Georganiseerd Overleg Sector Defensie Werkgroep Algemene en Financiële Rechtstoestand Overleg d.d. 17 april 2012

Transcriptie

1 H.Montérie inlichtingen AFR/ nummer G.1.04 zaaknummer 2 mei 2012 verzenddatum Verslag van de vergadering van de werkgroep Algemene en Financiële Rechtstoestand van 17 april 2012 (Sophiezaal van het Centrum voor Arbeidsverhoudingen - CAOP -, Lange Voorhout 13 te s Gravenhage, aanvang 13:45 uur). Aanwezig: Van de zijde van Defensie: A.J. van der Knaap, voorzitter wnd., Van de zijde van de centrales: W. van den Burg, R. Klaassen, R. Schilperoort (ACOP), L.C. van der Hulst (CCOOP), J.J.H. van Hulsen (AC), R.E.W. Pieters (CMHF). Van de zijde van het secretariaat: H.J.R. Monterie. AGENDA 01. Opening en mededelingen. 02. Vaststelling verslag AFR-overleg van 20 maart 2012 (AFR ). 03. Legeringsnormen Defensie Criteria oudbouw en Actuele oudbouwlijst (AFR/ ) - conform actiepunt 5 van de APL bij verslag Afschaffen Arbeidsmarkttoeslag Reservisten (AFR/ ). 05. Vliegtoelage boom operator (AFR/ ). 06. Onduidelijkheden regelgeving inzet Vessel Protection Detachements (AFR/ ). 07. Bruto-Nettoberekeningen (AFR/ ). 08. Intrekken regeling faciliteiten Turkse dienstplicht defensieambtenaren (SOD/ en SOD/ ). 09. Wijziging AMAR/BARD i.v.m. ATW (conform actiepunt 10 van de APL bij verslag ). 10. Rondvraag en sluiting.

2 2/12 Agendapunt 01: Opening en mededelingen. De wnd. voorzitter, de heer Van der Knaap, opent de vergadering. Hij deelt mede dat de reguliere voorzitter, de heer De Jong, vanwege andere verplichtingen verhinderd is. Dit geldt eveneens voor de heer Bots. Van de kant van de centrales is een schriftelijke afmelding ontvangen van de heer Dirks (CCOOP). De heer Van den Burg introduceert de heer R. Schilperoort als komend opvolger van de voormalige overlegvertegenwoordiger van de ACOP/AFMP de heer Lugthart. De voorzitter heet de heer Schilperoort van harte welkom. Voor wat betreft de agenda wordt overeengekomen punt 9 (Wijziging AMAR/BARD i.v.m. ATW) door te schuiven naar het volgende AFR-overleg. De toegezegde brief verbonden aan dit punt zal dan inmiddels aan de centrales aangeboden zijn. Agendapunt 02: Vaststelling verslag van het AFR-overleg d.d. 20 maart 2012 (AFR/ ). Het verslag wordt vastgesteld. N.a.v. actiepuntenlijst bij het verslag van het AFR-overleg d.d. 20 maart Motie Knops Eijsink. Actiepunt handhaven. 02. Extra territoriale kosten. Dit punt zal geïncorporeerd worden in een binnenkort aan te bieden presentatie m.b.t. de Werkkostenregeling, die voor het volgende AFR-overleg wordt geagendeerd. Actiepunt handhaven. 03. TOD-stelsel bij PLANTON-BSB. De voorzitter licht toe dat inmiddels is vastgesteld dat bij de KMar niet achteraf wordt gecorrigeerd op vooraf toegekende TOD. De regeling is inmiddels aangepast. Het voorstel van Defensie is dit actiepunt te schrappen. De heer Van Hulsen kan hiermee uit de voeten, maar zal op dit punt terugkomen als de regelgeving niet is aangepast. Actiepunt afvoeren. 04. RUD. Actiepunt handhaven. De nieuwe dossierhouder zal binnenkort in overleg met de centrales een overlegdatum vaststellen voor het Technisch Werkverband. Handhaven. 05. Legeringsnormen Defensie Criteria oudbouw en Actuele oudbouwlijst. Is geagendeerd. Afvoeren. De heer Van der Hulst geeft aan te betwijfelen of t.a.v. dit actiepunt door Defensie reeds daadwerkelijk actie is ondernomen. Bij de behandeling van dit agendapunt zal hij daarop terugkomen. 06. Toegangspas centrales. Actiepunt handhaven. Enige spoed zal worden betracht. 07. Schultz-Hoff en Stinger-arrest. De voorzitter licht toe dat de ontwikkelingen van de Sector Rijk worden afgewacht. Inmiddels wordt wel reeds gewerkt conform de nieuwe Europese richtlijn. De heer Van Hulsen geeft aan het te betreuren als Defensie als eigen sector hetgeen bij de sector Rijk aan de orde is, moet volgen. Zijn verzoek is dit onderwerp op zo kort mogelijke termijn te agenderen. In de tussenliggende periode kan dan de interim-oplossing van toepassing zijn. Actiepunt handhaven. 08. Sluiting DAS-winkels. Dit onderwerp zal worden geagendeerd voor een SOD-overleg. Beide partijen zijn het eens dat t.b.v. een SOD-overleg inmiddels voldoende onderwerpen zijn. Bezien zal worden of overleg op 15 mei a.s. haalbaar is. Actiepunt handhaven. 09. AFR-behandelbrieven. Actiepunt afvoeren. 10. Afhandeling wijziging AMAR/BARD m.b.t. ATW. Brief ter agendering in het volgende AFR-overleg volgt. Actiepunt handhaven. 11. Ziektekosten voor Reservisten. De voorzitter geeft een toelichting. M.b.t. een voorzienbaar

3 3/12 langer verblijf van de betrokken reservist in werkelijke dienst wordt in relatie tot het vallen onder de SZVK (Stichting Ziektekostenverzekering Krijgsmacht) het voorstel gedaan om tot de herintroductie van het zgn. 100 dagen criterium over te gaan. Daarbij moet dan wel worden aangetekend dat t.a.v. aanvullende verzekeringen de kans wordt gelopen dat de betrokkene elders met een probleem inzake een acceptatie kan worden geconfronteerd. De heer Van den Burg wijst op een ander probleem m.b.t. de reservisten die korter in werkelijke dienst zijn. T.b.v. een evt. restitutie van de kant van SZVK is destijds afgesproken dat de desbetreffende commandant een verklaring zou afgeven t.a.v. het in werkelijk dienst zijn van de betrokkene. In de praktijk blijkt dat niet te werken, aangezien de mogelijkheid aanwezig is dat de commandant als ook een reservist zijnde de dienst inmiddels verlaten kan hebben. Daarnaast hebben de centrales destijds gewezen op het privacyaspect. De commandant behoeft immers niet te weten wat de aard van de behandeling is geweest. De voorzitter antwoordt dat dit probleem is onderkend en afgesproken is de factuur niet meer voor te leggen aan de commandant. Wel wordt in voorkomend geval een bevestiging door de commandant afgegeven inzake het feit dat betrokkene in werkelijke dienst is geweest. Mocht deze commandant eveneens niet meer in dienst zijn dan wordt t.b.v. de vereiste verklaring een koppeling gemaakt naar de betreffende administratieve organisatie. Deze zou dan moeten bevestigen dat de betrokkene in werkelijke dienst is geweest en zodoende de factuur kan worden betaald. De voorzitter veronderstelt dat dit punt dat destijds door de heer Kleian naar voren is gebracht in voldoende mate is beantwoord. T.a.v. de vraag destijds van de heer Arts inzake een link met de Zorgbrief van mei 2008 antwoordt de voorzitter dat er geen link is met de foutieve passage uit die Zorgbrief. De dekking van de verzekering wordt niet opgeschort voor de periode dat de betrokkene in werkelijke dienst is. De dekking loopt gewoonweg door. Ofschoon de onjuiste passage uit de Zorgbrief mei 2008 gecorrigeerd moet worden, is in latere correspondentie wel opgenomen dat de dekking doorloopt. T.a.v. de vraag destijds van de heer Van Hulsen betreffende de aanwezigheid van mogelijke problemen m.b.t. mensen die uit de Zorgverzekeringswet komen op het moment dat zij bij Defensie in dienst treden, antwoordt de voorzitter daar geen beeld en geluid bij te hebben. De heer Van Hulsen antwoordt, indien nog noodzakelijk, op dit punt later terug te komen bij het voorstel inzake de aanpassing van de regeling. Overeengekomen wordt dat Defensie t.a.v. het zgn. 100 dagen criterium en de werkwijze m.b.t. de factuur het e.e.a. nog op schrift zal worden gesteld. Dit zal aan de centrales worden aangeboden Beleidskader personele uitgangspunten Sourcing. Aangaande dit punt loopt een separaat project. Handhaven. 13. AMvB uitvoering AV-akkoord 2012/2013 en Verplaatsingskostenbesluit Defensie. De voorzitter refereert aan de brief van de CCOOP (AFR/ ). In deze brief is gesteld dat de gehanteerde tekst voor de hardheidsclausule in diverse regelingen afwijkt van hetgeen tot op heden gebruikelijk is. De voorzitter antwoordt dat daar de wetgevingstoets bij Justitie aan ten grondslag ligt. De formulering van een hardheidsclausule mag niet al te open zijn. Er dient altijd een binding te zijn met de regeling. Ofschoon de voorzitter van de zijde van Justitie nog een antwoord afwacht op zijn vraag in hoeverre de tot dusver gehanteerde gebruikelijke formulering tot principiële bezwaren leidt, zouden de centrales naar zijn oordeel met de nieuwe formulering uit de voeten kunnen, ook al is deze voorgeschreven door Justitie. Het tweede punt uit de brief betreft de onderliggende ministeriële regeling t.w. het overzicht van toezeggingen en aanpassingen. Daar wordt aan gewerkt. Het derde punt betreft artikel 17b d.w.z. de grondslag voor het gegarandeerd maandelijks inkomen. Ten aanzien daarvan wordt in de CCOOP-brief gesteld dat met de centrales is afgesproken dat t.b.v. de grondslag van het gegarandeerd maandelijks inkomen als basis het volledige tabel maandbedrag wordt genomen zonder dat de deeltijdfactor in acht wordt genomen

4 4/12 dan wel sprake is van een buitengewoon verlofconstructie. De voorzitter merkt op dat deze afspraak hem niet bij staat. De heer Van der Hulst antwoordt dat hij de vastlegging van deze afspraak zal trachten te achterhalen. De voorzitter resumeert dat t.a.v. dit actiepunt de reactie van Justitie worden afgewacht. Ook zal Defensie de reactie van de CCOOP afwachten m.b.t. het punt in relatie tot artikel 17b. Overeengekomen wordt dat Defensie vervolgens met een brief zal komen m.b.t. welke punten besproken zijn en hoe deze worden aangepast. Dit inzake de opmerkingen van Justitie, maar ook als het gaat om de opmerking van het CCOOP betreffende de grondslag voor het maandinkomen. Deze brief zal spoedheidshalve met een verkorte pieptermijn worden aangeboden. De heer Van den Burg geeft reeds aan dat ingeval de tekstuele aanpassing m.b.t. de hardheidsclausule niet leidt tot een wijziging in de uitvoeringspraktijk de ACOP geen moeite heeft met een strakkere formulering. Uiteindelijk kan een lossere formulering twee kanten op werken. Tot slot deelt de voorzitter nog mede dat Justitie buiten de opmerking over de hardheidsclausule met een blanco advies is gekomen, hetgeen toch een groot compliment is voor alle Defensiemedewerkers die aan deze regeling gewerkt hebben. Ook de centrales worden hartelijk bedankt voor hun constructieve bijdrage. Actiepunt handhaven. 14. Technisch Werkverband Buitenland. Actiepunt handhaven. 15. Wijziging VBD/Ontwikkeling BES-eilanden. Brief volgt. Actiepunt handhaven. 16. Beleidsregel Woningvoorziening. Beoogd wordt dit punt te agenderen voor het AFR-overleg van 15 mei De heer Van der Hulst attendeert erop dat deze beleidsregel na afloop van het vorige AFR-overleg is uitgereikt, maar nog niet formeel is aangeboden, hetgeen toen wel de toezegging was. De voorzitter antwoordt dat deze beleidsregel om hem onbekende reden nog niet in de lijn zit. Getracht wordt deze zo snel mogelijk aan de centrales aan te bieden. Handhaven. 17. CDS-aanwijzing A-105. De voorzitter merkt op contact te hebben opgenomen met de betrokken gedragswetenschappers. Na een toelichting van de kant van Defensie was er geen sprake meer van een probleem. De heer Pieters herhaalt zijn eerdere opmerkingen dat bekend is dat de gedragswetenschappers zich volledig schikken naar de werkwijzen van de commandanten aldaar. Ook als er bijvoorbeeld om 2 uur s nachts tot actie moet worden overgegaan. De normen van de ATW m.b.t. de werktijden worden dan ook gewoonweg genegeerd. Het kernpunt in dit kader is dat er groepen zijn die niet onder het 30 dagen criterium vallen, maar waarvan de constatering is dat de betreffende werknemers wel een wezenlijke bijdrage leveren aan de missie. De visie van de centrales is dat deze werknemers, ondanks het feit dat zij niet aan het 30 dagen criterium voldoen, onder de VVHO moeten vallen. De heer Van Hulsen voegt daaraan toe dat in vorige AFR-overleggen reeds is gebleken dat het 30 dagen criterium niet consequent wordt toegepast. Derhalve was de vraag van de centrales ook de gedragwetenschappers in aanmerking te laten komen. Naast het leveren van een wezenlijke bijdrage aan de missie, zijn het dezelfde mensen die met regelmaat naar het betrokken uitzendgebied vertrekken. Vanwege de frequentie en de periode die de gedragwetenschappers in het uitzendgebied doorbrengen, zouden zij in aanmerking moeten komen, aldus de centrales. Actiepunt handhaven. 18. Verblijf op kazerne. Actiepunt handhaven. Agendapunt 03: Legeringsnormen Defensie Criteria oudbouw en Actuele oudbouwlijst (AFR/ ) - conform actiepunt 5 van de APL bij verslag De heer Van der Hulst refereert aan zijn eerdere opmerking t.a.v. dit punt bij de behandeling van agendapunt 2. Naar zijn oordeel is de voorliggende brief reeds eerder aangeboden op 27 juli Eveneens heeft bespreking daarover plaatsgevonden. Naast het feit dat de centrales toen hebben geattendeerd op een niet volledige Oudbouwlijst, is er ook gewezen op het meenemen van een leeftijdscriterium en de sociale aspecten (gehuwd/niet gehuwd e.d.). In

5 5/12 relatie tot de huisvesting is toen gewezen op een juiste beoordeling van de betreffende situaties. Een situatie van bijv. een adjudant van 50 jaar verschilt toch met een situatie, waarin bijv. twee luitenants van 21 jaar op één kamer worden gehuisvest. Thans wordt op grond van de rang een onderscheid gemaakt en niet o.g.v. andere criteria. Defensie zou zich op de genoemde punten beraden. De brief die nu voorligt, voegt naar het oordeel van de CCOOP niets nieuws toe. De datum is slechts gewijzigd. De heer Van Hulsen is van mening dat ook de kwaliteit van de huisvesting nader in beschouwing zou moeten worden genomen. Op dit moment wordt slechts gekeken naar het minimale oppervlak van de kamer, terwijl bijv. de aanwezigheid van een raam, een wasgelegenheid, computervoorzieningen enz. toch ook een rol moeten spelen. Daarnaast is er de sociale context. De heer Van den Burg merkt op dat er zijns inziens twee zaken zijn. Ten eerste is er de kwaliteit die Defensie wil bieden om een ieder een goede huisvesting te bieden en anderzijds zijn er de criteria om geen eigen bijdrage van toepassing te doen zijn. Deze twee verschillende zaken moeten niet met elkaar verbonden worden. De heer Van der Hulst merkt op dat het uitgangspunt altijd is geweest dat er zo snel mogelijk sprake moest zijn van renovatie of nieuwbouw. Echter, kijkend naar de huidige Oudbouwlijst moet worden geconstateerd dat deze nagenoeg dezelfde is als die m.b.t In de lijst van 2012 worden dezelfde gebouwen weergegeven als in De voorzitter licht toe dat alle Oudbouw jaarlijks door de desbetreffende functionaris bezocht en geïnspecteerd wordt. De heer Van der Hulst attendeert erop dat desondanks het WS kamp in Soesterberg niet in de lijst is opgenomen. De voorzitter geeft aan dit punt mee te nemen Vervolgens geeft de voorzitter aan dat hij in ieder geval wel het punt van de ACOP onderschrijft dat er een verschil is tussen de normen die worden toegepast en de vraag of er een bijdrage moet worden geleverd. Ook de andere punten die door de centrales naar voren zijn gebracht m.b.t. de sociale context, leeftijd e.d. alsmede het punt van het AC inzake de aanpassingen i.s.m. de kwaliteit van de huisvesting zullen door de voorzitter voor een nadere beschouwing worden meegenomen. De heer Pieters beveelt aan in het voorliggende stuk onder de kop Onderofficieren specifiek de Korporaals KM te vermelden. Daarnaast merkt de heer Pieters op dat DCIOD momenteel meldt dat er sprake is van ophokken. Dit impliceert dat medewerkers in het buitenland gezamenlijk in één appartement worden gehuisvest. Als enig criterium wordt slechts gehanteerd dat de slaapkamer een oppervlakte moet hebben van minimaal 9,5 m². Er wordt dus opgehokt en slechts beoordeeld naar de kwantitatieve legeringsnorm (als de slaapkamer maar groot genoeg is). De voorzitter merkt op dit punt mee te nemen. De heer Klaassen vraagt waarom er geen burgerpersoneel is opgenomen in de regeling. Mede wordt verwezen naar de AV-gesprekken, waarbij dit punt ook aan de orde geweest. Vervolgens attendeert de heer Klaassen erop dat er van de kant van het uitgezonden burgerpersoneel veel klachten zijn over de huisvesting. Veelal worden deze burgers in het buitenland op kazernes ondergebracht met meerdere personen (soms zelfs met 10 pers. of meer) op een kamer. De voorzitter merkt op beide punten van de ACOP mee te nemen. Agendapunt 04: Afschaffen Arbeidsmarkttoeslag Reservisten (AFR/ ). De voorzitter gaat in op de voorliggende brief van de ACOP. In deze brief wordt o.m. aangegeven dat de ACOP met ontzetting heeft kennis genomen van een brief van de KL aan diverse Reservisten, waarin is aangekondigd dat de Arbeidsmarkttoeslag niet langer betaalbaar zal worden gesteld. Los van het feit dat de ACOP van mening is dat t.b.v. het realiseren van deze maatregel overeenstemming nodig is in het Georganiseerd Overleg (GO), is de ACOP geschokt

6 door de wijze waarop de betreffende reservisten in de betreffende stukken worden misleid over hun rechten op bezwaar. Inhakend op het gestelde in de brief van de ACOP merkt de voorzitter ten eerste op dat hij het standpunt van de ACOP niet deelt m.b.t. het feit dat er eerst overeenstemming dient te zijn bereikt in het GO. Dit gelet op het feit dat de arbeidsmarkttoeslag niet wordt afgeschaft, maar als instrument wel beschikbaar blijft. Het wordt evenwel niet meer toegepast, omdat de noodzaak daarvan om arbeidsmarkttechnische redenen op dit moment niet meer wordt gezien. In die zin kan de CLAS besluiten de toeslag niet meer toe te kennen. T.a.v. het andere punt van de ACOP m.b.t. de rechten op bezwaar is de mening van de voorzitter dat er sprake is van een besluit waartegen wel degelijk bewaar of beroep kan worden aangetekend. Dit zou inmiddels door de CLAS gecorrigeerd zijn. Na een korte toelichting van de heer Van den Burg merkt de voorzitter op dat hij het bezwaar van de ACOP over de toonzetting van de KL-brief deelt. Ook zou afgaand op het gestelde de conclusie kunnen worden getrokken dat men gestraft wordt als men bezwaar aantekent. Waar het gaat om de toepassing van het instrument dient er uiteraard ruimte te zijn voor een zekere mate van flexibiliteit. De heer Van den Burg merkt op dat in gesprekken met de betrokkenen naar voren komt wat de achterliggende reden is van het besluit inzake het afschaffen van de toeslag. Gesteld wordt dan dat het ontbreekt aan een budget. Dit leidt tot dit soort maatregelen. De opvatting van de ACOP is dat de toeslag niet bedoeld is als een bezuinigingsinstrument. Het oogmerk is om het voor een reservist mogelijk te maken om zonder al te veel schade zijn/haar kwaliteiten aan Defensie te leveren. Vanuit een strategisch oogpunt is het van belang deze mensen niet kwijt te raken. Het is immers maar de vraag of op deze mensen weer een beroep kan worden gedaan, wanneer dat weer nodig mocht blijken. Nogmaals wordt gewezen op de wijze waarop de communicatie heeft plaatsgevonden. Anderzijds moet worden gesteld dat er inmiddels sprake is van een nieuwe ronde met brieven met een geheel andere toonzetting en hebben de indringende gesprekken van de kant van de HDP en de ACOP met de KL vruchten afgeworpen. De ACOP behoudt zich het recht voor op de Arbeidsmarkttoeslag terug te komen, zodra in de praktijk geconstateerd wordt dat deze toeslag nooit meer wordt toegepast, maar de toeslag in formele zin nog wel bestaat. De voorzitter antwoordt kennis te nemen van deze opmerking. De heer Van Hulsen merkt op dat het hem enigszins verbaast dat het toekennen van de Arbeidsmarkttoeslag decentraal is belegd. Dit in afwijking van bijv. de Aanstellingspremies. Hij vraagt zich af of de Arbeidsmarkttoeslag wellicht ook centraal belegd moeten worden. Dit zou zeker bijdragen aan een evenwicht t.a.v. de reservisten die in vergelijkbare situaties bij de verschillende krijgsmachtdelen opkomen. De voorzitter zegt toe dit punt mee te nemen. In reactie op hetgeen zojuist is opgemerkt, wijst de heer Pieters voor een mooi voorbeeld daarvan op de brief inzake de Bindingspremies die ook binnen de CLAS is uitgekomen. Het betreft dan categorieën van personeel die ook voorkomen bij de andere kmd n c.q. OPCO s. Het bevreemdt spreker dat in afwijking van de KL, de andere OPCO s kennelijk de opvatting hebben dat deze personeelscategorieën niet gebonden behoeven te worden. Daarnaast zo geeft de heer Pieters aan, is hem aangaande deze regeling ter ore gekomen dat er commandanten zijn, die kort door de bocht gezegd, het leuk vinden hetgeen de CLAS besloten heeft, maar zelf niet tot toekenning overgaan, omdat zij daar geen zin in hebben. Naar het oordeel van de heer Pieters kan het niet zo zijn dat op een lager niveau binnen de CLAS geen gevolg wordt gegeven aan een op een hoger niveau genomen besluit. Evenals het AC is de CMHF van mening dat t.b.v. het bewaken van de cohesie overgestapt moet worden van decentraal naar centraal niveau. De voorzitter zegt toe de naar voren gebrachte punten van de centrales mee te nemen. 6/12

7 7/12 Agendapunt 05: Vliegtoelage Boom Operator (AFR/ ). De voorzitter verwijst naar de inhoud van de voorliggende brief. In het kort komt de inhoud erop neer dat de opvatting van de ACOP is dat de Boom Operator (BO) als lid van het cockpitpersoneel de zgn. flight crew moet worden aangemerkt. De voorzitter merkt op dat de mening van Defensie is dat de BO niet gezien moet worden als lid van het cockpitpersoneel en derhalve terecht valt onder categorie C. Het heeft te maken met verantwoordelijkheid in relatie tot de taakuitvoering. M.b.t. de taken van de BO worden deze lichter aangemerkt dan die m.b.t. de andere leden van het cockpitpersoneel. De reactie van de heer Van den Burg is dat dit argument voor hem niet afdoende is. In feite is op dat vlak tussen alle leden van het cockpitpersoneel sprake van verschillen. Verwezen wordt naar het gestelde in de ACOP-brief, waarin is aangegeven dat de BO regeltechnisch bezien wel onder categorie B moet vallen. Overeengekomen wordt dat de voorzitter dit punt in eerste instantie voor nader intern beraad zal meenemen. Vervolgens zal Defensie in antwoord op de voorliggende ACOP-brief schriftelijk een inhoudelijke reactie afgeven. Op basis daarvan kan dan worden beoordeeld of een behandeling op een hoger dek t.w. SOD-niveau noodzakelijk is. Agendapunt 06: Onduidelijkheden regelgeving inzet Vessel Protection Detachements (AFR/ ). De voorzitter concludeert dat het in de voorliggende brief niet zozeer gaat om de VVHO. Het betreft hier m.n. de vraag of de inzet ook meetelt bij de uitzendgratificatie en de dubbeltelling voor ontslagleeftijd pensioen. De heer Van Hulsen merkt op dat naast deze elementen er meer speelt. Zo wordt gewezen op een heldere communicatie aan de mensen over de wijze waarop zij moeten gaan functioneren, de voorbereiding, alsmede het feit dat op het betrokken personeel een halfjaar lang een 24 uur Notice van toepassing is en deze mensen op het moment van vertrek geheel onwetend zijn van de duur van de operatie. Bij terugkomst rijst dan de vraag of deze mensen recht hebben op ontschepingsverlof. Ook is de feitelijke praktijk dat mensen dan direct na hun terugkomst aan de wintertraining moeten deelnemen en na voltooiing daarvan nog geen dag kunnen rusten. Nog een punt is dat in het betrokken gebied sprake is van verschillende operaties. Zo zijn er mensen die zich op koopvaardijschepen bevinden, mensen die deelnemen aan de missie Atalanta en personeel dat participeert in de missie Ocean Shield. Ondanks een verblijf in hetzelfde gebied en het gevoel van de mensen dat hetzelfde doel wordt gediend, is sprake van verschillende aanspraken. Dit zou tot fricties kunnen leiden. De heer Van den Burg wijst erop dat aan de organisatie van de VPD-operatie twee sporen verbonden zijn. Het ene heeft te maken met de operatie op zich waaraan meerdere aspecten verbonden zijn, bijv. het punt of er sprake is van bijzondere omstandigheden met alle consequenties van dien. Anderzijds is er de vraag op welke wijze een degelijke missie gekwalificeerd moet worden. Dit in de zin van de juridische positie van de deelnemende militair op het betreffende schip enz. Kortom de operationele aspecten die met de CDS nader besproken zullen moeten worden. De voorzitter zegt toe dat hij de door het AC aangebrachte punten met inachtneming van de daaraan gekoppelde argumenten intern Defensie nader zal bezien. Dit o.a. in relatie tot de vraag wat nu het verklaarbare onderscheid is tussen een missie waaraan VHHO wordt toegekend en een VPD-missie waaraan beperkingen zijn aangebracht betreffende o.a. de dubbeltelling en de bonus. Ook het door de heer Pieters ingebrachte punt van de CMHF inzake het toekennen van een

8 8/12 Veteranenstatus aan de betrokken categorie van personeel zal door de voorzitter nader worden bezien. Tot slot vraagt de heer Van den Burg of reeds bekend is wanneer het Verbond van Verzekeraars met een standpunt komt. De voorzitter antwoordt dat dit standpunt inmiddels bekend is. Hij zal intern Defensie nader informeren wanneer daarover een brief wordt uitgebracht. Agendapunt 07: Bruto-Nettoberekeningen (AFR/ ). In reactie op de inhoud van de brief van de CMHF stelt de voorzitter dat het inderdaad klopt dat het ontbreekt aan een tool om de Defensiemedewerkers inzicht te bieden in de brutonetto berekeningen van het salaris. De inspanningen die geleverd moeten worden om deze systeemmogelijkheid in de lucht te houden alsmede de kosten die daaraan zijn gekoppeld, liggen daaraan ten grondslag. Uiteraard is het nog wel mogelijk om gelimiteerd m.b.v. DCHR handmatig bruto-netto berekeningen te laten maken. Dit dan wel in specifieke gevallen, bijvoorbeeld t.b.v. JDV m.b.t. bezwaarzaken, teneinde verschillen in beeld te brengen. Kortom voor specifieke gevallen wordt een uitzondering gemaakt. Daartoe dient men zich te wenden tot de P&O-functionaris. Daarnaast kan via de internetsite van Defensie gebruik worden gemaakt van een algemene tool. Deze ziet niet toe op de specifieke Defensiesituatie, maar geeft meer een indicatie van bruto naar netto. Voor wat betreft de rekentool in het kader van het SBK zal deze tool wellicht nog deze week zo niet volgende week beschikbaar komen. Agendapunt 08: Intrekken regeling faciliteiten Turkse dienstplicht defensieambtenaren (SOD/ en SOD/ ). De voorzitter gaat in op de inhoud van de brief van Defensie en licht in het kort toe wat aan het intrekken van de bovengenoemde regeling ten grondslag ligt. De reactie van de heer Van der Hulst na deze toelichting is dat hij het niet eens is met de visie van Defensie dat als gevolg van de door de Turkse regering getroffen maatregelen het doel van de bovengenoemde regeling er niet meer is. De opvatting van de CCOOP en de ACOP is dat het doel van de regeling t.w. het afkopen ongewijzigd is gebleven. Daarnaast vraagt de heer Van der Hulst zich af of Defensie - los van de motie Hernandez - ook tot het intrekken van de regeling was overgegaan. Wat de ACOP en de CCOOP betreft, zou de regeling moeten worden aangepast ook in die zin dat de mogelijkheid er is om voortaan een renteloos voorschot van i.p.v te ontvangen. Het feit dat er in beperkte mate van de regeling gebruik is gemaakt, is geen reden voor afschaffing. Kortom het tegenvoorstel van de ACOP en CCOOP is aanpassing van de regeling, mede gelet op het feit dat de buitengewoon verlofregeling niet meer nodig is. Het dient aan de mensen zelf overgelaten te worden of zij van de regeling gebruik wensen te maken. De heer Van den Burg memoreert dat de onderhavige regeling ooit is geïntroduceerd om er voor te zorgen dat mensen met een etnische i.c. de Turkse achtergrond deel zouden kunnen uit maken van de Nederlandse krijgsmacht, teneinde tot een vergroting te komen van de multifunctionaliteit daarvan. Dit is nog steeds aan de orde en gelet op het feit dat er een enorme werkbehoefte is bij Defensie zou het te betreuren zijn als een dergelijke mogelijkheid onbenut wordt gelaten. Het ligt meer voor de hand de regeling zodanig aan te passen dat deze aantrekkelijker wordt. Inhakend op de vraag van de CCOOP of Defensie ook los van de motie Hernandez het intrekken van de regeling aan de orde had gesteld, antwoordt de voorzitter dat in de voorliggende brief is gesteld dat er een motie Hernandez aan de orde is. In reactie op deze motie is door Defensie aangegeven dat dit een onderwerp is dat in het overleg met de centrales aan de orde moet worden gesteld. De voorzitter stelt vast dat hij bij deze daaraan gevolg heeft gegeven.

9 Vervolgens is er een korte gedachtewisseling, waarbij de voorzitter concludeert dat over dit onderwerp in AP-verband niet tot overeenstemming wordt gekomen. Afgesproken wordt dat dit onderwerp nu geagendeerd zal worden voor een SOD-overleg. De heer Van Hulsen refereert aan het feit dat het CBS onlangs heeft aangegeven dat er in Nederland 1.2 miljoen mensen zijn met een dubbele nationaliteit. De onderhavige regeling ziet echter slechts toe op een dubbele nationaliteit Nederlands/Turks. Inmiddels is er bij de achterban van het AC ook een melding geweest van een persoon uit Ghana met een dubbele nationaliteit die graag zijn diensttijd in Ghana wenst af te kopen. Kortom staat het AC voor een zodanige aanpassing aan te brengen dat ook andere nationaliteiten onder de werking van de regeling vallen. De voorzitter zegt toe de punten van de centrales mee te nemen. Agendapunt 09: Wijziging AMAR/BARD i.v.m. ATW. Dit punt wordt conform mededeling onder agendapunt 1 behandeld in de volgende AFRvergadering. Agendapunt 10: Rondvraag en sluiting. De heer Klaassen vraagt of het dossier m.b.t. Van Kinsbergen kan worden afgehandeld. Met name waar het de aspecten uitbetaling en de pensioenopbouw betreft. De voorzitter zegt toe de benodigde actie te ondernemen. De heer Van Hulsen refereert aan het feit dat op 12 april jl. een wijziging van de ATW in werking is getreden. Deze wijziging maakt het mogelijk dat mensen die volledig gebruik hebben gemaakt van hun Ouderschapsverlof een verzoek kunnen indienen om hun werkpatroon aan te passen. De vraag is wanneer met de centrales over de invulling van deze wetswijziging overleg wordt gevoerd. De voorzitter antwoordt dit punt nader te bezien en daarop terug te komen. Een ander punt betreft het tijdig overleg voeren met de centrales ingeval er wetgeving aan de orde is die betrekking heeft op het Defensiepersoneel. Afgesproken wordt dat de voorzitter dit punt onder de aandacht zal brengen van de voorzitter van de werkgroep AP. De heer Pieters verzoekt in nieuwe brieven inzake de Knelpuntcategorieën aandacht te besteden aan de personen op wie zogezegd reeds 4 jaar de bescherming van toepassing is (LOM, Pensioen e.d.). Dit om verwarring en onduidelijkheid onder de betrokken categorie te voorkomen. De voorzitter zegt toe dit punt aan de voorzitter AP over te brengen. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering. 9/12

10 - Actiepuntenlijst bij verslag van het ingelaste AFR-overleg d.d. 17 april Onderwerp (en evt. vindplaats Nr. 01. Motie Knops Eijsink Verslag AFR Ag.pt. 1 (AFR/ /AFR/ ). Verslag AFR Ag.pt Extra territoriale kosten *Verslag AFR Ag.pt.9 *Verslag AFR Ag.pt 2 * Verslag AFR Ag.pt RUD *Verslag AFR Ag.pt. 2 *Verslag AFR Ag.pt.2 *Verslag AFR Ag.pt Toegangspas centrales Verslag AFR Ag.pt 2 Korte omschrijving van te nemen actie Aantal rafelrandjes doorspreken in volgend AFR-overleg Agenderen voor AFR-overleg van i.r.t. bespreking inzake de werking van de Werkkostenregeling Brief (AFR/ ) zal worden behandeld in AFR d.d *Bezien oplossing centrale autorisatie Evt. Voortgang van zaken *Oplossing voor ca. 100 burgers *Bezien mogelijkheden andere groepen Onderzeedienst, MIVD, Marpat *Agenderen voor TW Kleding en Uitrusting 05 Schultz-Hoff en Stinger -Arrest *Verslag AFR , Ag.pt. 10 *Verslag AFR , Ag.pt. 10 *Verslag AFR , Ag.pt Sluiting DAS-winkels (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt. 7 *Initiëren AMAR/BARD-wijziging *Z.s.m. agenderen. *Bezien destijds gemaakte afspraken m.b.t. Voorzieningenniveau Agenderen voor SODoverleg 07. Afhandeling wijziging AMAR/BARD i.v.m. ATW *Verslag AFR , Ag.pt. 6 *Verslag AFR , Ag.pt. 2 In brief voor centrales weergeven hetgeen in AFR-overleg van is besproken Brief aanbieden t.b.v. behandeling in volgend AFR-overleg 08. Ziektekosten voor Reservisten (AFR/ ). *Verslag AFR , Ag.pt. 3 Verslag AFR , Ag.pt. 2 *Brief aanbieden inzake 100 dagen criterium en de werkwijze t.a.v. de factuur 09 Beleidskader personele uitgangspunten Sourcingtrajecten (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt. 04 Beleidskader bezien i.s.m. SBK t.b.v. informeel overleg 10/12

11 10 AMvB uitvoering AV-akkoord en Verplaatsingskostenbesluit Defensie (AFR/ ). *Verslag AFR , Ag.pt. 02 *Verslag AFR , Ag.pt. 02 *Afwachten antwoord Justitie *Reactie CCOOP m.b.t. artikel17b (grondslag maandinkomen) *Daarna afspraken op schrift stellen voor centrales 11. Technisch Werkverband Buitenland *Verslag AFR , Ag.pt Wijziging VBD/Ontwikkeling BESeilanden *Verslag AFR , Ag.pt. 05 *Verslag AFR , Ag.pt. 02 Voorstel aan centrales aanbieden m.b.t. zaken die nadere bespreking behoeven in periode augustus t/m oktober a.s. *Brief volgt 13. Beleidsregel Woningvoorziening *Verslag AFR , Ag.pt. 07 *Verslag AFR , Ag.pt. 02 *Brief nog formeel aanbieden *Agenderen voor AFR CDS-aanwijzing A-105 *Verslag AFR , Ag.pt Verblijf op kazerne *Verslag AFR , Ag.pt. 09 Punt gedragwetenschappers bezien i.r.t. VVHO Nagaan reden van verschil in betaling tussen burger en militair 16. Legeringsnormen criteria Oudbouw en Actuele Oudbouwlijst (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt. 03 *Bezien opmerkingen centrales i.r.t leeftijdscriterium, sociale aspecten, kwaliteit huisvesting en volledigheid oudbouwlijst en ophokken op 1 kamer *Bezien opname burgerpersoneel in regeling, bezien huisvesting burgers in buitenland 17. Afschaffen Arbeidsmarkttoeslag Reservisten (AFR/ ). *Verslag AFR , Ag.pt Vliegtoelage Boom Operator (BO) (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt. 05 *Bezien centrale belegging van toeslag *Bezien punt CMHF inzake het op lager niveau negeren van op hoger niveau genomen besluiten bij CLAS *Bezien waarom BO niet onder categorie B valt *Op daarvan beoordelen of punt in SOD-overleg moet worden behandeld 11/12

12 19. Onduidelijkheden regelgeving Vessel Protection Detachements (AFR/ ) *Verslag AFR , Ag.pt Regeling faciliteiten Turkse diensplicht defensieambtenaren (SOD/ en SOD/ ) Verslag AFR , Ag.pt. 08 *Bezien opmerkingen AC, ACOP en CMHF i.r..t. VPD-missie en VVHOmissie *Nagaan brief m.b.t. het standpunt Verbond van Verzekeraars *Bezien punten CCOOP en AC en Regeling agenderen voor SOD-overleg 21 Wijziging AMAR/BARD i.v.m. *Agenderen voor AFR wijziging ATW Verslag AFR , Ag.pt. 01/ Dossier Van Kinsbergen Verslag AFR , Ag.pt Wijziging van de ATW Verslag AFR , Ag.pt. 10 *Afhandelen dossier m.n. inzake uitbetaling en pensioenopbouw *Bezien wanneer over invulling van wetswijziging met centrales kan worden gesproken (punt AC) 24. Overbrengen punten t.b.v. APoverleg Verslag AFR , Ag.pt. 10 * De onderstaande punten bij de voorzitter AP onder de aandacht brengen: - Tijdig overleg voeren met de centrales als er wetgeving m.b.t. het Defensiepersoneel aan de orde is - M.b.t. Knelpuntcategorieën in brieven aandacht besteden aan personen op wie 4 jaar de bescherming van toepassing is (LOM, Pensioen e.d.). 12/12