Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013"

Transcriptie

1 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Drs. G. Eijkhout Rapport

2 GEMEENTE GENNEP Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Onderzoek naar de mate waarin burgers van de gemeente Gennep maatschappelijk participeren en de voorwaarden waaronder burgers kunnen en willen participeren Juli 2014 Pagina 1

3 COLOFON Samenstelling: Drs. G. Eijkhout Vormgeving en druk: Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Postbus AA Groesbeek Tel.: Website: Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, elektronisch of op welke andere wijze dan ook, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Wmoklanttevredenheidsonderzoek.nl. De vragenlijst die ten grondslag ligt aan dit onderzoek is en blijft intellectueel eigendom van Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl en mag op geen enkele wijze gebruikt worden zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Dit rapport is met de grootst mogelijke zorg opgesteld. Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden, noch kunnen aan de resultaten, de conclusies of de aanbevelingen rechten worden ontleend. Pagina 2

4 Inhoudsopgave Verantwoording... 4 Samenvatting, conclusies en aanbevelingen... 5 HOOFDSTUK 1 ONDERZOEKSOPZET Aanleiding van het onderzoek Onderzoeksdoelstellingen Onderzoeksgroep Onderzoeksvragen Onderzoeksonderwerpen Gegevensverzameling Gegevensverwerking en analyse... 9 HOOFDSTUK 2 RESPONS HOOFDSTUK 3 ANALYSE RESULTATEN Algemeen Gezondheid Sociale contacten Verenigingsleven en vrijwilligerswerk Mantelzorg Actief in de buurt Sociale eenzaamheid Sociale cohesie BIBLIOGRAFIE BIJLAGE I GEBRUIKTE SCHATTINGS- EN ANALYSEMETHODEN BIJLAGE II KLUSJES DIE BUURTGENOTEN VOOR ANDERE BUURTGENOTEN WILLEN DOEN Pagina 3

5 Verantwoording Opmerkingen respondenten In dit rapport zijn bij enkele onderwerpen opmerkingen van respondenten vermeld. Deze opmerkingen stonden ofwel vermeld als toelichting bij een (open) vraag, ofwel vermeld aan het einde van de vragenlijst, waar plaats is voor opmerkingen, suggesties of vragen. Uit deze opmerkingen hebben we een relevante selectie gemaakt, die we steeds in een kader bij de bijbehorende onderwerpen hebben geplaatst. Het gaat hierbij steeds om één of meer reacties van individuele personen, dus de reacties hoeven niet representatief te zijn voor de rest van de doelgroep. Sommige opmerkingen zijn geparafraseerd om de privacy van de respondenten te waarborgen. Volgorde vragen In dit rapport zijn vragen en onderwerpen die bij elkaar horen geclusterd. De volgorde van de vragen zoals die in het rapport worden geanalyseerd, kan dus afwijken van de volgorde van de vragen in de vragenlijst. Afronding percentages Bij sommige tabellen komt het totale percentage niet precies uit op 100%. Dit wordt veroorzaakt door afrondingsverschillen en brengt de betrouwbaarheid van de percentages dus niet in het geding. Betekenis en verantwoording technieken en symbolen De in dit rapport gebruikte analyse- en schattingsmethoden worden in bijlage I verder uitgelegd. Pagina 4

6 Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Aan de hand van de drie onderzoeksvragen vatten we de belangrijkste resultaten van het onderzoek samen en trekken we conclusies. Op basis van de conclusies trachten we aanbevelingen te formuleren waarmee de gemeente Gennep haar participatiebeleid verder kan vormgeven. In hoeverre participeren burgers? Iets minder dan negen op de tien burgers participeren op de een of andere wijze in de samenleving. Dat wil zeggen: ze hebben een betaalde baan, zijn lid van een vereniging, zijn actief als vrijwilliger, zetten zich actief in voor de buurt of een combinatie hiervan. Bijna 11% neemt helemaal geen deel aan de maatschappij, uitgaande van de voorgaande activiteiten. Sociale cohesie is de mate waarin mensen in hun gedrag en beleving uitdrukking geven aan hun betrokkenheid bij maatschappelijke verbanden in hun persoonlijke leven, als burger in de maatschappij en als lid van de samenleving, aldus het SCP. De schaalscore die de sociale cohesie uitdrukt voor de gemeente Gennep, bedraagt 6,9. Daarmee scoort de gemeente Gennep hoger dan Nederland als geheel (6,2). De sociale cohesie in de gemeente is dus redelijk hoog. Sociale eenzaamheid is gekoppeld aan het subjectief ervaren gemis van betekenisvolle relaties met een bredere groep van mensen, zoals kennissen, buurtgenoten, mensen met dezelfde belangstelling en mensen om samen een hobby uit te voeren. Ook sociale eenzaamheid zegt dus iets over participatie. We zien dat een flinke groep burgers in de gemeente Gennep sociaal eenzaam is; 21% is matig sociaal eenzaam en ruim 12% is sterk sociaal eenzaam. Ruim 67% is helemaal niet sociaal eenzaam. Landelijk is bijna 40% sociaal eenzaam. Wat dat betreft scoort Gennep iets beter dan landelijk. Meedoen aan de maatschappij of dat nou is door als vrijwilliger actief te zijn, door het hebben van een betaalde baan of door actief te zijn in de buurt zorgt ervoor dat mensen zich duidelijk minder sociaal eenzaam voelen en zich meer betrokken voelen bij de maatschappij. Toch zijn er een paar groepen burgers die duidelijk sociaal eenzamer zijn en lager scoren wat betreft sociale cohesie. Wie zijn de kwetsbare groepen wat betreft participatie? Er zijn enkele groepen burgers die duidelijk kwetsbaarder zijn wat betreft maatschappelijke participatie. Deze groepen scoren significant slechter op het gebied van sociale eenzaamheid en/of sociale cohesie en zijn ook minder maatschappelijk actief. Zij zetten zich bijvoorbeeld niet in voor hun buurt, zijn geen vrijwilliger en hebben doorgaans een negatieve mening over hun woonomgeving. Het gaat hierbij om de volgende groepen: - Mensen die beperkt worden in hun dagelijkse leven door gezondheidsproblemen - Mensen met weinig kwalitatief goede sociale contacten - Mantelzorgers die zich (wel eens) te zwaar belast voelen door hun zorgtaken. Onder welke voorwaarden kunnen en willen burgers participeren? Soms willen mensen niet meer participeren. Bijvoorbeeld sommige groepen ouderen, vanwege hun hoge leeftijd al dan niet in combinatie met gezondheidsproblemen. Soms voelen mensen zich niet betrokken bij de samenleving of maken ze er niet echt deel van uit. Denk hierbij aan mensen met psychische of zintuiglijke problemen of aan mensen die niet voldoende de deur uit kunnen gaan, omdat ze hiervoor geen energie hebben. Bij deze groepen en ook andere groepen! is er wellicht nog wel de wil om te participeren, maar is er een drempel om dit te doen. Een andere vorm van participatie is meedoen door anderen te helpen. Uit het onderzoek komt naar voren dat 57% bereid is om iets voor een buurtgenoot te willen doen, maar op incidentele basis. Bijna 3% zegt een buurtgenoot structureel (bijvoorbeeld wekelijks) te willen ondersteunen. Bijna 10% van de Pagina 5

7 respondenten ondersteunt op dit moment al één of meerdere buurtgenoten. Daarnaast is 27% op dit moment mantelzorger. Uit het onderzoek komt een aantal voorwaarden om te participeren naar voren: - Zich betrokken voelen bij de maatschappij, maar ook betrokken worden door anderen: Anderen willen helpen / iets voor de samenleving willen doen Betrokkenheid bij de gemeenschap (buurt, belangenorganisatie etc.) Gevraagd worden om iets te doen (vrijwilligerswerk doen, klusjes uitvoeren etc.) - Er moet een persoonlijk belang, dat kan zijn: Invloed willen hebben Een persoonlijke interesse Zichzelf willen verbeteren Omdat het leuk is Sociaal netwerk willen opbouwen of onderhouden - Er moet voldoende tijd en ruimte zijn (soms: gecreëerd worden) - De mate en wijze van participatie moet aansluiten bij de mogelijkheden van de persoon. Pagina 6

8 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2013 Aanbevelingen Het Wmo-beleidsplan heeft een aantal goede uitgangspunten als het gaat om maatschappelijke participatie. Daarnaast heeft de gemeente ook al flinke stappen gezet met het programmaplan Ontmoeten Meedoen Ondersteunen. Onzes inziens zouden in elk geval de volgende vragen (verder) uitgewerkt moeten worden: Waarom en waarvoor is participatie zo belangrijk? Wat wil de gemeente precies bereiken met een hogere participatiegraad? Zijn de doelstellingen SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) geformuleerd? Op welke groepen burgers wil de gemeente zich specifiek richten en welke verwachtingen heeft de gemeente van deze burgers? Daarbij gaat het niet alleen om de groepen burgers die ondersteuning nodig hebben, maar vooral om die burgers die ondersteuning kunnen geven. Wie of welke organisaties zijn er nodig om de doelstellingen te bereiken? Welke middelen kunnen ingezet worden om die doelstellingen te bereiken? Is de gekozen aanpak efficiënt en effectief? Met andere woorden: zorg voor een goede monitoring. Hierdoor kan op tijd bijgestuurd worden, waardoor er veel tijd en geld bespaard kan worden. Uit onderzoek blijkt dat mensen die matig of ernstig eenzaam zijn, een grotere kans hebben op gezondheidsproblemen. Het is juist deze groep die ook een groter beroep doet op ondersteuning via de gemeente. Daarnaast is er de vergrijzing die ervoor zorgt dat er een grotere ondersteuningsbehoefte ontstaat. Burgers met beperkingen kunnen straks minder beroep doen op ondersteuning vanuit de gemeente. Zij zullen dus meer een beroep gaan doen op mantelzorgers. Juist bij deze groep mantelzorgers wordt de kans op overbelasting vergroot. Tot slot wordt de gemeente geconfronteerd met voor hen nieuwe doelgroepen. Wij adviseren de gemeente Gennep om bij de ontwikkeling van hun plan van aanpak over participatie in het bijzonder aandacht te besteden aan deze groepen burgers. Om te participeren, moet er ook een intrinsieke wil zijn om mee te doen. Wij adviseren de gemeente Gennep dan ook om zich te richten op die groepen burgers die nu al actief zijn als (buurt)vrijwilliger of als mantelzorger. Zorg ervoor dat deze groepen plezier blijven behouden in hun activiteiten en waar nodig, verder gestimuleerd en/of ondersteund worden. Op de tweede plaats adviseren we de gemeente om zich te richten op die groep burgers die nu niet actief is als (buurt)vrijwilliger, maar waarbij er wel een latente wil is om iets te doen. Bij deze groep is de kans het grootst dat zij zich alsnog actief gaan inzetten als (buurt)vrijwilliger of als mantelzorger. Vermoedelijk is er wel een grotere inspanning nodig om deze groep burgers actief te krijgen. Pagina 7

9 HOOFDSTUK 1 ONDERZOEKSOPZET 1.1 Aanleiding van het onderzoek Door de komst van de Wmo 2015 en de daarbij behorende transities wordt het steeds belangrijker dat burgers actief deelnemen aan de samenleving. Dat geldt niet alleen voor specifieke doelgroepen, zoals mensen met een beperking, maar voor álle burgers. De onderliggende boodschap is dat burgers medeverantwoordelijk zijn voor de maatschappelijke deelname en het maatschappelijke functioneren van burgers die dat niet geheel op eigen kracht kunnen doen. De gemeente Gennep wil graag meer informatie krijgen over de groepen die op dit moment moeite hebben met maatschappelijke participatie. Verder wil de gemeente te weten komen of burgers die geen moeite hebben met maatschappelijke participatie, ook bereid zijn om anderen te ondersteunen. Twee doelstellingen uit het Wmobeleidsplan zijn hierbij van belang: 1. De leefbaarheid in de gemeente versterken door in te zetten op de zelfredzaamheid en participatie van inwoners. Mensen dienen daarbij vooral zelf bij te dragen aan de kwaliteit van de eigen woonomgeving. Inwoners hebben zelf verantwoordelijkheid om initiatieven te nemen en een bijdrage te leveren aan de samenleving. 2. Inwoners kunnen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. De titel van het Wmo-beleidsplan is ook al veelzeggend en Wmo 2015-proof; samen meedoen, elkaar ondersteunen. Alleen op deze wijze blijven de ondersteuningsmogelijkheden vanuit de gemeente Gennep beheersbaar, gericht op onder andere ouderen, mensen met lichamelijke of verstandelijke beperkingen, chronisch zieken en mensen met psychische problemen. 1.2 Onderzoeksdoelstellingen De doelstellingen van het onderzoek zijn: 1. Inzicht krijgen in de mate waarin burgers participeren, gedifferentieerd naar onder andere leeftijd en gezondheid, teneinde de gemeente Gennep input te verschaffen om het (toekomstige) participatiebeleid in te kunnen vullen. 2. Daarnaast moet het onderzoek inzicht geven in de voorwaarden waaronder burgers kunnen en willen participeren. 1.3 Onderzoeksgroep De doelgroep bestaat uit een selectie van alle inwoners van de gemeente Gennep van 18 jaar en ouder. 1.4 Onderzoeksvragen Het onderzoek moet een antwoord geven op de volgende vragen: In hoeverre participeren burgers? Wie zijn de kwetsbare groepen wat betreft participatie? Onder welke voorwaarden kunnen en willen burgers participeren? 1 Uit: SAMEN MEEDOEN, ELKAAR ONDERSTEUNEN Wmo-beleidsplan , pagina 7. Pagina 8

10 1.5 Onderzoeksonderwerpen Om de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden, komen de volgende onderwerpen in het onderzoek aan bod: Deelname aan verenigingen Betrokken zijn bij de buurt Mantelzorg geven Vrijwilligerswerk doen Zorgen voor dorpsgenoten Sociale samenhang Sociale eenzaamheid. 1.6 Gegevensverzameling Bij het uitvoeren van dit onderzoek is ervoor gekozen om de doelgroep door middel van schriftelijke vragenlijsten te benaderen. Door een kwantitatief onderzoek uit te voeren door middel van schriftelijke vragenlijsten ontstaat een brede kijk op de mate van participatie onder de burgers. De resultaten van het onderzoek zijn waar nodig en mogelijk gedifferentieerd naar de (achtergronden van de) doelgroepen en de dorpskernen. Om tot een betrouwbaar en representatief resultaat te komen, is er uit de Gemeentelijke Basisadministratie een steekproef getrokken uit de totale bevolking van achttien jaar en ouder. Bij deze steekproef is de grootte van de dorpen en wijken meegewogen. De doelgroep is halverwege mei benaderd door middel van een schriftelijke vragenlijst. 1.7 Gegevensverwerking en analyse De kwantitatieve gegevens van dit onderzoek zijn geanalyseerd met behulp van het statistische programma IBM SPSS Statistics versie De kwalitatieve data zijn geanalyseerd met behulp van het programma Kwalitan versie Andere gebruikte programma s zijn Word 2010 en Excel Het rapport beschrijft voor alle onderwerpen de uitkomsten en de achtergronden. De gegevens worden hierbij vaak in grafieken, tabellen of taartdiagrammen weergegeven. De gegevens zijn, waar mogelijk en relevant, verder uitgesplitst naar specifieke kenmerken van de doelgroepen. Bij het vaststellen van de uitkomsten zijn de vragen die niet beantwoord zijn ook niet meegerekend. Dit betekent dat de resultaten niet altijd betrekking hebben op de totale groep onderzoeksdeelnemers. Per onderwerp is aangegeven hoe veel respondenten hebben meegedaan. Pagina 9

11 HOOFDSTUK 2 RESPONS In de onderstaande tabel is de respons per doelgroep weergegeven. Doelgroep Totale populatie Aantal benaderde burgers Respons (%) Betrouwbaarheid Burgers van achttien jaar en ouder (30,4%) 97% Tabel 1. Respons onderzoek De totale populatie van burgers van achttien jaar en ouder bestond op 30 april 2014 uit personen. Om tot een statistisch betrouwbaar resultaat te komen van 95%, moesten ten minste 374 personen meedoen. Met 455 onderzoeksdeelnemers zitten we ruim boven dat minimumaantal. De betrouwbaarheid van dit onderzoek betreft alleen de totale populatie en bedraagt 97%. In statistisch onderzoek wordt meestal uitgegaan van een betrouwbaarheidsniveau van ten minste 95% om te kunnen spreken van een betrouwbaar onderzoek. Met dit responsresultaat voldoen we ruim aan die voorwaarde. 2 Peildatum: 30 april Pagina 10

12 HOOFDSTUK 3 ANALYSE RESULTATEN 3.1 Algemeen Van de burgers die aan dit onderzoek hebben meegedaan, is 40,8% man en 59,2% vrouw (N = 441). Van deze groep burgers (N = 453) is 8,2% tussen 18 en 30 jaar. Bijna 26% is tussen de 31 en 50 jaar oud en circa 33% behoort tot de leeftijdscategorie 51 tot en met 64 jaar. Tot slot is 21,4% is tussen 65 en 74 jaar en 11,7% is 75 jaar of ouder. Gennep 50,6% Heijen Milsbeek Ottersum Ven-Zelderheide 10,4% 20,6% 13,3% 5,1% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 1. Verdeling burgers naar dorp of wijk (N = 451) De meeste respondenten komen uit de dorpskern Gennep (50,6%). 20,6% woont in Milsbeek, 13,3% in Ottersum, 10,4% in Heijen en 5,1% in Ven-Zelderheide. Ik heb geen opleiding afgerond Lager onderwijs Lager en middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (bijv.: VMBO, MAVO, MULO) Hoger algemeen voortgezet onderwijs (bijv.: HAVO, VWO, HBS, MMS, gymnasium, atheneum) Lager beroepsonderwijs (bijv.: LTS, LEAO, Huishoudschool, Ambachtsschool) Middelbaar beroepsonderwijs (bijv.: MTS, MEAO, CIOS) Hoger beroepsonderwijs (bijv.: HTS, HEAO, PABO) Wetenschappelijk onderwijs Anders 3,6% 6,7% 17,8% 6,7% 10,8% 24,0% 22,7% 5,8% 1,8% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% Grafiek 2. Hoogst afgeronde opleiding (N = 445) De respondenten hebben een MBO-diploma (24%) of een HBO-diploma (22,7%) behaald. Nog eens bijna 18% heeft lager of middelbaar algemeen voortgezet onderwijs afgerond en bijna 11% heeft een LBO-diploma. Pagina 11

13 Ik heb een betaalde baan 48,1% Ik werk als vrijwilliger Ik zorg voor iemand (mantelzorg) 13,6% 21,3% Ik ben bezig met mijn hobby( s) Ik zorg voor het huishouden 35,2% 41,3% Ik studeer / ga naar school Ik kan niet zoveel doen, in verband met mijn gezondheid Anders 6,2% 11,4% 10,5% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 3. De gemiddelde dagbesteding van de onderzoeksdeelnemers (als % van N = 455) De relatieve meerderheid van de respondenten (48,1%) heeft een betaalde baan. Het gaat hierbij vooral om de respondenten in de leeftijd van 31 tot en met 64 jaar (73%). Van de mannen in de leeftijd van 18 tot en met 64 jaar heeft 70,5% een betaalde baan. Bij de vrouwen is dat 71,4%. Qua dorpskeren zien we dat Heijen het qua betaalde banen het beste doet met bijna 82% en de dorpskern Gennep het slechtste met 64,6%. In de andere dorpskernen ligt het percentage rond 77%. Ook hier is gekeken naar de groep respondenten in de leeftijd van 18 tot en met 64 jaar. 41,3% van de respondenten zorgt voor het huishouden. Van de vrouwelijke burgers zorgt 59,8% (ook) voor het huishouden. Bij de mannelijke burgers is dat 16,1%. Daarnaast is 35,2% bezig met een hobby. Het gaat hierbij vooral om respondenten in de leeftijd van 65 tot en met 74 jaar (53,6%). 21,3% werkt als vrijwilliger. Het gaat hierbij vooral om de groep burgers in de leeftijd van 65 tot en met 74 jaar (34% van deze groep is actief als vrijwilliger). Daarnaast is 13,6% mantelzorger. Hierbij gaat het vooral om respondenten in de leeftijd van 41 tot en met 64 jaar; 19%. Tot slot zegt 11,4% niet zoveel te kunnen doen vanwege de gezondheid. Het gaat hierbij vooral om 75-plussers (34%). Van deze groep respondenten (N = 333) heeft 10,8% een gezamenlijk netto-inkomen van minder dan per maand. 10,2% heeft een gezamenlijk netto-inkomen dat ligt tussen de en ,5% heeft een gezamenlijk netto-inkomen tussen en ,4% heeft een inkomen tussen en en 21% heeft een gezamenlijk netto-inkomen dat hoger ligt dan Uit een nadere analyse komt naar voren dat 75-plussers gemiddeld het laagste gezamenlijke netto-inkomen hebben. De groep respondenten in de leeftijd van 41 tot en met 50 jaar heeft gemiddeld het hoogste gezamenlijke netto-inkomen. Pagina 12

14 3.2 Gezondheid Rapportcijfer: 4,5% 17,3% 78,1% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Grafiek 4. Beoordeling van de eigen gezondheid (N = 426) 1 t/m 4 (slecht) 5 of 6 (matig) 7 t/m 10 (goed) Gemiddeld geven de respondenten een ruime voldoende als rapportcijfer voor hun gezondheid, namelijk een 7,3. Het rapportcijfer 8 is het meest gegeven cijfer. Het gemiddelde rapportcijfer voor de gezondheid daalt licht, maar wel significant, naarmate de leeftijd toeneemt. Met andere woorden: ouderen zijn (en/of voelen) zich minder gezond dan jongeren. De 75-plussers beoordelen hun gezondheid het laagste, met een 6,5 als gemiddelde. De groep respondenten in de leeftijd van 18 tot en met 30 jaar voelt zich met een gemiddeld rapportcijfer 8,1 het gezondst. Van de onderzoeksdeelnemers geeft 30,5% aan dat hun gezondheid hen beperkt in hun dagelijkse bezigheden. Deze groep geeft een 5,9 als gemiddeld rapportcijfer voor haar gezondheid. Het rapportcijfer 6 komt bij deze groep het meeste voor. Bij de groep die deze beperkingen niet heeft, is het gemiddelde rapportcijfer voor de gezondheid een 8,0. Vooral 75-plussers ondervinden verhoudingsgewijs vaker beperkingen in hun dagelijkse leven, namelijk 66%. Lichamelijke beperking 54,9% Chronische ziekte 36,1% Psychisch probleem Zintuiglijke beperking (slechthorend of slechtziend) Vergeetachtig 11,3% 9,0% 9,0% Weinig energie 25,6% Verstandelijke beperking Anders 7,5% 3,8% Grafiek 5. Oorzaken gezondheidsproblemen (als % van N = 133) 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Gezondheidsproblemen worden vooral veroorzaakt door lichamelijke beperkingen (54,9%), chronische ziekten (36,1%) en weinig energie hebben (25,6%). Bij de vrouwelijke respondenten komen deze aandoeningen wat vaker voor dan bij mannelijke respondenten. Daarnaast valt op dat chronische ziekten bij respondenten tot 65 jaar vaker voorkomen (43%) dan bij 65-plussers (27%). Psychische problemen komen bij ruim 11% van de respondenten voor. Psychische problemen komen verhoudingsgewijs wat meer voor bij respondenten in de leeftijd van 41 tot en met 50 jaar, namelijk bij bijna 27%. Pagina 13

15 3.3 Sociale contacten De meeste respondenten (N = 448) (79%) gaan vrijwel dagelijks de deur uit. Nog eens 17,4% gaat meerdere keren per week naar buiten, maar niet dagelijks. 3,5% gaat hooguit één keer per week de deur uit. Van de groep burgers jonger dan 65 jaar, gaat ruim 87% vrijwel dagelijks naar buiten. Van de 65- tot en met 74-jarigen gaat 73% vrijwel dagelijks de deur uit en van de 75-plussers 46%. Van deze laatste groep gaat ruim 42% meerdere keren per week de deur uit, maar niet dagelijks. Burgers die beperkingen ondervinden als gevolg van hun gezondheid gaan significant minder vaak de deur uit dan de groep die geen beperkingen ondervindt. Als we de antwoorden op de vraag hoe vaak gaat u gemiddeld de deur uit op dorpskernniveau 3 bekijken, levert dat de volgende resultaten op: Gennep (N = 225) Heijen (N = 45) Milsbeek (N = 92) Ottersum (N = 59) Ven- Zelderheide (N = 23) (Vrijwel) dagelijks 83,1% 71,1% 78,3% 72,9% 78,3% Meerdere keren per week, maar niet dagelijks 14,2% 26,7% 16,3% 23,7% 13,0% Ongeveer 1 maal per week 1,8% 2,2% 4,3% 3,4% 4,3% Ongeveer 1 à 2 maal per maand 0,9% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% Minder dan 1 maal per maand 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% Vrijwel nooit 0,0% 0,0% 1,1% 0,0% 4,3% Gemiddeld gaan de respondenten uit de kern Gennep het meest de deur uit. De gemiddelden van Heijen, Milsbeek en Ottersum zijn hetzelfde. De respondenten uit Ven-Zelderheide gaan gemiddeld het minst vaak de deur uit. De verschillen tussen de diverse dorpskernen zijn echter niet significant. Van de respondenten zegt een zeer ruime meerderheid (N = 441) (93%) dat zij voldoende de deur uitgaan. 7% zegt dat zij onvoldoende de deur uitgaat. Van deze groep zijn het in verhouding vooral de 75-plussers die voor hun gevoel niet voldoende de woning verlaten; 17%. Bij de groep burgers jonger dan 75 jaar is dat gemiddeld ongeveer 6%. Dit verschil is echter niet significant. Van de burgers wier gezondheid hen beperkt in hun dagelijkse bezigheden, zegt 83% dat zij voldoende de deur uitgaan. Bij de groep die deze belemmeringen niet ondervindt, is dat 97%. Dit verschil is statistisch significant. De belangrijkste redenen waarom respondenten niet voldoende de deur uitgaan (als % van N = 32): - Gezondheidstoestand (53%) - Geen zin hebben (22%) - Niet alleen willen gaan (16%) - Geen vervoer hebben (16%) - Er tegenop zien (13%). 3 Let op: door de lage N-waarden in sommige dorpskernen kunnen de percentages vertekenend zijn. Pagina 14

16 Rapportcijfer kwaliteit sociale contacten 3,5% 13,1% 83,5% Grafiek 6. Kwaliteit sociale contacten (N = 428) Over de kwaliteit van de sociale contacten zijn de meeste respondenten tevreden. Gemiddeld geven zij een 7,4 als rapportcijfer. 83,5% geeft een 7 of hoger voor de kwaliteit van hun sociale contacten. Een aantal factoren heeft een significante invloed op de beoordeling van de kwaliteit van de sociale contacten. Op de eerste plaats is dat de beoordeling van de eigen gezondheid. Naarmate de beoordeling van de eigen gezondheid hoger (of lager) is, stijgt (of daalt) de beoordeling van de kwaliteit van de sociale contacten. Ook respondenten die beperkingen ervaren door hun gezondheidstoestand, beoordelen de kwaliteit van de sociale contacten (6,7) significant lager dan de groep zonder beperkingen (7,7). Bekijken we de gemiddelden per aandoening, dan zijn de resultaten als volgt: Waardoor beperkt uw gezondheid u in uw dagelijkse bezigheden? Rapportcijfer sociale contacten Lichamelijke beperking 6,8 Chronische ziekte 6,7 Psychisch probleem 5,5 Zintuiglijke beperking (slechthorend of slechtziend) 5,5 Vergeetachtig 6,8 Weinig energie 6,2 Verstandelijke beperking 5,7 Vooral mensen met psychische problemen, een zintuiglijke beperking of een verstandelijke beperking beoordelen de kwaliteit van hun sociale contacten lager. Daarnaast beoordelen respondenten die voor hun gevoel niet voldoende de deur uitgaan de kwaliteit van de sociale contacten significant lager (5,8) dan de groep die wel vindt dat zij voldoende de deur uitgaat (7,6). De verschillen tussen de dorpskernen zijn niet zo groot. Per dorpskern zijn de resultaten als volgt: In welk dorp of in welke wijk woont u? Rapportcijfer sociale contacten Gennep 7,3 Heijen 7,6 Milsbeek 7,6 Ottersum 7,7 Ven-Zelderheide 7,1 0% 20% 40% 60% 80% 100% 1 t/m 4 5 of 6 7 of hoger Pagina 15

17 3.4 Verenigingsleven en vrijwilligerswerk Aan de respondenten is gevraagd of zij lid zijn van een vereniging en/of aan vrijwilligerswerk doen. Dit zegt iets over het sociale netwerk dat mensen hebben en de mate waarin mensen maatschappelijk participeren. Hierbij kijken we duidelijk naar specifieke groepen die niet participeren. Van deze groep respondenten (N = 442) is ruim 59% lid van een vereniging. Bijna 41% is dit niet. Een nadere analyse laat zien dat: - Van de 41-plussers is gemiddeld 62% lid van een vereniging. Bij de respondenten tussen 18 tot en met 40 jaar is dat 46%. - Van de respondenten die vinden dat zij voldoende de deur uitgaan, is 61% lid van een vereniging. Van de respondenten die vinden dat zij onvoldoende de deur uitgaan, is 29% lid van een vereniging. - Opleiding en beperkingen als gevolg van gezondheidsproblemen spelen hierin geen rol van betekenis. Als we de resultaten op dorpskernniveau 4 bekijken, levert dat de volgende resultaten op: Gennep (N = 221) Heijen (N = 44) Milsbeek (N = 92) Ottersum (N = 59) Ven- Zelderheide (N = 23) Lid van een vereniging 53,4% 72,7% 64,1% 62,7% 60,9% Geen lid van een vereniging 46,6% 27,3% 35,9% 37,3% 39,1% De respondenten uit de gemeente Heijen zijn in vergelijking met de andere dorpskernen vaker lid van een vereniging dan de respondenten uit de andere dorpskernen. De respondenten uit de kern Gennep zijn juist wat minder vaak lid van een vereniging. Sport en recreatie Kunst & cultuur Sociaal-cultureel werk Zorg- of hulpverlening Belangenbehartiging Leefomgeving Natuur en milieu Onderwijs en vorming (ouderraad etc.) Levensbeschouwing Politiek (politieke partij) Ideëel Verkeer en veiligheid Anders 20,6% 17,9% 3,4% 15,6% 12,6% 2,3% 3,1% 10,3% 4,2% 1,9% 1,5% 5,3% 55,7% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 7. Achtergrond/doelstelling organisatie waar respondenten lid van zijn (als % van N = 262) De respondenten zijn vaak lid van een sport- of recreatieclub (55,7%). Daarnaast is 20,6% lid van een vereniging in de kunst- en cultuursector en bijna 18% van een vereniging in de sector sociaal-cultureel werk. 4 Let op: door de lage N-waarden in sommige dorpskernen kunnen de percentages vertekenend zijn. Pagina 16

18 Een vrijwilliger is iemand die werkzaamheden verricht, meestal voor een organisatie (vereniging, club of los verband van vrijwilligers), zonder dat hij/zij hiervoor betaald krijgt. Een vrijwilliger maait dus bijvoorbeeld het gras voor de plaatselijke voetbalorganisatie, maar kan ook langs de deuren gaan voor een goed doel, in de schoolpauzes passen op overblijvende kinderen of de jaarlijkse rommelmarkt organiseren. Vrijwilligerswerk is al een cruciaal onderdeel van de huidige Wmo en wordt met de komst van de Wmo 2015 nog belangrijker, omdat er van burgers meer wordt verwacht dat zij zich actief inzetten voor de maatschappij. Van deze groep respondenten (N = 449) is ruim 39% actief als vrijwilliger. Bijna 61% doet niet aan vrijwilligerswerk. Jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 30 jaar en 75-plussers zijn met respectievelijk 24% en 17% het minst actief als vrijwilliger. Van de respondenten in de overige leeftijdscategorieën is ongeveer 44% actief als vrijwilliger. Van de respondenten met een baan is bijna 44% actief als vrijwilliger. Van de studerenden is ruim 32% actief als vrijwilliger. Per dorpskern 5 bekijken, zijn resultaten als volgt: Gennep (N = 227) Heijen (N = 44) Milsbeek (N = 93) Ottersum (N = 58) Ven- Zelderheide (N = 23) Actief als vrijwilliger 34,4% 43,2% 44,1% 46,6% 39,1% Niet actief als vrijwilliger 65,6% 56,8% 55,9% 53,4% 60,9% De bovenstaande tabel laat zien dat de respondenten uit de kernen Heijen, Milsbeek en Ottersum relatief het meest actief zijn als vrijwilliger, hoewel in die kernen nog steeds een meerderheid niet actief is als vrijwilliger. De respondenten uit de kern Gennep zijn in verhouding tot de andere kernen, het minst actief als vrijwilliger. Bijna 43% van de vrijwilligers (N = 169)) die aan dit onderzoek hebben meegedaan, zijn actief voor één organisatie. Ruim 36% is actief voor twee organisaties en bijna 14% is actief voor drie organisaties. Ongeveer 8% is actief voor vier of vijf organisaties. Verhoudingsgewijs zijn de meeste respondenten die actief zijn als vrijwilliger (N = 171), tien jaar of langer actief, namelijk 49%. 24% is vijf tot tien jaar actief als vrijwilliger en nog eens bijna 25% één tot vijf jaar. Ruim 2% is korter dan één jaar actief als vrijwilliger. Van de vrijwilligers verricht de meerderheid (69%) één tot vijf uur per week vrijwilligerswerk. Bijna 16% verricht vijf tot negen uur vrijwilligerswerk per week en 16% meer dan negen uur per week. Het gemiddelde bedraagt ongeveer vier uur. 5 Let op: door de lage N-waarden in sommige dorpskernen kunnen de percentages vertekenend zijn. Pagina 17

19 Ik ben gevraagd door het bestuur 24,3% Ik ben gevraagd door andere vrijwilligers Er wordt van mij als lid een vrijwillige bijdrage verwacht Ik heb mijzelf aangemeld als vrijwilliger naar aanleiding van een persbericht / vacature Ik heb mijzelf spontaan aangemeld als vrijwilliger Ik ben gevraagd door een medewerker van het Steunpunt Vrijwilligers Ik heb me aangemeld via de Vrijwilligersvacaturebank Anders 9,8% 7,5% 0,0% 0,6% 5,8% 20,2% 31,8% Grafiek 8. Aanleiding om vrijwilligerswerk te gaan doen (N = 173) 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% Bijna 32% van deze groep respondenten heeft zich spontaan aangemeld als vrijwilliger. Daarnaast zegt ruim 24% gevraagd te zijn door het bestuur. Nog eens ruim 20% is gevraagd door andere vrijwilligers. Van de mannelijke respondenten die actief is als vrijwilliger, is bijna 38% gevraagd door het bestuur. Bij de vrouwelijke respondenten is dat 18%. Vrouwelijke respondenten zijn daarentegen weer iets vaker gevraagd door andere vrijwilligers (24%) en vrouwelijke respondenten hebben zich wat vaker spontaan aangemeld (39%) dan de mannelijke respondenten. Bij de mannelijke respondenten zijn deze percentages respectievelijk 17% en 26%. Opvallend is verder dat van de respondenten met beperkingen die actief zijn als vrijwilliger, zich 44% spontaan heeft aangemeld als vrijwilliger. Dit percentage ligt duidelijk hoger dan het percentage van de gehele groep. Pagina 18

20 Sport en recreatie Kunst & cultuur Sociaal-cultureel werk Zorg- of hulpverlening Informatie en advies Belangenbehartiging Leefomgeving Natuur en milieu Onderwijs en vorming Levensbeschouwing Politiek Ideëel Verkeer en veiligheid Anders 8,5% 1,7% 9,7% 8,0% 2,8% 10,8% 10,2% 4,5% 2,3% 2,3% 10,8% 25,6% 26,1% 39,2% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% Grafiek 9. Sectoren vrijwilligersorganisaties (N = 176) De meeste vrijwilligers die aan dit onderzoek hebben meegedaan, zijn actief in de sectoren sport en recreatie, sociaal-cultureel werk en/of kunst en cultuur. Mannelijke respondenten zijn relatief wat meer actief bij sportclubs en vrouwelijke respondenten wat meer bij organisaties in de sector sociaal- en cultureel werk. Pagina 19

21 Het is belangrijk voor de plaats waar ik woon 35,2% Het staat goed op mijn CV Het vrijwilligerswerk geeft me (dag/week)ritme Ik heb op dit moment geen werk 6,3% 13,1% 4,5% Ik help of ondersteun graag andere mensen Ik kan op deze manier mijn sociale contacten onderhouden en opbouwen Ik vind het werk leuk en interessant Ik voel me erg verbonden met de doelstelling(en) van mijn organisatie Ik wil graag iets voor de samenleving doen 42,0% 42,0% 37,5% 34,7% 52,3% Ik wil graag nieuwe kennis of vaardigheden opdoen Ik wil graag werkervaring opdoen Ik wil meer voor mijn organisatie betekenen dan alleen lid zijn Ik wil mijn deskundigheid / ervaring in dienst stellen van de organisatie Ik wil mijn tijd op een zinvolle wijze besteden Ik moet dit van de gemeente Anders 9,1% 2,8% 26,7% 25,0% 19,9% 0,6% 1,7% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 10. Redenen om vrijwilligerswerk te doen (als % van N = 176, respondenten konden meerdere antwoorden geven) Er zijn volgens deze vrijwilligers vijf belangrijke redenen om vrijwilligerswerk te doen: 1. Graag iets willen doen voor de samenleving 2. Het onderhouden en opbouwen van sociale contacten. Dit geldt iets meer voor mannelijke respondenten (48%) dan voor vrouwelijke respondenten (38%). 3. Het helpen of ondersteunen van andere mensen. Dit geldt iets meer voor vrouwelijke respondenten (49%) dan voor mannelijke respondenten (33%). Daarnaast speelt dit argument ook sterker voor respondenten tussen 18 en 65 jaar (48%) dan voor 65-plussers (27%) 4. Het werk is leuk en interessant 5. Belangrijk voor de woonplaats. Pagina 20

22 Bijna 80% van de respondenten (N = 173) die actief is als vrijwilliger is van plan om het vrijwilligerswerk bij hun huidige organisatie voort te zetten. 9% wil binnen nu en drie jaar stoppen. Bijna 3% wil binnenkort stoppen en bijna 9% weet het nog niet. Vrijwilligers die wel (overwegen om te) stoppen, doen dat voornamelijk vanwege: - Plaats willen maken voor andere vrijwilligers - Het niet kunnen combineren van het vrijwilligerswerk met het werk - Persoonlijke omstandigheden. Van de respondenten die nu nog niet als vrijwilliger actief zijn (N = 251), zegt ruim 11% zich in de toekomst wel als vrijwilliger in te willen zetten. Ruim 37% zegt dat niet te willen. Vooral de mannelijke respondenten zeggen zich niet in de toekomst in te willen zetten als vrijwilliger, namelijk 50%. Daarnaast willen 65-plussers zich niet inzetten als vrijwilliger, namelijk 65%. Bij de groep respondenten tot 65 jaar is dat 22%. Tot slot willen respondenten met beperkingen als gevolg van hun gezondheid geen vrijwilligerswerk doen, namelijk 68%. Bijna 52% weet het nog niet. In de gemeente Gennep is er een vacaturebank voor vrijwilligers. Van alle respondenten (N = 436) is 36% bekend met deze vacaturebank. 64% kent de vacaturebank voor vrijwilligers niet. 3.5 Mantelzorg Mantelzorgers zijn mensen die onbetaald en vaak voor langere tijd voor iemand uit hun naaste omgeving zorgen. Dat kan bijvoorbeeld de partner, kind(eren), ouder(s), een ander familielid of bekende zijn. Dat neemt natuurlijk niet weg dat veel mantelzorgers het graag doen. Een mantelzorger verleent zorg aan een ander vanuit een grote betrokkenheid. Van deze groep respondenten (N = 436) is bijna 27% actief als mantelzorger. Een nadere analyse laat zien dat: - 33% van de vrouwelijke respondenten actief is als mantelzorger. Bij de mannelijke respondenten is dat 19%. - Respondenten in de leeftijd van 51 tot en met 64 jaar verlenen relatief de meeste mantelzorg, namelijk 43%. Bij de andere leeftijdscategorieën is dat gemiddeld 19%. Aan de respondenten die nu actief zijn als mantelzorger (N = 117), zijn vragen gesteld over wat zij doen, voor wie en waarom. Het is mijn partner Het gaat om mijn kind(eren) Het gaat om mijn ouder(s) Het gaat om mijn schoonfamilie Het is een ander familielid Het is een vriend of kennis Het is mijn buurman/buurvrouw Anders 0,9% 6,0% 12,0% 21,4% 21,4% 27,4% 19,7% 18,8% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% Grafiek 11. Relatie tussen mantelzorger en zorgontvanger (als % van N = 117, respondenten konden meerdere antwoorden geven) Pagina 21

23 Kijkend naar de relatie die de mantelzorger heeft met de zorgontvanger, is er in meeste gevallen sprake van een directe familiaire band. In de meeste situaties (27,4%) gaat het om de ouder(s) van de mantelzorger. 21,4% van de mantelzorgers verleent zorg aan de partner. Bij nog eens 21,4% gaat het om één of meerdere kinderen van de mantelzorger. Bijna 20% zorgt voor schoonfamilie. Huishoudelijke taken Persoonlijke verzorging Hulp bij koken Hulp bij eten en drinken Emotionele ondersteuning Administratieve taken Aanvragen van voorzieningen of ondersteuning Vervoer en begeleiding Oppassen Helpen met therapie Verpleegkundige zorg Dag en nacht beschikbaar zijn Anders 34,2% 12,8% 18,8% 10,3% 59,8% 46,2% 29,9% 60,7% 17,9% 6,8% 11,1% 28,2% 0,9% Grafiek 12. Taken van mantelzorgers (als % van N = 117, respondenten konden meerdere antwoorden geven) De vijf belangrijkste taken die mantelzorgers op zich nemen zijn: - Vervoer en begeleiding (60,7%) - Emotionele ondersteuning (59,8%) - Administratieve taken (46,2%) - Huishoudelijke taken (34,2%) - Aanvragen van voorzieningen en ondersteuning (29,9%). Ruim 95% van de mantelzorgers (N = 113) verleent langer dan één jaar mantelzorg. Ruim 51% verleent zelfs al vijf jaar of langer mantelzorg. Dit betekent dat er bij al deze mantelzorgers sprake is van een langdurige zorgrelatie met de ontvanger. Een nadere analyse levert de volgende resultaten op: Bij kinderen wordt de zorg in 71% van de gevallen langer dan vijf jaar verleend De zorg voor een partner wordt in 64% van de gevallen langer dan vijf jaar verleend Voor andere familieleden zorgt 64% vijf jaar of langer Voor de schoonfamilie zorgt 52% vijf jaar of langer 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Mantelzorgers die voor hun ouders zorgen, doen dat in 44% van de gevallen langer dan vijf jaar. Van de mantelzorgers (N = 108) verleent 14% meer dan 24 uur per week zorg. 23% verleent tussen de negen en 24 uur zorg. 63% verleent acht uur of minder per week mantelzorg. Deze percentages tonen aan dat er regelmatig sprake is van een intensieve zorgrelatie tussen de mantelzorger en de zorgontvanger. Het Sociaal Cultureel Planbureau spreekt van mantelzorg als er langer dan drie maanden of meer dan acht uur per week zorg geboden wordt. Deze definitie in ogenschouw nemend, voldoen vrijwel alle respondenten die aan dit onderzoek mee hebben gedaan aan de definitie, waardoor ze als mantelzorger beschouwd kunnen worden. Pagina 22

24 De meest intensieve zorg wordt door mantelzorgers verleend aan de partner. 45% van de mantelzorgers die zorg verlenen aan hun partner, verleent meer dan 24 uur per week zorg. Ja Wel eens Nee 15,0% 36,4% 48,6% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 13. Sprake van een te zware belasting? (N = 107) Van deze groep mantelzorgers voelt 15% zich wel eens te zwaar belast. Bij bijna 49% is dat soms het geval en bij ruim 36% is dat helemaal niet het geval. Er is sprake van een significant verband tussen het aantal uren per week dat een mantelzorger zorg verleent en de vraag of iemand zich wel eens te zwaar belast voelt; de mantelzorgers die veel uren per week zorg verlenen geven duidelijk vaker aan wel eens te zwaar belast te zijn door die zorgtaken dan de mantelzorgers die weinig uren per week zorg verlenen. Bekijken we de antwoorden per taak, dan zien we het volgende: 6 - Huishoudelijke taken: 25% zegt ja en 50% zegt soms - Oppassen: 35% zegt ja en 35% zegt soms - Emotionele ondersteuning: 20% zegt ja en 54% zegt soms - Administratieve taken: 23% zegt ja en 48% zegt soms - Dag en nacht beschikbar zijn: 28% zegt ja en 48% zegt soms. Van de respondenten die op dit moment nog niet actief zijn als mantelzorger (N = 295), verwacht 3% binnen nu en twee jaar wel mantelzorg te gaan verlenen. 54% denkt van niet en 43% weet het nog niet. Vooral de respondenten in de leeftijd tussen 51 en 75 jaar twijfelen. Ruim 55% van deze groep heeft weet ik nog niet aangekruist. Bij de respondenten jonger dan 51 jaar is dat gemiddeld 35%. 6 Alleen als N 20. Pagina 23

25 3.6 Actief in de buurt Om te bereiken dat buurtbewoners elkaar ondersteunen, is het van belang om inzicht te krijgen in de mate waarin burgers zich nu al inzetten voor hun buurt, wat hun redenen zijn om zich wel of niet in te zetten voor hun buurt en hun bereidheid om zich voor buurtbewoners in te zetten. In deze paragraaf gaan we daar dieper op in. Van de respondenten (N = 433) zet zich 20% actief in voor haar buurt of wijk. 11% doet dat niet, maar zou dat wel willen. Dat geldt bovengemiddeld voor respondenten in de leeftijd van 18 tot en met 40 jaar, namelijk 18%. Nog eens 20% wil zich misschien inzetten voor de buurt of wijk. Bijna de helft van de respondenten wil zich echter helemaal niet inzetten voor hun buurt of wijk. Als we de resultaten op dorpskernniveau 7 bekijken, levert dat de volgende resultaten op: Gennep (N = 214) Heijen (N = 42) Milsbeek (N = 92) Ottersum (N = 58) Ven- Zelderheide (N = 23) Actief in de buurt 18,2% 23,8% 15,2% 20,7% 39,1% Niet actief in de buurt, maar zou dat wel willen Niet actief in de buurt, maar zou dat misschien willen Niet actief in de buurt en wil dat ook niet 10,7% 7,1% 12,0% 10,3% 17,4% 20,6% 11,9% 22,8% 22,4% 13,0% 50,5% 57,1% 50,0% 46,6% 30,4% De respondenten uit Ven-Zelderheide zijn procentueel het meest actief in hun buurt. De respondenten uit Milsbeek zijn juist het minst actief in hun buurt. Daarnaast zien we dat met uitzondering van Heijen, in alle kernen ongeveer een derde van de respondenten nu niet actief is in de buurt, maar dat (misschien) wel wil zijn. Ik ben actief in de buurt- of wijkraad 24,4% Ik help mee om de buurt schoon te houden Ik heb meegeholpen om een buurtproject uit te voeren Ik help mee met het onderhouden van het groen of een speeltuin 9,3% 8,1% 3,5% Ik help mee om een buurtfeest te organiseren 45,3% Ik help buurtgenoten 18,6% Anders 8,1% 0% 10% 20% 30% 40% 50% Grafiek 14. Activiteiten die buurtbewoners uitvoeren (als % van N = 86, respondenten konden meerdere antwoorden geven) 7 Let op: door de lage N-waarden in sommige dorpskernen kunnen de percentages vertekenend zijn. Pagina 24

26 Van de respondenten die zich op dit moment al inzetten voor hun buurt of wijk, helpt ruim 45% mee om een buurtfeest te organiseren. Ruim 24% is actief in de buurt- of wijkraad en bijna 19% helpt buurtgenoten met bijvoorbeeld boodschappen doen of klusjes uitvoeren. Aan de respondenten die zich nog niet inzetten voor hun buurt, maar dat (misschien) wel willen, hebben we gevraagd wat de belangrijkste redenen zijn dat zij zich nog niet hebben ingezet voor hun buurt of wijk. Tot nu toe heb ik er nog geen tijd voor gehad 48,9% Ik heb me daar tot nu toe nog niet in verdiept 24,1% Ik woon hier nog maar net 3,8% Er wordt op dit moment niets in mijn buurt georganiseerd waar ik mij als vrijwilliger voor zou kunnen inzetten 36,8% Ik weet niet hoe ik activiteiten moet organiseren Er is niet zoiets als een buurtvereniging of wijkraad waar ik mij bij kan aansluiten 0,8% 8,3% Ik weet niet of iemand daar behoefte aan heeft 14,3% Ik weet niet of ik mij als vrijwilliger kan inzetten voor mijn buurt of wijk 4,5% Anders 4,5% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% Grafiek 15. Redenen waarom respondenten zich nog niet voor de buurt hebben ingezet (als % van N = 133, respondenten konden meerdere antwoorden geven) Verreweg de belangrijkste reden waarom respondenten zich tot nu toe nog niet voor hun buurt hebben ingezet, maar dat (misschien) wel willen, is dat zij er nog geen tijd voor hebben gehad. Dit geldt vooral voor respondenten met een betaalde baan, namelijk 64%. Een andere belangrijke reden is dat er momenteel nog niets in hun buurt wordt georganiseerd. Tot slot zegt bijna een kwart zich daar nog niet in te hebben verdiept. Pagina 25

27 Verder is aan deze groep respondenten gevraagd op welke wijze zij zich zouden willen inzetten voor hun buurt. 9% kent iemand in zijn of haar buurt die hulp zou kunnen gebruiken, maar die nu niet ontvangt. Ik zou mij wel voor de buurt- of wijkraad willen inzetten 10,5% Ik zou graag mee willen helpen om de buurt te schoon te houden Ik zou graag mee willen helpen om een buurtproject uit te voeren 12,0% 17,3% Ik zou graag mee willen helpen met het onderhouden van het groen of voorzieningen 6,8% Ik zou graag mee willen helpen om een buurtfeest te organiseren Ik zou graag buurtgenoten mee willen helpen 17,3% 22,6% Anders 7,5% 0% 5% 10% 15% 20% 25% Grafiek 16. Taken die respondenten zouden willen uitvoeren (als % van N = 133, respondenten konden meerdere antwoorden geven) De drie meest genoemde taken die respondenten voor hun buurt zouden willen uitvoeren zijn: 1. Het meehelpen organiseren van een buurtfeest 2. Meehelpen met het schoonhouden van de buurt 3. Buurtgenoten helpen. Als we de antwoorden op dorpskernniveau 8 bekijken, levert dat de volgende resultaten op: Ik zou mij wel voor de buurt- of wijkraad willen inzetten Ik zou graag mee willen helpen om de buurt te schoon te houden Ik zou graag mee willen helpen om een buurtproject uit te voeren Ik zou graag mee willen helpen met het onderhouden van het groen of voorzieningen in de buurt Ik zou graag mee willen helpen om een buurtfeest te organiseren Ik zou graag buurtgenoten mee willen helpen Gennep (N = 67) Heijen (N = 8) Milsbeek (N = 32) Ottersum (N = 19) Ven- Zelderheide (N = 7) 11,9% 25,0% 6,3% 10,5% - 19,4% 37,5% 6,3% 21,1% 14,3% 16,4% 12,5% 3,1% 10,5% 14,3% 6,0% - 6,3% 15,8% - 23,9% 25,0% 18,8% 15,8% 42,9% 17,9% 25,0% 21,9% 5,3% 14,3% 8 Let op: door de lage N-waarden in sommige dorpskernen zijn de percentages erg vertekenend. Pagina 26

28 In het kader van de Wmo is vooral dat laatste belangrijk, omdat er juist steeds meer een beroep op de maatschappij gedaan moet worden om mensen te ondersteunen. Daarom is aan alle respondenten gevraagd of zij bereid zijn om buurtgenoten te ondersteunen, zoals het helpen van ouderen of mensen met een beperking bij het boodschappen doen, poetsen of de tuin te onderhouden. Bijna 10% van de respondenten (N = 408) ondersteunt op dit moment al één of meerdere buurtgenoten. Bijna 3% zegt een buurtgenoot structureel (bijvoorbeeld wekelijks) te willen ondersteunen. Een meerderheid van 57% is bereid om iets voor een buurtgenoot te willen doen, maar op incidentele basis. Ruim 30% is helemaal niet bereid om iets voor een buurtgenoot te willen doen. 75-plussers zijn relatief het minst bereid om een buurtgenoot te helpen. In Milsbeek zijn respondenten relatief het meest bereid om buurtgenoten te helpen. Driekwart van de respondenten uit Milsbeek helpt al iemand uit de buurt of is daartoe bereid. De vraag of iemand een betaalde baan heeft, speelt geen wezenlijke rol. Taken waarbij respondenten willen helpen zijn onder andere: - Boodschappen doen - Vervoer bieden - Kleine (huishoudelijke) klusjes doen - Sociaal contact onderhouden - De tuin doen. De volledige lijst is opgenomen in bijlage II. De respondenten die zich niet als buurtvrijwilliger willen inzetten (N = 214), geven hiervoor de volgende redenen: - Geen tijd: 42%. Dit geldt in het bijzonder voor mensen met een baan. - Gezondheidsredenen: 30% - Geen zin hebben: 10% - Zich niet betrokken voelen bij de buurt: 8%. 3.7 Sociale eenzaamheid In Nederland wordt in veel onderzoeken gebruik gemaakt van de zogenaamde gemisintensiteitsschaal, meestal de eenzaamheidsschaal genoemd. Mevrouw prof. J. de Jong Gierveld en de heer prof. T.G. van Tilburg hebben deze schaal ontwikkeld. Uit onderzoeken waarbij dit instrument gebruikt is, blijkt dat de gemisintensiteitsschaal een betrouwbaar meetinstrument is voor diverse leeftijdsgroepen. Bovendien discrimineert de schaal over het algemeen goed tussen ernstig eenzamen, matig eenzamen en niet-eenzamen. Met de gemisintensiteitsschaal kan zowel sociale als emotionele eenzaamheid gemeten worden, evenals de ernst van de eenzaamheid (ernstig, matig of niet). Totale eenzaamheid 61,4% 31,1% 7,4% Sociale eenzaamheid 67,4% 21,1% 12,4% Emotionele eenzaamheid 86,3% 9,7% 4,0% Grafiek 17. Eenzaamheidsscores (N = 402) 0% 20% 40% 60% 80% 100% Niet Matig Ernstig Pagina 27

29 Kijken we naar het totaal van de emotionele eenzaamheid en de sociale eenzaamheid, dan zien we dat ruim 61% van de respondenten helemaal niet eenzaam is. 31% is matig eenzaam en ruim 7% is ernstig eenzaam. We zien dat een flinke groep burgers sociaal eenzaam is. 21% is matig sociaal eenzaam en ruim 12% is sterk sociaal eenzaam. Ruim 67% is helemaal niet sociaal eenzaam. Ruim 86% van de burgers is niet emotioneel eenzaam. Bijna 10% is matig emotioneel eenzaam en 4% is ernstig emotioneel eenzaam 9. Onderzoek van professor Th. Van Tilburg en professor J. Gierveld laat zien dat ongeveer 30% van de Nederlanders eenzaamheidsgevoelens heeft. 10% van de Nederlanders is ernstig eenzaam. Uit de verschillende onderzoeken die gedurende een langere periode zijn uitgevoerd, blijkt dat deze eenzaamheidspercentages redelijk constant zijn. Vergelijken we de cijfers van Gennep met de landelijke cijfers, dan komen die cijfers redelijk met elkaar overeen Landelijk is bijna 40% sociaal eenzaam 10. Wat dat betreft scoort Gennep iets beter dan landelijk. Voor dit onderzoek kijken we vooral naar de sociale eenzaamheid. Daarbij wordt gekeken of mensen een eigen netwerk hebben of er vooral alleen voor staan. De volgende factoren zijn het meest van invloed zijn op de eenzaamheid: - Leeftijd; sociale eenzaamheid neemt significant toe, naarmate de leeftijd stijgt. Ouderen zijn dus iets meer sociaal eenzaam dan jongeren. - Gezondheid; respondenten met een slechtere gezondheid zijn significant sociaal eenzamer dan respondenten met een goede gezondheid. - Kwaliteit sociale contacten: respondenten die de kwaliteit van hun sociale contacten als laag beoordelen zijn significant sociaal eenzamer dan respondenten die de kwaliteit van hun sociale contacten als hoog beoordelen. - Woonomgeving; respondenten met een negatieve mening over hun woonomgeving zijn eveneens significant sociaal eenzamer dan respondenten die een positieve mening hebben over hun woonomgeving. - Beperkingen: respondenten wier gezondheid hen beperkt in hun dagelijkse bezigheden, zijn significant duidelijk sociaal eenzamer dan de respondenten zonder die beperkingen. - Voldoende de deur uitgaan; respondenten die naar hun mening onvoldoende de deur uitgaan, zijn significant sociaal eenzamer dan de respondenten die wel voldoende de deur uitgaan. - Lid zijn van een vereniging: respondenten die lid zijn van een vereniging zijn significant minder sociaal eenzaam dan respondenten die wel lid zijn van een vereniging. - Betaalde baan hebben 11 : respondenten die een betaalde baan hebben zijn significant minder sociaal eenzaam dan de respondenten die geen betaalde baan hebben. - Vrijwilliger zijn: respondenten die actief zijn als vrijwilliger zijn significant minder eenzaam dan respondenten die niet actief zijn als vrijwilliger. - Mantelzorger zijn: mantelzorgers die (soms) te zwaar belast zijn, zijn significant sociaal eenzamer dan mantelzorgers die niet te zwaar belast zijn. - Actief in de buurt: respondenten die zich niet actief in willen of kunnen zetten voor hun buurt zijn significant sociaal eenzamer dan respondenten die zich wel actief inzetten voor hun buurt. 9 De eenzaamheidsscores zijn bepaald op basis van de antwoorden van die respondenten die op alle stellingen gereageerd hadden met ja, min of meer of nee. 10 Bron: RIVM: Nationaal Kompas Volksgezondheid: 11 De leeftijdscategorie 65-plus is hierbij buiten beschouwing gelaten. Pagina 28

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE VIANEN Wmo-klanttevredenheidsonderzoek ONDERZOEK ONDER BURGERS VAN DE GEMEENTE VIANEN

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 drs. G. Eijkhout Samenvatting GEMEENTE MOOK EN MIDDELAAR Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 SAMENVATTING Auteur: Drs.

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gemeente Neerijnen

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gemeente Neerijnen Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Gemeente Neerijnen Onderzoek onder mantelzorgers Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE NEERIJNEN Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Onderzoek over de prestatievelden 1 tot en met 4 drs. G. Eijkhout Samenvatting GEMEENTE DOESBURG Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Participatieonderzoek deel I

Participatieonderzoek deel I Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Participatieonderzoek deel I Onderzoek naar maatschappelijke deelname onder burgers met psychische of psychosociale problemen, burgers met een zintuiglijke beperking

Nadere informatie

Wmo-cliëntervaringsonderzoek over 2015

Wmo-cliëntervaringsonderzoek over 2015 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-cliëntervaringsonderzoek over 2015 Onderzoek onder cliënten die in het kader van de Wmo 2015 maatschappelijke ondersteuning hebben aangevraagd (en

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Onderzoek onder vrijwilligersorganisaties en vrijwilligers J. Bosch, MA en drs. G. Eijkhout Verantwoording & Analyse GEMEENTE

Nadere informatie

U gaat de vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) invullen. Voordat u begint is het goed een aantal dingen te weten.

U gaat de vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) invullen. Voordat u begint is het goed een aantal dingen te weten. De begeleidende instructie brief: Vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) U gaat de vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) invullen. Voordat u begint is het goed een aantal dingen te weten. Instructie Omcirkel of

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014 Onderzoek naar de herindicaties hulp bij de huishouding Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE GENNEP Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014 Burgerpanel Gorinchem 1 e peiling: Sociale monitor Juli 2014 Colofon Uitgave : I&O Research BV Villawal 19 3432 NX Nieuwegein Tel. (030) 23 34 342 www.ioresearch.nl Rapportnummer : abpgork14a-def Datum

Nadere informatie

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014 in Houten Burgerpeiling 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Houten Projectnummer 598 / 2015 Samenvatting Goede score voor Sociale Kracht in Houten Houten scoort over het algemeen goed als

Nadere informatie

18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% jaar jaar jaar 65+ Man Vrouw Ja Nee. Deventer gemiddelde

18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% jaar jaar jaar 65+ Man Vrouw Ja Nee. Deventer gemiddelde Bewonersonderzoek Deventer 2009: onderdeel mantelzorg Met de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) in 2007 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de ondersteuning van mantelzorgers. Mantelzorgers

Nadere informatie

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming incijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming Uitkomsten GGD-gezondheidspeiling 2016 Gezondheid van aren BELEIDSONDERZOEK 071-516 5123 I info@leidenincijfers.nl I

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoek individuele voorzieningen Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE BUREN Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Eilandzorg Schouwen-Duiveland Zierikzee. Hulp bij het Huishouden

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Eilandzorg Schouwen-Duiveland Zierikzee. Hulp bij het Huishouden 0 Rapport Cliëntervaringsonderzoek Eilandzorg Schouwen-Duiveland Zierikzee Hulp bij het Huishouden Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Verslagjaar 2014 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Gemiddelde

Nadere informatie

Klanttevredenheid. Vereenzaming Ouderen Soest VOS

Klanttevredenheid. Vereenzaming Ouderen Soest VOS 2011 Klanttevredenheid Vereenzaming Ouderen Soest VOS Stichting Welzijn Ouderen Soest Molenstraat 8c 3764 TG Soest 035 60 23 681 info@swos.nl www.swos.nl KvK 41189365 Klanttevredenheidsonderzoek Vereenzaming

Nadere informatie

Onderzoek naar wensen en behoeften op het gebied van dagbesteding van (kwetsbare) ouderen en hun mantelzorgers in het Schilderskwartier in Woerden

Onderzoek naar wensen en behoeften op het gebied van dagbesteding van (kwetsbare) ouderen en hun mantelzorgers in het Schilderskwartier in Woerden Onderzoek naar wensen en behoeften op het gebied van dagbesteding van (kwetsbare) ouderen en hun mantelzorgers in het Schilderskwartier in Woerden Voor wie is dit onderzoek? 1) Zelfstandig wonende ouderen

Nadere informatie

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 0320-278574 E-mail: lelystadspanel@lelystad.nl www.lelystadspanel.nl Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Zorgbureau Endless Almere. Zorg Thuis Verslagjaar 2014. Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Zorgbureau Endless Almere. Zorg Thuis Verslagjaar 2014. Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Zorgbureau Endless Almere Zorg Thuis Verslagjaar 2014 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Respons en benadering cliënten... 3 Resultaten

Nadere informatie

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

Hoofdstuk 14. Mantelzorg Hoofdstuk 14. Mantelzorg Samenvatting Mantelzorg is zorg aan een bekende uit de eigen omgeving, die voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is en kan bestaan uit het huishouden doen, wassen

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011 Onderzoek onder vrijwilligersorganisaties en vrijwilligers J. Bosch, MA en drs. G. Eijkhout Samenvatting GEMEENTE BEST Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2010

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2010 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2010 GEMEENTE CRANENDONCK ONDERZOEK NAAR BEREIKBAARHEID, TOEGANKELIJKHEID & BRUIKBAARHEID VAN DE OPENBARE RUIMTE Samenvatting Auteurs: Drs. G. Eijkhout S. Wijker Mei

Nadere informatie

Onderzoek vrijwilligers in de zorgen welzijnssector

Onderzoek vrijwilligers in de zorgen welzijnssector Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Onderzoek vrijwilligers in de zorgen welzijnssector Onderzoek naar de ervaringen en de ondersteuningsbehoeften van vrijwilligers in de zorg- en welzijnssector binnen

Nadere informatie

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren Enquête mantelzorg in de gemeente Haren Inleiding Inwoners van Haren met fysieke of psychosociale beperkingen hebben vaak ondersteuning nodig om nog zo veel mogelijk volwaardig deel uit te kunnen maken

Nadere informatie

Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk (en mantelzorg)

Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk (en mantelzorg) Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk (en mantelzorg) Samenvatting Ruim een kwart van de Leidenaren verricht op dit moment vrijwilligerswerk. Dit is vergelijkbaar met vorig jaar. De meeste vrijwilligers zijn

Nadere informatie

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM Cliënttevredenheidsonderzoek Breed Sociaal Loket gemeente Edam-Volendam Colofon Opdrachtgever Gemeente Edam-Volendam Datum April

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Juni 2008 COLOFON Samenstelling Michelle Rijken Mark Gremmen Vormgeving binnenwerk Roelfien Pranger Druk HEGA

Nadere informatie

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Het KTO is een wettelijke verplichting wat betreft de verantwoording naar de Gemeenteraad

Nadere informatie

Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS)

Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS) 1 (13) Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS) Auteur Tineke Brouwers Respons onderzoek Op 31 mei kregen de panelleden van 12 tot en met 16 jaar (89 personen) een e-mail met de vraag of zij

Nadere informatie

Tevredenheid van familieleden en mantelzorgers met casemanagement bij dementie

Tevredenheid van familieleden en mantelzorgers met casemanagement bij dementie Tevredenheid van familieleden en mantelzorgers met casemanagement bij dementie (in te vullen door mantelzorgers) Codering tevredenheidsonderzoek : _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Datum verzending : _ _ - _ _ - _

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Onderzoeksbureau Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Drs. G. Eijkhout Rapport GEMEENTE GENNEP Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2012 Juni 2013 Pagina 1 COLOFON

Nadere informatie

1 / 25. Mantelzorg. Beantwoord: Overgeslagen: 0. Nee. Zeg ik liever niet 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% 100,00% ,00% 0.

1 / 25. Mantelzorg. Beantwoord: Overgeslagen: 0. Nee. Zeg ik liever niet 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% 100,00% ,00% 0. Q1 Mantelzorg is de zorg voor iemand die u goed kent zonder hier voor betaald te worden. U bent 'mantelzorger' als u zelf voor een bekende zorgt. Bent u mantelzorger? Beantwoord: 2.471 Overgeslagen: 0

Nadere informatie

FACTSHEET MTO Villa Attent BV, Nijverdal 7,9

FACTSHEET MTO Villa Attent BV, Nijverdal 7,9 Het onderzoek FACTSHEET MTO 2017 Villa Attent BV, Nijverdal Online, van 10 april t/m 22 mei Aantal benaderde medewerkers: 11 Aantal ingevulde vragenlijsten: 11 Respons: 100% Algemene waardering voor Villa

Nadere informatie

Sociale samenhang in Groningen

Sociale samenhang in Groningen Sociale samenhang in Groningen Goede contacten zijn belangrijk voor mensen. Het blijkt dat hoe meer sociale contacten mensen hebben, hoe beter ze hun leefsituatie ervaren (Boelhouwer 2013). Ook voelen

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 8. Vrijwilligerswerk Hoofdstuk 8. Vrijwilligerswerk Samenvatting Eén op de vijf respondenten zegt op dit moment vrijwilligerswerk te doen. Ouderen, vrouwen en inwoners van de stadsdelen Zuid en West doen dit relatief iets

Nadere informatie

Gemeente Breda. Omnibusenquête 2015. Onderzoek en Informatie. Bekendheid Alarmnummer

Gemeente Breda. Omnibusenquête 2015. Onderzoek en Informatie. Bekendheid Alarmnummer Gemeente Breda Onderzoek en Informatie Omnibusenquête 2015 Bekendheid Alarmnummer Publicatienummer: 1790 Datum: december 2015 In opdracht van: Kabinet van de Burgemeester Uitgave: Gemeente Breda BBO/Onderzoek

Nadere informatie

Samen tegen eenzaamheid

Samen tegen eenzaamheid Samen tegen eenzaamheid Van 25 september tot en met 4 oktober is de Week tegen de Eenzaamheid. Het thema dit jaar is: Herken eenzaamheid en handel op tijd. Hoe eerder eenzaamheid wordt gesignaleerd en

Nadere informatie

Institute for Medical Technology Assessment. Productivity Cost Questionnaire Productivity and Health Research Group

Institute for Medical Technology Assessment. Productivity Cost Questionnaire Productivity and Health Research Group Institute for Medical Technology Assessment Productivity Cost Questionnaire Productivity and Health Research Group Vragenlijst over uw gezondheid en werk Onderzoekers noemen deze vragenlijst de imta PCQ.

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Villa Attent BV Nijverdal. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Villa Attent BV Nijverdal. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Villa Attent BV Nijverdal Zorg Thuis Verslagjaar 2017 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Bureau De Bok is CQ-geaccrediteerd door het CIIO 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

Vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) Naam: BSN: kenmerk:

Vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) Naam: BSN: kenmerk: Vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) Naam: BSN: kenmerk: Voor u ligt de vragenlijst dat hoort bij het project Kansen in Kaart (KiK). Voordat u begint is het goed een aantal dingen te weten. Het invullen van

Nadere informatie

VRIJWILLIGERSWERK IN MOERDIJK

VRIJWILLIGERSWERK IN MOERDIJK VRIJWILLIGERSWERK IN MOERDIJK Burgerpanel Moerdijk Januari 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2018/007 Datum Januari 2018 Opdrachtgever

Nadere informatie

Stadsenquête Leiden 2010

Stadsenquête Leiden 2010 Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 42. Vrijwilligerswerk Samenvatting Bijna vier op de tien Leidenaren verricht op dit moment vrijwilligerswerk. Sinds 2001 is het percentage vrijwilligers dat in de Stadsenquête

Nadere informatie

Mantelzorg, waar ligt de grens?

Mantelzorg, waar ligt de grens? Mantelzorg, waar ligt de grens? CDA Talentacademie 2014-2015 Anita Relou Wat is volgens het christendemocratisch gedachtengoed de grens van mantelzorg. Inleiding 2015. Een jaar met veel veranderingen in

Nadere informatie

OldStars walking football Resultaten enquête deelnemers. December 2018

OldStars walking football Resultaten enquête deelnemers. December 2018 OldStars walking football Resultaten enquête deelnemers December 2018 1 Algemene cijfers 288 Aantal respondenten Gemiddelde waardering OldStars programma 677 184 8,4 Aantal mannelijke respondenten Aantal

Nadere informatie

Fit en Gezond in Overijssel 2016

Fit en Gezond in Overijssel 2016 Fit en Gezond in Overijssel 2016 Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 Provinciale resultaten sport en bewegen Colofon Fit en Gezond in Overijssel Provinciale resultaten sport en bewegen uit de

Nadere informatie

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Doelgroep 4 1.2 Methode 4 1.3 Respons 4 2. Resultaten Wmo 5 2.1 Contact en toegankelijkheid van hulp of ondersteuning

Nadere informatie

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en en gemeente Staphorst GGD IJsselland verzamelt jaarlijks gegevens over de gezondheid van inwoners, zo ook in 2016. Met deze

Nadere informatie

Wmo-loket. In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning

Wmo-loket. In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning Wmo-loket In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning sopgave 1. Wet maatschappelijke ondersteuning... 5 De gemeente... 5 Het Wmo loket... 5 Het gesprek... 6 2. Het gesprek voorbereiden... 7 Woonsituatie...

Nadere informatie

Kanteling Wmo Iedereen doet mee

Kanteling Wmo Iedereen doet mee Kanteling Wmo Iedereen doet mee Wmo-loket In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning Een brochure voor iedereen die ondersteuning nodig heeft vanuit de Wmo. Vrijwillige ouderenadviseur uit Gelderland

Nadere informatie

informatiebrief raad/commissie

informatiebrief raad/commissie Informatiebrief over tevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Datum: 27 juni 2012 Docmannr.: 2012/9368 Onderwerp: Eindrapport naar de participatie en individueel welzijn binnen de Wmo in de Gemeente Schinnen Bijlagen

Nadere informatie

Hoofdstuk 22 Vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 22 Vrijwilligerswerk Hoofdstuk 22 Vrijwilligerswerk Samenvatting Drie op de tien Leidenaren verrichten op dit moment vrijwilligerswerk. Het aandeel vrijwilligers is de laatste jaren redelijk stabiel. Vorig jaar was sprake

Nadere informatie

AA EN HUNZE PANEL. Resultaten peiling 5: Zorgen voor elkaar. Januari 2016

AA EN HUNZE PANEL. Resultaten peiling 5: Zorgen voor elkaar. Januari 2016 AA EN HUNZE PANEL Resultaten peiling 5: Zorgen voor elkaar Januari 2016 1.1 Inleiding De vijfde peiling van het Aa en Hunze panel had als onderwerp zorgen voor elkaar en burenhulp. De gemeente Aa en Hunze

Nadere informatie

Weinig mensen sociaal aan de kant

Weinig mensen sociaal aan de kant Weinig mensen sociaal aan de kant Tevredenheid over de kwaliteit van relaties Hoge frequentie van contact met familie en vrienden Jongeren spreken of schrijven hun vrienden elke week 15 Drie op de tien

Nadere informatie

Instructie. Geachte mevrouw,

Instructie. Geachte mevrouw, Instructie. Geachte mevrouw, Voor u ligt de vragenlijst die u hebt ontvangen van uw behandelende gynaecoloog. De vragenlijst is bedoeld om meer inzicht te krijgen in uw problematiek en om het effect van

Nadere informatie

Wordt de mantelzorger lokaal ondersteund?

Wordt de mantelzorger lokaal ondersteund? Onderzoeksresultaten Mantelzorgondersteuning in uw gemeente juni 2017 Wordt de mantelzorger lokaal ondersteund? Het Nationaal Mantelzorgpanel is gevraagd of zij bekend zijn met lokale mantelzorgondersteuning

Nadere informatie

Onderzoek Inwonerspanel Jongerenonderzoek: alcohol

Onderzoek Inwonerspanel Jongerenonderzoek: alcohol 1 (19) Onderzoek Inwonerspanel Auteur Tineke Brouwers Respons onderzoek Op 5 december kregen de panelleden van 12 tot en met 18 jaar (280 personen) een e-mail met de vraag of zij digitaal een vragenlijst

Nadere informatie

Antwoorden op vragen over veranderingen Wmo/Awbz

Antwoorden op vragen over veranderingen Wmo/Awbz Antwoorden op vragen over veranderingen Wmo/Awbz BEREIKBAARHEID EN INFORMATIE Hoe word ik als cliënt geïnformeerd over de veranderingen? Met een brief van de gemeente Met een persoonlijk gesprek in 2015

Nadere informatie

VRAGENLIJST. Mantelzorger

VRAGENLIJST. Mantelzorger VRAGENLIJST pagina 2 Uw ervaringen als mantelzorger zijn waardevol U zorgt voor uw partner, een familielid, een vriend of andere naaste. In deze lijst staan vragen over wat die zorg betekent voor u als

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Hoofdstuk 31. Mantelzorg

Hoofdstuk 31. Mantelzorg Hoofdstuk 31. Mantelzorg Samenvatting Mantelzorg is zorg aan een bekende uit de eigen omgeving, die voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is en kan bestaan uit het huishouden doen, wassen

Nadere informatie

Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM. Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes

Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM. Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes Toelichting op project Waarom Doelstellingen: Daadwerkelijke

Nadere informatie

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Comfortzorg Heerenveen. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker

Rapport Cliëntervaringsonderzoek. Comfortzorg Heerenveen. Zorg Thuis Verslagjaar Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker Rapport Cliëntervaringsonderzoek Heerenveen Verslagjaar 2015 Uitgevoerd door Bureau De Bok, Franeker 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Respons en benadering cliënten... 3 Resultaten... 4 1. Gemiddelde

Nadere informatie

Voor en met elkaar : burgerinitiatieven worden beloond

Voor en met elkaar : burgerinitiatieven worden beloond Voor en met elkaar : burgerinitiatieven worden beloond Verenigingen, stichtingen en instellingen barsten doorgaans van de ambities en toekomstplannen. Maar om ze te realiseren heb je financiële middelen

Nadere informatie

Vragenlijst. Ervaringen met hulpverlening na een schokkende gebeurtenis

Vragenlijst. Ervaringen met hulpverlening na een schokkende gebeurtenis Vragenlijst Ervaringen met hulpverlening na een schokkende gebeurtenis Voor u ligt de vragenlijst Ervaringen met hulpverlening na een schokkende gebeurtenis. Deze vragenlijst wordt u aangeboden door [instantie].

Nadere informatie

Het keukentafelgesprek

Het keukentafelgesprek Het keukentafelgesprek Informatie over het keukentafelgesprek Waarom een keukentafelgesprek? De Wmo heeft andere uitgangspunten dan de AWBZ. De AWBZ kent een recht op zorg. Er zijn landelijke richtlijnen

Nadere informatie

Fries burgerpanel Fryslân inzicht

Fries burgerpanel Fryslân inzicht Fries burgerpanel Fryslân inzicht Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven. Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven.

Nadere informatie

Het effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland

Het effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland Het effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland 0 Dit onderzoek is in 2012 uitgevoerd door Nanda Knol, 3 e jaars

Nadere informatie

Betrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015

Betrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015 Leefbaarheid Jeugdhulp Sociaal Team Vrijwilligerswerk Mantelzorg Actief in de buurt Betrokkenheid van buurtbewoners Burenhulp Zelfredzaamheid Sociale contacten Financiële situatie Uitgevoerd door Dimensus

Nadere informatie

Inwonersenquête 2015

Inwonersenquête 2015 Inwonersenquête 2015 Leefbaarheid Jeugdhulp Sociaal Team Oegstgeest Vrijwilligerswerk Mantelzorg Actief in de buurt Betrokkenheid van buurtbewoners Burenhulp Zelfredzaamheid Sociale contacten Financiële

Nadere informatie

Instructie vragenlijst voorafgaande aan de behandeling

Instructie vragenlijst voorafgaande aan de behandeling Instructie vragenlijst voorafgaande aan de behandeling Geachte mevrouw, Voor u ligt de vragenlijst die u heeft ontvangen van uw behandelend gynaecoloog. De vragenlijst is bedoeld om meer inzicht te krijgen

Nadere informatie

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Rapport Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Woerden, juli 2014 Inhoudsopgave I. Omvang en samenstelling groep respondenten p. 3 II. Wat verstaan senioren onder eigen regie en zelfredzaamheid?

Nadere informatie

Inhoudsopgave Inleiding Leeswijzer 1. Wet maatschappelijke ondersteuning 2. Het gesprek voorbereiden 3. Tot slot

Inhoudsopgave Inleiding Leeswijzer 1. Wet maatschappelijke ondersteuning 2. Het gesprek voorbereiden 3. Tot slot Inhoudsopgave Inleiding... 4 Leeswijzer... 5 1. Wet maatschappelijke ondersteuning... 6 De gemeente... 6 Het Wmoloket... 6 Het gesprek... 7 2. Het gesprek voorbereiden... 8 Woonsituatie... 9 Huishouden...

Nadere informatie

Vragenlijst 2013, 01-01-2013 tot 01-08-2013 Praktijkprofiel gespecifeerd voor Praktijk: Praktijk Manuele Therapie J.C Kropman

Vragenlijst 2013, 01-01-2013 tot 01-08-2013 Praktijkprofiel gespecifeerd voor Praktijk: Praktijk Manuele Therapie J.C Kropman Vragenlijst 2013, 01-01-2013 tot 01-08-2013 Praktijkprofiel gespecifeerd voor Praktijk: Praktijk Manuele Therapie J.C Kropman 1. Welke situatie is op u van toepassing? Ik ben 18 jaar of ouder en vul deze

Nadere informatie

met de wmo doet iedereen gewoon mee

met de wmo doet iedereen gewoon mee De Wet maatschappelijke ondersteuning eenvoudig verteld Dit boekje met informatie over de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) legt de belangrijkste onderdelen van de Wmo uit. Wilt u meer weten over

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013. Concept. 11 augustus 2014

Gemeente Roosendaal. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013. Concept. 11 augustus 2014 Gemeente Roosendaal Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013 Concept 11 augustus 2014 DATUM 11 augustus 2014 TITEL Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over 2013 ONDERTITEL Concept OPDRACHTGEVER Gemeente Roosendaal

Nadere informatie

WAT VINDT U VAN DE ZORG?

WAT VINDT U VAN DE ZORG? WAT VINDT U VAN DE ZORG? Een vragenlijst over de kwaliteit van zorg Mw. dr. Ireen Proot Copyright 2004 Universiteit Maastricht onderzoeker COPZ-M Capgroep Gezondheidsethiek en Wijsbegeerte Instituut voor

Nadere informatie

Alvast bedankt voor het invullen!

Alvast bedankt voor het invullen! Deze vragenlijst gaat over jongeren die steun of hulp geven aan een familielid. Wij zijn erg benieuwd hoeveel jongeren er binnen onze school steun of hulp geven en hoe zij dit ervaren. De vragenlijst is

Nadere informatie

Zet een duidelijk kruis in het antwoordvakje bij het goede antwoord, dit gaat bijvoorbeeld zo:

Zet een duidelijk kruis in het antwoordvakje bij het goede antwoord, dit gaat bijvoorbeeld zo: 1e Vragenlijst Toelichting op de vragenlijst Alle gegevens uit dit onderzoek zullen vertrouwelijk worden behandeld. Dit betekent dat alleen de onderzoekers uw gegevens kunnen inzien. Er wordt alleen op

Nadere informatie

Wat draagt bij aan een gelukkig pensioen? Een vergelijking tussen Nederland, België, Denemarken en Zweden

Wat draagt bij aan een gelukkig pensioen? Een vergelijking tussen Nederland, België, Denemarken en Zweden Wat draagt bij aan een gelukkig pensioen? Een vergelijking tussen Nederland, België, Denemarken en Zweden Onderzoek van GfK november 2015 Inleiding Delta Lloyd is continu bezig het pensioenbewustzijn te

Nadere informatie

CQ-index Afasie. Ervaringen met de afasiezorg

CQ-index Afasie. Ervaringen met de afasiezorg CQ-index Afasie Ervaringen met de afasiezorg Vragenlijst voor interviews met personen van 18 jaar en ouder die zorg (hebben) ontvangen voor afasie Versie 2.0 (januari 2015) Deze vragenlijst is ontwikkeld

Nadere informatie

Onderzoek Huishoudelijke hulp 2011

Onderzoek Huishoudelijke hulp 2011 2011 1 (11) Onderzoek Huishoudelijke hulp 2011 Auteur Tineke Brouwers en Francien Wisman Respons onderzoek Op 17 mei 2011 kregen 1034 inwoners van Nieuwegein die huishoudelijke hulp ontvangen een vragenlijst

Nadere informatie

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2018

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2018 Wijk- en buurtmonitor 2018 Engelen Engelen ligt ten noordwesten van s-hertogenbosch. De wijk bestaat uit de dorpen Engelen en Bokhoven. Ook staat de wijk bekend om de kastelen. Engelen heeft zich in de

Nadere informatie

Welzijnsbezoek. Voorbeelden van aanpassingen aan het huis die nodig zijn:

Welzijnsbezoek. Voorbeelden van aanpassingen aan het huis die nodig zijn: Welzijnsbezoek 2014 Inhoud 1. Conclusies 2. Figuren en tabellen MEE Drechtsteden voerde in 2014 welzijnsbezoeken uit onder ouderen van 75, 80 en. Aan de hand van een vragenlijst komen zes onderwerpen aan

Nadere informatie

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? De leefbaarheid waar het

Nadere informatie

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Onderzoek naar omvang, knelpunten en ondersteuningsbehoefte Februari 2017 drs. W. Jeeninga, onderzoeker GGD Hart voor Brabant drs. M. Scholtens, functionaris gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Vragenlijst maatschappelijke participatie 50 plussers

Vragenlijst maatschappelijke participatie 50 plussers With support from the European Union Vragenlijst maatschappelijke participatie 50 plussers De gemeente Amsterdam werkt mee aan een onderzoek van de Europese Unie naar de gevolgen van vergrijzing. Een van

Nadere informatie

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld.

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld. rriercoj Gemeenteraad Barneveld Postbus 63 3770 AB BARNEVELD Barneveld, 27 augustus 2015 f Ons kenmerk: Ö^OOJcfc Behandelend ambtenaar: I.M.T. Spoor Doorkiesnummer: 0342-495 830 Uw brief van: Bijlage(n):

Nadere informatie

VRAGENLIJST. Mantelzorger, baseline en vervolgmeting

VRAGENLIJST. Mantelzorger, baseline en vervolgmeting 2019 VRAGENLIJST, baseline en vervolgmeting pagina 2 Uw ervaringen als mantelzorger zijn waardevol U zorgt voor of biedt ondersteuning aan uw partner, een familielid, een vriend of bekende die hulp nodig

Nadere informatie

Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016

Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016 Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch Nulmeting 2016 Afdeling Onderzoek & Statistiek Juli 2016 Samenvatting De gemeente s-hertogenbosch vindt het belangrijk om de ervaringen van cliënten met Wmoondersteuning

Nadere informatie

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek. over 2009

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek. over 2009 Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2009 VERSLAG VAN DE RESULTATEN VAN HET CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK ONDER MANTELZORGERS verantwoording en analyse Wmo-klanttevredenheidsonderzoek.nl Wmo-klanttevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Inleiding Op basis van de Wmo 2015 zijn gemeenten verplicht jaarlijks een cliëntervaringsonderzoek uit te voeren. De vier Westerkwartiergemeenten

Nadere informatie

Klantonderzoek Wmo over 2014 Wmo-voorzieningen

Klantonderzoek Wmo over 2014 Wmo-voorzieningen Klantonderzoek Wmo over 2014 Wmo-voorzieningen Gemeente Den Haag Maart 2015 Naomi Meys Volkan Atalay Projectnummer: 107696 Correspondentienummer: DH-2703-4284 INHOUD INLEIDING 1 SAMENVATTING 2 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo Zelfstandig wonen. Gemeente Opmeer Juli 2014

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo Zelfstandig wonen. Gemeente Opmeer Juli 2014 Zelfstandig wonen Gemeente Opmeer Juli 2014 Colofon Uitgave : I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel. (0229) 282555 www.ioresearch.nl Rapportnummer : 2014-2038 Datum : juli 2014 Opdrachtgever

Nadere informatie

Flitspeiling begeleid wonen

Flitspeiling begeleid wonen Grote Bickersstraat 76 1013 KS Amsterdam Postbus 1903 1000 BX Amsterdam tel 020 522 59 99 fax 020 622 15 44 e-mail info@veldkamp.net www.veldkamp.net Flitspeiling begeleid wonen Bart Koenen, Valerie Vieira

Nadere informatie

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord Netwerk Ouderenzorg Regio Noord Vragenlijst Behoefte als kompas, de oudere aan het roer Deze vragenlijst bestaat vragen naar uw algemene situatie, lichamelijke en geestelijke gezondheid, omgang met gezondheid

Nadere informatie

Enquête vrij reizen. Wat levert gratis OV de gebruikers op? Kenniscentrum MVS juli 2017 concept

Enquête vrij reizen. Wat levert gratis OV de gebruikers op? Kenniscentrum MVS juli 2017 concept Enquête vrij reizen Wat levert gratis OV de gebruikers op? Kenniscentrum MVS juli 2017 concept E n q u ê t e v r i j r e i z e n P a g i n a 2 Inleiding In 2015 heeft de Schiedamse gemeenteraad een regeling

Nadere informatie

Zorg, begeleiding, werk en inkomen. Hulp bij het Huishouden

Zorg, begeleiding, werk en inkomen. Hulp bij het Huishouden Zorg, begeleiding, werk en inkomen Hulp bij het Huishouden Wmo, Hulp bij het Huishouden Toch hulp nodig via de gemeente? Heeft u geprobeerd om zelf hulp te regelen maar lukt het niet om uw probleem zelf

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie