Populatie: verzameling van alle objecten of experimentele eenheden waarover men uiteindelijk uitspraken wil doen. De omvang van populatie = N

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Populatie: verzameling van alle objecten of experimentele eenheden waarover men uiteindelijk uitspraken wil doen. De omvang van populatie = N"

Transcriptie

1 Statistiek: inductieve statistiek 1. Conceptueel kader Gegevens hebben altijd betrekking op een beperkt aantal objecten of experimentele eenheden. Vaak wil men vanuit gegevens afleidingen maken over een veel groter aantal objecten of experimentele eenheden. Populatie: verzameling van alle objecten of experimentele eenheden waarover men uiteindelijk uitspraken wil doen. De omvang van populatie = N Soms is de volgorde van belang (bv tijd), soms niet (bv dobbelsteen worpen) Een populatie kan zowel eindig (bv alle mensen) als oneindig (bv worpen dobbelsteen) zijn. Het kan aftelbaar oneindig of niet aftelbaar oneindig zijn. De redenen waarom je vanuit een beperkte groep objecten afleidingen wil maken over een populatie: Populatie te groot om in haar geheel te onderzoeken Het verzamelen van gegevens over een object veroorzaakt de vernietiging van het object De verzameling objecten waarop de gegevens betrekking hebben en van waaruit men inferenties wil maken over de populatie wordt de steekproef genoemd. Steekproef: is een geordende verzameling van elementen uit een populatie. Omvang = n Aangezien het om een geordende steekproef gaat gebruiken we geordende haakjes. Eenzelfde element in een steekproef kan verschillende keren voorkomen De volgorde van de elementen is van belang (bv tijd), soms ook niet (bv dobbelsteen worp) Er zijn ook ongeordende deelverzamelingen, dan gebruiken we wel accolades Inductieve statistiek: vanuit gegevens over een steekproef op statistische gronden afleidingen m.b.t. een bepaalde populatie. Proces gegevensverzameling: Stap 1: Uitvoering van een toevalsexperiment. Bv testen afnemen Stap 2: Bepaling van de uitkomst. Bv alle gegevens wat je in het dossier steekt Stap 3: Bepaling van de score op een toevalsvariabele. Kansuitspraken: bv. Hoe groot is de kans dat als je goed scoort op test 1, je ook goed scoort op test 2 Stap 1: Uitvoering van een toevalsexperiment. volgens vaste regels wordt een procedure uitgevoerd,, een steekproef wordt getrokken waarop een aantal operaties worden toegepast. Stap 2: Bepaling van de uitkomst. Van alle informatie die het toevalsexperiment oplevert, wordt een beperkt deel, de uitkomst geregistreerd. Stap 3: Bepaling van de score op een toevalsvariabele.

2 Voor elke uitkomst kan men de numerieke waarde bepalen van de variabele(n) X waarin men geïnteresseerd is Toevalsexperiment en steekproeftrekking Toevalsexperiment: een procedure die: 1) Volgens vaste regels wordt uitgevoerd (niet noodzakelijk experiment) 2) Gegevens oplevert die niet met zekerheid kunnen voorspeld worden vanuit de condities waaronder het experiment plaatsvindt a. Deterministisch experiment: een experiment waarvan het resultaat op basis van omstandigheden van het experiment wel precies kan bepaald worden 3) In principe (onbeperkt) haalbaar is, dit moet enkel conceptueel (in theorie) mogelijk zijn Een toevalsexperiment houdt typisch in dat een steekproef (van omvang n) wordt getrokken uit de populatie, verschillende waarden van n corresponderen daarbij met verschillende toevalsexperimenten. Steekproeftrekking met en zonder teruglegging: na trekking van elk element van de steekproef wordt dit wel/niet terug toegevoegd aan de populatie alvorens een volgend element wordt getrokken. (Geen leereffecten, niet meer spontaan) Gevolgen bij steekproeftrekking met teruglegging: (1) kan eenzelfde element uit de populatie in eenzelfde steekproef meermaals voorkomen (2) kan het dat n > N (ja) (3) blijft de populatiesamenstelling constant tijdens de steekproeftrekking In onderzoek is vaak steekproeftrekking zonder teruglegging vereist. Statistisch gezien is steekproeftrekking met teruglegging soms wel interessant. Veel van deze statistische bewerkingen kan je ook gebruiken bij steekproeven zonder teruglegging als de steekproefomvang (n) veel kleiner is dan de populatieomvang (N). de samenstelling van de populatie verandert dan immers niet noemenswaardig gedurende de steekproeftrekking. De trekking van een steekproef met omvang n gebeurt op zuiver toevallig wijze (ZTW, dus met teruglegging) als dit gebeurt met teruglegging en op een dusdanige manier dat elke geordende deelverzameling van n elementen uit de populatie evenveel kans heeft om als steekproef getrokken te worden. Steekproeftrekking op ZTW in de praktijk vaak via toevalsgetallen rekenmachine TI-30XS Multiview: functie randint onder RAND onder toets prb Opmerkingen: -computer of rekenmachine generereert pseudotoevalsgetallen -belang van toevalszaadje (TI-30XS Multiview: geheugen- register RAND)

3 Opmerkingen: representativiteit : steekproef gelijkt op populatie ZTW garandeert dit niet gestratificeerde steekproeftrekking: garantie tot bepaalde informatie-aspecten. Strata = homogene deelpopulaties. Gestratificeerde steekproef= per stratum ZTW in de psychologie vaak selecte steekproeven: Blanke, jonge, westerse, psychologie studenten maar kunnen we dan inferenties maken over de beoogde populatie? o Het is niet uitgesloten. Steekproeftrekking op ZTW is voor zo iets immers wel een voldoende maar geen noodzakelijke voorwaarde o Het is afhankelijk van wat men bestudeert. Indien het gaat om populatiecorrelatie is dit een optie. o Of de deelpopulatie waaruit men een selecte steekproef trekt vergelijkbaar is met de totale populatie is een theoretische aanname Uitkomsten van de uitkomstenverzameling Stap 2: Bepaling van de uitkomst. Elke uitvoering van een TE leidt tot unieke reeks gegevens= resultaat van het TE (bv tijd, locatie is anders) Het gedeelte van gegevens dat informatief is= uitkomst van het TE De verzameling van alle mogelijke uitkomsten van TE= uitkomstenverzameling of steekproefruimte van het TE. Symbool = Ω. (Bv thuis met twee anderen) De uitkomstenverzameling heet discreet (eindig of aftelbaar oneindig) of continu (oneindig). Voor eenzelfde TE kan men verschillende uitkomstenverzamelingen beschouwen. Individuele uitkomsten kunnen zowel afzonderlijke elementen zijn als geordende of niet-geordende verzamelingen. Elk TE impliceert het trekken van een steekproef van omvang n. verschillende waarden van n corresponderen dan ook met verschillende TE en verschillende uitkomstenverzamelingen. Om dit duidelijk te maken zet men soms de waarde van n bij het symbool Ω. Bv Ω n=2. Als er iets veranderd aan n, veranderd zowel TE als Ω. Toevalsvariabelen Een toevalsvariabele X is een functie van de uitkomstenverzameling van een TE naar. Ook hier hebben we discrete en continue toevalsvariabelen. Gebeurtenis Een gebeurtenis A is een deelverzameling van de uitkomstenverzameling Ω, A Ω. Men zegt dat een gebeurtenis plaatsvindt als het TE dat men beschouwt leidt tot één van haar uitkomsten. We nemen hier aan dat elke deelverzameling van Ω een gebeurtenis is, bij oneindige Ω worden er soms beperkingen op gelegd. Enkele bijzondere gebeurtenissen:

4 - Ø : de lege gebeurtenis - Ω : de zekere gebeurtenis (universele verzameling) - {ω}: alle singletons of deelverzamelingen van Ω die slechts één uitkomst bevatten, deze heten elementaire gebeurtenissen - Gebeurtenissen die afgeleid zijn van toevalsvariabelen Gebeurtenissen zijn verzamelingen en als zodanig kunnen die op verzamelingen gedefinieerd zijn ook op gebeurtenissen worden uitgevoerd. Hierbij geldt ook dat als A zijn disjunct of mutueel exclusief. B = Ø, de gebeurtenissen A en B Kans op kansrekenen HET BEGRIP KANS (PROBABILITEIT) Gegeven een uitkomstenverzameling (Ω) en de verzameling van alle gebeurtenissen (G). Een kans (P) is een functie: P: G [0,1] kans altijd tussen 0 en 1 G P(G) Met P(Ω) = 1 = zekere gebeurtenis Als G 1,, G m gebeurtenissen zijn met G i G i = Ø als i i dan P(G 1 G m ) = P(G 1 ) + P(G m ) ZONDER overlap P(G) = Indien de uitkomstenverzameling eindig is houvast om kansen te bepalen Regel van Laplace: indien alle uitkomsten evenveel kans hebben om voor te komen Als alle uitkomsten in een eindige uitkomstenverzamling (= Ω) even waarschijnlijk zijn dan geldt voor elke gebeurtenis G Ω: VOORWAARDELIJKE KANS (CONDITIONELE PROBABILITEIT) De conditionele probabiliteit op A gegeven B, P(AB), is gedefinieerd als: ( ) P(A c B) = 1 P(AB) REGEL VAN BAYES P(BA) = P(A B) P(A B) = P(AB) x P(B) P(A)

5 P(A) = P(A B) + P(A B c ) P(A B c ) = P(AB c ) x P(B c ) P(B c ) = 1 P(B) P(A) = P(AB) P(B) + P(AB c ) P(B c ) STATISTISCHE ONAFHANKELIJKHEID VAN GEBEURTENISSEN Als P(A) 0 P(B) dan zijn de volgende eigenschappen equivalent: 1) P(AB) = P(A) 2) P(BA) = P(B) 3) P(A B) = P(A) x P(B) A en B zijn statistisch onafhankelijk. Informatie over het plaatsvinden van gebeurtenis B verandert niets aan de kans op het voorkomen van A (en omgekeerd) A 1,, A n heten muteel statistisch onafhankelijk als voor elke deelverzameling A i1, A im geldt dat: P (A i1 A im ) = P(A i1 ) x x P(A im ) Met verzamelingen A,B,C en D: P(A P(B P(D C) = P(A) x P(C) C) = P(B) x P(C) B) = P(D) x P(B) P(A C D) = P(A) x P(C) x P(D) P(A B C D) = P(A) x P(B) x P(C) x P(D) Paarsgewijze statistische onafhankelijkheid is geen voldoende voorwaarde voor mutuele statistische onafhankelijkheid! Andersom kan het ook (niet paarsgewijs, wel mutueel).

6 BEREKENING VAN KANSEN Indien elk van de uitkomsten evenveel kans heeft om voor te komen regel van Laplace. Dit is echter niet altijd het geval. Je kan altijd de regels uit de combinatoriek en rekenregels voor kansen op samengestelde gebeurtenissen gebruiken. COMBINATORIEK Regel (Vermeningvuldigingsstelling): Als de uitkomst van een TE bestaat uit het gezamenlijk resultaat van het na mekaar uitvoeren van k operaties, waarbij de eerste operatie N 1 verschillende deelresultaten kan hebben, waarbij de tweede operatie na het uitvoeren van de eerste N 2 verschillende deelresultaten kan hebben, enz. dan geldt: #Ω = N 1 x N 2 x N k Regel (aantal permutaties) Het aantal mogelijkheden om n objecten te ordenen is gelijk aan nx(n-1) x x 1; n! Regel (aantal combinaties) Belang van met teruglegging of zonder teruglegging Het aantal mogelijkheden om zonder teruglegging uit een verzameling met N verschillende elementen een deelverzameling van n elementen te trekken (waarvan de volgorde niet belangrijk is) is gelijk aan: Opmerking: deze regel kan ook worden gelezen als Een verzameling van N elementen die bestaat uit n identieke elementen en N-n andere identieke elementen kan op verschillende manieren worden geordend. Deze regel kan verder direct worden veralgemeen voor het geval van verzamelingen die meer dan twee verschillende soorten identieke elementen bevatten. Zo kan een verzameling van N elementen die bestaat uit n 1, n 2, en N-n 1 -n 2 identieke elementen op Verschillende manieren worden geordend Rekenregels voor kansen op samengestelde gebeurtenissen P(G c ) = 1 P(G) P(A B) = P(A) x P(BA) (geld voor afhankelijkheid en onafhankelijkheid) Indien A en B statistisch onafhankelijk zijn: P(A B) = P(A) x P(B)

7 Deze regels volgen onmiddellijk uit de definities van conditionele probabiliteit en statistische onafhankelijkheid van gebeurtenissen. Zij kunnen direct veralgemeend worden naar het geval van meer dan twee gebeurtenissen. Bv: P(A B C) = P(A) x P(BA) x P(C A B) P( A B) = P(A) + P(B) P(A B) Of indien A en B disjunct zijn (lege doorsnede, niet onafhankelijkheid): P( A Bewijs pagina 133 B) = P(A) + P(B) COMBINATORIEK GECOMBINEERD MET REKENREGELS VOOR SAMENGESTELDE GEBEURTENISSEN Berekenen hoeveel mogelijke uitkomsten er zijn (gebruik complement indien nodig) Indien het gaat om statistische onafhankelijkheid kan je de kans berekenen op één mogelijke uitkomst Vervolgens vermenigvuldig je deze twee Voorbeeld: Uit een boek kaarten worden er op toeval negen verschillende kaarten getrokken. Wat is de kans dat er precies drie harten en drie ruiten tussen zitten? Antwoord: als uitkomsten (H,H,H,R,R,R,A,A,A) waarbij A staat voor ander. Er zijn dergelijke uitkomsten in gebeurtenis G. Dit lees je als 9! Mogelijke ordeningen van de 9 letters die uiteenvallen in groepjes van 3! X 3! X 3! Ordeningen die een identieke uitkomst opleveren. Als we verder H 1 noteren voor de eerste kaart is harten, H 2 voor de tweede kaart is harten enz dan geldt: P(H,H,H,R,R,R,A,A,A) = P(H 1 ) x P(H 2 H 1 ) x x P(H 3 H 1 H 2 ) x. = x x = Bovendien hebben alle uitkomsten in G dezelfde kans, en dus geldt dat: P(G) = x = Populatiekarakteristieken van toevalsvariabelen Populatiekarakteristieken zijn in het algemeen theoretische karakteristieken, in tegenstelling tot steekproefkarakteristieken die gebaseerd zijn op empirische gegevens. De theorie waarop de populatiekarakteristieken zijn gebaseerd wordt in het algemeen een statistisch model genoemd. Problematiek van parameterschatting: het statistisch model is vaak onvolledig; het is op een aantal punten niet volledig ingevuld. Via steekproefgegevens maken we een goede schatting van nietingevulde populatiekarakteristieken Problematiek van hypothesetoetsing: na gaan of een gepostuleerd statisch model, of onderdelen ervan, houdbaar zijn in het licht van beschikbare steekproefgegevens

8 Populatiekarakteristieken van 1 toevalsvariabelen Frequentie vindt je enkel terug in beschrijvende statistiek, de rest heeft tegenhanger in inductieve π geeft net zoals p voorkomen van waarde aan maar gaat in tegenstelling tot p over veronderstellingen en niet over de steekproef. DISCRETE TOEVALSVARIABELE Een discrete toevalsvariabele X heeft per definitie een waardengebied dat eindig of aftelbaar oneindig is. We gebruiken π om aan te geven dat het om een theoretische kans gaat die geldt voor de populatie van alle mogelijke reeksen achterliggend aan het bestudeerde TE. Voor elke waarde x j in het waardengebied kunnen we P( {ω X(ω) = x j }). Deze noteren we verkort als π x (x j ) of als er slechts één toevalsvariabele in het spel is π(x j ). Indien eerlijk en onafhankelijk! P(KMK) = ½ x ½ x ½ = 1/8 π(0)=1/8 π(1)=3/8 π(2)=3/8 π(3)=1/8 indien oneerlijk (bv P(K)=0.70) P(KMK)= 0.7 x 0.3 x 0.7 = π(2)=3 * = OF 3x θ x (1- θ) x θ Bijvoorbeeld bij P( {ω X(ω) = 2}) worden de waarden bedoeld waarbij men twee keer kruis gooit. θ = parameter = onbekende waarde Als X een discrete toevalsvariabele is met waardengebied {x1, x2,.} dan is de kansmassafunctie π (of π x ) gedefinieerd als volgt: π: x π(x) met π(x)= P( {ω X(ω) = x j }). Hieruit volgt dan: X: 0 π(x) 1 Als x waardengebied van X dan π(x) = 0 ( )

9 de getallen zijn niet gelijk maar daarom niet noodzakelijk foute theorie. Indien getallen verder uiteenlopen en patroon: een veronderstelling fout? We kunnen π opvatten als de populatietegenhanger van de proportiefunctie p die we definieerden voor steekproeven. Enerzijds zijn de verschillen tussen de twee functies niet zo groot (en lijkt er op eerste zicht geen systematiek in te zitten), anderzijds kunnen we niet verwachten dat elke steekproef precies dezelfde resultaten zal opleveren als elke andere steekproef (en dus ook geen proportiefunctie die samenvalt met de kansmassafunctie). Vanuit discrepanties tussen corresponderende populatie en steekproefkarakteristieken kan men informatie afleiden over de psychologische mechanismen die achter de gegevens schuilen. Zoals we bij steekproeven cumulatieve proportiefunctie F hebben, hebben we bij populaties cumulatieve verdedigingsfunctie φ. Voor een willekeurige waarde x van een toevalsvariabele X geeft φ(x) daarbij de kans aan dat X een waarde x aanneemt.

10 Als X een toevalsvariabele is dan is de cumulatieve verdelingsfunctie φ (of φ x )gedefinieerd als volgt: φ: x φ(x) met φ(x)= P( {ω X(ω) x}). Hieruit volgt dan: φ(x)= ( ) eerste stap is altijd nul voor eindig aantal waarden laatste stap is altijd 1 voor eindig aantal waarden op basis van de cumulatieve verdelingsfunctie kunnen verdere populatiekwantielen xr* worden gedefinieerd met, r [0,1]: losweg gesproken kan men x r * opvatten als die waarde van de toevalsvariabele X waarvoor geldt dat de kans r is dat X die waarde aanneemt P(X xr*)=r als r [0,1] dan is het r-de populatiekwantiel xr* van variabele X gedefinieerd als volgt: Geval 1: Er is een x met Φ(x)=r xr*= gemiddelde van kleinste x-waarde met Φ(x)=r en kleinste x- waarde met Φ(x)>r. Geval 2: Er is géén x met Φ(x)=r xr* = kleinste x met Φ(x)>r. bijzondere populatiekwantielen: percentielen (Pc 1 *... Pc 99 *) decielen (D 1 *... D 9 *) kwartielen (Q 1 *... Q 3 *) Voorbeelden: (1) neuroticisme-test (2) angstniveau van 1 persoon op een moment B CONTINUE TOEVALSVARIABELE Het waardengebied heeft overaftelbaar veel waarden. Indien je hier dezelfde methode toepast als bij discrete, zal de kans altijd 0 zijn. daarom kijken we naar de kansen in een bepaald interval. Dit wil dus zeggen dat men kansen P(a X(ω) b) beschouwt met: P(a X(ω) b) = P({ω a X(ω) b } waarbij a en b twee vaste getallen zijn met a < b. de specificatie van een statistisch model voor een continue toevalsvariabele houdt in dat men een waarde postuleert voor alle P(a X b). Dit doet men via de dichtheidsfuntie ϕ x 0. ϕ x : x ϕ x (x) Waarbij de oppervlakte onder deze functie a en b de kans P(a X b) aangeeft: deze oppervlakte duiden we aan met:. De waarden van ϕ x zelf zijn geen kansen, het dan dan ook dat voor sommige ϕ x deze groter zijn dan 1. Je berekent de kans door de oppervlakte te berekenen.

11 Oppervlakte van figuren: Rechthoek, parallellogram: basis * hoogte Vierkant: zijde² Driehoek: basis * hoogte 2 Trapezium: kleine basis + grote basis * hoogte 2 Ruit: kleine diagonaal * grote diagonaal 2 Cirkel: π * straal² De kans van de totale oppervlakte onder de functie is altijd 1, waar de functie naar de x-as gaat is de kans nul. Dit komt omdat de oppervlakte onder de functie overeenkomt met de zekere gebeurtenis Ω. Als x een negatief getal is kan de functie niet hoger gaan dan y=0. Als X een continue toevalsvariabele is dan is de dichtheidsfunctie ϕ x gedefinieerd als volgt: ϕ x : x ϕ x (x) met ϕ 0 en als a < b : P(a X b) = Hieruit volgt dan: de dichtheidsfunctie is dus een niet-negatieve functie de waarden zijn geen kansen = = 1 dergelijke oppervlaktes kan je berekenen door de figuur op te delen in kleine balkjes. Deze benadering werkt natuurlijk steeds beter met steeds kleinere balkjes. Een statistisch model voor een toevalsvariabele X specificeren houdt dus in dat men een plausibele dichtheidsfunctie voor deze variabele postuleert.

12 In de statistiek zal men vaak dichtheidsfuncties onvolledig specificeren. Bijvoorbeeld weet men de vorm wel maar niet de specifieke plaats van de top: De definitie van een cumulatieve verdelingsfunctie is dezelfde voor discrete en continue toevalsvariabelen. Voor continue toevalsvariabelen geldt hierbij dat: Φ(x) = P(X x ) = bij continue toevalsvariabelen gaat het niet om een trapfunctie zoals bij discrete 1.2 Samenvattende maten: Populatiemodus: elke waarde x waarvoor π(x) respectievelijk ϕ(x) maximaal Populatiemediaan (Me* x ) PC 50 * = D 5 * = Q 2 * Populatiegemiddelde: = verwachte waarde = µ x of E[X] = expected value o Geval 1: X discreet en eindig waardengebied ( ) o Geval 2: X discreet, aftelbaar oneindig waardengebied Dit wil zeggen dat als absoluut convergeert (benaderd), is het populatiegemiddelde gelijk aan

13 o Geval 3: X continu Dit heeft te maken met het feit dat we dan de functie in kleinere intervallen (rechthoekjes) opdelen Drie verschillende interpretaties van het populatiegemiddelde: (1) als "steekproefgemiddelde" van een (meestal) grote steekproef ; de beoogde populatie (2) als "verwachte winst/verlies" in een gokspel (3) als "evenwichtspunt" van een balans (kantelpunt waarvoor de weegschaal in evenwicht is) Enkele belangrijke eigenschappen van het populatiegemiddelde: symmetrisch zie je aan top [ ] Hier mag je E en niet door elkaar gebruiken, E is de verwachting over alle steekproeven en is de verwachting voor populatie X Als c µ x dan E[(X - µ x )²] < E [(X c)²] Dit volgt uit E [( X-c)²] = E[(X - µ x )²] + (µ x - c)² Hier mag je E eb wel door elkaar gebruiken In het geval van discrete toevalsvariabelen: [ ]

14 [ ] 1.3 Spreidingsmaten Bereik: Max X Min X (indien deze bestaan) Interkwartielbereik: Q * 3 Q * 1 Populatievariantie : [ ] met [ ] Populatie standaarddeviatie = Enkele belangrijke eigenschappen van [ ] of Ongelijkheid van Tchebychev: Als k > dan P(X - µ x k Als k > dan P(X - µ x k 1/k² 1/k Transformatie van toevalsvariabelen ( ) ( ) [ ] [ ] In het algemeen geldt dat als X een TV is met kansmassafunctie (of dichtheidsfunctie), dat als Y = f(x): - X decreet: [ ] - X continu: [ ] Bijzonder geval; lineaire transformatie (bewijs pagina 165): Als Y = ax + b dan E[Y] = a E[X] + b dan -> E neemt niet alle eigenschappen van sommatie over (bewijs p165) Ipv Z-transformatie nu ζ transformatie met Er geldt dat

15 2.2 populatiekarakteristieken van twee TV A TWEE DISCRETE TOEVALSVARIABELEN Voor elke waarde (x j, y j ) in het waardengebied kunnen we de kans P ({ω (X,Y) (ω) = (x j, y j )}) Deze noteren we verder kortweg als π X,Y (x j, y j ) Hieruit volgt dat: - (x,y) : 0 π X,Y (x,y) 1 - Als (x,y) waardengebied van (X,Y) dan π X,Y (x,y) =0 - ( ) Je kan deze best voorstellen in een tabel met twee ingangen. De rijen van deze tabel corresponderen dan met de x-waarden en de kolommen met de y-waarden. In de marges van de tabel zijn de kolom en rijtotalen weergeven (= marginale kansmassafuncties). nde marginale kansmassafuncties van een bivariate toevalsvariabele (X,Y) zijjn dus gelijk aan de (univariate) kansmassafncties van X en Y. We kunnen dit grafisch voorstellen in een driedimensionele histogram waarbij het volume van de voorgestelde staven overeenkomt met de waarden van de kansmassafunctie. Als (X,Y) een discrete toevalsvariabele is met waarden ( ( ), dan is voor elke x j in het waardengebied van X met ) en met kansmassafunctie een conditionele kansmassafunctie. analoog is ook voor elke y j in het waardengebied van Y met een conditionele kansmassafunctie. Dit kan je ook overzichtelijk in een tabel zetten. Hierbij is elke rij op een vermenigvuldigingsfactor na gelijk aan de overeenkomstige rij uit de eerder gegeven tabel van de bivariate kansmassafunctie. Alle rijtotalen zijn bovendien (op afrondingsfouten na) gelijk aan 1. Als (X,Y) een discrete toevalsvariabele is met X-waarden x j en Y-waarden Y j dan zijn de volgende eigenschappen equivalent: j, j : ( ) ( ) ( ) j : j :

16 Als deze eigenschappen gelden, dan zegt men dat toevalsvariabelen X en Y statistisch onafhankelijk zijn. Voor te bewijzen denk er aan dat het ene slechts geldt als het andere geldt. Bewijs dat 2 uit 1 volgt, 3 uit 2 en 1 uit 3 Opmerkingen: De laatste twee impliceren dat alle conditionele kansmassafuncties aan mekaar gelijk zijn. Informatie over X geeft niet meer informatie over de (conditionele) verdeling van Y en omgekeerd. Het begrip statistisch onafhankelijke toevalsvariabelen sluit direct aan bij het begrip statistisch onafhankelijke gebeurtenissen. Deze eigenschap impliceert overigens ook dat φ X,Y (x,y) = φ x (x) maal φ y (y), en dit voor alle X en Y waarden B TWEE CONTINUE TOEVALSVARIABELEN Dit kan voorgesteld worden in een dergelijke figuur: kan meerdere toppen hebben Waarbij het volume onder deze functie boven het oppervlakte van de rechthoek [a,b] x [c,d] de kans P(a X b en c Y d) aangeeft. Het volume onder ϕ X,Y boven een bepaalde rechthoek noteren we verder als (integralen voor aanduiding volume bergoppervlakte): Als (X,Y) een continue toevalsvariabele is met bivariate dichtheidsfunctie ϕ X,Y, dan impliceert ϕ X,Y dichtheidsfuncties ϕ X en ϕ Y voor X en Y, welke we marginale dichtheidsfuncties noemen. Er geldt dat:

17 Definitie: Als (X,Y) een continue toevalsvariabele is met bivariate dichtheidsfunctie ϕ X,Y, dan is voor elke y j met ( ) : Een conditionele dichtheidsfunctie. Andersom geldt dit voor elke x j met ( ). In de grafiek hierboven kunnen conditionele dichtheidsfuncties op ene vermenigvuldigingsfactor na worden bekomen door het oppervlak van te doorsnijden met een vlak loodrecht op de X-as ter hoogte van x. De vermenigvuldigingsfactor, zorgt er eenvoudigweg voor dat de oppervlakte onder gelijk is aan 1. Als (X,Y) een continue toevalsvariabele is met dichtheidsfunctie eigenschappen equivalent: dan zijn de volgende x, y : x met : y met : Als deze eigenschappen gelden, dan zegt men dat X en Y statistisch onafhankelijk zijn samenvattende maten Centrale tendensmaten Conditioneel verwachte waarden of conditionele populatiegemiddelden: = µ YX = xj of E [YX = x j ] o (X,Y) discreet: o (X,Y): continu: Spreidingsmaten Conditionele populatievarianties: = o (X,Y) discreet:

18 (X,Y): continu: Voor de berekening van variantie gebruiken we vaak volgende eigenschap: [ ] [ ] [ ] [ ] Populatiecovariantie = [ ( )] (X,Y) discreet: [ ( )] (X,Y): continu: [ ( ) ( ) ( ) Nog enkele eigenschappen: [ ] [ ] en en Z-transformatie: geen meeteenheid Populatiecorrelatie: Enkele eigenschappen: Met als gevolg: a) [ ] b) [ ]

19 Als X en Y statistisch onafhankelijk zijn dan : Somvariabelen Bewijs p188 Let op: de populatiecorrelatie kan nul zijn zonder dat er sprake is van statistische onafhankelijkheid. Meer algemeen geldt: [ ] [ ] 2.3 Relatie tussen steekproef en populatiekarakteristieken van toevalsvariabelen = brug tussen beschrijvende en inductieve statistiek Psychologen willen uitspraken doen over populatiekarakteristieken van toevalsvariabelen die voor haar of hem onbekend zijn. Hierbij hebben we twee opties: Parameterschatting: de grootte van een onbekende parameter willen kunnen, met name µ x en p xy. Hypothesetoetsing: weten of een veronderstelling of hypothese mbt parameters ( µ x > µ y ) wel degelijk klopt. Methodes om parameterschatting te doen: Beperkte steekproef trekken, zo verkrijgen we een schatting van het gezochte populatiegemiddelde = een statistiek = schatters Probleem: vinden van goede statistieken o Het gemiddelde van alle schattingen moeten zo dicht mogelijk bij het ware getal liggen. o Hierbij zijn X1, X2 en X3 niet identiek, maar hebben wel allemaal dezelfde kansmassafunctie = identiek verdeeld Idd = independent and identically distributed = identiek verdeeld + onafhankelijk is de statistiek die vanuit elke steekproef een schatting van µ x oplevert. Verwachte waarde is hierbij op te vatten als de verwachte waarde van de verdeling van de statistiek over alle mogelijke steekproeven heen. In het algemeen noemt men de verdeling (kansmassafunctie of dichtheidsfunctie) van een statistiek de steekproevenverdeling van die statistiek.

20 2 MANIEREN OM [ ] AAN TE TONEN 1) Manier 1 X1, X2 en X3 = idd ϴ = π x1 (1) = π x2 (1) = π x3 (1) 0 1/3 2/3 1 Hieruit volgt dat: [ ] 2) Manier 2 [ ] [ ] [ ] [ ] [ ] Bovendien identiek verdeeld! [ ] [ ] [ ] [ ] [ ] = een zuivere schatter: een schatter die als verwachte waarde de te schatten parameter heeft o o We wensen ook dat de schattingen die we hebben gemiddeld genomen niet al te ver afwijken van de ware parameterwaarde = we kunnen dus ook evalueren in termen van de verwachte kwadratische fout, daarbij wordt de verwachte waarde opnieuw genomen over alle mogelijke steekproeven. o In het geval van [ ] = standaardfout o (zie pagina 201) o Grotere steekproeven leveren preciezere schattingen [( ) ] familie schatters is consistent

21 Opmerkingen: 1) Deze voorgaande stellingen gelden zowel voor toepassingen bij kansspelen als psychologisch relevante vraagstukken 2) We toonden in het geval van een 1-0 toevalsvariabele X aan dat een zuivere schatter is van µ x en dat [ ]. Deze eigenschappen gleden echter voor alle soorten toevalsvariabelen X (als X1, X2, idd zijn). Inductieve statistiek telt niet op over n observaties 3) Ook voor andere parameters dan populatiegemiddelden kan naar goede schatters gezocht worden. Zo kan men bv populatiekwantielen (waaronder voor elke populatiekarakteristiek zou men zich daarbij kunnen afvragen of de steekproeftegenhanger een goede schatter oplevert). Zo zou men bv kunnen proberen te schatten met als statistiek de steekproefvariantie. Deze noteren we als (zoals met een hoofdletter om aan te geven dat we hem nu beschouwen als toevalsvariabele). is echter geen zuivere schatter van, het is een zuivere schatter van. hiervoor geldt echter wel weer hoe groter de steekproefomvang, hoe dichter het gemiddelde schot bij de roos zal liggen. We noemen asymptotisch zuivere schatter van. Wat is dan wel een zuivere schatter van : welke elke steekproef van omvang n afbeeldt op: en dus ook enkele andere zuivere schatters : is slechts een asymptotisch zuivere schatter van Zuivere schatter: [ ] 4) In het algemeen is een belangrijke uitdaging voor de inductieve statistiek het vinden van goede statistieken. Met goed als betekenis: a. Goede wiskundige eigenschappen (zuiverheid, consistentie) b. Een goede psychologische interpreteerbaarheid en inhoudelijke relavantie

Statistiek I Samenvatting. Prof. dr. Carette

Statistiek I Samenvatting. Prof. dr. Carette Statistiek I Samenvatting Prof. dr. Carette Opleiding: bachelor of science in de Handelswetenschappen Academiejaar 2016 2017 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Statistiek, gegevens en statistisch denken... 3 De

Nadere informatie

Examen Statistiek I Feedback

Examen Statistiek I Feedback Examen Statistiek I Feedback Bij elke vraag is alternatief A correct. Bij de trekking van een persoon uit een populatie beschouwt men de gebeurtenissen A (met bril), B (hooggeschoold) en C (mannelijk).

Nadere informatie

Samenvatting Statistiek

Samenvatting Statistiek Samenvatting Statistiek De hoofdstukken 1 t/m 3 gaan over kansrekening: het uitrekenen van kansen in een volledig gespecifeerd model, waarin de parameters bekend zijn en de kans op een gebeurtenis gevraagd

Nadere informatie

Inleiding Applicatie Software - Statgraphics. Beschrijvende Statistiek

Inleiding Applicatie Software - Statgraphics. Beschrijvende Statistiek Inleiding Applicatie Software - Statgraphics Beschrijvende Statistiek OPDRACHT OVER BESCHRIJVENDE STATISTIEK Beleggen Door een erfenis heeft een vriend van u onverwacht de beschikking over een klein kapitaaltje

Nadere informatie

Inleiding Applicatie Software - Statgraphics

Inleiding Applicatie Software - Statgraphics Inleiding Applicatie Software - Statgraphics Beschrijvende Statistiek /k 1/35 OPDRACHT OVER BESCHRIJVENDE STATISTIEK Beleggen Door een erfenis heeft een vriend van u onverwacht de beschikking over een

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Kansrekening (2WS2, Vrijdag 23 januari 25, om 9:-2:. Dit is een tentamen met gesloten boek. De uitwerkingen van de opgaven dienen

Nadere informatie

Kansrekening en Statistiek

Kansrekening en Statistiek Kansrekening en Statistiek College 2 Donderdag 16 September 1 / 31 1 Kansrekening Indeling: Eigenschappen van kansen Continue uitkomstenruimtes Continue stochasten 2 / 31 Vragen: cirkels Een computer genereert

Nadere informatie

Medische Statistiek Kansrekening

Medische Statistiek Kansrekening Medische Statistiek Kansrekening Medisch statistiek- kansrekening Hoorcollege 1 Uitkomstenruimte vaststellen Ook wel S of E. Bij dobbelsteen: E= {1,2,3,4,5,6} Een eindige uitkomstenreeks Bij het gooien

Nadere informatie

Populaties beschrijven met kansmodellen

Populaties beschrijven met kansmodellen Populaties beschrijven met kansmodellen Prof. dr. Herman Callaert Deze tekst probeert, met voorbeelden, inzicht te geven in de manier waarop je in de statistiek populaties bestudeert. Dat doe je met kansmodellen.

Nadere informatie

VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS. Kansmodellen. 3. Populatie en steekproef. Werktekst voor de leerling. Prof. dr. Herman Callaert

VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS. Kansmodellen. 3. Populatie en steekproef. Werktekst voor de leerling. Prof. dr. Herman Callaert VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS Kansmodellen. Werktekst voor de leerling Prof. dr. Herman Callaert Hans Bekaert Cecile Goethals Lies Provoost Marc Vancaudenberg . Populatie: een intuïtieve definitie.... Een

Nadere informatie

1. De wereld van de kansmodellen.

1. De wereld van de kansmodellen. STATISTIEK 3 DE GRAAD.. De wereld van de kansmodellen... Kansmodellen X kansmodel Discreet model Continu model Kansverdeling Vaas Staafdiagram Dichtheidsfunctie f(x) GraJiek van f Definitie: Een kansmodel

Nadere informatie

Oefenvragen bij Statistics for Business and Economics van Newbold

Oefenvragen bij Statistics for Business and Economics van Newbold Oefenvragen bij Statistics for Business and Economics van Newbold Hoofdstuk 1 1. Wat is het verschil tussen populatie en sample? De populatie is de complete set van items waar de onderzoeker in geïnteresseerd

Nadere informatie

DEEL 3 INDUCTIEVE STATISTIEK INLEIDING TOT DE INDUCTIEVE STATISTIEK 11.2 DE GROOTSTE AANNEMELIJKHEID - METHODE

DEEL 3 INDUCTIEVE STATISTIEK INLEIDING TOT DE INDUCTIEVE STATISTIEK 11.2 DE GROOTSTE AANNEMELIJKHEID - METHODE DEEL 3 INDUCTIEVE STATISTIEK INHOUD H 10: INLEIDING TOT DE INDUCTIEVE STATISTIEK H 11: PUNTSCHATTING 11.1 ALGEMEEN 11.1.1 Definities 11.1.2 Eigenschappen 11.2 DE GROOTSTE AANNEMELIJKHEID - METHODE 11.3

Nadere informatie

Tentamen Kansrekening en Statistiek (2WS04), dinsdag 17 juni 2008, van uur.

Tentamen Kansrekening en Statistiek (2WS04), dinsdag 17 juni 2008, van uur. Technische Universiteit Eindhoven Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Kansrekening en Statistiek (2WS4, dinsdag 17 juni 28, van 9. 12. uur. Dit is een tentamen met gesloten boek. De uitwerkingen

Nadere informatie

Feedback proefexamen Statistiek I 2009 2010

Feedback proefexamen Statistiek I 2009 2010 Feedback proefexamen Statistiek I 2009 2010 Het correcte antwoord wordt aangeduid door een sterretje. 1 Een steekproef van 400 personen bestaat uit 270 mannen en 130 vrouwen. Een derde van de mannen is

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Kansen. 4.1 Randomheid

Hoofdstuk 4 Kansen. 4.1 Randomheid Hoofdstuk 4 Kansen 4.1 Randomheid Herhalingen en kansen Als je een munt opgooit (of zelfs als je een SRS trekt) kunnen de resultaten van tevoren voorspeld worden, omdat de uitkomsten zullen variëren wanneer

Nadere informatie

. Dan geldt P(B) = a. 1 4. d. 3 8

. Dan geldt P(B) = a. 1 4. d. 3 8 Tentamen Statistische methoden 4052STAMEY juli 203, 9:00 2:00 Studienummers: Vult u alstublieft op het meerkeuzevragenformulier uw Delftse studienummer in (tbv automatische verwerking); en op het open

Nadere informatie

Gezamenlijke kansverdeling van twee stochasten

Gezamenlijke kansverdeling van twee stochasten Gezamenlijke kansverdeling van twee stochasten Voorbeeld: V = de windsnelheid H = hoogte van het waterniveau in een rivier/zee De combinatie (V, H) is van belang voor een overstroming en niet zozeer V

Nadere informatie

III.2 De ordening op R en ongelijkheden

III.2 De ordening op R en ongelijkheden III.2 De ordening op R en ongelijkheden In de vorige paragraaf hebben we axioma s gegeven voor de optelling en vermenigvuldiging in R, maar om R vast te leggen moeten we ook ongelijkheden in R beschouwen.

Nadere informatie

Combinatoriek en rekenregels

Combinatoriek en rekenregels Combinatoriek en rekenregels Les 4: Rekenregels (deze les sluit aan bij de paragraaf 8 van Hoofdstuk 1 Combinatoriek en Rekenregels van de Wageningse Methode, http://www.wageningsemethode.nl/methode/het-lesmateriaal/?s=y456v-d)

Nadere informatie

VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS

VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS Steekproefmodellen en normaal verdeelde steekproefgrootheden 5. Werktekst voor de leerling Prof. dr. Herman Callaert Hans Bekaert Cecile Goethals Lies Provoost Marc Vancaudenberg

Nadere informatie

Statistiek voor A.I. College 3. Dinsdag 18 September 2012

Statistiek voor A.I. College 3. Dinsdag 18 September 2012 Statistiek voor A.I. College 3 Dinsdag 18 September 2012 1 / 45 2 Deductieve statistiek Kansrekening 2 / 45 Uitkomstenruimte 3 / 45 Vragen: voorspellen Een charlatan zegt te kunnen voorspellen of een ongeboren

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Kansrekening (2WS2), Vrijdag 24 januari 24, om 9:-2:. Dit is een tentamen met gesloten boek. De uitwerkingen van de opgaven

Nadere informatie

Kansrekening en Statistiek. Overzicht Kansrekening

Kansrekening en Statistiek. Overzicht Kansrekening Kansrekening en Statistiek Overzicht Kansrekening 1 / 30 Overzicht: stochasten Discrete stochasten X - distributiefuncties f P(X A) = i A f (x) = i A P(X = i). 2 / 30 Overzicht: stochasten Discrete stochasten

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Kansrekening en Statistiek (2S27), dinsdag 14 juni 25, 9. - 12. uur. Dit is een tentamen met gesloten boek. De uitwerkingen

Nadere informatie

Overzicht. Statistiek voor Informatica Hoofdstuk 2: Voorwaardelijke kansen. Voorwaardelijke kans. Voorbeeld: Probabilistisch redeneren

Overzicht. Statistiek voor Informatica Hoofdstuk 2: Voorwaardelijke kansen. Voorwaardelijke kans. Voorbeeld: Probabilistisch redeneren Overzicht Statistiek voor Informatica Hoofdstuk 2: Voorwaardelijke kansen Cursusjaar 2009 Peter de Waal Departement Informatica Voorwaardelijke kans Rekenregels Onafhankelijkheid Voorwaardelijke Onafhankelijkheid

Nadere informatie

Vandaag. Onderzoeksmethoden: Statistiek 2. Basisbegrippen. Theoretische kansverdelingen

Vandaag. Onderzoeksmethoden: Statistiek 2. Basisbegrippen. Theoretische kansverdelingen Vandaag Onderzoeksmethoden: Statistiek 2 Peter de Waal (gebaseerd op slides Peter de Waal, Marjan van den Akker) Departement Informatica Beta-faculteit, Universiteit Utrecht Theoretische kansverdelingen

Nadere informatie

Uitwerking Tentamen Inleiding Kansrekening 11 juni 2015, uur Docent: Prof. dr. F. den Hollander

Uitwerking Tentamen Inleiding Kansrekening 11 juni 2015, uur Docent: Prof. dr. F. den Hollander Uitwerking Tentamen Inleiding Kansrekening juni 25,. 3. uur Docent: Prof. dr. F. den Hollander () [6] Zij F een gebeurtenissenruimte. Laat zien dat voor elke B F de verzameling G {A B : A F} opnieuw een

Nadere informatie

Formules Excel Bedrijfsstatistiek

Formules Excel Bedrijfsstatistiek Formules Excel Bedrijfsstatistiek Hoofdstuk 2 Data en hun voorstelling AANTAL.ALS vb: AANTAL.ALS(A1 :B6,H1) Telt hoeveel keer (frequentie) de waarde die in H1 zit in A1:B6 voorkomt. Vooral bedoeld voor

Nadere informatie

Cursus Statistiek Hoofdstuk 4. Statistiek voor Informatica Hoofdstuk 4: Verwachtingen. Definitie (Verwachting van discrete stochast) Voorbeeld (1)

Cursus Statistiek Hoofdstuk 4. Statistiek voor Informatica Hoofdstuk 4: Verwachtingen. Definitie (Verwachting van discrete stochast) Voorbeeld (1) Cursus Statistiek Hoofdstuk 4 Statistiek voor Informatica Hoofdstuk 4: Verwachtingen Cursusjaar 29 Peter de Waal Departement Informatica Inhoud Verwachtingen Variantie Momenten en Momentengenererende functie

Nadere informatie

SOCIALE STATISTIEK (deel 2)

SOCIALE STATISTIEK (deel 2) SOCIALE STATISTIEK (deel 2) D. Vanpaemel KU Leuven D. Vanpaemel (KU Leuven) SOCIALE STATISTIEK (deel 2) 1 / 57 Hoofdstuk 5: Schatters en hun verdeling 5.1 Steekproefgemiddelde als toevalsvariabele D. Vanpaemel

Nadere informatie

Domein A: Vaardigheden

Domein A: Vaardigheden Examenprogramma Wiskunde A havo Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Algebra en tellen

Nadere informatie

Vrije Universiteit 28 mei Gebruik van een (niet-grafische) rekenmachine is toegestaan.

Vrije Universiteit 28 mei Gebruik van een (niet-grafische) rekenmachine is toegestaan. Afdeling Wiskunde Volledig tentamen Statistics Deeltentamen 2 Statistics Vrije Universiteit 28 mei 2015 Gebruik van een (niet-grafische) rekenmachine is toegestaan. Geheel tentamen: opgaven 1,2,3,4. Cijfer=

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen

Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen 3.1 Schatten: Er moet een verbinding worden gelegd tussen de steekproefgrootheden en populatieparameters, willen we op basis van de een iets kunnen zeggen over de ander.

Nadere informatie

HOOFDSTUK I - INLEIDENDE BEGRIPPEN

HOOFDSTUK I - INLEIDENDE BEGRIPPEN HOOFDSTUK I - INLEIDENDE BEGRIPPEN 1.1 Waarschijnlijkheidsrekening 1 Beschouw een toevallig experiment (de resultaten zijn aan het toeval te danken) Noem V de verzameling van alle mogelijke uitkomsten

Nadere informatie

Tentamen Kansrekening en Statistiek (2WS04), woensdag 30 juni 2010, van 9.00 12.00 uur.

Tentamen Kansrekening en Statistiek (2WS04), woensdag 30 juni 2010, van 9.00 12.00 uur. Technische Universiteit Eindhoven Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Kansrekening en Statistiek (WS4), woensdag 3 juni, van 9.. uur. Dit is een tentamen met gesloten boek. De uitwerkingen van de

Nadere informatie

Oefenopgaven Grondslagen van de Wiskunde A

Oefenopgaven Grondslagen van de Wiskunde A Oefenopgaven Grondslagen van de Wiskunde A Jaap van Oosten 2007-2008 1 Kardinaliteiten Opgave 1.1. Bewijs, dat R N = R. Opgave 1.2. Laat Cont de verzameling continue functies R R zijn. a) Laat zien dat

Nadere informatie

1BA PSYCH Statistiek 1 Oefeningenreeks 3 1

1BA PSYCH Statistiek 1 Oefeningenreeks 3 1 Juno KOEKELKOREN D.1.3. OEFENINGENREEKS 3 OEFENING 1 In onderstaande tabel vind je zes waarnemingen van twee variabelen (ratio meetniveau). Eén van de waarden van y is onbekend. Waarde x y 1 1 2 2 9 2

Nadere informatie

Statistiek voor A.I. College 4. Donderdag 20 September 2012

Statistiek voor A.I. College 4. Donderdag 20 September 2012 Statistiek voor A.I. College 4 Donderdag 20 September 2012 1 / 30 2 Deductieve statistiek Kansrekening 2 / 30 Cycle 3 / 30 Context 4 / 30 2 Deductieve statistiek Vandaag: Eigenschappen kansen Oneindige

Nadere informatie

Schatting voor het aantal tanks: is statistiek beter dan de geheime dienst?

Schatting voor het aantal tanks: is statistiek beter dan de geheime dienst? Schatting voor het aantal tanks: is statistiek beter dan de geheime dienst? dr. H.P. Lopuhaä UHD Statistiek Opleiding Technische Wiskunde Faculteit Informatietechnologie & Systemen Technische Universiteit

Nadere informatie

1.1 Rekenen met letters [1]

1.1 Rekenen met letters [1] 1.1 Rekenen met letters [1] Voorbeeld 1: Een kaars heeft een lengte van 30 centimeter. Per uur brand er 6 centimeter van de kaars op. Hieruit volgt de volgende woordformule: Lengte in cm = -6 aantal branduren

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Uitwerking tentamen Kansrekening en Stochastische Processen (2S61) op woensdag 27 april 25, 14. 17. uur. 1. Gegeven zijn twee onafhankelijke

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Kansrekening 9 juni 2016, 10:00 13:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander

Tentamen Inleiding Kansrekening 9 juni 2016, 10:00 13:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander Tentamen Inleiding Kansrekening 9 juni 6, : 3: Docent: Prof. dr. F. den Hollander Bij dit tentamen is het gebruik van boek en aantekeningen niet toegestaan. Er zijn 8 vragen, elk met onderdelen. Elk onderdeel

Nadere informatie

Kansrekening en statistiek WI2105IN deel I 4 november 2011, uur

Kansrekening en statistiek WI2105IN deel I 4 november 2011, uur Kansrekening en statistiek WI05IN deel I 4 november 0, 4.00 7.00 uur Bij dit examen is het gebruik van een (evt. grafische) rekenmachine toegestaan. Een formuleblad wordt uitgereikt. Meerkeuzevragen Toelichting:

Nadere informatie

Statistiek voor A.I.

Statistiek voor A.I. Statistiek voor A.I. College 13 Donderdag 25 Oktober 1 / 28 2 Deductieve statistiek Orthodoxe statistiek 2 / 28 3 / 28 Jullie - onderzoek Tobias, Lody, Swen en Sander Links: Aantal broers/zussen van het

Nadere informatie

Kansrekening en statistiek wi2105in deel I 29 januari 2010, uur

Kansrekening en statistiek wi2105in deel I 29 januari 2010, uur Kansrekening en statistiek wi20in deel I 29 januari 200, 400 700 uur Bij dit examen is het gebruik van een (evt grafische rekenmachine toegestaan Tevens krijgt u een formuleblad uitgereikt na afloop inleveren

Nadere informatie

Kansrekening en Statistiek

Kansrekening en Statistiek Kansrekening en Statistiek College 2 Donderdag 15 September 1 / 42 1 Kansrekening Vandaag: Vragen Eigenschappen van kansen Oneindige discrete uitkomstenruimtes Continue uitkomstenruimtes Continue stochasten

Nadere informatie

VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS. Kansmodellen. 4. Het steekproefgemiddelde. Werktekst voor de leerling. Prof. dr. Herman Callaert

VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS. Kansmodellen. 4. Het steekproefgemiddelde. Werktekst voor de leerling. Prof. dr. Herman Callaert VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS Kansmodellen 4. Werktekst voor de leerling Prof. dr. Herman Callaert Hans Bekaert Cecile Goethals Lies Provoost Marc Vancaudenberg . Een concreet voorbeeld.... Een kansmodel

Nadere informatie

Statistiek voor A.I. College 5. Dinsdag 25 September 2012

Statistiek voor A.I. College 5. Dinsdag 25 September 2012 Statistiek voor A.I. College 5 Dinsdag 25 September 2012 1 / 34 2 Deductieve statistiek Kansrekening 2 / 34 Percentages 3 / 34 Vragen: blikkie Kinderen worden slanker als ze anderhalf jaar lang limonade

Nadere informatie

Y = ax + b, hiervan is a de richtingscoëfficiënt (1 naar rechts en a omhoog), en b is het snijpunt met de y-as (0,b)

Y = ax + b, hiervan is a de richtingscoëfficiënt (1 naar rechts en a omhoog), en b is het snijpunt met de y-as (0,b) Samenvatting door E. 1419 woorden 11 november 2013 6,1 14 keer beoordeeld Vak Methode Wiskunde A Getal en ruimte Lineaire formule A = 0.8t + 34 Er bestaat dan een lineair verband tussen A en t, de grafiek

Nadere informatie

HOOFDSTUK VI NIET-PARAMETRISCHE (VERDELINGSVRIJE) STATISTIEK

HOOFDSTUK VI NIET-PARAMETRISCHE (VERDELINGSVRIJE) STATISTIEK HOOFDSTUK VI NIET-PARAMETRISCHE (VERDELINGSVRIJE) STATISTIEK 1 1. INLEIDING Parametrische statistiek: Normale Verdeling Niet-parametrische statistiek: Verdelingsvrij Keuze tussen de twee benaderingen I.

Nadere informatie

en-splitsingen: een aantal alternatieven worden parallel toegepast, of-splitsingen: van een aantal alternatieven wordt er één toegepast,

en-splitsingen: een aantal alternatieven worden parallel toegepast, of-splitsingen: van een aantal alternatieven wordt er één toegepast, Kansrekening voor Informatiekunde, 25 Les 8 Proces analyse Veel processen laten zich door netwerken beschrijven, waarin knopen acties aangeven en opdrachten langs verbindingen tussen de knopen verwerkt

Nadere informatie

Data analyse Inleiding statistiek

Data analyse Inleiding statistiek Data analyse Inleiding statistiek 1 Doel Beheersen van elementaire statistische technieken Toepassen van deze technieken op aardwetenschappelijke data 2 1 Leerstof Boek: : Introductory Statistics, door

Nadere informatie

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x. 1.0 Voorkennis Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x. 6x + 28 = 30 10x +10x +10x 16x + 28 = 30-28 -28 16x = 2 :16 :16 x = 2 1 16 8 Stappenplan: 1) Zorg dat alles met x links van het = teken komt te staan;

Nadere informatie

Examenprogramma wiskunde A vwo

Examenprogramma wiskunde A vwo Examenprogramma wiskunde A vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein Bg Functies

Nadere informatie

Kansrekening en Statistiek

Kansrekening en Statistiek Kansrekening en Statistiek College 8 Donderdag 13 Oktober 1 / 23 2 Statistiek Vandaag: Stochast en populatie Experimenten herhalen Wet van de Grote Getallen Centrale Limietstelling 2 / 23 Stochast en populatie

Nadere informatie

introductie populatie- steekproef- steekproevenverdeling pauze parameters aannames ten slotte

introductie populatie- steekproef- steekproevenverdeling pauze parameters aannames ten slotte toetsende statistiek week 1: kansen en random variabelen week 2: de steekproevenverdeling Moore, McCabe, and Craig. Introduction to the Practice of Statistics Chapter 5: Sampling Distributions 5.1: The

Nadere informatie

college 4: Kansrekening

college 4: Kansrekening college 4: Kansrekening Deelgebied van de statistiek Doel: Kansen berekenen voor het waarnemen van bepaalde uitkomsten Kansrekening 1. Volgordeproblemen Permutaties Variaties Combinaties 2. Kans 3. Voorwaardelijke

Nadere informatie

Hertentamen Inleiding Kansrekening 5 juli 2017, 14:00 17:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander

Hertentamen Inleiding Kansrekening 5 juli 2017, 14:00 17:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander Hertentamen Inleiding Kansrekening 5 juli 07, 4:00 7:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander Bij dit tentamen is het gebruik van boek en aantekeningen niet toegestaan, wel het gebruik van rekenmachine. Er

Nadere informatie

Combinatoriek en rekenregels

Combinatoriek en rekenregels Combinatoriek en rekenregels Les 3: Het vaasmodel (deze les sluit aan bij de paragrafen 5, 6 en 7 van Hoofdstuk 1 Combinatoriek en Rekenregels van de Wageningse Methode, http://www.wageningsemethode.nl/methode/het-lesmateriaal/?s=y456v-d)

Nadere informatie

We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen.

We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen. II.2 Gehele getallen We beginnen met de eigenschappen van de gehele getallen. Axioma s voor Z De gegevens zijn: (a) een verzameling Z; (b) elementen 0 en 1 in Z; (c) een afbeelding +: Z Z Z, de optelling;

Nadere informatie

8. Analyseren van samenhang tussen categorische variabelen

8. Analyseren van samenhang tussen categorische variabelen 8. Analyseren van samenhang tussen categorische variabelen Er bestaat een samenhang tussen twee variabelen als de verdeling van de respons (afhankelijke) variabele verandert op het moment dat de waarde

Nadere informatie

Populatie: De gehele groep elementen waarover informatie wordt gewenst.

Populatie: De gehele groep elementen waarover informatie wordt gewenst. Statistiek I Werkcollege 1 Populatie: De gehele groep elementen waarover informatie wordt gewenst. Steekproef: Gedeelte van de populatie dat feitelijk wordt onderzocht om informatie te vergaren. Eenheden:

Nadere informatie

Voorbehouden voor de correctoren Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Totaal. Toets Kansrekenen I. 28 maart 2014

Voorbehouden voor de correctoren Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Totaal. Toets Kansrekenen I. 28 maart 2014 Voorbehouden voor de correctoren Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Totaal Toets Kansrekenen I 28 maart 2014 Naam : Richting : Lees volgende aanwijzingen alvorens aan het examen te beginnen Wie de

Nadere informatie

Examenprogramma wiskunde D vwo

Examenprogramma wiskunde D vwo Examenprogramma wiskunde D vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Kansrekening en statistiek

Nadere informatie

WISKUNDE D VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

WISKUNDE D VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 WISKUNDE D VWO VAKINFORMATIE STAATSEAMEN 2016 V15.7.0 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor de afname van de

Nadere informatie

M1 Wiskundig taalgebruik en notaties

M1 Wiskundig taalgebruik en notaties M1 Wiskundig taalgebruik en notaties Verzamelingenleer Verzameling = aantal objecten samengebracht tot een geheel - Lege verzameling = verzameling die geen elementen bevat A = - Singleton verzameling =

Nadere informatie

Statistiek, gegevens en een kritische houding

Statistiek, gegevens en een kritische houding Statistiek Hoofdstuk 1. Statistiek, gegevens en een kritische houding 1.1. Statistiek 1.2. De wetenschap statistiek de wetenschap van gegevens verzamelen evalueren (classificeren, samenvatten, organiseren,

Nadere informatie

is, dat de zijde met cijfer boven te liggen komt, evenzo als de kans voor de koningin 1 2

is, dat de zijde met cijfer boven te liggen komt, evenzo als de kans voor de koningin 1 2 Hoofdstuk III Kansrekening Les 1 Combinatoriek Als we het over de kans hebben dat iets gebeurt, hebben we daar wel intuïtief een idee over, wat we hiermee bedoelen. Bijvoorbeeld zeggen we, dat bij het

Nadere informatie

1.1.2. Wiskundige taal. Symbolen om mee te rekenen + optelling - aftrekking. vermenigvuldiging : deling

1.1.2. Wiskundige taal. Symbolen om mee te rekenen + optelling - aftrekking. vermenigvuldiging : deling Examen Wiskunde: Hoofdstuk 1: Reële getallen: 1.1 Rationale getallen: 1.1.1 Soorten getallen. Een natuurlijk getal is het resultaat van een tellg van een edig aantal dgen. Een geheel getal is het verschil

Nadere informatie

Deeltentamen 2 Algemene Statistiek Vrije Universiteit 18 december 2013

Deeltentamen 2 Algemene Statistiek Vrije Universiteit 18 december 2013 Afdeling Wiskunde Volledig tentamen Algemene Statistiek Deeltentamen 2 Algemene Statistiek Vrije Universiteit 18 december 2013 Gebruik van een (niet-grafische) rekenmachine is toegestaan. Geheel tentamen:

Nadere informatie

36, P (5) = 4 36, P (12) = 1

36, P (5) = 4 36, P (12) = 1 Les 2 Kansverdelingen We hebben in het begin gesteld dat we de kans voor een zekere gunstige uitkomst berekenen als het aantal gunstige uitkomsten gedeelt door het totale aantal mogelijke uitkomsten. Maar

Nadere informatie

Examen Kansrekening en Wiskundige Statistiek: oplossingen

Examen Kansrekening en Wiskundige Statistiek: oplossingen Examen Kansrekening en Wiskundige Statistiek: oplossingen S. Vansteelandt Academiejaar 006-007 1. Een team van onderzoekers wil nagaan of een bepaald geneesmiddel Triptan meer effectief is dan aspirine

Nadere informatie

Kanstheorie, -rekenen en bekende verdelingen

Kanstheorie, -rekenen en bekende verdelingen Kanstheorie, -rekenen en bekende verdelingen 1 Rekenregels kansrekenen Kans van de zekere gebeurtenis: P () = P (U) = 1 Kans van de onmogelijke gebeurtenis: P (;) = 0 Complementregel: P (A c ) = 1 P (A)

Nadere informatie

Dossier 4 VECTOREN. Dr. Luc Gheysens. bouwstenen van de lineaire algebra

Dossier 4 VECTOREN. Dr. Luc Gheysens. bouwstenen van de lineaire algebra Dossier 4 VECTOREN bouwstenen van de lineaire algebra Dr. Luc Gheysens 1 Coördinaat van een vector In het vlak π 0 is het punt O de oorsprong en de punten E 1 en E 2 zijn zodanig gekozen dat OE 1 OE 2

Nadere informatie

Tussendoelen in MathPlus

Tussendoelen in MathPlus MALMBERG UITGEVERIJ B.V. Tussendoelen in MathPlus Versie 1 Inhoud Tussendoelen onderbouw in MathPlus... 2 Tabel tussendoelen... 2 1HVG... 7 Domein Rekenen... 7 Domein Meten en tekenen... 9 Domein Grafieken

Nadere informatie

HOOFDSTUK I - INLEIDENDE BEGRIPPEN

HOOFDSTUK I - INLEIDENDE BEGRIPPEN HOOFDSTUK I - INLEIDENDE BEGRIPPEN 1.2 Kansveranderlijken en verdelingen 1 Veranderlijken Beschouw een toevallig experiment met uitkomstenverzameling V (eindig of oneindig), de verzameling van alle gebeurtenissen

Nadere informatie

Hoeveel vertrouwen heb ik in mijn onderzoek en conclusie? Les 1

Hoeveel vertrouwen heb ik in mijn onderzoek en conclusie? Les 1 Hoeveel vertrouwen heb ik in mijn onderzoek en conclusie? Les 1 1 Onderwerpen van de lessenserie: De Normale Verdeling Nul- en Alternatieve-hypothese ( - en -fout) Steekproeven Statistisch toetsen Grafisch

Nadere informatie

1.0 Voorkennis. Getallenverzameling = Verzameling van getallen met een bepaalde eigenschap

1.0 Voorkennis. Getallenverzameling = Verzameling van getallen met een bepaalde eigenschap 1.0 Voorkennis Getallenverzameling = Verzameling van getallen met een bepaalde eigenschap Natuurlijke getallen: Dit zijn alle positieve gehele getallen en nul. = {0, 1, 2, 3, 4, 5, 6,...} De getallen 0,

Nadere informatie

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3

1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3 HOOFDSTUK 6: RIJEN 1 Limiet van een rij 2 1.1 Het begrip rij 2 1.2 Bepaling van een rij 2 1.2.1 Expliciet voorschrift 2 1.2.2 Recursief voorschrift 3 1.2.3 Andere gevallen 3 1.2.4 Rijen met de grafische

Nadere informatie

HOOFDSTUK VII REGRESSIE ANALYSE

HOOFDSTUK VII REGRESSIE ANALYSE HOOFDSTUK VII REGRESSIE ANALYSE 1 DOEL VAN REGRESSIE ANALYSE De relatie te bestuderen tussen een response variabele en een verzameling verklarende variabelen 1. LINEAIRE REGRESSIE Veronderstel dat gegevens

Nadere informatie

Hoofdstuk 5: Steekproevendistributies

Hoofdstuk 5: Steekproevendistributies Hoofdstuk 5: Steekproevendistributies Inleiding Statistische gevolgtrekkingen worden gebruikt om conclusies over een populatie of proces te trekken op basis van data. Deze data wordt samengevat door middel

Nadere informatie

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN Inleiding Statistische gevolgtrekkingen (statistical inference) gaan over het trekken van conclusies over een populatie op basis van steekproefdata.

Nadere informatie

Aanbevolen achtergrondliteratuur met veel opgaven (en oplossingen):

Aanbevolen achtergrondliteratuur met veel opgaven (en oplossingen): Deel B Kansrekening Aanbevolen achtergrondliteratuur met veel opgaven (en oplossingen): Murray R. Spiegel, John J. Schiller, R. A. Srinivasan: (Schaum s Outline of Theory and Problems of) Probability and

Nadere informatie

Statistiek voor A.I. College 6. Donderdag 27 September

Statistiek voor A.I. College 6. Donderdag 27 September Statistiek voor A.I. College 6 Donderdag 27 September 1 / 1 2 Deductieve statistiek Kansrekening 2 / 1 Vraag: Afghanistan In het leger wordt uit een groep van 6 vrouwelijke en 14 mannelijke soldaten een

Nadere informatie

11.1 Kansberekeningen [1]

11.1 Kansberekeningen [1] 11.1 Kansberekeningen [1] Kansdefinitie van Laplace: P(gebeurtenis) = Aantal gunstige uitkomsten/aantal mogelijke uitkomsten Voorbeeld 1: Wat is de kans om minstens 16 te gooien, als je met 3 dobbelstenen

Nadere informatie

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni Nummer vragenreeks: 1

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni Nummer vragenreeks: 1 IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni 206 Nummer vragenreeks: IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica 29 juni 206 - reeks - p. /0 Oefening Welke studierichting wil je graag volgen? (vraag

Nadere informatie

Economie en maatschappij(a/b)

Economie en maatschappij(a/b) Natuur en gezondheid(a/b) Economie en maatschappij(a/b) Cultuur en maatschappij(a/c) http://profielkeuze.qompas.nl/ Economische studies Talen Recht Gedrag en maatschappij http://www.connectcollege.nl/download/decanaat/vwo%20doorstroomeisen%20universiteit.pdf

Nadere informatie

VERZAMELINGEN EN AFBEELDINGEN

VERZAMELINGEN EN AFBEELDINGEN I VERZAMELINGEN EN AFBEELDINGEN Het begrip verzameling kennen we uit het dagelijks leven: een bibliotheek bevat een verzameling van boeken, een museum een verzameling van kunstvoorwerpen. We kennen verzamelingen

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Kansrekening 16 juni 2017, 14:00 17:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander

Tentamen Inleiding Kansrekening 16 juni 2017, 14:00 17:00 Docent: Prof. dr. F. den Hollander Tentamen Inleiding Kansrekening 6 juni 7, : 7: Docent: Prof. dr. F. den Hollander Bij dit tentamen is het gebruik van boek en aantekeningen niet toegestaan. Er zijn 8 vragen, elk met twee of drie onderdelen.

Nadere informatie

7,7. Samenvatting door Manon 1834 woorden 3 mei keer beoordeeld. Wiskunde C theorie CE.

7,7. Samenvatting door Manon 1834 woorden 3 mei keer beoordeeld. Wiskunde C theorie CE. Samenvatting door Manon 1834 woorden 3 mei 2016 7,7 13 keer beoordeeld Vak Wiskunde Wiskunde C theorie CE. Permutaties: -Het aantal permutaties van drie dingen die je kiest uit acht dingen is: 8*7*6= 336.

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 : Numerieke beschrijving van data. Marnix Van Daele. Vakgroep Toegepaste Wiskunde en Informatica Universiteit Gent

Hoofdstuk 3 : Numerieke beschrijving van data. Marnix Van Daele. Vakgroep Toegepaste Wiskunde en Informatica Universiteit Gent Hoofdstuk 3 : Numerieke beschrijving van data Marnix Van Daele MarnixVanDaele@UGentbe Vakgroep Toegepaste Wiskunde en Informatica Universiteit Gent Numerieke beschrijving van data p 1/31 Beschrijvende

Nadere informatie

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x. 1.0 Voorkennis Voorbeeld 1: Los op: 6x + 28 = 30 10x. 6x + 28 = 30 10x +10x +10x 16x + 28 = 30-28 -28 16x = 2 :16 :16 x = 2 1 16 8 Stappenplan: 1) Zorg dat alles met x links van het = teken komt te staan;

Nadere informatie

Verzamelingen. Hoofdstuk 5

Verzamelingen. Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 5 Verzamelingen In de meest uiteenlopende omstandigheden kan het handig zijn om een stel objecten, elementen, of wat dan ook, samen een naam te geven. Het resultaat noemen we dan een verzameling.

Nadere informatie

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of Enkelvoudige integralen Kernbegrippen Onbepaalde integralen Van onbepaalde naar bepaalde integraal Bepaalde integralen Integratiemethoden Standaardintegralen Integratie door splitsing Integratie door substitutie

Nadere informatie

Het oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen Wiskunde 2, 2DM60 College 2b

Het oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen Wiskunde 2, 2DM60 College 2b Het oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen Wiskunde 2, 2DM60 College 2b Ruud Pellikaan g.r.pellikaan@tue.nl /k 2014-2015 Lineaire vergelijking 2/64 DEFINITIE: Een lineaire vergelijking in de variabelen

Nadere informatie

Basiskennis lineaire algebra

Basiskennis lineaire algebra Basiskennis lineaire algebra Lineaire algebra is belangrijk als achtergrond voor lineaire programmering, omdat we het probleem kunnen tekenen in de n-dimensionale ruimte, waarbij n gelijk is aan het aantal

Nadere informatie

Kansrekening en statistiek wi2105in deel 2 27 januari 2010, uur

Kansrekening en statistiek wi2105in deel 2 27 januari 2010, uur Kansrekening en statistiek wi2105in deel 2 27 januari 2010, 14.00 16.00 uur Bij dit examen is het gebruik van een (evt. grafische) rekenmachine toegestaan. Tevens krijgt u een formuleblad uitgereikt na

Nadere informatie

Lineaire Algebra voor ST

Lineaire Algebra voor ST Lineaire Algebra voor ST docent: Judith Keijsper TUE, HG 9.31 email: J.C.M.Keijsper@tue.nl studiewijzer: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/2ds06 Technische Universiteit Eindhoven college 3 J.Keijsper

Nadere informatie

Oefening 2.2. Welke van de volgende beweringen zijn waar?

Oefening 2.2. Welke van de volgende beweringen zijn waar? Oefeningen op hoofdstuk 2 Verzamelingenleer 2.1 Verzamelingen Oefening 2.1. Beschouw A = {1, {1}, {2}}. Welke van de volgende beweringen zijn waar? Beschouw nu A = {1, 2, {2}}, zelfde vraag. a. 1 A c.

Nadere informatie