wiskunde B vwo 2018-II

Vergelijkbare documenten
Correctievoorschrift VWO 2018

Eindexamen vwo wiskunde B pilot I

Eindexamen wiskunde B1 vwo 2007-I

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2007-I

Eindexamen vwo wiskunde B pilot I

Vraag Antwoord Scores. (en dit is gelijk aan fa. is een primitieve functie van f a ) 1

Een regenton. W is het vlakdeel dat wordt ingesloten door de x-as, de y-as, de grafiek van r en de lijn x h, met 0 h

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 16 mei uur

Vraag Antwoord Scores ( ) ( ) Voor de waterhoogte h geldt: ( 2h+ 3h 2h

2. Gegeven is de driehoek van figuur 10.10a. Gevraagd worden hoek β en de zijden a en c.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur

wiskunde B pilot vwo 2017-II

Correctievoorschrift VWO 2012

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur

Eindexamen vwo wiskunde B II

wiskunde B pilot vwo 2015-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

wiskunde B pilot vwo 2016-II

Noordhoff Uitgevers bv

3 Snijpunten. Verkennen. Uitleg

wiskunde B pilot havo 2015-I

Eindexamen vwo wiskunde B I

Onafhankelijk van a. f snijdt de x-as in punt A ( , 0) Voor elke positieve waarde van a is een functie f. gegeven door F ( x) = x e ax.

Examen VWO wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

35 7 omhoog. Hoofdstuk 26 RECHTE LIJNEN. 6 ad 26.0 INTRO

Correctievoorschrift VWO 2015

Eindexamen wiskunde B vwo I

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Uitwerkingen voorbeeldtentamen 2 Wiskunde B 2018

Correctievoorschrift VWO 2018

wiskunde B havo 2017-II

Formulekaart VWO wiskunde B1 en B2

Eindexamen wiskunde B 1-2 vwo I

UNIFORM HEREXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO/NATIN 2008

H26 RECHTE LIJNEN VWO. 6 ad 26.0 INTRO

CIRKELS EN BOLLEN. Klas 7N Wiskunde 5 perioden K. Temme

Zwaartepunt en traagheid

Formulekaart VWO 1. a k b n k. k=0

15 5 omhoog. Hoofdstuk 26 RECHTE LIJNEN. 6 ad 26.0 INTRO

Lijnen en vlakken in. Klas 6N en 7N Wiskunde 5 perioden Kees Temme Versie 2

Oefeningen. 1 Ga na of de gegeven functie een oplossing is van de gegeven differentiaalvergelijking. (g) y = y x 2. (a) xy = 2y ; y = 5x 2

de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE VWO 1

PR en QR snijden de grote as van E in respectievelijk U en V. Bewijs dat de vector UV. x 2y. a 4b. sin sin cos cos. a b 2 2. cos cos, sin sin.

Correctievoorschrift VWO 2012

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Vraag Antwoord Scores

Over de tritangent stralen van een driehoek

Vectoranalyse voor TG

Eindexamen havo wiskunde B pilot 2013-I

Moderne wiskunde: berekenen zwaartepunt vwo B

Correctievoorschrift VWO 2012

2) Kegelsneden (in basisvorm)

Correctievoorschrift VWO 2012

Toetsopgaven vwo B deel 3 hoofdstuk 10

wiskunde B vwo 2019-I

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2006-I

Cirkels en cilinders

Beoordelingsmodel wiskunde B1 VWO 2006-I. Sauna. Maximumscore e t = 100. het tijdstip 17:02 uur 1. Maximumscore 4

8.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Bereken het snijpunt van 3x + 2y = 6 en -2x + y = 3

Correctievoorschrift VWO 2016

Hoofdstuk 1 Introductie Analytische Meetkunde

WISKUNDE VOOR DE PROPEDEUSE ENIGINEERING MARITIEME TECHNIEK. A.F. Bloemsma M.A. Litjens C. Ultzen M.D. Poot

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede ronde

wiskunde B havo 2015-I

2 1 e x. Vraag 1. Bereken exact voor welke x geldt: f (x) < 0,01. De vergelijking oplossen:

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 25 mei uur

Eindexamen havo wiskunde B 2013-I

Correctievoorschrift VWO

Correctievoorschrift VWO 2017

wiskunde B pilot vwo 2017-I

Inleiding Natuurwetenschappen

Correctievoorschrift VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

9.1 Vergelijkingen van lijnen[1]

Noordhoff Uitgevers bv

Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is.

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2004-I

Spelen met passer en liniaal - werkboek

Eindexamen wiskunde B havo I

x y C. von Schwartzenberg 1/22 = + = Zie de lijnen in de figuur hiernaast. Zie de grafiek van k in de figuur rechts hiernaast. 2b

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Eindexamen wiskunde B pilot havo II

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Vraag Antwoord Scores ( ) ( ) Voor de waterhoogte h geldt: ( 2h+ 3h 2h

Uitgewerkte oefeningen

Uitwerkingen tentamen Wiskunde B 16 januari 2015

De arbelos. 1 Definitie

MEETKUNDE 5 Cirkels en cilinders

HAVO wiskunde B 2011-I. Overlevingstijd 7,2. Voor T 20 geldt: ( 15 ) 177 0,0785 0, ( 15 ) 701 0,0785 0, , 2

== Modeluitwerking tentamen Analyse 1 == Maandag 14 januari 2008, u

Les 1 Oppervlakte driehoeken. Opl. Les 2 Tangens, sinus en cosinus. Aantekening HAVO 4B Hoofdstuk 2 : Oppervlakte en Inhoud

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Donderdag 20 mei uur

Toepassingen op Integraalrekening

Extra oefeningen: de cirkel

De cirkel M22. het middelpunt een koorde de straal de diameter een middelpuntshoek een middellijn. 2 cm 4 cm. Cirkel en elementen van een cirkel

Over de lengte van OH, OZ en OI in een willekeurige driehoek

Analyse. Lieve Houwaer Dany Vanbeveren

Transcriptie:

Loodrecht in de perfortie mimumscore + + + + + + f( ) + + + ( + ) Dus f( ) ( + + ) Dit geeft (+ + ) + + ( h ( )) (voor 0 ) + h ( ) + + + (voor 0 ) ( + ) Dus h ( ) Dit geeft + + + (voor 0 ) ( f( ) ) (voor 0 ) Als moet gelden f( ) h ( )(voor 0 ), dn moet gelden ( + + ) ( + + ) (voor 0 ) ( + + ) ( + + ) ( + + ) ( + + ) ( + + ) ( + + ) ( + + ) (dus f( ) h ( )) (voor 0 ) Als moet gelden f( ) h ( )(voor 0 ), dn moet gelden ( + + ) ( + + ) (voor 0 ) ( + + ) ( + + ) + + + + ( + ) Dit is gelijk n (dus f( ) h ( )) (voor 0 ) www.emenstick.nl

mimumscore 5 h' ( ) ( een gelijkwrdige uitdrukking) (+ + ) + h' (0) 0 ), dus een vergelijking vn k is y + (dus de grfieken vn h en k stn in P loodrecht op elkr en dus stn de grfieken vn f en g in P loodrecht op elkr) Opmerking Als de kettingregel niet onjuist is toegepst, voor deze vrg miml scorepunten toekennen. www.emenstick.nl

IJsbol mimumscore Voor het bolvormige ijsklontje met strl r moet gelden π r 7 Dit geeft r 8 (,86... ) (cm) π De oppervlkte vn het bolvormige ijsklontje is 8 ( ) π ( π,86... ) (cm ) π Het gevrgde quotiënt is,6 Voor het bolvormige ijsklontje met strl r moet gelden π r 7 Dit geeft r 8 (,86... ) (cm) A πr V πr r π (De gevonden wrde vn r invullen geeft),6 mimumscore 5 Het volume vn het deel vn de ijsbol onder het wteroppervlk is,5 ( y ) π, 5 dy Er moet gelden ( y ) π,5 dy 0,9,7,5 Beschrijven hoe deze vergelijking (met de GR) kn worden opgelost 0,98 dus het gevrgde ntwoord is 0,5 (cm) Het volume vn het deel vn de ijsbol boven het wteroppervlk is π,5,5 h ( y ), 5 dy,5 Er moet gelden ( y ) π,5 dy 0,08,7,5 h Beschrijven hoe deze vergelijking (met de GR) kn worden opgelost h 0,5 (dus het gevrgde ntwoord is 0,5 (cm)) www.emenstick.nl

5 mimumscore 5 rt ( ) t +, 5 (voor een constnte wrde ) V (0) 7,068... (, 5π ) (cm ) Hieruit volgt r (0),6875 (,90... ) (cm) r(0) r(0) r(0) 0+,5,90... (: ) geeft 0,009... 0 0,009... t +,5 0 geeft t 8,7..., dus het gevrgde ntwoord is 9 (minuten) rt ( ) t +, 5 (voor een constnte wrde ) V (0) 7,068... (, 5π ) (cm ) De vergelijking π (0 +,5) 7,068... moet worden opgelost De oplossing vn deze vergelijking is 0,009... 0,009... t +,5 0 geeft t 8,7..., dus het gevrgde ntwoord is 9 (minuten) (N 0 minuten geldt:) π r π, 5 Beschrijven hoe hieruit de wrde vn r berekend kn worden r,90... (cm) r neemt in 0 minuten f met 0,09 (cm), dus 0,009 cm per minuut, 5 8,7..., dus het gevrgde ntwoord is 9 (minuten) 0,009... www.emenstick.nl

Constnte verhouding 6 mimumscore f ( ) + f ( ) ln( ) + ln( ) (ln( ) + ln( )) ln( ) + ln( ) ln( ) ln( ) f ( ) + f ( ) ln( ) Dus ln( ) ( f ( ) ) f ( ) ln( ) ln( ) ln( ) f ( ) ln( ) ln( ) ln( ) + f ( ) + f ( ) ln( ) Dus ln( ) ( 7 mimumscore 7 ln( ) 0 geeft ln( ) e Dit geeft e dus S f ' ( ) (ln( ) + ) f '( ) ln( ) ln( ) 0 Dit geeft, dus Dit geeft: e T S e (en dus is de verhouding S T T constnt) Opmerking Als de product- en/ kettingregel niet onjuist is toegepst, voor deze vrg miml 5 scorepunten toekennen. www.emenstick.nl 5

Geknteld vierknt 8 mimumscore 5 Omdt PBC 90 is PC een middellijn vn de cirkel (Thles) Het middelpunt M is het midden vn lijnstuk PC dus M (, ) De strl is CP 6 + 7 85 ( een gelijkwrdige uitdrukking) (,609... ) Een vergelijking vn de cirkel is y ( + ) + ( + ) ( een gelijkwrdige uitdrukking) Omdt PBC 90 is PC een middellijn vn de cirkel (Thles) Het middelpunt M is het midden vn lijnstuk PC dus M (, ) Een vergelijking vn de cirkel is Invullen vn de coördinten vn P, B C geeft vergelijking vn de cirkel is ( + ) + ( y+ ) r y r, dus een ( + ) + ( + ) ( een gelijkwrdige uitdrukking) De middelloodlijn vn lijnstuk BC heeft vergelijking y ( vectorvoorstelling + s ) y 0 De middelloodlijn vn lijnstuk PB heeft vergelijking y + ( vectorvoorstelling + t ) y Berekenen vn het snijpunt vn de middelloodlijnen geeft middelpunt M (, ) De strl is CM ( BM PM ) ( een gelijkwrdige uitdrukking) (,609... ) Een vergelijking vn de cirkel is y ( + ) + ( + ) ( een gelijkwrdige uitdrukking) www.emenstick.nl 6

Een vergelijking vn de cirkel (met middelpunt ( b, ) en strl r) is ( ) + ( y b) r Invullen vn de coördinten vn de punten B, C en P geeft + ( b) r, ( ) + ( b) r en ( ) + ( b) r Beschrijven hoe dit stelsel vn drie vergelijkingen met drie onbekenden opgelost kn worden, b en r,5 (,609... ) Een vergelijking vn de cirkel is ( + ) + ( y+ ),5 ( een gelijkwrdige uitdrukking) 9 mimumscore 5 De lijn door P en D heeft vergelijking y 5 + De lijn door C loodrecht op de lijn door P en D heeft vergelijking y ( + ) ( een gelijkwrdige uitdrukking) Snijden vn de twee lijnen geeft de vergelijking ( + ) 5 + 5 Dit geeft Het ntwoord Q (, 8) 5 5 De lijn door P en D heeft vectorvoorstelling + t y 6+ t CQ 7 t 6+ t CQ PD geeft 0 7 t Dit geeft t 5 8 Het ntwoord Q (, ) 5 5 www.emenstick.nl 7

Omdt PQC 90 is PC een middellijn vn de cirkel (Thles), dus ligt Q op de cirkel door P, B en C met vergelijking ( + ) + ( y+ ) De lijn door P en D heeft vectorvoorstelling + t y (t+ ) + ( t+ ) geeft 5t 65t 0 Dit geeft t ( t 0 voldoet niet) 5 Het ntwoord Q 8 (, ) 5 5 Omdt PQC 90 is PC een middellijn vn de cirkel (Thles), dus ligt Q op de cirkel door P, B en C met vergelijking ( + ) + ( y+ ) De lijn door P en D heeft vergelijking y 5 + 5 ( + ) + ( 5 + ) geeft 57 + 90 0 Dit geeft (bijvoorbeeld met de bc-formule) ( voldoet niet) Het ntwoord Q (, 8) 5 5 De lijn door P en D heeft vectorvoorstelling + t y Dus Q heeft coördinten ( + t, t) CP CQ + PQ geeft 6 + 7 (6+ t) + (7 ) t + ( t) + ( ) t Dit geeft t ( t 0 voldoet niet) 5 Het ntwoord Q (, 8) 5 5 0 mimumscore 5 De hoogte vn driehoek CDQ, met bsis CD, moet deel zijn vn de zijde vn het vierknt Dus DQ : PQ : ( OQ OD + DP geeft) OQ + 8 Het ntwoord Q ( 8, ) www.emenstick.nl 8

Anderhlf keer zo groot mimumscore 8 f' ( ), dus de richtingscoëfficiënt vn de rklijn is p Een vergelijking vn de rklijn is y p ( p) + p ( een vergelijkbre uitdrukking) Hieruit volgt dt de -coördint vn A gelijk is n p De oppervlkte vn driehoek OAP is p p p Een vergelijking vn de lijn door O en P is y p De oppervlkte vn V is ( ) Een primitieve vn De oppervlkte vn V is p p d 0 p is 6 p p, dus de oppervlkte vn driehoek OAP is nderhlf keer zo groot ls de oppervlkte vn V De oppervlkte vn driehoek OPP ', met P'( p, 0), is De oppervlkte vn V is p 0 p p p p d Een primitieve vn is De oppervlkte vn V is p p p 6 f' ( ), dus de richtingscoëfficiënt vn de rklijn is p PP ' p AP ' p p AP ' p Hieruit volgt AP' p, dus OA OP' AP' p p p p De oppervlkte vn driehoek OAP is p p p, dus de oppervlkte vn driehoek OAP is nderhlf keer zo groot ls de oppervlkte vn V www.emenstick.nl 9

Een bn mimumscore cos π sin π cos π sin π cos π sin ( ) ( ( )) ( ) ( ) ( ) ( ) cos( ) sin ( ) cos( ) sin ( ) cos( ) sin ( ) π Dus de -coördint vn P π is gelijk n de -coördint vn P (dus de lijn door P en P π is verticl) De lijn door P en P π is verticl ls de -coördinten vn P en P π gelijk zijn cos π sin π cos sin Er moet dus gelden dt ( ) ( ( )) ( ) ( ) cos( ) sin ( ) cos( ) sin ( ) en dus bevinden beide punten zich recht boven elkr, wrmee het gestelde bewezen is Er moet bewezen worden dt cos( ) sin( ( ) ) cos( ) sin ( ) sin( ( ) ) sin( ) sin( ) Omdt cos( π ) cos( ) geldt nu cos( π ) sin( ( π ) ) cos( ) sin( ) cos( ) sin ( ) en dus π π π π bevinden beide punten zich recht boven elkr, wrmee het gestelde bewezen is mimumscore 5 Er moet gelden ( t) y( t) cos( t) sin ( t) cos( t) geeft cos( t ) 0 ( ) cos( t ) 0 geeft t π t sin t π (en deze lten we buiten beschouwing) 5 sin t geeft t π+ k π t π+ k π ( ) De oplossing 6 6 t π Opmerkingen Als gerekend is met ( t) y( t) voor deze vrg miml scorepunten toekennen. Als gerekend is met y( t) ( t) voor deze vrg miml scorepunten toekennen. Als gerekend is met ( t) y( t) voor deze vrg miml scorepunt toekennen. www.emenstick.nl 0

mimumscore 5 cos( ) sin ( ) π π Er geldt voor t π : OP t cos( π ) ' ( t) sin t sin t + cos t cos t ( ) ( ) ( ) ( ) y' ( t) sin( t) Er geldt voor t π : sin ( ) sin ( ) cos ( ) cos( ) π π + π π v (en dus zijn sin ( π ) OP t en v gelijk) Opmerking Als de product- en/ kettingregel niet onjuist is toegepst, voor deze vrg miml scorepunten toekennen. www.emenstick.nl

Buiten een vierknt 5 mimumscore 5 Een vergelijking vn de cirkel is ( ) + ( y ) 5 De lijn door A en C heeft vergelijking y De cirkel snijden met deze lijn geeft 5+ 0 Dn volgt ( )( ) 0 dus de -coördint vn F is (wnt geeft punt A) F (, ) en omdt C (0, ) en S (, ) (: omdt F op CS ligt en 0+ C + S F ) is F het midden vn CS (Omdt C (0, ) en S (, ) geldt:) het midden vn CS is het punt (, ) De fstnd tussen (, ) en (, ) is 5 Ook geldt MA( MB) 5 Dus (, ) ligt op de gegeven cirkel Dus is F het midden vn CS (Omdt C (0, ) en S (, ) geldt:) het midden vn CS is het punt (, ) Een vergelijking vn de cirkel is ( ) + ( y ) 5 De lijn door A en C heeft vergelijking y Omdt ( ) + ( ) 5 ligt (, ) op de cirkel Omdt ligt (, ) op de lijn door A en C (en dus is F het midden vn CS) www.emenstick.nl

6 mimumscore MF MB 0 dus ( MF, MB) 90 MG MA 0 dus ( MG, MA) 90 ( MF, MB) + ( MG, MA) 90 + 90 80 (: cirkelsector BMF is een kwrt cirkel en cirkelsector GMA is een kwrt cirkel), dus de oppervlkte vn de twee sectoren smen is gelijk n de helft vn de oppervlkte vn de cirkel rc MB en rc FM dus rcmb rcfm en dus MB MF rc MA en rc GM dus rcma rcgm en dus MA MG Dn volgt: cirkelsector BMF is een kwrt cirkel en cirkelsector GMA is een kwrt cirkel (: ( MF, MB) + ( MG, MA) 90 + 90 80 ), dus de oppervlkte vn de twee sectoren smen is gelijk n de helft vn de oppervlkte vn de cirkel cos( ( MF, MG)) 5 cos( ( MB, MA)) 5 cos(80 α ) cos( α ), dus ( MF, MG) + ( MB, MA) 80, dus de oppervlkte vn de twee sectoren smen is gelijk n de helft vn de oppervlkte vn de cirkel Opmerking Wnneer de hoeken zijn benderd voor deze vrg miml scorepunten toekennen. www.emenstick.nl