Cliëntervaringsonderzoek Uitstroom Wmo DOCUMENT: ONDERZOEKSRAPPORTAGE CLIENTERVARINGSONDERZOEK WMO UITSTROOM OORGANISATIE: GEMEENTE VALKENSWAARD

Transcriptie

1 2016 Cliëntervaringsonderzoek Uitstroom Wmo DOCUMENT: ONDERZOEKSRAPPORTAGE CLIENTERVARINGSONDERZOEK WMO UITSTROOM OORGANISATIE: GEMEENTE VALKENSWAARD STATUS: DEFINITIEF DATUM: DECEMBER 2016

2 Cliëntervaringsonderzoek Uitstroom Wmo DOCUMENT: ONDERZOEKSRAPPORTAGE CLIENTERVARINGSONDERZOEK WMO UITSTROOM OORGANISATIE: GEMEENTE VALKENSWAARD STATUS: DEFINITIEF DATUM: DECEMBER 2016 AUTEUR: TJENDO S JONGERS 1

3 Inhoud Inleiding blz. 3 Samenvatting blz. 6 Resultaten 1. Persoonlijke kenmerken respondenten blz Reden van contact en uitstroom blz Huidige oplossing blz Mantelzorg blz. 16 Bijlage Bijlage 1. Tabellen en verantwoording onderzoeksresultaten blz. 17 2

4 Inleiding Vanuit de raad is aan het college gevraagd (motie) in 2016 te inventariseren hoe het met de doelgroep is gesteld waarbij: - Een indicatie of toewijzing (betreffende een Wmo-voorziening) is gewijzigd of waarbij een aanvraag is afgewezen. Daarnaast is gevraagd in dit onderzoek tevens mee te nemen: - Of deze groep inwoners voldoende zorg en ondersteuning krijgt. - Of zij financieel rond kunnen komen. - Of hun eventuele mantelzorgers het aan kunnen. - Inwoners en mantelzorgers die daarin problemen ondervinden verder te begeleiden. Om een antwoord te geven op de vraag hoe het met de inwoners gaat waarbij een indicatie of toewijzing is gewijzigd is besloten deze groep een enquête te sturen en de respondentengroep te splitsen in: - De groep inwoners die een herindicatie van een Wmo-voorziening heeft ontvangen. - De groep inwoners die daadwerkelijk is uitgestroomd uit een Wmo-voorziening. Voor beantwoording van de motie zijn de resultaten weergegeven in twee afzonderlijke rapporten. Dit rapport gaat in op de groep inwoners die niet langer gebruik maken van een Wmo-voorziening (en dus zijn uitgestroomd). Opmerkingen inwilligen motie Aan een deel van de motie kan niet tegemoet worden gekomen. De afwijzingen / het niet toekennen van een voorziening wordt niet onderzocht bij dit cliëntervaringsonderzoek, simpelweg omdat dit door de manier van registreren niet te achterhalen is. In het registratiesysteem GWS worden afwijzingen niet als zodanig geregistreerd. Er wordt eigenlijk niet meer gesproken over een toewijzing of afwijzing. Er wordt gewerkt met meldingen. Bij binnenkomst van een melding start de onderzoeksfase. Hierin wordt door de consulent (samen met de cliënt) geïnventariseerd wat de best passende oplossing is voor de ondersteuningsvraag. De uitkomsten van deze inventarisatie kunnen ook zijn dat er geen gebruik hoeft te worden gemaakt van een maatwerkvoorziening, hierbij is de eigen kracht van de cliënt, het voorliggend veld of een algemene voorziening toereikend (de melding wordt in deze gevallen gesloten). Mochten de eerder genoemde oplossingen de ondersteuningsvraag van de cliënt niet oplossen wordt er een aanvraag voor een maatwerkvoorziening ingediend. Pas dan wordt een aanvraag geregistreerd. De afwijzingen ofwel de ontbrekende noodzaak voor een maatwerkvoorziening worden dus niet als zodanig geregistreerd, de reden van het sluiten van de melding ook niet. Momenteel wordt er binnen de Wmo gewerkt aan een manier om de reden van het sluiten van een melding in kaart te brengen. De consulent voert dan bij het afsluiten van een melding een besluitcode in (bijvoorbeeld oplossing op eigen kracht gevonden, verhuizing, etc.). Hierdoor wordt het in het vervolg wel mogelijk te inventariseren waarom een melding is gesloten en het daarbij behorende cliëntenbestand aan te schrijven. Naast de Wmo wordt er ook gewerkt (samen met de afdeling informatisering en automatisering) aan een systeem om voor het Sociaal Team d.m.v. een frontofficie-applicatie de reden van het sluiten van een melding te kunnen registreren (gereed medio 2017). 3

5 Relatie verplicht cliëntervaringsonderzoek Onlangs hebt u kennis kunnen nemen van de resultaten van het clientervaringsonderzoek Wmo. Dit onderzoek gaat in tegenstelling tot dit onderzoek in op de ervaringen van inwoners die momenteel gebruik maken van een Wmo-voorziening. Vanaf 2016 zijn gemeenten, op grond van artikel van de Wet maatschappelijke ondersteuning, verplicht jaarlijks te onderzoeken hoe de cliënten de kwaliteit van de maatschappelijke ondersteuning ervaren, als middel is hiervoor gekozen een cliëntervaringsonderzoek (CEO) op te zetten. In tegenstelling tot voorgaande jaren moet dit in de vorm van een verplichte vragenlijst (10 verplichte vragen). De uitslagen van dit onderzoek geven een beeld hoe de huidige Wmoondersteuning door inwoners wordt ervaren. Dit onderzoek beantwoord echter de vragen zoals gesteld in de motie niet. Daarom is dit onderzoek uitgevoerd. Doelgroep, steekproef en respons Er zijn 258 cliënten aangeschreven die uit een Wmo-voorziening zijn uitgestroomd in de periode november 2014 tot en met april De uitstroom heeft bij deze groep in de meeste gevallen plaatsgevonden ten aanzien van de voorzieningen: - Begeleiding - Huishoudelijke Hulp (HH) - Vervoersvoorziening - Woonvoorziening Het overgrote deel van cliënten die zijn aangeschreven zijn cliënten die niet langer gebruik maken van huishoudelijke hulp. Van de 258 verzonden enquêtes zijn er 107 retour gekomen. De respons bedraagt hiermee 42%. Opzet enquête De enquête bestaat uit 45 vragen. Het eerste gedeelte van de vragen gaat over persoonlijke kenmerken van de respondent (geslacht, leeftijd, woonsituatie, opleidingsniveau, financiële positie). Het tweede gedeelte gaat over de uitstroom. De geënquêteerden zijn hierbij eerst bevraagd over waarom zij destijds contact hebben gezocht met de gemeente en uit welke voorziening zij zijn uitgestroomd. Het derde gedeelte van de enquête heeft betrekking op de mogelijke oplossingen die de geënquêteerden wellicht hebben gevonden na hun uitstroom. En in welke mate het lukt zich nu te redden zonder ondersteuning vanuit de Wmo. En of deze groep inwoners het idee heeft zich te kunnen redden na uitstroom. Het laatste gedeelte van de enquête gaat over de mantelzorger. De opzet van de enquête was anoniem. Dit om inwoners de mogelijkheid te geven vrij te kunnen antwoorden. Het is voor de gemeente niet mogelijk om gegevens van de respondent te achterhalen. Contactformulier hulpvraag Vanuit het college is het verzoek gekomen om bij het aanschrijven van de respondenten gelijktijdig een contactformulier mee te versturen. Om de anonimiteit van de enquête te garanderen was een tweede antwoordenveloppe toegevoegd (hierdoor kon de enquête apart van het contactformulier worden verzonden). 4

6 Doel van dit contactformulier is om vanuit de gemeente direct in te spelen op eventuele hulp/ondersteuningsvragen van de cliënt. Met al deze cliënten wordt in eerste instantie telefonisch contact opgenomen. De meldingen die voortvloeien uit deze telefonische gesprekken kunnen leiden tot een keukentafelgesprek waarin geïnventariseerd wordt of een ondersteuning vanuit de Wmo wenselijk is. In totaal zijn er 55 contactformulieren ingevuld. Dit aantal betreft een opstelsom van zowel de cliënten die zijn uitgestroomd en cliënten die een herindicatie hebben gehad (de resultaten van het onderzoek herindicatie is te lezen in een aparte onderzoeksrapportage). Leeswijzer Voor de verwerking van de resultaten van de enquête is dezelfde indeling aangehouden zoals toegepast in de enquête. Hierbij zijn er 4 categorieën: 1) De persoonlijke kenmerken van de respondent. 2) Reden van contact en uitstroom 3) Huidige oplossingen 4) Mantelzorg. De resultaten staan in deze onderzoeksrapportage meestal procentueel weergegeven. In bijlage 1 staan de absolute aantallen en verdere achtergrond ten aanzien van de retour gekomen enquêtes. 5

7 Samenvatting In deze samenvatting staan de belangrijkste onderzoeksresultaten weergegeven en is beschreven hoe het gaat met de cliënten die niet langer gebruik maken van een gemeentelijke Wmo-voorziening. Om dit in kaart te brengen is gebruik gemaakt van enquêtes waarbij de respons 42% betreft (107 enquêtes retour). Persoonlijke kenmerken respondenten Er hebben fors meer vrouwen dan mannen de vragenlijst ingevuld. Het grootste gedeelte van de respondenten is geboren in de periode voor 1940 (64%), gevolgd door de periode (14%). Het grootste gedeelte van de respondenten woont zelfstandig in niet een aangepaste woning (74%) of zelfstandig in een aangepaste woning (12%). De meeste respondenten hebben de basisschool/lagere school als hoogst genoten opleiding (34%) gevolg door het lager of voorbereidend beroepsonderwijs/ VMBO-Basis/VMBO-Kader afgerond (27%) als hoogst genoten opleiding. Er zijn relatief weinig respondenten met een afgeronde hbo of universitaire opleiding (8%). De meeste respondenten (44%) geven aan redelijk te kunnen rondkomen, 38% kan goed rondkomen en 16% van de respondenten geeft aan nauwelijks rond te kunnen komen. Veel geënquêteerden (46%) hebben hulp gehad bij het invullen van de vragenlijst. Uitstroom voorziening De top 3 Wmo-voorzieningen waarom inwoners destijds contact opnamen met de gemeente Valkenswaard bestaat uit, huishoudelijke hulp (73 inwoners), de aanvraag voor een vervoersvoorziening (21 keer genoemd) en voor hulp bij het wassen en kleden (17 keer genoemd). De meeste inwoners zijn destijds doorverwezen door hun huisarts of zorgverlener (42 keer) naar de gemeente. Een andere reden voor inwoners om contact op te nemen met de gemeente is omdat zij anders niet wisten waar en hoe zij ondersteuning konden krijgen (29 keer genoemd). 24 inwoners gaven aan dat zijn/haar omgeving hen niet langer kon ondersteunen en 9 inwoners overzagen en/of door het probleem de keuzes niet meer. Aan de respondenten is gevraagd van welke Wmo-voorziening zij niet langer gebruik maken. De meeste respondenten maken niet langer gebruik van de Hulp bij het huishouden (69 inwoners in totaal). Op ruime afstand volgen de categorieën anders (11 inwoners) en scootmobiel (10 inwoners). Huidige oplossing Aan inwoners is gevraagd hoe zij zich redden nu deze groep niet langer gebruik maakt van een Wmo-voorziening. De meeste inwoners hebben nadat zij niet langer gebruik maken van een Wmo-voorziening een alternatieve oplossing gevonden. Van de respondenten geven er 11 aan hier niet in geslaagd te zijn. De meest gevonden oplossing voor deze respondentengroep is het inhuren van een particuliere schoonmaakster (43 keer). Ook is het een groot deel van de inwoners gelukt een beroep te doen op mantelzorgers (39 keer). Meerdere inwoners hebben meer dan één alternatieve 6

8 oplossing gevonden. Een klein deel van de respondenten (5 in totaal) maakt onder andere gebruik van voorzieningen zoals inloop of activiteiten in het buurthuis, klussendienst, boodschappenservice en/of was- en strijkservice. De meeste respondenten geven neutraal aan in hun antwoord op de vraag of de alternatieve oplossingen als voldoende worden ervaren. 28% van de respondenten is het zeer mee eens of eens met de stelling, 24% is het oneens of zeer mee oneens. Mantelzorger De meeste respondenten geven aan dat hun mantelzorger het werk redelijk aankan (29%), 26% geeft aan dat de mantelzorger het werk goed of zeer goed aankan. 14% van de respondenten geeft aan dat zijn of haar mantelzorger het werk nauwelijks of niet aankan. 7

9 1. Persoonlijke kenmerken respondenten In dit hoofdstuk worden de persoonlijke kenmerken van de respondenten weergegeven. Het gaat hierbij om: Het geslacht van de respondent, geboortejaar, woonsituatie, opleidingsniveau, financiële positie en eventuele hulp die ontvangen is bij het invullen van de vragenlijst. Figuur 1. Bent u een man of een vrouw? Bent u een man of een vrouw? 27% Man Vrouw 73% Zoals uit de bovenstaande cirkeldiagram is af te lezen is een ruime meerderheid (73%) van de respondenten vrouw. Figuur 2 Geboortejaar respondenten Geboortejaar respondenten 64% 0% 2% 2% 2% 3% 13% 14% <1940 Cliënten zijn bevraagd naar hun geboortejaar. Het grootste gedeelte van de respondenten is geboren in de periode <1940 (64%), gevolgd door de periode (14%). Uit de periode zijn geen respondenten afkomstig. 8

10 Figuur 3. Woonsituatie Woonsituatie 74% 12% 3% 6% 0% 5% Het grootste gedeelte van de respondenten is zelfstandig woonachtig (74%), 12% woont zelfstandig maar hierbij wel in een aangepaste woning. 3% woont bij zijn/haar ouders verzorgers en 6% woont in een tehuis/instelling. Geen van de respondenten is woonachtig bij zijn/haar kinderen. Figuur 4. Hoogst genoten opleiding Opleidingsniveau ANDERS 3% HBO/UNIVERSTITEIT MBO 8% 10% HAVO, MMS, HBS, VWO 5% VMBO- T, MAVO 13% LAGER/VOORBEREIDEND BEROEPSONDERWIJS/VMBO BASIS/KADER 27% LAGERE SCHOOL/BASISSCHOOL 34% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% De grootste groep respondenten heeft alleen de basisschool/lagere school afgerond (34%). De daarop volgende categorie wat betreft hoogst genoten opleiding is het lager of voorbereidend beroepsonderwijs/ VMBO-Basis/VMBO- Kader (27%). Er zijn relatief weinig respondenten die een hbo of universitaire opleiding hebben afgerond (8%). 9

11 Figuur 5. Financiële positie In hoeverre kunt u financieel rondkomen? 38% 44% 16% 2% 0% ZEER GOED GOED REDELIJK NAUWELIJKS NIET Aan respondenten is gevraagd of zij financieel kunnen rondkomen. De meeste respondenten (44%) geven aan redelijk te kunnen rondkomen. Op de tweede plaats staat de groep respondenten die aangeeft goed te kunnen rondkomen (38%). Geen van de respondenten geeft aan niet rond te kunnen komen echter 16% kan nauwelijks rondkomen. Figuur 6. Hulp bij invullen vragenlijst Hulp bij invullen vragenlijst 3% 43% 54% Nee Ja, naaste Ja, iemand anders Zoals uit figuur 6 is af te lezen hebben de meeste respondenten geen hulp gehad met het invullen van de vragenlijst (54%). 43% heeft hulp gehad van een naaste, 3% van iemand anders. 10

12 2. Reden van contact en uitstroom Dit onderdeel gaat in op de reden(en) waarom de inwoner destijds contact zocht met de gemeente, voor welke voorziening dit was en van welke Wmo-voorziening de inwoner niet langer gebruik van maakt. Figuur 7. Waarom nam u contact op? / Ondersteuningsvraag Waarom nam u contact op? ANDERS ALS MANTELZORGER RAAK IK OVERBELAST OM BEPAALDE PROBLEMEN OP TE LOSSEN VOOR FINANCIEN EN ADMINISTRATIE OVERDAG NIETS TE DOEN EENZAAMHEID GEEN VERVOER VOOR HUISHOUDELIJKE HULP MOEITE MET WASSEN EN KLEDEN De top 3 Wmo-voorzieningen waarom inwoners destijds contact opnamen met de gemeente Valkenswaard bestaat uit, huishoudelijke hulp (73 inwoners), de aanvraag voor een vervoersvoorziening (21 keer genoemd) en voor hulp bij het wassen en kleden (17 keer genoemd). Bovenstaand staan de aantallen absoluut weergegeven. Figuur 8. Redenen om naar de gemeente te gaan Redenen om naar de gemeente te gaan IK BEN DOORVERWEZEN DOOR MIJN HUISARTS OF ZORGVERLENER MIJN OMGEVING KAN MIJ NIET/NIET MEER ONDERSTEUNEN IK OVERZAG HET PROBLEEM EN DE KEUZES NIET MEER IK WIST NIET WAAR EN HOE IK ONDERSTEUNING KON REGELEN De meeste inwoners zijn doorverwezen door hun huisarts of zorgverlener (42 keer). Een andere reden voor inwoners om contact op te nemen met de gemeente is omdat zij anders niet wisten waar en hoe zij ondersteuning konden krijgen (29 keer genoemd). 24 inwoners gaven aan dat zijn/haar omgeving hen niet langer kon ondersteunen en 9 inwoners overzagen en/of door het probleem de keuzes niet meer. Bij deze vraag was er een mogelijkheid om meerdere opties die van toepassing zijn aan te kruisen. 18 respondenten droegen een of meerdere redenen aan. De aantallen staan absoluut weergegeven. 11

13 Figuur 9. Uitstroom voorziening Uit welke voorziening bent u uitgestroomd? ANDERS 11 BESCHERMDE WOONVORM VANWEGE PSYCHISCHE PROBLEMEN LOGEERVOORZIENING/LOGEERHUIS 1 3 BEGELEIDING DAGBESTEDING/REGIE BEGELEIDING STRUCTUUR AANBRENGEN (BIJV. DAGRITME, SPREIDING MAALTIJDEN, BEZIGHEDEN, ETC.). BEGELEIDING ZELFSTANDIG WONEN (BIJV, HULP BIJ DE ADMINISTRATIE) FINANCIËLE VERGOEDING VOOR VERVOER COLLECTIEF VERVOERSPASJE (REGIOTAXI, WMO-TAXI, DEELTAXI) WOONVOORZIENING/WONINGAANPASSING (BIJVOORBEELD EEN TRAPLIFT) HULP BIJ HET HUISHOUDEN 69 SCOOTMOBIEL (OF AANGEPASTE FIETS, AUTO, BUGGY, ENZOVOORTS) 10 ROLSTOEL Aan de respondenten is gevraagd van welke Wmo-voorziening zij niet langer gebruik maken. De meeste respondenten maken niet langer gebruik van de Hulp bij het huishouden (69 inwoners in totaal). Op ruime afstand volgen de categorieën anders (11 inwoners) en scootmobiel (10 inwoners). De bovenstaande aantallen staan absoluut weergegeven. Dit omdat enkele inwoners (19 inwoners van de 107 respondenten) uit meer dan één voorziening zijn uitgestroomd. 12

14 3. Huidige oplossing Dit hoofdstuk geeft antwoord op de vraag of inwoners/de respondenten in dit onderzoek er in zijn geslaagd alternatieve oplossingen te vinden en of deze groep van mening is dat deze alternatieve vormen van ondersteuning voldoende zijn. Figuur 10. Huidige oplossing Alternatieve oplossingen GEEN OPLOSSING GEVONDEN 11 ANDERS 19 HULP PARTNER, FAMILIE, VRIENDEN, BUREN 39 HULP VAN INDIVIDUELE VRIJWILLIGER (BIJV. MAATJE, COACH) 1 PARTICULIERE SCHOONMAAKSTER 43 ACTIVITEITEN ZOALS INLOOP OF ACTIVITEITEN, KLUSSENDIENST, ETC. 5 De meeste inwoners hebben nadat zij niet langer gebruik maken van een Wmovoorziening een alternatieve oplossing gevonden. Van de respondenten geven er 11 aan hier niet in geslaagd te zijn. De meest gevonden oplossing voor deze respondentengroep is het inhuren van een particuliere schoonmaakster (43 keer). Ook is het een groot deel van de inwoners gelukt een beroep te doen op mantelzorgers (39 keer). Meerdere inwoners hebben meer dan één alternatieve oplossing gevonden. Een klein deel van de respondenten (5 in totaal) maakt onder andere gebruik van voorzieningen zoals inloop of activiteiten in het buurthuis, klussendienst, boodschappenservice en/of was- en strijkservice. Bij deze vraag hadden de respondenten een mogelijkheid een extra aanvulling op het ingevulde antwoord te geven. Enkele respondenten hebben hier gebruik van gemaakt. Onderstaand een overzicht van de gegeven opmerkingen. Opmerkingen - Hygiëne in mijn huis gaat naar mijn mening achteruit. - Ik vond het erg dat de gemeente er zo mee omging, ik heb zelfs geen keukentafelgesprek gehad. - Particuliere hulp is nu per uur goedkoper dan de 15 euro per uur die we anders van de gemeente moesten betalen. Daarnaast werkt particuliere hulp beter en sneller. 13

15 Figuur 11. Alternatieve oplossingen, huishoudelijke hulp Alternatieven HH ANDERS 11 INDICATIE UITGEBREID NAAR HH2 2 MARKTPRODUCT ZONDER FINANCIELE VERGOEDING 23 MARKTPRODUCT MET FINANCIELE VERGOEDING Een groot deel van het aan te schrijven bestand bedroeg inwoners die voorheen gebruik maakte van huishoudelijke hulp. Daarom is voor deze groep specifiek een extra vraag in de enquête opgenomen namelijk welke oplossingen deze groep specifiek heeft gevonden na uitstroom uit de huishoudelijke hulp (HH). Bovenstaand staan absoluut de aantallen weergegeven. Ook bij deze vraag bestond er een mogelijkheid om een extra aanvulling te geven op het antwoord. Onderstaand de gegeven opmerkingen: Opmerkingen - Ik heb het nog niet op kunnen lossen. - Ik probeer het zonder hulp te doen. - Hulp van vrienden en familie en buren, indien zij geen tijd hebben probeer ik zoveel mogelijk zelf te doen. - Ik probeer het zo goed mogelijk zelf. Ben verhuisd naar een appartement dit is voor mij makkelijker en heb hierdoor meer sociale contacten - Met vallen en opstaan werkzaamheden uitstellen tot een betere dag - We hebben particuliere hulp gezocht, komt nu een keer in de twee weken. Meer dan dit kunnen we niet betalen. 14

16 Figuur 12. Zijn deze alternatieve oplossingen voldoende? Zijn deze alternatieve oplossingen voldoende? 34% 23% 20% 14% 5% 4% ZEER MEE EENS EENS NEUTRAAL ONEENS ZEER MEE ONEENS N.V.T. De meeste respondenten geven neutraal aan in hun antwoord op de vraag of de alternatieve oplossingen als voldoende worden ervaren. 28% van de respondenten is het zeer mee eens of eens en geeft hiermee aan dat alternatieven voldoende zijn, 24% is het hier mee oneens of zeer mee oneens. 14% van de respondenten geeft n.v.t. aan, vermoedelijk omdat zij geen alternatieve oplossing(en) hebben gevonden. 15

17 4. Mantelzorg In hoofdstuk is kort beschreven of de cliënt het idee heeft dat zijn/haar mantelzorger het werk/ondersteuningstaak aankan. Figuur 13. In welke mate kan uw mantelzorger het aan? Kan uw mantelzorger het aan? 29% 22% 20% 9% 4% 5% ZEER GOED GOED REDELIJK NAUWELIJKS NIET N.V.T. De meeste respondenten geven aan dat hun mantelzorger het werk redelijk aankan (29%), 26% geeft aan dat de mantelzorger het werk goed of zeer goed aankan. 14% van de respondenten geeft aan dat zijn of haar mantelzorger het werk nauwelijks of niet aankan. 16

18 Bijlage 1. Tabellen en verantwoording onderzoeksresultaten Respons: 258 enquêtes verstuurd 107 enquêtes retour ontvangen. Respons 42%. Blok 1: Over uw zelf 1. Bent u een man of een vrouw Geslacht Absoluut (N) Relatief (%) Man Vrouw Niet ingevuld 1 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % 2. Wat is geboortejaar? Geboortejaren Absoluut (N) Relatief (%) < Niet ingevuld 6 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % 3. Wat is woonsituatie? Woonsituatie Absoluut (N) Relatief (%) Ik woon zelfstandig Ik woon zelfstandig in een aangepaste woning In woon bij mijn ouders/verzorgers 3 3 Ik woon in een tehuis/instelling 6 6 Ik woon bij mijn kinderen 0 0 Anders 5 5 Niet ingevuld 3 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % 4. Wat is uw hoogst afgeronde opleiding? Opleidingsniveau Absoluut (N) Relatief (%) Lagere school/basisschool Lager of voorbereidend beroepsonderwijs/ VMBO basis/kader VMBO theoretisch/mavo/mulo Havo, Mms, Hbs, Vwo 5 5 Mbo Hbo/Universiteit 8 8 Anders

19 Niet ingevuld 3 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % 5. In hoeverre kunt u financieel rondkomen? Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) Zeer goed 2 2 Goed Redelijk Nauwelijks Niet 0 0 Niet ingevuld 3 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % 6. Hebt u hulp gehad bij het invullen van deze vragenlijst? Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) Nee Ja, van een naaste (bijvoorbeeld familielid, partner of vriend) Ja, van iemand anders 3 3 Niet ingevuld 1 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Waarom nam u destijds contact op (of iemand namens u) met de gemeente? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) 7. Omdat ik moeite heb mezelf te wassen en te kleden 8. Omdat ik het huishoudelijke werk thuis niet meer zelf kan doen (huishoudelijke hulp) 9. Omdat ik nergens meer naartoe kan omdat ik geen vervoer heb 10. Omdat ik niet meer binnenhuis rond kan 6 4 lopen/rijden 11. Omdat ik me eenzaam voel en meer contact 6 4 wil met andere mensen 12. Omdat ik overdag niets te doen heb Omdat ik moeite heb om mijn financiële zaken 6 4 te regelen en de administratie te doen 14. Omdat ik niet weet hoe ik bepaalde problemen 9 5 kan oplossen en wat ik moet kiezen 15. Omdat ik als mantelzorger overbelast dreig te 9 5 raken 16. Anders Niet ingevuld 3 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % 18

20 Bij deze vraag was een mogelijkheid een extra opmerking toe te voegen. Opmerking(en): - Mijn partner was ernstig ziek Speelde een van de volgende redenen mee om naar de gemeente te gaan? Meerdere antwoorden mogelijk Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) 17. Ik wist niet waar en hoe ik ondersteuning kon regelen 18. Ik overzag het probleem niet meer Mijn omgeving (partner, kind, ouder) kan mij niet meer ondersteunen 20. Ik ben doorverwezen door mijn huisarts of door een andere zorgverlener Niet ingevuld 42 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Blok 2: Uitstroom voorziening Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) 21. Rolstoel Scootmobiel (of aangepaste fiets, auto, buggy, 10 8 enzovoorts) 23. Hulp bij het huishouden Woonvoorziening/woningaanpassing 5 4 (bijvoorbeeld een traplift) 25. Collectief vervoerspasje (regiotaxi, Wmo-taxi, 5 4 deeltaxi) 26. Financiële vergoeding voor vervoer Begeleiding bij het zelfstandig wonen 4 3 (bijvoorbeeld hulp bij de administratie) 28. Begeleiding bij structuur aanbrengen (zoals 6 5 dagritme, spreiding maaltijden) 29. Begeleiding bij dagbesteding/regie Logeervoorziening/logeerhuis Ik woon een beschermde woonvorm wegens 1 1 psychische problemen 32. Anders 11 9 Niet ingevuld 14 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Blok 3: Huidige oplossing Omdat u bent uitgestroomd uit de Wmo van de gemeente hebt u wellicht nar andere oplossingen gezocht. De onderstaande vragen gaan over mogelijke alternatieve vormen van ondersteuning. Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) 33. Maakt u gebruik van voorzieningen, zoals inloop of activiteiten in het buurthuis, klussendienst, boodschappenservice, was- en strijkservice?

21 34. Hebt u een particuliere schoonmaakster die helpt bij het huishouden? 35. Krijgt u of uw partner hulp van een individuele 1 1 vrijwilliger (bijvoorbeeld maatje, coach)? 36. Krijgt u hulp van uw partner, uw familie vrienden of buren? 37. Anders Ik heb geen oplossing gevonden 11 9 Niet ingevuld 19 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Bij deze vraag was een mogelijkheid een extra opmerking toe te voegen. Opmerking(en): - Hygiëne in mijn huis gaat naar mijn mening achteruit. - Ik vond het erg dat de gemeente er zo mee omging, ik heb zelfs geen keukentafelgesprek gehad. - Particuliere hulp is nu per uur goedkoper dan de 15 euro per uur die we anders via de gemeente moesten betalen. Daarnaast werkt de particuliere hulp beter en sneller. Indien u voorheen een indicatie voor huishoudelijke hulp ontving, hoe hebt u dit nu (na beëindiging van de indicatie) opgelost? Indien u geen huishoudelijke hulp ontving, ga door naar vraag 44. Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) 39. Ik ben gebruik gaan maken van het marktproduct 40. Nu ik gebruik maak van het marktproduct 5 9 ontvang ik hiervoor een financiële vergoeding 41. Nu ik gebruik maak van het marktproduct ontvang ik hiervoor geen financiële vergoeding 42. Mijn indicatie is uitgebreid naar Huishoudelijke 2 4 Hulp 2 (regievoering) 43. Anders Niet ingevuld 64 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Bij deze vraag was een mogelijkheid een extra opmerking toe te voegen. Opmerking(en): - Ik heb het nog niet op kunnen lossen. - Ik probeer het zonder hulp te doen. - Hulp van vrienden en familie en buren, indien zij geen tijd hebben probeer ik zoveel mogelijk zelf. - Ik probeer het zo goed mogelijk zelf. Ben verhuisd naar een appartement dit is voor mij makkelijker. Meer sociale contacten. - Met vallen en opstaan, werkzaamheden uitstellen tot een betere dag. - We hebben particuliere hulp gezocht, komt nu een keer in de twee weken. Meer kunnen we niet betalen. 44. Hebt u het idee dat deze alternatieve oplossingen voldoende zijn? Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) Zeer mee eens 4 5 Eens

22 Neutraal Oneens Zeer mee oneens 3 4 N.V.T Niet ingevuld 30 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Blok 4: Mantelzorger De onderstaande vraag gaat over uw mantelzorger. Dit zijn mensen die onbetaald voor u zorgen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan uw partner, familielid, kennis, etc. die (gedeeltelijk) voor uw zorgt. 45. In welke mate hebt u het idee dat uw naaste die voor u zorgt het aankan? Keuzemogelijkheden Absoluut (N) Relatief (%) Zeer goed 4 4 Goed Redelijk Nauwelijks 9 10 Niet 5 6 N.V.T Niet ingevuld 18 / Totaal % Totaal (N Niet ingevuld), toepassing berekening % Opmerkingen berekeningen - Er is afgerond op hele percentages. - De categorie niet ingevuld is niet meegenomen in de procentuele berekening. Aan deze categorie kunnen namelijk geen conclusies worden ontleend. Dit in tegenstelling tot de overige keuzemogelijkheden/antwoordmogelijkheden. Er bestaat kans op vervuiling van de antwoorden. Daarnaast waren er sommige vragen niet van toepassing op het aan te schrijven bestand (hierbij werd de geënquêteerde gevraagd naar de volgende vraag door te gaan indien dit niet op hem/haar van toepassing was. - N Niet ingevuld vormt hiermee het nieuwe totaal waarop de berekening zijn toegepast. 21