CONCLUSIES VAN HET VOORZITTERSCHAP

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 nvember 2002 (27.11) (OR. en) 14702/02 POLGEN 67 BEGELEIDENDE NOTA van: het vrzitterschap aan: de delegaties Betreft: EUROPESE RAAD VAN BRUSSEL 24 EN 25 OKTOBER 2002 CONCLUSIES VAN HET VOORZITTERSCHAP Vr de delegaties gaat hierbij de herziene versie van de cnclusies van het vrzitterschap van de Eurpese Raad van Brussel (24-25 ktber 2002) /02 NL

2 De Eurpese Raad is p 24 en 25 ktber 2002 in Brussel bijeengekmen. De bijeenkmst werd vrafgegaan dr een uiteenzetting van de vrzitter van het Eurpees Parlement, de heer Pat Cx, waarna een gedachtewisseling ver de belangrijkste agendapunten vlgde. De Eurpese Raad heeft een verslag gehrd van president Valéry Giscard d'estaing ver de stand van de besprekingen in de Cnventie. In het licht van dat verslag heeft de Eurpese Raad van gedachten gewisseld ver de ntwikkeling van de besprekingen. I. UITBREIDING 1. Het histrische prces dat in 1993 in Kpenhagen is gestart m de verdeeldheid in ns werelddeel te bven te kmen, zal weldra vrucht dragen. Dankzij de visie en de inspanningen van de kandidaat-lidstaten en de lidstaten ligt de grtste uitbreiding van de Unie tt dusver nu binnen bereik. De Eurpese Raad was in dit verband zeer verheugd ver het psitieve resultaat van het Ierse referendum. Dat resultaat heeft het pad geëffend vr de vltiing van de ratificatie van het Verdrag van Nice, waardr dat verdrag begin vlgend jaar in werking kan treden. Tegen deze achtergrnd heeft de Eurpese Raad besluiten genmen die de Unie in staat zullen stellen m de kandidaat-lidstaten uiterlijk begin nvember nderhandelingsstandpunten vr te leggen vr alle ng penstaande vraagstukken, met het g p het afsluiten van de tetredingsnderhandelingen met de eerste grep van landen tijdens de Eurpese Raad van Kpenhagen in december. De Eurpese Raad heeft tevens richtsneren pgesteld vr de vrtzetting van het prces met de landen die bij de eerste tetredingsglf niet aan bd kmen. ALGEHELE EVALUATIE 2. De Unie nderschrijft de bevindingen en aanbevelingen van de Cmmissie dat Cyprus, Estland, Hngarije, Letland, Lituwen, Malta, Plen, Slvenië, de Slwaakse Republiek en de Tsjechische Republiek aan de plitieke criteria vlden en in staat zullen zijn aan de ecnmische criteria te vlden en de verplichtingen van het lidmaatschap na te kmen vanaf begin /02 1 NL

3 3. Gelet p het vrgaande, en tevens rekening hudend met de algemene vrderingen bij de tetredingsnderhandelingen en bij de mzetting en uitvering van het acquis en de tezeggingen die de kandidaat-lidstaten hebben gedaan tijdens de nderhandelingen, bevestigt de Unie dat zij vastbeslten is de tetredingsnderhandelingen met die landen af te sluiten tijdens de Eurpese Raad van Kpenhagen p december 2002, en het Tetredingsverdrag in april 2003 in Athene te ndertekenen. 4. De Unie herhaalt dat zij bij vrkeur een herenigd Cyprus tt de Eurpese Unie ziet tetreden p basis van een almvattende regeling, en verzekt de leiders van de Grieks-Cypritische en de Turks-Cypritische gemeenschap met aandrang deze gelegenheid te baat te nemen en vóór het einde van de tetredingsnderhandelingen dit jaar tt een akkrd te kmen. De Unie zal vlledige steun blijven geven aan de aanzienlijke inspanningen van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties m een regeling tt stand te brengen, vereenkmstig de desbetreffende resluties van de VN-Veiligheidsraad. De Eurpese Unie zal de nadere bepalingen van een dergelijke almvattende regeling in het Tetredingsverdrag verwerken vereenkmstig de beginselen waarp de Eurpese Unie gegrnd is. Wrdt er geen regeling bereikt, dan zullen de in december dr de Eurpese Raad van Kpenhagen te nemen besluiten gebaseerd zijn p de cnclusies van de Eurpese Raad van Helsinki van De Unie is het eens met de berdeling van de Cmmissie inzake de vrderingen van Bulgarije en Remenië. Gezien de inclusieve en nmkeerbare aard van het uitbreidingsprces en uitgaande van het strategisch dcument van de Cmmissie wrdt de Raad en de Cmmissie verzcht, in nauw verleg met Bulgarije en Remenië, met het g p de Eurpese Raad van Kpenhagen de ndige besluiten p te stellen betreffende, met name, gedetailleerde draaibeken, met inbegrip van tijdschema's en verhgde pretetredingssteun, zdat vruitgang kan wrden gebekt bij het tetredingsprces van deze landen. De Eurpese Raad spreekt zijn steun uit vr de inspanningen van Bulgarije en Remenië m het del van lidmaatschap in 2007 te bereiken /02 2 NL

4 6. De Unie juicht de belangrijke stappen te die Turkije heeft gezet m te vlden aan de plitieke criteria van Kpenhagen en het feit dat Turkije vruitgang heeft gebekt inzake de ecnmische criteria en de aanpassing aan het acquis, zals gecnstateerd is in het peridiek verslag van de Cmmissie. Dit heeft de pening van tetredingsnderhandelingen met Turkije dichterbij gebracht. De Unie medigt Turkije aan dr te gaan met zijn hervrmingsprces en cncrete verdere stappen te zetten in de richting van de uitvering, hetgeen de tetreding van Turkije vlgens dezelfde beginselen en criteria als vr de andere kandidaat-lidstaten gelden, dichterbij zal brengen. De Raad wrdt verzcht tijdig vóór de Eurpese Raad van Kpenhagen de elementen uit te werken vr een besluit ver de vlgende fase in de kandidatuur van Turkije, p basis van het strategisch dcument van de Cmmissie en vereenkmstig de cnclusies van de Eurpese Raden van Helsinki, Laken en Sevilla. TOEZICHT EN VRIJWARINGSMAATREGELEN 7. De Unie nderschrijft de vrstellen van de Cmmissie in het strategisch dcument betreffende de vrtzetting van het tezicht na de ndertekening van het Tetredingsverdrag. Dienvereenkmstig zal de Cmmissie, zes maanden vóór de geplande tetredingsdatum, een verslag vr de Raad en het Eurpees Parlement pstellen betreffende het tezicht p de verdere vrderingen met betrekking tt de aanneming, uitvering en handhaving van het acquis dr de tetredende landen, cnfrm hun verbintenissen /02 3 NL

5 8. De Unie steunt vrts de Cmmissievrstellen m in het Tetredingsverdrag niet alleen een algemene ecnmische vrijwaringsclausule p te nemen, maar k twee specifieke vrijwaringsclausules betreffende de werking van de interne markt, met inbegrip van alle vrmen van sectraal beleid die ecnmische activiteiten met grensverschrijdend effect betreffen, en betreffende justitie en binnenlandse zaken. Gedurende ten hgste drie jaar na de tetreding kan, p grnd van een met redenen mkleed verzek van een lidstaat dan wel p initiatief van de Cmmissie, een berep gedaan wrden p een vrijwaringsclausule. Maatregelen uit hfde van de algemene ecnmische vrijwaringsclausule zuden p elke lidstaat betrekking kunnen hebben. Maatregelen uit hfde van de twee specifieke vrijwaringsclausules kunnen alleen genmen wrden ten aanzien van nieuwe lidstaten die de in het kader van de nderhandelingen aangegane verbintenissen niet nagekmen zijn. Op een vrijwaringsclausule kan zelfs vóór de tetreding een berep gedaan wrden p basis van de bevindingen van het tezicht, en deze kan vanaf de eerste dag van tetreding van kracht wrden. De lptijd van dergelijke maatregelen kan langer zijn dan de peride van drie jaar. De bevegde rganen zullen het dr de Unie tijdens de tetredingsnderhandelingen in te nemen standpunt ver deze aangelegenheid uitwerken. Vrdat de Cmmissie vrijwaringsmaatregelen intrekt, zal zij de Raad daarvan tijdig in kennis stellen. Zij zal terdege rekening huden met de pmerkingen van de Raad ter zake. 9. De Unie nderschrijft het vrstel van de Cmmissie m een speciale vergangsfaciliteit vr institutinele ntwikkeling beschikbaar te stellen, met het g p de vrtzetting van de pbuw van de administratieve en justitiële capaciteit van de nieuwe lidstaten. Budgettaire en financiële aangelegenheden ( ) 10. Het dr de Eurpese Raad in Berlijn vastgestelde maximum vr de uitbreidingsuitgaven in de peride met geëerbiedigd wrden. 11. De uitgaven van de Unie meten blijven vlden aan de eisen inzake begrtingsdiscipline en efficiëntie en de ndige waarbrgen bieden dat de uitgebreide Unie vldende middelen tt haar beschikking heeft m haar beleid ten gunste van al haar burgers naar behren te ntwikkelen /02 4 NL

6 a) Rechtstreekse betalingen 12. Onverminderd tekmstige beslissingen ver het GLB, de financiering van de Eurpese Unie, na 2006, eventuele gevlgen van de uitvering van punt 22 van de cnclusies van de Eurpese Raad van Berlijn, alsmede de internatinale verbintenissen die de Eurpese Unie is aangegaan, nder meer bij de start van de ntwikkelingsrnde van Dha, zullen rechtstreekse betalingen wrden ingeverd vereenkmstig de vlgende regeling inzake tename, uitgedrukt als percentage van het niveau van deze betalingen in de Unie: 2004 : 25% 2005 : 30% 2006 : 35% 2007 : 40% en vervlgens een tename van 10%, zdat de nieuwe lidstaten in 2013 het niveau van steun krijgen dat p dat genblik van tepassing zal zijn in de huidige Eurpese Unie. Vrts zal de regeling vr kleine beren niet van tepassing zijn. De geleidelijke invering zal plaatsvinden tegen de achtergrnd van financiële stabiliteit, hetgeen betekent dat het ttale jaarlijkse bedrag van de marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen in een Unie van 25 - in de peride het in Berlijn vr de EU-15 vereengekmen bedrag in reële termen van het plafnd van rubriek 1.A vr 2006, en het vrgestelde vereenkmstige uitgavenplafnd vr de nieuwe lidstaten vr 2006 niet mag verschrijden. Er zal vr gezrgd wrden dat de ttale uitgaven in nminale termen vr marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen vr ieder jaar in de peride lager blijven dan dit bedrag vr 2006, verhgd met 1% per jaar. De beheften van prducenten die gevestigd zijn in de minder ntwikkelde regi's van de huidige Eurpese Unie meten gevrijwaard blijven; de multifunctinele landbuw zal in alle gebieden van Eurpa in stand wrden gehuden, vereenkmstig de cnclusies van de Eurpese Raad van Luxemburg van 1997 en de Eurpese Raad van Berlijn van /02 5 NL

7 b) Ttale niveau van de tewijzingen vr structurele peraties 13. De ttale vastleggingskredieten vr de structuurfndsen en de chesiefndsen die met het g p de uitbreiding aan rubriek 2 meten wrden tegevegd, zullen vr de genemde peride in ttaal 23 miljard eur bedragen, verdeeld ver de nieuwe lidstaten vlgens de desbetreffende gemeenschappelijke standpunten van de Eurpese Unie waarver met de kandidaat-lidstaten vereenstemming is bereikt. c) Eigen middelen en begrtingsnevenwichtigheden 14. Het acquis inzake de eigen middelen zal vanaf de tetreding p de nieuwe lidstaten van tepassing zijn. Indien het geraamde sald van de cashflw met de Gemeenschapsbegrting in vergelijking met het jaar 2003 vr afznderlijke kandidaat-lidstaten in de peride negatief uitvalt, zal tijdelijke begrtingscmpensatie wrden gebden. Daarbij zal het gaan m frfaitaire, degressieve en tijdelijke uitkeringen aan de uitgavenkant van de EU-begrting. De bedragen zullen vóór het eind van de nderhandelingen wrden bepaald p basis van de dr de Raad p 22 ktber 2002 vereengekmen methde en in de Tetredingsakte wrden pgenmen. Deze cmpensaties zuden binnen de jaarlijkse marges nder de maxima van Berlijn vr de vastleggings- en betalingskredieten vr de uitbreiding meten blijven. 15. De dr de Eurpese Raad in Berlijn vastgelegde algemene inspanning inzake begrtingsdiscipline met in de peride vanaf 2007 wrden vrtgezet /02 6 NL

8 16. De Eurpese Raad hechtte zijn gedkeuring aan de andere elementen die ndig zijn vr de vaststelling van de gemeenschappelijke standpunten van de EU; die elementen zijn vrbereid in de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen en staan in bijlage I. II. KALININGRAD 17. De Eurpese Raad bevestigt de cnclusies van zijn bijeenkmst in Sevilla in juni De Eurpese Raad neemt nta van het streven het strategische partnerschap tussen de EU en Rusland verder te ntwikkelen en kmt vereen een bijzndere inspanning te leveren m tegemet te kmen aan de wensen van alle betrkken partijen in verband met de tekmstige drreis van persnen tussen de regi Kaliningrad en andere delen van Rusland. De Eurpese Raad benadrukt dat het severeine recht van iedere staat m de veiligheid van zijn burgers te verzekeren dr zijn grenzen en het inkmende, plaatselijke en drreisverkeer van mensen en gederen p zijn grndgebied te cntrleren, dr alle partijen ten vlle met wrden geëerbiedigd. De Eurpese Raad benadrukt het recht van iedere staat m visa in te stellen, k vr drreis. De Eurpese Raad nderkent de unieke psitie van de regi Kaliningrad als deel van de Russische Federatie. De Eurpese Raad nderschrijft de cnclusies van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 22 ktber 2002 ver Kaliningrad /02 7 NL

9 III. BETREKKINGEN TUSSEN DE EU EN DE NAVO 18. De Eurpese Raad heeft vereenstemming bereikt ver de regels ter uitvering van de bepalingen van Nice (zie bijlage II) ver de betrkkenheid van de niet tt de EU behrende Eurpese NAVO-leden. De uitvering van de bepalingen van Nice ver de betrkkenheid van de niet tt de EU behrende Eurpese NAVO-leden zal mgelijk wrden gemaakt dr de desbetreffende besluiten ver de betrekkingen tussen de Eurpese Unie en de NAVO. 19. De Eurpese Raad memreerde hierbij dat bij het vaststellen en uitveren van deze regels en besluiten te allen tijde de bepalingen van het Verdrag betreffende de Eurpese Unie meten wrden nageleefd, met name die betreffende de delstellingen en beginselen van het GBVB, als bepaald in artikel 11 van het VEU 1. Ok meten de cnclusies en teksten wrden nageleefd die de Eurpese Raad hiermtrent heeft gedgekeurd (zie punt 22). 1 "1. De Unie bepaalt en vert een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid dat alle terreinen van het buitenlands en veiligheidsbeleid bestrijkt en dat de vlgende delstellingen heeft: - bescherming van de gemeenschappelijke waarden, de fundamentele belangen, de nafhankelijkheid en de integriteit van de Unie, cnfrm de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties; - versterking van de veiligheid van de Unie in alle pzichten; - handhaving van de vrede en versterking van de internatinale veiligheid vereenkmstig de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, alsmede de beginselen van de Sltakte van Helsinki en de delstellingen van het Handvest van Parijs, met inbegrip van die betreffende de buitengrenzen; - bevrdering van de internatinale samenwerking; - ntwikkeling en versterking van de demcratie en de rechtsstaat, alsmede eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden. 2. De lidstaten geven in een geest van lyaliteit en wederzijdse slidariteit hun actieve en nvrwaardelijke steun aan het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Unie. De lidstaten werken samen m hun wederzijdse plitieke slidariteit te versterken en tt ntwikkeling te brengen. Zij nthuden zich van ieder ptreden dat in strijd is met de belangen van de Unie f dat afbreuk zu kunnen den aan de deltreffendheid ervan als bundelende kracht in de internatinale betrekkingen. De Raad ziet te p de inachtneming van deze beginselen." 14702/02 8 NL

10 20. Ok is afgesprken dat er geen maatregel zal wrden genmen waarmee inbreuk zu wrden gemaakt p de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, met name de handhaving van internatinale vrede en veiligheid, de vreedzame beslechting van geschillen en het afzien van de dreiging met f het gebruik van geweld, aangezien zwel het Verdrag betreffende de EU als het Nrd-Atlantisch Verdrag gebaseerd zijn p deze beginselen, die dienvereenkmstig p alle leden van tepassing zijn. 21. De Eurpese Raad herinnerde k aan de EU-bepaling dat het beleid van de Unie vereenkmstig artikel 17 van het VEU het specifieke karakter van het veiligheids- en defensiebeleid van bepaalde lidstaten nverlet laat. Het vrzitterschap nam er nta van dat Denemarken de aandacht heeft gevestigd p Prtcl nr. 5 bij het EU-Verdrag betreffende de psitie van Denemarken. 22. De Eurpese Raad heeft secretaris-generaal/hge vertegenwrdiger Javier Slana gemandateerd m dienvereenkmstig te handelen pdat z spedig mgelijk een akkrd tussen de EU en de NAVO wrdt bereikt. 23. Het vrzitterschap zal samen met secretaris-generaal/hge vertegenwrdiger Javier Slana binnen ngeveer twee tt drie weken verslag uitbrengen ver het resultaat van deze inspanningen. Op basis van het resultaat zal de Eurpese Unie de ndige besluiten aannemen. IV. FYROM 24. In aansluiting p de besprekingen tussen de secretaris-generaal/hge vertegenwrdiger en president Trajkvski, heeft de Eurpese Raad bevestigd bereid te zijn p 15 december de NAVO-strijdkrachten in de FYROM af te lssen. Hij heeft de bevegde instanties van de Eurpese Unie verzcht m alle maatregelen te bestuderen die daarte meten wrden genmen. De Eurpese Raad wees erp dat deze aflssing zu plaatsvinden in de geest van partnerschap tussen de EU en de NAVO p het gebied van crisisbeheersing, indien tijdig vereenstemming wrdt bereikt. V. TERRORISTISCHE AANSLAG IN RUSLAND 25. De Eurpese Raad heeft de verklaring in bijlage III aangenmen /02 9 NL

11 BIJLAGE I RESULTAAT VAN DE BESPREKINGEN VAN DE RAAD ALGEMENE ZAKEN EN EXTERNE BETREKKINGEN Begrtings- en financiële vraagstukken a) Ttale niveau van de tewijzingen vr structurele peraties 1. De kandidaat-lidstaten meten hun vrbereidingen intensiveren en bespedigen zdat zij hun bijstandsaanvraag, prgrammeringsdcumenten en prjecten uit hfde van het Chesiefnds bij de Cmmissie kunnen indienen, pdat deze begin 2004 kunnen wrden gedgekeurd. De Cmmissie en de lidstaten zullen daarte alle mgelijke bijstand blijven bieden. De Cmmissie zal ervr zrgen dat de gedkeuringsprcedure vr de prgrammeringsdcumenten en de verzeken m betalingen z snel mgelijk verlpt. 2. Om te vlden aan de in de kandidaat-lidstaten gecnstateerde grte behefte aan nieuwe infrastructuur p het gebied van verver en milieu, zal een derde van de ttale tewijzing vr structurele peraties bestemd zijn vr het Chesiefnds. 3. Het uit hfde van het acquis te betalen vrscht zal in het eerste jaar na de tetreding wrden uitgekeerd ten belpe van 16% van de ttale bijdrage van de structuurfndsen in de peride De EU gaat uit van betalingskredieten in 2004 ter waarde van 3% van de gemiddelde jaarlijkse vastleggingen uit hfde van de structuurfndsen en 3% van de vastlegging uit hfde van het Chesiefnds. 1 1 In 2004 verrichte betalingen vr structurele peraties in de nieuwe lidstaten laten de betalingen nverlet die in de begrting 2004 meten wrden pgenmen vr structurele peraties van de huidige lidstaten /02 10 BIJLAGE I NL

12 b) Ttale niveau van de tewijzingen vr intern beleid 4. Gezien de bevestiging van Lituwen dat eenheid 1 van de kerncentrale van Ignalina vóór 2005 zal wrden geslten en de tezegging van Lituwen dat eenheid 2 uiterlijk in 2009 zal wrden geslten, zal een prgramma van ndersteunende activiteiten vr de ntmanteling van die kerncentrale wrden vastgesteld. De vastleggingskredieten vr dit prgramma zullen 70 miljen eur 1 bedragen vr elk van de jaren 2004, 2005 en De Eurpese Unie erkent dat de ntmanteling van de kerncentrale van Ignalina na de termijn van de huidige financiële vruitzichten vrtgezet met wrden en vr Lituwen neerkmt p een uitznderlijke financiële belasting die niet in verhuding staat tt de mvang en de ecnmische draagkracht van het land, en bevestigt uit slidariteit met Lituwen bereid te zijn k na 2006 vldende aanvullende cmmunautaire bijstand vr de ntmanteling te blijven verlenen. 5. Om de in het kader van PHARE geplande pretetredingssteun vr de ntmanteling van de kerncentrale van Bhunice in Slwakije vrt te zetten, is vr elk van de jaren 2004, 2005 en miljen eur 1 aan vastleggingskredieten gereserveerd. 6. De in het kader van PHARE aangevangen activiteiten ter ndersteuning van institutinele ntwikkeling in de nieuwe lidstaten zullen tt 2006 wrden vrtgezet. Daarte zijn vastleggingskredieten uitgetrkken ten bedrage van 200 miljen eur in 2004, 120 miljen eur in 2005 en 60 miljen eur in De niveaus vr rubriek 3 meten z vastgesteld wrden dat de belangrijkste priritaire uitgavenpsten nder deze rubriek gehandhaafd blijven en er vldende middelen beschikbaar zijn vr de uitbreiding van de bestaande prgramma's tt de nieuwe lidstaten. 1 Deze geraamde cijfers meten in vrkmend geval aangepast wrden in het licht van het uitgavenprfiel van de ntmantelingsfndsen vr Ignalina en Bhunice. De vastleggingen uit hfde van Phare zijn hger dan geraamd vr Ignalina, maar lager dan geraamd vr Bhunice /02 11 BIJLAGE I NL

13 c) Cyprus: Prgramma vr het nrdelijk deel 8. Met het g p de uitvering van een plitieke regeling in Cyprus zal de Raad een prgramma vaststellen dat met name het nrdelijk deel van het eiland in staat met stellen zijn achterstand in te halen. De ttale vastleggingskredieten zullen in miljen eur, in miljen eur en in miljen eur bedragen. d) Eurpees Ontwikkelingsfnds 9. De nieuwe lidstaten zullen tetreden tt het EOF zdra het nieuwe financiële prtcl (10e EOF) in werking treedt. e) Eurpese Gemeenschap vr Klen en Staal 10. De nieuwe lidstaten zullen vanaf de tetredingsdatum deelnemen aan het Fnds vr nderzek inzake klen en staal. De nieuwe lidstaten zullen de vereenkmstige bijdragen aan het Fnds betalen. De nieuwe lidstaten betalen hun bijdragen aan het fnds in vier keer, te beginnen in 2006 (2006: 15%, 2007: 20%, 2008: 30%, 2009: 35%). INSTITUTIONELE VRAAGSTUKKEN a) Overgangsmaatregelen Raad Vr de peride tussen de tetredingsdatum en 31 december 2004 wrden, wanneer de Raad met gekwalificeerde meerderheid met besluiten, de stemmen van zijn leden gewgen vlgens het verzicht in bijlage 1. Besluiten van de Raad kmen tt stand wanneer zij ten minste 88 stemmen hebben verkregen, ingeval zij krachtens het Verdrag meten wrden genmen p vrstel van de Cmmissie. In de verige gevallen kmen de besluiten tt stand wanneer zij ten minste 88 stemmen hebben verkregen en ten minste twee derde van de leden vrstemt /02 12 BIJLAGE I NL

14 Ingeval minder dan tien nieuwe lidstaten krachtens het nieuwe tetredingsverdrag tetreden tt de Eurpese Unie, wrdt de drempel vr de gekwalificeerde meerderheid bij besluit van de Raad z dicht mgelijk bij 71,26% van het ttale aantal stemmen vastgesteld. Eurpees Parlement Vanaf de tetredingsdatum tt de verkiezingen vr de zittingsperide van het Eurpees Parlement wrdt het ttale aantal leden van het Eurpees Parlement en de tewijzing van leden vr elke lidstaat bepaald met behulp van dezelfde methde als is gebruikt vr de huidige tewijzing van zetels. b) Weging van de stemmen in de Raad en drempel vr gekwalificeerde meerderheid Wanneer de Raad met gekwalificeerde meerderheid met besluiten, wrden de stemmen van zijn leden vanaf 1 januari 2005 gewgen vereenkmstig het verzicht in bijlage 2. Met ingang van dezelfde datum kmen besluiten van de Raad tt stand wanneer zij ten minste 232 stemmen hebben verkregen en een meerderheid van de leden vrstemt, ingeval zij krachtens het Verdrag meten wrden aangenmen p vrstel van de Cmmissie. In de verige gevallen kmen de besluiten tt stand wanneer zij ten minste 232 stemmen hebben verkregen en ten minste twee derde van de leden vrstemt. Een lid van de Raad kan verlangen dat bij besluitvrming met gekwalificeerde meerderheid wrdt nagegaan f de lidstaten welke die gekwalificeerde meerderheid vrmen ten minste 62% van de ttale bevlking van de Unie vertegenwrdigen. Indien blijkt dat niet aan deze vrwaarde is vldaan, is het besluit niet aangenmen. Indien minder dan tien nieuwe lidstaten krachtens het nieuwe tetredingsverdrag tt de Eurpese Unie tetreden, wrdt de drempel vr de gekwalificeerde meerderheid bij besluit van de Raad met tepassing van een strikt lineaire, rekenkundige interplatie, met afrnding naar bven f naar beneden tt het dichtstbijzijnde stemmenaantal, vastgesteld p een percentage tussen 71% vr een Raad met 300 stemmen en het vr een EU met 25 lidstaten vastgestelde niveau (72,27%) /02 13 BIJLAGE I NL

15 c) Eurpees Parlement Vanaf het begin van de mandaatperide van het Eurpees Parlement krijgt elke lidstaat een aantal zetels tegewezen; dat aantal is de sm van: i) het aantal zetels dat hij ntvangt vlgens de aan de sltakte van het Verdrag van Nice gehechte verklaring nr. 20 en ii) het aantal zetels dat verkregen wrdt dr de niet dr Bulgarije en Remenië ingenmen 50 zetels te verdelen vereenkmstig de bepalingen van het Verdrag van Nice. Het ttale aantal aldus verkregen zetels dient z dicht mgelijk bij 732 te liggen en bij de verdeling met het in Nice vastgelegde evenwicht tussen de huidige lidstaten in acht wrden genmen. Dezelfde prprtinele regeling zal wrden tegepast bij de tewijzing van zetels aan de nieuwe lidstaten. De regeling zal k billijk zijn en het evenwicht tussen alle lidstaten respecteren. Deze methde mag de huidige lidstaten geen grter aantal zetels bezrgen dan waarver zij thans beschikken. d) Vrzitterschap van de Raad In het EG-Verdrag is bepaald dat elke lidstaat in de Raad bij terbeurt de functie van vrzitter vervult. Teneinde de nieuwe lidstaten de tijd te geven zich p hun vrzitterschap vr te bereiden, bevestigt de Eurpese Raad dat de huidige vlgrde tt eind 2006 zal wrden aangehuden. De Raad zal z spedig mgelijk en uiterlijk één jaar na de tetreding van de eerste nieuwe lidstaten een besluit nemen ver de vlgrde van de vrzitterschappen vr 2007 en daarna /02 14 BIJLAGE I NL

16 Bijlage 1 bij BIJLAGE I STEMMENWEGING IN DE RAAD VOOR DE PERIODE TUSSEN DE TOETREDING EN 31 DECEMBER 2004 LIDSTATEN STEMMEN Duitsland 10 Verenigd Kninkrijk 10 Frankrijk 10 Italië 10 Spanje 8 Plen 8 Nederland 5 Griekenland 5 Tsjechië 5 België 5 Hngarije 5 Prtugal 5 Zweden 4 Ostenrijk 4 Slwakije 3 Denemarken 3 Finland 3 Ierland 3 Lituwen 3 Letland 3 Slvenië 3 Estland 3 Cyprus 2 Luxemburg 2 Malta 2 TOTAAL /02 15 Bijlage 1 bij BIJLAGE I NL

17 Bijlage 2 bij BIJLAGE I STEMMENWEGING IN DE RAAD VANAF 1 JANUARI 2005 LIDSTATEN STEMMEN Duitsland 29 Verenigd Kninkrijk 29 Frankrijk 29 Italië 29 Spanje 27 Plen 27 Nederland 13 Griekenland 12 Tsjechië 12 België 12 Hngarije 12 Prtugal 12 Zweden 10 Ostenrijk 10 Slwakije 7 Denemarken 7 Finland 7 Ierland 7 Lituwen 7 Letland 4 Slvenië 4 Estland 4 Cyprus 4 Luxemburg 4 Malta 3 TOTAAL /02 16 Bijlage 2 bij BIJLAGE I NL

18 BIJLAGE II EVDB: UITVOERING VAN DE BEPALINGEN VAN NICE OVER DE BETROKKENHEID VAN DE EUROPESE BONDGENOTEN DIE GEEN EU-LIDSTATEN ZIJN Nakming dr bepaalde lidstaten van de EU van hun NAVO-verplichtingen 1. In het Verdrag betreffende de Eurpese Unie wrdt verklaard (artikel 17, lid 1): "Het beleid van de Unie vereenkmstig dit artikel laat het specifieke karakter van het veiligheids- en defensiebeleid van bepaalde lidstaten nverlet, eerbiedigt de uit het Nrd- Atlantisch Verdrag vrtvleiende verplichtingen van bepaalde lidstaten waarvan de gemeenschappelijke defensie gestalte krijgt in de Nrd-Atlantische Verdragsrganisatie (NAVO), en is verenigbaar met het in dat kader vastgestelde gemeenschappelijke veiligheids- en defensiebeleid." 2. Vr de betrkken lidstaten hudt dit in dat zij bij de maatregelen en besluiten die zij in het kader van de militaire crisisbeheersing dr de EU nemen te allen tijde al hun verdragsverplichtingen als NAVO-bndgenten zullen nakmen. Tevens betekent dit dat het EVDB in geen enkele situatie, nch bij een crisis, tegen een bndgent zal wrden gebruikt, p vrwaarde dat mgekeerd bij de militaire crisisbeheersing dr de NAVO geen maatregelen tegen de EU f haar lidstaten wrden genmen. Ok is afgesprken dat er geen maatregel zal wrden genmen waarmee inbreuk zu wrden gemaakt p de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties. Deelneming van de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn aan EVDB-beraad in vredestijd 3. Zals tijdens de Eurpese Raad van Nice is vereengekmen, zal de EU permanent en vrtdurend verleg veren met de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, ver het vlledige scala van veiligheids-, defensie- en crisisbeheersingsvraagstukken. Z ndig zullen bijkmende vergaderingen wrden gerganiseerd. Het verleg zal met name bijkmende vergaderingen in de samenstelling EU + 6 mvatten, vrafgaand aan PVC- en EUMC-vergaderingen waarin besluiten kunnen wrden genmen ver aangelegenheden die gevlgen hebben vr de veiligheidsbelangen van de Eurpese bndgenten die geen EUlidstaten zijn. Del van dit verleg zal zijn dat de EU en de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, van gedachten kunnen wisselen en eventuele dr deze bndgenten aan de rde gestelde prblemen en belangen kunnen bespreken, zdat de EU hiermee rekening kan huden. Evenals bij het GBVB zal dit verleg de Eurpese bndgenten die geen EUlidstaten zijn, de mgelijkheid bieden m aan het Eurpees veiligheids- en defensiebeleid bij te dragen en zich bij EVDB-besluiten, -maatregelen en -verklaringen van de EU aan te sluiten /02 17 BIJLAGE II NL

19 4. Het verleg tussen de EU en de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, zal zrgvuldig wrden vrbereid, nder meer dr beraad waarbij het vrzitterschap, het secretariaat-generaal van de Raad en de vertegenwrdigers van de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, betrkken zijn en via de verspreiding van de desbetreffende dcumenten. De vergaderingen zullen naar behren wrden pgevlgd, nder meer drdat het secretariaat van de Raad een verslag van de besprekingen verspreidt. Met deze regelingen wrdt ernaar gestreefd te waarbrgen dat het verleg almvattend en intensief is. 5. Zals bepaald in de te Nice vereengekmen regelingen zullen de vergaderingen wrden vergemakkelijkt dr de aanwijzing van permanente cntactpersnen bij het PVC. Om te zrgen vr dialg met het EUMC en bij te dragen aan de vrbereiding van de vergaderingen p het niveau van de vertegenwrdigers in het Militair Cmité kunnen de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn k cntactpersnen bij het Militair Cmité aanwijzen. De aangewezen cntactpersnen bij de diverse EU-rganen zullen van dag tt dag bilaterale cntacten kunnen nderhuden, waardr het reguliere verleg zal wrden ndersteund. Betrekkingen met de EUMS en de natinale hfdkwartieren die bij dr de EU geleide peraties betrkken zijn 6. De regelingen bij de NAVO vr EU-lidstaten die geen lid van de NAVO zijn, zullen als uitgangspunt wrden genmen vr de uitwerking van passende regelingen vr de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn in de militaire structuren van de EU, met inachtneming van de verschillen in de militaire structuren van beide rganisaties. Indien de peratinele planning bij de NAVO plaatsvindt, zullen de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn vlledig hierbij wrden betrkken. Indien de peratinele planning plaatsvindt bij één van de Eurpese hfdkwartieren p strategisch niveau, zal de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn als cntribuanten wrden verzcht m fficieren bij dat hfdkwartier te plaatsen. Betrkkenheid bij dr de EU geleide efeningen 7. De EU is niet vrnemens m militaire efeningen nder FHQ-niveau te huden. Oefeningen nder dat niveau zullen tt de verantwrdelijkheid van de lidstaten blijven behren. 8. De EU verbindt zich tt dialg, verleg en samenwerking met de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaat zijn en deze regelingen zullen k tijdens de desbetreffende efeningen meten gelden. 9. De regelingen vr de deelneming van die bndgenten aan EU-efeningen zullen een afspiegeling vrmen van die welke vr hun deelneming aan dr de EU geleide peraties zijn vereengekmen. Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, zullen kunnen deelnemen aan EU-efeningen waarbij gebruik van NAVO-middelen en -vermgens gepland is. Aangezien tevens de mgelijkheid bestaat dat zij deelnemen aan dr de EU geleide peraties waarbij geen berep p NAVO-middelen en -vermgens wrdt gedaan, zullen de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn bijgevlg meten kunnen deelnemen aan de desbetreffende efeningen en met de EU hiervr zrgen. De Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, meten als waarnemers wrden uitgendigd bij andere desbetreffende efeningen waaraan zij niet deelnemen /02 18 BIJLAGE II NL

20 Uitveringsbepalingen vr de deelneming aan dr de EU geleide peraties 10. Bij de bestudering van de pties vr de reactie p een crisis, met inbegrip van een eventuele dr de EU geleide peratie, zal de EU rekening huden met de belangen en prblemen van de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn en zal het verleg tussen hen intensief geneg zijn m zulks te waarbrgen. 11. In geval van een dr de EU geleide peratie waarvr NAVO-middelen en -vermgens wrden ingezet, zullen de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, desgewenst deelnemen aan de peratie en betrkken wrden bij de planning en de vrbereiding daarvan in vereenstemming met de in het kader van de NAVO vastgestelde prcedures. 12. In geval van een dr de EU geleide peratie waarbij geen berep wrdt gedaan p NAVOmiddelen en -vermgens, zullen de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, bij een besluit van de Raad verzcht wrden deel te nemen. Bij het nemen van besluiten ver deelneming zal de Raad rekening huden met de veiligheidsbelangen van de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn. Indien in een specifiek geval een Eurpese bndgent die geen EU-lidstaat is, bedenkingen heeft bij het feit dat een vrgenmen autnme EUperatie zal wrden uitgeverd in de gegrafische nabijheid van een Eurpese bndgent die geen EU-lidstaat is f zijn natinale veiligheidsbelangen kan schaden, pleegt de Raad met die bndgent verleg en neemt hij, rekening hudend met het resultaat van dat verleg, een besluit ver de deelneming van die bndgent, met inachtneming van de bvengenemde desbetreffende bepalingen van het Verdrag betreffende de Eurpese Unie en de verklaring in punt 2. Betrkkenheid bij de vrbereiding, planning en leiding van een dr de EU geleide peratie 13. Het verleg zu een frum vrmen vr de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, als ptentiële cntribuanten aan elke dr de EU geleide militaire peratie, die vanaf de vregste stadia van een crisis aan de dialg met de EU meten deelnemen en die bij de uitwerking van de strategie van de EU meten wrden geraadpleegd. 14. Bij het ntstaan van een crisis zullen de cntacten p alle niveaus met Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn dr middel van verleg en andere regelingen wrden geïntensiveerd. Dit prces zal van belang zijn vr de bespreking van de vrlpige militaire bijdragen van de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn in de fase vrafgaand aan de peratie en vr de bespreking van de relevante militaire aspecten tijdens de uitwerking van strategische militaire pties, zulks als basis vr de planning en vrbereiding waarp een Raadsbesluit m een dr de EU geleide peratie te starten zal stelen. Hierdr kan de Raad rekening huden met de standpunten van de Eurpese bndgenten die geen EUlidstaten zijn, met name hun veiligheidsverwegingen en hun visie p de aard van een EUrespns p de crisis, alvrens hij besluiten neemt ver een militaire ptie /02 19 BIJLAGE II NL

21 15. Vervlgens zal k p het niveau van het PVC en het EUMC gezamenlijk verleg wrden gepleegd in het frum, ter bespreking van de uitwerking van het peratineel cncept (CONOPS) en daarmee verband hudende punten, zals cmmand- en trepenmachtstructuren. De Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn zullen in de gelegenheid zijn hun standpunten ver het CONOPS en ver hun eventuele deelneming kenbaar te maken, alvrens de Raad besluit ver te gaan tt de gedetailleerde planning van een peratie en hij besluit de landen die geen EU-lidstaten zijn frmeel te verzeken deel te nemen. Nadat er besluiten zijn genmen ver de deelneming van landen die geen EU-lidstaten zijn, zal de Eurpese bndgenten die geen EU-lidstaten zijn, als cntribuanten, wrden verzcht aan de peratinele planning deel te nemen. Het verleg in het frum zal zich bezighuden met de verdere gedetailleerde planning van de peratie, met inbegrip van het OPLAN. 16. Na een besluit van de Raad m een militaire peratie uit te veren en een cnferentie ver de pbuw van de trepenmacht (frce generatin cnference) zal het Cmité van cntribuanten wrden ingesteld en bijeengerepen m de bijstelling van de initiële peratinele plannen en de militaire vrbereidingen vr de peratie te bespreken. 17. Zals in Nice bepaald, zal het Cmité van cntribuanten een essentiële rl vervullen bij de dagelijkse leiding van de peratie. Het zal het vrnaamste frum zijn waarin de cntribuerende landen de prblemen in verband met de inzet van hun strijdkrachten bij een peratie gezamenlijk bespreken. Het Cmité zal spreken ver verslagen en vraagstukken aangereikt dr de peratineel cmmandant en, z ndig, advies verstrekken aan het PVC. Het Cmité van cntribuanten neemt besluiten ver de dagelijkse leiding van de peratie en verstrekt aanbevelingen ver de eventuele aanpassingen van de peratinele planning, waarnder eventuele aanpassingen van de delstellingen, p basis van cnsensus. Het PVC zal rekening huden met de dr het Cmité van cntribuanten gefrmuleerde pvattingen bij de bespreking van vraagstukken in verband met de plitieke cntrle en de strategische leiding van de peratie. Het secretariaat van de Raad zal een verslag van de besprekingen van iedere vergadering van het Cmité van cntribuanten pstellen, dat tijdig vóór de vlgende vergaderingen van het PVC en het EUMC aan de vertegenwrdigers in die respectieve cmités zal wrden geznden. 18. De peratineel cmmandant brengt aan het Cmité van cntribuanten verslag uit ver de peratie, zdat het zijn taken en essentiële rl bij de dagelijkse leiding van de peratie kan vervullen /02 20 BIJLAGE II NL

22 BIJLAGE III VERKLARING VAN DE EUROPESE RAAD De Eurpese Raad is ntzet en geschkt dr de gijzeling die mmenteel plaatsvindt in het theater in de Melnikvstraat in Msku. Wij zijn met nze gedachten en gevelens bij het grte aantal burgers die gegijzeld wrden, hun familie, het Russische vlk en de Russische regering. De gijzeling van nschuldige burgers is een laffe en misdadige terrristische daad, die vr geen enkele zaak te verdedigen f te verantwrden valt. De Eurpese Raad verrdeelt deze terrristische daad met klem en steunt ten vlle de inspanningen van de Russische regering m deze crisis p te lssen en te zrgen vr een snelle en veilige vrijlating van de gegijzelden. De beschaafde wereld strijdt verenigd tegen het terrrisme. De Eurpese Raad is bereid zijn strategisch partnerschap met de Russische Federatie, k bij de bestrijding van het terrrisme, verder uit te buwen. Het ligt in nze bedeling in dat verband belangrijke beslissingen te nemen tijdens de kmende Rusland-EU-tp in Kpenhagen /02 21 BIJLAGE III NL