Verzenddatum 2 7NOV 2. Paraaf Provinoii. etaris

Transcriptie

1 5 -minuten versie voor Provinciale Staten provincie HOLLAND ZUID Directie DRM Afdeling Mobiliteit en Milieu Registratienummer PZH (DOS ) Datum vergadering Gedeputeerde Staten 5 november 2013 Verzenddatum 2 7NOV 2 Geheim Nee Portefeuillehouder Bondt, IGM, de Paraaf Provinoii etaris Termijn Niet van toepassing Onderwerp verlenging bestuursovereenkomst regionaal ondersteuningsbureau verkeersveiligheid Zuid- Holland Bijlagen BESTUURSOVEREENKOMST_ROV-ZH_versie S.doc.docx Voorstel van GS aan PS: op basis van actieve informatieplicht kennisnemen van bijgaande bestuursovereenkomst met HGL en SRR 1. Onderwerp in kort bestek Met de verlenging voor een jaar van de vigerende (aflopende) bestuursovereenkomst wordt het regionaal ondersteuningsbureau verkeersveiligheid Zuid-Holland (ROV-ZH) gehandhaafd. Dit bureau adviseert en ondersteunt de drie regievoerders (Provincie Zuid-Holland, stadsregio Rotterdam en Stadsgewest Haaglanden) bij de uitvoering van hun verkeersveiligheidsbeleid op het gebied van gedragsbeïnvloeding. Dit beleid is mede een vertaling van afspraken die tussen de koepels (IPO, VNG, UvW) en het Rijk gemaakt zijn. Gezien de goede resultaten van het ROV-ZH en de grote regionale waardering, zoals die blijkt uit de verschillende evaluaties van het ROV-ZH in de afgelopen jaren, wordt verlenging wenselijk geacht. De duur van de verlenging is ingegeven door het voornemen van stadsregio Rotterdam (SRR) en Stadsgewest Haaglanden (HGL) zich per op te heffen. Het ROV-ZH is organisatorisch ondergebracht bij PZH. Het Gecombineerd Bestuurlijk Overleg (GBO), waarin bestuurders zitting hebben van HGL, PZH en SRR, heeft op 12 juli 2013 ingestemd met verlenging voor een jaar. De bestuursovereenkomst heeft de optie om nog een jaar verlengd te worden (tot en met 2015). De voorliggende bestuursovereenkomst is ten opzichte van de voorgaande bestuursovereenkomst niet anders gewijzigd dan aangepaste data en ondertekening, met uitzondering van: - de verlengingsoptie (in verband met bestuurlijke ontwikkelingen beperkt tot één jaar in plaats van drie jaar) en - het noemen van de evaluatie uit 2007 (is inmiddels geen overweging om de bestuursovereenkomst te verlengen, omdat de evaluatie gedateerd is). 2. Afbakening van (wettelijk) kader en partijen a. Europees/nationaal/provinciaal wettelijk en beleidskader 1/2

2 p~^ HOLLAND nvt b. Relatie andere interne beleidsterreinen nvt c. Relatie externe partijen HGL en SRR zijn mede ondertekenaars van de bestuursovereenkomst. 3. Procesbeschrijving en rol Staten a. Voorgeschiedenis In 2005 is een eerste bestuursovereenkomst voor 3 jaar gesloten, voor de periode een tweede. De tweede bestuursovereenkomst is op basis van evaluatie verlengd met 3 jaar. De voorgestelde verlenging met een jaar is mede ingegeven door de venwachte veranderingen in het bestuurlijk veld. b. Waar staan we nu? De fase van beleidsuitwerking De oorspronkelijke middelen voor geheel Zuid-Holland zijn door het Rijk toegevoegd aan de BDU. Voor de drie regievoerders blijkt de advisering en ondersteuning van het verkeersveiligheidsbeleid op het gebied van gedragsbeïnvloeding het meest efficiënt ingevuld te worden door een gezamenlijk aangestuurd bureau. c. Vervolgprocedure Met brieven aan SRR en HGL worden deze partijen op de hoogte gesteld van het voornemen van GS om te verlengen. PS worden geïnformeerd. 4. Financiële aspecten (dekking en risico's) Op basis van het jaarplan van het ROV-ZH draagt de provincie Zuid-Holland ,- bij. Dit is 41,3% van de begroting van het ROV-ZH en is conform de door het Rijk gemaakte verdeling in de aan de BDU toegevoegde middelen. Het uitvoeringsprogramma BDU, Duurzaam Veilig, programma 2 biedt hiervoor de dekking. Technische & proces vragen en informatie bij Ambtenaar Telefoon J.H. Brouwer Kamer 2/2

3 y ROTTERDAM ^StodsQewest HOLLAND > ^juloaglanden BESTUURSOVEREENKOMST 2014 REGIONAAL ONDERSTEUNINGSBUREAU VERKEERSVEILIGHEID Zuid Holland PARTIJEN: De provincie, dan wel voor zover het bestuursbevoegdheden betreft van Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland vertegenwoordigd door de gedeputeerde voor Verkeer en Vervoer, daartoe gemachtigd ingevolge hun besluit van verder te noemen "de provincie" Het stadsgewest Haaglanden, ingevolge de machtiging van de voorzitter volgens artikel 39 van de Regeling stadsgewest Haaglanden 1995, ten dezen vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en Vervoer, ter uitvoering van het besluit van het algemeen bestuur van hierna te noemen "Stadsgewest Haaglanden", De stadsregio Rotterdam, ingevolge de machtiging van de voorzitter volgens artikel 38 van de Regeling stadsregio Rotterdam, ten dezen vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en Vervoer, ter uitvoering van het besluit van het dagelijks bestuur van, hierna te noemen "stadsregio Rotterdam" tezamen te noemen "Partijen" OVERWEGENDE, A. dat de Minister van Verkeer en Waterstaat in het kader van vergaande decentralisatie van het verkeersveiligheidsbeleid de verantwoordelijkheid voor het slagen van een integraal en regionaal verkeersveiligheidsbeleid heeft gelegd bij provincies en stadsregio's, zijnde de Partijen; B. dat met ingang van 1 januari 2005 Partijen de ondersteuning en advisering op het terrein van verkeersveiligheid hebben ondergebracht bij het "Regionaal Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid Zuid-Holland" (ROV-ZH); C. dat Partijen over de organisatie, werkwijze en financiering van het ROV-ZH een bestuursovereenkomst hebben afgesloten met een looptijd van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2007, een tweede bestuursovereenkomst hebben afgesloten met een looptijd van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2010 en deze vervolgens veriengd is tot en met 31 december 2013; D. dat gezien het aflopen van de bestuursovereenkomst en de goede resultaten van het ROV-ZH het wenselijk is een nieuwe bestuursovereenkomst te sluiten voor een jaar met een optie van verienging met een jaar. Partijen stellen het volgende vast: Artikel 1: Begripsomschrijvingen In deze bestuursovereenkomst wordt verstaan: a. onder regievoerders: de provincie, voor het grondgebied van de provincie Zuid-Holland buiten het grondgebied van de gemeenten die deel uitmaken van "Stadsgewest Haaglanden" en "stadsregio Rotterdam"; het Stadsgewest Haaglanden voor het grondgebied van de deelnemende gemeenten; de stadsregio Rotterdam voor het grondgebied van de deelnemende gemeenten.

4 b. onder het "Regionaal Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid Zuid Holland", hierna te noemen ROV-ZH; een bureau voor ondersteuning en advisering van de drie regievoerders bij de uitvoering van hun verkeersveiligheidsbeleid. c. onder bureautaken: internmanagement, administratie, financiële en facilitaire zaken. Artikel 2: Doel van de overeenkomst Deze bestuursovereenkomst heeft tot doel het bindend vastleggen van de gemaakte afspraken tussen Partijen over de wijze van instandhouding en het functioneren van het ROV-ZH. Artikel 3: De rol en positie van het ROV-ZH Het ROV-ZH is een ondersteunend bureau voor Partijen dat hen adviseert en ondersteunt bij de uitvoering van de gedragscomponent van het verkeersveiligheidsbeleid in hun regiegebied. Organisatorisch gezien is het ROV-ZH een onderdeel van de provincie Zuid Holland. Artikel 4: Taken Het ROV-ZH voert de volgende taken uit: 1. Basistaken: De volgende activiteiten vallen in deze categorie, inclusief de daarbij behorende bureautaken: Advisering en ondersteuning Monitoring Participeren in bovenregionaal overieg en volgen van activiteiten op basis van inhoud en expertise Kennismanagement Netwerk opbouw en beheer Organisatie programma groepen Communicatie in het kader van publiekscampagnes Indien nodig wordt met Partijen overiegd en besloten over wijzigingen of uitbreiding van deze basistaken. 2. Projecttaken voor gezamenlijke regievoerders. Dit zijn taken die het ROV-ZH in opdracht van Partijen uitvoert, inclusief de daarbij behorende bureautaken. De projecttaken voor Partijen behelzen: Activiteiten in het kader van de permanente verkeerseducatie (algemeen en projectstructurele aanpak); Activiteiten in het kader van de analyse en verkenning; Activiteiten in het kader van de handhaving; Activiteiten in het kader van duurzaam veilig; Advisering en ondersteuning van de Regionale Projectgroepen Verkeersveiligheid en andere regionale project- en werkgroepen; Ondersteuning/begeleiding maatschappelijke organisaties. 3. Projecttaken per regievoerder. De uitvoering van de projecttaken door een van de Partijen vallen buiten het kader van deze overeenkomst. Over de uitvoering van deze taken, inclusief de daarbij behorende bureautaken, worden aparte bilaterale afspraken gemaakt tussen de respectievelijke Partij en het ROV-ZH met betrekking tot de inhoud en de financiële en personele consequenties. Artikel 5: Planning en control 1. Het ROV-ZH stelt ieder jaar een jaarwerkplan met kostenraming op en legt dit ter vaststelling voor aan Partijen. Uitgangspunt voor het jaarwerkplan zijn de meerjarenplannen van Partijen en van de Regionale Projectgroepen Verkeersveiligheid. 2. De besluitvorming over de in artikel 4, leden 1 en 2 genoemde taken vindt jaariijks plaats in gezamenlijk overieg tussen partijen en ROV-ZH over de invulling van het jaarwerkplan. 3. De resultaten van de inzet van het ROV-ZH worden jaariijks neergelegd in een verslag, dat voor 1 juni van het jaar volgend op het verslagjaar aan Partijen wordt toegezonden. Artikel 6: Financiering van taken van het ROV-ZH 1. De financiering van de taken van het ROV-ZH vindt plaats op basis van een door Partijen goedgekeurde begroting en jaarwerkplan, waarin basistaken en de projecttaken voor de Partijen zijn gespecificeerd.

5 2. De kosten voor de uitvoering van de basistaken en de projecttaken voor de gezamenlijke Partijen worden door Partijen gezamenlijk gedragen op basis van de volgende verdeling: provincie 41,3%, het Stadsgewest Haaglanden 28,7% en de stadsregio Rotterdam 30%. 3. De provincie treedt voor Partijen op als budgetbeheerder. Het hoofd ROV-ZH is budgethouder. Betaling van de kosten voor de uitvoering van basistaken en projecttaken voor de Partijen vindt, tegelijk met de betaling van de onder 7, lid 3 van deze overeenkomst bedoelde kosten, plaats per half jaar op basis van een voorschot. Na afloop van het jaar vindt vóór 1 augustus van het daaropvolgende jaar, een eindafrekening plaats, voorzien van een verklaring van een bevoegde accountant. 4. Voor de kosten van de uitvoering van de projecttaken per Partij blijft het budgethouderschap bij de desbetreffende Partij. Artikel 7: Financiering van de personele kosten en facilitaire voorzieningen van het ROV-ZH 1. De provincie draagt de personeelskosten van de per 1 januari 2008 bestaande formatie van het ROV-ZH, zijnde 5,5 fte. De beide andere Partijen dragen daarin niet bij, zolang de middelen hiervoor worden uitgekeerd via het provinciefonds. Bij uitbreiding van de fonnatie maken Partijen afspraken over de verdeling van de extra kosten. 2. De huisvestingslasten en de overige bureaukosten worden door Partijen gedragen overeenkomstig de in artikel 6, lid 2 genoemde verdeelsleutel. De provincie treedt voor Partijen voor deze kosten op als budgetbeheerder. De budgethouder hiervoor is het hoofd ROV-ZH. 3. Betaling van de personele kosten, voor zover aan de orde, en van de kosten van facilitaire voorzieningen vindt, tegelijk met de betaling van de onder 6, lid 3 van deze overeenkomst bedoelde kosten, plaats per halfjaar op basis van een voorschot. Na afloop van het jaar vindt vóór 1 augustus van het daaropvolgende jaar, een eindafrekening plaats, voorzien van een verklaring van een bevoegde accountant. Artikel 8: Personele verantwoordelijkheid 1. De medewerkers van het ROV-ZH (5,5 fte) zijn in dienst bij de Provincie en vallen dus onder de provinciale rechtspositieregeling. 2. De benoeming van het hoofd van het ROV-ZH geschiedt op basis van een gezamenlijke voordracht van Partijen. 3. Partijen kunnen gezamenlijk besluiten tot wijziging van de in artikel 7, lid 1 genoemde formatie en maken alsdan afspraken over de daaraan verbonden financiële consequenties. Artikel 9: Uitvoering van de bestuursovereenkomst ROV-ZH 1. Partijen zien gezamenlijk toe op de uitvoering van de afspraken uit deze overeenkomst en stellen daartoe onder leiding van een wisselend voorzitter een periodiek ambtelijk regievoerdersoverieg in. 2. Bij geschillen zullen Partijen als volgt handelen: a. Een Partij die meent dat een geschil bestaat over de uitvoering van deze bestuursovereenkomst, deelt dat schriftelijk aan de andere Partijen mee. De mededeling bevat een aanduiding van het geschil. b. Binnen vier weken na de schriftelijke mededeling overieggen Partijen over een oplossing van het geschil. c. Indien het overieg niet binnen zes weken, na het doen van de onder a bedoelde mededeling, heeft geleid tot overeenstemming wordt het geschil beslecht door een bindend advies, te geven door drie, binnen vier weken te benoemen adviseurs. Partijen wijzen elk een adviseur aan. 3. Bij wijzigende en/of onvoorziene omstandigheden zullen Partijen als volgt handelen: a. Indien zich wijzigingen voordoen in de omstandigheden dan wel onvoorziene omstandigheden opkomen, die van dien aard zijn dat deze bestuursovereenkomst billijkheidshalve behoort te worden gewijzigd of die wezenlijke gevolgen hebben voor de uitvoering van deze bestuursovereenkomst of indien partijen de bestuursovereenkomst willen amenderen, zullen Partijen over de wijziging van deze bestuursovereenkomst in overieg treden. b. Partijen treden in overieg binnen vier weken nadat een Partij de wens daartoe aan de andere Partijen schriftelijk heeft medegedeeld. c. Indien het overieg zes weken na de onder b bedoelde mededeling nog niet heeft geleid tot overeenstemming, wordt uitgegaan van een bindend advies, te geven door drie, binnen vier weken te benoemen adviseurs. Partijen wijzen elk een adviseur aan.

6 Artikel 10: De werking van de bestuursovereenkomst 1. Deze bestuursovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2014 en eindigt op 31 december 2014, met de mogelijkheid van verienging met een jaar. 2. Partijen treden uiteriijk 6 maanden vóór 31 december 2014 met elkaar in overieg over de wenselijkheid van verienging van deze bestuursovereenkomst voor een jaar. Daarbij wordt - indien verienging niet aan de orde is - de voorbereiding betrokken van een beslissing, waar welke taken op het gebied van samenwerking op gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid in Zuid-Holland worden belegd. 3. Rechtsgevolgen welke voortvloeien uit deze overeenkomst en die naar hun aard geacht worden door te werken of eventueel ontstaan na beëindiging van deze overeenkomst, worden afgehandeld overeenkomstig het bepaalde in deze overeenkomst. 's - Gravenhage, nnb 1. Gedeputeerde Staten van Zuid Holland, de gedeputeerde voor Verkeer en Vervoer Ir. I.G.M. de Bondt. 2. Het Stadsgewest Haaglanden, de portefeuillehouder Verkeer en Ven/oer drs. P.W.M. Smit. 3. De stadsregio Rotterdam, de portefeuillehouder Verkeer en Vervoer drs. J.N. Baljeu V191113