Hilversum: mediastad of buitenwijk van Amsterdam?



Vergelijkbare documenten
Een levensloopregeling voor software

effectief inzetten? Bert Dingemans

Ontvlechting van ICT vereist nieuwe samenwerking

Toelichting advies gemeenteraad bij aanvraag aanwijzing als lokale publieke media-instelling

ALCOHOLKENNIS DOORGESPEELD

Beroepsregistratie en vooraanmelden voor beroepsregistratie. in de jeugdhulp en jeugdbescherming

Zo krijg je wél grip op IT-investeringen

De kloof: welke kennis heeft een opdrachtgever nodig?

- 2 - Datum vergadenn Nota openbaar: ľľo 9. Verzoek toepassing regeling Rood voor Rood met gesloten beurs op de locatie Scharlebeltweg 1 te Nijverdal

3.7.3 Welke meetinstrumenten zijn geschikt voor het vastleggen van motorische vaardigheden?

lus+ De klachtencommissie en de rol van de vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen

Bronnen & Methoden bij Marktscan medischspecialistische zorg 2015

Digitale Atlas Europa en de Digitale Agenda

Nederlandse samenvatting (Dutch summary)

officiële bijdrage aan het CMMI. Jan Jaap Cannegieter

Deze factsheet ouderen en eenzaamheid is een gezamenlijke uitgave van GGD Midden-Nederland en Schakels, adviesbureau voor welzijn en zorg.

In vier stappen naar een succesvolle informatievoorziening

Beleggen in duurzame aandelen bij Robeco

~~i~il' 1025 VS Amsterdam. Geacht bestuur,

Process mining: leuk voor de liefhebber of noodzaak?

De waarde van de CIO

Waardeoverdracht. Uw opgebouwde pensioen meenemen naar uw nieuwe pensioenuitvoerder

Applicatieportfoliomanagement

opleidingen Creditmanagement en activabeleid (13 dagen) ook modulair te volgen Risico-analyse (*) (1 dag)

zijn, kunnen we stellen dat de huidige analyses vooral toegespitst zijn op een ordergerichte situatie.

Toepassing: Codes. Hoofdstuk 3

Gebiedsgericht Voorraadbeleid van Woningcorporaties. Een analyse van planningsbenaderingen in Vogelaarwijken. Arne van Overmeeren

One size fits not all

Privaat-gestuurde Gebiedsontwikkeling

Heerhugowaard Stad van kansen

Mens en organisatie in de perfect storm van digitalisering

Onderzoek! Ontdek! Onderneem! WELKOM BIJ DE EUREKA!CUP Eureka!Cup is een programma van Stichting Techniekpromotie

Nota van B&W. onderwerp Uitrol gemeentelijk hondenbeleid in overig deel Nieuw-Vennep. Portefeuilehouder S. Bak, drs. Th.L.N.

ISO/IEC BiSL ASL

Reinier van der Kuij

Privaat-gestuurde Gebiedsontwikkeling

Cats. Den Haag, ~ '' Kenmerk: DGB

Breman, Spaans & Harnas

6. Behandeling van kinderen met spastische cerebrale parese gericht op verbetering van handvaardigheid

opleidingen ERKEND OPLEIDINGSINSTITUUT VLAAMSE OVERHEID

De Waarde van Toekomstige Kasstromen

Forse besparing op telefonie

-,".v j~r ..~,... I ~ l'. i ~I I I.. - L r. Flevoland. i,n,,. i. . 8~_~i OMGEVINGSPLAN. i SAMENVATTING. .,'" '"i +- ~"J.~ ~,J ~ ..

Bestemmingsplan Groene Kruisweg te Albrandswaard 3 mei 2011 PvN Peter J. van Nederpelt p.van.nederpelt@ooms.com (010) (010)

Proostwetering 24L 3543 AE Utrecht Phone +31 (0) Fax +31 (0) Brochure NL versie.indd :38:42

EH SmartView. Een slimme kijk op risico s en mogelijkheden. Monitoring van uw kredietverzekering. Euler Hermes Online Services

federatie Samen voor een mooi en duurzaam Drenthe. Raad van de gemeente Emmen Postbus RA EMMEN

kopers huurders controle Klantgestuurd en empowerment empowerment capacity keuze Te Woon effecten voorraadbeleid kopen verkoop inkomen klanten

1. SAMENVATTING EN CONCLUSIES

De enterprisearchitect als coach

Praktijkboek De knop om!

Gemeentefonds verevent minder dan gedacht

Dit is de digitale schoolgids van. IKC Het Sterrenbos

anwb.nl/watersport, de site voor watersporters

SERVICESFORTINET PRE PRE PRE SALES SALES

Dit is de digitale schoolgids van R.K. basisschool St. Jacobusschool

Bureau of lessenaar. Een onderzoek naar de meting van bureaucratie in onderwijsinstellingen. Definitief eindrapport

Rekenen met rente en rendement

DE HAVO-LEERLING STUDIEVAARDIG

Onderhoud en beheer van infrastructuur voor goederenvervoer

Variantie-analyse (ANOVA)

Vernieuwing Lake Land Hotel Jachthaven 1 Monnĩckendam Gemeente Waterland

DE SPORTCLUB: NIET ALLEEN VOOR MAAR OOK VAN DE JEUGD

Beperkt? Niet in de mode!

Ter inzage gelegde v. Octrooiaanvrage Nr ,, Klaisse i 11?, h bd 7./ 119 bc 2), Int Cl. G' q-, n 33/16 f A 61 li 5/10.

7. Behandeling van communicatie en mondmotoriek

Biesbosch verdient het!

MRT/RT MKT/KT. Wormwielreductoren.

aantallen in van de prooiresten gewicht min of meer mogelijk, doch als de gebitsmaten van een groot aantal gevangen dat de gewichtsfaktor

Operational excellence vereist excellente procesondersteuning

Feestelijke opening nieuwe woningen bij Op de Bies

DETERGENTEN IN UW DAGELIJKS LEVEN

Wmo inzicht. augustus 2014 nummer 13. ❸ De regio aan zet. In dit e-zine: ⓮ Over de grenzen. Gehandicaptenzorg Nieuwe Stijl. over de grenzen heen

Dit is de digitale schoolgids van. R.K. basisschool St. Jacobusschool

flits+ Geen idee Ongeveer de helft? Wanneer is de vraag... Uh..? Ik weet het! bpfhibin.nl Ik verkoop mijn huis Wie dan leeft... Zien we dan wel weer

5. SAMENVATTING EN CONCLUSIES

uw kenmerk doorkiesnumrner Onderwerp Brandweeradvies bestemmingsplan Stadscentrum, deelplan Prins Mauritsplein

Grote Synagoge. Sjoelgasse. Walter Süskindzaal. Snoge (Portugese Synagoge) Museumcafé (JHM) Auditorium (JHM)

AUDIT FACILITY MANAGEMENT

Verslag Regeltechniek 2

Automatic-schakelaar Komfort Gebruiksaanwijzing

GEMEENTE HELLEN DOORN lichand.: 1 FEB A1 B Stuk itreťw.: Werkpr.. Kopie aan: Archief' ü 1 N reeks/vlvcrtr.:

De wortels van de Randstad. Overheidsinvloed en stedelijke hiërarchie in het westen van Nederland tussen de 13 de en 20 ste eeuw

Voorontwerp bestemmingsplan Hoek Overste Den Oudenlaan. maart r... -~ -", ,~ :;-. 4J. '-.4.b: Dienst Stadsontwikkelíng

ARU. ;ijniv-ersitejt. e 3 ndhov ( ) TEM. niet uitleenbaar

Wmo inzicht. Scharnieren in de regio: Zuid Oost Brabant. december 2014 nummer 15. ⓮ Cliënt in. In dit e-zine: ⓬ Over de grenzen.

Traverse. Betere verkeerslichtenregelingen met minder inspanningen

Den Haag, i g. Kenmerk: DGB

Prijs ƒ 3.- "OCTllCO' HA AD

DLK Pro De all-round uitlee s apparatuur voor onderweg Maatwerk voor verschillende toepassingen

Is de app een onmisbaar onderdeel van de les of het leerproces? nee. Is de leerling/student 16 jaar of ouder?

Hoe toekomstvast is de gemeentelijke midofficearchitectuur?

Uitgebreide aandacht warmtapwatersystemen. Door afnemende warmtevraag voor ruimteverwarming, neemt het belang van het

Het Nederlands Persmuseuml

31 januari 2014 P5 REM afstuderen AR3R030. Samen of alleen? Lisa Bruijntjes Ziekenhuisvastgoed

inner living i nnerarchitecture vrijstaande woonhuizen en verbouwingen

inner living i nnerarchitecture vrijstaande woonhuizen en verbouwingen

i i Datzelfde aggregaat in een vorig jaar 0 stellen we voor door

Offshoring, ondernemen en de kenniseconomie

inzicht Gehandicaptenzorg in de Wmo: wie en hoeveel? ❸ Burgers met een beperking In dit e-zine: Gehandicaptenzorg Nieuwe Stijl juli 2014

Transcriptie:

Hlversum: medastad of butenwjk van Amsterdam? Een onderzoek naar de local buzz n het audovsueel cluster Ruben Huls Unverstet Utrecht

RUBEN HULS - 4004043 UNIVERSITEIT UTRECHT FACULTEIT GEOWETENSCHAPPEN MSC ECONOMISCHE GEOGRAFIE MASTERTHESIS BEGELEIDING: PROF. DR. F.G. VAN OORT, UNIVERSITEIT UTRECHT

INHOUDSOPGAVE SYNOPSIS... 1 DEEL I: INLEIDING... 2 1.1 THEMA... 2 1.2 ONTWIKKELING MEDIACLUSTER DE HISTORISCHE CONTEXT... 3 1.3 MAATSCHAPPELIJKE RELEVANTIE... 4 1.3.1 Identtet en brandng... 4 1.3.2 Lokale econome... 5 1.4 ONDERZOEKSVRAAG EN DEELVRAGEN... 7 1.5 LEESWIJZER... 8 DEEL II: THEORETISCH KADER... 9 2.1 EEN INTRODUCTIE IN CLUSTERS... 9 2.1.1 Wat zjn clusters?... 9 2.1.2 Dverstet of homogentet?... 11 2.2 KOSTENGEDREVEN MOTIEVEN VOOR CLUSTER- OF AGGLOMERATIEVORMING... 13 2.2.1 Marktnabjhed... 13 2.2.2 Lnks n netwerken... 14 2.3 CLUSTERING IN CREATIEVE NETWERKEN... 15 2.3.1 Clusterng en technologsche ontwkkelngen... 15 2.3.2 Kennsntensvtet en spllovers... 15 2.3.3 Face-to-face-contact en local buzz... 18 2.3.4 Bedrjfskenmerken... 21 2.3.5 Geworteldhed versus footlooseness... 22 2.3.6 Locatekeuzes van culturele ondernemngen en medaclusters... 22 2.4 CLUSTERTHEORIEËN EN HET AUDIOVISUEEL CLUSTER IN HILVERSUM... 24 2.4.1 Schaalnveau... 24 2.4.2 Clustermoteven voor de audovsuele sector n Hlversum... 25 2.4.3 Bedregngen voor het Hlversumse audovsueel cluster... 27 2.5 HUIDIG BELEID... 30 DEEL III: DEELVRAGEN, CONCEPTUALISERING EN METHODEN... 31 3.1 DEELVRAGEN... 31 3.2 CONCEPTUALISERING... 32 3.2.1 Afhankeljke concepten... 32 3.2.2 Onafhankeljke concepten... 33 3.3 HYPOTHESES... 34

3.4 OPERATIONALISATIE... 37 3.5 METHODEN... 39 3.5.1 Onderzoeksgebed... 39 3.5.2 Onderzoeksstratege... 39 3.5.3 Onderzoeksopzet (desgn)... 42 3.5.4 Onderzoeksmethoden... 42 3.5.5 Populate en onderzoekseenheden... 43 3.5.6 Crtera n socaal onderzoek... 43 DEEL IV: CIJFERS EN GEOGRAFISCHE PATRONEN... 47 4.1 CIJFERMATIGE VERGELIJKING HILVERSUM EN AMSTERDAM... 47 Analysegroep 1: Bedrjven n de nformate & communcatesector... 48 Analysegroep 2: Bedrjven n de audovsuele- en gerelateerde sectoren... 50 Analysegroep 3: Bedrjven n de audovsuele sector... 52 Analysegroep 4: Rado- en televseomroepen... 54 4.2 GEOGRAFISCHE VERGELIJKING HILVERSUM EN AMSTERDAM... 56 4.2.1 Geografsch patroon van ondernemngen n de audovsuele sector n Hlversum... 56 4.2.2 Geografsch patroon van ondernemngen n de audovsuele sector n Amsterdam... 57 4.3 TUSSENTIJDSE CONCLUSIE... 59 DEEL V: STATISTISCHE VERBANDEN... 60 5.1 GEBRUIKTE VARIABELEN EN RESPONS... 60 5.2 SAMENGEVATTE RESULTATEN... 64 5.3 KWANTITATIEVE ANALYSES... 65 Deelvraag 3... 65 Deelvraag 4... 66 Deelvraag 5... 68 Deelvraag 6... 70 Deelvraag 7... 74 Deelvraag 8... 78 DEEL VI: CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN... 82 6.1 CONCLUSIE... 82 6.2 AANBEVELINGEN... 85 6.2.1 Beled... 85 6.2.2 Onderzoek... 86 LITERATUUR... 87 BIJLAGEN... 92

SYNOPSIS Hlversum staat van oudsher bekend als de Medastad van Nederland. Door een padafhankeljk ontwkkelngstraject heeft Hlversum een sterk gevestgde audovsuele sector, de een belangrjke bron van arbedsgelegenhed s n de gemeente. Krmp n de sector s dan ook een thema waar de gemeente zch n haar beled tegen probeert te verzetten. De oorzaken van de krmp kunnen deels worden toegeschreven aan bezungngen, en deels aan een weglekeffect naar grotere steden. Amsterdam s een locate waar veel createve professonals samenkomen, daar zjn meer mogeljkheden tot samenwerkng en ontmoetngen, bovenden er s een overvloed aan kenns. Deze buzz oefent n toenemende mate een aantrekkngskracht ut op ondernemngen n de createve sector, en dus ook de audovsuele sector temeer omdat technsche ontwkkelngen ertoe leden dat delen van het producteproces steeds mnder op een vaste plek ten utvoer moeten komen en bedrjven steeds klener negen te worden. Createve professonals n de audovsuele sector, zo s n dt onderzoek gevonden, werken meer samen dan de mnder createve professonals, maar deze samenwerkng s onder werknemers n Amsterdam net meer dan onder werknemers op het Medapark. De createve kern op het Medapark werkt vaker op alternateve plekken dan de createve kern n Amsterdam, wat kan betekenen dat deze groep het createve mleu buten het Medapark opzoekt. Daarbj hebben werknemers n de sector n Hlversum een hogere mate van vrje werkplekkeuze. Opvallend s dat werknemers n Amsterdam de clusterng van bedrjven op het Medapark vaak net als een voordeel zen, terwjl werknemers bj bedrjven op het Medapark dat nut wel als postef nschatten een gegeven dat ets zegt over het mago van het Medapark. De nschattng s dat dt mago voor de ontwkkelng van Hlversum als Medastad een belangrjke factor kan zjn. Het createve ontmoetngsmleu bevndt zch n Amsterdam, Hlversum heeft als kracht dat het door zjn nabjhed mee kan profteren van de buzz. Door te nvesteren n het mago van de stad (als medacluster n het bjzonder), de vernetwerkng van de sector waarn onderwjsnstellng wellcht een grotere rol kunnen spelen en voort te bouwen op de grote, locatevaste nvesterngen de voor geografsche verankerng zorgen, kan Hlversum rchtng geven aan het voortbestaan van de Medastad de co-exsteert met Amsterdam en meeprofteert van het createve mleu n de hoofdstad. 1

DEEL I: INLEIDING 1.1 Thema Broertjes vreest omroepbezungngen: Straks bljft mjn stad leeg achter (Volkskrant, 7 maart 2013) Lcht jaloers kjkt de burgemeester [van Hlversum] naar Amsterdam. "Amsterdam s alles: havenstad, kennsstad, technologestad. Hlversum s medastad. (Het Parool, 15 maart 2013) De bovenstaande krantenkop en het ctaat van burgemeester Peter Broertjes van Hlversum llustreren de actuele spannngen met betrekkng tot de toekomst van de Medastad de Hlversum nu s. Ut het artkel bljkt dat de Gemeente Hlversum er veel aan gelegen s om omroepen en productebedrjven bnnen de gemeentegrenzen te behouden. Zo zjn er plannen om op het Medapark een Albert Hejn to go en een restaurant te openen. Met dt soort maatregelen, de de leefbaarhed en dynamek op het bedrjventerren moet verbeteren, hoopt de gemeente nvloed ut te oefenen op het vestgngs- en verhusgedrag van bedrjven n de medasector. Echter, n de zesde edte van Stadsgesprek een evenement georganseerd vanut een samenwerkngsverband tussen Het Parool, De Bale en AT5 beargumenteert NOS-verslaggever Jeroen Wollaars n een column zjn menng: Hlversum zal het vroeg of laat afleggen tegen Amsterdam en haar ttel als Medastad verlezen (AT5 2013). Volgens hem s Hlversum ondanks de verwoede pogngen en lobby vanut de gemeente geen stad waar je wíl zjn, maar waar je móet zjn. De spannng n het vestgngsklmaat van multmedabedrjven wordt onderstreept door de (overgens net utgevoerde) plannen de de neuwe fuseomroep VARA/BNN n 2013 maakten om een verplaatsng van het Medapark naar Amsterdam te realseren. Amsterdam oefent als createf centrum bljkbaar een grote aantrekkngskracht ut op bedrjven ut allerle createve sectoren, waaronder ook de audovsuele sector. Het gemeentebestuur van Hlversum probeert zch met verschllende maatregelen hertegen te verzetten. Ut de Cross Meda Montor van 2008 bleek al dat de relateve domnante van Hlversum als locate voor meda- en entertanmentnstellngen afneemt (Gemeente Hlversum 2010, 5), en ut de edte van 2012 bljkt dat de werkgelegenhed n de createve ndustre en ICT n Hlversum tussen 2009 en 2011 fors s gedaald terwjl deze n Amsterdam just sterk groede (MMovator 2012). Ut cjfers van Locator (2013, 28) bljkt ook dat het medapark krmpt n aantallen werknemers. In 2012 waren er 5.799 mensen werkzaam op het Medapark, 7% mnder dan n 2010. Met deze tendens, nu kracht bjgezet door forse bezungngen en een sterke aantrekkngskracht van Amsterdam op createve bedrjven en nstellngen (ook ut Hlversum), s allermnst zeker hoe de audovsuele ndustre n Hlversum zch op de lange termjn zal manfesteren. Deze poltek-economsche spannngen bnnen het audovsuele cluster n Hlversum zjn aanledng voor het schrjven van deze masterthess. Het onderzoek beoogt deze spannngen en het effect daarvan op het medacluster concreet en nzchteljk te maken. 2

1.2 Ontwkkelng medacluster de hstorsche context Hlversum s van oudsher de bakermat van de audovsuele sector n Nederland. De ontwkkelng van het cluster n Hlversum kwam op gang na de oprchtng van de Nederlandse Sentoestellen Fabrek (NSF) n 1918, van oorsprong een jont venture van Marcon UK, Phlps en Rado Holland. Goedkope en bouwgeschkte zandgrond, een centrale locate n Nederland en een werklustg arbedspotentaal waren dre doorslaggevende factoren voor de NSF om zch tussen 1918 en 1921 te vestgen n Hlversum aan de Jan van der Hejdenstraat. Met de producte van ontvangtoestellen voor amateurzenders ontstond de wens om een rado-omroep te begnnen naar voorbeeld van de Engelse BBC. Na de oprchtng van de Hlversumse Draadloze Omroep n 1924 (n 1928 omgedoopt tot Algemene Verengng Rado Omroep, ofwel AVRO) kwamen er vanut de behoefte van de verzulde maatschappj verschllende op levensbeschouweljke gronden gebaseerde omroepen bj. Voorbeelden van dergeljke omroepen zjn de NCRV, de KRO en de VPRO, alle gestcht n de jaren twntg van de vorge eeuw. De voornaamste reden voor deze neuwe omroepen om zch ook n Hlversum te vestgen was het voordeel dat fyseke nabjhed tussen omroep en zender bood. De utzendngen waren technsch beter en bovenden waren de telefoonkosten lager naarmate de studo dchter bj de zender was gestueerd. Dt was ook de reden waarom de van oorsprong Amsterdamse Verengng Arbeders Rado Amateurs (VARA), Katholeke Rado Omroep (KRO) en Vrjznng Protestantse Rado Omroep (VPRO) zch al snel n Hlversum vestgden (Kos 2013, 46; Medastad 2013). In de jaren 50 kwam een verdere centralsate van omroepen op gang. Tot de tjd vonden de rado-utzendngen plaats vanut meer dan veertg Hlversumse gebouwen (televse-utzendngen kwamen voornameljk vanut Bussum). Dt werd n toenemende mate een probleem n facltar en fnanceel opzcht. Om deze reden, en om de branche n Hlversum te verankeren, werden plannen gemaakt voor Rado-Cty. Later werd dt omgedoopt tot het Omroepkwarter, waarut n 1995 het Medapark ontstond (Kos 2013, 66). De audovsuele sector n Hlversum heeft zch n de hervoor beschreven perode steeds verder utgebred. Dt groeproces was n grote mate padafhankeljk; het zjn veelal hstorsche factoren de de groe van de sector n Hlversum teweeg hebben gebracht. Immers, de keuze voor Hlversum als locate voor de oprchtng van de NSF s doorslaggevend geweest. Zonder deze beslssng was de ontwkkelng van het cluster waarschjnljk net tot stand gekomen. Het geografsch zwaartepunt van de sector lgt nmddels bj het specaal voor medagerelateerde actvteten ontwkkelde Medapark. Maar de oorspronkeljke redenen voor fyseke nabjhed lage telefoonkosten en een betere kwaltet van de utzendng zjn door technekontwkkelng lang net meer aan de orde. Tegenwoordg bedt de dgtale nfrastructuur de mogeljkhed grote hoeveelheden dgtale content zoals beeldmateraal zeer goedkoop en snel te transporteren. Door deze neuwe toepassngen van de dgtale wereld s onderlnge fyseke nabjhed van partjen voor dt doelende n toenemende mate rrelevant. Toch zjn er factoren de het voor createve bedrjven n de medasector aantrekkeljk maken om zch geografsch te groeperen. Tegenwoordg wordt er n veel gevallen beled gemaakt op clustervormng. Innovate en kennsutwsselng zjn daarbj plaren de centraal staan n een kennseconome. Deze krachten construeren een spannngsveld tussen de vestgngslocates het Medapark en Amsterdam. 3

1.3 Maatschappeljke Relevante Het thema van dt onderzoek slut aan op de Hlversumse actualtet. Door de actuele stuate van de medasector n kaart te brengen kunnen er handvatten worden aangedragen voor de beledsvormng rondom het audovsueel cluster n Hlversum. Maar waarom s dat zo belangrjk? In deze secte wordt toegelcht wat het maatschappeljk belang s van dt onderzoek. De plaatseljke denttet, econome en leefbaarhed staan hern centraal en worden achtereenvolgens besproken. 1.3.1 Identtet en brandng Veel grote omroepen en medagerelateerde bedrjven zjn hstorsch ngebed n Hlversum, ze zjn verweven met hun omgevng. Een belangrjk deel s snds jaar en dag gevestgd n de stad en de sector s een hstorsche bron van arbedsplaatsen n de rego Het Goo. De verwevenhed van de medasector n de omgevng s deels te danken aan het fet dat veel van de arbedsplaatsen n de sector worden ngevuld door nwoners van Hlversum. Daarbj komt de maatschappeljke betrokkenhed van omroepen op verschllende fronten. Zo heeft de medasector egenhandg bjgedragen aan een oplossng voor de wonngkrapte n de jaren na de tweede wereldoorlog. Daartoe werd n 1951 de Stchtng Omroepwonngbouw opgercht. De stchtng bouwde n de jaren vjftg honderden wonngen n Hlversum om aan de wonngvraag te kunnen voldoen van de werknemers van de almaar groeende Nederlandse Rado Une en Nederlandse Televse Stchtng (NTS) (Kos 2013, 58). Door de hstorsche nbeddng van de omroepen n de Hlversumse econome en maatschappj s er sterke verbondenhed ontstaan tussen Hlversum en de medasector. De audovsuele branche s nameljk n de loop der decenna onderdeel geworden van de Hlversumse denttet, het vormt mede de plaatseljke typerng waarmee Hlversummers zch verbonden voelen. De gemeente presenteert zch dan ook met trots naar buten toe als Medastad. Deze proflerng ledt ertoe dat Hlversum door heel Nederland als zodang bekend staat. Zo s de zn terug naar Hlversum n lve-utzendngen door een verslaggever buten de studo gebrukt om aan te duden dat er n de studo geschakeld gaat worden naar een volgend onderwerp alom bekend. Tegenwoordg word je zelfs, wanneer je Hlversum bnnenrjdt, onthaald met borden met de tekst welkom n de meda-stad. Gemeenteljke voertugen zjn voorzen van de tekst Gemeente Hlversum - Medastad. Als vlaggenschp van Medastad Hlversum s n 2006 het markante neuwe gebouw van het Nederlands Insttuut voor Beeld en Gelud opgeleverd, gevestgd langs de hoofdtoegang tot het Medapark. Het multfunctonele gebouw, met onder andere een restaurant en een museum, fungeert nu als herkennngspunt en s de symbolserng van het merk Medastad. Er zt een belangrjke gedachte achter de gekozen proflerng van Hlversum. Gebeden (dt kan op verschllende bestuurljke nveaus) wllen zchzelf vaak n de kjker spelen door zch op een bepaalde kwaltet te rchten en deze te promoten. Van veel steden s het hudge beeld afgeled van marketngstrategeën gebaseerd op culturele producte en consumpte, zoals musea, festvals, beurzen en concerten (Karachals & Deffner 2012, 89). Maar herbj kan bjvoorbeeld ook gedacht worden aan de net-culturele campagnes op verschllende schaalnveaus als Nederland Kennsland, Branport Endhoven en Greenport Westland. Inden dt gebeurt op stedeljk of gemeenteljk nveau, zoals het geval s bj de merknaam Hlversum Medastad, s er sprake van Cty Brandng of Urban Marketng, een hulpmddel dat dent ter promote van de stad. Urban marketng, ook wel aangedud als place marketng, wordt geconstrueerd met als bassprncpe dat het zch focust op stedeljke ontwkkelng. Zo representeert urban marketng n begnsel een strategsche vse waarn een focus op een bepaald stedeljk ontwkkelngstraject s 4

vastgelegd. Beled omtrent wonngbouw, werkgelegenhed of economsche structuur wordt n de regel aan urban marketg opgehangen (Pratt 2010, 15). De create van een gemeenschappeljke denttet s her een belangrjk onderdeel van. Cty brandng moet bepalen hoe cultuur, hstore, economsche groe, socale ontwkkelng, nfrastructuur, archtectuur en landschap, tezamen met andere elementen, worden samengevoegd n één vermarktbare denttet (Alexa 2010, 41). Met behulp hervan wordt geprobeerd nvesterngen te werven de de sector versterken. In dt proces proberen marketngstrategen voort te bouwen door dentfcate van het unque sellng pont van het product, n dt geval de stad of rego. Cultureel erfgoed speelt hern vaak een belangrjke rol, omdat dt net goed s te replceren, en dus moeljk te beconcurreren valt (Pratt 2008, 112). De hoge nzet betreft de ontwkkelng van createve sectoren, de n toenemende mate van belang zjn n geavanceerde stedeljke economeën (Karachals & Deffner 2012, 87; Heebels & Van Aalst 2010, 347). Naast de ontwkkelng van createve economsche sectoren wordt geprobeerd de door Rchard Florda gedefneerde createve klasse te verleden n de stad te komen wonen en werken. De createve klasse bestaat ut een breed scala aan talentvolle professonals. Onder andere wetenschappers, archtecten, schrjvers en kunstenaars maken her deel van ut, maar n het geval van Hlversum gaat het voornameljk om createve professonals n de medasector zoals programmamakers en vsuele technc. Zj genereren neuwe deeën, technologeën en createve nhoud (Dnne 2011, 4). Het bnnenhalen en vasthouden van talent s een belangrjke doelstellng van de gemeente. Voor Hlversum s het daarom voor de lange termjn van belang dat het zjn mago kan handhaven. Het merk Hlversum Medastad dent als een kapstok voor zowel gebedsdenttet als promote ten behoeve van de lokale econome, waar de volgende paragraaf verder op ngaat. 1.3.2 Lokale econome De audovsuele sector s n bewegng. Vanut de tradtonele techneken de de sector vroeger behelsde s de neuwe medasector utgegroed en gekenmerkt door verschedene createve, gespecalseerde densten n televse, rado, advertsement en communcate. Omdat deze segmenten steeds meer geïntegreerd raken met elkaar, wordt er steeds vaker gebruk gemaakt van de term crossmeda. Recenteljk zjn er belangrjke ontwkkelngen geweest op het gebed van vsual effects (Tremblay & Cecll 2009). Al deze ontwkkelngen hebben een potentële rumteljke mplcate; netwerken veranderen, professonals hebben neuwe kenns nodg, bedrjfsverplaatsngen en start-ups ontstaan en organsates vertrekken of gaan fallet. In Amsterdam s een voor Nederlandse begrppen sterke aanwezghed van createve sectoren. Kloosterman (2004) vergeleek de grote Nederlandse steden, en concludeert dat Amsterdam n aantallen bedrjven de onderdeel utmaken van de createve ndustre boven de andere steden utsteekt. Maar de createve sector vormt ook een substanteel aandeel van de gemeenteljke econome n Hlversum. Bnnen de Metropoolrego Amsterdam (MRA) heeft Hlversum de sterkste specalsate n de createve sector; 21,1 procent van de totale toegevoegde waarde wordt gegenereerd n de createve sector. Ter vergeljkng: voor Amsterdam s dat aandeel slechts 6,8 procent (Gemeente Amsterdam, 2013). Bnnen de createve sector s de medasector n Hlversum van groot economsch belang voor de gemeente. De medasector (dus net alléén n het Medapark) leverde n 2008 al 19,5% van de totale werkgelegenhed n de gemeente, dt zjn bjna 10.000 banen (Gemeente Hlversum 2010, 6). Echter, met de afgelede werkgelegenhed n de facltare of toeleverngssfeer meegerekend s de mpact nog veel groter. Ongeveer één derde van de totale beroepsbevolkng van Hlversum s drect of ndrect werkzaam voor tenmnste één van de medabedrjven (Gemeente 5

Hlversum 2010, 4). De meda- en audovsuele sector s dé economsche specalsate van Hlversum, dat bljkt ook ut de cjfers van de cjfers van de Metropoolrego Amsterdam (MRA 2011, 54-55). Herut bljkt dat bnnen de MRA geen rego zo gespecalseerd s n meda, ontwerp en kunst als De Goo- en Vechtstreek (voornameljk toe te schjven aan Hlversum). Derhalve s het van wezenljk belang voor de economsche toekomst van de gehele rego dat de sector overend bljft. In 2010 was de totale omzet van de crossmedasector (de bestaat ut de createve ndustre + ICT-sector) n Hlversum 2,7 mljard euro (38 procent van de totale omzet ut het bedrjfsleven aldaar), n Amsterdam was dat 11,8 mljard euro, een aandeel van 16 procent (MMovator 2012). Echter heeft de crossmedasector n Hlversum, als het gaat om het aantal banen, flnk ngeleverd tussen 2009 en 2011. Dt terwjl Hlversum de grootste specalsate heeft n crossmeda (MMovator 2012). Deze sector s daarentegen over de gehele noordvleugel van de Randstad gegroed, met name door de toename van het aantal ZZP ers n de grote steden. Er valt te concluderen dat Hlversum hern n relateve en absolute zn terren verlest. 1.4 Wetenschappeljke Relevante In Hlversum s een opvallende concentrate van audovsuele bedrjven te vnden; er s relatef veel werkgelegenhed n deze sector n Hlversum wanneer het wordt vergeleken met andere gemeenten n Nederland. Een aanzenljk gedeelte van deze bedrjfslocates bevndt zch op het Medapark. Naar dergeljke concentrates van bedrjven bnnen eenzelfde sector s veel onderzoek gedaan, er s her (volgens de meeste wetenschappeljke defntes) sprake van een cluster. In een cluster kunnen bedrjven en organsates gebruk maken van locatevoordelen. Dt houdt n dat er n theore mnder transactekosten, mnder transportkosten en meer utwsselng van kenns en deeën mogeljk s wegens de onderlnge nabjhed van verwante bedrjven (Kloosterman & Lambregts 2001, 721; Tremblay & Cecll 2009, 159). Daarvoor s het wel noodzakeljk dat bedrjven n een netwerk met elkaar verbonden zjn; het gaat her veelal contacten tussen mensen bnnen de bedrjven. Voor verschllende ndustreën, maar ook voor de audovsuele sector, s er een ontwkkelng gaande de n potente een nvloed utoefent op sector-specfeke clustervormng. De toename van het gebruk van slmme communcatemddelen zoals vdeoconferencng, de hybrdserng van werktjden door de toename van het aandeel zzp ers onder alle werkenden en de ntroducte van Het Neuwe Werken zjn zaken de nvloed kunnen hebben op de dynamek bnnen een cluster. Concreet kan het bjvoorbeeld effecten hebben op de wjze waarop en de frequente waarn fyseke ontmoetngen plaats vnden. Deze ontwkkelngen zjn erg actueel en kunnen een nvloed hebben op de werkng van clusters. Of bestaande theoreën nog steeds n dezelfde mate van toepassng zjn bnnen de hudge praktjk s dus nog maar de vraag. Van Heur (2009) stelt dat de mate van afhankeljkhed van het cluster n de regel verschlt voor verschllende typen personen, bedrjven of nstellngen; net elke persoon, bedrjf of nstellng s even afhankeljk van de fyseke nabjhed van relates n het cluster. Edward Glaeser, Harald Bathelt, Mchael Storper, Rchard Florda en talloze andere geografen, economen en socologen hebben n verschllende publcates benadrukt wat het belang van een dynamsche omgevng s voor kennsntenseve, createve ndustreën. Ontmoetngen n de vorm van face-to-face (F2F)-contacten en learnng opportuntes spelen hern een crucale rol. In enkele studes s reeds getracht een netwerkanalyse te geven om emprsch bewjs te zoeken dat nzcht geeft n het dynamsch mechansme van kennsnetwerken. Er s echter een gebrek aan voldoende kwanttatef onderzoek de dt ondersteunt (Krätke 2010, 84). Op het nveau van werknemers s er nog net eerder onderzocht hoe de voordelen van fyseke nabjhed zch n een 6

medacluster daadwerkeljk manfesteren, terwjl werknemers just de actoren zjn voor we veel van deze voordelen n theore gelden. Zj zjn mmers de onderhouders van contacten met andere professonals n een netwerk. Ze zjn welswaar ondergebracht bj bedrjven, maar personen zjn degenen de kenns, ervarng en netwerken ook buten het bedrjf met zch meedragen. Hoe fyseke nabjhed en nteracte n een cluster voordelen oplevert voor werknemers zal naar voren komen n dt onderzoek, temeer dt aspect een belangrjk onderdeel s van de dscusse over de crossmedasector. Omdat de complextet en de dynamsche systematek van dt proces moet worden onderkend s dt onderzoek geconstrueerd als trade, met nformate vervaardgd ut depte-ntervews, kwanttateve enquêtes en lteratuur. 1.5 Onderzoeksvraag en deelvragen De voorgaande nledng geeft het thema en een korte beschrjvng van de problematek weer de ledt tot de utvoerng van dt onderzoek. Van daarut kan de onderzoeksvraag worden opgesteld. De onderzoeksvraag ludt: Hoe verhouden Amsterdam en Hlversum zch tot elkaar als vestgngslocate van bedrjven n het audovsueel cluster? Om tot de beantwoordng van de hoofdvraag te komen, zal deze worden bjgestaan door verschllende deelvragen. Deze deelvragen relateren aan verschllende delen van het onderzoek; er zjn zowel deelvragen de beantwoord worden aan de hand van het lteratuurgedeelte als deelvragen de just worden opgeworpen aan de hand van dt gedeelte. Na het theoretsch kader zal aan de hand van het voortschrjdend nzcht deze laatste groep vragen worden opgesteld. Deze zullen beantwoord worden n het emprsch gedeelte n Deel V. Heronder volgen de deelvragen de n dt onderzoek naar voren komen. Deelvragen: Deelvraag 1 zal worden beantwoord n Deel II, welke ook dent als theoretsch kader van het emprsche gedeelte. Deze deelvraag dent ter nzcht n de processen de het geografsche medalandschap vormgeven. 1. Welke factoren leden tot de negng van ondernemngen n de audovsuele sector zch te geografsch te clusteren? Deelvraag 2 zal worden beantwoord n Deel IV. Het ondersteunt de relevante van het onderwerp en geeft een cjfermatg nzcht n de verhoudngen tussen Amsterdam en Hlversum als clusterlocate voor medabedrjven. 2. Hoe verhouden Amsterdam en Hlversum zch tot elkaar met betrekkng tot de aantallen bedrjven en banen n de medasector? 7

Deelvragen 3 tot en met 8 komen voort ut het theoretsch kader en ontlenen daaraan ook hun hypotheses. Deze vragen worden beantwoord n Deel V, de emprsche secte van het onderzoek. 3. Hoe verschlt de mate van samenwerkng tussen createve en net-createve werknemers n de audovsuele sector? 4. Hoe verschlt de mate van samenwerkng van createve werknemers n de audovsuele sector tussen de bedrjfslocates Amsterdam en het Medapark? 5. Hoe verschlt de hoeveelhed zakeljke afspraken n horecagelegenheden tussen de createve kern, de sem-createven en de mnder createve werknemers n de audovsuele sector? 6. Hoe verschlt het percentage van de werktjd waarn werknemers net op hun vaste werklocate actef zjn tussen medewerkers n de audovsuele sector n Amsterdam en op het Medapark? 7. In hoeverre zjn er verschllen n de hstorsche, de hudge en de verwachte ontwkkelng van de locategebondenhed van werk tussen werknemers n de audovsuele sector n de twee typen werkomgevngen Amsterdam (buzz) en het Medapark (net-buzz)? 8. Hoe verschlt de waarderng van het Medapark als audovsueel bedrjvencluster tussen createve, sem-createve en mnder createve werknemers n de audovsuele sector? 1.6 Leeswjzer Het onderzoek s als volgt opgebouwd: deelvraag 1 en deelvraag 2 staan al vast voor het theoretsch kader. Dat theoretsch kader s Deel II van de scrpte, en vormt tegeljk een antwoord op deelvraag 1. De opstellng en onderbouwng van deelvragen 3 tot en met 8 gebeurt na het theoretsch kader n Deel III, waarna n datzelfde deel de conceptualserng en methodek wordt behandeld. Deel IV geeft een vergeljkng tussen Amsterdam en Hlversum weer n aantallen banen en bedrjven n de beoogde sector. Ook s er een korte analyse van de geografsche verdelng van bedrjven en banen bnnen de twee gebeden (beantwoordng deelvraag 2). Daarmee draagt het hoofdstuk bj aan zowel de aanledng van de scrpte als de beantwoordng van de hoofdvraag. Na Deel IV volgen de emprsche analyses waarmee deelvragen 3 tot en met 8 worden beantwoord (n Deel V) en de slotconcluse (n Deel VI). 8

DEEL II: THEORETISCH KADER Om dchter bj beantwoordng van de hoofdvraag te komen, s het nodg om theoretsche achtergrond van vestgngsgedrag van bedrjven verder ut te depen. Her nogmaals de hoofdvraag, om deze net ut het oog te verlezen: Hoe verhouden Amsterdam en Hlversum zch tot elkaar als vestgngslocate van bedrjven n het audovsueel cluster? Door de cjfers van MMovator weten we nmddels dat de verhoudngen tussen bede steden veranderen. Maar om dchter bj een beantwoordng van de hoofdvraag te kunnen komen zal er nzcht moeten worden gegeven n de mechansmen de het economsch-geografsch landschap hebben vormgeven en dat n de toekomst zullen bljven doen. Om tot dat nzcht te komen s een concrete deelvraag (1) opgesteld de centraal staat n deze secte. Deelvraag 1 ludt: Welke factoren leden tot de negng van ondernemngen n de audovsuele sector zch te geografsch te clusteren? Deze vraag laat zch net eenvoudg beantwoorden. Het s essenteel eerst een goede defnte van clusters te construeren, om een goede dudng te geven aan het fenomeen wat centraal staat n deze deelvraag. 2.1 Een ntroducte n clusters Clusters zjn onderwerp van theorevormng n een breed scala aan onderzoeken. Er zjn echter veel verschllende schaalnveaus waarn de term naar voren komt en het begrp s vaak synonem komen te staan voor het economsch homogene gebed, of just voor de economsch dverse stad of grootstedeljke rego. Het concept s volgens Martn en Sunley (2003, 28) zo rekbaar geworden dat er geen unverseel en determnstsch model kan worden gesmeed waarn de maner waarop clusters zjn gelnkt aan economsche prestates centraal staat. Wegens de rekbaarhed s heronder een pogng gedaan om een scherpe defnte te construeren. 2.1.1 Wat zjn clusters? Economsche actvtet vndt net evenredg over de rumte verdeeld plaats. Dt mplceert dat er factoren werkzaam zjn de nvloed utoefenen op de geografsche verspredng van bedrjvghed n brede zn. Daaraan toegevoegd s het mn of meer vanzelfsprekend dat er meer economsche actvtet plaatsvndt n gebeden met een hoge bevolkngsdchthed dan n gebeden met een lage bevolkngsdchthed. Steden vormen het zwaartepunt van bewonng en economsche actvtet en hebben een aantrekkngskracht op mensen en bedrjven op zoek naar neuwe en betere kansen. Volgens velen s deze benaderng van het agglomerateproces de voornaamste verklarng voor de aldoor toenemende urbansate n de wereld. Verschllende studes hebben aangetoond dat agglomeraton economes productever en meer nnoverende zjn dan economeën van gebeden met een lagere bevolkngsdchthed (Bosma & Van Oort 2012). Dt gegeven veroorzaakt een onderlnge aantrekkngskracht van economsche bedrjvghed, de zch vervolgens met name n steden concentreert. 9

Maar naast het fet dat economsche actvtet net evenredg s verdeeld en dat geografsche concentrates van mensen en bedrjven (agglomerates) economsch beter presteren, s er ook sprake van een functonele of sectorale geografsche ongeljkmatghed. Bedrjven de bnnen een bepaalde sector actef zjn of een bepaald type functe bezetten hebben vaak de negng geografsch naar elkaar toe te trekken. Dt ledt n sommge gevallen tot sterk gespecalseerde rego s. Het bekendste voorbeeld hervan s zonder twjfel het gebed n Calfornë met veel hgh-tech computer- en ICTbedrjven: Slcon Valley. Maar ook Branport Endhoven, het glas- en tunbouwdstrct n het Westland, en dus het meda- of audovsueel cluster n Hlversum zjn goede voorbeelden. Dt verschjnsel wordt n de economsche geografe gedefneerd als clusterng. Mchael Porter (2000, 16) omschrjft een cluster als een geografsch nabje groep aan elkaar gerelateerde bedrjven en geassoceerde nsttutes n een bepaald veld, verbonden door zowel gemeenschappeljkheden als aanvullendheden. Daarnaast wordt s er al gesproken over agglomeraton economes. Deze termen worden n de wetenschappeljke dscusse afwsselend gebrukt, vaak zonder dudeljke defnte. Het verschl tussen agglomerates en clusters s daarom veelal nterpretatef. Afgaand op de defnte van clusters de Mchael Porter hanteert, wordt n deze scrpte aangehouden dat een agglomerate een geografsch nabje groep bedrjven en nsttutes betreft de net noodzakeljkerwjs aan elkaar verwant zjn, waar bj clusters dt wél een noodzakeljke egenschap s. Door deze defnërngen van agglomerates en clusters wordt de nterpretate van de door elkaar gebrukte termen mnder ambgu. Enerzjds wordt er dus vaak gesproken over agglomerate, anderzjds veel over clusters. Het s vaak net drect dudeljk of er gesproken wordt over aan elkaar verwante bedrjvghed waarn bedrjven vertcaal aan elkaar verbonden zjn n een supply-chan of waardeketen, of over bedrjven de louter functonele overeenkomsten vertonen (en dus horzontaal gelnkt zjn) maar praktsch weng met elkaar te maken hebben. Porter (2000, 17) noemt clusters te breed gedefneerd als het aggregatenveau van de groepndelng te hoog lgt, zoals bj goederenproducte, densten, consumptegoederen of hghtech. Her zjn de connectes tussen bjbehorende sectoren op z n hoogst zwak. Aan de andere kant gaat een benaderng waarbj clusters slechts ut één smalle sector bestaan voorbj aan de crucale verbondenhed met andere sectoren en nsttutes de de compettvtet sterk beïnvloeden. Het s daarom belangrjk om je af te vragen over welk type relates tussen bedrjven het gaat; de onderlnge verhoudng tussen knooppunten n een netwerk maakt een belangrjk verschl voor de dynamek de n clusters bestaat. Immers: voor deze verschllende vormen van lnks zjn verschllende moteven voor clusterng, er zal dus bnnen het cluster ook een ander rumteljk patroon van nteracte zjn. Daarbj komt dat clusters net beschouwd worden als afgesloten entteten de zchzelf n stand houden. Actoren bnnen een cluster hebben contact met de onmeteljke complextet van de wereld eromheen, en worden daardoor beïnvloed. Naast dt prncpe van open clusters moet er een verdere nuance worden aangebracht. Vaak wordt aangenomen dat de voordelen van fyseke nabjhed gelden voor het cluster als geheel. Er wordt hern vaak geen rekenng gehouden met de ndvduele poste van bedrjven of personen n een netwerk (Van Heur 2009, 1540). Clusterng van economsche actvteten bnnen bepaalde sectoren s een breed utgemeten thema n socaal- en rumteljk-economsche stromngen bnnen de academsche wereld. Talrjke emprsche studes hebben reeds de complextet van het onderwerp blootgelegd, herom s het znvol te kezen voor een gedfferenteerde benaderng waarn deze complextet n clustertheoreën tot zjn recht kan komen (Van Heur 2009, 1537-1538). Verschllende aspecten van clusterng worden besproken: de kostengedreven moteven, economsche netwerken en clusterng van createve sectoren. Hern komt 10

aan bod hoe de aanwezghed van een cluster n een rego n potente een sterke econome teweeg kan brengen. Voor de casus over de audovsuele sector n Hlversum s het relevant de koppelng naar de createve sector te leggen, omdat de createve sector tenmnste een groot deel van de audovsuele sector n Hlversum omvat. Andersom geredeneerd heeft de audovsuele sector n Hlversum een sterk createf karakter. 2.1.2 Dverstet of homogentet? Clusterng en agglomerate zjn zojust als verschllend gedefneerd. Er zjn dan ook verschllende stromngen n de economsche geografe te onderscheden met betrekkng tot clustertheoreën. Er s een belangrjke tegenstellng tussen enerzjds de benaderng de benadrukt dat economsche varëtet een drjfveer voor geografsche nabjhed van bedrjven s, en anderzjds een stromng waarn just de aantrekkngskracht tussen aan elkaar verwante bedrjvghed als belangrjk wordt bestempeld. Deze spltsng s voornameljk aangedreven door enerzjds Jane Jacobs (1969) en anderzjds Alfred Marshall en meer genuanceerd Mchael Porter. Bede stromngen hebben n de loop der tjd ampele wetenschappeljke onderbouwng verkregen. Jacobs beschouwde economsche en socale dverstet als stedeljk voordeel. Zj gng ervan ut dat economsche creatvtet afhankeljk was van contacten tussen verschllende specalstsche netwerken bnnen een stad. Deze systemen van ongeplande, dynamsche nteracte ledden volgens haar tot economsche creatvtet en nnovate. Bedrjven zjn op zoek naar competteve voordelen ten opzchte van concurrenten, nnovate s een mddel om deze voordelen te bewerkstellgen. De benaderng van economsche dverstet van Rchard Florda (2012) slut aan bj de stellng van Jane Jacobs. Florda beredeneert dat de dverstet, de voornameljk te vnden s n wereldsteden, creatvtet en nnovate bewerkstellgt. In deze wereldsteden s er een grote openhed van netwerken en een grote mate van anonmtet de nflexbltet en tradtonaltet tegengaan twee factoren de verneuwng n de weg kunnen staan. De grotere mate van dverstet komt voornameljk voor bj grotere steden, klenere steden hebben n de regel een mnder gedversfeerde econome. Met andere woorden: er s een postef verband tussen de mate van stedeljkhed en varëtet van de lokale econome (Duranton & Puga 2007; Frenken e.a. 2007, 686). Dt zou n combnate met de bewerngen van Florda betekenen dat de meeste verneuwng en nnovate hypothetsch vanut de grote steden komt. Hertegenover staat de zenswjze van Mchael Porter, de n de bass beargumenteert dat regonale specalsate en de daarmee gepaard gaande verwante bedrjvghed belangrjk s voor de concurrenteposte van steden of rego s (Porter 1990; Porter 2000). Zjn redenerng slut voor een deel aan bj de ntële opvattngen van Alfred Marshall, de beweert dat de sectorspecfeke nformate beschkbaar wordt wanneer je onderdeel utmaakt van een specalzed producer communty (Storper & Venables 2004, 353). Herbj past de gedachte dat bedrjvghed n clusters ledt tot hechte nteracte tussen personen en bedrjven, wat de lokale geworteldhed (embeddedness) versterkt (Nachum & Keeble 2003, 188). Op een hoger abstractenveau stellen Bathelt en Tur (2011, 522) dat geografsche nabjhed een belangrjke factor s voor de cohese tussen bedrjven, door de mogeljkhed tot langdurge samenwerkng. Het herhaaldeljk op elkaar aangewezen zjn draagt bj aan de cohese. Een aantal andere voorbeelden zjn de kenmerken van de lokale vraag, de aanwezghed van specalstsche nsttutes en een structuur van regonale bedrjven en socale netwerken (Delgado e.a. 2010, 497-498). 11

Vanut deze twee klasseke benaderngen van clusters (dverstet versus specalsate) s ut de dscusse een compromtterend concept geëvolueerd. Voor bede voorgaande benaderngen (van Alfred Marshall enerzjds en Jane Jacobs anderzjds) s emprsch bewjs gevonden, maar Frenken e.a. (2007) en Neffke e.a. (2012) beweren dat gerelateerde varëtet de meeste groe oplevert. Krätke (2002, 28) zegt herover: The startng pont for dentfcaton and analyss s the realzaton that regonal producton clusters consttute spatally concentrated value chans. In other words, there are cross-sector producton, servce and dstrbuton connectons between companes, wth addtonal support beng provded for them by research, transfer and technology centres and State development nsttutons s the regon. Producton clusters cannot smply be reduced to concentratons of ndustral companes. Applyng an extended concept of producton, they comprse all the producers, servce provders and dstrbuton unts whch go to make up a partcular value chan. Om te begrjpen hoe dt proces van clustervormng werkt, s het belangrjk om te begrjpen hoe op bedrjfsnveau locatebeled wordt beïnvloed. Collecteve geografsche bedrjfsgedragngen zjn de oorzaak van een rumteljk-economsch landschap waarn economsche actvtet, ondernemerschap en groe onevenredg verdeeld zjn. De Bok en Van Oort (2011) hebben bewjs gevonden dat aangeeft dat verhusgedrag van bedrjven wordt beïnvloed door stedeljkhed, rumteljke specalsate en berekbaarhed van potentële locates. De voordelen van deze gerelateerde varëtet zjn onder andere de externalteten de Jacobs benoemde. De meest belangrjke hervan s de mogeljkhed om nformate, kenns en ervarngen ut te wsselen tussen verschllende kenns- en vakgebeden; dt werkt volgens de benaderng van gerelateerde varëtet alleen wanneer deze vakgebeden een raakvlak hebben. Hoe deze zogeheten spllovers plaatsvnden wordt later toegelcht; eerst wordt beschreven hoe geografsche nabjhed kan utwerken op economsche prestates van bedrjven. 12

2.2 Kostengedreven moteven voor cluster- of agglomeratevormng Het prncpe achter de geografsche clusterng van bedrjven s de concepte dat bedrjven profteren van elkaars onderlnge nabjhed (Frenken e.a. 2007, 687). Alfred Marshall dentfceerde al n 1920 tenmnste dre uneke factoren de het proces van clustervormng sturen, waarn bedrjven en ndvduen een beter utgangsposte trachten te bemachtgen. De aanwezghed van gespecalseerde nput- en outputlnks (lnks n een producteketen) en de gebrukmakng van een gespecalseerde arbedsmarkt (labor market poolng) zjn volgens hem belangrjke voordelen de op kunnen treden bj het vormen van clusters bnnen sectoren. De laatste twee hervan zullen eerst besproken worden. Na zjn bjdrage s de academsche dscusse met betrekkng tot clustervormng n toenemende mate geïntensveerd, wat heeft geled tot een grote hoeveelhed aan emprsche bevndngen. Zo bljken agglomeraton economes een hogere productvtet en arbedslonen te hebben (Glaeser 1999, 271) en een hogere mate van neuwe start-ups van bedrjven (Delgado e.a. 2010, 498). Breed genomen s er emprsch bewjs gevonden dat suggereert dat de productvtet, producteschaal, de connectvtet tussen bedrjven, skll van professonals en schaalvoordelen n een grootstedeljke rego doorgaans groter zjn dan n de rest van het land (OECD 2006, 66-68). Daartegenover staat dat er net louter posteve utwerkng s gedocumenteerd van clusters. Sal Kukals (2010) deed een onderzoek naar bedrjfsprestates van bedrjven n een Marshallaans cluster (met homogene of aan elkaar verwante producten) en concludeerde dat bedrjven buten een cluster n een later stadum van ontwkkelng beter presteerden dan bedrjven bnnen een cluster. Voor de begnstada van de levenscyclus was er geen verschl tussen bedrjven bnnen en bedrjven buten een cluster aantoonbaar. Een breed scala aan aspecten (moteven en oorzaken, maar ook gevolgen) van het proces s dus reeds onderzocht. Om een goed beeld te krjgen van de moteven de bedrjven gestuurd door ndvduen hebben om zch bj elkaar te clusteren wordt heronder een overzcht gegeven. 2.2.1 Marktnabjhed Msschen wel het meest voor de hand lggend s een belangrjk en drect kostengedreven motef: de reducte of mnmalsate van transportkosten van materalen en producten, de zowel n- als output kunnen vormen. Om dt te realseren wordt er vaak gekozen voor een strategsche locate bj klanten en/of leverancers (Rosenthal & Strange 2001, 198). Derhalve s ook marktnabjhed voor transportkosten relevant; de kosten de gemaakt worden om goederen naar een markt te transporteren worden beïnvloed door de marktnabjhed. Door het terugbrengen van afstanden tussen verschllende schakels n de producte- of waardeketen worden transportkosten vaak ook teruggebracht. Voor bulkgoederen geldt vaak dat er wordt gekozen voor locates nabj transportassen om een snellere en goedkopere transportafwkkelng mogeljk te maken. Er s echter nog een tweede aspect dat het mogeljk maakt de transportkosten te reduceren n een cluster. Wanneer bedrjven n een sectorspecfek cluster zjn gestueerd ontstaat er vaak een mogeljkhed om nputtransport gezamenljk te organseren. Een tweede vorm van marktnabjhed heeft net zozeer betrekkng op de producteketen, als wel op de arbedsmarkt. De voordelen hervan spelen vaak over een langere termjn. Ervan utgaande dat productefactoren en dus ook de productefactor arbed net onbeperkt mobel zjn, s de aanwezghed van een gespecalseerde arbedsmarkt een belangrjk motef voor bedrjven om zch te clusteren (Marshall 1920; Storper & Venables 2004, 352; Henderson 2003; Frenken e.a. 2007; Turok 2003, 551). Specalstsche kenns en vaardgheden zjn net overal n evenredge mate aanwezg; vaak zjn ze geconcentreerd rond onderwjsnstellngen en kennsntenseve bedrjven. Met name 13

organsates met een sterke specalsate zoeken vaak deskundg opgeled en bekwaam personeel. Zodoende kan het voor bedrjven voordelg zjn om zch n een gebed te vestgen met het gewenste potentaal aan vakkenns en vaardgheden of human captal. Zoals Rosenthal en Strange aangeven (2001, 205), s het door deze stratege beter mogeljk mensen n denst te nemen de beschkken over de gewenste vaardgheden. Doordat deze kenns en bekwaamhed van personeel op de lange termjn een betere concurrenteposte kan opleven, s dt een belangrjk motef. Daarbj kan de locatekeuze n een gewenste arbedsmarkt leden tot arbedskostenreducte. 2.2.2 Lnks n netwerken Verschllende theoretsche stromngen met betrekkng tot agglomerate zjn genoemd, en zoals Storper & Venables (2004) aangeven, wordt er vaak gerefereerd naar voordelen van onderlnge nabjhed van personen en andere actoren: effectevere nput- en outputconnectes en betere aanslutng de arbedsmarkt. Er mag echter net voorbj worden gegaan aan het fet dat deze lnks onderdeel zjn van een netwerk waarn personen en bedrjven fungeren als knooppunten. Een ontledng van de nterconnectes n netwerken s van wezenljk belang voor het nzcht n de posteve economsche ontwkkelngen n clusters (Mossg 2004, 156). Dt systeem van nterconnectvtet, waarn er verbndngen of lnks bestaan tussen knooppunten, s door Van Heur (2009) verder geconceptualseerd. Er wordt n zjn benaderng een ondersched gemaakt tussen vertcale en horzontale lnks tussen actoren, op bass van een ndelng van Rchardson (1972). Vertcale lnks bestaan tussen personen of bedrjven waartussen functonele verschllen bestaan, zoals partjen de met elkaar verbonden zjn n een producteketen. Horzontale lnks bestaan tussen actoren waartussen een functonele overeenkomst aanwezg s: zj bezetten dezelfde poste n een producteketen. Organsates de met vertcale lnks aan elkaar verbonden zjn leveren complementare densten en goederen; horzontaal gelnkte bedrjven leveren voornameljk geljksoortge densten en goederen. Voor deze verschllende relates de organsates n een netwerk onderlng erop nahouden, geldt dat er ook verschllende bases zjn voor fyseke nabjhed. De redenen voor fyseke nabjhed tussen bedrjven met een vertcale netwerkconnecte verschlt dus van de redenen van organsates met horzontale netwerkconnectes. Vertcaal gelnkte bedrjven negen voornameljk naar fyseke nabjhed gebaseerd op gemakkeljke samenwerkng en besparng van res- en transportkosten. Daarentegen zjn horzontaal gelnkte bedrjven net zozeer ut op deze voordelen, maar volgens Van Heur (2009) hebben zj concurrentegebaseerde moteven. Het montoren en observeren van actvteten van de concurrente s een belangrjk reden voor deze bedrjven om fysek te clusteren. Het onafgebroken proces van montoren en observate ledt tot een stuate waarn bedrjven elkaar kopëren. Daarbj proberen ze egen elementen toe te voegen om een gunstge concurrenteposte te bemachtgen (Van Heur, 2009). Als we focussen op vertcaal gerelateerde ondernemngen, s aannemeljk dat voor verschllende postes n een producteketen de voordelen van fyseke nabjhed door clusterng verschllen. Met andere woorden: de noodzaak en aanledngen voor fyseke nabjhed n een cluster zal verschllen per type bedrjf of organsate. Dt geldt hypothetsch met name voor bedrjven met verschllende postes n een producteketen. Zo zal bjvoorbeeld een bedrjfstak waar levensmddelen worden ontwkkeld een omgevng zoeken waar expertse n de levensmddelentechnologe aanwezg s, terwjl de productetak marktnabjhed zoekt. Deze bedrjven verlenen densten of leveren producten aan een volgende schakel, tussen deze actoren s dus sprake van vertcale netwerklnks. 14

2.3 Clusterng n createve netwerken In deze secte wordt ngegaan op de voor createve netwerken specfeke redenen de het belang van nabjhed opvoeren. Daarbj s het utgangspunt dat createve producte wordt gekenmerkt door een hoge kennsntensvtet. De wjze van overbrengng van de benodgde kenns tussen actoren n een netwerk staat n de secte centraal. 2.3.1 Clusterng en technologsche ontwkkelngen De wjze waarop en het gemak waarmee kenns n een createve, kennsntenseve werksfeer kan worden overgedragen s deels veranderd door de technologsche verneuwng van de laatste jaren. Het leggen en onderhouden van contacten en ook het delen van nformate (door bjvoorbeeld clouddensten) s makkeljker geworden. De technologsche verneuwngen, waarn dgtalserng een belangrjke rol speelt, hebben vooral nvloed op het fyseke proces van de producte. De wjzen waarop nformate over afstanden wordt verspred s door neuwe techneken op gebed van communcate en nformatebeheer sterk veranderd (Bathelt & Tur 2011, 520). Tegenwoordg s nformate steeds vaker dgtaal gecodfceerd en wordt het n grote hoeveelheden getransporteerd va een dgtaal netwerk. Voor het versturen van een e-mal of voor het nloggen op een onlne bedrjfsnetwerk zjn de fyseke afstanden net van belang. Dt heeft ook n rumteljke zn zjn weerslag op het producteproces. Een voorbeeld voor de audovsuele ndustre s dat de regsseur zch nu kan bemoeen met het edten van content, terwjl hj op een andere plaats s. Her s sprake van het vervagen van afgezonderde productefases en afgenomen locategebondenhed n bepaalde productefases, wat ledt tot een effcëntere producte. De mogeljkheden de dt bedt leden tot een verhoogde creatvtet en effcënte n het producteproces (Baker e.a. 1999). Toch zjn er belangrjke aspecten van nabjhed n een cluster de deze nnovates van de afgelopen decenna net hebben kunnen vervormen. Dt geldt met name voor createve sectoren. Vaak wordt n de economsche geografe aangenomen dat rumteljke proxmtet de belangrjkste factor voor economsche nteracte s, omdat het een fundamentele voorwaarde s om mensen bj elkaar te brengen (Bathelt & Tur 2011, 522). De reden om mensen n een createve omgevng bj elkaar te bljven s nog altjd onvermnderd, technologsche verneuwng kan her n een aantal belangrjke opzchten nets aan veranderen. Het fet dat n tegenstellng tot de stuate kort geleden databestanden nu gemakkeljk gekopeerd, getransporteerd en geëdt kunnen worden zonder dat er kwaltetsverles optreedt scheelt begrjpeljkerwjs tjd, maar n tegenstellng tot het fyseke proces s het beslutvormngsproces van de producte nog even tjdsntensef (Pratt & Gornostaeva 2009, 121). In de audovsuele sector, waar technologsche verneuwngen n hoge mate zjn doorgevoerd, s er dus deels sprake van een economsch-geografsche utwerkng van recente ontwkkelngen op technologsch gebed. Voor bepaalde actvteten zal de aanledng voor agglomerate mnder evdent geworden zjn, terwjl voor andere actvteten er nog onvermnderd redenen zjn voor clustervormng. De belangrjkste moteven voor dt type sectoren om toch te groeperen zullen nu uteen worden gezet. 2.3.2 Kennsntensvtet en spllovers In sectoren n de neuwe econome, zoals de crossmedasector, concurreren outputs steeds mnder vaak op prjs. Het kwaltetsaspect van producten of densten zjn n plaats daarvan steeds belangrjker geworden (Scott 2006). Ook Storper & Venables (2004) bekrtseren de concepte van netwerken waarn de eerder genoemde kostengedreven moteven voor nabjhed, zoals transportkosten, de 15

hoofdrol spelen. Volgens hen s er een andere drjvende kracht: de overdracht van kenns en nformate (spllovers). Voor de dchthed van zo n netwerk van kenns en nformate s nabjhed just van essenteel belang (Bathelt & Tur 2011, 522). Dt kan als volgt worden utgelegd: geografsche nabjhed door clustervormng ledt tot een hogere mate van nteracte van personen n een netwerk. Als personen nteracteren, wsselen zj n potente kenns ut. Dat kan, naast door samenwerkng en ontmoetngen, ook va verschllende andere kanalen zoals door het utwsselen van personeel (arbedsmobltet), gezamenljke leverancers of klanten (Norman & Pepall 2004, 156). De netwerkdchthed s over het algemeen groter naarmate de agglomerate groter s. De knooppunten n een netwerk zjn entteten de connectes onderhouden met andere knooppunten n dat netwerk. Dt kunnen zowel personen als bedrjven zjn; personen vormen hern een belangrjke groep zj zjn het meest mobel. De poste van een knooppunt bnnen een socaal en professoneel netwerk en de frequente waarn en wjze waarop contact wordt gelegd va connectes bnnen dt netwerk bepalen het socaal kaptaal (Davdsson & Hong 2003, 309). Ut onderzoek bljkt dat netwerken net alleen de functe hebben dat ze werkgevers en werknemers bj elkaar brengen, maar een netwerk n de professonele sfeer kent ook een praktsch mechansme van excluse, waarbj ndvduen met een hoge graad aan socaal en cultureel kaptaal bevoordeeld worden (Lee 2011, 551). Onderzoek toont aan dat de utwsselng van kenns bevorderd wordt door een sterke nbeddng n lokale netwerken en spatale nabjhed van partners n het netwerk (Frtsch & Kauffeld-Monz 2010). Naast de drecte economsche waarde van nteracte vaak va nformatekanalen n een transanctestructuur tussen bedrjven de spllovers van nformate faclteren brengt de veranderende, dynamsche achtergrond van deze nterpersoonljke nteracte n de stad een gemeenschappeljk, cultureel begrp teweeg (Scott 2010, 123). Netwerken waarn bedrjven aan elkaar gelnkt zjn spelen een belangrjke rol n het bj elkaar brengen van professonals, met teams van professonals van eenzelfde of verschllende bedrjven als productef resultaat. Samenwerkng n teams stmuleert volgens Scott de ndvduele createve actvtet en gezamenljke createve synerge, de bede werken vanut dt gemeenschappeljk cultureel begrp. In 1999 kwam Edward Glaeser met een model voor kennsoverdracht n steden, gebaseerd op verschllende stellngen. De belangrjke bass hervan s de stellng van Alfred Marshall, de ervan utgng dat sterke concentrates van economsche actvtet (agglomerate) de rondgang en delng van deeën bevordert. Deze stellng s nog altjd een belangrjk utgangspunt n de hedendaagse academsche dscusse. Bosma en Van Oort (2012) bouwen herop voort met de bewerng dat de mate van urbansate een centrale factor s voor nvente, nnovate en ondernemerschap van hoge kwaltet. Zj vnden, n navolgng van onderzoek van de OECD, bewjs voor een hogere productvtet naarmate de stedeljkhed toeneemt. Een andere onderbouwng s het onderzoek van Jaffe, Trajtenberg en Henderson. Zj tonen aan de hand van patentdata de mate aan waarn afstand de stroom van deeën en nnovate beperkt (Glaeser 1999, 255). Dt ledt tot de volgende concluse de Glaeser trekt: n steden s volgens hem snellere economsche accumulate als gevolg van het aanleren door mddel van mtate en ervarngen. Het aantal contacten of ontmoetngen per tjdseenhed neemt toe met de grootte van de stad, de snelhed van het aanleren (van sklls) neemt toe bj het aantal contacten (Glaeser 1999). Zo wordt de dstrbute van sklls een functe van de grootte van de stad en ontstaat de aanname dat n grotere steden mensen gemddeld meer vaardgheden hebben dan n rurale gebeden. Dt ledt vervolgens tot een hogere productvtet n steden. 16