Verslag van de vergadering van de werkgroep Postactieven op dinsdag 20 januari 2015 in de Baljuwzaal van het CAOP, Lange Voorhout 13 te Den Haag.

Transcriptie

1 Sectoroverleg Defensie Werkgroep Postactieven Leden van de werkgroep Postactieven van het Sectoroverleg Defensie Carina van Agten inlichtingen telefoonnummer PA/ nummer G.1.02 zaaknummer 4 februari 2015 verzenddatum Verslag van de vergadering van de werkgroep Postactieven op dinsdag 20 januari 2015 in de Baljuwzaal van het CAOP, Lange Voorhout 13 te Den Haag. Aanwezig: Van de zijde van Defensie: R. Kreeftmeijer (voorzitter), P.C. van Selm, W. Sillevis Smitt, J. Schwab, E.H. Huisman. Van de zijde van de Centrales: J.J. H. van Hulsen (AC), R.W. Schilperoort (ACOP), J.P. Arts, J. Kropf (CCOOP), M.A.M. Weusthuis, R.E.W. Pieters (CMHF). Van de zijde van ABP/APG: L. Janssen, P. Gelisse, H. Leenders. Secretariaat: G.A. van Herpen (CAOP). Agenda: 1. Opening, mededelingen en vaststelling agenda. 2. Vaststellen verslag van 16 december 2014 (PA/ ). 3. Stand van zaken Witteveen Rapport Pols, Wijzigingsvoorstellen AMAR 118 & 124 (PA/ , PA/ , PA/ en PA/ ). 5. Rondvraag en sluiting 1/6 Postbus 556, 2501 CN Den Haag Lange Voorhout 9, 2514 EA Den Haag T F info@caop.nl KvK

2 Agendapunt 1: Opening, mededelingen en vaststelling agenda. De voorzitter opent de vergadering om uur. Er zijn geen mededelingen en de agenda wordt vastgesteld. Agendapunt 2: Vaststellen verslag van 16 december 2014 (PA/ ). Verslag Blz. 4, agpt. 3: Verdere afwikkeling Witteveen 2, 2 e alinea, 3 e regel: centrales wordt vervangen door het ABP. Het verslag wordt hiermee vastgesteld. Actiepunten 1. Volledige schadevergoeding Informatie van fiscus moet nog ontvangen worden. Handhaven (pm). 2. AOW-gat algemeen Afvoeren. 3. MOD-regeling Regeling volgt z.s.m. Handhaven. 4. Brief vrijwilligersmedaille OOV Defensie stuurt de centrales een brief toe overeenkomstig de brief van de minister die inmiddels is verzonden aan de Tweede Kamer. Afvoeren. De heer Pieters merkt op dat de desbetreffende Defensie-afdeling, nimmer de haar toegezonden brieven beantwoordt. 5. Witteveen 2 Geagendeerd. Afvoeren. 6. Plan van Aanpak PTSS protocol De instellingsbeschikking is iets gewijzigd. De piepbrief wordt binnenkort verzonden (pm). 7. Nacalculatie Backservice 2013 De heer Pieters licht zijn vragen toe: wordt in nacalculatie van de backservice rekening gehouden met de dubbele pensioenopbouw in het kader van een missie? Zo ja, welke afspraken zijn hierover gemaakt? De heer Jansen antwoordt bevestigend. Op basis van het Pensioenreglement, Regeling dubbeltelling pensioengeldige tijd, Kaderwet militaire pensioenen en de Pensioenovereenkomst komt het ABP niet tot een eenduidige conclusie dat dit volledig voor rekening van de werkgever komt. Daarvoor is het noodzakelijk de in het verleden gemaakte afspraken tussen sociale partners te bestuderen, maar het ABP heeft daarover niet de beschikking. Momenteel wordt voor de verrekening van de dubbeltelling van pensioengeldige tijd in een jaar, een koopsom betaald; daarmee wordt de diensttijd in dat jaar afgerekend. De aanspraken uit een eventuele toekomstige backservice, bijvoorbeeld na een promotie, vallen daar niet onder en worden 2/6

3 gefinancierd via de OP/NP-premie. De heer Pieters stelt op basis van door hem verricht onderzoek, dat in het arbeidsvoorwaardenoverleg en werkgroep PA in 2001 is afgesproken dat de kosten die voortkomen uit de dubbeltelling, voor Defensie zijn; zij zou de kosten aan het ABP afdragen middels een koopsom. Eventuele kosten als gevolg van toekomstige backservice zijn destijds niet aan de orde geweest. Spreker wijst voorts op artikel 4 van de Regeling dubbeltelling pensioengeldige tijd: De aan de Stichting Pensioenfonds ABP verschuldigde koopsom ter bekostiging van aanspraken op dubbeltelling komt voor rekening van het Ministerie van Defensie. Indien zowel de nacalculatie backservice als de pensioenpremie wordt berekend op basis van een dubbeltelling, leidt dat tot kosten die volgens spreker volledig moeten worden bekostigd middels de koopsom die Defensie betaalt aan het ABP. Het kan niet de bedoeling zijn dat de werknemer een hogere premie betaalt. De voorzitter constateert dat artikel 4 van de regeling correct wordt uitgevoerd. De heer Jansen bevestigt dat de dubbeltellende diensttijd wordt verrekend via een koopsom die Defensie volledig betaalt. Echter, indien een medewerker nadien promotie maakt en over de dubbeltellende diensttijd ook backservice wordt gegeven, dan wordt dat deel van de backservice betaald uit de OP/NP-premie. De kosten daarvoor zijn niet volledig voor rekening van Defensie, want zo wordt van Defensiezijde opgemerkt, daarover zijn geen afspraken gemaakt. Dat laat onverlet de afspraak, meent de heer Pieters, dat de kosten van de backservice door Defensie moeten worden betaald door middel van de koopsom aan het ABP. Dat geldt dus ook indien backservice wordt gegeven na een promotie. De voorzitter neemt een en ander mee voor intern beraad en komt hierop terug. De heer Pieters zal Defensie de gevonden stukken terzake ter hand stellen. Handhaven (pm). 8. Rapport Pols Is geagendeerd. Afvoeren. 9. SBK/UWV De heer Van Hulsen wijst op de afspraak in het SBK over medewerkers die Defensie verlaten terwijl ze ziek zijn of gedurende gebruikmaking van het SBK ziek worden. De periode dat zij ziek zijn en daardoor niet in staat zijn te zoeken naar ander werk, wordt toegevoegd aan de daartoe bestemde termijn in het SBK. Daarmee hebben zij toch de beschikking over de volledige termijn. Aan het einde van de termijn ingevolge het SBK, krijgt een al dan niet zieke medewerker ontslag wegens overtolligheid. Het UWV weigert echter een WW-uitkering aan een ex-defensiemedewerker die ziek is. In plaats daarvan wordt betrokkene een uitkering ex art. 120 AMAR toegekend, maar daarover heeft echter geen pensioenopbouw plaats. Spreker vermoedt dat dit meerdere defensiemedewerkers zal treffen. Het is volgens de voorzitter de vraag of een zieke medewerker bij Defensie ontslag mag worden gegeven. Zo ja, dan is nader overleg met het UWV noodzakelijk. De voorzitter neemt dit mee en komt hierop terug. Handhaven (pm). Agendapunt 3: Stand van zaken Witteveen 2 Gemeld wordt dat er 8226 brieven zijn verstuurd. Van 43 personen is een nee ontvangen, 6 meer 3/6

4 dan de vorige keer. Voor die personen wordt het opbouwpercentage verlaagd tot 1,657. Er is 53 keer nagebeld door defensie. In 43 gevallen houdt men vast aan een nee-standpunt. De voorzitter stelt voor dit onderwerp als standaard agendapunt af te voeren. De heer Jansen stelt voor het te handhaven als: Witteveen 2, Vervolgens wijst hij op het belang van een goede uitvoering en op het feit dat de APB/APG termijnen van belang zijn voor de implementatie. Er is een brief in voorbereiding aan het SOD, die via de pensioenkamer zal worden verzonden. In die brief, waarin ook een aantal termijnen wordt vermeld, wordt ook gevraagd na te denken over een terugvaloptie voor het geval niet tijdig overeenstemming wordt bereikt over de nieuwe regeling. Op een vraag van de heer Schilperoort antwoordt de heer Jansen dat met een nieuwe regeling wordt bedoeld de benodigde aanpassingen voor een fiscaal zuivere regeling Naar verwachting zal de brief nog eind deze week aan de Pensioenkamer worden toegezonden en vervolgens worden doorgezonden aan het SOD. Spreker zegt desgevraagd toe na te gaan of de brief aan de Pensioenkamer alvast in afschrift aan het SOD kan worden toegezonden. Voorts vraagt de heer Jansen op welke wijze ABP/APG betrokken kan blijven bij dit onderwerp, als het geen vast agendapunt meer is. De voorzitter volstaat met de opmerking dat het issue voor 2016 bekend is en dat de werkgroep PA daar de juiste aandacht aan zal geven. Het ABP/APG zal ook op het juiste moment worden geïnformeerd. De heer Van Hulsen merkt op dat het ABP zich soms nogal kras uitlaat over het PartnerPlusPensioen. Zo wordt gesteld dat er vanaf 2016 geen fiscale ruimte meer zou zijn voor de opbouw daarvan en het product zou zelfs vervallen. Hij pleit ervoor het product, in ieder geval voor militairen, in stand te houden. Volgens de heer Jansen is dit signaal bekend en zal de tekst worden aangepast. Agendapunt 4: Rapport Pols, Wijzigingsvoorstellen AMAR 118 & 124 (PA/ , - / , -/14/00734 en -/ ) De voorzitter memoreert dat dit onderwerp eerder is besproken. De centrales hebben twee brieven verstuurd waarin aandacht wordt gevraagd voor de status van reservisten. De heer Schwab is gevraagd om een nadere toelichting en hij gaat eerst in op de brief van de CCOOP over de voorgestelde wijziging van artikel 118 AMAR (PA/ ). Het voorstel betreft een verduidelijking van het eerste lid door daar in op te nemen: een militair in werkelijke dienst. Tot nu toe was het namelijk duidelijk dat iemand alleen buiten zijn woonplaats kon verblijven als diegene in werkelijke dienst was. De voorgestelde toevoeging is alleen bedoeld ter verduidelijking en is strikt genomen niet noodzakelijk. Volgens de heer Arts hecht de CCOOP er sterk aan dat men binnen de kaders van het Rapport Pols blijft en de definitie van de kring van belanghebbenden ongewijzigd laat. De heer Schwab stelt er geen bezwaar tegen te hebben de toevoeging weg te laten. Voor wat betreft de brief van de VBM over artikel 124 AMAR (PA/ ), meent de heer Schwab dat sprake moet zijn van een misverstand. Er is een tekstvoorstel gedaan om het begrip de niet in werkelijke dienst verblijvende militair en de gewezen militair die tot het reservepersoneel heeft behoord te gebruiken. Dit omdat de militair die verplicht tot het reservepersoneel heeft behoord inmiddels een lege categorie is geworden. Volgens de VBM wordt op deze manier de categorie die tot het reservepersoneel behoort ten onrechte uitgezonderd, maar die categorie valt onder de aanduiding niet in werkelijke dienst verblijvende militair, stelt de heer Schwab. Er is sprake van twee soorten militairen: 4/6

5 beroepspersoneel en reservepersoneel. Beide soorten kunnen al dan niet in werkelijke dienst zijn. Een militair die tot het reservepersoneel behoort kan dus al dan niet in werkelijke dienst zijn. Een gewezen militair wordt onder de militairen gerekend als zijn belang daarmee gemoeid is, maar dat is een vangnetbepaling. Dit artikel is bedoeld voor reservisten die tijdens werkelijke dienst een ongeluk krijgen waardoor ze tijdelijk niet in staat zijn hun gewone (burger) werkzaamheden te verrichten. Die krijgen een uitkering gedurende de tijd dat ze niet in werkelijke dienst zijn. Dit geldt zowel voor het beroepspersoneel (militairen met verlof van lange duur zonder behoud van bezoldiging) als voor de reservist die niet is opgeroepen. De tweede categorie (de gewezen militair die tot het reservepersoneel heeft behoord) betreft de reservist die ontslagen is als reservist en die om welke reden dan ook arbeidsongeschikt is. Uitgesloten is de gewezen militair die tot het beroepspersoneel heeft behoord, omdat voor die categorie een andere regeling geldt. Er is geen grond voor de vrees waarvan sprake is in de brief van de VBM. De voorzitter concludeert dat de regeling met deze toevoeging wordt verruimd met gewezen reservisten. De heer Kropf wijst erop dat de categorie verplichte reservemilitair niet meer bestaat. In zoverre is dan ook geen sprake van een verruiming. De voorzitter concludeert dat de ter verduidelijking voorgestelde wijziging van artikel 118 AMAR wordt ingetrokken. De wijziging van artikel 124 betreft een aanpassing aan de feitelijke situatie en daartegen bestaat geen bezwaar. Volgens de heer Schilperoort zou het goed zijn nog eens, in de werkgroep AP, van gedachten te wisselen over de definiëring van het begrip reservisten. De voorzitter zegt toe dit onderwerp te betrekken bij de presentatie van de CDS in de AP. Agendapunt 5: Rondvraag en sluiting De heer Jansen deelt mee dat hij zich, tijdens de eerstvolgende vergadering op 16 februari, zal laten vervangen, omdat die in de vakantie valt. De heren Leenders en Gelissen zijn om dezelfde reden afwezig. Het verzoek is daar bij de te agenderen onderwerpen rekening mee te houden. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering om uur. 5/6

6 Actiepuntenlijst behorend bij de PA-vergadering van Actiepunt Initiatiefnemer Status Agenderen 1.Volledige schadevergoeding Fiscus Er moet nog uitsluitsel komen of de vergoeding netto of bruto kan worden uitgekeerd. 3.MOD-regeling Defensie De regeling moet nog worden geïndexeerd en er moeten nog wat worden bijgeschreven. 6. Plan van aanpak PTSS protocol 7.Nacalculatie Backservice 2013 Defensie ABP/APG Er zal een piepbrief uitgaan met het verzoek een kandidaat aan te melden. De vraag inzake de dubbele pensioenopbouw ihkv missies wordt mee terug genomen. 9.SBK/UWV Defensie Intern defensie beraadt zich over het feit het UWV geen zieke mensen accepteert na ommekomst van de SBK termijn en dat deze een uitkering krijgen op grond van 120-Amar. zsm Agendering zsm. zsm Zsm. Zsm. 6/6