Verslaglegging: G.A. van Herpen-Bartlema.

Transcriptie

1 Georganiseerd overleg Sector Defensie Werkgroep Algemene en Financiële Rechtstoestand G.A. van Herpen-Bartlema inlichtingen telefoon 0 bijlage(n) AFR/ briefnummer G.1.04 zaaknummer 28 augustus 2012 datum Verslag van de vergadering van de werkgroep Algemene en Financiële Rechtstoestand van 21 augustus 2012 (Sophiezaal van het Centrum voor Arbeidsverhoudingen - CAOP -, Lange Voorhout 13 te s Gravenhage, aanvang uur, sluiting uur). Aanwezig: Van de zijde van Defensie: A.J. van der Knaap (wnd. voorzitter), F. Bots, J. van der Lee. Van de zijde van de Centrales: J.H. van Hulsen (AC), R. Klaassen, R. Schilperoort, (ACOP), J. Dirks L.C. van der Hulst, H.J. Kleian (CCOOP), R. Pieters (CMHF). Van de zijde van het secretariaat: mw. M. Hundepool (CAOP). Verslaglegging: G.A. van Herpen-Bartlema. Agenda: 1. Opening, mededelingen en vaststelling agenda. 2. Vaststelling verslag AFR-overleg van 3 juli 2012 (AFR/ ). 3. Voorstel technisch werkverband buitenland (AFR/ ). 5. Sluiting DAS winkels (AFR/ , -/ , -/ , REO/ , AFR/ , --/ en -/ ). 6. Vliegtoelage Boom-operator (AFR/ , -/ ). 7. Motie Knops Eijsing (AFR/ , -/ ). 8. Systematiek toekennen bindingspremies defensieonderdelen (AFR/ ). 9. Afspraken Arbeidsvoorwaardenakkoord (AFR/ en -/ ) 10. Verstrekkingen reservisten (AFR/ ). 11. Terugbetaling opleidingskosten (AFR/ ). 12. Voedingskosten Duitsland (AFR/ ). 13. Reikwijdte wet Woonlandbeginsel in de sociale zekerheid (AP/ en -/ ). 14. Rondvraag en sluiting.

2 Agendapunt 1: Opening, mededelingen en vaststelling agenda. Opening De heer Van der Knaap treedt op als waarnemend voorzitter. Hij opent de vergadering om uur. Mededelingen Er zijn geen mededelingen Vaststelling agenda Er is geen agendapunt 4. Aanvankelijk was het onderwerp woningvoorziening geagendeerd, maar dit onderwerp is nog niet gereed voor agendering en is geschrapt. De brief die bij agendapunt 11 is geagendeerd heeft nr. AFR/ en niet AFR/ Agendapunt 2: Vaststelling verslag AFR-overleg van 12 juni 2012 (AFR 12/00423 Tekstueel Blz. 5, 1 e tekstblok, r. 5 van onder: Na element toevoegen: inkomen. Blz. 5, één laatste zin: dan het huurplafond moeten zijn wijzigen in: bijvoorbeeld het huurplafond kunnen zijn. Blz. 8, 1 e tekstblok, r. 5 van onder. loopmaster wijzigen in loadmaster. Blz. 9, ap. 6, De Peel. De heer Van der Hulst merkt op dat de discussie over dit onderwerp nog niet is afgerond. In de hierop volgende discussie licht de heer Van der Lee toe dat de Luchtmacht destijds een vervoersplan had, maar dat de Landmacht, mede vanwege andere werktijden, zich daarbij niet wilde aansluiten. Er was dus altijd al een vervoersplan, maar nu alles in De Peel onder het CLAS komt te vallen moet er een nieuw vervoersplan komen. De heer Van der Hulst stelt dat er een vervoersplan moet komen omdat het blijkbaar een moeilijk bereikbare plaats is. Aangezien er in het verleden voor het CLAS-personeel op De Peel geen vervoersplan was, terwijl de plek wel moeilijk bereikbaar is, meent spreker dat er met terugwerkende kracht een tabelvergoeding moet worden gegeven, voor de periode dat er geen vervoersplan was. De voorzitter stelt dat in samenspraak met de medezeggenschapscommissie in ieder geval een tijdelijk plan is overeengekomen. Dit plan wordt nog geëvalueerd. Spreker verwacht dat de commandant er met zijn medezeggenschapscommissie uit zal komen. De compensatie die door de heer Van der Hulst wordt gevraagd, is volgens spreker een ander onderwerp. De heer Van Hulsen stelt dat het vervoersplan een onderwerp moet zijn van locatieoverleg. In het locatieoverleg zou een voorziening moeten worden getroffen die voor iedereen van toepassing is. Daarmee worden ook de lasten gespreid over de daar aanwezige OPCO s. Afgesproken wordt dat dit onderwerp op de actiepuntenlijst wordt geplaatst (pm). Actiepunten 1. Motie Knops Eijsink. Is geagendeerd voor heden. 2. Extra territoriale kosten i.r.t werkkostenregeling. Aanhouden (pm). 3. Toegangspas centrales. Aan het eind van de vergadering zullen de gegevens worden uitgereikt (pm). 4 Schultz-Hoff en Stinger Arrest. Aanhouden (pm). 5. Sluiting DAS-winkels. Is geagendeerd voor heden. 6. Ziektekosten voor Reservisten. Brief inzake 90 dagen criterium volt zo spoedig mogelijk (pm). 7. Beleidskader personele uitgangspunten Sourcingtrajecten. Informeel traject loopt (pm). 8. AMvB uitvoering AV-akkoord en Verplaatsingskostenbesluit Defensie. Openstaande punten 2/13

3 zijn geagendeerd voor heden. 9. Technisch Werkverband Buitenland. Is geagendeerd voor heden. 10. CDS-aanwijzing A-105. De voorzitter meldt dat een voorstel wordt voorbereid, waardoor het gedoe rondom VVHO-recht wordt opgeheven (pm). Desgevraagd door de heer Van Hulsen antwoordt de voorzitter dat dit voorstel uitsluitend ziet op het brengen van bepaalde groepen onder de bestaande VVHO, en geen herziening is van de gehele VVHO. 11.Legeringsnormen criteria Oudbouw en Actuele Oudbouwlijst. Aanhouden (pm). 12. Onduidelijkheden regelgeving Vessel Protection Detachements. Aanhouden (pm). 13.Wijziging AMAR/BARD i.v.m. wijziging ATW (AFR/ ). Aanhouden (pm). 14. Ziektekostenverzekering militaire kinderen. Aanhouden (pm). 15. Beleidsregel woningvoorziening. Aanhouden (pm). 16. Vliegtoelage Boom-operator. Is geagendeerd voor heden. 17. Betalingen van toelages en toeslagen. Afgedaan. Agendapunt 3. Voorstel technisch werkverband buitenland (AFR/ ) Na een korte inleiding door de voorzitter deelt de heer Kleian mee dat de CCOOP in maart 2012 heeft aangegeven dat het complete voorzieningenstelsel in samenhang moet worden bezien. Spreker constateert dat het voorstel terzake een sigaar uit eigen doos is en stelt dat zijn centrale daaraan niet wil meewerken. De CCOOP zal in die context dan ook niet aan het werkverband deelnemen. Spreker wijst er op dat een aantal voor vandaag geagendeerde onderwerpen (DAS, Geneeskundige voorzieningen, woonlandbeginsel en technisch werkverband) met elkaar samenhangen en allemaal te maken hebben met personeel dat in het buitenland is geplaatst. Hij vindt dat deze onderwerpen niet meer geïsoleerd, maar in samenhang moeten worden behandeld. T.a.v. het werkverband merkt spreker op dat in maart jl. in een soortgelijk technisch werkerband indringend is gesproken tussen defensie en centrales over het URD. Het voorstel dat defensie vervolgens vlak voor het reces heeft rondgestuurd, is volstrekt niet overeenkomstig de uitkomst van die werkgroep. Spreker vraagt zich dan ook af wat het nut en de toegevoegde waarde is van werkverbanden als de werkgever het toch allemaal anders doet. Kortom, de CCOOP heeft geen behoefte aan het technisch werkverband. Als elementen aan de orde moeten komen in het arbeidsvoorwaardenoverleg is dat alsnog mogelijk. De heer Schilperoort sluit zich aan bij de kritiek van de vorige spreker. De heer Pieters sluit zich eveneens aan bij het gestelde dat in maart door de centrales is aangegeven dat alles in samenhang moet worden bezien. Hij is het met de CCOOP eens dat het technisch werkverband goede producten kan produceren, maar twijfelt aan het nut ervan als er vervolgens niets mee wordt gedaan. Vooralsnog ziet spreker geen reden om aan te sluiten bij een technisch werkverband als het gaat om voorzieningen in het buitenland. De heer Van Hulsen vindt dat sociale partners de intentie moeten hebben om met elkaar in gesprek te blijven. In beginsel maakt het spreker niet zo veel uit of het gesprek nu in SOD-verband of in een technische werkgroep wordt gevoerd. Het gaat dus niet zozeer om de vorm, maar om het doel en of het in een bepaalde tijdlijn past. Als van te voren al vaststaat dat zaken budget neutraal moeten, ontstaat er een andere discussie dan wanneer achteraf over de wijze van bekostiging wordt gesproken, aldus spreker. In dit opzicht is het voorstel niet helemaal helder. 3/13

4 Voorts memoreert spreker dat in het verleden veel input is geleverd aan werkgroepen, maar dat daar op de een of andere manier uiteindelijk weinig van terecht is gekomen. De vraag is dan ook of de voorgestelde werkgroep het meest geschikte gremium is voor de problemen die moeten worden opgelost. Spreker heeft bij deze werkgroep niet het gevoel, dat er stappen kunnen worden gezet. De heer Schilperoort betoogt dat partijen naar de belangen moeten kijken, maar constateert elke keer weer dat op voorhand al positie wordt ingenomen. Het is dan lastig om nog met creatieve oplossingen te komen. Volgens spreker moet eerst het hele pakket worden bezien, waarna kan worden gesproken over de middelen. De voorzitter memoreert dat was afgesproken dit werkverband op te tuigen n.a.v. de evaluatie van de toelage buitenland. Defensie stelt een aantal onderwerpen aan de orde en de centrales worden daarbij van harte uitgenodigd hun inbreng te leveren. In de brief staat ook dat het werkverband nu is gepland en vooruitloopt op het arbeidsvoorwaardenoverleg. Daarbij is aangegeven dat ook budgetneutrale oplossingen een bijdrage kunnen leveren. Er is dus geen totale uitsluiting van alles wat geld kost, maar als het geld kost moet het worden besproken in het arbeidsvoorwaardenoverleg. Het feit dat bij technische werkverbanden in het verleden slechte ervaringen met de werkgever zijn opgedaan, is volgens spreker een andere zaak. De heer Van Hulsen meent dat het ook nog gaat over de breedte van het pakket. Zo hebben de centrales destijds aangegeven dat de DAS winkels als onderdeel moeten worden beschouwd van de voorzieningen voor mensen die in het buitenland zitten. Een ander voorbeeld is de brief over de sluiting van medische voorzieningen in Bergen en Münster. Volgens spreker hoort dit te worden opgenomen in de brede reorganisatie van de medische voorzieningen. Op verzoek van de voorzitter wordt de vergadering tien minuten geschorst. De voorzitter heropent de vergadering en zegt te hebben begrepen dat de centrales niet bereid zijn deel te nemen in een technisch werkverband voorziening buitenland, maar er de voorkeur aan geven om de kwesties rond het thema buitenland integraal te bespreken. Spreker wijst er nogmaals op dat het niet de bedoeling is de bespreking te beperken tot de onderwerpen die in de brief worden genoemd, maar dat ook de centrales onderwerpen ter bespreking kunnen inbrengen. Voorts dient het begrip budgettair neutraal minder strikt te worden geïnterpreteerd, maar bij het totaal van de arbeidsvoorwaardelijke ruimte te worden betrokken. Defensie stelt voor een opsomming te maken van alle kwesties met betrekking tot het buitenland, waarbij de centrales ook punten kunnen inbrengen. Op die manier kan een actueel overzicht worden gemaakt van alle thema s, met de bedoeling dit ter sprake te brengen in een AFR-vergadering in plaats van een technisch werkverband. Daar kan dan worden bezien of de onderwerpen in het arbeidsvoorwaardenoverleg of elders moeten worden besproken. Zo wordt voorzien in een integrale behandeling van alle thema s met betrekking tot personeel in het buitenland, kan over kwesties rond mandaat geen misverstand ontstaan en is de voortgang gewaarborgd. Volgens de heer Van der Hulst zijn alle thema s die bij dit onderwerp horen vervat in het rapport Family Support, waarnaar al eerder is verwezen. Onder verwijzing naar de brief van Defensie van 1 mei 2003 (AP/ ) merkt spreker op dat een aantal onderwerpen dat door de werkgroep naar voren is gebracht, al is opgelost. De heer Van Hulsen tekent hierbij aan dat er sinds 2003 een aantal onderwerpen is bijgekomen. De voorzitter zegt toe het rapport Family Support te zullen bezien en herhaalt zijn uitnodiging aan de centrales om onderwerpen aan te dragen. Naar aanleiding van de opmerking van de heer Kleian dat het beter is om de voor vandaag geagendeerde onderwerpen DAS shops en woonlandbeginsel integraal te bespreken, wordt besloten deze twee 4/13

5 onderwerpen nu even aan te houden. Op basis van een te maken inventarisatie uitgaande van het rapport Family Support zal later dit jaar een bespreking in AFR-verband worden gepland (pm). Dan kan worden bezien welke oplossingen er voorhanden zijn, wat de eventuele financiële gevolgen daarvan zijn en in welk forum bespreking moet plaatsvinden. Agendapunt 5: Sluiting DAS winkels De voorzitter memoreert dat dit onderwerp in het SOD en in het laatste AFR aan de orde is geweest. Daarbij is aangegeven dat de bespreking met de Stichting Marcandi en 1GNC nog niet is afgerond. Aanvankelijk bestond er bij Marcandi twijfel aan de zin van het treffen van een voorziening zonder 1GNC, voor overig Duitsland. Momenteel onderzoekt Marcandi de manier waarop een en ander kan worden uitgevoerd. Naar verwachting zal begin 2013 kunnen worden gestart. Agendapunt 6: Vliegtoelage Boom-operator Over het karakter van de vliegtoelage is al eerder van gedachten gewisseld, stelt de voorzitter. In de eerste plaats dient de vliegtoelage als een arbeidsmarkttoelage te worden beschouwd. In 2001 is immers al vastgesteld dat het een toelage betreft die een binding heeft met de categorie personeel op de arbeidsmarkt. De indeling in flight of cabin crew is dan ook niet interessant, meent spreker. In de vorige vergadering is gesproken over de vraag of de functionaris in kwestie zeggenschap zou hebben over de bewegingen van het vliegtuig. Het antwoord op die vraag zou bepalend zijn voor de indeling in de categorieën B of C. Om de vraag te kunnen beantwoorden is nagegaan bij deskundigen of de Boom-operator zeggenschap heeft over de bewegingen van het vliegtuig. Als dat zou is dan zou de Boom-operator in de categorie B moeten worden ingedeeld. Het is gebleken dat de Boom-operator zeggenschap heeft over de bewegingen van de Boom maar niet over die van het vliegtuig. De Boom heeft wel effect op de bewegingen van het vliegtuig, maar dat geldt ook voor passagiers die door het vliegtuig lopen. De enige die zeggenschap heeft over de bewegingen van het vliegtuig is de piloot. Anders dan de Boom-operator behoort de flight engineer tot de essential crew van het vliegtuig. De voorzitter concludeert op basis van deze informatie dat de Boom-operator geen invloed heeft op de bewegingen van het vliegtuig. Op basis van beslissingsbevoegdheid en arbeidsmarktwaarde is er dan ook geen reden om de Boom-operator in plaats van in C in categorie B in te delen. De heer Schilperoort bestrijdt de opvatting dat het hierbij in essentie met name om arbeidsmarktwaarde gaat. De rol van Boom-operator is wel vergelijkbaar met de flight engineer aangezien hij invloed heeft op de bewegingen van het vliegtuig. Voorts meent spreker dat betrokkene deel uitmaakt van de essential crew. Voor wat betreft de arbeidsmarktwaarde geldt dat er wel degelijk vraag is naar Boom-operators. De voorzitter constateert dat partijen van mening verschillen op dit punt. Hierbij verwijst hij naar het verslag van de vorige vergadering waarin wordt gesteld dat de voorzitter bij deskundigen zou nagaan of het criterium de beslissingsbevoegdheid over de inzet van het vliegtuig voor de flight engineer ook als competentie geldt voor de Boom-operator. Nu is gebleken dat Boom-operator geen beslissingsbevoegdheid heeft bij de inzet van het vliegtuig, behoort die niet tot de essential crew. De discussie is daarmee afgerond, meent spreker. Voor de centrales is dat echter niet het geval. De heer Van Hulsen is het niet eens met de stelling dat de arbeidsmarktrelevantie het enige argument zou zijn. De andere argumenten kunnen van minder belang zijn, maar nog wel aan de orde. De brede discussie over de vliegtoelage moet nog worden gevoerd. Gezien het karakter van de werkgroep AFR, een technische werkgroep onder het SOD, meent spreker dat over dit onderwerp in het SOD een besluit moet worden genomen. 5/13

6 De heer Pieters spreekt zijn verbazing uit over het feit dat de deskundigen van de ACOP kennelijk een andere mening zijn toegedaan dan die van Defensie. De heer Kleian onderschrijft de opvatting dat dit onderwerp in het SOD moet worden besproken. Aldus wordt besloten (pm). Agendapunt 7: Motie Knops Eijsink. De voorzitter licht toe dat naar aanleiding van de motie Knops Eijsink een regeling is afgesproken op grond waarvan iedereen die langer dan 365 dagen uitgezonden is geweest in het kader van operaties, bedoeld in tabellen 3 en 4 van de VVHO, voor zover het een inzet van tenminste 30 dagen betreft, in aanmerking komt voor de uitzendbonus. Een aantal groepen zou nog nader worden bezien. Zo zijn burgers die ex militair zijn en aan de voorwaarden voldoen onder de regeling gebracht. Verder is bezien of personeel van de onderzeedienst, special forces, MARPAT en MIVD onder de regeling gebracht zou kunnen worden. Als er groepen worden ondergebracht die 28 dagen worden uitgezonden, zoals MARPAT, dan heeft dat financiële consequenties. Budget daarvoor ontbreekt. Bovendien wil Defensie niet aan de voorwaarden voor de regeling tornen. De heer Pieters nuanceert de gemaakte afspraken. Zijns inziens hebben twee centrales ingestemd met de regeling, maar zou over een aantal specifieke groepen nog gesproken moeten worden. Daarbij is niet de voorwaarde gesteld dat die groepen binnen de afspraken zoals die op papier stonden, zouden moeten vallen. Voorts zouden ook deelnemers aan ernstmissies in aanmerking dienen te komen voor de uitzendbonus. In feite betreft het een waardering voor langdurige inzet voor en door de Nederlandse regering. Dat verklaart ook de reactie van de CMHF op de piepbrief bij het instellen van deze regeling. Voor deze categorie staat voor de CMHF de termijn van 30 dagen niet vast. Volgens de heer Kleian is deze discussie vergelijkbaar met die over de aanwijzing van de CDS 105 waar het gaat om wel of geen VVHO en wel of niet inzet in het kader van de missie. De voorzitter stelt dat het daarbij gaat over de aanwezigheid in een gebied en het voorkomen dat er verschillende regimes gelden. Hier betreft het echter in de eerste plaats uitzendingen van tenminste 30 dagen. De criteria zijn overeengekomen. Dat betekent dat als een bepaalde groep daaraan voldoet, die groep onder de regeling valt. De heer Van der Hulst wijst op het feit dat de centrales onder politieke druk - met de regeling hebben ingestemd, maar dat daarbij (in een brief van CMHF en CCOOP van oktober 2010) * is gesteld dat men nog over de bepaalde categorieën wilde spreken. Spreker heeft de indruk dat de voorzitter de discussie uit de weg wil gaan. Hij op het feit dat de CCOOP de categorieën die het betreft heeft benoemd: special forces, onderzeeërs, MARPAT en gemilitariseerde burgers. Het is zijns inziens geen optie daar nog een categorie aan toe te voegen. De heer Van Hulsen merkt hierbij op dat deze discussie voorkomen had kunnen worden als partijen hadden vastgehouden aan het criterium van 30 dagen voor de VVHO. De vergadering wordt hierop geschorst op verzoek van de voorzitter. Na heropening zegt de voorzitter te hebben geschorst omdat hij het gevoel heeft dat groepen zijn benoemd maar dat daarbinnen weer kan worden gesproken over uitstraling. Als eerder criteria zijn afgesproken en men ziet daar nu toch van af, betekent dit iets voor het financieel beslag. Spreker heeft begrip getoond voor * AFR/ en -/ /13

7 het feit dat iemand in een tijdsbestek van 365 dagen in het kader VVHO missie van huis is geweest, maar dit levert niet het saldo op wat hoort bij een regeling. Hij wil de komende periode bezien of dit punt in de werkgroep AFR kan worden afgehandeld of moet worden doorverwezen naar het SOD (pm). De centrales zeggen een beslissing af te wachten. Agendapunt 8. Systematiek toekennen bindingspremies defensieonderdelen (AFR/ ). Ter inleiding op zijn brief zegt de heer Van Hulsen dat aan deze tafel beleid wordt gemaakt, maar dat het CLAS al een bepaald beleid hanteert t.a.v. de bindingspremie. Voorts is door het AC verschil geconstateerd tussen de SF-toelagen bij KCT en het CZSK. Het is de vraag of dit uitvoering is of beleid, aldus de voorzitter. Volgens spreker is in het beleid niet veel vastgelegd over de betaling en de wijze waarop deze plaatsvindt. De heer Van Hulsen meent dat hierover dan nog een keer moet worden gesproken. Spreker geeft aan dat de brief twee elementen bevat. 1) De bindingspremie wordt als een percentage van bezoldiging neergezet, maar het CLAS geeft ze nu als vaste bedragen. Hij wil hier in bredere setting op een ander moment bij stilstaan. 2) Een aantal mensen binnen defensie krijgt een procentueel bedrag, terwijl anderen een nominaal bedrag krijgen. De insteek was óf een percentage óf een nominaal bedrag, maar dan wel voor iedereen gelijk. Welke van de twee gekozen moet worden is onder meer afhankelijk van de discussie over thema 1). De voorzitter stelt vast dat het AC met vaste bedragen per maand bedoelt dat het om vaste bedragen gaat in plaats van percentuele bedragen. En dat dit één punt is van de brief. Het tweede punt is het verschil tussen CLAS en CZSK. De heer Pieters zegt in een vorige discussie aangegeven te hebben dat ook voor het geneeskundig personeel verschil in toelagen is geconstateerd tussen het CLAS en het CZSK. Volgens de voorzitter is hierover al gesproken waarbij is gesteld dat ook al gaat het om dezelfde categorie personeel met dezelfde arbeidsmarktkwalificaties, er toch verschil in behoefte kan zijn. De heer Pieters had dit dan graag al in de werkgroep AFR vernomen, alvorens de beslissing was genomen. Want er is sprake van afwijkende toelagen. De voorzitter zet uiteen dat dit inherent is aan de afspraak dat de bevoegdheid bij het toekennen van bindingspremies decentraal wordt belegd. De heer Pieters meent dat ook de vraag naar voren kwam of dit wel bij de decentrale commandanten moet worden belegd, juist vanwege de verschillen die zijn ontstaan. Dat was volgens spreker nog een openstaand punt. De voorzitter zegt hierop dat het in 2010 is besloten. De heer Pieters meent dat een evaluatie dan op zijn plaats is. De heer Van Hulsen merkt op dat als er een goede reden is om tot een differentiatie te komen, dit dan ook goed worden beargumenteerd en gecommuniceerd. Als het niet goed wordt gecommuniceerd ontstaan problemen, zoals nu. Een ander punt is dat de bredere discussie nog gevoerd moet worden. Gezien de totstandkoming van het FPS, is spreker is van mening dat als één defensieonderdeel een grotere behoefte heeft, er meer personeel moet worden geleverd aan dat krijgsmachtonderdeel en het niet moet leiden tot een hogere bindingspremie. 7/13

8 De voorzitter neemt hier nota van. Hij zegt toe dat defensie schriftelijk zal reageren op de brief van het AC (pm). Spreker is het overigens met het AC eens dat verschillen wel mogelijk zijn, maar dat dit dan goed beargumenteerd moet worden. Agendapunt 9. Afspraken Arbeidsvoorwaardenakkoord (AFR/ en -/ , - / ). De heer Kleian memoreert dat in maart 2012 gesproken is over de AMvB en de Ministeriële regeling, waarbij de centrales over de ministeriële regeling opmerkingen hebben gemaakt. Omdat de AmvB het wetgevingstraject in moest, hebben de centrales de tekst van de AmvB geaccordeerd, maar er zou nog nader overleg volgen over een aantal ministeriële regelingen dat niet in het overleg is afgeprocedeerd. Naar aanleiding van het overzicht dat de centrales hebben ontvangen constateert spreker dat twee punten sowieso nog open staan. Het eerste punt betreft het feit dat het in de ogen van de CCOOP onbestaanbaar is dat iemand die na een langdurige periode afwezigheid wegens ziekte op de tweede werkdag van de maand weer begint te werken, pas reiskostenvergoeding krijgt vanaf de 1 e dag van de daaropvolgende maand. De voorzitter zegde toe daarnaar te zullen kijken en er op terug te komen. De centrales wachten nog steeds op een reactie. Het tweede punt betreft de discussie over de CAO-tickets. Voorheen kwam iemand na twee jaar voor een tweede ticket in aanmerking, maar nu is door DCOID bepaald dat iemand pas een tweede ticket krijgt na twee jaar en drie maanden. Deze afspraak is in geen enkel verslag terug te vinden, maar de voorzitter zou nogmaals proberen deze afspraak te achterhalen. De voorzitter zegde toe de afspraak terug te draaien, als blijkt dat deze nergens te vinden is. Kortom, spreker constateert dat de ministeriële regelingen niet in de werkgroep AFR zijn afgeprocedeerd. De heer Van der Lee licht toe dat er twee ministeriële regelingen zijn. Eén betreft uitsluitend de verplaatsingskosten en de andere betreft de overige regelingen. Beiden zijn op 23 maart jl. toegestuurd (AFR/ ). In de ministeriële regeling die op 17 augustus jl. is toegezonden (met nr. AFR/ ), zijn de wijzigingen aangebracht die door de centrales in brieven zijn aangegeven. Aangezien de centrales dit stuk nog niet hebben ontvangen, zal het voor de volgende vergadering worden geagendeerd (pm). De voorzitter merkt op dat in dit stuk nog niet het punt van de CAO-tickets is opgenomen. Spreker zal hiernaar nog even kijken. De heer Pieters merkt op dat wel duidelijk moet zijn waar de teksten zijn aangepast. De heer Van der Lee deelt mee dat dit in de aanbiedingsbrief is vermeld. Agendapunt 10. Verstrekkingen reservisten (AFR/ ). In reactie op de brief van de CCOOP, deelt de voorzitter mee dat het niet de bedoeling is dat verzekeringsgegevens van de reservisten ter beschikking komen van de SZVK. Spreker geeft aan dat de reservist die in werkelijke dienst komt in een lastige situatie verkeert, in de zin dat hij niet meer verplicht verzekerd is voor de zorgverzekeringswet. Echter, vanwege het 90 dagen criterium dat is afgesproken, ontvangt hij gewoon zorg van en voor rekening van de Medische dienst van defensie Na de 90 dagen komt hij in de SZVK verzekering, met daarbij het advies om gelet op acceptatie voor een 8/13

9 doorlopende/ aanvullende verzekering, zijn eigen verzekering aan te houden. Spreker deelt vervolgens mee dat de SZVK in ieder geval dental fintess en vaccinaties niet mag doorbelasten aan de verzekeraar. Dit dient voor rekening te blijven van defensie. Bij navraag door Defensie bleek dat de doorbelasting alleen plaatsvond voor reservisten met een verzekering van Zorgzaam. Van andere verzekeringen heeft de SZVK geen gegevens, maar ook als het gaat om Zorgzaam is dat uiteraard niet de bedoeling. Defensie zal hiervan in een brief, waarin ook wordt ingegaan op het 90 dagen criterium, uitdrukkelijk melding maken (pm). Agendapunt 11: Terugbetaling opleidingskosten (AFR/ ) De voorzitter deelt mee dat in de brief van het AC wordt gemeld dat de terugbetalingsregeling is aangepast. Spreker geeft aan dat inderdaad met de OPCO s is gesproken over de terugbetaling van opleidingskosten. Bij de marine doet zich een praktisch probleem voor dat zal worden aangepakt. De berichtgeving hieromtrent is echter iets te voortvarend ter hand genomen, aangezien het de bedoeling is deze wijziging nog in de werkgroep AFR te bespreken (pm). Agendapunt 12: Voedingskosten Duitsland (AFR/ ) De voorzitter geeft aan dat in bovenvermelde brief van de ACOP wordt aangegeven dat een groot aantal militairen is ingedeeld in de categorie: elders kazerne. Het zou echter niet altijd duidelijk zijn of een voorziening voor voeding aanwezig is dan wel of de kwaliteit van die voorziening voldoende is. Uit navraag bij DCOID bleek men echter van niets te weten. De heer Schilperoort zegt van zijn achterban te hebben begrepen dat de vergoeding wordt verlaagd. Op verzoek van de voorzitter zal hij nadere informatie inwinnen en die doorgeven aan Defensie (pm). Agendapunt 13: Reikwijdte wet Woonlandbeginsel in de sociale zekerheid (AP/ en -/ De voorzitter herinnert aan de eerder gemaakte afspraak vandaag, dat dit punt zal worden betrokken bij de integrale benadering van onderwerpen die met het buitenland hebben te maken. De heer Van Hulsen verwijst naar de brief van Defensie van 17 augustus jl (AFR/ ), waarin wordt gesteld dat dit aspect tijdens het wetgevingstraject aan de orde is geweest. Een en ander zou niet hebben geleid tot een uitzondering voor het overheidspersoneel met een tijdelijke plaatsing in het buitenland. Spreker wil graag nagaan wat er over is gezegd en vraagt wanneer deze kwestie aan de orde is geweest. De voorzitter vermoedt dat dit in het ambtelijk vooroverleg met SZW en BuZa is besproken. In het verlengde hiervan vraagt de heer Kleian aandacht voor de rol van sociale partners in wetgevingstrajecten. Spreker wijst op de afspraak dat de centrales hun visie in wetgevingstrajecten die het Defensiepersoneel raken schriftelijk kunnen inbrengen als er geen instemmingvereiste geldt voor het sectoroverleg. De voorzitter bevestigt die afspraak. Tot slot van dit punt zegt de heer Kleian dat er onder het personeel dat door defensie tijdelijk in het buitenland is geplaatst veel onduidelijkheid is over de vraag waarop zij in het kader van de SVB recht hebben. De voorzitter zegt toe dit op te pakken (pm). 9/13

10 Agendapunt 14: Rondvraag en sluiting Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering om uur. 10/13

11 Actiepuntenlijst bij verslag van het AFR-overleg d.d. 21 augustus 2012 Nr. Onderwerp en vindplaats Korte omschrijving van te nemen actie Evt. voortgang van zaken 1. Compensatie reiskosten CLASpersoneel De Peel Verslag AFR , ap.2 Met terugwerkende kracht tabelvergoeding vestrekken voor periode dat er geen vervoersplan was voor het CLAS personeel op de Peel? 1. Motie Knops Eijsink Verslag AFR Ag.pt. 1 (AFR/ /AFR/ ). Verslag AFR Ag.pt. 2 Verslag AFR , ap. 2 Verslag AFR , ap. 7 Verslag AFR , ap. 7 In AFR dan wel SOD afhandelen. 2. Extra territoriale kosten i.r.t werkkostenregeling Verslag AFR Ag.pt.9 Verslag AFR Ag.pt 2 Verslag AFR Ag.pt 2 Verslag AFR , ap1. Verslag AFR , ap. 2 Verslag AFR , ap Toegangspas centrales Verslag AFR Ag.pt 2 Verslag AFR , ap.2 Verslag AFR , ap. 2 Verslag AFR , ap.2 4 Schultz-Hoff en Stinger -Arrest *Verslag AFR , Ag.pt. 10 *Verslag AFR , Ag.pt. 10 *Verslag AFR , Ag.pt. 2 Verslag AFR , ap Ziektekosten voor Reservisten (AFR/ , -/ ). *Verslag AFR , Ag.pt. 3 Verslag AFR , Ag.pt. 2 Verslag AFR Verslag AFR , ap Beleidskader personele uitgangspunten Sourcingtrajecten (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt. 04 Verslag AFR , ap. 2 Agenderen voor AFR-overleg nadat besprekingen over het lenteakkoord hebben plaatsgehad. Benodigde gegevens worden na de vergadering uitgereikt. Overgangsbeleid bezien. Brief aanbieden inzake 90 dagen criterium en de werkwijze t.a.v. de factuur. In bovenvermelde brief ook melden dat doorbelasting naar verzekering niet aan de orde mag zijn. Beleidskader bezien i.s.m. SBK t.b.v. informeel overleg 7. AMvB uitvoering AV-akkoord *Afwachten antwoord Justitie en Verplaatsingskosten-besluit Defensie *Reactie CCOOP m.b.t. artikel17b (AFR/ ,- / , - (grondslag maandinkomen) / , -/ , -/ ). *Daarna afspraken op schrift stellen voor *Verslag AFR , Ag.pt. 02 centrales Regeling verlofopbouw tijdens ziekte is gereed. Informeel traject loopt AMvB is aangeboden aan RvS 11/13

12 *Verslag AFR , Ag.pt. 02 Verslag AFR , ap.2 Verslag AFR , ap Buitenlandkwesties Verslag AFR , ap. 3 In de volgende vergadering reageren op brief CCOOP (AFR/ ) + op reactie CCOOP inz. Ministeriele regeling/amvb Overzicht van uitwerking AV-akkoord z.s.m. aan centrales. In AFR van september2012 overzicht/afspraken ministeriële regeling bespreken (AFR/ ). Op basis van rapport Family Support inventarisatie maken en bespreken in een AFR. 9. CDS-aanwijzing A-105 Verslag AFR , Ag.pt. 08 Verslag AFR , ap. 2 Verslag AFR , ap. 2 Verslag AFR , ap Legeringsnormen criteria Oudbouw en Actuele Oudbouwlijst (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt. 03 Verslag AFR , ap. 2 Verslag AFR , ap Onduidelijkheden regelgeving Vessel Protection Detachements (AFR/ ) Verslag AFR , Ag.pt. 06 Verslag AFR , ap Wijziging AMAR/BARD i.v.m. wijziging ATW (AFR/ ) Verslag AFR , Ag.pt. 01/09 Verslag AFR Ziektekostenverzekering militaire kinderen. Verslag AFR , ap Beleidsregel woningvoorziening (AFR/ ). Verslag AFR , ap. 3 Verslag AFR , ap. 3 CDS aanwijzing aanpassen aan opvatting dat gedragswetenschappers, maar ook andere groepen in aanmerking kunnen komen voor VVHO. *Bezien opmerkingen centrales i.r.t leeftijdscriterium, sociale aspecten, kwaliteit huisvesting en volledigheid oudbouwlijst en ophokken op 1 kamer *Bezien opname burgerpersoneel in regeling, bezien huisvesting burgers in buitenland Defensie zal vragen van de centrales in brief beantwoorden. Nagaan of al gehandeld wordt op basis van het voorlopige stuk. -Bezien opmerkingen AC, ACOP en CMHF i.r.t. VPD-missie en VVHO-missie -Defensie stuurt brief met analyse van de toepassing van de regeling + afschrift van de van het verbond van verzekeraars. Brief met formeel standpunt Verbond van Verzekeraars komt nog. - Defensie maakt nieuw voorstel voor invulling AMAR en BARD. - Aangeven welke elementen nog resteren Nagaan of sterren 3 conform de afspraken en adequaat is. Bezien of modus kan worden gevonden waarmee centrales uit de voeten kunnen. Een voorstel is in voorbereiding Standpunt bond van verzekeraars is per e- mail aan defensie gegeven. 12/13

13 15. Vliegtoelage Boom-operator (AFR/ ,-/ ) Verslag AFR , ap. 4 Verslag AFR , ap. 5 Verslag AFR Systematiek toekennen bindingspremies defensieonderdelen (AFR/ ) Verslag AFR In SOD bespreken Brief AC beantwoorden 17. Terugbetaling opleidingskosten (AFR/ ) Verslag AFR , ap. 11 Wijziging in regelgeving in een volgende AFR bespreken 18. Voedingskosten Duitsland (AFR/ ) Verslag AFR , ap. 12 ACOP zal Def. nader informeren over verlaging vergoeding. 19 SVB Defensie zal nagaan waar in het buitenland geplaatst personeel recht op heeft in het kader van de SVB 13/13