Maxitrampoline op school

Vergelijkbare documenten
Bijlage: Uitwerking beoordelingscriteria

Huiswerk Informatie voor alle ouders

Lesbrief 3 VEILIG LEREN VALLEN VOOR LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS

Aanleren schoolslag. Armen versneld samenbrengen, binnen en opwaarts tot aan het wateroppervlak HANDEN EN ELLEBOGEN BLIJVEN VOOR DE SCHOUDERS

VOLLEYBAL TRAINING - THEMA: HET TRAINEN VAN GROTE GROEPEN. Volleybal klant (gezien ons thema: de grote groep) Bezighouden? of Trainen?

Let op!! Niet zwemmen i.v.m. blauwalg. Leerdoelen: Kerndoelen Curriculum watereducatie SLO: NME leergebied: Werkvormen: Vakgebied: Niveau: Tijdsduur:

Aan de hand van deze 3 lessen ontdekken de leerlingen dat er techniek in en om de Schelde, dus in onze regio, een erg belangrijke rol speelt.

Plezier met overslag leren!

ECTS-fiche. Graduaat Maatschappelijk werk Sociaal agogische vaardigheden

Verscheen in: Behets D. (red.), 2007, Het vakconcept bewegingsopvoeding in de praktijk, Leuven: acco,

Pestprotocol basisschool Pieter Wijten

VAN OUDERCOMITÉ NAAR OUDERRAAD

Hoe zet ik een tent op?

Van afvalrace tot kringloop

Goede afspraken maken goede vrienden

Simulatie werkgroepbijeenkomst

BEGELEIDING LEERLINGEN MET DYSCALCULIE

Arbo Rapport. Darren Arendse M2a

Vergaderen Informatieblad (VP) IEV1 Bladzijde 1 van 7. Vergaderen

Cursussen CJG. (samenwerking tussen De Meerpaal en het onderwijs in Dronten) Voortgezet Onderwijs

Kleerkastgriezels. Doelstellingen. Materiaal

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen

Het Nieuwe Werken: hieperdepiep hoera? De rol van de OR bij de invoering van Het Nieuwe Werken

Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Rollenspel Jezus redt

Beleidsplan directe instructie : 1. Verantwoording 2. Doelstellingen 3. Model 4. Kijkwijzer 5. -Werkwijze en tijdsplanning.

LOGBOEK van: klas: 1

Huiswerk. Waarom geven wij op school huiswerk? Wij vinden huiswerk zinvol, omdat we denken daar het volgende mee te kunnen bereiken :

Bewegen en samenleving 3.3 (Sportcultuur) Opdracht 3 Maken van een documentaire

PEST PROTOCOL. Prins Willem-Alexanderschool

Intervisiemethodes. In andermans schoenen methode. Incidentenmethode. Kernmodel intervisiemethode. Roddelmethode. Leren van elkaars succes methode

Spreken Aandacht voor een goede spreekhouding d.m.v. actieve deelname aan klasgesprekken.

Alle secundaire scholen, binnen de regio MidLim, met een klasgroep in de 2de of 3de graad waarin: o o o o o

Examens/taken/toetsen auti-vriendelijk opstellen

Uitwerking kerndoel 2 Nederlandse taal

E-pupillen. Leeftijdskenmerken

Veel gestelde vragen huurbeleid 18 oktober 2012

Kleerkastgriezels. Doelstellingen. Materiaal

Protocol bij het overlijden van een gezinslid van een leerling

Leer / ontwikkelingslijnen. Opleiding Helpende Zorg en Welzijn. BOL en BBL NAAM STUDENT:..

Bureau-ergonomie. Werkhouding: een ergonomische werkomgeving

Sterkte-zwakte analyse

Pestprotocol. Uitleg van de petten van de Kanjertraining VOOR ALLE KINDEREN VOOR HET GEPESTE KIND

Ter voorbereiding op uw aanvraag vindt u in dit document de criteria en vragenlijst voor het themacertificaat Relaties en seksualiteit.

CBS DE VAART Informatieboekje groep 5 en 6

Werkwoordspelling op maat

Co-teaching Studentenlogboek. Academiejaar Naam: School: Mentor(en):

HANDLEIDING ROBO ROBO

Onze school gebruikt hierbij naast het SPCO veiligheidplan, in ieder geval de volgende hulpmiddelen:

Specifiek beleidsplan AGD

Presentatie eisen reisweek

Arthroscopie Informatie over de ingreep

o Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig kunnen voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen

Vrijwilligersbeleid voetbalvereniging N.B.S.V.V.

Instructie voor het gebruik van klemmen bij het plaatsen van welfsels (breedte = 600 mm).

Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 7 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Waterbeheer, kan jij het aan?

Gedragsprotocol Samenwerkingsschool Balans. Wat is het gedragsprotocol? Uitgangspunt. Pesten of plagen?

PTA L.O. 4/5Havo 4/5/6VWO Plan van Toetsing en afsluiting voor het vak L.O CARMELCOLLEGE Gouda- Locatie Antoniuscollege Vaksectie L.O.

Iedere keer nadat er een tafel is aangeboden. 5 De tafels van 1 t/m 5 en 10 herhalen

LEERLINGGESTUURD PIRAMIDES BOUWEN EN PRESENTEREN VERANTWOORDING: Jimi Gantois: Piramides leerlinggestuurd!. Jimi Gantois

SPELLING WERKWOORDEN. Doelgroep Spelling Werkwoorden

Passend Onderwijs. Tot wanneer is het nog passend?

OVERAL TAAL EDUCATIEF NT2-PAKKET DOOR KIRSTEN DE MAESSCHALCK JO DE RAEDEMAECKER - JOHAN DONCKERS

Protocol: Pestprotocol

Wiegendood 02. Preventie wiegendood 02. Het gebruik van de monitor 03. Eventuele moeilijkheden 04. Voorzorgen 04. De monitor geeft alarm 05

bal Waterpolo competitie

o o o BIJLAGE PEDAGOGISCHE VISIE A. Gedragsindicatoren personeel in relatie tot leerlingen (vice versa)

Pestprotocol. 1 Achtergrond. 1.1 Uitgangspunt. 1.2 Pesten in het cluster-4-onderwijs. Onderwijs. Pestprotocol Versie: 1.0 Datum: 20 mei 2014

Algemene vragen. Beste leerlingen,

Waarom is de zee zout? - Kijkersvraag voor het Klokhuis-

Yut-Nol-E 1 (Uit: Kinderrechtenspelen)

Pestprotocol Cazemierschool 2012

Retailmanagement brochure voor bedrijven

Het Grote Geldonderzoek: hoe ga je met je geld om?

Opdracht 1: Onderzoek naar protocollen persoonlijke verzorging.

Sociaal veiligheidsprotocol VMBO Helicon Eindhoven

Chic, zo n gedragspatroongrafiek!

De volgende kenmerken die betrekking hebben op de algemene ontwikkeling kunnen wijzen op een ontwikkelingsvoorsprong.

Voorbeeldles emindmaps

OUDERBLIK. Een rugzak vol ideeën voor ouders en school SCHRIFTELIJKE COMMUNICATIE MET OUDERS

Dyslexie, Dyscalculie & Spellingsbegeleiding

Gedragsprotocol ICBS de Horizon. Juni 2014

Het maken van een bolvaasje

Les 2. Een open gesprek over psychische gezondheid. Groepsvormingsopdrachten. is een project van Diversion en MIND

Kwaliteit van de arbeid van kamermeisjes

VOEL OOK DE MAGIE VAN KINDEROPVANG EN NATUUR!

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding. Module. Lestijden 40

Goed nieuws; kinderopvangtoeslag omhoog!

VERHOUDINGEN 2. Doelgroep Verhoudingen 2. Omschrijving Verhoudingen 2

Vlaanderen: Primair onderwijs Brongebruik Kerndoel 7: De leerlingen kunnen op hun niveau verschillende informatiebronnen raadplegen.

Pedagogisch beleidsplan Christelijke Peuterspeelzaal Lotje

Eindvaluatierapport Scalda - Groep 2 23 oktober januari 2014

Topsporter een beroep met toekomst een overheidsproject in samenwerking met de VUB

Observeren in de onderwijsleersituatie

Rietschans College Overgangsnormen

EINDBEOORDELING stage PiP1A

Kijkwijzer onderwijsinhouden, didactische werkvormen en stamgroepmanagement

Ontdekken van talenten jouw woorden, jouw verhaal

S.O.S. bos. Doelstellingen

Transcriptie:

Maxitrampline p schl Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Springkastelen, grte tramplines in de tuin, gemeentelijke sprthallen met maxitramplines, allemaal grte veerkrachtige ppervlakten die kinderen uitndigen m te genieten van dat heerlijke zwevend gevel. Niet znder gevaar! In deze bijdrage nderzeken we wat we leerlingen kunnen bijbrengen aan veiligheid, pbuw en technieken, znder daarm tt salt s te verplichten. Inleiding Situering Vraf: in het milieu spreekt men van een trampline en men specificeert de afwijkende mdellen als mini f dubbele mini. Op schl is de grte trampline f maxi minder gekend. Maar wat de je als leraar, als je gebruik kan maken van de gemeentelijke accmmdatie en daar staat een trampline te wachten p al dat jeugdig geweld. Inkaderen in je jaarplan en streven naar de eindtermen met behulp van de trampline! Binnen de natinale (GymFed) en internatinale gymfederatie (FIG) nderscheidt men vele takken: naast de artistieke gymnastiek en ritmische gymnastiek, acrgym tumbling, aerbics is er k trampline. Gerge Nissen (USA), een vrmalig circusartiest, buwde de eerste trampline (zals we ze nu kennen) als trainingstestel vr schnspringers. Hieruit is Trampline als zelfstandige discipline gegreid. Het eerste wereldkampienschap Trampline werd in 1964 te Lnden gerganiseerd. Op de Olympische Spelen van 2000 te Sydney stnd Trampline vr het eerst p het prgramma. 1

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Meerwaarde van een efening p de maxitrampline Vergelijken we met de mini dan kan je p de maxi dezelfde vrije sprngen (dus znder steun p een plint, paard f springtafel) uitveren. Hierbij kmen ng sprngen tt f vanuit zit, buik en rug. Op een maxi ga je hger (p cmpetitie bven de acht meter!) Dit vraagt van de rekelze leerling een exacter zelfbeeld. Je kunt p een maxi meerdere sprngen verbinden. Deze pdracht vergt van leerlingen: evenwicht, vrmspanning, mtrisch geheugen Samenwerkend leren bij een individueel bewegingsgebied Het pstellen en wegbergen van een trampline de je niet alleen. Elk grepslid heeft zijn aandeel en alleen als elk zijn taak ter harte neemt, gaat dit vlt en znder kleerscheuren. Ok m het gevaarte (5,2 meter lang; 3,05 meter breed; 1,08 meter hg en weegt ngeveer 220 kg) gemakkelijk te verplaatsen, maak je best gebruik van de halve klasgrep. Net als andere gymlessen vrmen we nze leerlingen tt kritische bewegers en bservatren. Dr het frmuleren van aandachtspunten en het aanspren tt het frmuleren van gerichte feedback verhgen we de betrkkenheid van de leerlingen. De mstaanders staan vr een deel in vr de veiligheid en vr het vrderen van de leerling in actie. De maxitrampline is vr de leerlingen een plezant testel. De leerlingen leren assertief te zijn rnd beurt afwachten, het testel niet bezetten, dummy s een extra kans geven Een peride Maxi pzetten: enkele didactische wenken Leer je leerlingen de trampline pstellen en wegbergen Een trampline zet je niet zmaar alleen p. Je hebt er enkele man vr ndig. Bij het tillen, heffen we vanuit de benen (denk aan je rug!). Bij het vuwen van de trampline bieden we weerstand aan de spanning van de mat. He vuw je een trampline p, zdat de flappen niet penvallen tijdens het transprt? Een trampline p wielen trek je niet, maar duw je. Verbied het uitspringen Het cntrast tussen het springen p de verende mat en het landen p een matje f zelfs landingsmat is te grt. Bvendien zijn leerlingen ng lerend: en he ze zich gedragen in vrije val is niet vrspelbaar. Haperen aan het pad (de blauwe afdekking p de veren f elastieken) is best mgelijk. Dus: uitstappen vanuit stilstand met handensteun p de rand, nder alle mstandigheden! Geen landingsmat plaatsen aan de uitstapkant ndigt dan wel niet uit tt springen maar is gevaarlijk! Het is beter een verhgde valmat te plaatsen. Verbied het saltspringen Dit is meilijk te verbieden wanneer de leerlingen salt ervaring hebben met de mini. De veerkracht van de maxi kan de beginner echter verrassingen bezrgen: Schuine stijgbaan met een landing buiten het testel vr gevlg f te veel hgte en rtatie met een ndlttige landing p de brst f in de nek. Salt kan aangeleerd wrden maar dan met ervaren maxispringers. 2 Maxitrampline p schl

Beperk het aantal herhalingen Het is z plezant dat ze niet kunnen stppen. Maak vraf afspraken.laat eventueel de grep beslissen heveel maal ze binnen een beurt kunnen prberen. Maximum 8 per testel Een klasgrep is uiteraard grter. Vrzie alternatieven fwel - zals in dit artikel - met bewegingspdrachten die bij het springen hren fwel met andere pdrachten. Hu uiteraard het timemanagement in het g zdat iedereen evenveel aan bd kan kmen Wie naast de trampline staat is aandachtig Wie niet aan beurt is, zit niet p de rand, gekt niet met zijn buur, staat klaar m eventueel p te vangen f terug te duwen, kijkt gericht naar de uitveringen van de anderen en geeft aangepaste feedback. Bij pdrachten per twee stpt men met springen van zdra er een van beiden valt Op iemand terecht kmen is een van de rzaken van het znder tezicht springen p een springkasteel. Bij (tuin)tramplines is het bvendien z dat dr het gewicht van de gevallene de partner als het waren naar andere tegezgen wrdt. Beperk de initiatie tt standsprngen en de zit. Pas als deze vrmen in evenwicht en spanning kunnen uitgeverd wrden en als de leerlingen meerdere jaren in aanraking kmen met de maxitrampline, plannen we k de buik, rug f salt. Dit zu het vrwerp kunnen uitmaken van een vlgend artikel. Perideplanning Peridethema Eenvudige sprngen verbinden p de maxitrampline. Leerdelen A. Bewegingsgebnden delen Leerlingen kunnen eenvudige sprngen met tweevetige afstt en tweevetige landing, uitveren p een grte trampline. Leerlingen kunnen sprngen vanuit zit en tt zit uitveren. Dit zelfstandig, veilig en verantwrd kunnen uitveren vernderstelt: Vrmspanning Evenwicht Leerlingen kunnen acht pdrachten in de juiste vlgrde en znder tussensprngen met elkaar verbinden. Dit vernderstelt: Mtrisch geheugen Weerstand De leerlingen stappen uit (springen niet uit) de trampline (geznde veilige levensstijl) 3

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele De leerlingen heffen - bij het pstellen en wegbergen de trampline vanuit de benen (geznde veilige levensstijl). B. Persnsgebnden delen De hele peride zijn de leerlingen verantwrdelijk vr elkaars veiligheid en elkaars leerprces. De mstaanders blijven aandachtig en sturen bij: Taakspanning: klaar staan m te vangen, kritisch kijken naar de uitvering van de andere. Cmmunicatievaardigheden: frmuleren van feedback, maken van afspraken, elkaar instructie geven. Sciale vaardigheid, bereid zijn m in grep te werken: De uitverder is in staat m zijn beurt af te wachten, staat pen vr pbuwende feedback en bezet het testel niet. Psitief zelfbeeld: De leerlingen zijn bereid m hun grenzen te verleggen. Ze kunnen een efenverbinding van acht nderdelen p hun eigen maat gesneden uitveren. De leerlingen kunnen de juiste beslissing nemen: uitvering verbeteren f meilijkheidsgraad aanpassen. De leerlingen lachen niet met mislukkingen en zijn eerder bezrgd m de veiligheid van anderen. Zelfreflectie: zelfevaluatie (p vlak van cgnitie, taakgerichtheid, sciale vaardigheden en attitudes) De leerlingen kunnen reflecteren ver hun uitveringen en hun bijdrage in feedback aan de medeleerlingen. Planning Vanaf de eerste les wrdt eveneens de minitrampline ingeschakeld. Hier kunnen de standsprngen herhaald en verfijnd wrden. Op deze wijze verkleinen we de grepsgrtte aan de maxitrampline. De leraar waakt ver het tijdsmanagement. Les 1 De leerlingen leren de grte trampline en mgeving pstellen en wegbergen. Zij ervaren p een speelse wijze de vereisten vr het veilig springen. Les 2 De leerlingen leren standsprngen crrect uitveren p de maxitrampline. Les 3 De leerlingen verbinden gekende standsprngen. Les 4 De zit wrdt aangeleerd gevarieerd en verbnden. Les 5 De leerlingen stellen elk een eigen efenverbinding samen en efenen dit Les 6 Idem als les 5 de leerlingen prberen hun prestatiescre te verbeteren dr een betere uitvering f een meilijker samenstelling. Evaluatie Zelfevaluatie Leerlingen evalueren p kritische wijze hun taakgerichtheid, bijdrage in het leerprces van de anderen, sciale vaardigheden p het einde van de peride. Partnerevaluatie 4 Maxitrampline p schl

Leerlingen evalueren p kritische wijze de samenstelling en meilijkheidsgraad en uitvering van de efenverbindingen van de grepsleden. Permanente evaluatie De leraar vlgt de leerlingen permanent in de klas. Hij evalueert hun taakspanning (pbuwen, afbreken en wegbergen, bserveren en feedback geven) Cncrete uitwerking van de lessen LES 1: Eerste kennismaking in een leraargestuurd klimaat Leerdelen A. Bewegingsgebnden delen Leerlingen ervaren de veerkracht van de grte trampline en leren in deze mgeving, hgte zeken dr vrmspanning in de benen en bekken-rmpblk, evenwicht regelen, afremmen. Geznde en veilige levensstijl: Bij het plaatsen van het materiaal, tillen we vanuit de benen, met een verticale rug. Bij partnerpdrachten stppen de leerlingen met springen als er iemand valt. B. Persnsgebnden delen Samenwerken: Van de mstaanders verwachten we dat ze klaar staan m te vangen en feedback geven aan de uitverder in functie van de aandachtspunten. De leerlingen kunnen in verleg gebruik maken van de taakkaart bij de minitrampline-sprngen en kunnen elkaar bijsturen. Uitvering In deze kennismakingsles wrdt klassikaal uitgelegd, he een grte trampline veilig pgesteld wrdt. Na de les vuwen we met de klas de trampline terug p en rllen ze in de bergplaats. In de leskern zelf, wrdt de klas in twee ingedeeld (Bijlage 1: management). Elke grep kmt gedurende de helft van de tijd bij de grte trampline, terwijl andere helft analge pdrachten inefent met de minitrampline (Bijlage 4: Taakkaart basisvrming standsprngen aan de minitrampline). De grte trampline wrdt tegen een muur f wandrek geschven de leerlingen verdelen zich ver de vrije zijkant. De leraar demnstreert en frmuleert aandachtspunten. Er wrdt pgestapt f ingerld langs één krte zijde. Er wrdt uitgestapt langs de andere krte zijde (eerst p de landingsmat nadien p de vler). Na de uitvering schuift elke leerling (mstaander) dr met aandacht vr de partner (uitverder) tt hij weer aan beurt is. Hij is aandachtig m te vangen en geeft feedback ver de uitvering. Leerlingen die aan de krte zijde staan nemen afstand van de trampline zdat ze bij gevaar naar vren kunnen stappen p de uitverder terug te duwen. De pdrachten begen een eerste kennismaking met het tramplinespringen er is aandacht vr het regelen van het evenwicht, vrmspanning en zelfredzaamheid (Bijlage 3: taakkaart kennismaking met de maxitrampline). 5

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele LES 2: Standsprngen Leerdelen A. Bewegingsgebnden delen De leerlingen efenen de streksprng en andere standsprngen in een nieuwe situatie (Lichaamspersceptie: evenwicht en vrmspanning). B. Persnsgebnden delen Sciale relaties: Iedereen geeft p een duidelijke en psitieve manier feedback aan zijn grepsgenten die p hun beurt leren luisteren en feedback aanvaarden. Iedereen wacht zijn beurt af en beperkt zijn tussensprngen (bekwaamheid m in grep te leven). Psitief zelfbeeld: De leerlingen zetten gekende mini-tramplinesprngen m p de maxitrampline. Uitvering In deze tweede les stellen de leerlingen nder supervisie van de leraar de grte trampline veilig p. De tweede grep zet de mini-tramplinestanden (Bijlage 2:pstelling vanaf de tweede les). Na de les vuwt de tweede grep de grte trampline terug p en rllen ze in de bergplaats. De eerste grep bergt de mini-tramplinestanden p. In de leskern zelf is de klas in twee ingedeeld. Elke grep kmt gedurende de helft van de tijd bij de grte trampline, terwijl andere helft werkt met de minitrampline. De grte trampline wrdt nu niet meer tegen de muur geschven. De grepsleden verdelen zich ver alle zijden van de trampline. De leerlingen veren een standsprng drie maal uit vr ze hun beurt af staan. Er wrdt gestart met de streksprng (Bijlage 6: Aandachtspunten bij de streksprng) Wanneer aan de meeste vrwaarden vldaan is mag men vergaan tt de andere standsprngen (Bijlage 5: standsprngen). De hurk, hek enz met men aannemen p het hgste punt van de zweeffase. Ok aan de minitrampline prbeert men de standsprngen te perfectineren (bijlage 5: standsprngen). Hier zijn cmbinaties met een halve f hele draai snel haalbaar. Cmbineert men bijvrbeeld hurk met een ½ draai, dan wrdt steeds het één na het andere uigeverd. (nit hurkend draaien!). 6 Maxitrampline p schl

LES 3: Standsprngen verbinden Leerdelen C. Bewegingsgebnden delen De leerlingen verbinden en cmbineren de gekende sprngen. D. Persnsgebnden delen Sciale relaties: Iedereen geeft p een duidelijke en psitieve manier feedback aan zijn grepsgenten die p hun beurt leren luisteren en feedback aanvaarden. Iedereen wacht zijn beurt af en beperkt zijn tussensprngen (bekwaamheid m in grep te leven). Psitief zelfbeeld: De leerlingen kiezen zelf hun cmbinaties en verbindingen. De vrstellen van de leerlingen wrden dr hun grepsgenten nagebtst. Uitvering In deze derde les stellen de leerlingen nder supervisie van de leraar de grte trampline veilig p. De tweede grep zet de mini-tramplinestanden. Na de les vuwt de tweede grep de grte trampline terug p en rllen ze in de bergplaats. De eerste grep bergt de mini-tramplinestanden p. In de leskern zelf is de klas in twee ingedeeld (Bijlage 2: Opstelling vanaf de tweede les). Bij de grte trampline verbinden de leerlingen drie sprngen naar keuze (bijlage 5: standsprngen). Er met een halve draai bij zijn. Ze herhalen hun verbinding twee maal vr ze hun beurt afstaan. Bij een vlgende rnde wrdt het aantal nderdelen pgedreven. Er mag geen twee maal dezelfde sprng in vrkmen. De pdracht eindigt met m het meest verschillende sprngen met elkaar verbinden. De leerlingen krijgen hiervr maar één beurt. Andere rganisatiemgelijkheden: Nummer de sprngen (hurk, spreidhek, geslten hek, split, engelensprng, kzaksprng) p een kijkwijzer van 1 tt 6. Elke leerling git vraf driemaal met een dbbelsteen en vert nadien die drie pdrachten in een verbinding uit. Een leerling begint een bewegingsverhaal van drie sprngen een vlgende leerling kpieert en vult aan met één sprng, enz. Dit gaat z verder tt er iemand mist. De misser begint pnieuw met een nieuwe cmbinatie van drie sprngen. Ok aan de minitrampline prbeert men twee sprngen met elkaar te verbinden: bij het afspringen van de plint (tweevetige afstt) en bij het springen uit de mini. De leerlingen starten aanvankelijk met identieke sprngen (bijvrbeeld: hurk hurk) later verschillende (bijvrbeeld: spreidhek 1/1 draai). De leerlingen kunnen hierbij gebruik maken van de kijkwijzers (bijlage 5: standsprngen). Ok hier kunnen we vragen dat elk cmbinatievrstel van een leerling dr het grepje wrdt nagebtst. 7

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele LES 4: De zitsprng Leerdelen A. Bewegingsgebnden delen De leerlingen efenen de zit (evenwichtsregeling en vrmspanning). De leerlingen verbinden de zit met een halve draai ervr f erna De leerlingen cmbineren meerdere vrmen van de zit De leerlingen huden rekening met de aandachtspunten (steunen met de handen, veten niet heffen ) (Geznde fitte levensstijl). B. Persnsgebnden delen Sciale relaties: Iedereen geeft p een duidelijke en psitieve manier feedback aan zijn grepsgenten die p hun beurt leren luisteren en feedback aanvaarden. Iedereen wacht zijn beurt af en beperkt zijn pgingen (bekwaamheid m in grep te leven). Psitief zelfbeeld: De leerlingen kiezen zelf hun cmbinaties en verbindingen. Uitvering In deze derde les stellen de leerlingen nder leiding van een medeleerling en nder het waakzame g van de leraar alle materiaal p (zelfde pstelling van les 2). Na de les bergen alle leerlingen alle materiaal p. In de leskern zelf is de klas weer in twee ingedeeld. Elke grep kmt gedurende de helft van de tijd bij de grte trampline, terwijl andere helft werkt met de minitrampline. De grte trampline staat vrij in de ruimte. De grepsleden verdelen zich ver de rand. De juiste zit wrdt, p de maxi, eerst per twee aangeleerd in de breedte (bijlage 7: de zit ) Vanuit stilstand Met één tussensprng Drie maal na één met telkens één tussensprng Een teschuwer kan de veten vastnemen en juist richten wanneer er futief gesprngen wrdt. Wanneer dit vldende gekend is kan men vergaan tt draaiend recht kmen. Halve draai zit, is heel wat meilijker: naar vren hellen bij de afzet! Halve draai zit halve draai recht is haalbaar als men zich smal maakt tijdens het draaien (armen hg!) Met dit laatste een reeks van drie buwen, is echter de max! Met de mini kan men sprngen tt zit f met een halve draai tt zit p de landingsmat efenen. De vereisten zijn dezelfde (zie bijlage 5: de zit ). Het kmen uit zit, is gereserveerd vr de maxi. We kunnen echter wel gekende sprngen cmbineren met de zit. 8 Maxitrampline p schl

LES 5 en 6: Oefenverbinding p de maxi Leerdelen A. Bewegingsgebnden delen De leerlingen verbinden 7 geleerde sprngen tt een efening. Ze autmatiseren hun cmbinatie. B. Persnsgebnden delen Sciale relaties: Iedereen evalueert de samenstelling en meilijkheidsgraad en uitvering van de vrgestelde efeningen (bijlage 8: nrmen vr de efenverbinding). Iedereen geeft p een duidelijke en psitieve manier feedback aan zijn grepsgenten die p hun beurt leren luisteren en feedback aanvaarden. Iedereen wacht zijn beurt af en beperkt zijn pgingen (bekwaamheid m in grep te leven). Psitief zelfbeeld: De leerlingen kiezen zelf hun cmbinaties en verbindingen. De leerlingen velen dat ze een psitieve inbreng hebben in de prestaties en leerprces van de partners. Uitvering Klaarzetten en wegbergen zals in de vrige lessen. De leerlingen kregen huiswerk en mesten elk een efening vrbereiden p papier rekening hudend met hun eigen mgelijkheden en de vereisten van de samenstelling (bijlage 8: nrmen vr de efenverbinding). De grep aan de maxi efent de eigen verbinding en stuurt bij naar aanleding van de raadgevingen van de maxitamplinepartners. Aan de mini kunnen de leerlingen cruciale cmbinaties en verbindingen uitprberen en autmatiseren. Als dit zu vervelen kunnen de leerlingen bij wijze van herhaling en nder leiding van de leraar hun vrwaartse salt verbeteren. Als materieel mgelijk is plaatsen we een stand met aanlp en mattenberg. Een tweede stand vrziet - zals in de vrige lessen de mgelijkheid m standsprngen te cmbineren. 9

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Besluit We kmen wellicht nit in een situatie waarbij we ver meerdere tramplines tegelijk kunnen beschikken. Daarm schakelen we de mini in. De leerlingen vullen hun vaardigheden in de standsprngen aan met de zit. De maxitrampline biedt zelf p beginners niveau een grte variatie aan cmbinaties en verbindingen. Dit prikkelt het evenwicht, de vrmspanning en het mtrisch geheugen. Dr elk grepslid verantwrdelijk te stellen vr ieders veiligheid en leerprces, stimuleren we de zin tt samenwerken. Literatuur Behets, D. (2005). Bewegingspveding, Een vakcncept als uitndiging m te leren. Leuven: Acc. De Jnghe, J. (2003). De Basissprngen, de strek en de standsprngen, Gymtec, 1, 19-23. Gantis, J. (2003). Kijkwijzers maken en gebruiken. in: Behets, D en Gantis J, Leermiddelen en werkvrmen in de lichamelijke pveding. Leuven: Acc. Delen, J. Dewil, K. Bryn, I. (sd). Tramplinespringen: nta s bij de vakkenstage trampline 3LO. Heverlee: Heilig Hart. URL s www.gymfed.be http://hme.wanad.nl/melvinkk/wf00011.html 10 Maxitrampline p schl

Bijlagen Grep 1 Grep 2 Zijzicht grep 1 Bijlage 1: Management eerste les 11

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Grep 1 Grep 2 Zijzicht grep 2 Bijlage 2: Opstelling vanaf de tweede les. 12 Maxitrampline p schl

Alle afzetten en landingen wrden in een lichte spreidstand uitgeverd. In 3 sprngetjes naar de verkant. Stampen met de veten samen znder hgte te winnen naar de verkant (Jckey). Slalmmen ver de middenstreep naar de verkant. In drie sprngen in de vier vakken geweest zijn. Achterwaarts, zijwaarts in drie sprngen naar de verkant. Cijfers, letters springend p de mat vrmen, de mstaanders raden. Vanuit het midden: laag - laag - hg (3 maal) Hg hg stp! (3 maal) Met een zijdelingse afwijking: hg hg stp! (met 1 vet p het blauw) + symmetrie Met een vrwaartse verplaatsing: hg hg stp! (met 1 vet p het blauw) 3 sprngen: p het hgste punt gen bedekken en herriënteren vóór de landing Spartelen en tch met beide veten tegelijk cntact met de mat. In de zweeffase een berep, een sprt uitbeelden en cntact met de mat maken met beide veten tegelijk. Streksprng met hg bven in de handen klappen in de zweeffase Streksprng met in de veten klappen p het hgste punt. Per twee hand in drie sprngen naar de verkant Per twee ls van elkaar alternatief stijgen den dalen (weegschaal) Idem rug aan rug Idem ndertussen vier keer een kwartdraai maken Bijlage 3: Taakkaart kennismaking met de maxitrampline 13

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Aandacht vr de vereisten van de standsprngen In alle mstandigheden fcus p de landing: Springen gen, bedekken en kijken vóór de landing Zijwaarts wuiven naar passanten en fcus p de landen. Halve draai kijken naar de mini en landingsmat Afzet en landing p beide veten gelijktijdig: Spartelen in de zweeffase Ttaal bewegen in de zweeffase Een berep uitbeelden Een sprt uitbeelden Landen krt bij de afzet Landen p een merkteken (matje, tape..) Een huding aannemen p het hgste punt van de zeeffase Een standbeeld Skatesprng hurksprng, spreidheksprng enz Inzet van de armen spaghetti draaien bven het hfd in de handen klappen p het hgste punt Klappen bven het hfd p het hgste punt, knippen in de vingers laag juist vr de landing Herriënteren na een draai rnd de lengte as Partner bij de mini tnt een aantal vingers uitverder rept het aantal. Spanning tijdens de zweeffase van een standsprng Klappen in de veten Bijlage 4: Taakkaart basisvrming standsprngen met de minitrampline 14 Maxitrampline p schl

De gymnastische sprngen en hurk, spreidhek en geslten hek kunnen gecmbineerd wrden met een halve f hele draai Bijlage 5: standsprngen 15

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Aandachtspunten Op de mat zijn de veten gespreid tt p heupbreedte. Op de mat zijn de knieën gebgen m te amrtiseren en m te kunnen afzetten. In de lucht zijn de benen samen en gestrekt. Fcus p de rand van de trampline. Het lichaam is gespannen zwel tijdens het cntact met de mat als tijdens de zweeffase. De armen ndersteunen de sprng. De handen blijven in het blikveld, niet zwemmen! We springen z veel mgelijk in het midden van de trampline. Bij de streksprng heeft het lichaam vrspanning: we passen met nze vrzijde p een reuzenei! Bijlage 6: Aandachtspunten bij de streksprng 16 Maxitrampline p schl

Ik leun achterver Mijn veten blijven wijzen naar de trampline Ik druk af met mijn handen en kantel terug verticaal Ik raak de tramp in langzit.. Mijn handen zijn gesteund, mijn vingers wijzen naar vr. Ik plaats mijn handen NOOIT achter mijn rug! Bijlage 7: De zit 17

Jimi Gantis en Anabel Wanzeele Nrmen vr de efenverbinding p de maxitrampline Samenstelling (startwaarde 10 per fut: -1) Na enkele inleidende sprngen start men met de x-sprng (deze sprng krijgt geen punt maar duidt het begin van de efening aan: het berdelen begint!) Nadien vlgen ng 7 sprngen Een sprng mag niet herhaald wrden tenzij in cmbinatie met een draai De efening eindigt in stilstand p de trampline. Meilijkheidsgraad Streksprng 1 punt Heksprng 2 punten Engelensprng 1 punt Spreidsprng 2 punten Hurksprng 1 punt Kzaksprng 2 punten Schaapsprng 1 punt Split 2 punten Zit 3 punten 1/2 draai in cmbinatie met een standsprng +1 1/2 draai in cmbinatie met zit +2 1/1 draai in cmbinatie met een standsprng +2 1/1 draai in cmbinatie met zit +4 Uitvering (startwaarde 10 per fut -1 punt) Verlies aan spanning Hurk, spreidhek enz niet p het hgste punt Bij zit: handen niet crrect gesteund Tussensprng Benen niet samen in de zweeffase Verdeeld landen Rand raken f stilstand tussenin De leerlingen hebben vraf hun cmbinatie genteerd en de meilijkheidsgraad berekend. Bij de medeleerlingen wrdt het werk verdeeld: Cntrleren f de geplande vlgrde uitgeverd werd en de waarde eventueel herberekenen (meilijkheidsgraad en samenstelling) Nteren en berekenen van de uitvering Bijlage 8: Nrmen vr de efenverbinding 18 Maxitrampline p schl

Zelfevaluatie samenwerken bij het tramplinespringen Naam: Datum: Je hebt meerdere lessen geefend aan maxitrampline. Hiernder vind je mijn psmming van gedragingen in verband met ged f slecht samenwerken. Nteer f je deze gedragingen Altijd (A), Sms (S), Zelden (Z) f Nit (N) vertnt Taakgerichtheid A S Z N Ik help bij het klaar zetten. Ik geef nuttige tips. Ik bezet het testel, de anderen meten maar wachten. Ik blijf bij mijn grep Ik de andere dingen dan bserveren, klaarstaan f springen. Ik luister naar tips en prbeer er rekening mee te huden. Ik neem meer beurten dan de anderen. Ik neem regelmatig een beurt. Ik spring liever alleen. Ik prbeer snel te starten met de grep. Ik help bij het wegbergen. Interpersnlijke relaties A S Z N Ik medig anderen aan. Ik lach met mislukkingen. Ik hu rekening met mijn partner bij het geven van tips. Mijn klasgenten meten mij niet zeggen wat ik met den. Als ik niet aan beurt, ben ik tch aandachtig en enthusiast vr de prestaties van mijn grepsgenten. Ik ben bezrgd m de veiligheid van mijn grepsgenten. Ik stuur m het even wie bij. Bijlage 9: Zelfevaluatie 19