Raadsbijlage Voorstel inzake de subsidiering van de Stichting Vluchtelingenwerk

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Raadsbij lage nummer 23 lnboeknummer oxuoo3334 Beslisdatum BikW ss januari soos Dossiernummer so4.sox Raadsbijlage Voorstel inzake de subsidiering van de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven voor het eerste halfjaar Inleiding Ten gevolge van de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet 2000 (VW 2000) op 1 april 2001 zijn voor gemeenten zowel als de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven (VWE) een aantal wezenlijke zaken veranderd op het gebied van huisvesting en maatschappelijke begeleiding van deze doelgroep. Vanaf april 2001 wordt met de VW 2000 als instrument heel duidelijk gewerkt aan de realisatie van de "waterscheiding" (Rijk zorgt voor asielzoekers en gemeenten voor statushouders). Na het voltooien van de hele operatie die moet leiden tot deze duidelijke scheiding van taken zal de groep verblijfsgerechtigden die vanuit de taakstelling in Eindhoven zullen worden gehuisvest bestaan uit Eindhovenaren die tijdelijk extra aandacht nodig hebben. De aan deze groep door VWE te leveren dienstverlening zal in beeld worden gebracht. 2 Probleemstelling Vanaf 1 april 2001 is een aanvang gemaakt om de in Eindhoven verblijvende vergunninghouders (ressorterend onder het regime van VVTV/Zorgwet) behorende tot die groep met recht op voorzieningen, zoals genoemd in de VW 2000, daadwerkelijk onder te brengen onder het regime van deze wet en dus om te zetten naar hun nieuwe situatie. Concreet houdt dit in dat de corporaties de huurcontracten van de woningen die jarenlang door de gemeente gehuurd werden zo mogelijk omzetten op de naam van de verblijfsgerechtigde en dat deze moeten worden voorzien van o.a. een ABW-uitkering. De omzetting qua huisvesting geldt voor de gezinnen; alleenstaanden zullen door de corporaties elders worden gehuisvest. Van rijkswege werd bepaald dat alle omzettingen moesten plaatsvinden in het tijdvak van 1 april tot 1 oktober Van alle gezinnen en alleenstaanden zijn voor 1 oktober wel de maandelijkse VVTV toelagen omgezet naar een ABW-uitkering, maar de omzetting van huurcontracten op naam van de verblijfsgerechtigden is nog niet totaal afgerond. De tijdens deze periode door de gemeente te betalen huur wordt verrekend met de Abwuitkering.

2 Raadabijlage nummer 23 De maatschappelijke begeleiding tijdens dit omzettingstraject wordt door VWE verzorgd. Aangezien de omzetting niet geheel is gerealiseerd met ingang van 1 oktober wordt op dit punt ook nog ondersteuning gevraagd van VWE na 1 oktober Hiertoe is de instelling voor 2001 reeds financieel door de gemeente toegerust. De opvang (zorg en huisvesting) van de groep VVTV ers die op basis van het feit dat zij nog in bezwaar of beroep zijn geen recht hebben op het verkrijgen van een VBTA kunnen in het kader van een overeenkomst tussen Rijk en de VNG op vrijwillige basis worden overgedragen aan het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA). De gemeente Eindhoven heeft in een intentieverklaring naar het COA aangegeven in principe hieraan te willen meedoen per 1 juli Het gaat hierbij om 80 personen. Eenzelfde mogelijkheid tot overdracht bestaat ook voor de nog in Eindhoven verblijvende personen die gebruik maken van de oude ROA regeling; een regeling die in principe vanaf 1996 is opgeheven. In verband met grote dossiervoorraad bij de immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is een deel van deze personen nog steeds in afwachting van de uitslag op hun asielaanvraag. Het gaat hierbij om 80 personen en als datum van mogelijke overdracht wordt voor deze groep ook 1 juli 2001 gehanteerd. Voor de maatschappelijke begeleiding van beide groepen (VVTV en ROA) wordt VWE financieel door de gemeente toegerust, vanuit de bestaande bijdrageregeling. Belangrijk is te vermelden dat tot op een moment van overdracht de gemeente de volledige financiele middelen van het Rijk blijft ontvangen. Aan de hand van een uitgebreide vragenlijst zal de COA bij de gemeente inventariseren om welke panden, personen, kosten, gemeentelijke afspraken met betrekking tot begeleiding etc. het gaat. Na bestudering van de door de gemeenten ingevulde lijsten zullen COA en gemeenten om de tafel gaan zitten om te bekijken of een totale overdracht mogelijk zal zijn. In het geval dat de hele overdracht aan COA niet haalbaar blijkt te zijn en dat daarom door het college van burgemeester en wethouders wordt besloten om niet tot vrijwillige overdracht over te gaan zullen de financiele middelen ook gegarandeerd blijven voor de gemeente die de zorg uitvoert en blijft uitvoeren voor de genoemde doelgroep. De uiteindelijke keuze heeft ook weer gevolgen voor de door VWE te leveren producten. Zoals aangegeven blijft de situatie tot 1 juli 2002 zeker ongewijzigd. Een laatste groep waarvoor de gemeente Eindhoven zorgdraagt is een aantal statushouders die met een verblijfsvergunning nog steeds in afwachting van definitieve reguliere huisvesting verblijft in de ROA-huizen van de gemeente. VWE verzorgt voor hen de maatschappelijke begeleiding. 3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes Door uiteindelijk een duidelijke waterscheiding aan te brengen tussen verantwoordelijkheden van het Rijk en de gemeenten zullen gemeenten beter beleid kunnen ontwikkelen en aandacht kunnen hebben voor de doelgroep waarvoor zij verant-

3 r p Raadsbijlage nummer 23 woordelijk zijn: nl. verblijfsgerechtigden: burgers van Eindhoven die tijdelijk extra aandacht nodig zullen hebben. Aan VWE is ook de vraag gesteld om aan de hand van een productomschrijving te kijken naar het verschil tussen de huidige situatie(monitoring) en de toekomstige op het moment dat de waterscheiding zou zijn gerealiseerd. Aan de hand hiervan kan dan gerichte dienstverlening per doelgroep worden ingekocht. 4 Wijze van aanpak I oplossingsrichting De door VWE opgestelde monitoring van hun activiteiten gedurende de periode 1 april tot 1 oktober 2001 geeft een duidelijk inzicht in de taken die op dit moment verband houden met de nog in Eindhoven aanwezige doelgroepen vanuit de oude wetgeving. Deze monitoring is opgesteld naar aanleiding van uw besluit van 21 mei 2001 inzake de rol van de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven in het lokaal vreemdelingen- en vluchtelingenbeleid. Hoewel het de bedoeling was in het kader van de begrotingsbehandeling 2002 met een voorstel te komen, bleek dit vanwege de krap bemeten tijd niet meer mogelijk. Bij de bepaling hoe de toekomstige financiering van VWE er zal moeten komen uit te zien speelt "integreren in Nederland" een belangrijke rol. Per product dat VWE aanbiedt zal voor het overgangsjaar 2002 en daarna vanaf 2003 structureel moeten worden bekeken: voor welke doelgroep het product is bestemd en of er externe middelen beschikbaar zijn dan wel aansluiting mogelijk is bij reeds bestaande voorzieningen binnen de gemeente Eindhoven. Monitoring. Bij de uitvoering van hun activiteiten worden door VWE drie doelstellingen gehanteerd: 1 VWE draagt bij aan een goede opvang van asielzoekers en na toewijzing van het asielverzoek aan een zo snel mogelijke inburgering; 2 bij afwijzing van het asielverzoek biedt VWE ondersteuning aan de terugkeer van betrokkene naar het land van herkomst; 3 VWE draagt bij aan het behouden en versterken van het maatschappelijk draagvlak voor de opvang van asielzoekers en de opname van vluchtelingen in de Eindhovense samenleving. Hierna volgt een overzicht van de monitoring van de activiteiten van VWE gedurende de aangegeven periode. (Bron: Vluchtelingenwerk Eindhoven). Maatschappelijke begeleiding. Begeleidingstraject WIN. Per 1 oktober 2001: 113 trajecten, waarvan 22 nieuwe. Langdurend contact (maatschappelijke begeleiding van een client die nier aan de WIN deelneemt). Bevat meer dan drie gesprekscontacten. Gemiddeld 150 contacten. Aantal gesprekken 750. Kortdurend contact bevat minder dan drie gesprekscontacten. Kortdurende contacten gemiddeld 150. Aantal gesprekken 500.

4 Raadsbijlage nummer aa Gezinsherenigingstraject. Aantaltrajecten: gemiddeld 50. Aantal gesprekken: 200. Huisvesting. Het voorbereiden en uitvoeren van de huisvesting van de nieuwe statushouders. (Her)huisvestingstraject, Aantal huisvestingstrajecten: 40. Onderhoud ROA/VVTV-woning. Gemiddeld 90 woningen. Aantal klachtmeldingen: 400. Zelfde dag hulp geboden(meestal). Woonbegeleiding: preventietraject woonoverlast 50 trajecten (minder dan verwacht); afhandelingtraject woonoverlast 20 trajecten. Juridische begeleiding. Juridische ondersteuning bieden met betrekking tot de positie van een individuele asiel procedure. Asielaanvraag trajecten: 80 Begeleiding terugkeer. Zowel afgewezen statushouders in het bezit van een vergunning bepaalde tijd asiel (VBTA) als uitgeprocedeerde VVTV ers en ROA-clienten begeleiden. Aantal trajecten: geen, want gemeente heeft de terugkeerprocedures niet opgestart. Educatie. Doel is om de wachttijd tijdens de asielprocedure zinvol te overbruggen. Looptijd van het traject: een half jaar. Aantal trajecten: 70. Coachingtraject. Doel: bevorderen van integratie van jongeren en het voorkomen van sociaal isolement van jonge asielzoekers en statushouders Hierbij worden jongeren als coach in een een op een relatie gekoppeld aan jonge vluchtelingen. Nog geen resultaten omdat de vacature van activiteitenbegeleider pas op 1 juni 2001 kon worden ingevuld. Opmerking: activiteitenbegeleider heeft contract tot 1 januari Voorlichting bevolking. Het instandhouden van het draagvlak onder de Eindhovense bevolking en zo nodig te versterken. Nog geen resultaten te melden, omdat de vacature pas met ingang van 1 juli 2001 kon worden ingevuld. Opmerking: medewerker heeft contract tot 1 januari Met verwijzing naar hetgeen reeds onder paragraaf drie is gesteld zijn wij van oordeel dat de zorg voor in Nederland toegelaten en in Eindhoven gehuisveste vluchtelingen tegen de achtergrond van de volgende basisfilosofie dient plaats te vinden. Het gaat hier om (nieuwe) Eindhovenaren, die in principe een beroep op de algemene instellingen kunnen doen, waarbij Loket W op het terrein van welzijn aanspreekbaar is en de woningcorporaties op het terrein van de volkshuisvesting. Wel

5 Raadsbijlage nummer 23 heeft deze groep nieuwe Eindhovenaren gedurende enige tijd speciale zorg nodig. Die speciale zorg kan door de reguliere instellingen worden afgenomen door het inkopen van specifieke producten bij een gespecialiseerd instituut, zoals de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven die daartoe in de afgelopen jaren is uitgegroeid. Dit past binnen de keuze voor de vraagsturing, waarbij algemene instellingen elders, omdat ze zelf niet aan de vraag kunnen voldoen, producten afnemen en daar ook voor betalen. Voor de overheid blijft dan de vraag of de vragende instellingen de ingekochte producten uit hun reguliere middelen dienen te bekostigen dan wel dat extra middelen ter beschikking moeten worden gesteld. Een tweede basisfilosofie betreft de productbegroting. In principe dient hierbij uitgangspunt te zijn dat alle kosten worden toegerekend naar de diverse door de instelling te leveren producten. Echter, en zo is de situatie ook bij de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven, is er ook aanleiding een deel van de kosten als een basisstructuur, die niet productafhankelijk is, te beschouwen. De consequentie hiervan is dat bij afname van minder producten deze basiskosten over de andere producten moeten worden versleuteld, waardoor deze duurder worden. De omvang van deze basisstructuur bij VWE bedraagt op jaarbasis momenteel c ,81 (f ,99). Op basis van deze twee basisfilosofieen kan het volgende schema inzake de producten en hun afnemers worden opgezet waarbij de situatie na 1 januari 2003 als uitgangspunt wordt genomen. Tegen de hiervoor geschetste achtergrond is het redelijk ook het jaar 2002 als een overgangsjaar te beschouwen zowel voor de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven als voor de gemeente zelf. In dat jaar kan dan het noodzakelijk overleg plaatsvinden met de betrokken organisaties. Wat de gemeente betreft is het nog niet duidelijk hoe de situatie na 1 juli 2002 zal zijn voor wat de verantwoordelijkheid voor de opvang van restgroepen asielzoekers en VVTV ers.

6 Raadsbijlage nummer 23 Dit laatste is voor ons college aanleiding het voorstel/besluit tot subsidiering te beperken tot het eerste halfjaar Financiele gevolgen en risico s Situatie VWE in 2002: op weg naar 1 januari Aan VWE is gevraagd om een productgerelateerde begroting aan te leveren. Een van de redenen hiervoor is dat de voornaamste doelgroepen van de activiteiten van de stichting uit het verleden aanzienlijk in omvang zijn afgenomen. Het betreft dan de asielzoekers en de houders van een voorwaardelijke vergunning tot verblijf. De verwachting is dat deze laatste groep nog verder in aantal zal afnemen in de eerste helft van Het tempo waarin de afbouw van de te leveren activiteiten aan bepaalde doelgroepen zal gebeuren zal mede bepaald worden door de ontwikkelingen bij de IND. De verwachting is namelijk dat de IND in 2002 een bepaald percentage van de in behandeling zijnde dossiers van in Eindhoven woonachtige VVTV ers en ROA-clienten moet en zal afronden. Daarnaast is voor VWE van groot belang of de intentie van gemeentewege om per 1 juli 2002 de restant groepen over te dragen aan COA kan worden geeffectueerd. De situatie tot 1 juli De door VWE geleverde begroting bevat een opgave van zes producten bestemd voor diverse doelgroepen. In schema gezet wordt gekomen tot onderstaand overzicht: Producten Doelgroepen Begeleidingstraject WIN Maatschappelijke begeleiding huisvestingstraject maatschappelijke begeleiding sec Woonbegeleiding onderhoud ROA-woningen voorlichting bevolking coachingsproject Nieuwkomers ingevolge de WIN nieuwkomers ingevolge de WIN en overige nieuwkomers (voornamelijk 0-16 jarigen) overige nieuwkomers (voornamelijk 0-16 jarigen/asielzoekers/vvtv ers/statushouders in ROA-woningen vanuit de oude wetgeving Zie maatschappelijke begeleiding Eindhovense bevolking/instellingen Jongeren Op jaarbasis worden de kosten door VWE geraamd op c ,62 (f ,99). Op basis van de verwachting dat in 2002 met name in de omvang van de groep asielzoekers en VVTV ers wijziging (lees vermindering) zal komen is een verdeling van de kosten over het eerste en tweede halfjaar op fiftyfifty basis niet reeel. Uitgaande van de door VWE overgelegde kostenvariant 1 kan de volgende schematische verdeling over

7 83.000,ÃćâĆňâĂİ Raadsbijlage nummer aa ,ÃćâĆňâĂİ ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ Woonbegeleiding ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ ,ÃćâĆňâĂİ ,ÃćâĆňâĂİ ,ÃćâĆňâĂİ Coachingsproject ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ f ,ÃćâĆňâĂİ het eerste en tweede halfjaar worden opgesteld waarbij de verhouding van de kosten van asielzoekers en VVTV ers zich gedurende het eerste en tweede halfjaar verhouden als 60 staat tot 40. Benoeming producten Kostentoerekening variant 1 volgens opgave VWE waarbij gemeente het gehele jaar verantwoordelijk is voor de uitvoering Gehele jaar 2002 Eerste halfjaar 2002 Tweede halfjaar 2002 Begeleiding WIN Maatsch. begeleiding Onderhoud woningen Voorlichting Totaal f ;- ( ,62) ( ,41) ( ,22) De huidige door VWE uitgevoerde taken zijn grotendeels gebaseerd op een tweetal wettelijke regelingen, die aan de gemeente een taakstelling hebben opgelegd en een ministerieel besluit op grond waarvan tussen gemeente en Rijk (i.c. COA) een overeenkomst is afgesloten. Ervan uitgaande dat tot 1 juli 2002 de huidige taken moeten worden uitgevoerd, heeft VWE daarvoor een bedrag nodig van c ,41 (f ,01). Hiervan wordt c ,01 (f ,-) gedekt uit de "eigen" middelen (reservering uit 2001), zodat er een subsidiebehoefte van c ,39 (f ,99) resteert. Hiervoor geven wij als dekkingsmiddelen aan: de in het kader van het Beleidsplan extra ter beschikking gestelde middelen tot een bedrag van: ,62 (f ,01); de reguliere structurele middelen in het kader van de opvang van asielzoekers en houders van een voorwaardelijke vergunning tot verblijf (ROA/VVTV) tot een bedrag van c ,48 (f ,-); waarvan e ,18 (f ,01) ten laste van de ROA-middelen en c ,31 (f ,01) ten laste van de VVTV-middelen; de reguliere middelen van de WIN die voor 2002 voor de maatschappelijke begeleiding worden ingezet tot een bedrag van e ,88 (f ,-); de van het COA te verwachten middelen in het kader van de ZZA/COW/KCO tot een bedrag van ,42 (f ,-). Wij merken hierbij het volgende op. a De uit de reguliere ROA/VVTV-ontvangen gelden welke als dekkingsmiddel zijn opgenomen zijn gebaseerd op de te ontvangen bijdrage over een half jaar. Indien geen overdracht van deze groepen aan het COA plaatsvindt is ook een bijdrage over het tweede halfjaar te verwachten. Immers de middelen vanuit ROA en Zorgwet VVTV blijft de gemeente ontvangen zolang zij de verantwoordelijkheid en

8 Raadsbijlage nummer aa fk uitvoering van deze regelingen heeft. Echter in verband met verdere afbouw zal deze lager uitvallen. Sedert het begin ontvangt VWE in het kader van de vastgestelde opvangplannen een subsidie ten behoeve van de door haar in dat kader te verrichten activiteiten. De hoogte van dit subsidie is gekoppeld aan het aantal opgevangen/gehuisveste clienten, waarvoor de gemeente een bijdrage ontvangt. In dit voorstel wordt deze directe koppeling losgelaten, maar worden wel de middelen voor de begeleiding vanuit die regelingen ingezet als dekkingsmiddel voor het aan VWE te verlenen subsidie. Koppeling op afstand dus. Wij hebben de stichting inmiddels bericht dat het subsidie op basis van deze systematiek per 1 januari 2002 is beeindigd. b Genoemde e ,88 (f ,-) vanuit de WIN zijn gelabeld ten behoeve van het product maatschappelijke begeleiding voor de nieuwkomers vallend onder de WIN. c De middelen van het COA in het kader van de ZZA en COW/KCO zijn niet structureel van aard, hoewel de COW/KCO-middelen wat permanenter van karakter zijn. In de gemeentebegroting 2002 zijn zij niet opgenomen en kunnen dus hier, omdat ook voor 2002 de beide daaraan ten grondslag liggende regelingen doorgang zullen vinden, als meevaller worden benut. De werkelijke hoogte van deze middelen is eerst achteraf bekend, immers vaststelling geschiedt tweemaal per jaar op basis van werkelijke aantallen gebruikers. Op basis van ervaringscijfers over 2001 zal de bijdrage vermoedelijk enigszins hoger uitvallen. De conclusie is dan ook gerechtvaardigd dat voor het eerste halfjaar 2002 van gemeentewege geen extra middelen beschikbaar behoeven te worden gesteld. De situatie na 1 juli 2002 tot 1 januari Op het moment dat de nog in procedure zijnde groepen ROA/VVTV per 1 juli 2002 zouden worden overgedragen aan COA zal moeten worden onderhandeld met COA betreffende de inkoop door hem van het product maatschappelijke begeleiding, welke voor hen moet worden gewaarborgd. VWE rekent hiervoor op dit moment een kostprijs van c ,93 (f ,99) voor maatschappelijke begeleiding, woonbegeleiding, en onderhoud woningen. In het gunstigste geval betekent dit dat voortzetting van de subsidiering gedurende het tweede halfjaar 2002 de gemeente c ,39 (f ,99) gaat kosten. Vindt geen overdracht van de restgroepen ROA en VVTV aan het COA plaats dan zelfs ,22 (f ,-). Wij wijzen u er dan ook reeds uitdrukkelijk op dat voor het tweede halfjaar een beroep op saldireserve zal moeten worden gedaan. Om hierin enig inzicht te geven: de in het kader van het Beleidsplan extra ter beschikking gestelde middelen zijn grotendeels op (er resteert nog a ,51 (f ,01); er vindt geen overboeking vanuit de middelen van VWE meer plaats; niet duidelijk is welk bedrag nog uit eventuele ZZA/COW/KCO-middelen als incidentele meevaller gedekt kan worden;

9 v g Raadsbijlage nummer 23 er bestaat nog geen zicht op de overdracht van de restantgroepen naar het COA per 1 juli Dit geldt ook voor het jaar Reeds hier willen wij vermelden dat wij bereid zijn met de woningcorporaties in overleg te gaan om te bezien of een deel van het subsidie aan VWE bekostigd kan worden uit de middelen van de post leefbaarheid van het Convenant Volkshuisvesting. Immers ook de corporaties zijn gebaat bij een goede woonbegeleiding van nieuw te huisvesten Eindhovenaren. 6 Overige gevolgen van de aanpak Het voorstel om 2002 te gebruiken als overgangsjaar om zo voor VWE per 1 januari 2003 een duidelijke situatie te creeren houdt in dat in het komende jaar de onderhandelingen met Loket W zullen moeten worden opgestart; producten en hun financieringsstroom zullen moeten worden benoemd en taken moeten worden afgebouwd/opgepakt, waarbij uw besluit van 21 mei 2001 als leidraad kan gelden. Nader overleg met de woningcorporaties over de inzet van middelen uit het leefbaarheidsprestatieveld zal moeten plaatsvinden. Indien de overdracht aan het COA daadwerkelijk per 1 juli 2002 zou kunnen plaatsvinden zal moeten worden onderzocht of COA bereid is om de maatschappelijke begeleiding van deze groep, die wel in Eindhoven zal blijven wonen, in te kopen bij VWE. De andere producten als begeleiding van jongeren en voorlichting van de bevolking zullen moeten worden onderzocht op eventuele overdracht naar Loket W. 7 Resultaat/overleg/inspraak In zijn reactie van 10 december 2001 geeft het bestuur van de stichting haar reactie op ons voorstel. Daarin stelt het, onder voorbehoud van een viertal punten, te kunnen instemmen met het voorstel. Deze punten betreffen: de periode waarvoor onderhavig voorstel/besluit geldt; de betrokkenheid bij het overleg met het COA inzake eventuele overdracht van de restgroepen asielzoekers en VVTV ers, alsmede de inkoop bij Loket W; de gemaakte splitsing van het begrip "maatschappelijke begeleiding" in "huisvestingstraject" en "maatschappelijke begeleiding sec" in de tabellen op pagina 5 en 6; aandacht blijven houden voor een aantal specifieke groepen. Wij merken hierbij het volgende op. In ons voorstel hebben wij reeds aangegeven waarom de periode inzake de subsidieverlening vooralsnog beperkt blijft tot het eerste halfjaar Wij handhaven dit standpunt. Ten aanzien van het overleg met COA en Loket W ligt het in de rede dat VWE als belanghebbende te zijner tijd betrokken wordt bij dat overleg. Het onderscheid in de "maatschappelijke begeleiding" in enerzijds "huisvesting" en anderzijds "maatschappelijke begeleiding sec" hebben wij aangebracht vanwege de aan de gemeente wettelijk opgedragen taakstelling inzake huisvesting van verblijfs-

10 r p Raadsbijlage nummer 23 gerechtigden. Dit onderscheid grijpt niet wezenlijk in op het door VWE overgelegde overzicht, zoals dat voor u ter inzage ligt. De in de reactie genoemde specifieke groepen behoren in het kader van de gewenste waterscheiding niet tot de verantwoordelijkheid van de gemeente. Dat zij toch een beroep doen op de stichting vormt een probleem, temeer nu de middelen bestemd voor andere groepen verder af gaan nemen. In dit verband verwijzen wij u naar de destijds gedane toezegging naar aanleiding van een concreet verzoek om subsidie voor de zogenaamde ZZA ers hierop terug te komen indien het voortbestaan van VWE in gevaar komt. In de besprekingen rond de subsidiering voor het tweede halfjaar zal daaraan dan ook aandacht worden geschonken. De schriftelijke reactie van VWE ligt met de overige stukken voor u ter inzage. 8 Communicatie Niet van toepassing. 9 Advisering raadscommissie(s) De commissie voor maatschappelijke ontwikkeling hebben wij over dit voorstel gehoord. Haar advies ligt voor u ter inzage. De meerderheid in de commissie stemt in met het voorstel. Een minderheid behoudt haar stem voor tot de raadsbehandeling. Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven, R. Welschen, burgemeester. C. Tetteroo, secretaris.

11 (f ,ÃćâĆňâĂİ ); Raadsbijlage nummer aa Besluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 januari 2002, nr. 23; gelet op het advies van de commissie van maatschappelijke ontwikkeling; besluit: 1 in te stemmen met het basisuitgangspunt dat in de vormgeving van het vluchtelingenbeleid algemene instellingen aanspreekbaar zijn voor de zorg en hulpverlening aan vluchtelingen en dat waar speciale zorg nodig is die bij gespecialiseerde instellingen kan worden afgenomen; 2 in te stemmen met: a de continuering van de subsidiering van de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven voor de periode 1 januari 2002 tot 1 juli 2002; b het basisuitgangspunt dat in de productsubsidiering van de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven rekening wordt gehouden met vaste basiskosten voor een bedrag (op jaarbasis) van c ,81 (f ,99) en kennis te nemen van mogelijke financiele risico s als gevolg van vaste basiskosten subsidiering; 3 aan de Stichting Vluchtelingenwerk Eindhoven voor het eerste halfjaar 2002 een subsidie te verlenen van e ,39 (f ,99); 4 het onder 3 genoemde subsidie te dekken uit: de in het kader van het Beleidsplan aan de dienst Maatschappelijke Ontwikkeling extra ter beschikking gestelde middelen tot een bedrag van ,62 (f ,01); de reguliere structurele ROAMflV-middelen voor 2002 tot een bedrag van s ,48 (f ,-), waarvan g ,18 (f ,01) ten laste van de ROAmiddelen en c ,31 (f ,01) ten laste van de V@P/-middelen; de incidentele van het COA te verwachten middelen voor ZZA/KCO/COW voor 2002 tot een bedrag van e ,42 (f ,00); de reguliere middelen voor de WIN 2002 tot een bedrag van c ,88 kennis te nemen van de onzekerheden in de financiering en het college van burgemeester en wethouders te verzoeken de directeur van de dienst Maatschappelijke Ontwikkeling de opdracht te geven hierover in de kwartaalberichtgeving 2002 te rapporteren; 5 in te stemmen te onderhandelen met Loket W met als inzet dat de huidige producten van Vluchtelingenwerk Eindhoven gecontinueerd moeten worden.

12 4$++ Raadsbijlage nummer 23 6 de begroting dienovereenkomstig te wijzigen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 4 februari R. Welschen, voorzitter. C. Tetteroo, secretaris. wa