Chronische Nierschade. dr. HAH Kaasjager, nefroloog Rijnstate ziekenhuis Arnhem



Vergelijkbare documenten
Chronische Nierschade

Diabetes en Nierziekten

Chronische Nierschade in Nederland

Chronische nierschade

Chronische nierschade (CNS)

Topics in Chronic Disease. Chronische Nierschade en de huisarts

Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis. 30 september 2010

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015

Workshop chronische nierschade. Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra

Waarom aandacht chronische nierschade (CNS)? CNS. Controle nieren: meer dan albumine en kreatinine. Dr. Wim JC de Grauw. MDRD vs kreatinine klaring

Chronische nierschade. Nierschade volgens de richtlijn? Chronische nierschade volgens de richtlijn?

Chronische Nierschade

VUmc Basispresentatie

Nierschade: erger voorkomen... Wybe Douwe Kloppenburg, nefroloog

Nierinsufficiëntie bij DM en CVRM

Chronische Nierschade. Wim de Grauw. Huisarts te Berghem Afd. Eerstelijnsgemeeskunde UMC St. Radboud Nijmegen Bestuurslid DiHAG

BSD september Huisarts: Pauline Heijstee Meggy van Kruijsdijk Nefroloog: Watske Smit Jaap Beutler

Nierschade. Kernboodschap. Nierfunctiestoornissen en albuminurie. Hart- en vaatziekten. Tijdige behandeling kan dit risico verminderen!

12/22/2010. Haagsenieren protocol. Haagsenieren protocol. Kant B: klaring. Kant A: albuminurie. Haagsenieren protocol Toelichting beleid

Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA

Beleid CNS in de eerste lijn. Richtlijn CNS 2009 en LTA 2009> Regionale Haagse richtlijn. Wat behelst het actieplan voor CNS?

Tips en trics voor de nefrologie anno Dr. I.C. van Riemsdijk Drs. M.Wabbijn Internist-nefrologen

Samenvatting en adviezen uitgebreid

Medicatie Risico bij Nierschade. Nictiz symposium 15 november 2016 Chris Hagen nefroloog

Chronische nierinsufficientie. WDH 9 mei 2016 Harmen Krepel, nefroloog

Implementatie NHG-standaard chronische nierschade (CNS) Liedewei van Waes, kaderhuisarts HVZ, SGE Geert Smits, kaderhuisarts HVZ, Pozob

Spiegelbijeenkomst Urk, mei Arnold Boonstra, internist-nefroloog

Nefroloog? Mooi vak, maar... Chronische nierinsufficientie: wie doet wat?

Haagse Nieren 2.0. Disclosure belangen spreker

Brave new world! Belangenverstrengelingen. Chronische nierschade. Maar wat ik wel heb is een opdracht. Klaring, creatinine en egfr

Nephrology. up-date science to clinical practice

LET OP: Als er meer dan 500 mg/mmol eiwit is, dan wordt de uitslag een * en wordt het totaal eiwitverlies berekend!

DOELGROEPENONDERZOEK CHRONISCHE NIERSCHADE

Preventieve zorg in de pre-dialyse de verpleegkundige rol

Richtlijn voor de behandeling van patiënten met Chronische Nierschade (CNS)

Leerdoelen. Wees alert op nierproblemen bij probleeminventarisatie medicatie beoordeling. Begeleid beschermende maatregelen.

Richtlijn voor de behandeling van patiënten met Chronische Nierschade (CNS)

Chronische nierinsufficiëntie

Schatting van de nierfunctie met de egfr implicaties voor de klinische praktijk. Iefke Drion 30 oktober 2014

Fries Wisselprotocol CVRM

MDRD: Diagnostiek en interpretatie

NIERFUNCTIE STOORNISSEN juni 2015 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

Orgaanschade bij DM. Microvasculair. Macrovasculair. Neurologisch. Retinopathie, nefropathie. Hartinfarct, perifeer vaatlijden, CVA

Fries Wisselprotocol CVRM

DIABETISCHE NEFROPATHIE

NIERFUNCTIE STOORNISSEN juni 2015

Nierinsufficiëntie 24/04/2013. Nierinsufficiëntie. Functies van de nieren Universitair

Ede Diabetes en Nierziekten 2012 Workshop B Chronische Nierschade (CNS/CNI) bij de Oudere Patient Stijn Konings / internist -nefroloog

Implementatie NHG standaard Chronische Nierschade Ketenzorg Arnhem 2018

Chronische nierinsufficiëntie Wat doet de nefroloog?

Chronische nierinsufficiëntie bij de oudere patiënt

Implementatie NHG-standaard chronische nier schade (CNS) Liedewei van Waes, kaderhuisarts HVZ, SGE Geert Smits, kaderhuisarts HVZ, Pozob

Chronische nierschade bij volwassenen

Nederlandse Samenvatting

Fries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels

Marike Wabbijn Internist-nefroloog/acuut geneeskundige Ikazia Ziekenhuis

GEZONDE NIEREN VOOR IEDEREEN

Nierfalen bij ouderen

Nierfunctieonderzoek bij diabetes. N. Kleefstra & Henk Bilo 15 en 16 december Nieren. Nieren

Stadia chronische nierschade

Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico s

Nierfunctie in de oncologie. Diakonessenhuis

Nierfunctie: perindopril 174

Consequenties voor de voeding

Vulling. Hoeveel water heeft een mens en waar zit het?

(N.B. Delen van dit verslag zijn overgenomen uit ons verslag van een lezing door dr. van den Wall Bake in 2006)

Nierfunctie: benazepril 186

Benchmark Diabetes 2016 SEZ Zaanstreek-Waterland

Verder bordurend op bovenstaande. Je koos optie 2 en herhaalde de tensie en MDRD na 3 maand: MDRD nog steeds 50 ml/min; RR 140/85.

Chronische Nierschade Van LTA naar NHG Standaard. Fysiologie / Epidemiologie. Beeld van nierschade / nierziekte

Chronische Nierschade Van LTA naar NHG Standaard. Wim de Grauw, huisarts Berghem Joy Lips / Michiel Bleeker - nefroloog

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Behandelingsprotocol voor chronische nierinsufficiëntie in de 1ste lijn Versie 2013

LTA Chronische nierschade

HaCa Albert-Jan Aarnoudse

Doelgroepenonderzoek. Chronische Nierschade:

RICHTLIJN. Nederlandse federatie voor Nefrologie. Diagnostiek en Behandeling van Patiënten met Chronische Nierschade.

Diabetes Mellitus en Nierfunctie

Nierfalen en pallia+eve zorg: wat is de rela+e?

Oud en anders Cardiovasculair risicomanagement bij ouderen: wat te doen of te laten?

Vulling. Hoeveel water heeft een mens en waar zit het?

Leefregels en voorlichting bij chronische nierschade. Welkom bij workshop 3 leefregels en voorlichting bij chronische nierschade

De nier in het vizier, ook in uw HIS!

Behandelingsprotocol voor chronische nierinsufficiëntie in de 1ste lijn Versie 2015

Nederlandse samenvatting

Welkom. Namen presentatoren

Chronische nierinsufficiëntie

Nierinsufficiëntie en voeding

Scharniermomenten bij terminale nierinsufficiëntie

Lithium bij ouderen, wat als de nierfunctie verslechtert?

Nieuwe standaard DM Wat is Nieuw??? Alle veranderingen in de nieuwe standaard zijn in het rood aangegeven.

Huisarts en nieren. Dr Stein Bergiers 23 mei 2017

CAT: Plaatsbepaling van Cystatine C als Biomarker voor de Nierfunctie. Jolien Claessens Supervisor: Steven Pauwels , UZ Leuven

Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk

Verder bordurend op bovenstaande. Je koos optie 2 en herhaalde de tensie en MDRD na 3 maand: MDRD nog steeds 50 ml/min; RR 140/85.

Verwijzing van patiënten met chronische nierschade

Normaal- en streefwaarden, formules

Werkafspraken vervolgen van de nierfunctie:

Transcriptie:

Chronische Nierschade dr. HAH Kaasjager, nefroloog Rijnstate ziekenhuis Arnhem

Kennistoets 1. Bij sedimentafwijkingen met een normale egfr is er nog geen sprake van nierschade 2. Patiënten met proteïnurie altijd verwijzen naar de nefroloog 3. Metabole ontregeling bij een gestoorde nierfunctie betekent vooral een hyperglycemie

4. Een fysiologisch verlaagde nierfunctie heeft verder geen consequenties 5. Nierschade is ook een cardiovasculaire risicofactor 6. Het streven van vermindering van proteïnurie is < 1 gram

7. Bij proteïnurie is bloeddrukbehandeling het allerbelangrijkste, maakt niet uit hoe 8. Bij een klaring van < 45 ml/min kan een overvulling verwacht worden 9. Bij een klaring van < 60 ml/min altijd verwijzen naar de nefroloog 10. Preventie chronische nierschade is vooral cardiovasculaire preventie

Theorie Nierschade

De Nier: bouw en functie

Functies van de nier aanvoer Grote eiwitte n water zouten Kleine eiwitten afvalstoffen geneesmiddel Kalium, H + Verwijderen van afvalstoffen Water- en zoutbeheer Zuur-base evenwicht Productie van hormonen De Nier = Filter In de praktijk = Nierfunctie = filtratie afvoer glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) = hoeveelheid filtraat per tijdseenheid =

Glomerulaire filtratie snelheid Hoe meten we het? Wat is normaal?

Meten van klaring Klaring x = U x * V P x Inuline Cr 51 -EDTA J 125 -thalamaat Nadelen:Exogeen, intraveneus, duur

Creatinine gebruiken als nierfunctie Creatinine is afbraakproduct van creatininefosfaat uit spierweefsel Waarde serum creatinine daardoor afhankelijk van: v Nierfunctie v Spiermassa v ((Hoeveelheid spier in voeding))

Serum creatinine: niet sensitief voor geringe veranderingen in GFR Verhave et al 2007

Verband creatinine waarde en klaring

Schatting van GFR: MDRD formule beter bij nierinsufficiëntie

Effect van creatinine calibratie (VS) 12,5% 3,2% Prevalentie van nierinsufficientie bij niet diabeten in VS NHANES III data

Nierfunctie Voor het schatten van de nierfunctie wordt geadviseerd de 4-variabelen MDRD formule te gebruiken MDRD = GFR ml/min/1,73 m 2 175 x (IDMS-creat x 0,0113) -1,154 x age -0,203 x (0,742 female) x 1,212 (black)

Nierschade Afwijkingen in de urine: eiwit, erythrocyten Verminderde filtratie (=GFR) Waarom is nierschade belangrijk? Nierschade à cardiovasculair lijden Nierschade à terminaal nierfalen

Hoe classificeer je nierschade? Indeling in stadia van nierschade Op basis van sediment, albuminurie en nierfunctie (=GFR) Voorgesteld door K/DOQI

Stadia van nierschade

Chronische nierinsufficiëntie in Nederland Stadium GFR (ml/min/ 1,73m 2 ) Albuminurie > 30 mg/24 hr Prevalentie VS (%) Prevalentie Nederland (%) 1 >90 Ja 3,3 1,3 2 60-89 Ja 3,0 3,8 3 30-59 Ja/nee 4,3 5,3 4 15-29 Ja/nee 0,2 0,1 5 <15 Ja/nee 0,1 <0,1 VS: Jones 1998; Nederland: de Zeeuw 2005

MDRD-GFR in gezonde vrouwen

Concluderend Leeftijd boven 65 jaar en een MDRD>45 ml/min Hoeft geen aanwijzing te zijn van nierziekte -> als fysiologisch beschouwen

Behandeldoelen CNS 1.voorkomen van verdere achteruitgang nierfunctie 2.voorkomen van late complicaties vooral cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit Voorkomen progressie nierinsufficientie en voorkomen cardiovasculaire complicaties: dezelfde factoren spelen een rol

Voorkomen van verdere achteruitgang nierfunctie Preventie progressie nierinsufficientie ü Behandeling van hoge bloeddruk ü Minimaliseren van proteinurie ü Stoppen met roken ü Hyperlipidemie ü Eiwitbeperkt dieet ü Verminderen overgewicht Preventie ontstaan additionele nierschade ü Dehydratie/ondervulling ü Nefrotoxische medicatie ü Gebruik rontgencontrast

Voorkomen late complicaties Preventie cardiovasculaire complicaties Preventie stoornissen Ca-fosfaathuishouding ü secundaire hyperparathyreoidie ü extraossale calcificaties ü renale osteodystrofie Preventie anemie Preventie uremische klachten Behandeling symptomen zoals oedeem

Nierschade als cardiovasculaire risicofactor Patiënten met nierschade hebben sterk verhoogd risico op mortaliteit en morbiditeit Het betreft met name cardiovasculaire events Dit geldt niet alleen voor patiënten met eindstadium nierfalen maar ook voor patiënten met slechts licht gestoorde nierfunctie

GFR als cardiovasculaire risicofactor ESRD Verhoogde cardiovasculaire mortaliteit bij dialysepatiënten population Foley AJKD 1998;32:S112

Behandeling van hoge bloeddruk Hierbij drie vragen: 1. Wat is behandelingsdoel? 2. Welk medicament(en) en waarom? 3. Wat veroorzaakt de hoge bloeddruk? - Na + -retentie - activatie RAAS - overactiviteit sympathicussysteem

Hypertensie Hoe behandelen? niet farmacologisch Na+ beperking 5 gr zout/dag overgewicht voorkomen overmatig alcoholgebruik meer bewegen farmacologisch geactiveerd RAAS bij CNI ACE en/of ARB centrale plaats

Hypertensie De initiele daling van nierfunctie gaat daarna gepaard met minder snelle achteruitgang nierfunctie Bij onvoldoende response combineren met thiazide Behandeling van bloeddruk bij CNS leidt ook tot afname cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit

Indeling albuminurie Albuminurie 24 uurs urine overnacht Portie ochtendurine (/mmol creat) Mannen vrouwen normo < 30 mg/24 uur < 20 µg/min < 2,5 mg/mmol < 3,5 mg/mmol micro 30-299 mg/24 uur 20 200 µg/ min 2,5 25 mg/mmol 3,5 35 mg/ mmol macro > 300 mg/24 uur > 200 µg/min > 25 mg/mmol > 35 mg/mmol Macro-albuminurie = proteinurie

Albuminurie als cardiovasculaire risicofactor CHD Stroke 40 40 % % 20 20 0 Non-diabetics NIDDM 0 Non-diabetics NIDDM % 40 20 Amputation % 60 40 20 ASVD 0 Non-diabetics NIDDM 0 Non-diabetics NIDDM U-Prot <150 mg/l U-Prot 150-300 mg/l U-Prot >300 mg/l Miettinen et al. Sroke 1996;27:2033

Chronische nierinsufficiëntie Achteruitgang GFR en Daling GFR (ml/min/jaar) 12 9 6 3 bloeddrukverlaging 4.7 mmhg lager 130/80 mmhg 0 <1 g/day 1-3 g/day 3 g/day Klahr, N Engl J Med 1994,330:877 Lazarus, Hypertension 1997,29:641

ü Progressie en RR: Welk medicament(en) en waarom? Meta-analyse: Het effect van ACE versus andere antihypertensiva op proteinurie 0-10 Non-DM DM 0-5 Uprot (change %) -20-30 -40-10 -15-20 MAP (change %) -50 N=18 N=16 N=22 N=18-25 n=355 n=238 n=385 n=247 ACEi Others Gansevoort et al. Nephrol Dial Transplant 1995,10:1963

Progressie en proteinurie ü Combinatie ACE + AII-antagonist?

Hypertensie hypertensie die optreedt bij CNS behandelen om progressie NS tegen te gaan en om het CV-risico te verminderen streefwaarde RR 130/80 mmhg bij proteinurie < 0.5-1 gram/24-uur en 125/75 mmhg bij proteinurie>1 gram/24 uur

Roken CNS en roken: stoppen! zowel progressie nierinsufficientie als cardiovasculair risico

Het effect van roken op de progressie van nierfunctieachteruitgang bij dm2 patienten ml/min/month -0 n=20 n=16 non-smokers Decline in Ccr -0.4-0.8-1.2 smokers -1.6 p<0.025 Biesenbach G et al. Clin Nephrol 1997,48:146-50

Overgewicht/adipositas Adipositas: vergroot de kans op het ontwikkelen van CNS, ESRD en cardiovasculaire complicaties Advies: afvallen

Afvallen en nierfunctie

Afvallen en proteinurie

Hyperlipidemie/statine Pten met CNS stadium 3-5 dienen evt behandeld te worden met statine ter preventie cardiovasculaire complicaties (secundaire preventie) Echter: geen/zeer gering gunstig effect op beloop nierfunctie

Geen bewijs voor Acetylsalicylzuur Niet vaker grote bloedingscomplicatie

Eiwitbeperking en progressie + preventie late complicaties Ø geen studies eiwitbeperking tijdens ACE/ARB Ø geen studies eiwitbeperking en cardiale uitkomst, maar: ü vermindering eiwitinname leidt ook tot afname fosfaatbelasting cq verlaging serumfosfaatspiegel Frohling PT Proc Eur Dial Transplant Assoc Eur Ren Assoc 1984;21:561-6 Parillo M et al. Am J Clin Nutr 1988;48:255-9 Combe C, Aparicio M. Kidney Int 1994;46:1381-6

Voorkom additionele nierschade ondervulling/dehydratie voorkomen nefrotoxische medicamenten in stadium 3-5 CNS specifieke maatregelen bij indicatie voor gebruik van rontgencontrastmiddelen

Anemie Normochroom, normocytair, laag reticulocyten aantal Bij klaring < 45 ml/min Oorzaken: - Verminderde productie van erythropoietine - Gastro-intestinaal bloedverlies - Verkorte levensduur van erythrocyten Behandeling: Erythropoietine sc en ijzerpreparaten.

Renale anemie Bij pten met CNS en renale anemie moet een serum Hb 6.8-7.4 mmol/l worden nagestreefd Risico myocardinfarct 2-5 maal verhoogd; toename hartfalen Zorgdragen voor goede ijzersuppletie (transferrinesat > 0.2 en ferritine 100-500 ug/l)

Calciumfosfaathuishouding Eerst stijgt PTH 60 ml/min Dan verminderde uitscheiding fosfaat 30 ml/min Dit leidt ook weer tot PTH productie Renale botziekte en sterke toename cardiovasculair risico van pten met stadium 3 en hoger Bij dialysepten met hoog fosfaat en PTH toegenomen mortaliteit; toename calcificaties coronairen

Achtergrond Calcium-fosfaat metabolisme Phosphate retention Hypocalcemia 1,25(OH)D 3 PTH Abnormal vascular calcification Soft-tissue calcifications High-turnover bone disease Aortic sclerosis Neuronal dysfunction Anemia Malnutrition

Elektrolytstoornissen Elektrolytstoornissen moeten worden voorkomen ter preventie van cardiovasculaire complicaties bij oedeemvorming een zoutbeperkt dieet en/of diuretica voorkom hyperkaliaemie ter preventie van hartritmestoornissen Vanaf stadium 4 lisdiuretica voorkeur Bij kalium> 6 mmol/l zn orale kationenwisselaars

Gevolgen behandeling progressie nierfalen cardiovasculaire complicaties Behandeling van hypertensie Verlagen proteinurie <1 g/dag Behandelen CaPO 4 -stoornis Behandeling anemie Stoppen met roken Behandeling lipidenstoornissen Overgewicht + + + - - -/+ - + + + -/+ + + +

Theorie vertaald naar de praktijk

Op grond van deze prevalentiegetallen ü 635.000 personen met stadium 3 CNI in Nederland ü meer bewustwording gestoorde nierfunctie nodig ü Huisartsen ü Urologen ü Cardiologen ü vaatchirurgen ü goede behandelrichtlijn nodig

Risicogroepen voor CNS Risicogroepen: Hypertensie DM HVZ Bekende nierziekte/andere nieraandoening Systeemziekten zoals bv SLE

Definitie CNI Stadium 1 >3 maanden persisterend microalbuminurie of afwijkingen urinesediment met een klaring>90 ml/min Stadium 2 zie boven en een verminderde klaring 60-89 ml/min Stadium 3 30-59 ml/min Stadium 4 15-29 ml/min Stadium 5 < 15 ml/min preterminale nierinsufficientie nog geen dialyse

Kanttekening I Deze indeling is bedoeld voor personen bij wie een nieraandoening is vastgesteld en is dus niet ontwikkeld voor screeningsdoeleinden Bij ieder gebruik buiten het gebied van bestaande nierziekten de uitkomst altijd met omzichtigheid interpreteren

Diagnostiek CNS Albuminurie Albumineteststroken pas bij fors eiwitverlies positief (1+-resultaat wijst op albuminurie van ongeveer 300 mg/l) Laboratorium Albumineconcentratie urine Albumine/creatinine-ratio

Diagnostiek CNS Albuminurie Uitsluiten andere oorzaken (menstruatie, koorts, uwi) Eiwituitscheiding in de urine varieert gedurende de dag en van dag tot dag Advies: Positieve uitslag teststrook volgt altijd een laboratoriumbepaling van de albumineconcentratie of albumine/creatinine-ratio Wanneer bij jaarlijkse controle DM2 of hypertensie microalbuminurie bevestigen door een tweede bepaling binnen enkele maanden

Schatting van nierfunctie MDRD formule geeft een tamelijk nauwkeurige schatting voor GFR in het bereik van 15-60 ml/min Nodig: creatininebepaling laboratoria calibreren op deze bepaling

Taken huisarts Diagnostiek door de huisarts bij: Patiënten met albuminurie of verminderde nierfunctie (bij toeval gevonden) Patiënten met een verhoogd risico op CNS DM2 Hypertensie

Taken huisarts Micro-albuminurie zonder verminderde egfr: vrijwel altijd eerste lijn behandelen > 65 jaar en een egfr 45-60 ml/min: fysiologisch verminderde nierfunctie; kunnen in eerste lijn vervolgd worden < 65 jaar en een egfr 45-60 ml/min en > 65 jaar en een egfr 30-45 ml/min is vaak gezamenlijke behandeling mogelijk Tweede lijn: proteinurie < 65 jaar en egfr < 45 ml/min > 65 jaar en egfr < 30 ml/min vermoeden onderliggende nierziekte

Vervolgbeleid Behandeling door nefroloog» Voorbereiden op en tijdig verwijzen nierfunctievervangende therapie Overige verwijsindicaties:» Macroalbuminurie» < 65 jaar en egfr < 45 ml/min» >65 jaar en een egfr < 30 ml/min» < 65 jaar en een egfr 45-60 ml/min en > 65 jaar en een egfr 30-45 ml/min overweeg gezamenlijke behandeling» Vermoeden primaire nieraandoening» Snelle progressie nierfunctiestoornis (>3-5 ml/min/ jaar)» Onvoldoende behandeling mogelijk

casuistiek

58-jarige vrouw met hypertensie. egfr 48 ml/ min. Wat zijn uw volgende stappen? 82-jarige vrouw heeft een egfr van 48 ml/min. Wat zijn uw volgende stappen? 48-jarige vrouw met hypertensie heeft een alb/ creat ratio van 45 mg/mmol. Wat zijn uw volgende stappen? 48-jarige man heeft sedimentafwijkingen. Wat zijn uw volgende stappen? 62-jarige man heeft een alb/creat ratio 15 mg/ mmol. Wat zijn uw volgende stappen?

62-jarige man heeft hypertensie, waarvoor ACEi. egfr is > 60 ml/min en alb/creat ratio > 25 mg/ mmol. Wat zijn uw volgende stappen? 65-jarige man met een egfr van 52 ml/min. Hoe bepaalt u de metabole ontregeling? 28-jarige vrouw met > 20 ery s in de urine. Wat zijn uw volgende stappen? 68-jarige man met een egfr van 28 ml/min en dyspnoe. Wat zijn uw volgende stappen?

Kennistoets 1. Bij sedimentafwijkingen met een normale egfr is er nog geen sprake van nierschade 2. Patiënten met proteïnurie altijd verwijzen naar de nefroloog 3. Metabole ontregeling bij een gestoorde nierfunctie betekent vooral een hyperglycemie

4. Een fysiologisch verlaagde nierfunctie heeft verder geen consequenties 5. Nierschade is ook een cardiovasculaire risicofactor 6. Het streven van vermindering van proteïnurie is < 1 gram

7. Bij proteïnurie is bloeddrukbehandeling het allerbelangrijkste, maakt niet uit hoe 8. Bij een klaring van < 45 ml/min kan een overvulling verwacht worden 9. Bij een klaring van < 60 ml/min altijd verwijzen naar de nefroloog 10. Preventie chronische nierschade is vooral cardiovasculaire preventie

Afsluiting Leerpunten