Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012"

Transcriptie

1 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Drs. G. Eijkhout Rapport

2 GEMEENTE GENNEP Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Juni 2013 Pagina 1

3 COLOFON Samenstelling: Drs. G. Eijkhout Vormgeving en druk: Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Postbus AA Groesbeek Tel.: Website: Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, elektronisch of op welke andere wijze dan ook, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Wmoklanttevredenheidsonderzoek.nl. De vragenlijsten die ten grondslag liggen aan dit onderzoek is en blijft intellectueel eigendom van Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl en mag op geen enkele wijze gebruikt worden zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Dit rapport is met de grootst mogelijke zorg opgesteld. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden, noch kunnen aan de resultaten, de conclusies of de aanbevelingen rechten worden ontleend. Pagina 2

4 Inhoudsopgave Verantwoording... 5 SAMENVATTING, CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN HOOFDSTUK 1 ONDERZOEKSOPZET Aanleiding van het onderzoek Onderzoeksdoelstelling Onderzoeksgroepen Onderzoeksvragen Gegevensverzameling Gegevensverwerking en analyse HOOFDSTUK 2 RESPONS HOOFDSTUK 3 ANALYSE DATA Jongeren Achtergrondgegevens Jongerenbeleid Werkgelegenheid Vrije tijd en voorzieningen Persoonlijke situatie jongeren Centrum voor Jeugd en Gezin Jongerenwerkers Wmo-raad Ouders Achtergrondgegevens ouders Opvoeding en gezondheid Voorzieningen Centrum voor Jeugd en Gezin Jongerenwerkers Hulpwebsites Pagina 3

5 BIJLAGE I GEBRUIKTE SCHATTINGS- EN ANALYSEMETHODEN BIJLAGE II TOELICHTING VRAAG IS ER IETS VOOR JONGEREN WAT JE MIST IN DE GEMEENTE? BIJLAGE III OPMERKINGEN NAAR AANLEIDING VAN DE VRAGENLIJST BIJLAGE IV VRAGEN OVER HET OPVOEDEN VAN DE KINDEREN VAN DE OUDERS BIJLAGE V WAT OUDERS BELANGRIJK VINDEN ALS HET GAAT OM OPVOEDEN EN OPGROEIEN VAN HUN KINDEREN BIJLAGE VI OORZAKEN WAAROM DE OPVOEDING ALS LICHT OF ZWAAR WORDT ERVAREN BIJLAGE VII OORZAKEN VAN PROBLEMEN MET OPVOEDING BIJLAGE VIII TOELICHTING OP (ON)TEVREDENHEID VOORZIENINGEN BIJLAGE IX VOORZIENINGEN DIE OUDERS MISSEN IN DE GEMEENTE GENNEP BIJLAGE X TIPS VAN OUDERS OM PROBLEMEN BIJ JONGEREN TE VOORKOMEN OF VROEGTIJDIG TE SIGNALEREN BIJLAGE XI OPMERKINGEN NAAR AANLEIDING VAN DE VRAGENLIJST Pagina 4

6 Verantwoording Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Opmerkingen respondenten In dit rapport zijn bij enkele onderwerpen opmerkingen van respondenten vermeld. Deze opmerkingen stonden ofwel vermeld als toelichting bij een (open) vraag, ofwel vermeld aan het einde van de vragenlijst, waar plaats is voor opmerkingen, suggesties of vragen. Uit deze opmerkingen hebben we een relevante selectie gemaakt, die we steeds in een kader bij de bijbehorende onderwerpen hebben geplaatst. Het gaat hierbij steeds om één of meer reacties van individuele personen, dus de reacties hoeven niet representatief te zijn voor de rest van de doelgroep. Sommige opmerkingen zijn geparafraseerd om de privacy van de respondenten te waarborgen. Volgorde vragen In dit rapport zijn vragen en onderwerpen die bij elkaar horen geclusterd. De volgorde van de vragen zoals die in het rapport worden geanalyseerd, wijkt dus af van de volgorde van de vragen in de vragenlijst. Afronding percentages Bij sommige tabellen komt het totale percentage niet precies uit op 100%. Dit wordt veroorzaakt door afrondingsverschillen en brengt de betrouwbaarheid van de percentages dus niet in het geding. Betekenis en verantwoording technieken en symbolen De in dit rapport gebruikte analyse- en schattingsmethoden worden in bijlage I verder uitgelegd. Pagina 5

7 SAMENVATTING, CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Resultaten onderzoek onder jongeren Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoeksopzet Aan dit onderzoek hebben 220 jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar en 230 jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar meegedaan. De jongeren hebben door middel van een schriftelijke vragenlijst meegedaan aan dit onderzoek. Jongerenbeleid 26% van de jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar is van mening dat de gemeente Gennep op dit moment voldoende aandacht besteedt aan jongeren. 29% van deze groep is van mening dat de gemeente Gennep niet voldoende aandacht aan jongeren besteedt. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar liggen deze percentages op respectievelijk 19% en 40%. Verder is 42% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 55% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar van mening dat er voor jongeren niet voldoende te doen is in de gemeente Gennep, terwijl dit volgens deze groep wel zou moeten. Een kwart van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 16% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar zou het leuk vinden om mee te denken over het jongerenbeleid in de gemeente Gennep. (Online) vragenlijsten en het inzetten van sociale media zijn volgens de jongeren de meest geschikte manieren om meer te weten te komen over jongeren. Werkgelegenheid Jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar zijn niet optimistisch over het vinden van een baan in de gemeente Gennep. 62% van de jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar denkt niet een baan in de gemeente Gennep te kunnen vinden of dat het lastig is om in de gemeente een baan te vinden. Jongeren met een lagere of middelbare (beroeps)opleiding zijn iets optimistischer om een baan te vinden dan jongeren met een hogere opleiding. Over de toekomstperspectieven met betrekking tot werkgelegenheid in de regio zijn de jongeren positiever. 17% heeft al een baan in de regio gevonden en 37% denkt wel een baan in de regio te kunnen vinden. Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar heeft 47% een bijbaan. Jongeren tussen 18 en 22 jaar hebben vaker een bijbaan, namelijk 85%. Vrije tijd en voorzieningen Jongeren hebben gemiddeld ongeveer vier uur vrije tijd per dag. De activiteiten waar jongeren de meeste tijd aan besteden, zijn afspreken met vrienden, muziek luisteren, tv-kijken en sporten. Van de jongeren in de leeftijd van 12 tot 17 jaar mist 44% bepaalde voorzieningen in de gemeente Gennep. Bij de groep jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 54%. Het gaat hierbij vooral om uitgaansgelegenheden, ontmoetingsplekken voor jongeren en sportfaciliteiten. Persoonlijke situatie jongeren Over het algemeen zijn jongeren tevreden over de buurt waarin zij wonen en hebben zij daar ook contacten met andere jongeren. Een opvallend gegeven is dat meer dan de helft van de jongeren eraan twijfelt of jongeren in hun buurt bereid zijn om anderen te helpen. Hulpverlenende organisaties zijn matig bekend, met uitzondering van de huisarts. Er wordt nauwelijks gebruikgemaakt van de hulpverlenende organisaties, ook weer met uitzondering van de huisarts. Pagina 6

8 Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 19% wel eens een vraag of probleem waar zij zich zorgen om maken. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat 24%. De vragen of problemen waar jongeren mee zitten, hebben meestal te maken met school of studie. Problemen of vragen waar jongeren van 12 tot en met 17 jaar daarnaast mee zitten hebben te maken met angsten, hun ouders en geldproblemen of schulden. De vragen of problemen waar jongeren van 18 tot en met 22 jaar het meest mee zitten, hebben te maken met angsten, depressiviteit, geldproblemen of schulden en seks. Om de problemen waarmee zij zitten aan te pakken, nemen jongeren ook zelf initiatieven, bijvoorbeeld door erover praten met vrienden, informatie op te zoeken of door hulp of advies te vragen aan professionals. Eén op de drie jongeren lost het probleem zelf op. De jongerenwerker, het Centrum voor Jeugd en Gezin, de maatschappelijk werker, de schoolmaatschappelijk werker en de kinder- en jongerentelefoon worden hierbij nauwelijks of niet genoemd. Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 23% wel eens een probleem met de gezondheid. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat percentage 29%. Een chronische ziekte of stress zijn de belangrijkste oorzaken van de gezondheidsklachten. Ook lichamelijke beperkingen en ADHD/ADD/PDD-NOS blijken belangrijke oorzaken te zijn van gezondheidsklachten. Verder valt op dat psychische problemen bij ongeveer 10% van de jongeren een rol spelen. De meeste jongeren kunnen normaal deelnemen aan de samenleving. Jongeren met problemen of vragen waar ze zich zorgen over maken en jongeren met gezondheidsproblemen hebben iets meer moeite met maatschappelijke participatie. Ongeveer één op de acht jongeren zorgt voor een ziek familielid. Het gaat daarbij in de meeste gevallen om een ouder of hun opa of oma. Sommige jongeren zorgen ook voor hun broer of zus. De taken die de jongeren op zich nemen zijn huishoudelijke klussen, boodschappen doen of oppassen. Bij de meeste jongeren leiden deze mantelzorgtaken niet tot een overbelasting. De jongeren beoordelen hun relatie met hun ouders als goed tot zeer goed. De vraag of jongeren zich gewaardeerd voelen door hun ouders hangt vooral samen met de vraag of zij goed kunnen opschieten met hun ouders. Het gegeven of een jongere met een vraag of probleem in zijn/haar maag zit heeft eveneens enige invloed op de relatie met de ouders. Datzelfde geldt voor jongeren van wie de ouders gescheiden zijn. Het Centrum voor Jeugd en Gezin Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 9% wel eens gehoord of gelezen over het CJG. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 22%. De meeste jongeren die wel eens over het CJG gehoord of gelezen hebben, hebben er vooral via school en internet van gehoord. Slechts enkele jongeren (drie in totaal) hebben wel eens contact gehad met het CJG. De meeste jongeren geven aan dat zij het CJG nog niet nodig hebben gehad. Een nadere analyse laat zien dat van de jongeren die nog geen contact met het CJG hebben gehad, 35% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 41% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar wel eens een vraag of probleem hebben (gehad) waar ze zich zorgen over maken. Geen enkele jongere die aan dit onderzoek heeft deelgenomen is voornemens om zeker gebruik te gaan maken van het CJG. 6% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 19% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar zegt misschien gebruik te gaan maken van het CJG. Met de website van het CJG zijn de jongeren nauwelijks bekend. Pagina 7

9 Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar vindt 36% het nuttig dat er een CJG is in de gemeente Gennep. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat 44%. De meest genoemde onderwerpen waar de jongeren tussen 12 en 17 jaar graag informatie van het CJG over willen ontvangen gaan vooral over: - Roken, drugs en alcohol - Problemen die te maken hebben met echtscheiding, huiselijk geweld, pesten en loverboys - Gezondheid en voeding - Omgaan met geld - Criminaliteit Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar komen daar de volgende onderwerpen nog bij: - Seksualiteit - Opvoeden en opvoedproblemen. Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar zou 5% wel betrokken willen zijn bij het CJG. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar wil een iets grotere groep wel actief zijn bij het CJG, namelijk 12%. Jongerenwerkers Slechts een hele kleine groep jongeren is bekend met de jongerenwerkers. Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar is 4% bekend met de jongerenwerkers die actief zijn in de gemeente Gennep. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 6%. Op de vraag hoe jongerenwerkers jongeren beter kunnen helpen, geven de jongeren de volgende adviezen: - Informeer hoe jongeren om moeten gaan met pesten - Geef meer voorlichting en verspreid informatie - Plaats advertenties - Toon meer betrokkenheid - Vergroot de bekendheid onder jongeren - Maak duidelijk wat de toegevoegde waarde is van de jongerenwerkers - Oefen meer invloed uit in de gemeente - Maak eens wat vaker een praatje met jongeren. Wmo-raad Onder de jongeren van 12 tot en met 17 jaar is de Wmo-raad nauwelijks bekend. Slechts 3% kent de Wmo-raad. De Wmo-raad is iets bekender onder de groep jongeren van 18 tot en met 22 jaar. 8% van de jongeren kent de raad. 3% van de jongeren zou wel lid willen worden van de Wmo-raad. Het gaat hierbij in totaal om veertien jongeren. Resultaten onderzoek onder ouders Onderzoeksopzet In totaal hebben 211 ouders van kinderen tussen 0 en 22 jaar meegedaan aan dit onderzoek. De ouders konden door middel van een schriftelijke vragenlijst meedoen aan het onderzoek. Achtergrond ouders De ouders die aan dit onderzoek hebben meegedaan, hebben gemiddeld twee kinderen. De meeste ouders die aan dit onderzoek hebben meegedaan (91%) zijn tussen 41 en 55 jaar. De gemiddelde leeftijd van het oudste kind ligt tussen 16 en 17 jaar. Bij het tweede ligt de gemiddelde leeftijd tussen 13 en 15 jaar en bij het derde kind Pagina 8

10 tussen 11 en 12 jaar. De meeste ouders en hun medeopvoeders hebben een middelbare of hogere (beroeps)opleiding gevolgd. Van de respondenten heeft 27% een voltijdsbaan en 57% een deeltijdbaan. Van de medeopvoeders heeft 66% een voltijdsbaan en 22% een deeltijdsbaan. Van de respondenten die iets over hun netto gezinsinkomen willen zeggen, verdient een meerderheid meer dan 1.800,- netto per maand. Opvoeding en gezondheid 36% van de ouders heeft de afgelopen twaalf maanden wel eens een vraag gehad over het opvoeden. Gescheiden ouders hebben duidelijk vaker vragen over het opvoeden van hun kinderen dan ouders die nog samen zijn. De vragen hebben onder andere te maken met puberteit, school en studie, gedragsproblemen of -stoornissen, problemen thuis, opvoedkundige vragen en zakgeld. 43% van de ouders gaat zelf op zoek naar informatie of advies over opvoeden. 57% doet dat niet. Het internet, vrienden of kennissen, familie en de huisarts zijn de belangrijkste informatiebronnen voor de ouders die wel eens op zoek gaan naar informatie of advies over opvoeden. Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) wordt in dit verband door 9% van de ouders genoemd. Ouders zoeken vooral naar informatie over sociale vaardigheden, veilig internetten, gedragsproblemen en psychische problemen. Als het om opvoeden en opgroeien van hun kinderen gaat, vinden ouders het volgende belangrijk: - Geluk, een goede gezondheid en welzijn van de kinderen - Sociale vaardigheden van de kinderen - Normen en waarden / eerlijk zijn / respect - Opgroeien in een veilige omgeving - Zelfstandigheid. Volgens 25% van de ouders kampt haar kind met gezondheidsproblemen, zoals ADHD, ADD, PDD-NOS, chronische ziekten en depressiviteit. Het gaat hierbij iets vaker om ouders die hun kind alleen opvoeden. De onderwerpen die het meest in het oog springen als het gaat om de vraag waar ouders zich (een beetje) zorgen over maken wat betreft hun kinderen, zijn faalangst en onzekerheid, prestaties op school en moeite met concentratie. Over het algemeen geven ouders die zich zorgen maken over hun kinderen vaker aan dat hun kind gezondheidsproblemen heeft. Deze ouders hebben ook veel vaker vragen over het opvoeden van hun kinderen. Van de ouders ervaart 44% de opvoeding als licht tot heel licht en dus niet als belastend. 28% van de ouders ervaart het opvoeden als een beetje zwaar en 29% als zwaar tot heel zwaar. 33% heeft soms wel eens problemen en 3% zegt vaak problemen te hebben (gehad) met het opvoeden. Het gaat hierbij vooral om ouders met kinderen met gezondheidsproblemen, gescheiden ouders en ouders die hun kind alleen opvoeden. De redenen waarom sommige ouders het opvoeden van hun kinderen soms wel eens als zwaar beschouwen, zijn onder andere: - Puberteit - Gedragsstoornissen - Combinatie van werk en gezin - Opvoedkundige kwesties, zoals regels stellen en consequent zijn - Lichamelijke beperkingen - Het aanbrengen van structuur - Omgevingsinvloeden. De ouders die problemen hebben (gehad) met het opvoeden van hun kind(eren), hebben dat in 54% van de situaties met behulp van een professional opgelost. 39% van de ouders heeft het probleem zelf opgelost en 16% heeft ondersteuning gekregen van familie. Pagina 9

11 Van de hulpverlenende of ondersteunende organisaties en personen is de huisarts de meeste bekende. Ook de schoolarts en de GGD zijn naar verhouding goed bekend, namelijk bij ongeveer 80%. De jongerenwerker (met 29%) en het Centrum voor Jeugd en Gezin (met 36%) zijn in verhouding het minst bekend. 35% van de ouders heeft wel eens een professionele organisatie ingeschakeld. De psycholoog / psychiater, de huisarts en de GGD zijn de meest genoemde professionele organisaties die door de ouders geraadpleegd zijn. Maatschappelijke participatie Over het algemeen kunnen kinderen volgens hun ouders goed contacten onderhouden met anderen en meedoen aan allerlei activiteiten in de gemeente. Kinderen met gezondheidsproblemen en kinderen met ouders met een lager inkomen of ouders die gescheiden of alleenstaand zijn kunnen minder goed meedoen aan activiteiten. Voorzieningen Volgens 55% van de ouders is er in de gemeente Gennep onvoldoende te doen voor jongeren. Dit percentage komt overeen met het percentage jongeren dat van mening is dat er onvoldoende te doen is in de gemeente. 45% van de ouders is van mening dat er wel voldoende te doen in voor de jongeren. Over de kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, basisscholen, het speciaal en voortgezet onderwijs en de sportvoorzieningen bestaat een grote mate van de tevredenheid onder de ouders. Er zijn ook enkele onderdelen waarover een substantieel deel van ouders ontevreden is. Het gaat hierbij om: - Ondersteuning van de gemeente bij jongerenactiviteiten (67% ontevreden) - Het beleid ter voorkoming van drugs- en alcoholverslaving (55% ontevreden) - Culturele voorzieningen (39% ontevreden) - Kwaliteit (30% ontevreden) en onderhoud (35% ontevreden) van voorzieningen, zoals speeltuinen en sportveldjes De helft van de ouders zegt een voorziening voor jongeren in de gemeente Gennep te missen. De volgende voorzieningen worden het meest genoemd: - Bioscoop - (Betaalbare) uitgaansgelegenheden - Sportvoorzieningen - Ontmoetingsplekken voor jongeren. Van de ouders wil 13% wel meedenken over het jongerenbeleid dat in de gemeente Gennep gevoerd wordt. Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Van de ouders heeft 57% wel eens gehoord of gelezen over het CJG. De ouders hebben het meest via De Maasen Niersbode en de krant over het CJG gehoord of gelezen. Een ruime meerderheid (95%) van de ouders heeft nog geen contact met het CJG gehad, omdat zij het CJG nog niet nodig hebben gehad. 5% heeft wel al eens contact met het CJG gehad. De elf ouders die wel eens contact hebben gehad met het CJG zijn hierover goed te spreken. Van de ouders die tot nu toe nog geen gebruik van het CJG hebben gemaakt, zegt 2% zeker gebruik te gaan maken van het CJG. 28% zegt misschien gebruik van het CJG te gaan maken en 21% zeker niet. 48% weet het nog niet of heeft geen mening. Van de ouders die zeker of misschien gebruik van het CJG gaan maken, heeft 49% wel eens problemen (gehad) met het opvoeden. Bijna 64% van de ouders vindt het nuttig dat er een CJG is in de gemeente Gennep. Onder ouders is er dus wel een duidelijk draagvlak voor het CJG. Pagina 10

12 Er zijn enkele onderwerpen die eruit springen waar het CJG informatie over moet geven: - roken, drugs en alcohol - problemen die te maken hebben met huiselijk geweld, echtscheiding, pesten en loverboys - gezondheid en voeding - opvoeden / opvoedproblemen - criminaliteit. De ouders geven een aantal suggesties om problemen bij jongeren te voorkomen of vroegtijdig te signaleren: - Onderhoud contacten met scholen, sportverenigingen en dergelijke - Geef informatie en voorlichting - Treed in contact met ouders. Jongerenwerkers Jongerenwerkers zijn nauwelijks bekend onder ouders. Van de ouders is slechts 4% bekend met de jongerenwerkers die binnen de gemeente Gennep actief zijn. 96% van de ouders kent de jongerenwerkers niet. Hulpwebsites Er bestaan diverse websites waar jongeren en ouders terecht kunnen als zij problemen hebben. Drie van deze websites zijn klikvoorhulp.nl, kopstoring.nl en kopopouders.nl. Verreweg de meeste ouders (98%) zijn niet bekend met een van de genoemde websites. 2% is wel bekend met één of meerdere websites. Pagina 11

13 Aanbevelingen Ruim één op de vijf jongeren vindt dat de gemeente onvoldoende aandacht besteedt aan jongeren. Ongeveer de helft van de jongeren vindt dat er onvoldoende te doen is voor jongeren in de gemeente Gennep; een mening die door de ouders wordt gedeeld. Wij raden aan om in samenspraak met de jongeren diverse jongeren hebben zich via dit onderzoek opgegeven een plan op te stellen om een aantal voorzieningen voor jongeren te treffen. Van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) wordt door zowel jongeren als ouders nauwelijks gebruikgemaakt. En dit terwijl toch een substantieel deel van de jongeren en de ouders (ongeveer één op de vijf) met vragen of problemen zit die onder andere te maken hebben met opvoeden, opgroeien en welzijn. Wij bevelen de gemeente Gennep aan een plan op te stellen om niet alleen de naamsbekendheid van het CJG te vergroten, maar vooral bekend te maken wat het CJG voor jongeren en ouders kan betekenen en hoe de toegang tot het CJG vergroot kan worden. Het is tevens belangrijk dat het vertrouwelijke karakter van het contact benadrukt wordt. Zowel onder ouders als jongeren is er voldoende draagvlak voor het CJG. Ouders zoeken vooral naar informatie over sociale vaardigheden, veilig internetten, gedragsproblemen en psychische problemen. Daarnaast hebben vragen van ouders te maken met puberteit en school en studie. Jongeren zoeken naar informatie over roken, drugs en alcohol, angsten, hun thuissituatie, gezondheid en voeding, financiële problemen/omgaan met geld, depressiviteit, opvoeden en seksualiteit. Wij adviseren de gemeente Gennep en het CJG qua voorlichting, informatievoorziening en ondersteuning rekening te houden met deze informatiebehoefte. Doelgroepen die bijzondere aandacht nodig hebben, zijn ouders die hun kind alleen opvoeden, gescheiden ouders, ouders met een lager inkomen en ouders die kinderen met gezondheidsproblemen hebben. Een andere doelgroep is jongeren met gezondheidsproblemen. De Wmo-raad is nauwelijks bekend bij de jongeren. Afhankelijk van de doelstellingen adviseren wij de Wmo-raad om een communicatieplan op te stellen dat gericht is op jongeren. Wellicht kan overwogen worden om een jongeren-wmo-raad op te richten die zich specifiek richt op jongerenvraagstukken. Pagina 12

14 HOOFDSTUK 1 ONDERZOEKSOPZET 1.1 Aanleiding van het onderzoek Gemeenten zijn volgens artikel 9 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verplicht om elk jaar de uitkomsten van een tevredenheidsonderzoek onder cliënten van maatschappelijke ondersteuning te publiceren. De gemeente Gennep heeft er dit jaar voor gekozen om het onderzoek te houden onder jongeren en ouders in het kader van prestatieveld 2 van de Wmo. Dit prestatieveld heeft betrekking op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en op ouders met problemen met opvoeden. 1.2 Onderzoeksdoelstelling De doelstelling van het onderzoek is enerzijds inzicht krijgen in de mate van bekendheid en tevredenheid over voorzieningen voor jongeren en het huidige ondersteunings- en informatieaanbod voor jongeren en ouders. Anderzijds moet het onderzoek inzicht geven in de behoefte aan voorziening, ondersteuning en informatie onder jongeren en ouders. De resultaten van het onderzoek moeten input bieden voor het verder invullen van het beleid. 1.3 Onderzoeksgroepen De doelgroepen van dit onderzoek bestaan uit: Doelgroep 1: Doelgroep 2: Doelgroep 3: Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar Jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar Ouders van kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 22 jaar. 1.4 Onderzoeksvragen Het onderzoek moet inzicht geven in de volgende hoofdvragen: Hoe wordt het huidige informatie-, voorzieningen- en ondersteuningsaanbod door ouders en jongeren ervaren? Welke behoeften bestaan er onder ouders en jongeren als het gaat om informatie, voorzieningen en ondersteuning? In welke mate zijn ouders en jongeren bekend met en tevreden over het Centrum voor Jeugd en Gezin? Om deze hoofdvragen te kunnen beantwoorden, komen de volgende onderwerpen aan bod: Huidig en gewenst aanbod van opvoedingsondersteuning Ondersteuningsaanbod Centrum voor Jeugd en Gezin Voorzieningenaanbod voor jongeren Informatieaanbod en -behoefte Jeugd- en jongerenwerk Huisvesting Activiteiten Jeugd- en jongerenbeleid Gezondheid en welzijn Problemen met betrekking tot alcohol, drugs, huiselijk geweld, pesten, gokken et cetera Fysieke gezondheid Mantelzorg verlenen Vrijetijdsbesteding. Pagina 13

15 De onderzoeksonderwerpen en -vragen zijn in overleg met de betrokken medewerkers van de gemeente Gennep en de Wmo-raad nader vastgesteld. 1.5 Gegevensverzameling De doelgroepen zijn medio februari benaderd door middel van een schriftelijke vragenlijst. Alle geselecteerde jongeren en ouders hebben van de gemeente Gennep een uitnodiging ontvangen om de vragenlijst in te vullen. Om de jongeren en de ouders te stimuleren om mee te doen aan het onderzoek, zijn onder de deelnemers waardebonnen van Bol.com verloot. De respondenten moesten daarvoor hun adresgegevens noteren. Vanzelfsprekend is hun anonimiteit gewaarborgd door het onderzoeksbureau. Bij het vaststellen van de uitkomsten zijn onbeantwoorde vragen of vragen die zijn beantwoord met niet van toepassing of weet ik niet niet meegerekend. Dit betekent dat de resultaten niet altijd betrekking hebben op de totale groep onderzoeksdeelnemers. Per onderwerp is aangegeven hoeveel respondenten hebben meegedaan. 1.6 Gegevensverwerking en analyse De kwantitatieve gegevens van dit onderzoek zijn geanalyseerd met behulp van het statistische programma IBM SPSS Statistics versie De kwalitatieve data zijn geanalyseerd met behulp van het programma Kwalitan versie Andere programma s die gebruikt zijn, zijn Word 2010 en Excel Het rapport beschrijft voor alle onderwerpen de uitkomsten en de achtergronden. De gegevens worden hierbij vaak in grafieken, tabellen of taartdiagrammen weergegeven. De gegevens zijn, waar relevant, verder uitgesplitst naar specifieke kenmerken van de doelgroepen. Pagina 14

16 HOOFDSTUK 2 RESPONS In de onderstaande tabel is de respons per doelgroep weergegeven. Doelgroep Doelgroep 1: Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar Doelgroep 2: Jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar Doelgroep 3: Ouders van kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 22 jaar Totaal aantal burgers behorende tot de doelgroep 1 Aantal benaderde burgers per doelgroep Respons (%) (24,7%) (27,8%) (21,8%) Tabel 1. Respons onderzoek Om voldoende respons te krijgen is per doelgroep bepaald wat de minimale respons moest zijn. Hierbij zijn we telkens uitgegaan van een betrouwbaarheidsniveau van 90%. Hoewel in de statistiek een betrouwbaarheidsniveau van minimaal 95% gebruikelijk is, is bij dit onderzoek om praktische redenen (lagere respons in verband met de doelgroep) gekozen voor een betrouwbaarheidsniveau van 90%. Op basis van dit betrouwbaarheidsniveau is de steekproefgrootte per doelgroep bepaald. Bij het bepalen van het aantal te benaderen personen per doelgroep, zijn we uitgegaan van een respons van 25%. Doelgroep 1: Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar Op 11 maart 2013 waren er in totaal jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar in de gemeente Gennep. Van deze jongeren hebben 892 jongeren een vragenlijst ontvangen. 220 jongeren in deze leeftijdscategorie hebben de vragenlijst ingevuld en teruggestuurd. Daarmee komt de respons op 24,7%. Voor deze doelgroep is dat een voldoende resultaat. Doelgroep 2: Jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar Op 11 maart 2013 waren er in totaal 874 jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar in de gemeente Gennep. Van deze jongeren hebben 828 jongeren een vragenlijst ontvangen. 230 jongeren in deze leeftijdscategorie hebben de vragenlijst ingevuld en teruggestuurd. De respons komt dan op 27,8%. Ook dat is een goed resultaat. Doelgroep 3: Ouders Op 11 maart 2013 waren er in totaal ouders met ten minste één thuiswonend kind van 0 tot en met 22 jaar. De ouders moesten zelf 23 jaar of ouder zijn om te voorkomen dat zij ook een vragenlijst voor jongeren zouden ontvangen. Gezien de omvang van de groep ouders hebben we 968 ouders willekeurig geselecteerd. Van deze 968 ouders hebben er 211 de vragenlijst ingevuld en teruggestuurd. Daarmee komt de respons op 21,8%. Voor deze doelgroep is dat een redelijk resultaat. 1 Peildatum: 11 maart Pagina 15

17 HOOFDSTUK 3 ANALYSE DATA In dit hoofdstuk worden de data van de onderzoeksdeelnemers geanalyseerd. Per onderdeel vindt er een kwantitatieve analyse plaats. De gegevens worden per vraag beschreven. Waar mogelijk en relevant worden de gegevens uitgesplitst naar verschillende groepen respondenten en worden dwarsverbanden gelegd tussen data. Aan de respondenten zijn ook open vragen gesteld. De antwoorden hiervan worden inhoudelijk geanalyseerd. Tevens worden de kwalitatieve resultaten gebruikt om de kwantitatieve uitkomsten verder te verdiepen. In paragraaf 3.1 worden de gegevens van de beide groepen jongeren geanalyseerd en beschreven. Vervolgens komen in paragraaf 3.2 de gegevens van de ouders aan de orde. 3.1 Jongeren In deze paragraaf bespreken we de resultaten van het onderzoek onder de jongeren. De resultaten van de twee groepen jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar en die van 18 tot en met 22 jaar worden, voor zover mogelijk, ter vergelijking naast elkaar gezet Achtergrondgegevens In deze paragraaf bespreken we de achtergrondgegevens van de jongeren die aan het onderzoek hebben meegedaan. Het gaat daarbij onder meer om geslacht, leeftijd, opleidingsniveau en de woonsituatie. Geslacht Jongeren 12 t/m 17 jaar Mannelijk 60,7% 51,6% Vrouwelijk 39,3% 48,4% N Tabel 2. Verdeling geslacht jongeren Jongeren 18 t/m 22 jaar Van de jongeren in de leeftijdscategorie 12 tot en met 17 jaar is ruim 39% vrouw en bijna 61% man. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is bijna 52% vrouw en ruim 48% man. Leeftijd Grafiek 1a. Leeftijdsverdeling jongeren van 12 tot en met 17 jaar (N = 218) Uit grafiek 1a blijkt dat de groep jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar qua leeftijd gelijkmatig verdeeld is. De gemiddelde leeftijd ligt tussen 14 en 15 jaar. Een klein aantal respondenten valt buiten de leeftijdscategorie. Dit heeft waarschijnlijk te maken met het gegeven dat zij tijdens het onderzoek jarig zijn geweest. Pagina 16

18 Grafiek 1b. Leeftijdsverdeling jongeren van 18 tot en met 22 jaar (N = 224) Ook bij de groep jongeren van 18 tot en met 22 jaar zien we een redelijk gelijkmatige verdeling qua leeftijd. De gemiddelde leeftijd van deze groep ligt tussen de 19 en 20 jaar. Eén respondent is 23 jaar. Ook dit heeft waarschijnlijk te maken met het gegeven dat hij of zij tijdens het onderzoek jarig was. Opleiding Grafiek 2a. Opleiding jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 216) Relatief de meeste jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar (34%) volgen een VMBO-opleiding. Van deze groep volgt 10% de basisberoepsrichting, 20% de kaderberoepsrichting, 10% de gemengde richting en 47% de theoretische richting. 27% volgt een opleiding op HAVO-niveau en 19% op VWO-niveau. 7% zit nog op de basisschool, 9% volgt een middelbare beroepsopleiding en 3% heeft anders aangekruist. Het is belangrijk om te vermelden dat het hier uitsluitend om jongeren gaat die in de gemeente Gennep wonen en dus niet om jongeren die vanwege hun studie op kamers in een andere gemeente zijn gaan wonen. Grafiek 2b. Het volgen van een opleiding door jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 214) Van de jongeren in de leeftijd 18 tot en met 22 jaar volgt 71% op dit moment een opleiding. 29% volgt geen opleiding meer. Pagina 17

19 Grafiek 2c. Jongeren van 18 t/m 22 jaar die op dit moment een opleiding volgen (N = 162) Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar die nog studeren, volgt 46% een MBO-opleiding. 33% volgt een HBOopleiding en 9% studeert aan de universiteit. 10% zit nog op de middelbare school. Grafiek 2d. Opleidingsniveau van jongeren 18 t/m 22 jaar die hun opleiding afgerond hebben (N = 61) De meeste jongeren van 18 tot en met 22 jaar die klaar zijn met hun opleiding, hebben een middelbare beroepsopleiding (52%) afgerond. 13% heeft een HBO-diploma op zak. 30% heeft een middelbare schoolopleiding gevolgd. Aan de jongeren tussen van 18 tot en met 22 jaar die geen opleiding meer volgen hebben we gevraagd wat zij nu doen. Grafiek 2e. Activiteiten jongeren 18 t/m 22 jaar die hun opleiding afgerond hebben (N = 61) 74% van de jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 23 jaar die geen opleiding meer volgen, werkt op dit moment. 13% is op zoek naar een baan. 2% is arbeidsongeschikt en 2% loopt stage. 5% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar heeft een sabbatical genomen. 5% heeft anders aangekruist. Pagina 18

20 Ik woon in de volgende kern: Gennep Heijen Milsbeek Ottersum Ven-Zelderheide 2% Grafiek 3. Verdeling jongeren per woonkern De meeste jongeren uit beide leeftijdsgroepen die aan het onderzoek hebben deelgenomen, komen uit Gennep. 20% van beide groepen woont in Milsbeek. In Ven-Zelderheide wonen naar verhouding de minste respondenten. Aan de jongeren zijn vragen gesteld over hun woonsituatie om te kunnen onderzoeken of er een relatie bestaat tussen de woonsituatie en eventuele problemen waar zij mee kampen. Ik woon op dit moment: 13% 11% 20% 7% 17% 15% 20% 43% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 52% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 217) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 223) Bij mijn ouders Bij mijn gescheiden ouders 12,3% 7,2% 86,7% 81,3% Bij pleegouders Bij familie 0,5% 1,0% Bij vrienden Samen met mijn vriend(in) Alleen Jeugdopvang 0,5% 6,7% 3,3% 0,5% Grafiek 4a. Woonsituatie jongeren 0% 20% 40% 60% 80% 100% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 203) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 208) De meeste jongeren wonen thuis bij hun ouders. Dat geldt voor 87% van de jongeren van 17 tot en met 12 jaar en ruim 81% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar. Ongeveer 12% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 7% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar woont bij gescheiden ouders. De verdeling is weergegeven in grafiek 4b op de volgende bladzijde. Bijna 7% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar woont samen met de partner en ruim 3% woont alleen. Pagina 19

21 Alleen bij mijn moeder Bij mijn moeder en haar nieuwe partner Alleen bij mijn vader Bij mijn vader en zijn nieuwe partner 17,1% 7,3% 4,0% 7,3% 41,5% 44,0% 40,0% Afwisselend bij mijn moeder en vader 12,0% 26,8% Grafiek 4b. Woonsituatie jongeren met gescheiden ouders 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 41) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 25) Jongeren van wie de ouders gescheiden zijn, wonen in verhouding het meest bij hun moeder of bij hun moeder en haar nieuwe partner. Bijna 27% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar woont afwisselend bij de vader of de moeder. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 12%. Aan de jongeren tussen 18 en 22 jaar is gevraagd of zij één of meerdere kinderen hebben. Grafiek 5. Jongeren van 18 t/m 22 jaar met kinderen (N = 222) Van de jongeren tussen 18 en 22 jaar die aan dit onderzoek hebben meegedaan, heeft 2% één of meerdere kinderen. 98% van deze groep jongeren heeft nog geen kind Jongerenbeleid Elke gemeente heeft een jongerenbeleid waarin staat dat er bijvoorbeeld voldoende sportgelegenheid is, voorlichting gegeven wordt en bijgedragen kan worden aan evenementen. Aan de jongeren hebben we gevraagd of zij van mening zijn dat de gemeente Gennep voldoende aandacht besteedt, of er iets voldoende te doen is in de gemeente Gennep en of zij iets in de gemeente Gennep missen. Ik vind dat de gemeente Gennep op dit moment voldoende aandacht besteedt aan jongeren: Ja Nee Weet ik niet 19% 26% 29% 40% 45% 40% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 217) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 223) Grafiek 6. Aandacht voor jongeren door de gemeente Gennep volgens jongeren Pagina 20

22 26% van de jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar is van mening dat de gemeente Gennep op dit moment voldoende aandacht besteedt aan jongeren. 29% van deze groep is van mening dat de gemeente Gennep niet voldoende aandacht aan jongeren besteedt. Jongeren tussen 13 en 15 jaar zijn met 34% iets bovengemiddeld van mening dat de gemeente onvoldoende aandacht aan jongeren besteedt. Datzelfde geldt voor jongeren uit kern Gennep (39%) en Heijen (31%). De jongeren uit deze leeftijdscategorie uit de kern Ottersum zijn het meest positief; 37% vindt dat de gemeente Gennep voldoende aandacht aan jongeren besteedt. De meningen van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar wijken af van die van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar. Een groter percentage, 40%, van deze groep jongeren is van mening dat de gemeente Gennep niet voldoende aandacht besteedt aan jongeren. Het gaat hierbij vooral om de mannelijke respondenten, namelijk 53%. Van de vrouwelijke respondenten is 29% deze mening toegedaan. Bij deze groep jongeren, zijn de jongeren uit Milsbeek het meest positief; 37% is van mening dat de gemeente voldoende aandacht besteedt aan jongeren. Met 15% zijn de jongeren uit de kern Gennep het minst positief. Ik vind dat er in de gemeente Gennep voldoende te doen is voor jongeren: Ja, er is voldoende te doen Nee, maar dat hoeft voor mij ook niet Nee, maar dat zou volgens mij wel moeten Grafiek 7. Activiteiten voor jongeren in de gemeente Gennep volgens jongeren 42% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar is van mening dat dat er in de gemeente Gennep niet voldoende te doen is voor jongeren, terwijl dit volgens hen wel zou moeten. Dit geldt vooral voor jongeren tussen 13 en 16 jaar. Ongeveer 46% van deze groep is van mening dat er onvoldoende te doen is voor jongeren in Gennep. Ook de jongeren uit de kern Gennep (51%) zijn bovengemiddeld van mening dat er niet voldoende te doen is in de gemeente Gennep, terwijl dit wel wenselijk is. Voor 55% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar geldt eveneens dat zij vinden dat er onvoldoende te doen is in de gemeente Gennep, terwijl dit voor hen wel zou moeten. Bij deze groep valt op dat de vrouwelijke respondenten met 29% meer van mening zijn dat er voor jongeren voldoende te doen is in Gennep dan de mannelijke respondenten (19%). De jongeren van 20 jaar en ouder zijn eveneens met (29%) meer van mening dat er voldoende te doen is in de gemeente Gennep dan de groep 18- en 19-jarigen (17%). Zou je het leuk vinden om mee te denken over het jongerenbeleid in de gemeente? Ja Nee 16% Grafiek 8. Meedenken over het jongerenbeleid Een kwart van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 16% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar zou het leuk vinden om mee te denken over het jongerenbeleid in de gemeente Gennep. 24% 22% 25% 33% 42% 55% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 215) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 224) 26% 76% 84% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 216) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 225) Pagina 21

23 3.1.3 Werkgelegenheid Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Aan de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is gevraagd hoe zij hun toekomst qua werkgelegenheid in de gemeente Gennep en de regio zien. Er is nadrukkelijk gezegd dat het niet om een vakantiebaan of een bijbaan gaat. Er is voor mij voldoende kans om (later) een baan in deze gemeente te vinden: Grafiek 9. Toekomstperspectief werkgelegenheid in de gemeente Gennep volgens jongeren van 18 tot en met 22 jaar (N = 221) 62% van de jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar denkt niet een baan in de gemeente Gennep te kunnen vinden of dat het lastig is om in de gemeente een baan te vinden. 11% is optimistischer en denkt wel een baan te kunnen vinden in de gemeente Gennep. 12% heeft al een baan gevonden. 15% wil niet in de gemeente werken. Jongeren met een lagere of middelbare (beroeps)opleiding zijn iets optimistischer om een baan te vinden dan jongeren met een hogere opleiding. Er is voor mij voldoende kans om (later) een baan in de gemeenten in de buurt van Gennep (de regio) te vinden: Grafiek 10. Toekomstperspectief werkgelegenheid in de regio volgens jongeren van 18 tot en met 22 jaar (N = 219) Over de toekomstperspectieven met betrekking tot werkgelegenheid in de regio zijn de jongeren positiever. 17% heeft al een baan in de regio gevonden en 37% denkt wel een baan in de regio te kunnen vinden. Ook hier zien we een klein verschil tussen jongeren die een MBO-opleiding volgen en jongeren die een HBO-opleiding volgen. Van de jongeren die een MBO-opleiding volgen, denkt 51% een baan in de regio te kunnen vinden. Bij de jongeren die een HBO- of universitaire opleiding volgen is dat 41%. 40% denkt dat het lastig of misschien wel onmogelijk is om een baan in de regio te kunnen vinden. 5% wil niet in de regio werken. Pagina 22

24 3.1.4 Vrije tijd en voorzieningen Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Met de volgende vragen willen we inzicht geven in de tijdsbesteding van jongeren. Ook onderzoeken we wat zij vinden van de aanwezige voorzieningen in de gemeente Gennep en of zij hier ook gebruik van maken. Hoeveel vrije tijd heb je gemiddeld per dag? Dat is de tijd die je overhoudt naast je school, huiswerk en/of (bij)baan. Grafiek 11a. Aantal vrije uren per dag volgens jongeren van 12 t/m 17 jaar (N = 214) Relatief de meeste jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar hebben gemiddeld vier uur per dag vrije tijd. Gemiddeld hebben jongeren in deze leeftijdscategorie 3,8 uur per dag vrije tijd. In de volgende tabel staat het gemiddelde per leeftijd: Leeftijd Gemiddeld aantal vrije uren per dag 12 jaar 4,4 13 jaar 3,7 14 jaar 3,9 15 jaar 3,3 16 jaar 3,8 17 jaar 3,6 Tabel 3a. Gemiddeld aantal vrije uren per dag per leeftijd Pagina 23

25 Grafiek 11b. Aantal vrije uren per dag volgens jongeren van 18 t/m 22 jaar (N = 222) Relatief de meeste jongeren (bijna 29%) in de leeftijd van 18 tot en met 22 jaar hebben vijf uur per dag vrije tijd. Gemiddeld hebben jongeren van 18 tot en met 22 jaar 4,1 uur per dag vrije tijd. Het gemiddeld aantal uren per leeftijd staat weergegeven in tabel 3b. De verschillen zijn minimaal. Leeftijd Gemiddeld aantal vrije uren per dag 18 jaar 3,9 19 jaar 4,0 20 jaar 4,0 21 jaar 4,1 22 jaar 4,3 Tabel 3b. Gemiddeld aantal vrije uren per dag per leeftijd Hoe besteed je je vrije tijd gemiddeld per week? Pagina 24

26 Sporten Muziek maken Muziek luisteren Afspreken met vrienden Familie bezoeken Uitgaan (café, bios, disco etc.) Tv/film kijken Gamen Naar mijn vereniging gaan Lezen Internetten voor mijn plezier Winkelen Niets doen/luieren Museum/theater/bieb bezoeken Vrijwilligerswerk Buiten spelen 11% 22% 3% 30% 3% 25% 8% 29% 1% 14% 20% 43% 37% 38% 4% 28% 24% 15% 40% 23% 25% 14% 4% 1% 74% 16% 4% 5% 1% 16% 21% 50% 31% 19% 17% 15% 12% 10% 6% 22% 17% 7% 3% 30% 7% 3% 1% 17% 15% 6% 1% 22% 15% 3% 23% 10% 8% 6% 6% 1% 19% 20% 7% 1% 46% 9% 6% 2% 1% 25% 17% 13% 7% 4% 51% 17% 4% 2% 1% 45% 16% 13% 6% 4% 2% 72% 26% 1% 85% 10% 3% 1% 31% 12% 9% 4% 1% 1% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Nooit 0 tot 2 uur 2 tot 4 uur 4 tot 6 uur 6 tot 10 uur 10 tot 16 uur 16 tot 24 uur 24 uur of meer Grafiek 12a. Vrijetijdsbesteding volgens jongeren van 12 t/m 17 jaar uitgedrukt in uren per week (N tussen 348 en 364) Pagina 25

27 Sporten Muziek maken Muziek luisteren Afspreken met vrienden Familie bezoeken Uitgaan (café, bios, disco etc.) Tv-/ film kijken Gamen Naar mijn vereniging gaan Lezen Internetten voor mijn plezier Winkelen Niets doen/luieren Museum/theater/bieb bezoeken Vrijwilligerswerk 17% 25% 18% 22% 13% 5% 79% 8% 5% 5% 2% 1% 7% 35% 14% 11% 10% 10% 9% 2% 17% 18% 27% 21% 10% 3% 9% 60% 16% 10% 5% 1% 7% 23% 23% 25% 16% 5% 2% 21% 25% 20% 21% 7% 1% 56% 19% 11% 7% 4% 1% 2% 52% 9% 15% 14% 7% 3% 49% 37% 9% 2% 3% 1% 6% 34% 23% 18% 10% 5% 2% 22% 62% 11% 5% 1% 27% 37% 19% 10% 6% 1% 1% 85% 15% 1% 80% 13% 5% 1% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Nooit 0 tot 2 uur 2 tot 4 uur 4 tot 6 uur 6 tot 10 uur 10 tot 16 uur 16 tot 24 uur 24 uur of meer Grafiek 12b. Vrijetijdsbesteding volgens jongeren van 18 t/m 22 jaar uitgedrukt in uren per week (N tussen 193 en 219) Sport 89% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 83% van de jongeren doet aan sport. 22% sport maximaal 2 uur per week, 23% sport 3 tot 4 uur per week en 25% sport 4 tot 6 uur per week. 19% van de jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar sport intensief; zij zijn ten minste 10 uur per week met sport bezig. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar doet 83% aan sport. Van deze groep jongeren sport 25% 0 tot 2 uur, 18% 2 tot 4 uur per week en 22% 4 tot 6 uur. 5% sport intensief, namelijk minimaal tien uur per week. We zien dus een verschuiving qua sporten als we de jongeren tussen 18 en 22 jaar vergelijken met de jongeren van 12 tot en met 17 jaar. Muziek De meeste jongeren maken zelf geen muziek. Van de jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar maakt 26% muziek, bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat 21%. Veel jongeren geven daarentegen wel aan dat zij naar muziek luisteren. Van de jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar luistert 97% naar muziek en 93% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar. Afspreken met vrienden De jongeren besteden vrij veel tijd aan hun vrienden. Ongeveer 98% van beide groepen jongeren spreekt wekelijks af met vrienden. Ongeveer de helft van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 61% van de jongeren tussen Pagina 26

28 18 en 22 jaar ziet haar vrienden minimaal 4 uur per week. Gemiddeld spreken jongeren met een lagere of middelbare opleiding iets vaker af met hun vrienden dan jongeren met een hogere opleiding. Familie bezoeken De meeste jongeren meer dan 90% bezoekt wekelijks familieleden. Het aantal uren dat aan familiebezoek wordt besteed is echter beperkt. 50% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar bezoekt wekelijk 0 tot 2 uur familie, bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 60%. Uitgaan Uitgaan is een populaire vrijetijdsbesteding onder jongeren van 18 tot en met 22 jaar; 93% gaat wekelijks uit. 23% doet dat wekelijks 0 tot 2 uur, 23% 2 tot 4 uur en 25% 4 tot 6 uur. 21% gaat meer dan zes uur per week uit. Van de jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar gaat 71% wekelijks uit. Jongeren gaan tussen hun zestiende en hun 21 ste jaar gaan het meeste uit. Tv/film kijken Vrijwel alle jongeren uit beide leeftijdsgroepen kijken televisie. 40% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar kijkt minimaal zes uur per televisie of film. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 29%. Gamen 57% van de 12- tot en met 17-jarigen gamet wel eens. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat minder, namelijk 44%. Jongens gamen gemiddeld veel meer dan meisjes. Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar gamet 41% 0 tot 6 uur per week en 13% meer dan zes uur per week. Bij de groep jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat respectievelijk 37% en 7%. Naar een vereniging gaan 37% van de 12- tot en met 17-jarigen gaat nooit naar een vereniging. 17% doet dit wekelijks 0 tot 2 uur, 19% 2 tot 4 uur en 20% 4 tot 6 uur. Een kleinere groep (8%) gaat meer dan 6 uur per week naar zijn vereniging. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar gaat 52% nooit naar een vereniging. Mannelijke respondenten van deze leeftijdsgroep besteden gemiddeld meer uren aan een vereniging dan vrouwelijke respondenten. Jongeren die naar school gaan, gaan gemiddeld iets vaker naar een vereniging dan jongeren die niet meer naar school gaan. Lezen 62% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar leest wel eens. 55% van deze groep leest gemiddeld 0 tot 4 uur per week. Van de 18- tot en met 22-jarigen leest 51% wekelijks wel eens. 46% van deze groep leest 0 tot 4 uur per week. Lezen is bij vrouwen iets populairder dan bij mannen. Internet De jongeren maken veel gebruik van internet, namelijk meer dan 93% van beide groepen. Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar internet 28% maximaal 2 uur per week, 25% 3 tot 4 uur per week en 17% 4 tot 6 uur per week. Een aanzienlijk deel (24%) maakt 6 uur of meer per week gebruik van internet. Bij de 18- tot en met 22-jarigen is de verdeling als volgt: 34% 0 tot 2 uur, 23% 2 tot 4 uur en 18% 4 tot 6 uur per week. 17% maakt meer dan 6 uur per week gebruik van internet. Winkelen Winkelen is een geliefde bezigheid onder de jongeren. 76% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 78% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar winkelen wel eens. 51% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 62% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar winkelt maximaal 2 uur per week. Ongeveer een kwart van de jongeren geeft aan nooit te winkelen. Gemiddeld winkelen meisjes meer dan jongens. Pagina 27

29 Niets doen / luieren 15% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 27% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar geeft aan nooit te luieren of niets te doen. Ongeveer 60% luiert 0 tot 4 uur per week. Museum / theater / bibliotheek bezoek Het museum, het theater en de bibliotheek worden weinig bezocht door jongeren. 72% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 85% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar zegt nooit naar één van deze gelegenheden te gaan. De jongeren die wel eens gebruikmaken van deze culturele voorzieningen doen dat gemiddeld minder dan 2 uur per week. Vrijwilligerswerk 85% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 80% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar doen nooit aan vrijwilligerswerk. Bij de groep 12- tot 17-jarigen valt op dat jongeren uit Ottersum iets meer aan vrijwilligerswerk doen dan de jongeren uit de andere kernen. Buiten spelen 40% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar speelt nooit buiten en 31% speelt minder dan twee uur per week buiten. Vooral de jongeren van 12 en 13 jaar spelen buiten. De oudere jongeren spelen nauwelijks buiten. Andere activiteiten waar jongeren mee bezig zijn, zijn onder andere: Fietsen / fietscrossen Motorcrossen Werken / bijbaantje Tekenen Werk zoeken Oppassen. Is er iets voor jongeren wat je mist in de gemeente? Ja Nee 44% 46% 54% 56% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 212) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 219) Grafiek 13. Activiteiten of voorzieningen die jongeren missen in de gemeente Gennep Van de jongeren in de leeftijd van 12 tot 17 jaar mist 44% iets in de gemeente Gennep. Bij de groep jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 54%. Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar missen onder andere de volgende voorzieningen of activiteiten: - Bioscoop - Uitgaansgelegenheden, zoals een disco of café - Een ontmoetingsplek voor jongeren (hangplek) - Sportfaciliteiten. Jongeren tussen 18 en 22 jaar missen onder andere: - Uitgaansgelegenheden, zoals een disco of café - Evenementen voor jongeren Pagina 28

30 - Sportfaciliteiten - Jongerencentrum - Woningen voor jongeren. De volledige lijst met suggesties van beide groepen jongeren is opgenomen in bijlage II. Heb je een bijbaan? Ja Nee, ik mag nog niet werken van mijn ouders of Nee, ik wil nog niet werken Nee, ik kan niet werken (vanwege bijvoorbeeld 17% 2% 30% 6% 6% 7% 47% 85% Grafiek 14. Het hebben van een bijbaan 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 217) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 205) Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar heeft 47% een bijbaan. Het gaat hierbij vooral om jongeren van 15, 16 en 17 jaar. De jongeren van 12 tot en met 14 jaar mogen of willen nog niet werken. In deze leeftijdsgroep hebben meisjes (50%) iets vaker een bijbaan dan jongens (42%). Jongeren tussen 18 en 22 jaar hebben vaker een bijbaan, namelijk 85%. Wat moet de gemeente Gennep doen om meer te weten te komen over jongeren? Avonden organiseren waar jongeren met gemeentemedewerkers kunnen praten Informatiebijeenkomsten organiseren Vragenlijsten via internet verspreiden Vragenlijsten via school uitdelen Sms-panel opzetten Social media inzetten Jeugdraad in het leven roepen 7% 8% 4% 7% 16% 27% 10% 2% 3% 23% 8% 7% 41% 40% Grafiek 15. Informatievergaring onder jongeren 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 215) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 214) Jongeren van 12 tot en met 17 jaar noemen het uitdelen van vragenlijsten op school (41%) en het inzetten van social media (23%) het meest als een middel om meer te weten te komen over jongeren. Jongeren tussen 18 en 22 jaar noemen social media (40%) en online onderzoek (23%) het meest. Pagina 29

31 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 In hoeverre ben je het eens of oneens met de volgende uitspraken over jouw woonbuurt: 2 De mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om 35% 48% 16% 1% 1% 34% 44% 16% 4% 1% Ik voel me thuis in mijn buurt 49% 35% 12% 3% 1% 39% 43% 12% 4% 2% Ik heb weinig contact met andere jongeren in de buurt 8% 18% 24% 24% 26% 11% 19% 27% 22% 22% Jongeren in mijn buurt zijn bereid om anderen te helpen 6% 42% 40% 10% 3% 9% 41% 39% 7% 4% Ik woon in een veilige buurt 40% 43% 14% 3% 1% 26% 52% 13% 7% 2% Ik woon in een schone buurt 24% 55% 16% 5% 23% 53% 16% 5% 3% Grafiek 16. Mening van jongeren over hun woonbuurt 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal mee eens Mee eens Neutraal Mee oneens Helemaal mee oneens De mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om 83% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 78% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar is van mening dat de mensen in hun buurt op een prettige manier met elkaar omgaan. De jongeren uit de kern Gennep zijn het duidelijk minder eens met deze stelling dan de jongeren uit de andere kernen. Ik voel me thuis in mijn buurt De meeste jongeren voelen zich thuis in hun buurt. Dit geldt voor 84% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 82% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar. De jongeren uit de kern Gennep voelen zich iets minder thuis in hun buurt dan jongeren uit de andere kernen. 2 Vanwege het geringe aantal respondenten is de kern Ven-Zelderheide hier buiten beschouwing gelaten. Pagina 30

32 Ik heb weinig contact met andere jongeren in de buurt Over het contact dat jongeren hebben met andere jongeren in hun buurt, bestaat een diversiteit aan meningen. Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 50% weinig contact met andere jongeren in hun buurt. 24% staat neutraal tegenover deze stelling en 26% is het oneens met de stelling. De laatste groep jongeren heeft dus blijkbaar wel contact met jongeren in hun buurt. Jongeren tussen 12 en 17 jaar uit Ottersum hebben minder contact met elkaar dan jongeren uit de andere kernen. Kinderen van 12 en 13 jaar hebben meer contact met jongeren uit hun buurt dan jongeren tussen 14 en 17 jaar. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar heeft 44% weinig contact met andere jongeren uit hun buurt. Daar staat tegenover dat 30% wel contact heeft met andere jongeren. Hier zijn het de jongeren uit de kern Gennep die minder contact met elkaar hebben in vergelijking met andere kernen. Jongeren in mijn buurt zijn bereid om anderen te helpen Over de stelling of jongeren uit de buurt bereid zijn om anderen te helpen bestaat twijfel. 48% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 50% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar denkt dat jongeren uit hun buurt wel bereid zijn om anderen te helpen. Van de jongeren tussen 12 en 17 weet 40% het niet zeker en 13% denkt dat jongeren niet bereid zijn om anderen te helpen. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat respectievelijk 39% en 11%. De jongeren van 12 tot en met 17 jaar uit de kernen Milsbeek en Heijen (> 52%) zijn het meest van mening dat jongeren in hun buurt bereid zijn om elkaar te helpen. Bij de 18- tot en met 22-jarigen zijn dat de jongeren uit de kernen Milsbeek en Ottersum (> 58%). Ik woon in een veilige buurt 83% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 78% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar is van mening dat zij in een veilige buurt wonen. 14% van de 12- tot en met 17-jarigen en 13% van de 18- tot en met 22-jarige heeft neutraal gereageerd op deze stelling. De jongeren uit de kern Gennep voelen zich relatief het minst veilig in hun buurt. Ik woon in een schone buurt 79% van de 12- tot en met 17-jarigen en 76% van de 18- tot en met 22-jarige zijn van mening dat ze in een schone buurt wonen. 16% van beide groepen heeft neutraal op de stelling gereageerd en 5% is het oneens met de stelling. De vrouwelijke respondenten zijn wat kritischer dan de mannelijke respondenten. De jongeren uit de kern Gennep zijn hierover wat minder te spreken dan de jongeren uit de andere kernen. Pagina 31

33 18-22 jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over Persoonlijke situatie jongeren Aan de jongeren hebben we vragen gesteld over hun persoonlijke situatie. De vragen gaan over (gezondheids)problemen waar ze mogelijk mee zitten, plaatsen waar zij eventueel informatie zoeken en hun relatie met hun ouders. Allereerst is aan de jongeren de vraag gesteld of zij bekend zijn met hulpverlenende organisaties en of zij er ook gebruik van maken. GGD 21% 46% 33% 5% 63% 1% 31% Schoolarts 9% 40% 1% 50% 0,4% 54% 1% 44% Huisarts 78% 17% 5% 80% 15% 5% Maatschappelijk werk 6% 34% 2% 57% 4% 50% 2% 44% Schoolmaatschappelijk werk 17% 31% 2% 50% 1% 41% 2% 57% Jongerenwerker 3% 25% 6% 66% 2% 42% 2% 54% Kinder- of jongerentelefoon 2% 46% 1% 52% 1% 57% 2% 40% Psycholoog / psychiater 4% 37% 1% 58% 7% 53% 4% 37% Pedagoog 3% 26% 1% 70% 1% 53% 2% 45% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Ja, en ik maak er ook gebruik van Nee, maar dat zou ik wel willen Ja, maar ik maak er geen gebruik van Nee, en dat hoeft voor mij ook niet Grafiek 17. Bekendheid en gebruik van hulpverlenende organisaties Pagina 32

34 Grafiek 17 laat zien dat de huisarts verreweg de meest bekende hulpverlener is onder de jongeren. Ook zijn de meeste jongeren wel eens naar de huisarts geweest. De GGD is eveneens bekend onder de beide groepen jongeren. Ongeveer twee derde van de jongeren is bekend met de GGD. Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar gaat 21% wel eens naar de GGD. Van de twaalf- en dertienjarigen is 33% wel eens naar de GGD geweest. Scholieren van het VMBO gaan wat vaker naar de GGD in vergelijking met scholieren van andere opleidingen, namelijk bijna 32 % tegenover ongeveer 10%. Met het schoolmaatschappelijk werk is bijna de helft van de jongeren tussen 12 en 17 jaar bekend. Van deze groep jongeren maakt 17% ook gebruik van het schoolmaatschappelijk werk. Het gaat hierbij vooral om veertienen vijftienjarigen. Jongeren boven die leeftijd maken nog nauwelijks gebruik van het schoolmaatschappelijk werk. De overige hulpverleners en de hulpverlenende instanties zijn bij 40 tot 60% van de jongeren bekend. Tegelijkertijd wordt er weinig gebruikgemaakt van die instanties. Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar maakt 9% gebruik van de schoolarts en 6% van het maatschappelijk werk. 7% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar gaat wel eens naar een psycholoog of psychiater. Heb je wel eens een vraag of probleem waar je je (een beetje) zorgen om maakt? Ja Nee 19% 24% 76% 81% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 216) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 223) Grafiek 18. Aanwezigheid problemen bij jongeren Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 19% wel eens een vraag of probleem waar zij zich zorgen om maakt. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat 24%. Een nadere analyse laat zien dat de vrouwelijke respondenten bij beide groepen wat vaker met een probleem of vraag zitten dan de mannelijke respondenten. Daarnaast hebben jongeren in de leeftijd van 20 en 21 jaar iets vaker een vraag of probleem, namelijk 34%. Pagina 33

35 Aan de jongeren die wel eens met een vraag of probleem zitten, hebben we gevraagd waar die vragen of problemen mee te maken hebben. In grafiek 19 zijn de resultaten weergegeven, waarbij aangetekend moet worden dat jongeren meerdere antwoorden konden geven. Huiselijk geweld Grafiek 19. Aard van de problemen Drugs Alcohol Gokken Geldproblemen / schulden Gepest worden Loverboys Roken Seks Depressiviteit Eenzaamheid Homo- of biseksualiteit/genderidentiteit Angsten School / studie Vader Moeder Partner Anders 0% 5% 6% 0% 8% 0% 11% 7% 14% 10% 6% 12% 15% 17% 12% 13% 7% 0% 8% 17% 12% 6% 12% 19% 17% 25% De vragen of problemen waar jongeren mee zitten, hebben meestal te maken met school of studie. Problemen of vragen waar jongeren van 12 tot en met 17 jaar daarnaast mee zitten hebben te maken met angsten, hun ouders en geldproblemen of schulden. De vragen of problemen waar jongeren van 18 tot en met 22 jaar het meest mee zitten, hebben te maken met angsten, depressiviteit, geldproblemen of schulden en seks. Om de problemen waarmee zij zitten aan te pakken, nemen jongeren ook zelf initiatieven, bijvoorbeeld door erover praten met vrienden, informatie op te zoeken of door hulp of advies te vragen aan professionals. 11% 21% 21% 15% 26% 48% 49% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 42) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 53) Pagina 34

36 Aan de jongeren is gevraagd waar zij wel eens naar informatie of advies hebben gezocht en wat de eventuele redenen waren om dat niet te doen. Ook hierbij konden de jongeren meerdere antwoorden geven. GGD Huisarts Jongerenwerker Leraar of docent Internet Kinder- en jongerentelefoon Het Centrum voor Jeugd en gezin School Ouder(s) Vrienden of kennissen Maatschappelijk werker Schoolmaatschappelijk werker Familie Anders 10% 8% 29% 23% 0% 10% 25% 17% 42% 0% 2% 5% 0% 14% 19% 48% 49% 33% 58% 2% 2% 0% 2% 19% 25% 10% 13% Grafiek 20. Waar zoeken jongeren informatie? 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 42) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 53) Jongeren tussen 12 en 17 jaar noemen hun ouders het meest als zij informatie of advies willen hebben over een vraag of probleem waar zij mee zitten. Jongeren van 18 tot en met 23 jaar noemen hun vrienden of kennissen het meest als informatie- of adviesbron. Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar raadplegen daarnaast vrienden of kennissen of de huisarts het meest. Jongeren van 18 tot en met 22 jaar noemen hun ouders, het internet, familie, de huisarts en de school/leraar als belangrijkste informatiebronnen. De jongerenwerker, het Centrum voor Jeugd en Gezin, de maatschappelijk werker, de schoolmaatschappelijk werker en de kinder- en jongerentelefoon worden nauwelijks of niet genoemd. Een kleine groep jongeren zit of zat wel met een vraag of probleem, maar heeft niet naar informatie gezocht. Dit heeft te maken met het gegeven dat ze nog niet naar informatie op zoek zijn geweest, die informatie niet hebben ontvangen of niet weten waar ze die informatie kunnen vinden. Enkele jongeren durven niemand te benaderen met hun vraag of probleem, vanwege schaamte of de gevolgen die het stellen van de vraag eventueel voor hen kan hebben. Ook kunnen sommige jongeren hun probleem of vraag moeilijk onder woorden brengen. Uit de toelichting blijkt dat jongeren het meest behoefte hebben aan gesprekken en ondersteuning van personen met wie zij een vertrouwensband hebben. Het gaat hier vooral om ouders, vrienden en familie. Sommigen noemen ook een professional, zoals een psycholoog. Pagina 35

37 In grafiek 21 staat weergegeven of en op welke wijze de jongeren hun probleem hebben opgelost. Ik heb het zelf opgelost Met behulp van mijn ouders Met behulp van familie Met behulp van vrienden Met behulp van een hulpverlener Anders Ik heb het probleem (nog) niet opgelost 10% 10% 11% 26% Grafiek 21. Wijze van oplossing van het probleem of vraagstuk 5% 8% 33% 30% 36% 40% Ongeveer één op de drie jongeren heeft het probleem zelf opgelost. Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar heeft een derde haar probleem nog niet opgelost. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat ongeveer een kwart. Bij de jongeren die hun probleem wel hebben opgelost, gaat het vaak om een combinatie van oplossingen. Bijvoorbeeld door hulp te vragen aan zowel ouders als aan familie of vrienden. De jongeren tussen 18 en 22 jaar gaan wat vaker naar een hulpverlener. Ongeveer 32% van de jongeren met een vraag of probleem heeft wel eens een hulpverlener geconsulteerd. 26% 32% 33% 45% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 42) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 53) Heb je wel eens problemen met je gezondheid: Nee, ik heb geen problemen met mijn gezondheid Ja 23% 29% 71% 77% Grafiek 22. Percentage jongeren met de gezondheidsproblemen 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 217) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 221) Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 23% wel eens een probleem met de gezondheid. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat percentage 29%. Een nadere analyse laat zien dat bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar de vrouwelijke respondenten (24%) meer te maken hebben met gezondheidsproblemen dan de mannelijke respondenten (25%). Pagina 36

38 Aan de jongeren die zeggen een gezondheidsprobleem te hebben is gevraagd wat de aard of de oorzaak van het gezondheidsprobleem is. Chronische ziekte Lichamelijke beperkingen Overgewicht Autisme ADHD, ADD, PDD-NOS Psychische problemen SOA Stress Anders 31% 14% 20% 4% 5% 6% 8% 14% 20% 10% 11% 2% 4% 22% 26% 16% 25% Grafiek 23. Oorzaken van de gezondheidsklachten Uit grafiek 23 blijkt dat onder beide groepen jongeren met gezondheidsproblemen een chronische ziekte of stress de belangrijkste oorzaken zijn van hun gezondheidsklachten. Ook het hebben van lichamelijke beperkingen en ADHD/ADD/PDD-NOS blijken belangrijke oorzaken te zijn van gezondheidsklachten. Verder valt op dat psychische problemen bij ongeveer 10% van de jongeren een rol spelen. Chronische ziekten komen bij twintigplussers iets vaker voor dan bij de andere leeftijdsgroepen. Stress komt bij de vrouwelijke respondenten ongeveer twee keer vaker voor dan bij de mannelijke respondenten. Bij de overige veroorzakers van gezondheidsklachten zijn geen specifieke categorieën jongeren te duiden. 26% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 50) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 65) Pagina 37

39 18-22 jr jr jr jr jr jr. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Aan alle jongeren zijn stellingen voorgelegd over maatschappelijke participatie. De resultaten staan in de volgende grafiek. Het lukt mij goed om mezelf binnen de gemeente Gennep te verplaatsen (N = 204) 81% 17% 2% (N = 219) 80% 16% 4% Ik kan goed contacten onderhouden met anderen (N = 214) 79% 20% 1% (N = 221) 82% 16% 2% Ik kan meedoen aan allerlei activiteiten in de gemeente (N = 177) 40% 38% 22% (N = 180) 46% 36% 18% Grafiek 24. Reacties op stellingen over maatschappelijke participatie 0% 20% 40% 60% 80% 100% Ja, helemaal Een beetje Nee Het lukt mij goed om mezelf binnen de gemeente Gennep te verplaatsen Ongeveer 80% van beide groepen jongeren kan zichzelf goed binnen de gemeente Gennep verplaatsen. Ongeveer 17% heeft er een beetje moeite mee en ongeveer 3% lukt het niet. Het gaat hierbij vooral om jongeren met gezondheidsproblemen en jongeren met problemen waar ze zich zorgen over maken. Ik kan goed contacten onderhouden met anderen 80% van de jongeren kan goed contacten onderhouden met anderen. Ongeveer 20% heeft daar in meer of mindere mate moeite mee. Het gaat hierbij vooral om jongeren die wel eens met vraag of probleem zitten. Hoewel de N laag is, gaat het vooral om jongeren met stressproblemen. De jongeren uit de kern Gennep hebben iets meer moeite met het onderhouden van contacten dan de jongeren uit andere kernen. Ik kan meedoen aan allerlei activiteiten in de gemeente Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar kan 38% een beetje en 22% niet meedoen aan activiteiten in de gemeente. Bij jongeren van 18 tot en met 22 jaar gaat het om respectievelijk 36% en 18%. Jongeren van wie de ouders gescheiden zijn kunnen iets minder goed meedoen aan activiteiten dan de jongeren van wie de ouders nog samen zijn. Hierbij moet opgemerkt worden dat de N te laag is om hier een definitieve uitspraak over te kunnen doen. Ook jongeren met gezondheidsproblemen hebben meer moeite met het meedoen aan activiteiten in de gemeente. De redenen waarom jongeren moeite hebben om mee te doen aan activiteiten of om contacten te leggen en te onderhouden met anderen zijn onder andere: - Geen tijd - Geen zin - Geen interesse of behoefte - Een gedragsstoornis - Te weinig activiteiten in de gemeente / de activiteiten spreken niet aan Pagina 38

40 - Verlegenheid / te weinig zelfvertrouwen - Onbekendheid met de activiteiten in de gemeente Gennep - (Nog) te weinig contact met anderen, vanwege een recente verhuizing naar Gennep. Sommige jongeren zorgen (mede) voor een ziek familielid. Aan de jongeren is gevraagd of dit zo is, en zo ja, wat de zorgtaken zijn en of zij die zorg als zwaar ervaren. Ja Nee 13% 11% 87% 89% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Grafiek 25. Jongeren als mantelzorger Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 209) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 221) Ongeveer één op de acht jongeren zorgt voor een ziek familielid. Het gaat daarbij in de meeste gevallen om hun ouders of hun opa of oma. Sommige jongeren zorgen ook voor hun broer of zus. De taken die de jongeren op zich nemen zijn huishoudelijke klussen, boodschappen doen of oppassen. Zij zorgen gemiddeld al één tot twee jaar voor hun familielid. De meeste jongeren tussen 12 en 17 jaar ervaren de mantelzorgtaken niet als zwaar. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar ervaart ongeveer één op de drie jongeren de mantelzorgtaken als redelijk zwaar tot zwaar. Pagina 39

41 18-22 jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr jr. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Aan de jongeren hebben we gevraagd hoe hun relatie is met hun ouders. Daartoe hebben we de jongeren een zestal stellingen voorgelegd en gevraagd om een rapportcijfer te geven. Kun je aangeven in hoeverre de onderstaande stellingen op jou van toepassing zijn? Ik kan meestal goed met mijn ouder(s) opschieten 90% 10% 1% 88% 12% Mijn ouder(s) hanteren veel te strenge regels 1% 20% 79% 3% 10% 87% Mijn ouder(s) hebben het beste met mij voor 97% 96% 3% 1% 4% 1% Ik kan over het algemeen alles met mijn ouder(s) bespreken 81% 17% 2% 76% 21% 3% Mijn ouder(s) geven mij veel vrijheid 70% 27% 3% 86% 12% 2% Ik voel mij gewaardeerd door mijn ouder(s) 89% 86% 11% 12% 1% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Ja, helemaal Ja, een beetje Nee Grafiek 26. Stellingen met betrekking tot de relatie met de ouders volgens jongeren van 12 t/m 17 jaar (N tussen 204 en 220) en jongeren van 18 t/m 22 jaar (N tussen 206 en 221) Ik kan meestal goed met mijn ouder(s) opschieten Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar geeft 90% aan meestal goed met haar ouders op te kunnen schieten. 10% is het een beetje eens met de stelling. 1% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar geeft aan niet goed met haar ouders op te kunnen schieten. De jongeren in deze leeftijdscategorie die relatief het meest met ja, een beetje hebben gereageerd op de stelling, zijn jongeren van wie de ouders gescheiden zijn, namelijk 20%. Verder zien we dat jongeren die wel eens problemen hebben en jongeren met gezondheidsproblemen vaker ja, een beetje of nee hebben aangekruist, namelijk respectievelijk 26% en 24%. De jongeren van 18 tot en met 22 jaar kunnen vrijwel net zo goed met hun ouders opschieten. 88% kan meestal goed opschieten met haar ouders. 12% is het een beetje eens met de stelling. Hier kan niet een specifieke groep jongeren aangewezen worden. Ook bij deze groep zien we dat de jongeren die wel eens met een vraag of probleem zitten en jongeren met Pagina 40

42 gezondheidsproblemen wat vaker minder goed met hun ouders kunnen opschieten, namelijk 19% respectievelijk 22%. Mijn ouder(s) hanteren veel te strenge regels Wat betreft de stelling Mijn ouder(s) hanteren veel te strenge regels geeft 79% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 87% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar aan het oneens te zijn. Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar is 20% het een beetje en 1% het helemaal eens met de stelling. 21% van deze groep jongeren vindt dus (een beetje) dat hun ouders te streng voor hen zijn. Jongeren van wie de ouders gescheiden zijn vinden iets vaker dat hun ouders (een beetje) te streng zijn. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is 87% van mening dat hun ouders niet te streng voor hen zijn. 3% van de oudere jongeren vindt dat hun ouders te streng zijn en 10% vindt dat hun ouders een beetje te streng voor hen zijn. Het gaat hierbij vooral om jongeren met gezondheidsproblemen. Mijn ouder(s) hebben het beste met mij voor 97% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar en 96% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is van mening dat hun ouders het beste met hen voorhebben. Ik kan over het algemeen alles met mijn ouder(s) bespreken Met de stelling Ik kan over het algemeen alles met mijn ouders bespreken is 81% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar het helemaal eens. 17% van deze jongeren kruiste het antwoord ja, een beetje en 2% kruiste Nee aan. Ook hier zien we dat vooral de jongeren van wie de ouders zijn gescheiden het minder eens zijn met de stelling. Van deze groep jongeren is 42% van mening dat zij over het algemeen niet alles met hun ouders kunnen bespreken. Bij de groep jongeren wier ouders nog samen zijn, is dat 17%. Dat is significant lager. Daarnaast geven jongeren in deze leeftijdscategorie die wel eens vragen of problemen hebben duidelijk vaker aan dat zij niet alles met hun ouders kunnen bespreken (43%) dan jongeren die niet met een vraag of probleem zitten (13%). Van de jongeren tussen 18 en 22 jaar is 76% het helemaal eens met de stelling, 21% een beetje en 3% niet. Ook hier zien we dat het vooral om jongeren gaat die wel eens met een vraag of probleem zitten waarover ze zich zorgen maken, namelijk 37%. Mijn ouder(s) geven mij veel vrijheid Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar is 70% het eens met de stelling Mijn ouders geven mij veel vrijheid. 27% is het een beetje eens en 3% van deze jongeren is het niet eens met de stelling. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar antwoordt 86% ja, helemaal, 12% ja, een beetje en 2% nee. Naarmate de leeftijd stijgt, geven jongeren vaker aan dat hun ouders hen veel vrijheid geven. Jongeren die wel eens een vraag of probleem hebben, geven eveneens vaker aan het niet helemaal eens te zijn met de stelling. Ik voel mij gewaardeerd door mijn ouder(s) 89% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar voelt zich gewaardeerd door haar ouders. 11% voelt zich iets minder gewaardeerd door de ouders. Jongeren in deze leeftijdscategorie van wie de ouders gescheiden zijn, voelen zich duidelijk minder gewaardeerd door hun ouders dan de jongeren van wie de ouders nog samen zijn, namelijk 92% tegenover 72%. De jongeren tussen 18 en 22 jaar voelen zich eveneens gewaardeerd door hun ouders. 86% heeft ja, helemaal aangekruist, 12% ja, een beetje en 1% nee. Jongeren met problemen of gezondheidsproblemen voelen zich eveneens minder gewaardeerd. Dit geldt vooral voor jongeren tussen 18 en 22 jaar. De vraag of jongeren zich gewaardeerd voelen door hun ouders hangt vooral samen met de vraag of zij goed kunnen opschieten met hun ouders. Pagina 41

43 Ik geef de relatie die ik met mijn moeder heb het volgende cijfer: Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 218) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 223) 3,7% 1,8% 4,5% 0,4% 94,5% 95,1% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 1 t/m 4 5 of 6 7 of hoger Grafiek 27. Het rapportcijfer dat jongeren geven voor de relatie die zij met hun moeder hebben Op basis van grafiek 27 kunnen we vaststellen dat de jongeren de relatie met hun moeder als goed tot zeer goed beoordelen. De jongeren van 12 tot en met 17 jaar geven een 8,8 als gemiddeld rapportcijfer en de jongeren van 18 tot en met 22 jaar geven een 8,5 als gemiddeld rapportcijfer. 94,5% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar geeft een 8 of hoger als rapportcijfer. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat ruim 95%. Het rapportcijfer 8 is door beide groepen jongeren het meest gegeven. Ik geef de relatie die ik met mijn vader heb het volgende cijfer: Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 213) 3,3% 6,1% 90,6% Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 222) 3,7% 9,3% 86,9% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 1 t/m 4 5 of 6 7 of hoger Grafiek 28. Het rapportcijfer dat jongeren geven voor de relatie die zij met hun vader hebben Over de relatie met hun vader zijn de jongeren eveneens positief. De jongeren van 12 tot en met 17 jaar geven een 8,4 als gemiddeld rapportcijfer en de jongeren van 18 tot en met 22 jaar geven een 8,0 als gemiddeld rapportcijfer. 90,6% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar geeft een 8 of hoger als rapportcijfer. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat bijna 87%. Het rapportcijfer 8 is ook hier door beide groepen jongeren het meest gegeven. De waardering van de jongeren voor hun vader ligt gemiddeld een half punt lager dan het gemiddelde cijfer voor hun moeder. Pagina 42

44 3.1.6 Centrum voor Jeugd en Gezin Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 De gemeente Gennep heeft een Centrum voor Jeugd en Gezin, afgekort CJG. Het CJG is een herkenbaar inlooppunt in de gemeente waar jongeren (tot en met 22 jaar), ouders en professionals terecht kunnen voor informatie en advies over opvoeding en opgroeien. Aan de jongeren hebben we vragen gesteld over de bekendheid met, het gebruik van en de tevredenheid over het CJG. Heb je wel eens gehoord of gelezen over het Centrum voor Jeugd en Gezin? Ja 9% 22% Nee 91% 78% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Grafiek 29. Bekendheid met het CJG Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 217) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 224) Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar heeft 9% wel eens gehoord of gelezen over het CJG. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 22%. De meeste jongeren die wel eens gehoord of gelezen hebben over het CJG, hebben er vooral via school en internet van gehoord. Daarnaast worden de televisie, De Maas- en Niersbode, de krant, folders of bekenden als bron genoemd. Aan de jongeren die wel eens gehoord of gelezen hebben over het CJG hebben we gevraagd of zij ook wel eens contact hebben gehad met het CJG. Ja 5% 4% Nee 95% 96% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 120% Grafiek 30. Contact met het CJG Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 20) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 50) Slechts enkele jongeren (drie in totaal) hebben wel eens contact gehad met het CJG. Gezien het geringe aantal bespreken we nu alleen in hoofdlijnen de resultaten wat betreft de tevredenheid over dat contact. De jongeren die met het CJG contact hebben gehad, zijn rechtstreeks naar het inloopcentrum gegaan of hebben via het internet contact gehad. De jongeren die contact hebben gehad met het CJG in Gennep zijn van mening dat het CJG telefonisch en fysiek goed bereikbaar is. De jongeren vinden de medewerkers vriendelijk en zij voelden zich met respect behandeld. Eén jongere vond dat de medewerker van het CJG zijn of haar vragen serieus nam en de andere jongere niet. De medewerkers waren volgens de jongeren goed te vertrouwen. Pagina 43

45 Aan de jongeren die wel bekend zijn met het CJG, maar er nog geen gebruik van hebben gemaakt, is gevraagd wat de reden hiervan is en of zij mogelijk in de toekomst alsnog van het CJG gebruik zullen gaan maken. Als je (nog) geen contact hebt gehad met het CJG, wat is daar dan de oorzaak van? Nog niet nodig gehad Ik weet niet waar het CJG voor dient Ik weet niet hoe ik het CJG kan bereiken Ik vind het gevoelsmatig moeilijk om mijn vraag te stellen aan iemand van het CJG 6% 6% 15% 88% 85% Grafiek 31. Oorzaken geen contact met het CJG 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 17) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 47) De meeste jongeren geven aan dat zij het CJG nog niet nodig hebben gehad. Daarnaast zien we dat 6% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 15% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar ook niet zo goed weet waar het CJG voor dient. Een nadere analyse laat zien dat van de jongeren die nog geen contact met het CJG hebben gehad, 35% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 41% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar wel eens een vraag of probleem hebben (gehad) waar ze zich zorgen over maken. Denk je dat je gebruik gaat maken van het Centrum voor Jeugd en Gezin? Ja, zeker Misschien Nee, zeker niet Weet ik nog niet / geen mening 0% 6% Grafiek 32. Potentieel gebruik van het CJG 19% 56% 38% 39% 43% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 18) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 42) Geen enkele jongere die aan dit onderzoek heeft deelgenomen is voornemens om zeker gebruik te gaan maken van het CJG. 6% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 19% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar zegt misschien gebruik te gaan maken van het CJG. 56% van de jongeren tussen 12 en 17 jaar en 38% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar zegt zeker geen gebruik te gaan maken van het CJG en respectievelijk 39% en 43% weet het nog niet. Pagina 44

46 Een nadere analyse laat het volgende zien: Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gebruik van het CJG Zich zorgen maken (N = 6) Jongeren 12 t/m 17 jaar Gezondheidsproblemen (N = 4) Zich zorgen maken (N = 19) Jongeren 18 t/m 22 jaar Gezondheidsproblemen (N = 17) Misschien 17% 0% 21% 35% Nee, zeker niet 50% 50% 47% 24% Weet ik nog niet / geen mening 33% 50% 32% 41% Tabel 4. Kruistabel mogelijk gebruik van het CJG met zich zorgen maken over een vraag of een probleem en de aanwezigheid van gezondheidsproblemen Tabel 4 laat zien dat jongeren met problemen of gezondheidsproblemen zich nog niet gemeld hebben bij het CJG, terwijl zij hier wel mee bekend zijn. Dit is een mogelijke aanduiding dat het CJG niet (primair) als een organisatie wordt gezien waar jongeren terechtkunnen met een persoonlijke vraag of probleem, hoewel het aantal respondenten in deze erg laag is. Ben je bekend met de website het CJG? Ja 10% 24% Nee 76% 90% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 20) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 50) Grafiek 33. Bekendheid website van het CJG onder jongeren Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar kent 10% (2 jongeren) de website van het CJG. Bij de groep jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat 24% (12 jongeren). Als beide groepen jongeren bij elkaar opgeteld worden, gaat het om veertien jongeren. Ook hier zullen we daarom de resultaten van de vervolgvragen over de website van het CJG globaal bespreken. De redenen waarom de jongeren wel eens de website bezocht hebben, zijn: - Informatie over het CJG. - Achtergrondinformatie voor schoolprojecten - Achtergrondinformatie over jongeren met problemen - Vacatures. Vrijwel alle jongeren hebben de informatie die ze zochten ook op de website van het CJG kunnen vinden. Twee jongeren konden de informatie niet vinden. De meeste jongeren zijn tevreden over de informatie die ze op website van het CJG hebben gevonden. Ongeveer de helft van de jongeren die bekend is met de website zou het fijn vinden als de site een chatfunctie zou bevatten waar zij anoniem en rechtstreeks met iemand kunnen praten. Pagina 45

47 Aan alle jongeren hebben we de vraag gesteld of zij het nuttig vinden dat er een CJG is in de gemeente Gennep en over welke onderwerpen het CJG informatie moet geven. Vind je het nuttig dat er een Centrum voor Jeugd en Gezin is in de gemeente Gennep? Ja Nee Weet ik niet / geen mening 3% 2% 36% 44% 53% 61% Grafiek 34. Nut CJG 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 216) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 223) Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar vindt 36% het nuttig dat er een CJG is in de gemeente Gennep. Bij de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is dat 44%. Slechts een heel klein percentage van de jongeren vindt het niet nuttig dat er een CJG is in de gemeente. 61% van jongeren tussen 12 en 17 jaar en 53% van de jongeren tussen 18 en 22 jaar weet het niet of heeft geen mening. Pagina 46

48 De jongeren willen graag dat het CJG over de volgende onderwerpen informatie geeft: Sport Muziek Roken, drugs en alcohol Gezondheid en voeding Stageplekken Omgaan met geld Diverse organisaties en instellingen, zoals Bureau Jeugdzorg of de GGD Opvoeden / opvoedproblemen Problemen, zoals echtscheiding, huiselijk geweld, pesten en loverboys Vrije tijd: activiteiten en uitgaanstips voor jongeren Criminaliteit Seksualiteit Onderwijs Anders 26% 38% 16% 19% 58% 45% 23% 32% 41% 26% 34% 24% 54% 28% 35% 40% 34% 17% 28% 1% 1% 57% 49% 54% 45% 63% 52% 51% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 220) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 230) Grafiek 35. Onderwerpen waar jongeren graag informatie over willen hebben van het CJG De meest genoemde onderwerpen waar de jongeren tussen 12 en 17 jaar graag informatie van het CJG over willen ontvangen gaan over: - Roken, drugs en alcohol - Problemen die te maken hebben met echtscheiding, huiselijk geweld, pesten en loverboys - Gezondheid en voeding - Omgaan met geld - Criminaliteit Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar komen daar de volgende onderwerpen nog bij: - Seksualiteit - Opvoeden en opvoedproblemen. Pagina 47

49 Op de vraag of de jongeren zelf actief binnen het CJG zouden willen zijn, is het volgende geantwoord: Ja Nee 5% 12% 88% 95% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 215) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 225) Grafiek 36. Betrokken willen zijn bij het CJG Van de jongeren tussen 12 en 17 jaar zou 5% wel betrokken willen zijn bij het CJG. Van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar wil een iets grotere groep actief zijn bij het CJG, namelijk 12% Jongerenwerkers In de gemeente Gennep is een aantal jongerenwerkers actief. Aan de jongeren is gevraagd of zij bekend zijn met de jongerenwerkers, of zij tevreden zijn over de ondersteuning die jongerenwerkers bieden en hoe jongerenwerkers jongeren beter kunnen ondersteunen. Ben je bekend met de jongerenwerkers die binnen de gemeente Gennep actief zijn? Ja 4% 6% Nee 94% 96% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 120% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 215) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 220) Grafiek 37. Bekendheid jongerenwerkers Van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar is 4% bekend met de jongerenwerkers die actief zijn in de gemeente Gennep. Bij de jongeren tussen 18 en 22 jaar is dat 6%. Een ruime meerderheid 96% respectievelijk 94% van beide groepen jongeren kent de jongerenwerkers niet. In hoeverre ben je tevreden of ontevreden over de ondersteuning die jongerenwerkers bieden aan jongeren? Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 7) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 10) 43% 43% 80% 14% 20% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer tevreden Tevreden Ontevreden Zeer ontevreden Grafiek 38. Tevredenheid over de ondersteuning van jongerenwerkers aan jongeren Pagina 48

50 Hoewel het slechts om een hele kleine groep jongeren gaat die een mening heeft over het ondersteuningsaanbod van de jongerenwerkers, kan toch geconstateerd worden dat er hierover tevredenheid bestaat. 86% van de jongeren van 12 tot en met 17 jaar en 80% van de jongeren van 18 tot en met 22 jaar is hierover tevreden. Vanwege het geringe aantal jongeren mogen hier verder geen conclusies aan verbonden worden. Op de vraag hoe jongerenwerkers jongeren beter kunnen helpen, geven de jongeren de volgende adviezen: - Informeer hoe jongeren om moeten gaan met pesten - Geef meer voorlichting en verspreid informatie - Plaats advertenties - Toon meer betrokkenheid - Vergroot de bekendheid onder jongeren - Maak duidelijk wat de toegevoegde waarde is van de jongerenwerkers - Oefen meer invloed uit in de gemeente - Maak eens wat vaker een praatje met jongeren Wmo-raad De Wmo-raad adviseert en informeert de gemeenteraad en het college op het gebied van onder andere de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De Wmo gaat ook over jongeren, zoals het helpen van jongeren met problemen. Daarom hebben we aan de jongeren naar de bekendheid van de Wmo-raad gevraagd en of zij interesse hebben om hier lid van te worden. Ben je bekend met de Wmo-raad? Ja 3% 8% Nee 92% 97% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 217) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 226) Grafiek 39. Bekendheid Wmo-raad onder jongeren Onder de jongeren van 12 tot en met 17 jaar is de Wmo-raad nauwelijks bekend. Slechts 3% kent de Wmo-raad. De Wmo-raad is iets bekender onder de groep jongeren van 18 tot en met 22 jaar. 8% van de jongeren kent de raad. Pagina 49

51 De Wmo-raad wil graag jongeren als lid verwelkomen. Zou je lid willen zijn van de Wmo-raad? Ja Nee 3% 3% 97% 97% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 120% Jongeren 12 t/m 17 jaar (N = 218) Jongeren 18 t/m 22 jaar (N = 227) Grafiek 40. Lid willen worden van de Wmo-raad 3% van de jongeren zou wel lid willen worden van de Wmo-raad. Het gaat hierbij in totaal om veertien jongeren. Pagina 50

52 3.2 Ouders Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 In deze paragraaf bespreken we de resultaten onder ouders van kinderen en jongeren van 0 tot en met 22 jaar Achtergrondgegevens ouders In deze paragraaf komen de achtergrondgegevens van de ouders aan bod die aan dit onderzoek hebben meegedaan, zoals burgerlijke staat, aantal kinderen, leeftijd, opleiding en inkomen. Bent u moeder, vader, stiefmoeder, stiefvader, pleegouder of verzorger? Grafiek 41. Relatie ouder / kind (N = 210) Bij 79% van de ouders die aan dit onderzoek hebben deelgenomen gaat het om de moeder en bij 20% om de vader. In enkele gevallen gaat het om de stiefvader. Gezien de geringe aantallen met betrekking tot stiefvaders, laten we deze groep buiten beschouwing bij de verdere uitwerking van de onderzoeksgegevens. Wat is uw burgerlijke staat? Grafiek 42. Burgerlijke staat (N = 208) 78% van de ouders is getrouwd. Ruim 8% woont samen. Bijna 4% is alleenstaand en ruim 9% gescheiden. 1% heeft anders aangekruist. Het gaat hier om ouders van wie de partner is overleden. Voedt u uw (pleeg)kinderen alleen of samen met iemand anders op of hebt u uw (pleeg)kinderen samen of alleen opgevoed? Grafiek 43. Opvoeding van de kinderen (N = 209) Van de ouders die aan dit onderzoek hebben deelgenomen, voedt 92% haar kind samen met iemand anders op. Het gaat in de meeste gevallen om de partner (76%). 6% voedt haar kind samen met de ex-partner op, 8% met de huidige partner (niet de biologische ouder) en 1% met een professionele begeleider. 8% voedt haar kind alleen op. Pagina 51

53 Voor hoeveel kinderen zorgt u? Grafiek 44. Aantal kinderen voor wie de ouder zorgdraagt (N = 206) De meeste ouders (56%) zorgen voor twee kinderen. 18% van de ouders zorgt voor één kind en 22% voor drie kinderen. 3% heeft vier of meer kinderen. Wat is uw leeftijd? Grafiek 45. Leeftijd respondenten (N = 211) De meeste ouders die aan dit onderzoek hebben meegedaan (91%) zijn tussen 41 en 55 jaar. Ruim 7% is 40 jaar of jonger en ruim 7% is ouder dan 55 jaar. Wat is de leeftijd van de medeopvoeder? Alleen invullen indien van toepassing. Grafiek 46. Leeftijd medeopvoeders (N = 192) De leeftijd van de meeste medeopvoeders (84%) ligt eveneens tussen 41 en 55 jaar. 11,5% van de medeopvoeders is 56 jaar of ouder en bijna 5% is 40 jaar of jonger. Pagina 52

54 Wat is de leeftijd van uw kind(eren)? Kind 1 is het oudste kind, kind 2 het op een na oudste kind etc. Ouder dan 22 jaar 3% 11% jaar 2% 7% 16% jaar 18% 24% 24% jaar 8% 13% 17% jaar jaar 6-10 jaar 29% 11% 57% 21% 8% 13% 22% 19% 20% 31% 20% 24% 40% 3-5 jaar 0-2 jaar 7% 1% 3% 14% 20% Grafiek 47. Leeftijdsverdeling kinderen 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Kind 1 (N = 208) Kind 2 (N = 176) Kind 3 (N = 62) Kind 4 (N = 7) Kind 5 (N = 5) De gemiddelde leeftijd van het oudste kind ligt tussen 16 en 17 jaar. Bij het tweede ligt de gemiddelde leeftijd tussen 13 en 15 jaar en bij het derde kind tussen 11 en 12 jaar. Wat is de hoogst afgeronde opleiding die u en uw medeopvoeder hebben genoten? Lager onderwijs MAVO, LBO of VMBO HAVO VWO MBO HBO Universiteit Anders 1% 2% 4% 1% 1% 3% 8% Grafiek 48. Opleidingsniveau ouders 5% 5% 23% De meeste ouders en hun medeopvoeders hebben een middelbare of hogere (beroeps)opleiding gevolgd. Daarnaast heeft een kwart van de ouders en 32% van de medeopvoeders MAVO, LBO of VMBO afgerond. 30% 31% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 23% Respondent zelf (N = 209) Medeopvoeder (N = 189) 32% 32% Pagina 53

55 Bent u en/of uw medeopvoeder werkzaam? Ja, een voltijds betaalde baan Ja, een voltijds onbetaalde baan Ja, een betaalde deeltijdbaan Ja, een onbetaalde deeltijdbaan Werkzaam in het huishouden Nee, werkzoekend Nee, studeert nog Anders Grafiek 49. Arbeidspositie ouders Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over % 1% 7% 2% 2% 3% 1% 5% 6% 27% 22% Van de respondenten heeft 27% een voltijdsbaan en 57% een deeltijdbaan. 7% werkt in het huishouden. Van de medeopvoeders heeft 66% een voltijdsbaan, 22% een deeltijdsbaan en werkt 2% in het huishouden. Degenen die anders hebben aangekruist, zijn vaak zelfstandigen of arbeidsongeschikt. 57% 66% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Respondent zelf (N = 206) Medeopvoeder (N = 190) In welke kern woont u? Grafiek 50. Verdeling respondenten per woonkern (N = 203) In de kern Gennep wonen in verhouding tot de andere dorpskernen de meeste respondenten, namelijk 45%. Uit Ottersum komt 19% van de respondenten. 17% woont in Milsbeek. In Heijen en Ven-Zelderheide wonen respectievelijk 12% en 7% van de respondenten. Pagina 54

56 Wat is uw netto gezinsinkomen per maand? Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Grafiek 51. Inkomensverdeling van de respondenten (N = 205) Van de respondenten die iets over hun netto gezinsinkomen willen zeggen, verdient 42% 2.300,- of meer per maand. Het gaat hierbij vooral respondenten die gehuwd zijn of samenwonen. 10% verdient tussen de 1.800,- en 2.300,- en 11% verdient minder dan 1.300,- netto per maand. Bij de respondenten die minder dan 1.300,- per maand verdienen gaat het vooral om respondenten die alleenstaand of gescheiden zijn Opvoeding en gezondheid In deze paragraaf wordt ingegaan op de kwestie of ouders wel eens vragen hebben met betrekking tot de opvoeding van hun kinderen, wat de aard is van die vraag en hoe zij dit oplossen. Hoe vaak hebt u de afgelopen twaalf maanden vragen gehad over het opvoeden van uw (pleeg)kinderen? Grafiek 52. Frequentie aanwezigheid opvoedingsvragen (N = 206) Een ruime meerderheid (64%) van de ouders heeft de afgelopen twaalf maanden nooit of weinig vragen gehad over het opvoeden van hun kinderen. 30% heeft soms wel eens een vraag over het opvoeden gehad en 6% vaak. Kijkend naar de groep die wel eens met vragen over de opvoeding zit, zien we dat moeders (38%) vaker met een vraag zitten dan vaders (26%). Gescheiden ouders (58%) hebben duidelijk vaker vragen (gehad) over het opvoeden van hun kinderen. Ouders met een middelbare beroepsopleiding hebben eveneens vaker dan gemiddeld een vraag over de opvoeding (39%). De vragen waar ouders mee te maken hebben, gaan onder andere over: - Puberteit - School en studie - Gedragsstoornissen en hoe daarmee om te gaan - Problemen thuis - Opvoeding, zoals het aangeven van grenzen en hoe om te gaan met bepaalde problemen - Zakgeld. De volledige lijst is opgenomen in bijlage IV. Pagina 55

57 Gaat u en/of uw medeopvoeder zelf wel eens op zoek naar informatie of advies over het opvoeden van uw kind(eren)? Grafiek 53. Informatiebehoefte onder ouders met betrekking tot opvoeding (N = 207) 43% van de ouders gaat zelf wel eens op zoek naar informatie of advies over het opvoeden van haar kind(eren). 57% van de ouders zegt dat niet te doen. Moeders gaan verhoudingsgewijs veel vaker op zoek naar informatie (47%) dan vaders (29%). Daarnaast zien we dat ouders vaker op zoek gaan naar informatie naarmate zij meer kinderen hebben. Ook jongere ouders (tot 45 jaar) gaan vaker op zoek naar informatie of advies. De informatiebehoefte neemt af naarmate de leeftijd van de ouders stijgt. Tot slot gaan ouders met een deeltijdbaan duidelijk vaker op zoek naar informatie (48%) dan ouders met een voltijdbaan (35%). In grafiek 54 staat weergegeven waar of bij wie ouders op zoek gaan naar informatie of advies. De respondenten konden hierbij meerdere antwoorden geven. GGD Huisarts Internet Maatschappelijk werker Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) School Vrienden of kennissen Bibliotheek Collega s Familie Tijdschriften, kranten etc. Anders 17% 31% 10% 9% 28% 8% 30% 39% 24% 12% 53% 63% Grafiek 54. Bronnen voor informatie en advies (N = 90) 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Het internet, vrienden of kennissen, familie en de huisarts zijn de belangrijkste informatiebronnen voor ouders die wel eens op zoek gaan naar informatie of advies over opvoeden. Verder worden collega s, de school en tijdschriften, kranten et cetera als informatiebronnen genoemd. Het CJG wordt door 9% van de ouders genoemd. Pagina 56

58 De ouders die wel eens op zoek zijn gegaan naar informatie of advies over het opvoeden, hebben naar informatie over de volgende onderwerpen gezocht: Voeding Sociale vaardigheden Lichamelijke beweging Pesten Veilig tv-kijken Veilig internetten Leerproblemen Gedragsproblemen Seksualiteit Criminaliteit Psychische problemen Drugs, roken, alcohol Anders 3% 10% 11% 7% Grafiek 55. Informatieonderwerpen waar naar gezocht wordt (N = 90) 9% 9% 16% 24% 23% Ouders zoeken vooral naar informatie over sociale vaardigheden, veilig internetten, gedragsproblemen en psychische problemen. Ouders die informatie over sociale vaardigheden hebben gezocht, zijn vooral gescheiden ouders, ouders tussen 41 en 50 jaar oud en ouders met kinderen tussen 11 en 17 jaar. Wat betreft het veilig internetten gaat het vooral om ouders jonger dan 45 jaar, ouders van kinderen tussen 11 en 15 jaar en ouders met een HBO- of universitaire achtergrond. Bij gedragsproblemen gaan ouders tussen 41 en 45 jaar en ouders met kinderen tussen 11 en 17 jaar in verhouding wat vaker op zoek naar informatie. Als het gaat over psychische problemen, zoeken moeders iets vaker naar informatie dan vaders. Datzelfde geldt voor alleenstaande ouders. Ouders met een voltijdsbaan zoeken duidelijk minder vaak naar informatie over opvoeding dan ouders die geen baan of een deeltijdsbaan hebben. 31% 30% 29% 29% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% Als het om opvoeden en opgroeien van hun kind(eren) gaat, vinden ouders het volgende belangrijk: - Geluk, een goede gezondheid en welzijn van de kinderen - Sociale vaardigheden van de kinderen - Normen en waarden / eerlijk zijn / respect - Opgroeien in een veilige omgeving - Zelfstandigheid. De volledige lijst is opgenomen in bijlage V. Heeft uw (pleeg)kind problemen met zijn of haar gezondheid? Grafiek 56. Aanwezigheid gezondheidsproblemen (N = 197) Van de ouders zegt 25% dat haar kind problemen met de gezondheid heeft. Ouders die hun kind alleen opvoeden geven vaker aan dat kun kind een gezondheidsprobleem heeft (44%) dan ouders die hun kind samen met iemand Pagina 57

59 anders opvoeden (24%). Ouders met een inkomen van minder dan 2.300,- netto per maand geven eveneens vaker aan dat hun kind gezondheidsproblemen heeft (40%) dan ouders die meer verdienen (22%). In grafiek 57 staat vermeld waardoor die gezondheidsproblemen veroorzaakt worden. Chronische ziekte 2% 20% 18% Lichamelijke beperkingen Verstandelijke beperking Overgewicht 8% 2% 2% 10% 4% 2% 2% 4% 2% 14% Psychische problemen Autisme ADHD, ADD, PDD-NOS Stress 12% 2% 4% 2% 2% 10% 8% 4% 2% 2% 14% 8% 2% 2% 6% 2% 36% Depressiviteit of verdriet Algehele ontwikkeling 2% 4% 2% 4% 4% 2% 2% 14% 18% Seksueel overdraagbare aandoening (SOA) Anders 4% 8% Grafiek 57. Oorzaken gezondheidsproblemen (N = 50) 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% Kind 1 Kind 2 Kind 3 Kind 4 Kind 5 ADHD, ADD, PDD-NOS, chronische ziekten en depressiviteit zijn volgens de ouders de belangrijkste veroorzakers van de gezondheidsproblemen. Pagina 58

60 Aan de ouders zijn een drietal stellingen voorgelegd over de maatschappelijke participatie van hun kinderen. Het lukt mijn (pleeg)kind(eren) goed om zichzelf binnen de gemeente Gennep te verplaatsen (N = 207) 87% 12% 1% Mijn (pleeg)kind(eren) kunnen goed contacten onderhouden met anderen (N = 208) 85% 13% 3% Mijn (pleeg)kind(eren) kunnen meedoen aan allerlei activiteiten in de gemeente (N = 196) 69% 24% 8% Grafiek 58. Stellingen over maatschappelijke participatie 0% 20% 40% 60% 80% 100% Ja, helemaal Een beetje Nee Het lukt mijn (pleeg)kind(eren) goed om zichzelf binnen de gemeente Gennep te verplaatsen Een ruime meerderheid van de ouders (87%) geeft aan dat haar kinderen zich goed kunnen verplaatsen binnen de gemeente. Volgen 12% lukt dat een beetje en volgens 1% lukt het haar kinderen niet om zich binnen de gemeente te verplaatsen. Van de ouders die zeggen dat (één van) hun kinderen gezondheidsproblemen hebben, zegt 24% dat hun kinderen moeite hebben om zich binnen de gemeente Gennep te verplaatsen. Mijn (pleeg)kind(eren) kunnen goed contacten onderhouden met anderen Als het gaat om het kunnen onderhouden van contacten zegt 85% van de ouders dat dit hun kinderen goed lukt. Volgens 13% lukt dit een beetje en volgens 3% helemaal niet. Ouders met een inkomen lager dan 1.300,- zeggen iets vaker dat hun kinderen minder goed contacten kunnen onderhouden met anderen (24%) dan ouders die meer dan 2.300,- verdienen (15%). Van de ouders die zeggen dat hun kinderen gezondheidsproblemen hebben, zegt 36% dat hun kinderen moeite hebben om contacten met anderen te onderhouden. Mijn (pleeg)kind(eren) kunnen meedoen aan allerlei activiteiten in de gemeente Volgens 69% van de ouders kunnen hun kinderen meedoen aan activiteiten in de gemeente. 24% zegt dat dit een beetje lukt en 8% helemaal niet. Ouders met een inkomen lager dan 2.300,- zeggen iets vaker dat hun kinderen minder goed mee kunnen doen aan activiteiten (44%) dan ouders die meer dan 2.300,- verdienen (26%). Van de ouders die zeggen dat hun kinderen gezondheidsproblemen hebben, zegt 52% dat hun kinderen moeite hebben om mee te doen aan activiteiten in de gemeente. Bij ouders die zeggen dat hun kinderen geen gezondheidsproblemen hebben is dat 24%. Ook gescheiden en alleenstaande ouders geven vaker aan dat hun kinderen meer moeite hebben om deel te nemen aan activiteiten in de gemeente. Uit de toelichting komt eveneens naar voren dat dat de beperkingen van de kinderen redenen zijn waardoor zij moeilijk mee kunnen doen aan activiteiten. Andere redenen zijn dat er in de ogen van sommige ouders te weinig activiteiten voor jongeren zijn of dat ze geen zin hebben. Pagina 59

61 Kunt u aangeven of en in welke mate u zich zorgen over uw (pleeg)kinderen met betrekking tot de volgende onderwerpen: Slapen Voeding Roken Drugs Alcohol Agressief gedrag / boos zijn Faalangst of onzekerheid Gehoorzaamheid Omgaan met anderen Vrijetijdsbesteding Prestaties op school Schoolverzuim Ontoelaatbaar gedrag, zoals criminaliteit Gepest worden Kunnen praten over problemen Spraak- en taalontwikkeling Om kunnen gaan met de echtscheiding Druk gedrag Moeite met concentratie Financiële omstandigheden 85% 77% 78% 75% 68% 78% 48% 80% 82% 72% 61% 92% 93% 77% 73% 90% 81% 84% 66% 77% 14% 1% 22% 2% 20% 2% 23% 2% 29% 3% 18% 4% 48% 5% 19% 2% 13% 5% 25% 3% 33% 7% 6% 2% 5% 2% 19% 4% 23% 4% 9% 2% 13% 11% 25% 17% 6% 6% 9% 6% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Geen zorgen Een beetje zorgen Veel zorgen Grafiek 59. Onderwerpen waar ouders zich mogelijk zorgen over maken De onderwerpen die het meest in het oog springen als het gaat om de vraag waar ouders zich (een beetje) zorgen over maken wat betreft hun kinderen zijn faalangst en onzekerheid, prestaties op school en moeite met concentratie. In het navolgende proberen we deze onderwerpen nader te analyseren. Faalangst en onzekerheid Van de ouders die zich (soms) zorgen maken over faalangst en onzekerheid bij hun kinderen (53%), zegt 80% ook dat hun kinderen gezondheidsproblemen hebben. Ook hebben zij veel vaker vragen over het opvoeden van hun kinderen. Daarnaast gaat het wat vaker om ouders die gescheiden zijn. Pagina 60

62 Prestaties op school 40% van de ouders maakt zich (soms) zorgen over de prestaties op school. Hierbij gaat het vooral om ouders van wie de kinderen gezondheidsproblemen hebben. Ook hier zien we dat deze ouders vaker met vragen over opvoeding zitten. Moeite met concentratie 34% van de ouders maakt zich (soms) zorgen over het gegeven dat hun kind moeite heeft met concentratie. Het gaat hier voornamelijk om ouders die gescheiden of alleenstaand zijn en die hun kind alleen opvoeden. Ouders met kinderen met gezondheidsproblemen maken zich eveneens (soms) iets meer zorgen over de mate waarin hun kinderen zich kunnen concentreren. Ook hebben zij veel vaker vragen over het opvoeden van hun kinderen. Kunt u op een schaal van 1 tot 10 aangeven hoe u het opvoeden van uw (pleeg)kinderen ervaart? Ervaringen met opvoeden 44% 28% 29% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 1 t/m 4 (Heel licht) 5 of 6 7 of hoger (zwaar tot heel zwaar) Grafiek 60. Ervaringen ouders met het opvoeden van hun kinderen (N = 207) Van de ouders ervaart 44% het opvoeden van haar kinderen als licht tot heel licht en dus niet als belastend. 28% van de ouders ervaart het opvoeden als een beetje zwaar en 29% als zwaar tot heel zwaar. Een nadere analyse laat het volgende zien: - Ouders die hun kind(eren) alleen opvoeden, ervaren dat als zwaarder dan ouders die dat samen met iemand anders doen - Het opvoeden van kinderen wordt als zwaarder ervaren naarmate ouders meer kinderen hebben - Het opvoeden van kinderen wordt als zwaarder ervaren naarmate de leeftijd van de ouders stijgt - Ouders met een lager inkomen ervaren het opvoeden van hun kinderen als iets zwaarder dan ouders met een hoger inkomen - Ouders die kinderen met gezondheidsproblemen hebben, ervaren het opvoeden van kinderen als zwaarder dan ouders met kinderen zonder gezondheidsproblemen. De redenen waarom sommige ouders het opvoeden van hun kinderen soms wel eens als zwaar beschouwen, zijn onder andere: - Puberteit - Gedragsstoornissen - Combinatie van werk en opvoeden - Opvoedkundige kwesties, zoals regels stellen en consequent zijn - Lichamelijke beperkingen - Het aanbrengen van structuur - Omgevingsinvloeden. De meeste ouders geven echter aan dat zij (meestal) geen problemen hebben met het opvoeden. In bijlage VI is de volledige lijst opgenomen. Pagina 61

63 Hebt u wel eens problemen (gehad) met betrekking tot het opvoeden van uw (pleeg)kinderen? Grafiek 61. Problemen met de opvoeding van kinderen (N = 209) 64% van de ouders heeft nog nooit problemen gehad met betrekking tot het opvoeden van haar kinderen. 33% heeft soms wel eens problemen en 3% zegt vaak problemen te hebben (gehad) met het opvoeden. Van de ouders wier kinderen wel eens gezondheidsproblemen hebben, zegt 74% wel eens problemen te hebben gehad met betrekking tot het opvoeden. Bij de ouders van wie de kinderen geen gezondheidsproblemen hebben, is dat 23%. Ook gescheiden ouders (58%) en ouders die alleen hun kind (62%) opvoeden hebben vaker problemen met het opvoeden van hun kind(eren). De problemen met betrekking tot het opvoeden hebben te maken met: - ADHD - Autisme - Beperkingen - Gedrag - Privéproblemen - Psychische problemen - Puberteit - School / studie. De volledige lijst is opgenomen in bijlage VII. Hoe hebt u die problemen opgelost? Ik heb het zelf opgelost 39% Ik heb het aan mijn kinderen zelf overgelaten Ik heb ondersteuning (gekregen) van familie Ik heb ondersteuning (gekregen) van vrienden of bekenden Ik heb professionele ondersteuning ontvangen Ik heb de problemen (nog) niet opgelost Anders 4% 16% 9% 4% 5% 54% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 62. De wijze waarop de problemen met betrekking tot het opvoeden zijn opgelost (N = 76) De ouders die problemen hebben (gehad) met het opvoeden van hun kind(eren), hebben dat in 54% van de situaties met behulp van een professional opgelost. 39% van de ouders heeft het probleem zelf opgelost en 16% heeft ondersteuning gekregen van familie. Pagina 62

64 Op de vraag wat de ouders zelf hebben gedaan om het probleem op te lossen, komt in hoofdlijnen het volgende naar voren: - Hulp gezocht bij een professionele hulpverlener, zoals MEE, jeugdzorg, een psycholoog, de huisarts of de GGZ - Zelf praten met de kinderen - Informatie via internet gezocht - Samen met kind(eren) naar een oplossing zoeken, zoals een plan opstellen en afspraken maken. Bent u bekend met de volgende organisaties of personen? GGD (N = 195) Schoolarts (N = 194) Huisarts (N = 203) Maatschappelijk werk (N = 178) Schoolmaatschappelijk werk (N = 182) Centrum voor Jeugd en Gezin (N = 179) Jongerenwerker (N = 179) Psycholoog / psychiater (N = 189) Pedagoog (N = 177) 51% 42% 36% 29% 54% 44% 80% 81% 99% 49% 58% 64% 71% 46% 56% 20% 19% 1% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Ja Nee Grafiek 63. Bekendheid hulpverlenende organisaties of personen Van de hulpverlenende of ondersteunende organisaties en personen is de huisarts het meest bekend. Ook de schoolarts en de GGD zijn naar verhouding goed bekend, namelijk bij ongeveer 80%. De jongerenwerker (met 29%) en het Centrum voor Jeugd en Gezin (met 36%) zijn in verhouding het minst bekend. In tabel 5 staat de bekendheid van de hulpverlenende en ondersteunende organisaties onder de groep ouders die wel eens problemen (gehad) hebben met betrekking tot het opvoeden van hun kind(eren). N Ja Nee GGD 68 81% 19% Schoolarts 68 84% 16% Huisarts 73 99% 1% Maatschappelijk werk 60 57% 43% Schoolmaatschappelijk werk 62 55% 45% Centrum voor Jeugd en Gezin 60 45% 55% Jongerenwerker 60 33% 67% Psycholoog / psychiater 68 75% 25% Pedagoog 61 56% 44% Tabel 5. Bekendheid organisaties onder ouders die problemen hebben (gehad) over het opvoeden Pagina 63

65 De hulpverlenende of ondersteunende organisaties en personen zijn onder ouders die wel eens problemen hebben (gehad) met betrekking tot het opvoeden iets bekender in vergelijking met de totale groep ouders. Dat geldt vooral voor de psycholoog / psychiater, het schoolmaatschappelijk werk en de pedagoog. Ook het CJG geniet iets meer bekendheid onder deze groep. Hebt er u wel eens een professionele hulp ingeschakeld voor ondersteuning bij de opvoeding van uw (pleeg)kinderen? Grafiek 64. Inschakelen van professionals voor ondersteuning bij de opvoeding (N = 210) 35% van de ouders heeft wel eens een professionele organisatie ingeschakeld. 6% heeft dat nog niet gedaan, maar overweegt dat wel. 59% heeft nog nooit een professionele organisatie ingeschakeld en overweegt dat ook niet. Aan de respondenten die wel eens professionele hulp hebben ingeschakeld, is tevens gevraagd bij welke professional zij hulp hebben gezocht. Deze resultaten zijn weergegeven in grafiek 65. GGD Schoolarts Huisarts Maatschappelijk werk Schoolmaatschappelijk werk Centrum voor Jeugd en Gezin Jongerenwerker Psycholoog / psychiater Pedagoog Anders 3% 4% 3% 12% 18% 12% 20% 32% 38% 55% Grafiek 65. Geconsulteerde professionals door ouders (N = 74) 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% De psycholoog / psychiater, de huisarts en de GGD zijn de meest genoemde professionele organisaties die door de ouders geraadpleegd zijn. Het CJG, de jongerenwerker en de schoolarts zijn het minst genoemd, namelijk door ongeveer 3%. Pagina 64

66 3.2.3 Voorzieningen In de gemeente Gennep zijn diverse voorzieningen waar ouders en jongeren gebruik van kunnen maken. Aan de ouders hebben we de vraag gesteld of zij van mening zijn dat er voldoende voorzieningen in de gemeente Gennep aanwezig zijn en wat hun mening over die voorzieningen is, voor zover zij daar gebruik van maken. Vindt u dat er in de gemeente Gennep voldoende te doen is voor jongeren? Grafiek 66. Voldoende voorzieningen voor jongeren in de gemeente Gennep (N = 198) Volgens 55% van de ouders is er in de gemeente Gennep onvoldoende te doen voor jongeren. Dit percentage komt overeen met het percentage jongeren dat van mening is dat er onvoldoende te doen is in de gemeente. 45% van de ouders is van mening dat er wel voldoende te doen is voor jongeren in de gemeente. Per dorpskern zijn er verschillen, zoals blijkt uit tabel 6. Dorpskern Ja Nee N Gennep 31% 69% 87 Heijen 59% 41% 22 Milsbeek 73% 27% 33 Ottersum 47% 53% 34 Ven-Zelderheide 47% 53% 15 Tabel 6. Kruistabel Vindt u dat er in de gemeente Gennep voldoende te doen is voor jongeren * dorpskern Pagina 65

67 Maakt uw kind (wel eens) gebruik van de volgende organisaties of personen? Kinder- en jongerentelefoon (N = 201) 93% 7% Kinderdagverblijf (N = 203) 8% 90% 2% Buitenschoolse opvang (N = 202) 10% 87% 3% Basisschool (N = 203) 38% 60% 2% Speciaal of voortgezet onderwijs (N = 192) 44% 53% 1% 3% Jeugdverenigingen (N = 202) 50% 47% 1% 3% Jongerenwerker (N = 197) 3% 90% 2% 5% Schoolarts (N = 203) 30% 67% 4% Huisarts (N = 205) 91% 9% Speeltuinen (N = 200) 43% 55% 1% 2% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Ja Nee Niet aanwezig Niet mee bekend Grafiek 67. Gebruik voorzieningen door kinderen volgens de ouders Van de meeste organisaties wordt geen gebruikgemaakt door de kinderen van de ouders. Hierbij moet aangenomen worden dat als er geen gebruik van een organisatie wordt gemaakt, dit ook kan betekenen dat ze er niet mee bekend zijn. Na de huisarts maken de jongeren het meest gebruik van de jeugdverenigingen. Het gaat hierbij vooral om kinderen tussen 11 en 15 jaar oud. Bij basisscholen gaat het hoofdzakelijk om kinderen van 11 en 12 jaar en bij het speciaal of voortgezet onderwijs om kinderen tussen 13 en 19 jaar. Van de schoolarts wordt vooral door jongeren tussen 11 en 17 jaar gebruikgemaakt. 43% van de ouders geeft aan dat hun kind wel eens gebruikmaakt van de speeltuin. Het gaat hierbij vooral om kinderen die jonger zijn dan 15 jaar. Aan de ouders is gevraagd of en in hoeverre zij tevreden zijn over de voorzieningen, voor zover zij er gebruik van maken. Pagina 66

68 Kinderdagverblijf (N = 28) 36% 61% 4% Buitenschoolse opvang (N = 33) 21% 67% 6% 6% Basisschool (N = 105) 28% 67% 4% 2% Speciaal en voortgezet onderwijs (N = 101) 25% 69% 4% 2% De ondersteuning van de gemeente bij jongerenactiviteiten (N = 58) 2% 31% 50% 17% Het beleid ter voorkoming van drugs- en alcoholverslaving (N = 38) 45% 34% 21% Sportvoorzieningen (N = 175) 10% 75% 11% 3% Culturele voorzieningen (N = 124) 8% 53% 35% 4% Kwaliteit van voorzieningen, zoals speeltuinen en sportveldjes (N = 141) 4% 66% 23% 6% Onderhoud van voorzieningen, zoals speeltuinen en sportveldjes (N = 138) 3% 62% 30% 5% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer tevreden Tevreden Ontevreden Zeer ontevreden Grafiek 68. Tevredenheid van ouders over voorzieningen in de gemeente Gennep (tussen haakjes staat telkens vermeld hoeveel respondenten de vraag hebben beantwoord. Het antwoord Geen mening/n.v.t. is buiten beschouwing gelaten) Over de kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, basisscholen, het speciaal en voortgezet onderwijs en de sportvoorzieningen bestaat een grote mate van de tevredenheid onder de ouders. Ten minste 86% van de ouders is hierover tevreden tot zeer tevreden. Er zijn ook enkele onderdelen waarover een substantieel deel van ouders ontevreden is. Op deze onderdelen gaan we nader in. Ondersteuning van de gemeente bij jongerenactiviteiten Als het gaat om de ondersteuning van de gemeente bij jongerenactiviteiten is een ruime meerderheid van de ouders (67%) ontevreden. Ouders van wat oudere kinderen zijn meer ontevreden dan ouders van jongere kinderen. Het beleid ter voorkoming van drugs- en alcoholverslaving Wat betreft het beleid om drugs- en alcohol te voorkomen, is eveneens een ruime meerderheid van de ouders ontevreden, namelijk 55%. 45% van de ouders vindt dit beleid wel (voldoende) goed. Ouders die wel eens problemen hebben met de opvoeding van hun kind(eren) zijn duidelijk meer tevreden (53%) dan de groep ouders die geen problemen hebben gehad (35%). Pagina 67

69 Culturele voorzieningen Over de culturele voorzieningen is 39% van de ouders ontevreden. Ouders met een HBO- of WO-achtergrond zijn meer ontevreden over de culturele voorzieningen in de gemeente Gennep, namelijk 54%. Kwaliteit en onderhoud van voorzieningen, zoals speeltuinen en sportveldjes Van de ouders is 70% van de ouders tevreden over de kwaliteit van voorzieningen, zoals speeltuinen en sportveldjes. Vooral de ouders uit Ottersum zijn hierover tevreden, namelijk 84%. In de andere dorpskernen is de tevredenheid ongeveer 66%. Over het onderhoud van deze voorzieningen is 65% tevreden en 35% ontevreden. Opvallend gegeven: naarmate ouders meer kinderen hebben, neemt de tevredenheid af. Uit de toelichting van de ouders komt globaal het volgende beeld naar voren: - Er is te weinig te doen voor jongeren in de gemeente Gennep - Over het onderhoud van voorzieningen zijn de meningen verdeeld. Sommige ouders vinden het onderhoud goed, andere niet. In bijlage VIII zijn alle reacties opgenomen. De helft van de ouders zegt een voorziening voor jongeren in de gemeente Gennep te missen. De volgende voorzieningen worden het meest genoemd: - Bioscoop - (Betaalbare) uitgaansgelegenheden - Sportvoorzieningen - Ontmoetingsplekken voor jongeren. In bijlage IX zijn alle voorzieningen opgenomen die ouders op dit moment missen. Zou u mee willen denken over het jongerenbeleid in de gemeente Gennep? Grafiek 69. Mee willen denken over het jongerenbeleid in de gemeente Gennep (N = 195) Van de ouders wil 13% wel meedenken over het jongerenbeleid dat in de gemeente Gennep gevoerd wordt. Het gaat hierbij vooral om ouders in de leeftijd van 36 tot en met 40 jaar. 87% is hiertoe niet bereid. Pagina 68

70 3.2.4 Centrum voor Jeugd en Gezin Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 De gemeente Gennep heeft een Centrum voor Jeugd en Gezin, afgekort CJG. Het CJG is een herkenbaar inlooppunt in de gemeente waar jongeren (tot en met 22 jaar) en ouders terecht kunnen voor informatie en advies. Net als bij de jongeren hebben we ook aan de ouders gevraagd of zij bekend zijn met het CJG, of ze wel eens van het CJG gebruik hebben gemaakt en of zij tevreden zijn over het CJG. Daarnaast hebben we gevraagd of ouders het nuttig vinden dat er een CJG is en over welke onderwerpen het CJG informatie en advies moet geven. Hebt u wel eens gehoord of gelezen over het Centrum voor Jeugd en Gezin? Grafiek 70. Bekendheid CJG onder ouders (N = 205) Van de ouders heeft 57% wel eens gehoord of gelezen over het CJG. 43% heeft nog niet over het CJG gehoord of gelezen. De moeders die aan dit onderzoek hebben meegedaan zijn meer bekend met het CJG (61%) dan de vaders (43%). Daarnaast zijn ouders van kinderen in de leeftijd van 11 en 12 jaar meer bekend met het CJG. Verder zijn ouders van kinderen met gezondheidsproblemen en ouders die wel eens een probleem (gehad) hebben met betrekking tot het opvoeden van hun kind beter bekend met het CJG, namelijk 64%. De ouders hebben het meest via De Maas- en Niersbode en de krant over het CJG gehoord of gelezen. Verder wordt het werk ook nog een aantal keer genoemd. Hebt u wel eens contact gehad met het CJG? Grafiek 71. Contact met het CJG door ouders (N = 200) Een ruime meerderheid (95%) van de ouders heeft nog geen contact met het CJG gehad. 6% (11 respondenten) heeft wel al eens contact met het CJG gehad. Het gaat hierbij uitsluitend om moeders, die vrijwel allemaal getrouwd zijn. Van de elf respondenten hebben er zes via het inloopcentrum contact gezocht met het CJG, drie via internet en twee via de telefoon. Pagina 69

71 Kunt u aangeven in hoeverre u het eens of oneens bent met de onderstaande stellingen over het CJG? Het CJG is telefonisch goed bereikbaar (N = 8) 25% 63% 13% Het CJG is goed bereikbaar vanaf waar ik woon (N = 11) 27% 73% De medewerkers van het CJG zijn vriendelijk (N = 10) 50% 40% 10% De medewerkers van het CJG behandelen mij met respect (N = 10) 50% 50% De medewerkers van het CJG nemen mijn verhaal of vraag serieus (N = 9) 44% 56% De medewerkers van het CJG zijn te vertrouwen (N = 9) 44% 56% De medewerkers van het CJG doen hun werk goed (N = 8) 38% 63% Mijn vraag of probleem is door de medewerkers van het CJG goed opgelost (N = 7) 29% 71% Grafiek 72. Stellingen over het CJG 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal mee eens Mee eens Mee oneens Helemaal mee oneens De elf ouders die wel eens contact hebben gehad met het CJG zijn hierover goed te spreken. Het CJG is telefonisch en fysiek goed bereikbaar. Ook over de medewerkers bestaat er tevredenheid. De ouders die contact met medewerkers van het CJG hebben gehad, voelden zich met respect behandeld en vonden dat hun verhaal of vraag serieus genomen werd. De medewerkers van het CJG zijn vriendelijk, te vertrouwen en doen hun werk goed. Vrijwel alle ouders zijn deze mening toegedaan. De ouders zijn het (helemaal) eens met de stelling dat hun vraag of probleem goed is opgelost door de medewerkers van het CJG. Pagina 70

72 De volgende twee vragen zijn alleen gesteld aan de ouders die het CJG wel kennen, maar er nog geen gebruik van hebben gemaakt. Als u (nog) geen contact hebt gehad met het CJG, wat is daar dan de oorzaak van? Grafiek 73. Redenen waarom ouders nog geen contact hebben gehad met het CJG (N = 191) De belangrijkste reden waarom ouders nog geen gebruik hebben gemaakt is dat zij het CJG nog niet nodig hebben gehad. Dit zegt 84% van de ouders. 7% weet niet waar het CJG voor dient. Een klein aantal ouders vindt de afstand tot het CJG te groot, weet niet hoe het CJG bereikt kan worden of vindt het gevoelsmatig moeilijk om het CJG te benaderen. Van de ouders die zeggen dat zij het CJG nog niet nodig hebben gehad, heeft 33% wel eens problemen (gehad) met het opvoeden van hun kind. Denkt u dat u gebruik gaat maken van het Centrum voor Jeugd en Gezin? Grafiek 74. Potentieel gebruik van CJG (N = 191) Van de ouders die tot nu toe nog geen gebruik van het CJG hebben gemaakt, zegt 2% zeker gebruik te gaan maken van het CJG. 28% zegt misschien gebruik van het CJG te gaan maken en 21% zeker niet. 48% weet het nog niet of heeft geen mening. Van de ouders die zeker of misschien gebruik van het CJG gaan maken, heeft 49% wel eens problemen (gehad) met het opvoeden van haar kind(eren). Aan alle ouders is gevraagd of zij het nuttig vinden dat er een CJG is in de gemeente Gennep en over welke onderwerpen het CJG informatie moet geven. Vindt u het nuttig dat er een Centrum voor Jeugd en Gezin is in de gemeente Gennep? Grafiek 75. Nut van het CJG volgens ouders (N = 204) Pagina 71

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoek onder jongeren, ouders en professionele hulpverleners Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE BERGEN (L.)

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE MOOK EN MIDDELAAR Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 mei 2013 Pagina 1 COLOFON Samenstelling:

Nadere informatie

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg DIMENSUS beleidsonderzoek December 2012 Projectnummer 507 Inhoudsopgave Samenvatting

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2010

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2010 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2010 GEMEENTE CRANENDONCK ONDERZOEK NAAR BEREIKBAARHEID, TOEGANKELIJKHEID & BRUIKBAARHEID VAN DE OPENBARE RUIMTE Samenvatting Auteurs: Drs. G. Eijkhout S. Wijker Mei

Nadere informatie

GEMEENTE NUNSPEET. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 [VERANTWOORDING EN ANALYSE] Jongerenonderzoek gemeente Nunspeet VERANTWOORDING EN ANALYSE

GEMEENTE NUNSPEET. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 [VERANTWOORDING EN ANALYSE] Jongerenonderzoek gemeente Nunspeet VERANTWOORDING EN ANALYSE GEMEENTE NUNSPEET Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 VERANTWOORDING EN ANALYSE Auteurs: Drs. G. Eijkhout J. Bosch, MA Juni 2012 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Postbus 27 6560 AA Groesbeek Tel.:

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014 Onderzoek naar de herindicaties hulp bij de huishouding Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE GENNEP Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Onderzoek Inwonerspanel Jongerenonderzoek: alcohol

Onderzoek Inwonerspanel Jongerenonderzoek: alcohol 1 (19) Onderzoek Inwonerspanel Auteur Tineke Brouwers Respons onderzoek Op 5 december kregen de panelleden van 12 tot en met 18 jaar (280 personen) een e-mail met de vraag of zij digitaal een vragenlijst

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek onder jongeren en ouders

Cliëntervaringsonderzoek onder jongeren en ouders nderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Cliëntervaringsonderzoek onder jongeren en ouders nderzoek onder jongeren en ouders die in het kader van de eugdwet zorg hebben ontvangen Drs. G. Eijkhout

Nadere informatie

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Juni 2008 COLOFON Samenstelling Michelle Rijken Mark Gremmen Vormgeving binnenwerk Roelfien Pranger Druk HEGA

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE GENNEP Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Onderzoek naar de mate waarin

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 drs. G. Eijkhout Samenvatting GEMEENTE MOOK EN MIDDELAAR Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 SAMENVATTING Auteur: Drs.

Nadere informatie

Van de 459 respondenten was het merendeel vrouwelijk (75 procent).

Van de 459 respondenten was het merendeel vrouwelijk (75 procent). Bijlage 1 Enquête Opvoeden en opgroeien in Oisterwijk Januari 2015 1. Waarom deze enquête? De gemeente vindt het belangrijk dat kinderen zich goed kunnen ontwikkelen en gezond en veilig opgroeien. Kinderen

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gemeente Neerijnen

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gemeente Neerijnen Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gemeente Neerijnen Onderzoek onder mantelzorgers Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE NEERIJNEN Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoek individuele voorzieningen Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE BUREN Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Rapportage. Onderzoek: mediawijsheid onder ouders en kinderen

Rapportage. Onderzoek: mediawijsheid onder ouders en kinderen Rapportage Onderzoek: mediawijsheid onder ouders en kinderen In opdracht van: Mediawijzer.net Datum: 22 november 2013 Auteurs: Marieke Gaus & Marvin Brandon Index Achtergrond van het onderzoek 3 Conclusies

Nadere informatie

Hoofdstuk 20. Gezondheid en informatie

Hoofdstuk 20. Gezondheid en informatie Hoofdstuk 20. Gezondheid en informatie Samenvatting Bijna de helft van de Leidenaren heeft in de afgelopen 12 maanden wel eens informatie gezocht over gezondheid. Het meest wordt informatie gezocht over

Nadere informatie

Jongerenparticipatie in Amersfoort

Jongerenparticipatie in Amersfoort Jongerenparticipatie in Amersfoort gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal november 2013 Samenvatting De gemeente wil Amersfoortse jongeren meer betrekken bij zaken die hen aangaan. We hebben via digitaal

Nadere informatie

Stadjers over het CJG Groningen

Stadjers over het CJG Groningen Stadjers over het CJG Groningen Een Stadspanelonderzoek 2013 Onderzoek en Statistiek Groningen heeft als kernactiviteiten instrumentontwikkeling voor en uitvoering van beleidsgericht onderzoek, het toegankelijk

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Onderzoek onder vrijwilligersorganisaties en vrijwilligers J. Bosch, MA en drs. G. Eijkhout Verantwoording & Analyse GEMEENTE

Nadere informatie

Uitslag Jongerenpeiling

Uitslag Jongerenpeiling Uitslag Jongerenpeiling Inleiding De gemeente Leiderdorp heeft een vragenlijst opgesteld om in beeld te krijgen van welke faciliteiten de jongeren in Leiderdorp gebruik maken en in hoeverre zij daar over

Nadere informatie

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Rapport Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Woerden, juli 2014 Inhoudsopgave I. Omvang en samenstelling groep respondenten p. 3 II. Wat verstaan senioren onder eigen regie en zelfredzaamheid?

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Onderzoek over de prestatievelden 1 tot en met 4 drs. G. Eijkhout Samenvatting GEMEENTE DOESBURG Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE VIANEN Wmo-klanttevredenheidsonderzoek ONDERZOEK ONDER BURGERS VAN DE GEMEENTE VIANEN

Nadere informatie

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Doelgroep 4 1.2 Methode 4 1.3 Respons 4 2. Resultaten Wmo 5 2.1 Contact en toegankelijkheid van hulp of ondersteuning

Nadere informatie

VRAAGVERHELDERING EasyCare WELZIJN. Naam wijkbewoner / cliënt: Geboortedatum: Geboortedata gezinsleden: Datum/data vraagverheldering

VRAAGVERHELDERING EasyCare WELZIJN. Naam wijkbewoner / cliënt: Geboortedatum: Geboortedata gezinsleden: Datum/data vraagverheldering VRAAGVERHELDERING EasyCare WELZIJN Naam wijkbewoner / cliënt: Geboortedatum: Geboortedata gezinsleden: Datum/data vraagverheldering Andere aanwezige(n): Nee Ja Naam: Relatie tot cliënt: Easycare Welzijn

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en en gemeente Staphorst GGD IJsselland verzamelt jaarlijks gegevens over de gezondheid van inwoners, zo ook in 2016. Met deze

Nadere informatie

Alvast bedankt voor het invullen!

Alvast bedankt voor het invullen! Deze vragenlijst gaat over jongeren die steun of hulp geven aan een familielid. Wij zijn erg benieuwd hoeveel jongeren er binnen onze school steun of hulp geven en hoe zij dit ervaren. De vragenlijst is

Nadere informatie

Onderzoek Je wordt 18 jaar en dan? De gevolgen voor je geldzaken

Onderzoek Je wordt 18 jaar en dan? De gevolgen voor je geldzaken Onderzoek Je wordt 18 jaar en dan? De gevolgen voor je geldzaken Rapportage Juli 2013 Meer informatie: info@wijzeringeldzaken.nl Samenvatting (1/3) 1. Veel 17-jarigen maken de indruk verstandig om te gaan

Nadere informatie

Hoe denken Zeeuwse jongeren en ouders over alcoholgebruik door jongeren? Onderzoek GGD Zeeland maart 2011

Hoe denken Zeeuwse jongeren en ouders over alcoholgebruik door jongeren? Onderzoek GGD Zeeland maart 2011 Hoe denken Zeeuwse jongeren en ouders over alcoholgebruik door jongeren? Onderzoek GGD Zeeland maart 2011 Zeeuwse jongeren en alcohol In 2010 is de Zeeuwse campagne Laat ze niet (ver)zuipen! van start

Nadere informatie

Financiële opvoeding. September 2007

Financiële opvoeding. September 2007 Financiële opvoeding September 2007 Inhoud INHOUD... 1 1 INLEIDING... 2 1.1 AANLEIDING... 2 1.2 METHODE VAN ONDERZOEK... 2 1.3 ACHTERGRONDVARIABELEN... 3 LEESWIJZER... 4 2 ZAKGELD EN KLEEDGELD... 5 2.1

Nadere informatie

TABELLEN ALCOHOLGEBRUIK JONGEREN STAPHORST

TABELLEN ALCOHOLGEBRUIK JONGEREN STAPHORST TABELLEN ALCOHOLGEBRUIK JONGEREN STAPHORST 2011 Tabellen alcoholgebruik jongeren Staphorst Nooit alcohol gedronken ja 33,3% 37,6% 74,4% 12,7% 35,3% nee 66,7% 62,4% 25,6% 87,3% 64,7% Drink bier ja 67,8%

Nadere informatie

Onderzoek. Kind en Opvoeding jaar

Onderzoek. Kind en Opvoeding jaar Onderzoek Kind en Opvoeding 0-17 jaar Inhoudsopgave 1. Ontwikkeling en gezondheid 4 2. Zorgen over kind 8 3. Hulp en ondersteuning bij de opvoeding 11 4. Roken en alcohol 16 5. Sport en bewegen 18 Onderzoek

Nadere informatie

Vragenlijst multiproblematiek I

Vragenlijst multiproblematiek I Bijlage B Vragenlijst multiproblematiek I 1 Achtergrondkenmerken V1. Wat is je geboortedatum? V2. Ben je een jongen of een meisje? V3. Wat zijn de vier cijfers van je postcode? V4. In welk land ben je

Nadere informatie

3.5 Voorzieningen in de buurt

3.5 Voorzieningen in de buurt 3.5 Voorzieningen in de buurt Samenvatting: Straatverlichting en straatmeubilair Veruit de meeste (8%) bewoners zijn (zeer) tevreden over de straatverlichting in hun buurt. De verschillen naar wijk zijn

Nadere informatie

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord Netwerk Ouderenzorg Regio Noord Vragenlijst Behoefte als kompas, de oudere aan het roer Deze vragenlijst bestaat vragen naar uw algemene situatie, lichamelijke en geestelijke gezondheid, omgang met gezondheid

Nadere informatie

Gemeente Houten Jeugdonderzoek. Den Dolder, augustus 2008 Ir. Martine van Doornmalen Natasja Blom BSc.

Gemeente Houten Jeugdonderzoek. Den Dolder, augustus 2008 Ir. Martine van Doornmalen Natasja Blom BSc. Gemeente Houten Jeugdonderzoek ADV Market Research B.V. Den Dolder, augustus 2008 Ir. Martine van Doornmalen Natasja Blom BSc. Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research (ADV). De opdrachtgever

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007 LelyStadsGeluiden De mening van de jongeren gepeild School en werk 007 In 007 hebben.37 jongeren meegewerkt aan de jongerenenquête. Het onderzoek had als doel om in kaart te brengen wat jongeren doen,

Nadere informatie

VRAGENLIJST. Mantelzorger

VRAGENLIJST. Mantelzorger VRAGENLIJST pagina 2 Uw ervaringen als mantelzorger zijn waardevol U zorgt voor uw partner, een familielid, een vriend of andere naaste. In deze lijst staan vragen over wat die zorg betekent voor u als

Nadere informatie

amersfoort Hoe bereik ik CJG Amersfoort?

amersfoort Hoe bereik ik CJG Amersfoort? amersfoort Folder voor ouders van 0-8 jarigen Bezoekadres Heiligenbergerweg 36, 3816 AK Amersfoort T 033 47 94 000, E info@cjgamersfoort.nl I www.cjgamersfoort.nl carta U kunt binnenlopen bij CJG Amersfoort.

Nadere informatie

Oppasoma s en opa s. Resultaten GGD Gezondheidspanel

Oppasoma s en opa s. Resultaten GGD Gezondheidspanel Oppasoma s en opa s Resultaten GGD Gezondheidspanel Waarom een onderzoek over oppasoma s en opa s? Tegenwoordig doen ouders vaak een beroep op oma en opa als het gaat om opvang van de kleinkinderen. De

Nadere informatie

Klanttevredenheid WMO vervoer Haren 2013

Klanttevredenheid WMO vervoer Haren 2013 Klanttevredenheid WMO vervoer Haren 2013 Colofon "Klanttevredenheid WMO vervoer Haren 2013" Klanttevredenheidsonderzoek naar het WMO vervoer in de gemeente Haren. Uitgave Deze publicatie is een uitgave

Nadere informatie

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Cliënten zijn tevreden over hoe het proces nu verloopt, voornamelijk door de inzet van traditionele communicatiekanalen 23 juli 2014 Versie 1,0 Inhoudsopgave Doelstelling

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R THUISSITUATIE, KINDEROPVANG EN OPVOEDING K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 2 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied,

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012 Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012 November 2012 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 Inleiding... 4 Onderzoeksopzet... 4 Doel... 4 Aanpak... 4 Blok I: Algemene gegevens... 5 Figuur 1: Leeftijd...

Nadere informatie

Ik heb een vraag over: Voorwoord. Ik voel me thuis niet prettig, kan ik met iemand praten?

Ik heb een vraag over: Voorwoord. Ik voel me thuis niet prettig, kan ik met iemand praten? Ik heb een vraag...... over zorg, huiselijk geweld en kindermishandeling, hulp en ondersteuning, opvoeding en jeugdhulp, ziekenhuisopname, beschermd wonen, schulden, werkloosheid, mijn arbeidsbeperking

Nadere informatie

Vakantiewerkonderzoek 2014 FNV Jong

Vakantiewerkonderzoek 2014 FNV Jong Vakantiewerkonderzoek 2014 FNV Jong Leon Pouwels 11 juni 2014 Achtergrond Achtergrond 2 Achtergrond - onderzoeksopzet Doelstelling Steekproef Methode De doelstelling van dit onderzoek is het verkrijgen

Nadere informatie

Daarvoor gaat u naar Minters

Daarvoor gaat u naar Minters Opvoeden & Opgroeien Eigen functioneren & Relaties Een leefbare buurt Daarvoor gaat u naar Minters U weet zelf vaak het beste wat goed is voor uzelf of uw gezin. En u gaat voor goede raad of praktische

Nadere informatie

KLEINE MENSEN GROTE WENSEN

KLEINE MENSEN GROTE WENSEN KLEINE MENSEN GROTE WENSEN Voor de betere kinderopvang DOOR DE OGEN VAN KINDEREN Dit boekje laat je kinderopvang zien door de ogen van kinderen. Een praktische gids voor iedereen die nadenkt over de opvang

Nadere informatie

duurzaam eten November 2010 Kim Paulussen Marcel Temminghoff

duurzaam eten November 2010 Kim Paulussen Marcel Temminghoff Voeding in 2020 Gezond en duurzaam eten November 2010 Kim Paulussen Marcel Temminghoff 1 Inleiding 2 Resultaten 3 Samenvatting 1 Inleiding Achtergrond en opzet onderzoek Aanleiding: het Voedingscentrum

Nadere informatie

AA EN HUNZE PANEL. Resultaten peiling 5: Zorgen voor elkaar. Januari 2016

AA EN HUNZE PANEL. Resultaten peiling 5: Zorgen voor elkaar. Januari 2016 AA EN HUNZE PANEL Resultaten peiling 5: Zorgen voor elkaar Januari 2016 1.1 Inleiding De vijfde peiling van het Aa en Hunze panel had als onderwerp zorgen voor elkaar en burenhulp. De gemeente Aa en Hunze

Nadere informatie

OPVOEDEN KUN JE LEREN Onderzoek 1 naar het opvoeden van kinderen onder ouders in opdracht van het Ministerie voor Jeugd en Gezin

OPVOEDEN KUN JE LEREN Onderzoek 1 naar het opvoeden van kinderen onder ouders in opdracht van het Ministerie voor Jeugd en Gezin OPVOEDEN KUN JE LEREN Onderzoek 1 naar het opvoeden van onder ouders in opdracht van het Ministerie voor Jeugd en Gezin JORIS DE JONGH MSC ODETTE VLEK MSC AMSTERDAM, SEPTEMBER 2009 OPVOEDEN KUN JE LEREN

Nadere informatie

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Onderzoek naar omvang, knelpunten en ondersteuningsbehoefte Februari 2017 drs. W. Jeeninga, onderzoeker GGD Hart voor Brabant drs. M. Scholtens, functionaris gezondheidsbeleid

Nadere informatie

in opdracht van Wijkservicecentrum Vleuten-De Meern en Wijkbureau Leidsche Rijn. versie2- augustus 2012

in opdracht van Wijkservicecentrum Vleuten-De Meern en Wijkbureau Leidsche Rijn. versie2- augustus 2012 Wat willen jongeren doen in hun vrije tijd? Onderzoek naar vrijetijdsbesteding van jongeren van 12-17 jaar in de wijken Vleuten-De Meern en Leidsche Rijn. in opdracht van Wijkservicecentrum Vleuten-De

Nadere informatie

FNV Vakantiewerk onderzoek 2013

FNV Vakantiewerk onderzoek 2013 FNV Vakantiewerk onderzoek 2013 Datum: 31 Mei 2013 Opdrachtgever: FNV Jong Onderzoeksbureau: YoungVotes TM (DVJ Insights) Contactpersoon FNV Jong: Esther de Jong, Kim Cornelissen Contactpersoon YoungVotes:

Nadere informatie

Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong. Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015

Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong. Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015 Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015 Achtergrond Achtergrond 2 Achtergrond SAMPLE 420 Respondenten WEging De data is gewogen op geslacht, leeftijd en opleiding naar

Nadere informatie

ENQUETE JEUGD AERDENHOUT 2014

ENQUETE JEUGD AERDENHOUT 2014 ENQUETE JEUGD AERDENHOUT 2014 Locatie Noord, Bloemendaalseweg 125, 2061 CH Bloemendaal 023 525 03 66 Locatie Zuid, Bennebroekerlaan 5, 2121 GP Bennebroek 023 584 53 00 Oktober 2014 1 Inhoud Inleiding 3

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Wmo-cliëntervaringsonderzoek over 2015

Wmo-cliëntervaringsonderzoek over 2015 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-cliëntervaringsonderzoek over 2015 Onderzoek onder cliënten die in het kader van de Wmo 2015 maatschappelijke ondersteuning hebben aangevraagd (en

Nadere informatie

Sociale contacten, vrijetijdsbesteding en praktische ondersteuning

Sociale contacten, vrijetijdsbesteding en praktische ondersteuning Sociale contacten, vrijetijdsbesteding en praktische ondersteuning Resultaten van de tweede schriftelijke vragenronde onder de deelnemers aan het GGZ-panel regio Delft Westland Oostland juli 2006 - L.M.

Nadere informatie

TOELICHTING OP HET AANMELDINGSFORMULIER VOOR HET CASUS-OVERLEG

TOELICHTING OP HET AANMELDINGSFORMULIER VOOR HET CASUS-OVERLEG TOELICHTING OP HET AANMELDINGSFORMULIER VOOR HET CASUS-OVERLEG Een casus wordt ingebracht in het casus-overleg door middel van het formulier Schriftelijke aanmelding casus-overleg. Dit formulier wordt

Nadere informatie

Enquête vrij reizen. Wat levert gratis OV de gebruikers op? Kenniscentrum MVS juli 2017 concept

Enquête vrij reizen. Wat levert gratis OV de gebruikers op? Kenniscentrum MVS juli 2017 concept Enquête vrij reizen Wat levert gratis OV de gebruikers op? Kenniscentrum MVS juli 2017 concept E n q u ê t e v r i j r e i z e n P a g i n a 2 Inleiding In 2015 heeft de Schiedamse gemeenteraad een regeling

Nadere informatie

Omnibusenquête 2015. deelrapport. Studentenhuisvesting

Omnibusenquête 2015. deelrapport. Studentenhuisvesting Omnibusenquête 2015 deelrapport Studentenhuisvesting Omnibusenquête 2015 deelrapport Studentenhuisvesting OMNIBUSENQUÊTE 2015 deelrapport STUDENTENHUISVESTING Zoetermeer, 9 december 2015 Gemeente Zoetermeer

Nadere informatie

Therapie, Counselling en Coaching

Therapie, Counselling en Coaching Informed Consent Therapie, Counselling en Coaching Wij werken volgens de beroepscode van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP). Informatie hierover kunt u vinden op de website van het NIP: www.psynip.nl

Nadere informatie

Ik heb een vraag over. zorg... ondersteuning... opvoeding... jeugdhulp... mijn arbeidsbeperking... mijn uitkering... werk...

Ik heb een vraag over. zorg... ondersteuning... opvoeding... jeugdhulp... mijn arbeidsbeperking... mijn uitkering... werk... Ik heb een vraag over zorg... ondersteuning... opvoeding... jeugdhulp... mijn arbeidsbeperking... mijn uitkering... werk... 1 Ik heb een laag inkomen en vind het moeilijk om werk te vinden... Ik wil me

Nadere informatie

waardering Zwolle Jonge mantelzorgers (jonger dan 18 jaar) zijn in de onderzoeken van de gemeente niet meegenomen,

waardering Zwolle Jonge mantelzorgers (jonger dan 18 jaar) zijn in de onderzoeken van de gemeente niet meegenomen, Zwolle Rapportage Mantelzorg in beeld Resultaten uit onderzoeken onder mantelzorgers 2012 en 2014 De gemeente Zwolle wil de positie van de mantelzorger versterken en hun taak verlichten. Met de komst van

Nadere informatie

VRAGENLIJSTEN GEZIN & OPVOEDING

VRAGENLIJSTEN GEZIN & OPVOEDING VG&O 0-3 VRAGENLIJSTEN GEZIN & OPVOEDING VERSIE VOOR PLEEGOUDERS VAN JEUGDIGEN VAN 0 T/M 3 JAAR NAAM JEUGDIGE: GEBOORTEDATUM: GESLACHT: INVULDATUM: MEETMOMENT: DEZE VRAGENLIJST IS INGEVULD DOOR: MAN PLEEGMOEDER

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek RAPPORTAGE Zorg Intens februari 2019 Inhoudsopgave Inleiding... 1 Aanleiding en doel... 1 Aanpak onderzoek... 1 Leeswijzer... 2 Resultaten... 3 Introductie... 3 Afspraken over uw thuiszorg en/of begeleiding...

Nadere informatie

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden Enquête Mantelzorg en dementie 2014 Vooraf In juli 2014 vroegen wij onze leden naar hun ervaringen met mantelzorg in het algemeen, en mantelzorg

Nadere informatie

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012 Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 0/0 Stichting Personeelspensioenfonds Cordares (PPF) Astrid Currie, communicatieadviseur Maart 0 versie.0 Pagina versie.0 Inleiding Op initiatief

Nadere informatie

PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID

PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID IJsselland PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID Jongerenmonitor 20 92% normaal risico op psychosociale problemen.3 jongeren School Klas 2 13-1 jaar Klas - jaar 86% goede ervaren gezondheid %* is op school gepest *van

Nadere informatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 43. Financiële situatie Samenvatting Circa tweederde van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, ruim een kwart komt net rond en kan moeilijk

Nadere informatie

2)Waarvoor heeft u hulp gezocht? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk; u kunt alle antwoorden aankruisen die op u van toepassing zijn.

2)Waarvoor heeft u hulp gezocht? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk; u kunt alle antwoorden aankruisen die op u van toepassing zijn. 187 reacties Alle reacties weergeven Analyse publiceren richard@readyforchange.nl Dit formulier bewerken Overzicht 1)Heeft u in de afgelopen 4 maanden tenminste één behandelcontact gehad met een therapeut,

Nadere informatie

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014 Burgerpanel Gorinchem 1 e peiling: Sociale monitor Juli 2014 Colofon Uitgave : I&O Research BV Villawal 19 3432 NX Nieuwegein Tel. (030) 23 34 342 www.ioresearch.nl Rapportnummer : abpgork14a-def Datum

Nadere informatie

Stadjers en instellingen over de gebiedsgebonden aanpak van het sociale domein

Stadjers en instellingen over de gebiedsgebonden aanpak van het sociale domein Stadjers en instellingen over de gebiedsgebonden aanpak van het sociale domein Onderzoek en Statistiek Groningen heeft als kernactiviteiten instrumentontwikkeling voor en uitvoering van beleidsgericht

Nadere informatie

Gezondheidsbeleid 2013. Onderzoek onder gemeentepanel Venlo

Gezondheidsbeleid 2013. Onderzoek onder gemeentepanel Venlo Gezondheidsbeleid 2013 Onderzoek onder gemeentepanel Venlo Afdeling Bedrijfsvoering Team informatievoorziening Onderzoek en Statistiek Venlo, mei 2013 2 Samenvatting Inleiding In mei 2011 is de landelijke

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM Cliënttevredenheidsonderzoek Breed Sociaal Loket gemeente Edam-Volendam Colofon Opdrachtgever Gemeente Edam-Volendam Datum April

Nadere informatie

Omnibusenquête 2015. deelrapport. Ter Zake Het Ondernemershuis

Omnibusenquête 2015. deelrapport. Ter Zake Het Ondernemershuis Omnibusenquête 2015 deelrapport Ter Zake Het Ondernemershuis Omnibusenquête 2015 deelrapport Ter Zake Het Ondernemershuis OMNIBUSENQUÊTE 2015 deelrapport TER ZAKE HET ONDERNEMERSHUIS Zoetermeer, 15 februari

Nadere informatie

VRAGENLIJSTEN GEZIN & OPVOEDING

VRAGENLIJSTEN GEZIN & OPVOEDING VG&O KORT 4-18 VRAGENLIJSTEN GEZIN & OPVOEDING VERKORTE VERSIE VOOR OUDERS VAN JEUGDIGEN VAN 4 T/M 18 JAAR NAAM JEUGDIGE: GEBOORTEDATUM: GESLACHT: INVULDATUM: MEETMOMENT: DEZE VRAGENLIJST IS INGEVULD DOOR:

Nadere informatie

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanten van Careyn over het consultatiebureau Inhoud: 1. Conclusies 2. Algemene dienstverlening 3. Het inloopspreekuur 4. Telefonische dienstverlening 5. Persoonlijk

Nadere informatie

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Ervaring in de driehoek Cello heeft in de periode mei juni van dit jaar onderzoek laten uitvoeren naar de ervaringen van cliënten, ouders / vertegenwoordigers

Nadere informatie

HET BURGERPANEL OVER DE SOCIALE AGENDA

HET BURGERPANEL OVER DE SOCIALE AGENDA HET BURGERPANEL OVER DE SOCIALE AGENDA Gemeente Leiderdorp Januari 2017 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2017/10 Datum Januari

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Naamsbekendheidonderzoek

Hoofdstuk 5 Naamsbekendheidonderzoek Hoofdstuk 5 5.1 Inleiding Achtergrond en doel van het onderzoek Bonnema Weert wenst inzicht te verkrijgen in haar naamsbekendheid. Bonnema Weert wil in het bijzonder antwoord krijgen op de volgende onderzoeksvragen:

Nadere informatie

Wmo-loket. In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning

Wmo-loket. In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning Wmo-loket In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning sopgave 1. Wet maatschappelijke ondersteuning... 5 De gemeente... 5 Het Wmo loket... 5 Het gesprek... 6 2. Het gesprek voorbereiden... 7 Woonsituatie...

Nadere informatie

Resultaten onderzoek seksualiteit

Resultaten onderzoek seksualiteit Resultaten onderzoek seksualiteit Augustus 2015 In opdracht van Way of Life en de NPV Uitgevoerd door Direct Research www.wayoflife.nl www.npvzorg.nl Conclusies Kennis Seksuele voorlichting Opvattingen

Nadere informatie

Onderzoek vrijwilligers in de zorgen welzijnssector

Onderzoek vrijwilligers in de zorgen welzijnssector Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Onderzoek vrijwilligers in de zorgen welzijnssector Onderzoek naar de ervaringen en de ondersteuningsbehoeften van vrijwilligers in de zorg- en welzijnssector binnen

Nadere informatie

Rapport onderzoek Kansrijke Start VWS 5 september 2018

Rapport onderzoek Kansrijke Start VWS 5 september 2018 Rapport onderzoek Kansrijke Start VWS 5 september 2018 Inleiding In opdracht van: Conclusies Resultaten > Zwangerschap en voorbereiding ouders > Zwangerschap en voorbereiding kinderwens in de toekomst

Nadere informatie

Ouders over kindcentra

Ouders over kindcentra Ouders over kindcentra Oberon, september 2015 Wat vinden ouders eigenlijk van kindcentra? Kennen zij de gedachte achter Kindcentra2020? We besloten om het maar eens aan ze te vragen. Onderzoeksbureau Oberon

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd (jongeren)

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd (jongeren) RAPPORTAGE Cliëntervaringsonderzoek Jeugd (jongeren) Gemeente Emmen september 2018 RESULTAAT KWALITEIT TOEGANG Cliëntervaringsonderzoek Jeugd 2017 Gemeente Emmen Deze samenvatting presenteert de belangrijkste

Nadere informatie

OpGroeieN. OpGroeieN. DaT doen We in Best SaMen! Beste Betsy geeft antwoord op al je vragen over opvoeden en opgroeien

OpGroeieN. OpGroeieN. DaT doen We in Best SaMen! Beste Betsy geeft antwoord op al je vragen over opvoeden en opgroeien OpGroeieN OpGroeieN DaT doen We in Best SaMen! DaT doen We in Best SaMen! Beste Betsy geeft antwoord op al je vragen over opvoeden en opgroeien Beste Betsy is het Centrum voor Jeugd en Gezin in Best. Niet

Nadere informatie

pggm.nl Persoonlijke Balans in de beleving van PGGM- leden Enquête De Persoonlijke Balans

pggm.nl Persoonlijke Balans in de beleving van PGGM- leden Enquête De Persoonlijke Balans pggm.nl Persoonlijke Balans in de beleving van PGGM- leden Enquête De Persoonlijke Balans In maart 2014 heeft PGGM haar leden gevraagd naar hun persoonlijke balans: wat betekent persoonlijke balans voor

Nadere informatie

INTAKEVRAGENLIJST VOLWASSENEN. U wordt vriendelijk verzocht deze vragenlijst uit te printen, in te vullen en mee te nemen naar het intakegesprek.

INTAKEVRAGENLIJST VOLWASSENEN. U wordt vriendelijk verzocht deze vragenlijst uit te printen, in te vullen en mee te nemen naar het intakegesprek. INTAKEVRAGENLIJST VLWASSENEN U wordt vriendelijk verzocht deze vragenlijst uit te printen, in te vullen en mee te nemen naar het intakegesprek. Toelichting: Het doel van deze vragenlijst is voorafgaand

Nadere informatie

Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS)

Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS) 1 (13) Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS) Auteur Tineke Brouwers Respons onderzoek Op 31 mei kregen de panelleden van 12 tot en met 16 jaar (89 personen) een e-mail met de vraag of zij

Nadere informatie

Omnibusenquête deelrapport. Zoetermeer FM

Omnibusenquête deelrapport. Zoetermeer FM Omnibusenquête 2015 deelrapport Zoetermeer FM Omnibusenquête 2015 deelrapport Zoetermeer FM OMNIBUSENQUÊTE 2015 deelrapport ZOETERMEER FM Zoetermeer, 18 december 2015 Gemeente Zoetermeer Afdeling Juridische

Nadere informatie

VRAGENLIJST. Mantelzorger, baseline en vervolgmeting

VRAGENLIJST. Mantelzorger, baseline en vervolgmeting 2019 VRAGENLIJST, baseline en vervolgmeting pagina 2 Uw ervaringen als mantelzorger zijn waardevol U zorgt voor of biedt ondersteuning aan uw partner, een familielid, een vriend of bekende die hulp nodig

Nadere informatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Samenvatting Hfst 9. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële positie van de Leidenaar. De resultaten

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID Jeugd 2010 4 K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland

Nadere informatie