VR DOC.0095/1BIS

Transcriptie

1 VR DOC.0095/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tt wijziging van diverse bepalingen van het Srtenbesluit van 15 mei SITUERING Op 22 april 2016 heeft de Vlaamse Regering het ntwerp van besluit hudende diverse wijzigingen aan het Srtenbesluit van 15 mei 2009 principieel gedgekeurd en de Vlaamse minister, bevegd vr de landinrichting en het natuurbehud, gelast het advies in te winnen van de Raad van State (VR DOC.0393). Op 26 mei 2016 heeft de Raad van State, afdeling Wetgeving, advies /1 verleend. Op 17 juni 2016 heeft de Vlaamse Regering het aan het advies van de Raad van State aangepast ntwerp van besluit tt wijziging van diverse bepalingen van het Srtenbesluit van 15 mei 2009 en het bijbehrend verslag aan de Vlaamse Regering gedgekeurd. Op 10 januari 2019 heeft de Raad van State, afdeling Bestuursrechtspraak, arrest geveld en het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 2016 tt wijziging van diverse bepalingen van het Srtenbesluit van 15 mei 2009 vernietigd. Het aan het advies en het arrest van de Raad van State aangepast ntwerp van besluit gaat als bijlage 1 en het bijbehrende verslag aan de Vlaamse Regering gaat als bijlage ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE Advies /1 van de Raad van State van 26 mei 2016 gaat als bijlage 3 en geeft aanleiding tt vlgende aanpassingen. Randnummer [3.1, 3.2 en 3.3]: De Raad van State is van rdeel dat met betrekking tt de wijziging van de regelgeving rnd de intrductie van niet-inheemse srten er vrafgaandelijk verleg met gebeuren met de Benelux-partners zals bepaald in artikel 3 van Beschikking M (83) 27. Dit verleg werd niet geverd mdat de lidstaten dit artikel interpreteren als een afspraak tt vrafgaandelijk verleg rnd cncrete intrductiegevallen (vergunningen) en niet bij aanpassing van regelgeving. Ok bij de ttstandkming van het Srtenbesluit werd dit verleg niet geverd. In navlging van het advies van de Raad van State werd het ntwerp van besluit p 1 juni 2016 vr verleg aan de leden van de Bijzndere Cmmissie vr het Leefmilieu van de Benelux bezrgd. Tegen 10 juni 2016 werden er geen bezwaren gemaakt. Het verleg vergt dan k geen aanpassing. Randnummer [4]: De Raad van State vraagt m de verschillende nta s aan de Vlaamse Regering te bundelen tt een Verslag aan de Vlaamse Regering. Pagina 1 van 5

2 Het Verslag wrdt tegevegd. Randnummer [5]: de Raad van State vraagt bijkmend grndig nazicht van het ntwerp van besluit p wetgevingstechnisch en taalkundig gebied. Het nazicht is uitgeverd. Randnummers [6] en [7]: De Raad van State maakt pmerkingen ver de aanhef van het ntwerp van besluit. De gevraagde aanpassingen wrden drgeverd. Randnummer [8]: De Raad van State vraagt uitbreiding van het tepassingsgebied van het Srtenbesluit met de vr het Vlaamse Gewest zrgwekkende invasieve uitheemse srten. De gevraagde aanpassing wrdt drgeverd. Randnummer [9, 11, 12, 13, 14, 16, 17, 21, 22, 23, 26 en 27]: De Raad van State maakt een aantal technische pmerkingen en vraagt een aantal tekstuele aanpassingen. De gevraagde aanpassingen wrden drgeverd. Randnummer [10]: De Raad van State vraagt m in het bij te vegen Verslag aan de Vlaamse Regering te verduidelijken dat het in artikel 18 bedeld verleg een mzetting betreft van de Vgelrichtlijn (2009/147/EG). De gevraagde verduidelijking wrdt in het Verslag pgenmen. Randnummer [15]: De Raad van State stelt dat de huidige frmulering van artikel 31/3 niet wrdelijk vereenkmt met de Verrdening Invasieve exten (1143/2014) en vraagt een tekstuele aanpassing m verwarring te vermijden. De gevraagde aanpassing wrdt drgeverd. Randnummer [18] en [19]: De Raad van State vraagt een herfrmulering van de inleidende zin van de artikelen 31/8 en 31/9. De gevraagde herfrmulering wrdt drgeverd. Randnummer [20]: Overeenkmstig artikel 26 van Verrdening 1143/2014 met vlgens de Raad van State bij de pmaak (wijziging en herziening) van de actieplannen en de beheersmaatregelen inspraak vr het publiek wrden vrzien. Omdat verwezen wrdt naar artikel 2, lid 3, tweede alinea, van de Richtlijn 2003/35/EG (inspraakrichtlijn) met het gaan m een klassieke inspraak, zals bij plannen en prgramma s, en zals dat in Vlaanderen klassiek vlgens een penbaar nderzek verlpt. Inspraak alleen via cnsultatie van adviesraden vlstaat niet vlgens de verrdening. In het Vlaamse Gewest zijn inspraakregelingen vastgesteld vereenkmstig artikel 2, lid 3, tweede alinea, van de inspraakrichtlijn, nder andere vr luchtkwaliteitsplannen, milieubeleidsplannen, afvalplannen en strmgebiedbeheerplannen. Het Srtenbesluit zelf bevat vr de beheerregelingen geen dergelijke inspraakprcedure. Daarm is een inspraakprcedure vereenkmstig de inspraakrichtlijn pgenmen in bijlage 3/1. Artikel 26 van de Verrdening stelt immers dat lidstaten gebruik meten maken van reeds bestaande regelingen rnd inspraak die vereenkmstig artikel 2, lid 3, tweede alinea, van Richtlijn 2003/35/EG zijn vastgesteld Uit artikel 2, lid 3, tweede alinea, van de inspraakrichtlijn kan afgeleid wrden dat het gaat m regelingen rnd inspraaktermijn, inspraakkanalen, afspraken rnd de te betrekken delgrepen en dergelijke. Deze blijken in Vlaanderen sterk uiteen te lpen afhankelijk van de impact van het plan f het prgramma. Een strmgebiedbeheerplan wrdt bijvrbeeld 6 maanden ter inzage gelegd bij de gemeente terwijl de inspraakperide van een plan-mer f een besluit tt vaststelling van een speciale beschermingszne beperkt is tt 60 dagen. Er bestaat in Vlaanderen met andere wrden geen algemene inspraakprcedure waarnaar verwezen kan wrden. De aanpak van het penbaar nderzek in de bestaande wetgeving is steeds aangepast aan het belang van de beslissingen, de Pagina 2 van 5

3 plannen f de prgramma s vr de burger. Wel wrdt de cnsultatietermijn gelijk getrkken met de penbare nderzeksprcedures pgenmen in het Natuurdecreet f het Decreet algemene Bepalingen Milieubeleid, namelijk 60 dagen. Gelet p bvenstaande is een eigen regeling vr publieke participatie zals vrzien in artikel 31/9 van het Srtenbesluit gerechtvaardigd. Randnummer [24]: In het wijzigingsbesluit wrdt vrzien dat vastgestelde beheerregelingen kenbaar wrden gemaakt in het Belgisch Staatsblad via een uittreksel, maar de Raad van State stelt zich de vraag f de beheerregelingen niet integraal in het Belgisch Staatsblad meten verschijnen indien ze belang hebben vr de algemeenheid van de burgers. Er wrdt vanuit gegaan dat het belang vr de burger van eenzelfde niveau is als de srtbeschermingsprgramma s beschreven in artikel 26 van het Srtenbesluit evenals de beheerregelingen beschreven in artikel 28 van het Srtenbesluit. Deze wrden via uittreksel kenbaar gemaakt in het Belgisch Staatsblad. Deze pmerking vergt dan k geen aanpassing. Randnummer [25]: De Raad van State trekt de delegatiemgelijkheid van de Vlaamse Regering aan de minister in twijfel vr de vaststelling van een lijst van vr het Vlaamse Gewest zrgwekkende invasieve uitheemse srten. De Raad van State stelt dat een delegatie alleen mgelijk is in zverre de delegatie slechts regels van bijkmstige aard f van beperkt belang betreft en betwijfelt f dat hier het geval is. De Raad van State vraagt m de delegatie te schrappen. Het vrstel m deze lijst dr de minister te laten vaststellen, vindt zijn rsprng in het vrzien van de mgelijkheid m snel en adequaat te kunnen reageren in het geval van het ntstaan van een nieuwe ppulatie invasieve exten. Nieuwe invasieve exten duiken geregeld p en het kan kstenefficiënter zijn m dan erg snel te reageren. Dit is mgelijk via een ministerieel besluit terwijl een besluit p het niveau van de Vlaamse Regering veel meer tijd in beslag kan nemen. Gelet p het vrbehud van de Raad van State bij de vrgestelde delegatie wrdt het artikel tch aangepast en het delegatievrstel ingetrkken. Randnummer [28]: De Raad van State vraagt f in artikel 32 van het wijzigingsbesluit vr de definitie van invasieve uitheemse srten niet beter kan verwezen wrden naar de definitie zals pgenmen in het ntwrpen artikel 31/1. Artikel 32 van het wijzigingsbesluit betreft een bijstelling van bijlage 4 dat de werkingsvrwaarden regelt van de erkende pvangcentra vr wilde dieren. Vr de pvang van wilde dieren mag er geen beperking zijn qua srten. Deze beperking zit echter wel ingebuwd in de definitie die pgenmen is in het ntwrpen artikel 31/1. Het betreft hier immers alleen de beperkte lijst van vr de Eurpese Unie zrgwekkende invasieve uitheemse srten. De huidige frmulering die naar de definitie van invasieve uitheemse srten van artikel 3, 1, eerste lid, 4, verwijst, is met andere wrden crrect en vergt geen aanpassing. Randnummer [29]: De Raad van State merkt p dat de definitie van beschermde srten zals bepaald in artikel 9 van het Srtenbesluit, k de srten bevat die vallen nder het verdrag van Bern. De Raad van State stelt dat de bijlage bij dit verdrag regelmatig wrdt bijgewerkt. De veranderingen zijn niet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad maar de Raad van State vraagt m dit alsng te den f m de betrkken srten expliciet p te nemen in bijlage 1 van het Srtenbesluit. Nazicht leert dat de laatste aanpassing aan bijlage 2 van het Verdrag van Bern dateert van 3 december Dr vrtschrijdend taxnmisch nderzek werden vijf srten telkens pgesplitst in twee ndersrten. Bijlage 2 van het verdrag werd aangevuld met deze ndersrten. Het betreft de slangensrten cluber jugularis en cluber najadum die vrkmen in Zuidst- Eurpa, de Levantijnse adder met een zeer beperkt verspreidingsgebied in Zuidst-Eurpa, de Kaspische beekschildpad die eveneens vrkmt in Zuidst-Eurpa en ten sltte de alpenlandsalamander die zijn verspreidingsgebied kent in de alpen. De srt discus deflratus werd geschrapt van de bijlage mdat ze niet langer erkend werd als een afznderlijke srt. Op basis van deze vaststellingen mag aangenmen wrden dat de aanpassingen aan het Verdrag van Bern van die aard zijn dat ze niet relevant zijn vr Vlaanderen en dat in se kan gesteld wrden dat de Pagina 3 van 5

4 eerdere publicatie in het Belgisch Staatsblad ng steeds vldende duidelijkheid verschaft naar de burger. Deze pmerking leidt dus niet tt een aanpassing. Ten sltte wrdt ng een technische rechtzetting drgeverd in bijlage 2 van het ntwerp van besluit. Deze bijlage betreft een aangepaste versie van bijlage 3 van het Srtenbesluit. Onder punt 3.2 De uitvering van de bestrijding in de tijd was verkeerdelijk ng twee maal sprake van luchtdruken gasdrukwapens. vereenkmstig het advies van de Minaraad en de SALV was het gebruik van die wapens niet meer vrzien als bestrijdingsmiddel in het kader van bijlage 3. Dat was drgeverd in nderdeel 3.3, waar de tegestane middelen wrden pgesmd, maar de verwijzing ernaar in nderdeel 3.2 was ver het hfd gezien. Dat wrdt bij deze rechtgezet. 3. ARREST VAN DE RAAD VAN STATE Arrest van de Raad van State van 10 januari 2019 gaat als bijlage 4 en vernietigt het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 2016 tt wijziging van diverse bepalingen van het Srtenbesluit van 15 mei Na het vrwerp en de ntvankelijkheid van het berep, het verlp van de rechtspleging, de regelgeving en de standpunten van de verzekende partij (Vgelbescherming Vlaanderen vzw), de tussenkmende partij (Hubertus Vereniging Vlaanderen vzw) en de verwerende partij (het Vlaamse Gewest) behandelt de Raad van State de relevante artikelen van de Vgelrichtlijn: - artikel 1 vert een beschermingsregeling in; - de artikelen 5 tt en met 8 geven de beschermingsbepalingen aan; - artikel 9 bevat een afwijkingsregeling nder drie vrwaarden: er bestaat geen andere bevredigende plssing; de afwijking is in het belang van de vlksgezndheid, de penbare veiligheid f de veiligheid van het luchtverkeer, ter vrkming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bssen, visserijen en wateren en/f ter bescherming van flra en fauna; de afwijking blijft beperkt tt het strikt ndzakelijke en laat cntrle dr de Cmmissie te. Vr het beschikkend gedeelte rdeelt de Raad van State dat [de] uitznderingsregeling [ ] strikt met wrden uitgelegd en dat de lidstaten meten waarbrgen dat elke ingreep die de beschermde srten raakt slechts wrdt tegestaan p basis van besluiten die steunen p een nauwkeurige en treffende mtivering maar dat het aangepaste srtenbesluit niet aan de drie vrwaarden van artikel 9 van de Vgelrichtlijn vldet. De aanvraagprcedure, aldus de Raad van State, leidt erte dat het agentschap aan wie de bestrijding wrdt gemeld geen enkele beslissing neemt, fwel dat dit agentschap een gemtiveerde beslissing neemt tt het beperken f verbieden van de aangemelde bestrijding. - In het eerste geval dient beslten te wrden dat de algemene, generieke afwijkingsmgelijkheid niet wrdt tegestaan p basis van een besluit dat steunt p nauwkeurige en treffende mtivering die verwijst naar de in artikel 9, eerste en tweede lid, van de Vgelrichtlijn pgesmde redenen, vrwaarden en vereisten. - In het tweede geval dient te wrden vastgesteld dat de gemtiveerde beslissing van het bevegde agentschap m de aangemelde afwijking te beperken f te verbieden niet met wrden genmen binnen de 24 uur na de melding en dus na 24 uur kan wrden genmen. In vrkmend geval leidt dit, gelet p het vrgaande, tt de vaststelling dat het beschermingsmechanisme van de Vgelrichtlijn wrdt mgedraaid dr de algemene, generieke afwijkingsmgelijkheid als regel te stellen en de bescherming van de in bijlage 3 bedelde srten te laten gelden. Om aan de bemerking van de Raad van State tegemet te kmen wrdt punt 3.5 van bijlage 3 bij het Srtenbesluit van 15 mei 2009, pgenmen in bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juni 2016 tt wijziging van diverse bepalingen van het Srtenbesluit van 15 mei 2009, aangepast als vlgt. Pagina 4 van 5

5 De meldingsregeling, waarbij de bestrijding een aanvang kan nemen vanaf 24 uur na de melding aan het ANB behudens een gemtiveerde beslissing van het ANB tt het beperken f het verbieden van de bestrijding, wrdt vervangen dr een aanvraagregeling, waarbij de bestrijding alleen een aanvang kan nemen na een gemtiveerde gunstige beslissing van het ANB binnen de twee werkdagen en de bestrijding dus niet tegelaten is bij ntstentenis van een gemtiveerde gunstige beslissing van het ANB, k niet na het verstrijken van de termijn van twee werkdagen. Aldus wrdt k tegemet gekmen aan de bemerking van de Raad van State dat het bestreden besluit artikel 7, eerste lid van het natuurbehuddecreet, artikel 9, eerste en tweede lid, van de Vgelrichtlijn, het zrgvuldigheidsbeginsel en de materiële mtiveringsplicht schendt. Om vrgaande redenen wrdt een nieuwe adviesaanvraag aan de Raad van State dan k niet ndzakelijk geacht. 4. WEERSLAG Het aldus aangepast ntwerp van besluit heeft geen andere weerslag p de begrting, het persneelskader en de persneelsbudgetten van de Vlaamse Gemeenschap f p de lkale besturen dan aangegeven in de nta aan de leden van de Vlaamse Regering bij de principiële gedkeuring. 5. VOORSTEL VAN BESLISSING De Vlaamse Regering beslist haar gedkeuring te hechten aan bvengenemd ntwerp van besluit tt wijziging van diverse bepalingen van het Srtenbesluit van 15 mei 2009, aan de bijbehrende bijlagen en aan het bijbehrend verslag aan de Vlaamse Regering. Jke Schauvliege Vlaams minister van Omgeving, Natuur en Landbuw Pagina 5 van 5