in of rond het oor,

Nadere informatie

Auteur(s): Harry Oonk Titel: In de afdaling Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 67-76

Auteur(s): Harry Oonk Titel: In de afdaling Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 67-76 Auteur(s): Harry Oonk Titel: In de afdaling Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 67-76 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor

Nadere informatie

Anatomie. Hier volgen 50 opgaven. Bij elke opgave zijn drie antwoorden gegeven. Slechts één van deze antwoorden is het goede.

Anatomie. Hier volgen 50 opgaven. Bij elke opgave zijn drie antwoorden gegeven. Slechts één van deze antwoorden is het goede. Examenstichting Perimedische Opleidingen Diploma: sportmassage, massage, wellness massage 22 januari 2010, Beschikbare tijd: 60 minuten Anatomie Aanwijzing: Hier volgen 50 opgaven. Bij elke opgave zijn

Nadere informatie

Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit

Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit I.A. Kapandji Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 Ó 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij

Nadere informatie

De hoek tussen twee lijnen in Cabri Geometry

De hoek tussen twee lijnen in Cabri Geometry De hoek tussen twee lijnen in Cabri Geometry DICK KLINGENS (e-mail: dklingens@pandd.nl) Krimpenerwaard College, Krimpen aan den IJssel (NL) augustus 2008 1. Inleiding In de (vlakke) Euclidische meetkunde

Nadere informatie