Verslag van de vergadering van de werkgroep Postactieven op 6 maart 2018 in de Baljuwzaal van het CAOP te Den Haag.

Transcriptie

1 Leden van de werkgroep Postactieven van het Sectoroverleg Defensie Carina van Agten inlichtin telefoon PA/ nummer G.1.02 zaaknum 21 maart 2018 Datum Verslag van de vergadering van de werkgroep Postactieven op 6 maart 2018 in de Baljuwzaal van het CAOP te Den Haag. Aanwezig: Van de zijde van Defensie: R. Kreeftmeijer (voorzitter), E. Huisman, F. van de Hoef, W. Schwab, A. Lankhorst. Van de zijde van de Centrales: R. Schilperoort, J. van Rossum (ACOP), J. Kropf, S. Hop (CCOOP), J. J. van Hulsen (AC), M. Weusthuis, N. van Woensel (CMHF). Secretariaat: C. van Agten, S. Fatih (CAOP). Agenda PA/ Opening en mededelingen. 2. Verslag & actiepunten van 30 januari 2018 (PA/ ). 3. Reparatie 3 de jaar WW (PA/ ). 4. Voorstel aanpassingen Besluit BWW Defensie (PA/ bijlage). 5. Premie pensioenen boven (PA/ ). 6. Regeling reüniefaciliteiten veteranen, oorlogs- en dienstslachtoffers en postactieven 2017 (PA/ bijlage en PA/ ). 7. Stand van zaken veteranenbeleid (en tevens brieven inzake Concept Veteranennota (PA/ ) en Evaluatie Veteranenloket (PA/ ). 8. Rondvraag en sluiting. 1/12 Postbus 556, 2501 CN Den Haag Lange Voorhout 9, 2514 EA Den Haag T F info@caop.nl KvK

2 Agendapunt 1: Opening en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Vaststelling agenda. Op verzoek van de werkgever wordt agendapunt 7 doorgeschoven naar de volgende vergadering in verband met ziekte van de dossierhouder. De heer Kropf constateert dat onder dit agendapunt twee brieven van de CCOOP uit het verleden (2016) zijn geagendeerd. In die brieven heeft de CCOOP verzocht de toenconcept-veteranennota te bespreken en de verwachting was dus dat deze nota ook bij dit agendapunt zou zijn betrokken. Belangrijker vindt spreker echter de wachttijden in de zorg. De werkgever heeft aangegeven dit punt op te zullen pakken, maar tot op heden zijn de signalen dat de wachttijden nog schrikbarend hoog zijn. Verzoek is dus om vòòr de volgende behandeling van dit onderwerp te zorgen voor een nieuwe rapportage over de wachttijden van dit moment met een duiding van de acties die de werkgever in het verleden heeft ondernomen om die wachttijden terug te dringen en welke stappen de werkgevers alsnog denkt te gaan zetten, aangezien de wachttijden in de praktijk niet zijn verminderd. De voorzitter zegt dit toe. De heer Van Woensel verzoekt de voorzitter ervoor te zorgen dat het onderwerp Premie pensioenen boven (agendapunt 5), gezien het eerdere verzoek van de CMHF ten aanzien van een prominentere plaats op de agenda, in ieder geval in dit overleg wordt behandeld. De voorzitter zal hierop toezien. Er zijn geen mededelingen. Agendapunt 2: Verslag & actiepunten van 30 januari 2018 (PA/ ). Tekstueel Blz. 3, 1 ste tekstblok 4 de regel van onder: simpliceert moet zijn: impliceert. Blz. 3, Actiepuntenlijst, nr. 1: Voorraadlijst moet zijn: Voorraadagenda. Dit geldt voor alle gevallen waar voorraadlijst staat vermeld. Blz. 4, Voorraadagenda, punt 3: 3018 moet zijn: Naar aanleiding van Blz. 3: Agendapunt 3: Maatregel vervallen ANW-Compensatie/technisch werkverband. De heer Schilperoort dringt er op aan dat partijen hier met spoed mee verder gaan, omdat de datum snel nadert. De heer Van de Hoef geeft de laatste stand van zaken. Defensie is bezig met de uitvraag van de opties zoals die besproken zijn in het technisch werkverband. Verwachting is dat eind volgende week de resultaten binnen zijn en op grond daarvan zal de werkgever zo snel mogelijk daarna met een voorstel komen. De heer Schilperoort kan zich voorstellen dat niet alles tegelijk binnenkomt, dus het verzoek is om hetgeen er al ligt zo snel mogelijk met de leden van het technisch werkverband te delen, zodat zij zich in kunnen lezen. Aldus wordt afgesproken. Zonder de discussies van een technisch werkverband naar dit gremium te willen brengen, wil de heer Kropf wel afstand nemen van de suggestie die nu ontstaat dat partijen gezamenlijk vragen hebben geformuleerd waarop antwoorden komen op basis waarvan de werkgever een voorstel gaat formuleren. Dat is aldus spreker precies wat de centrales niet hebben beoogd. Partijen zouden samen kijken naar de mogelijkheden en sparren over een gezamenlijke actie. De voorzitter geeft aan dat die duiding juist is. Actiepuntenlijst. 2/12

3 Actiepunt 1: afgedaan. Dit punt is gerectificeerd en er is een piepbrief gestuurd. Hierop is niet gepiept, waarmee alle actiepunten zoals opgesomd zijn afgedaan. Mevrouw Van Rossum vraagt zich af of alle aanbevelingen en punten uit het rapport Pols zijn afgehandeld. De heer Kropf reageert met de opmerking dat de heer Pols één van zijn beleidsmedewerkers is; als hij behoefte had gehad om te reageren, had dat zonder meer geresulteerd in een brief van de CCOOP naar de werkgever. Ook de voorzitter heeft het beeld dat zij het met horten en stoten- alle punten zijn afgehandeld. Mevrouw Van Rossum geeft aan dat zij signalen van reservisten krijgt dat zij de weg naar de contactpunten niet kunnen vinden en het verzoek is om een contactpunt te organiseren waar de centrale vragen neer kan leggen. De voorzitter zegt toe dit te zullen regelen. Actiepunt 2: afgedaan. Het punt is voor vandaag geagendeerd. Actiepunt 3: aanhouden. Het punt stond geagendeerd, maar schuift door naar de volgende vergadering. Actiepunt 4: afgedaan. Actiepunt 5: aanhouden. De scan is uitgevoerd. Het verzoek was aldus de heer Kropf, om ervoor te zorgen dat de voorraadagenda wordt geactualiseerd en dat daar alle punten op moeten staan die behandeld moeten worden op basis van de aangeleverde stukken, danwel piepbrieven waarop is gepiept (zodat het behandelstukken zijn geworden). Vraag is dus waar het resultaat van die scan is. Het actiepunt is voor spreker pas afgedaan wanneer er een aangepaste voorraadagenda is aangeleverd die kan worden behandeld in de eersvolgende PA. Besloten wordt om dezelfde afspraak aan te houden als gemaakt in de AFR van heden, inhoudende dat Defensie de voorraadagenda actualiseert, voorziet van briefnummers en van een voorstel van behandeling. Actiepunt 6: afgedaan. Het punt is voor vandaag geagendeerd. Actiepunt 7: afgedaan. Het punt is voor vandaag geagendeerd. Actiepunt 8: afgedaan. Het punt is voor vandaag geagendeerd. Actiepunt 9: aanhouden. De vraag staat bij WWplus uit. De werkgever doet er alles aan om te voorkomen dat er een lange wachttijd ontstaat. Dat vergt echter een en ander in de bedrijfsvoering en daar wordt op dit moment onderzoek naar gedaan. Zodra er meer informatie is zullen de centrales worden geïnformeerd. Actiepunt 10: afgedaan. De centrales zijn geïnformeerd per brief Mevrouw Van Rossum vraagt of al bekend is wanneer de brief naar betrokkenen wordt gestuurd en hoe bepaald is welke mensen deze brief krijgen. De heer Van de Hoef geeft aan dat de brief een dezer dagen zal worden verzonden. Ten aanzien van de doelgroep stelt hij dat de werkgever zelf de check heeft gedaan. Er is gekeken naar de mensen die de afgelopen twee jaar op basis van de afweging geen verzekerbaar belang, de verzekering hebben stopgezet. Het gaat om een tweede pijler product dat via de werkgever loopt en daar is op gefocust. De brief met de boodschap dat er geen verzekerbaar belang is, wordt vanuit Loyalis verzonden. Mensen die menen onder de doelgroep te vallen, maar om wat voor reden de brief niet ontvangen, kunnen zich melden bij Loyalis. Mevrouw Van Rossum wijst op het innen van de achterstallige premie door DC HR en vraagt of die premie in geval die ernstig is opgelopen ook in termijnen kan worden geïnd. Het is aldus de heer Huisman, een vrijwillige actie die Defensie voor Loyalis doet, maar het gaat tussen betrokkenen en Loyalis. Daarbij gelden geen regelingen dat in termijnen kan worden 3/12

4 terugbetaald. Het gaat er aldus de heer Schilperoort om dat mensen niet in een precaire situatie kunnen geraken omdat ze onvoldoende inkomen overhouden. Mochten er schrijnende gevallen zijn, zal spreker bij de werkgever op het net komen. Voorraadagenda. Hierover zijn afspraken gemaakt, desondanks zijn er nog opmerkingen. Punt 1: Mevrouw Van Rossum vraagt aandacht voor het element van de puntenverdeling en de vertaling naar het invaliditeitspercentage. In het rapport is geconcludeerd dat dit zeer ingewikkeld is en dat er vele partijen moeten worden betrokken. De vraag is of dit punt al wordt geadresseerd vooruitlopend op agendering van de evaluatie. De voorzitter heeft begrepen dat men doende is met een voorstel dat zo snel mogelijk aan de centrales zal worden aangeboden. De heer Schilperoort voegt hieraan toe dat dit punt wat de ACOP betreft in de door Defensie op te stellen planning van behandeling niet onderaan zal komen te staan. Punt 2: dit punt is zeer actueel en de heer Kropf verzoekt de werkgever om ervoor te zorgen dat de centrales in recordtijd de gevraagde informatie krijgen. Die kan wat spreker betreft naar de werkgroep AV worden gezonden. Hij vindt het niet acceptabel dat dit punt steeds maar op de voorraadagenda blijft staan terwijl de informatie in de actuele arbeidsvoorwaardenonderhandelingen nodig is. Voorstel is om dit punt prioriteit te geven en dat de werkgever een brief opstelt en die agendeert voor de werkgroep AV. De heer Van de Hoef wijst er op dat het niet gaat om een druk op de knop, men is afhankelijk van een inschatting. De heer Kropf wenst genoteerd te hebben dat de centrales nu langdurig wachten op informatie die significant is voor de discussie over de aanpassingen in het pensioenstelsel. Defensie heeft een leverplicht sinds Agendapunt 3: Reparatie 3 de jaar WW (PA/ ). De brief van de ACOP is in de vorige vergadering kort aan de orde geweest, waarbij de voorzitter reeds aangaf het lastig te vinden om dit onderwerp geïsoleerd te adresseren, omdat hij het ziet als een onderdeel van het totale VWNW-beleid. De centrales hebben verzocht om ondanks dat van gedachte te wisselen over dit onderwerp. De heer Van Hulsen informeert wat de voorzitter in dat brede pakket ziet zitten, wat hem betreft is het de vraag of de werkgever op dit moment sympathiek staat ten opzichte van het voorstel. Afhankelijk van de reactie op de laatste vraag, is er bij de centrales wel of geen enthousiasme om over een breder pakket te spreken. Mevrouw Van Rossum voegt hieraan toe dat zij enerzijds begrijpt dat de werkgever dit onderwerp wil meenemen in een groter geheel waarover later nog wordt gesproken. Anderzijds wijst zij er op dat niet meer kan worden voldaan aan het voorzieningenniveau dat partijen zijn overeengekomen bij het vaststellen van het SBK 2012, omdat de WW inmiddels is verslechterd. Om aan de gemaakte afspraken te voldoen zullen zij, zoals afgesproken in het Sociaal Akkoord, moeten regelen dat de groep die nu de verslechteringen ondervindt in ieder geval de WW-rechten krijgen zoals die golden voor de verslechtering, totdat sociale partners overeenstemming hebben over het VWNW-beleid. Volgens de voorzitter is er met het Sociaal Akkoord ruimte gegeven om aan de eigen sectortafel zelf nog iets te regelen. Het Rijk heeft bijvoorbeeld wel sectorspecifieke afspraken gemaakt waarvan spreker overigens geen voorstander is-, maar ook als onderdeel van het pakket. Het lijkt spreker alleen maar reëel om eventuele afspraken in het totaalpakket te bekijken. Terugkomend op de vraag van de heer Van Hulsen, is het antwoord dus dat de werkgever wel sympathiek staat tegenover een reparatieafspraak, maar alleen in samenhang met het totale VWNW-pakket. Daarop constateert de heer Van Hulsen dat de voorzitter aan shopgedrag doet, immers bij het Rijk is ook afgesproken dat reorganisatieontslag geen zelfstandige ontslaggrond meer is (ex art. 96 4/12

5 ARAR verdwijnt) en spreker hoort niet dat de Defensie-werkgever dat ook voorstaat. Sterker, in zijn herinnering wilde de werkgever dat een aantal maanden geleden pertinent niet. Dat is aldus de voorzitter juist en dat is ook reden te meer om dit voorstel in samenhang te bekijken. Spreker benadrukt dat er geen agenda zit achter het noemen van voorbeelden uit een andere sector en hij beseft dat het niet fair is om daar delen uit te halen. De heer Schilperoort wil naar de toekomst toe best zaken in samenhang bekijken, hij is echter van mening dat partijen in dit geval een afspraak moeten maken. Spreker heeft aangegeven dit onderwerp in samenhang met het BWW te willen agenderen en zo stond het ook in de actiepuntenlijst. Voorstel is dus om een afspraak in het BWW te maken die ziet op een voorlopige reparatie. Hierop verzoekt de werkgever om een schorsing. *SCHORSING WERKGEVER * De voorzitter heropent de vergadering en geeft aan bij zijn standpunt te blijven. Hij herkent het door de centrales geschetste probleem, maar voelt er niet voor om daarin tijdelijk iets te repareren. Het standpunt van de werkgever blijft de benadering vanuit het totaalpakket. Spreker vervolgt met de opmerking dat hij op dit moment ook niet de ruimte voelt om aan te geven wat de werkgever wil en kan doen, maar wel zegt hij toe die ruimte op te zullen zoeken en de centrales concreet per brief te melden hoe de werkgever denkt dat partijen met dit onderwerp om moeten gaan. Desgevraagd verduidelijkt de voorzitter zijn woorden als volgt. 1. De werkgever voelt niet voor het tijdelijk bewegen op dit punt van het dossier. 2. De werkgever wil WW en BWW graag in samenhang met de centrales bespreken. 3. De voorzitter moet nog bij zijn achterban sonderen welke ruimte er is en in welke richting men moet bewegen. 4. De centrales ontvangen een brief met de uitkomsten van die sondering. De heer Schilperoort vraagt de voorzitter waar hij het dan over heeft, waarop de voorzitter toelicht dat hij de bedoeling heeft een integrale aanpak WW BWW met de centrales te bespreken. Onderdeel van die bespreking is dan ook wat te doen met gevallen die nadeel ondervinden of tussen wal en schip terechtkomen. De heer Kropf verzoekt de werkgever in de toegezegde notitie ook een beeld van de werkelijkheid te geven uit de databestanden van Defensie (aantal/groepen mensen waar het om gaat, periodes, financiële gevolgen). Tevens verzoekt hij de werkgever om dit tijdig aan te leveren, dus over twee weken voor de volgende PA. De voorzitter geeft aan niet te voorzien dat dit binnen twee weken rond is, dus gerekend naar de afgesproken aanlevering van stukken voor de PA, zal de termijn op zes weken liggen. De heer Schilperoort maant tot spoed, immers als er al mensen buiten de boot zijn gevallen, zitten die nu wel in de WW. Hij wil inzichtelijk hebben om hoeveel mensen het gaat, dus het verzoek is om die gegevens wel eerder aan te leveren. Het is namelijk van belang om te weten of het om enkele gevallen gaat, zodat maatwerk kan worden geleverd, of dat het om grotere getallen gaat. De voorzitter concludeert als volgt. De brief waarin de werkgever een concrete aanpak zal schetsen wordt gescheiden van het aanleveren van de informatie uit de databestanden, die zal zo snel mogelijk aan de centrales worden aangeleverd. Agendapunt 4: Voorstel aanpassingen Besluit BWW Defensie (PA/ bijlage). De heer Kropf neemt aan dat de voorzitter dit punt wil bespreken in de samenhang der dingen, immers daar is hij zelf over begonnen. Dat is aldus de voorzitter juist en dat was ook hetgeen hij wilde voorstellen. Het voorliggend stuk dateert uit 2016 en het lijkt verstandig dit mee te nemen in hetgeen bij het vorige agendapunt is afgesproken. De centrales stemmen hiermee in. Agendapunt 5: Premie pensioenen boven (PA/ ). 5/12

6 De voorzitter geeft aan dat de brief is gezonden namens de centrales AC, ACOP en CMHF. Desgevraagd licht de heer Van Woensel toe dat al eerder een poging is gedaan om afspraken te maken over de premie pensioenen boven in de sector Defensie. Dat is toen niet gelukt en de afspraak is gemaakt om dit onderwerp in het arbeidsvoorwaardentraject te adresseren. Hoewel het niet aan hem is om terug te koppelen uit het AV-overleg noemt hij wel dat aldaar is besloten het onderwerp niet mee te nemen, waardoor het weer op de PA-tafel terecht komt, resulterend in voorliggend voorstel namens de drie centrales. Gezien het feit dat de maatregel al van toepassing is sinds zien de centrales de noodzaak om hier concrete afspraken over te maken. Hoe langer het duurt, hoe omvangrijker het probleem omdat de terugwerkende kracht steeds grotere vormen aan zal nemen. Spreker licht het voorstel kort toe, enerzijds gaat het om een stukje reparatie van hetgeen er tot nu toe is ontstaan, anderzijds is het voorstel om te komen tot een structurele reparatie. De CCOOP heeft niet meegetekend en de heer Kropf wijst er op dat in de brief ten onrechte wordt gesproken van de SCO. De voorliggende brief bevat een aantal voor de CCOOP niet aanvaardbare elementen. De werkgever heeft als gevolg van maatregelen van buiten de sector (aftoppen) pensioenpremie bespaard. Hij wijst op de langdurige nullijn van een aantal jaren geleden terwijl elk jaar de franchise door het ABP wordt verhoogd. De mensen die op dat moment op hun max zaten hebben uiteindelijk minder pensioenpremie gekost en spreker zegt van de werkgever nog niet te hebben vernomen dat hij bereid was voor die groepen de premie in een structurele salarisverhoging te laten terugvloeien. Nu wordt de discussie ineens wel gevoerd en toen niet. Spreker herkent wel dat in het AV over deze groep is gesproken. Het grootste probleem voor de CCOOP in dit voorstel bestaat uit twee elementen in de laatste alinea (op het slotwoord na). Daarin wordt voorgesteld de betreffende werkgever-bijdrage uit te betalen als loon. Een terugbetaling met terugwerkende kracht is per definitie geen loon, maar een eenmalige uitkering. Ten tweede is de CCOOP van mening dat het geen pas geeft om met ingang van 2018, los van het feit dat men is ingehaald door de tijd, salaristabellen aan te passen voor alleen deze groep, omdat in het eerste akkoord is afgesproken aanpassing in het salarishuis te doen per voor het noodzakelijke deel. Sprekers centrale had er geen moeite mee gehad als het voorstel had voorzien in een eenmalige reparatie tot door het geld dat hiermee is gemoeid te laten toekomen aan de rechthebbenden. De voorzitter geeft aan dat mensen zijn geïnformeerd in de zin dat de vrijval die door de aftopping aan werkgeverszijde ontstaat naar de betreffende doelgroep zal terugvloeien. Er zijn binnen de sector echter nooit concrete afspraken gemaakt over de wijze waarop dat zal gebeuren. Spreker zegt met name ook aan te hikken tegen de vorm, hij vindt de verwijzing naar loon ingewikkeld en bij het voorstel om de salaristabellen aan te passen spelen twee elementen. Enerzijds gaat Defensie een traject in over een pensioenstelsel waarin ook de salaristabellen ongetwijfeld een rol gaan spelen en het lijkt niet verstandig om die twee keer aan te passen. Als er al zou worden nagedacht over een aanpassing, zal die moeten worden meegenomen als aanpassing in het traject over het pensioenstelsel aan de orde is. Anderzijds is er een verschil tussen de sectoren Rijk en Defensie. Het Rijk kan relatief eenvoudig aanpassingen in de salaristabellen realiseren omdat het bestand stabiel is, terwijl Defensie fluctuerende bestanden heeft die boven uitkomen. Dit zo zijnde, is het de vraag of aanpassing van salaristabellen het geëigende instrumentarium is om de vrijgevallen pensioenpremie terug te laten vloeien. Spreker geeft aan hier nog geen pasklaar antwoord op te hebben, er zal dus moeten worden bekeken hoe in die zin met de fluctuaties moet worden omgegaan. Concreet betekent dit alles dat het punt voor de werkgever helder is en als het ergens structureel kan worden geregeld moet dat vooral gebeuren, maar wel in de komende discussie over het pensioenstelsel. Het is aldus de heer Van Woensel wat hem betreft onbespreekbaar dat het onderwerp voor een tweede keer in het arbeidsvoorwaardentraject terecht komt. Spreker is wel bereid om de opmerkingen van de voorzitter ten aanzien van de salaristabellen nog eens te overwegen. 6/12

7 Hierbij zou kunnen worden bekeken welk systeem de sector Rijk hanteert voor fluctuaties en kan worden bezien of dit wellicht ook in de sector Defensie kan worden toegepast. Als dat niet het geval blijkt te zijn is spreker ook bereid om te kijken naar andere methodes. Wel vindt hij dat er nu in ieder geval afspraken moeten worden gemaakt over het deel 2015 t/m Wanneer de discussie weer wordt uitgesteld omdat niet duidelijk is hoe de toekomstige systematiek gaat worden, wordt het probleem van de terugwerkende kracht steeds groter gemaakt. Spreker herhaalt dat het voor de CMHF absoluut onbespreekbaar is om dit onderwerp weer vooruit te schuiven. De heer Van Hulsen stelt voor de gevallen uit het verleden af te wikkelen en dit onderwerp naar te toekomst toe te bespreken in een breder kader van loon- en pensioenstelsel. Spreker is het dus helemaal eens met de CMHF dat het probleem vooruitschuiven en parkeren tot de cao-onderhandelen een non-optie is. De mensen die al jaren wachten moet op een of andere manier tegemoet worden gekomen; als het gaat om de toekomst sluit spreker in de onderhandelingen helemaal niets uit. De heer Van Woensel geeft aan dat de centrales het eens zijn over de reparatie, als het gaat over de structurele oplossing voor de toekomst is de CMHF wel bereid om de discussie naar voren te schuiven, maar ziet geen enkele noodzaak meer om dat te doen in de discussie rond het pensioenstelsel die wordt gevoerd in het kader van het cao-traject. Bovendien is er geen zekerheid over de afronding van dat traject, dus kan er ook geen afspraak worden gemaakt over de ingangsdatum van een structurele oplossing. Het is voor spreker niet aanvaardbaar de bespreking over een structurele oplossing naar te toekomst onder te brengen in het cao-traject. De heer Kropf sluit zich graag aan bij de opmerking van de heer Van Hulsen dat hij in een toekomstige bespreking niets uitsluit, maar hij ziet niet in waarom er niet iets geregeld kan worden per , mocht er dan geen akkoord zijn, is er in ieder geval gerepareerd tot dat moment en kan het punt opnieuw worden geagendeerd. De heer Van Woensel kan hier duidelijk over zijn, dit onderwerp wordt niet meer als onderhandelingspunt in de cao-discussie getrokken. De heer Kropf heeft begrepen dat de centrales het eens zijn over het repareren tot en met 2017 en hij heeft de werkgever niet horen zeggen dat hij het daar niet mee eens is, los van de wijze waarop dat zou moeten plaatsvinden. De vraag is dan waarom er nu geen reparatie kan plaatsvinden tot met de wetenschap dat er een nieuwe situatie ontstaat als er per die datum geen overeenstemming is bereikt over de structurele regeling, namelijk dat het dan opnieuw wordt geagendeerd voor de PA. Het komt spreker vreemd voor om met terugwerkende kracht voor een deel van de groepen de salaristabel aan te passen wetend dat dat ook weer in oktober gaat gebeuren. De vraag is wat voor de CMHF precies onacceptabel is. De heer Schilperoort wenst ook graag uit te spreken wat zijn centrale vindt. Voor hem is het duidelijk dat er wordt gerepareerd, het maakt hem eigenlijk niet zozeer uit of dat per of per is, of dat het loon is of een uitkering. Ten tweede wijst hij op de afspraak om de aanpassing in de salarissen te doen als gevolg van het arbeidsvoorwaardenakkoord waarin is opgenomen dat het loongebouw wordt herzien in het kader van de toekomstige pensioenregeling. Wat spreker betreft mag de reparatie daarin worden meegenomen, maar daarbij gelden twee voorwaarden: het wordt dit jaar nog geregeld en het moet niet zo zijn dat er nog een discussie gaat ontstaan of er wel gerepareerd moet worden. De heer Kropf verwijst naar de brief van de drie centrales waarin staat dat voor 2018 en verder de salaris-tabellen gelijktijdig kunnen worden aangepast met de aanpassingen in de salaristabellen als gevolg van het arbeidsvoorwaardenakkoord Dat is aldus spreker wezenlijk anders dan hetgeen de heer Schilperoort zegt. Dat betekent dat er sprake is van een interpretatieverschil en dat is precies ook één van de bezwaren waar spreker op duidde. Op verzoek van de centrales schorst de voorzitter de vergadering. *SCHORSING CENTRALES * 7/12

8 Na heropening van de vergadering zegt de heer Van Woensel namens de vier centrales het volgende. In afwijking van de voorliggende brief kan de reparatie van de jaren 2015, 2016 en 2017 worden gerealiseerd middels een eenmalige uitkering tot eind Voor wat betreft de structurele oplossing kunnen de centrales een heel eind met de beweegreden van de werkgever meegaan als het gaat om de Defensie-specifieke fluctuatie van het bestand waardoor een reparatie in de salaristabellen niet de meest voor de hand liggende optie is. Voor de SCO is het een begaanbare weg om op jaarlijkse basis aan het begin van het opvolgende jaar een reparatie uit te voeren waarbij het werkgeversdeel van het inkomen dat boven de aftoppingsgrens is gekomen, wordt uitgekeerd op dezelfde wijze als nu met terugwerkende kracht wordt gedaan. Desgevraagd door de voorzitter geeft de heer Van Woensel aan dat het zojuist verwoorde voorstel afwijkt van de brief in de zin dat dit een voorstel is namens de vier centrales. De heer Van Hulsen geeft als positieve duiding dat de argumenten van de werkgever de centrales aanspreken, hetgeen heeft geleid tot een bijgesteld voorstel. De voorzitter wijst er op dat hij twee elementen bij de structurele oplossing in de salaristabellen heeft genoemd, enerzijds de vraag hoe dit moet worden geplaatst in het licht van de aanpassingen als gevolg van de pensioendiscussie, anderzijds de zorg aangaande het sterk fluctuerende bestand dat meer specifiek is voor Defensie dan voor het Rijk. De heer Van Woensel meent dat het werknemersvoorstel tegemoet komt aan die elementen en wijst er op dat het een gezamenlijk voorstel is en het dus erg lastig zal zijn om daarvan af te wijken. Desgevraagd door de voorzitter, geeft spreker aan dat de koppeling met het arbeidsvoorwaardenakkoord niet meer van toepassing is omdat er geen reparatie in de salaristabellen plaatsvindt, daarmee is ook recht gedaan aan het bezwaar van de CCOOP. De voorzitter schorst de vergadering voor onderling beraad. *SCHORSING WERKGEVER * De voorzitter heropent de vergadering en gehoord het voorstel van de centrales geef hij aan een scheiding aan te willen brengen. Een eenmalige uitkering met terugwerkende kracht tot acht de werkgever een begaanbaar pad, maar er moet nog wel een check op eventuele fiscale gevolgen plaatsvinden. Spreker zegt toe dit te zullen vervatten in een brief aan de centrales. Het voorstel ten aanzien van het structurele gedeelte noemt spreker charmant en concreet, hij geeft aan de boodschap van de heer Van Woensel goed te hebben begrepen, maar toch een pas op de plaats te willen maken waar het gaat om de structurele bespreking omdat hij niet kan overzien welke zaken er nog op hem af zullen komen in het licht van de arbeidsvoorwaarden. Hij zal in de zojuist toegezegde brief een voorstel opnemen ten aanzien van dit onderwerp. De heer Van Woensel zegt hierover het volgende. Het is een gezamenlijk voorstel van de centrales om tot een pragmatische oplossing te komen en het is een voorstel dat ook binnen deze werkgroep kan worden geaccordeerd. Hij heeft er beeld bij dat in de toekomst met andere inzichten, op andere tafels en in andere situaties partijen andere afspraken maken, maar dat is voor hem hetzelfde als zeggen dat water nat is. Dat zo zijnde is spreker benieuwd naar de zaken die de werkgever op zich af ziet komen, waardoor hij pas op de plaats moet maken. De voorzitter zegt nogmaals te horen wat de heer Van Woensel naar voren brengt, maar toch de tijd te willen nemen om met een voorstel van werkgeverszijde te komen. De heer Kropf brengt naar voren dat de heer Van Woensel duidelijk heeft aangegeven namens de vier centrales te hebben gesproken. Het voorstel wordt door alle centrales breed gedragen. Eén van de redenen voor de CCOOP om in te stemmen was dat er op korte termijn duidelijkheid moet komen over dit onderwerp. Als dat betekent dat het weer wachten is op een brief, wil spreker gezien de betrouwbaarheid van Defensie als het gaat om aanleveren van 8/12

9 stukken, concreet vernemen wanneer die brief is te verwachten. De voorzitter zegt toe dat zijn voorstel uiterlijk 10 werkdagen voor de eerstvolgende PA (..) in het bezit van de centrales zal zijn. Het is de heer Schilperoort niet duidelijk of de werkgever ten aanzien van het laatste gedeelte de intentie heeft om met een heel nieuw voorstel te komen. Er ligt een duidelijk voorstel van de centrales om het structureel op te lossen met een jaarlijkse uitkering. De voorzitter geeft aan ruimte te vragen, juist omdat hij dat nog niet helder heeft, het kan zijn dat hij ten aanzien van het tweede element met een ander voorstel komt. Spreker vat samen dat er van werkgeverszijde een brief komt die ziet op twee elementen: de bevestiging dat de oplossing via terugwerkende kracht tot via een eenmalige uitkering een begaanbaar pad is waarbij nog even een check wordt gedaan op de fiscale uitvoering en een voorstel over de structurele inbedding. Agendapunt 6: Regeling reüniefaciliteiten veteranen, oorlogs- en dienstslachtoffers en postactieven 2017 (PA/ bijlage en PA/ ). De heer Van Woensel licht de brief kort toe, het gaat om een reactie op de werkgeversbrief van (PA/ ). In die brief wordt gesteld dat de voorgestelde wijziging in nauwe samenwerking met het Veteranenplatform tot stand is gekomen. Het VP vond dit echter een iets te rooskleurige beschrijving van de gang van zaken. Voor het overige is de brief aldus spreker voldoende helder. De heer Kropf vult aan dat de centrales in het verleden meerdere keren hebben aangegeven dat het de politiek is die de militairen uitzendt en dus verantwoordelijk is voor de nazorg, maar dat Defensie de rekening betaalt. De regeling is reeds verruimd op basis van de evaluatie, maar de vraag is hoe dat moet worden betaald. Aangezien hij de evaluatie niet kent en nu de indruk heeft dat het alleen maar gaat om verbeteringen die verbeterd moeten worden, wenst spreker enige duiding hierbij. De voorzitter reageert als volgt. De wijziging van de Regeling Reüniefaciliteiten voor Veteranen etc. is weldegelijk afgestemd met het VP. Er is een nieuw normbedrag uitgekomen en de regeling is in de geest van de Veteranenwet gericht op voorzieningen van de veteranen en bij reünies is de begeleider daarin meegenomen. Spreker vindt de verruiming van de regeling zeer te rechtvaardigen, of het voldoende is zal de tijd moeten leren en spreker vindt dan ook dat pas na 2018 de tijd is aangebroken om te spreken over de noodzaak van een verdere verruiming. De heer Lankhorst licht toe dat de verruiming betrekking heeft op het brengen van de begeleider onder de rechthebbende, dus daarvoor wordt een zelfde vergoeding betaald als voor de deelnemer zelf. Het is echter niet zo dat elke deelnemer met een begeleider komt. De heer Kropf verwijst naar zijn eerdere vraag waarbij hij aangeeft dat de CCOOP vindt dat de rekening niet moet worden betaald door Defensie, maar door de BV Nederland. Derhalve is de concrete vraag om welke bedragen het gaat als ingestemd wordt met het voorstel van de CMHF en waarom Defensie dat moet betalen en zo dat het geval is of dat ten koste gaat van alle aan arbeidsvoorwaarden gerelateerde budgetten. Namens zijn centrale roept spreker de Defensiewerkgever nogmaals op om zijn rol als politiek ambtsdrager te vervullen en dit mee terug te nemen naar de politiek die de mensen uitzendt. De heer Lankhorst geeft aan de exacte cijfers niet paraat te hebben, hij weet alleen dat ze zijn opgenomen in de Defensiebegroting. De heer Van Woensel brengt naar voren dat de CMHF het aan veteranen toegekende bedrag onvoldoende vindt, de tijd zal echter leren of dat zo is. Verder vindt de centrale het aanmerken van relaties van veteranen als belanghebbende zeer belangrijk, omdat de partners van veteranen vaak zwaar belast worden. Er is bij uitzendingen enorm veel aandacht voor het thuisfront, dus het zou raar zijn als dat voor veteranen of postactieven niet het geval zou zijn. De heer Schilperoort onderschrijft dit, maar is het tevens eens met de heer Kropf eens dat de voorzieningen moeten komen vanuit de politiek. De heer Van Hulsen meent dat het de verantwoordelijkheid is van sociale partners om tot een regeling te komen. De voorzitter 9/12

10 concludeert als volgt. De werkgever stuurt de centrales een brief waarin wordt beschreven wat het bedrag was en wat het gaat worden en waarin de groep belanghebbenden wordt gedefinieerd met daaraan de vraag gekoppeld waar het budget vandaan moet komen. Deze brief wordt aangeleverd uiterlijk 10 werkdagen voor de PA van Agendapunt 8: Rondvraag en sluiting. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering /12

11 Actiepuntenlijst behorend bij de PA-vergadering van Nr. Onderwerp Actie Opmerkingen Stukken 1. Scan voorraadagenda en actiepuntenlijst Het actiepunt is voor pas afgedaan (PA/ ), ap 2, blz.3 wanneer er een aangepaste (PA/ ) ap 2, blz. 3 voorraadagenda is aangeleverd die kan worden behandeld in de eersvolgende PA. Besloten wordt om dezelfde afspraak aan te houden als gemaakt in de AFR van heden, inhoudende dat Defensie de voorraadagenda actualiseert, voorziet van briefnummers en van een voorstel van behandeling. 2. Burgers via de SBK in de BWW/2 maanden wachttijd (PA/ ), ap. 8 blz (PA/ ) ap. 2, blz Veteranennota (PA/ ) ap1,blz (PA/ ), ap.2 blz (PA/ ), ap1, blz Maatregelen vervallen ANWcompensatie/technisch werkverband (PA/ ), ap. 2 blz Reservisten (PA/ ), ap. 2 blz. 2 Defensie zal bij WWplus nagaan of de wachttijd van 2 maanden korter kan. 2. Zodra er meer informatie is worden de centrales geïnformeerd. Agendering samen met de brief van de CCOOP als de definitieve versie naar de Kamer is gezonden. Geagendeerd voor de PA van Agendering PA Werkgever zorgt voor rapportage inzake wachttijden en de reeds ondernomen stappen en de nog te nemen stappen om de wachttijden terug te dringen. Aanlevering: 10 werkdagen voor aanvang vergadering Verwachting is dat de resultaten van de uitvraag de komende week binnen zijn. Op grond daarvan zal werkgever met een voorstel komen. Vooruitlopend daarop worden gegeven die al beschikbaar zijn aan het technisch werkverband gezonden. Er zijn signalen dat reservisten de weg naar de contactpunten niet kunnen vinden. Werkgever zal voorzien in een contactpunt waar de centrales hun vragen neer kunnen leggen. PA/ /12

12 6. Reparatie 3 de jaar WW (PA/ ), ap. 3 blz. 5 De brief waarin de werkgever een concrete aanpak zal schetsen wordt gescheiden van het aanleveren van de informatie uit de databestanden, die zal zo snel mogelijk aan de centrales worden aangeleverd. De brief wordt aangeleverd voor het overleg van PA/ Voorstel aanpassingen Besluit BWW Defensie (PA/ ) ap. Blz Premie pensioenen boven (PA/ ) ap. 5, blz Regeling reüniefaciliteiten veteranen, oorlogs- en dienstslachtoffers en postactieven (PA/ ), ap. 6 blz. 10 Wordt besproken in samenhang met reparatie 3 de jaar WW. 1Defensie levert een brief aan die ziet op twee elementen: de bevestiging dat de oplossing via terugwerkende kracht tot via een eenmalige uitkering een begaanbaar pad is waarbij nog even een check wordt gedaan op de fiscale uitvoering en een voorstel over de structurele inbedding. De werkgever stuurt de centrales een brief waarin wordt beschreven wat het bedrag was en wat het gaat worden en waarin de groep belanghebbenden wordt gedefinieerd met daaraan de vraag gekoppeld waar het budget vandaan moet komen. Agendering (PA/ bijlage). (PA/ ). (PA/ bijlage en PA/ ). Voorraadagenda: zie bijl. 12/12