Notulen Zitting van 23 juni 2015

Transcriptie

1 gemeenteraad Notulen Zitting van 23 juni 2015 Samenstelling: Aanwezig: mevrouw Ilse Lacante, voorzitter; de heer Erik Broeckx, burgemeester; de heer Koen Dehaen, schepen; de heer Steve D'Hulster, schepen; mevrouw Goedele Vermeiren, schepen; mevrouw Lieve Voets, schepen; mevrouw Goele Custers, schepen; mevrouw Gitta Vanpeborgh, schepen; mevrouw Chris De Ridder, OCMW voorzitter-schepen; de heer Mark Schampaert, raadslid; mevrouw Ingrid Pira, raadslid; de heer Walter Duré, raadslid; mevrouw Annemie Huygh, raadslid; de heer Pieter Van der Veken, raadslid; mevrouw Leen Van Acker, raadslid; de heer Raymond Boudewijns, raadslid; de heer Jan Claus, raadslid; de heer Dirk Rochtus, raadslid; de heer Ronny Vervoort, raadslid; de heer Peter Smol, raadslid; de heer Peter Mous, raadslid; de heer Eddy Cloostermans, raadslid; mevrouw Ivy Schwieger, raadslid; mevrouw Eva Wuyts, stadssecretaris Afwezig: de heer Naranjo Decamps, raadslid; mevrouw Davina De Herdt, raadslid; de heer Tom Van Grieken, raadslid; mevrouw Kristel Verrelst, raadslid; mevrouw Elise Van der Linden, raadslid; de heer Pieter Reijniers, raadslid 23 juni :30 -De voorzitter opent de openbare zitting 23 juni :31 -Naranjo Decamps, raadslid betreedt de zitting OPENBARE ZITTING Toelichting door mevrouw Meersman, bedrijfsrevisor Grant Thornton, in verband met het jaarverslag en de jaarrekening 2014 van het AGB 20:34 - Kristel Verrelst, raadslid betreedt de zitting 20:34 - Pieter Reijniers, raadslid betreedt de zitting 20:51 - Davina De Herdt, raadslid betreedt de zitting 20:51 - Tom Van Grieken, raadslid betreedt de zitting _GR_00062 notulen - zitting 26 mei goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen De voorzitter deelt mee dat er een vraag is gekomen van raadslid Schampaert in verband met de opmaak van de notulen, meer bepaald het stemgedrag. Raadslid Mark Schampaert uit nogmaals zijn ongenoegen over het nieuwe systeem. In het audioverslag van de gemeenteraad van mei wordt bij 1/191

2 agendapunt 9 de foto van schepen Voets getoond terwijl de stadssecretaris aan het woord is. Hij vraagt om geen schepen te tonen wanneer de secretaris aan het woord is. De voorzitter geeft het raadslid gelijk maar net daarom is het zo belangrijk dat zij de spreker kan aankondigen zodat de spraakherkenning zijn werk kan doen. Het is in ieders belang dat het woord wordt gegeven en de naam wordt genoemd. We zondigen daar allemaal tegen. Het raadslid meent dat niemand dat dan heeft nagekeken. De voorzitter antwoordt dat als het wordt opgemerkt, dit wordt doorgegeven en door Notubiz zal worden aangepast. Het raadslid zal de notulen van 26 mei niet goedkeuren en wil zijn goedkeuring van de notulen van maart en april omzetten naar een niet-goedkeuring. Hij meent dat het aantal voor-, tegenstemmen of onthoudingen in de notulen van maart nog wel terug te vinden is terwijl dit in de notulen van april en mei in het geheel niet meer terug te vinden. Er staat enkel nog het stemgedrag per fractie. Hoe kan je nu uitmaken hoeveel leden die fractie tijdens die bewuste gemeenteraad telt? Is er iemand buiten gegaan of niet? Indien een agendapunt niet eenparig wordt goedgekeurd, moet er genotuleerd worden hoeveel voor-, tegenstemmen en onthoudingen er werden uitgebracht. Het raadslid verwijst naar artikel 9.1 van het huishoudelijk reglement en hij citeert De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat werd gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden ze hoe elk lid heeft gestemd.. Het raadslid stelt zich de vraag of de notulen van april en mei geldig zijn. Naar zijn gevoel zijn ze in strijd met het huishoudelijk reglement. Hij vraagt een afdoend antwoord bij de eerstvolgende raad en zal klacht indienen bij de gouverneur over de notulen van april en mei omdat die niet rechtsgeldig zijn. De voorzitter merkt op dat het raadslid bijna een abonnement heeft bij de gouverneur en meent dat de notulen wel rechtsgeldig zijn. Er wordt gestemd volgens fractie en er is een aanwezigheidslijst. Men kan ook perfect zien wie op welke gemeenteraad aanwezig is. Volgens haar is er geen probleem. Vroeger werden de namen vermeld van diegene die tegen stemden of zich onthielden. Nu gebeurt het per fractie. Er werd ook contact opgenomen met de leverancier in verband met de vraag van raadslid Duré over de ontbrekende ; tussen de partijen. Zij hebben een tool geïnstalleerd die vanaf deze zitting ervoor zorgt dat de secretaris per fractie het stemgedrag kan aanduiden maar dit wordt automatisch omgezet naar de namen van de aanwezige leden en hun stemgedrag. Dit is een antwoord op beide vragen. Een andere oplossing is bij elke naam in de aanwezigheidslijst de fractie noteren. De voorzitter stelt voor het resultaat hiervan af te wachten en als het nog niet voldoet, gaan we verder de mogelijke opties bekijken zodat iedereen tevreden is met de notulering van het stemgedrag. Ze twijfelt eraan dat het niet rechtsgeldig is. Het raadslid meent dat dit nog maar zijn derde klacht is deze legislatuur dus er moet niet over een abonnement gesproken worden. Volgens hem heeft de voorzitter het mis. In de notulen van maart, volgens het nieuwe systeem, wordt er voor iedere stemming duidelijk genotuleerd wie van welke fractie tegenstemt of zich onthoudt. Alleen bij een eenparigheid niet. Hij nodigt de voorzitter uit te gaan kijken naar die notulen dus wat voor flauwekul is het? Het was wel mogelijk met de gemeenteraad van maart in het nieuwe systeem. Volgens het raadslid kon het dus wel voor de notulen van maart maar niet voor die van april en mei. De voorzitter antwoordt dat het wel kan en het zal vanaf nu worden toegepast. Er kan ook altijd iets haperen aan de toepassing. Ze meent dat het ook door het diensthoofd secretariaat werd nagekeken en ook zij vond geen verschil tussen de notulen van eind maart en die van april. Ter zitting kan zij nu ook geen verschil zien tussen de drie notulen. Het raadslid meent dat de voorzitter niet kan ontkennen dat de notulen zich nu in tegenspraak bevinden met het huishoudelijk reglement. De voorzitter stelt dat dit wel kan achterhaald worden door het stemresultaat naast de aanwezigheidslijst te leggen. Het raadslid meent dat er raadsleden zich tijdens de zitting uit de zaal begeven. De voorzitter meent dat dat wordt weergegeven in de notulen. Het raadslid stemt met zijn fractie tegen deze notulen en tegen de notulen van april. De voorzitter 2/191

3 stelt dat die van april reeds zijn gestemd. Het raadslid meent dat hij de notulering in twijfel kan trekken. Stemming Stemming volgens fractie - 26 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 2 stem(men) tegen: Mark Schampaert; Tom Van Grieken Beschrijving Aanleiding en context De vorige zitting van de gemeenteraad vond plaats op 26 mei Argumentatie De notulen van de vorige vergadering dienen goedgekeurd te worden. Regelgeving: bevoegdheid (bijzonder) Artikel 33 van het gemeentedecreet bepaalt dat de gemeenteraad, mits eventuele opmerkingen, goedkeuring hecht aan de notulen van de vorige vergadering. Besluit Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan de notulen van de gemeenteraad van 26 mei Bijlagen 1. GR notulen Grondgebiedszaken Ruimtelijke ordening _GR_00056 masterplan Zilverkwartier - samenwerkingsovereenkomst met stad Antwerpen - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Schepen Steve D'Hulster licht het agendapunt toe. Raadslid Ingrid Pira bedankt de schepen voor de uitleg. Ze zijn gewonnen voor het ontwikkelen van een gezamenlijke visie. Ze stelt zich de vraag of Mortsel haar visie op ruimtelijke ontwikkeling in een gezamenlijke visie met Antwerpen behouden. Antwerpen zet immers zeer sterk in op bouwen en een heel hoge parkeernorm. Daarom hun voorbehoud hierover. Het grootste gedeelte van het plan ligt 3/191

4 op Mortsels grondgebied, zijnde 65%. Toch worden de regiekosten 50/50 gedeeld. Dat versterkt hun voorbehoud. Ze vraagt of het plan terugkomt naar de gemeenteraad. De schepen beaamt dit zodra het bureau een plan heeft. Dat is de blauwdruk voor de RUP s van Antwerpen en Mortsel. Met het RUP komt het nog een aantal keer terug in de gemeenteraad. Dat we minder betalen dan we zouden moeten betalen, zal geen reden zijn dat we toegevingen doen want de zone is te belangrijk. We gaan met een positieve houding met Agfa en Antwerpen rond de tafel zitten. Als blijkt dat de visies te ver uit elkaar liggen, moeten we ons eigen RUP verder uitbouwen. We hebben weinig te verliezen. Antwerpen kan er ook bij winnen. Het raadslid vindt een gemeenschappelijke visie goed maar bij het volbouwen van het Patershof hadden we een andere visie. De buurt daar heeft behoefte aan groen. Ze wilden zich onthouden en afhankelijk van het voorstel van het plan voor stemmen. Ze stelt nu voor een artikel toe te voegen: Mortsel houdt maximaal rekening met de ontwerpprincipes van de voorstudie van Kwadrant zoals voorgelegd op het college van 8 oktober Hierbij gaat speciale aandacht naar de behoefte aan open ruimte in de buurt.. Met dit voorstel engageert Mortsel zich tegenover Antwerpen om zich aan de principes te houden waar we het over eens waren. Als het artikel wordt toegevoegd zullen ze voor stemmen. Anders onthouden ze zich en wachten ze het resultaat af. Raadslid Pieter Van der Veken vindt de samenwerkingsovereenkomst een goed initiatief en vraagt aandacht voor twee punten. Het is een grensgebied en dus een toegangspoort van en naar Mortsel. Men ziet de wijk dus goed. Hij sluit zich ook aan bij de opmerking van Groen dat onze inbreng gelijkwaardig moet zijn aan die van Antwerpen. Raadslid Naranjo Decamps is er voorstander van maar vindt het contradictorisch dat Groen pleit voor open ruimtes terwijl ze bebouwing op de parking naast het fort wel goedkeurt. Hij steunt de tussenkomst van raadslid Pira maar zal het agendapunt goedkeuren in het voordeel van de stad. Schepen Steve D'Hulster is het eens met de zuurstof die in het gebied moet komen. Kwadrant had een andere functie dan het bureau dat nu wordt aangesteld. Hij wil graag de goede dingen meenemen van het ontwerp van Kwadrant en niet de slechte dingen. Een artikel toevoegen wil hij daarom niet. Het bureau bekijkt het gebied niet alleen op economisch vlak maar ook met oog voor zuurstof, open ruimte, sociale voorzieningen, Dat is de invalshoek die Agfa naar voor brengt. De schepen wil liever niet de plannen van Kwadrant in een besluit meenemen want hij wil er enkel de goede dingen uit meenemen. Niet die waar hij het minder mee eens is. Raadslid Pieter Van der Veken meent dat de verwijzing naar groen, typisch is voor een RUP. Er kan wel een kanttekening van zijn in een masterplan. Hij vindt het amendement gevaarlijk, zoiets moet via het RUP gebeuren. Anders beperk je jezelf in het RUP. De schepen vult aan dat de uiteindelijke projectzone van Kwadrant maar een fractie is van het gebied. Daar willen ze net van loskomen; ze waren teveel gefocust op de strook die Agfa op korte termijn zou kunnen vermarkten. Daar willen we als stad tegengewicht aan geven. Hij heeft geen twijfels bij de intentie van het voorstel maar het lijkt hem gevaarlijk. Raadslid Ingrid Pira legt uit dat de verhouding tussen woningen en open ruimte moet bewaakt worden. Ze vraagt wat de schepen dan slecht vindt aan de studie. De schepen antwoordt dat er in de studie maar een fractie van Agfa 1 werd uitgelicht en die fractie werd altijd maar kleiner en kleiner. Daardoor werd er minder rekening gehouden met hetgeen er daarrond zou gebeuren. Dat willen ze nu wel doen. Wat is de toekomstvisie van dat gebied en hoe kan je daar zorgen voor een mix van kantoren, wonen, groen, sociale voorzieningen, dat wel kan werken. Dat is de reden. Het raadslid wil enkel een signaal geven om in die omgeving groen en open ruimte op te vangen. Ze zullen het beoordelen eens het voorligt. 4/191

5 Stemming Stemming volgens fractie - 22 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Pieter Van der Veken; Leen Van Acker; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 6 onthouding(en): Ingrid Pira; Walter Duré; Annemie Huygh; Kristel Verrelst; Raymond Boudewijns; Peter Mous Beschrijving Aanleiding en context De site van Agfa-Gevaert 1 omvat een volledig bouwblok en sluit aan op de Antwerpsestraat, Hendrik Kuijpersstraat, Septestraat en Lieven Gevaertstraat. De onafgewerkte wand, bestaande uit enkele woningen en parkings grenzend aan de gewestweg, vraagt een goede stedenbouwkundige invulling, een belangrijk stedenbouwkundig project zoals ook vermeld wordt in het richtinggevend deel van het goedgekeurd GRS. Vermits diverse delen van het betrokken gebied ongebruikt zijn of in de nabije toekomst worden ontruimd en er bijkomende ruimte leeg komt te staan, zoekt Agfa-Gevaert i.s.m. de stad Mortsel naar een toekomstbeeld voor het ganse bouwblok en bij prioriteit voor de site grenzend aan de invalsweg. Op 5 september 2011 verklaarde het college zich onder meer akkoord met: - de kostenverdeling tussen Agfa-Gevaert en stad Mortsel; - het aanstellen van studiebureau Quadrant voor het opstellen van de conceptnota (1500 euro) en het stedenbouwkundig voorstel (4.000 euro), resulterend in een RUP. Op 20 februari 2012 verklaarde het college zich akkoord met: - het opstarten van een verkorte procedure voor de aanstelling van een ontwerper voor fase 1 van het masterplan Agfa Gevaert 1, namelijk het deel van de site dat grenst aan de Antwerpsestraat en het bewoonde deel van de Hendrik Kuijpersstraat; - de procesbegeleiding in handen te geven van studiebureau Quadrant. Op 8 oktober 2012 nam het college kennis van de voorstudie door Quadrant en verklaarde zich akkoord met de verdere uitwerking van de stedenbouwkundige studie voor het deel langs de Antwerpsestraat. Echter, uit de voorstudie en de problematiek van het zonevreemde en daardoor moeilijk verkoopbare congrescentrum De Maxx (Erasmushuis) aan de overzijde van de Hendrik Kuijpersstraat blijkt dat het wenselijk is de stedenbouwkundige studie uit te breiden tot over de Hendrik Kuijpersstraat en tot over de gemeentegrens met Antwerpen (Berchem). Uit gesprekken met de stad Antwerpen blijkt dat er aan beide zijden behoefte is aan een overkoepelend masterplan over de twee bouwblokken (nl. Agfa 1 en het bouwblok Agfa 2 : Hendrik Kuijpersstraat-Grote Steenweg-Karmelietenstraat-Oogststraat). Dit masterplan moet rekening houden met behoeften en voorzieningen in de ruimere omgeving van Agfa 1 en Agfa 2. Aangezien de twee bouwblokken, en bij uitbreiding de omliggende straten in de twee steden, nauw met elkaar verweven zijn, is een goede samenwerking tussen de twee steden van het allergrootste belang. De impact van bepaalde ingrepen op mobiliteit, de nood aan sociale en economische 5/191

6 voorzieningen, het aanleggen van een warmterecuperatienetwerk, trage wegen, openbaar groen, dit zijn maar enkele van de thema s die aan bod kwamen bij de besprekingen en die nader onderzocht moeten worden in een ruimer kader. De stad Antwerpen beschikt over een raamcontract met tien professionele ontwerpbureaus. De stad Antwerpen heeft daarom het voorstel gedaan om in samenwerking met stad Mortsel een selectie van drie bureaus te maken uit deze pool en hen een eerste voorstel te laten uitwerken voor een masterplan over Agfa 1 en Agfa 2, tegen een vergoeding van euro, excl. BTW, per bureau. Het bureau dat als beste uit deze wedstrijd wordt gekozen, krijgt dan de opdracht om het masterplan verder uit te werken. De totale kostprijs ( euro, incl. BTW) wordt voor de helft door stad Mortsel betaald. De beoordeling van de ingediende ontwerpen zal gebeuren door een jury die evenredig wordt samengesteld uit de diensten van de twee steden, een afgevaardigde van Agfa Gevaert en de eigenaar van de grond aan de Oogststraat waar vroeger een tuinkwekerij gevestigd was en waar de eigenaar een ontwikkeling wenst uit te bouwen. Om deze samenwerking tussen de twee steden mogelijk te maken moet stad Mortsel instemmen met de overdracht van de deelopdracht voor het masterplan Zilverkwartier. Hierover zal een samenwerkingsovereenkomst worden opgemaakt en voorgelegd aan de gemeenteraad. Argumentatie In de loop van het traject van de voorstudie is meer en meer gebleken dat een grensoverschrijdend masterplan, waarin alle aspecten van een kwaliteitsvolle en duurzame stadsontwikkeling onderzocht en opgenomen worden en dat rekening houdt met de ruimere omgeving, cruciaal is om als basis te dienen voor een RUP en verdere ontwikkeling van het gebied. De pool van ontwerpbureaus waarmee stad Antwerpen een raamcontract heeft, bevat voldoende kwaliteit om deze opdracht tot een goed einde te brengen. Juridische grond Artikel 38 van het Koninklijk besluit van 14 januari 2014 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken luidt als volgt: Voor elke overdracht van opdracht is de instemming van de gecedeerde partij vereist. Wanneer de opdracht wordt overgedragen door de opdrachtnemer, moet de overnemer aan de passende selectievoorwaarden voldoen om deze instemming te kunnen verkrijgen. In elk geval kan deze instemming slechts worden verkregen mits de essentiële voorwaarden van de opdracht behouden blijven. Fasering Het college volgt de overeenkomst verder op en voert de gunning van de studieopdracht uit. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 6 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad is bevoegd voor het goedkeuren van beheersovereenkomsten en samenwerkingsovereenkomsten. Besluit Artikel 1 6/191

7 De raad hecht goedkeuring aan de samenwerkingsovereenkomst met stad Antwerpen betreffende de overdracht van de deelopdracht voor de opmaak van een masterplan voor het Zilverkwartier (site Agfa 1 en Agfa 2). Artikel 2 Burgemeester Erik Broeckx en stadssecretaris Eva Wuyts krijgen het mandaat om op te treden als vertegenwoordiger voor de stad Mortsel en de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen. Bijlagen 2. MasterplanZilverkwartier_overeenkomst_Mortsel _GR_00072 wonen - verordening verplicht conformiteitsattest - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Schepen Gitta Vanpeborgh geeft antwoord op de vragen van raadslid Duré. Wat met de woningen die verhuurd worden via het sociaal verhuurkantoor, kan de stad de kost van de retributie op zich nemen? Woningen van het sociaal verhuurkantoor zijn niet vrijgesteld maar alle woningen van het SVH die verhuurd worden sinds 1 januari 2014, kan men gratis laten controleren door Wonen Vlaanderen. Alle woningen van het SVH waarbij de huurder een huursubsidie aanvraagt, kunnen van Wonen Vlaanderen een gratis attest krijgen. Enkel de woningen die verhuurd werden voor 1 januari 2014, een 12-tal, vallen hier buiten maar de stad zal die kosten dragen. Kan men voor andere woningen de eerste attestering gratis laten gebeuren? De schepen vindt van niet want de prijs is relatief laag, 62,50 euro voor een attest dat 10 jaar geldig is. Uit het grote woononderzoek dat recent plaatsvond, blijkt dat de gemiddelde huurtijd zeven jaar is. We zullen in dat geval enkel een nieuw attest vragen indien er klachten zijn over de woning door de huurder of de buurt. Het is gerechtvaardigde prijs want het attest is 10 jaar geldig en ze dekt net de werklast. De schepen richt zich tot raadslid Decamps en stelt dat de invoering van het conformiteitsattest, niet omwille van de prijs van het attest maar wel omwille van de investeringskost die daarop volgt, tot minder betaalbare en kwaliteitsvolle woningen zal leiden. Het groot woningonderzoek vond plaats in 2013 en daaruit bleek dat 2/3 van de woningen die niet voldoen, kleinere gebreken vertonen. We moeten de investeringskost dus relativeren. Ze benadrukt dat er al twee jaar bewust gewerkt wordt om de investeringskost weg te nemen bij eigenaars/verhuurders. In januari 2014 werd het renovatiecontract gelanceerd met als achterliggend idee eigenaars/verhuurders aan te zetten tot de verbetering van de woonkwaliteit en nadien verhuren aan een bescheiden huurprijs. Tot hiertoe zijn er twee renovatiecontracten toegekend. Deze maatregel wordt in 2016 geëvalueerd en indien nodig bijgestuurd. Daarnaast is het belangrijk om doelgroepgericht en buurtgericht heel wat eigenaars/verhuurders aan te schrijven. De informatieavond had veel succes en werd aangegrepen om eigenaars/verhuurders maximaal te informeren over alle mogelijkheden en ondersteunende maatregelen. Door deze inspanningen en het vele werk hebben we sinds woningen kunnen bij creëren die betaalbaar en kwaliteitsvol zijn omdat ze verhuurd worden via het sociaal verhuurkantoor. Er is nood aan bijkomende sociale huur- en koopwoningen. Het beleid begint 7/191

8 resultaat op te leveren. Het technisch verslag heeft ze bekeken en herbekeken. Hierin staan minimale vereisten en die zijn belangrijk om de kwaliteit te garanderen. Raadslid Pieter Van der Veken is tegen een overreguliering maar de invoering van een verplicht conformiteitsattest kunnen ze smaken en zullen ze goedkeuren. Het geeft een goed evenwicht naar huurders en eigenaars toe. Er is bovendien een uniforme regelgeving die wordt toegepast. Hij vraagt of de kwaliteitscontrole door de sociale huisvestingmaatschappij in dezelfde lijn ligt. Schepen Gitta Vanpeborgh antwoordt dat zij inderdaad een eigen systeem hebben en de stad kijkt hier niet op toe. Ze hebben wel een rapporteringsplicht naar de stad toe en ze worden regelmatig onderworpen aan een doorlichting. Die rapporten ontvangen wij ook. Raadslid Walter Duré steunt het agendapunt. Hij deed het voorstel om de mensen extra te stimuleren hun huis in orde te brengen. Het is goed dat de woningen degelijk en goed zijn. Raadslid Naranjo Decamps is niet overtuigd. Hij vindt het straf dat de schepen het onderzoek in Vlaanderen tegenspreekt. De complexere regelgeving die ze wil invoeren zal ervoor zorgen dat er meer panden te koop zullen worden gezet waardoor de private huurmarkt verkleint en er meer nood zal komen aan een sociale huurwoningen. Het aantal huurders is de voorbije 10 jaar met 20% toegenomen. Elke huurder en verhuurder kan op dit moment een conformiteitsattest aanvragen maar nu wordt het verplicht. Hij is er voorstander van de huisjesmelkers er uit te krijgen en onbewoonbare panden desnoods te laten afbreken. Er wordt nu niet voldoende stilgestaan bij het feit dat er in Mortsel nood is aan meer betaalbare appartementen en woningen. Het verplicht invoeren van het attest is weer iets extra. De huurprijzen zullen stijgen. De verhuurders zullen ook hun kosten doorrekenen aan de huurder met als gevolg minder betaalbare woningen. Hij stelt de schepen een aantal vragen in verband met het technisch verslag dat hij zeer streng vindt. Wie zal de controles uitvoeren? De burgemeester heeft 60 dagen tijd om het attest af te leveren, dit wil zeggen dat de verhuurder het pand twee maanden niet kan verhuren? De tarieven liggen volgens de schepen vast maar volgens de website van Wonen Vlaanderen kan de gemeente zelf beslissen dit attest gratis te verlenen. De technische handleiding maakt duidelijk hoe snel een woning kan afgekeurd worden. De schepen heeft het technisch verslag doorgenomen maar dat maakt haar nog geen deskundige. Diegene die de woning controleren, hebben de nodige opleiding gekregen. Zij kunnen ook terugvallen op Wonen Vlaanderen en dat gebeurt ook. Immokantoren worden ook betrokken en er zijn er die er het nut van inzien. Er komt in het najaar een infomoment specifiek voor de immobiliënsector. Een woning moet aan de minimale vereisten voldoen en we willen kwaliteitsvolle betaalbare woningen creëren, onder andere door het sociaal verhuurkantoor en meer sociale woningen te realiseren. Beide partijen hebben daarbij te winnen. IVLW heeft een overzichtelijke brochure opgemaakt. Het raadslid betreurt dat de schepen geen antwoord geeft op zijn vragen. Hij gaat ervan uit dat ze er geen antwoord op kan of wil geven. Hij ziet geen voordeel voor de huurder en verhuurder. De handleiding kan zeer streng gelezen worden en volgens hem zal de investering tussen de en euro liggen per entiteit. Dit wordt doorgerekend aan de verhuurder. Pas binnen een aantal jaren zal het besef komen dat dit een impact heeft op Mortselse huurmarkt. Hij pleit voor frequentere controles en strenger op te treden. Raadslid Pieter Van der Veken meent dat het conformiteitsattest betrekking heeft op de basisveiligheidsvoorschriften. Een EPC heeft weinig met veiligheid te maken. Het attest van de elektrische keuring is het enige veiligheidsattest. Opstijgend vocht, gasleidingen, water, heeft wel betrekking op hygiëne en veiligheid. In andere steden en gemeenten wordt dit ook toegepast. De dag 8/191

9 van vandaag is het niet volledig genoeg. Normen veranderen en het conformiteitsattest heeft louter hier betrekking op en daar mogen we niet van afwijken. Raadslid Tom Van Grieken vraagt wat we kunnen doen als een woning toch verhuurd wordt ondanks er geen attest is en wat als een huurder dit goed vindt? Hoe kan de stad tussenkomen in een contract tussen twee individuen? Schepen Gitta Vanpeborgh antwoordt dat de normen zijn wat ze zijn. als de woning niet voldoet, komen er strafpunten. Dit wil niet zeggen dat de woning onmiddellijk onbewoonbaar wordt verklaard. Daar is men soepel in. Er is ook een herstelperiode en het contract wordt niet onmiddellijk verbroken als er geen ernstige veiligheidsproblemen zijn. Persoonlijk vindt de schepen dat er moet gewerkt worden aan een geïntegreerd attest en men is daar mee bezig. De studieopdracht is gegeven en eind dit jaar zijn de resultaten kenbaar. Mortsel voorziet een sensibiliseringsperiode van twee jaar om te kijken waar het naartoe gaat. Pas in 2017 wordt het gefaseerd verplicht ingevoerd. Raadslid Tom Van Grieken herhaalt zijn vraag wat er gebeurt als er geen attest is en het pand toch verhuurd wordt maar hij vreest dat er geen antwoord zal komen en laat het voor wat het is. Hij stelt voor er een positief verhaal van te maken en het niet te verplichten maar als beloning te geven aan diegene die wel een inspanning leveren. Dit is volgens hem een gemiste kans en hij begrijpt niet dat N-VA hierin meegaat. Raadslid Mark Schampaert vindt dit een zeer ingewikkeld reglement maar intussen staat het bestuur toe dat er mensen in totaal verkrotte woningen leven. Dit is zeer pervers. Schepen Gitta Vanpeborgh stelt dat dat net de reden is dat ze de verplichting willen invoeren. Ze hebben al wel actie ondernomen als ze een signaal krijgen. Door de verplichting krijgen ze er meer greep op. Als er geen klachten zijn, staan ze machteloos. Het raadslid meent dat er in de woningen die hij bedoelt, geen huurcontract aan te pas komt en dan staat de schepen nergens met het attest. Hij vraagt of de schepen en ambtenaren nooit in Mortsel rondlopen. Kennen jullie die adressen niet? Volgens het raadslid verzaken zij aan het controleren van die woningen. De energie wordt gespitst op een rigide reglement. Burgemeester Erik Broeckx steunt de schepen en hij meent dat ze enerzijds het spoor volgen van wetten, normen, plichten en anderzijds het spoor van de aanpak van leegstand, verval, huisjesmelkerij op basis van signalen en klachten. Er zijn de laatste jaren al initiatieven genomen en er werd al opgetreden in samenspraak met de politie en Wonen Vlaanderen. Men mag niet vergeten dat het niet evident is om in een pand te geraken. Daar moet een goede reden voor zijn en zelfs voor de politie is dit niet evident. Het moet onderzocht en er moet een procedure gevolgd worden maar als we de kans hebben, doen we het ook. De huizen die raadslid Schampaert opsomt, staan op het lijstje en zullen aangepakt worden. We mogen echter geen fouten maken in de procedure en dat heeft tijd nodig. Schepen Gitta Vanpeborgh vult aan dat de genoemde panden ook conform de minimale kwaliteitsvereisten moeten zijn onafhankelijk van het bestaan van huurcontracten. Raadslid Tom Van Grieken vraagt de hoofdelijke stemming zodat niemand zich kan verstoppen achter een fractiebesluit. Stemming Hoofdelijke stemming 9/191

10 - 24 stem(men) voor: Ilse Lacante; Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Ingrid Pira; Walter Duré; Davina De Herdt; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Ivy Schwieger - 4 stem(men) tegen: Mark Schampaert; Naranjo Decamps; Tom Van Grieken; Eddy Cloostermans Beschrijving Aanleiding en context De stad Mortsel wil de kwaliteit van het woonpatrimonium op de private huurmarkt handhaven. De conformiteit met de vereisten en normen van een woning die verhuurd wordt, kan blijken uit het conformiteitsattest dat de burgemeester afgeeft op eigen initiatief of op verzoek van de eigenaar/verhuurder. De Vlaamse regering stelt het model, de vergoeding voor de afgifte en de regels voor de aflevering van het conformiteitsattest vast in de Vlaamse Wooncode. Samen met de acht gemeenten van IVLW-Zuidrand wordt tegen 2025 gestreefd naar een verplicht conformiteitsattest voor elke huurwoning. Argumentatie Het beheerscomité van IVLW- Zuidrand stelt voor om het conformiteitsattest te verplichten voor alle huurwoningen in haar werkingsgebied en vraagt aan de colleges van burgemeester en schepenen om een principebeslissing te nemen over de opmaak van een verordening. Deze verordening moet een positief signaal geven en verhuurders stimuleren om kwaliteitsvolle woningen te verhuren. De verplichting wordt gefaseerd ingevoerd voor alle nieuwe verhuringen vanaf 2017 en gefaseerd op basis van de leeftijd van de huurwoning. Het retributiereglement van de stad Mortsel bepaalt dat het afleveren van het attest 62,50 euro per zelfstandige woonentiteit kost aan de eigenaar/verhuurder. Het conformiteitsattest is 10 jaar geldig of tot herroeping na een controle. Voorafgaand aan de invoering van deze verplichting moeten verschillende knelpunten beantwoord worden. De Vlaamse Wooncode laat enerzijds de gemeente toe om het conformiteitsattest te verplichten maar anderzijds is er geen sanctie voorzien bij niet naleving van de verordening. Omwille van de onmogelijkheid tot handhaving heeft tot nu geen enkele gemeente het conformiteitsattest verplicht. Gezien het groot aantal huurwoningen in Mortsel, beschikt de dienst wonen bovendien over onvoldoende mankracht om in alle huurwoningen een degelijke kwaliteitscontrole uit te voeren. Daarom wordt een overgangsperiode voorzien van twee jaar waarbij in de eerste plaats specifieke aandacht wordt gegeven aan problematische situaties en doelgroepen, met een evaluatie op het einde van deze periode. Juridische grond Het ministerieel besluit van 29 juli 2013 regelt de vaststelling van de modellen van conformiteitsattesten voor woningen en kamerwoningen. Artikelen 7 t/m 14 van het decreet Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997 bepalen dat het college van burgemeester en schepenen een conformiteitsattest kan uitreiken en intrekken. Artikelen 3, 4 en 9 van het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 regelen de aanstelling van woningcontroleurs, het model van technisch verslag en de vergoeding voor de afgifte van een conformiteitsattest. 10/191

11 Het gemeenteraadsbesluit van 24 september 2013 waarin het gemeentelijk retributiereglement op het afleveren van conformiteitsattesten voor huurwoningen en kamerwoningen - aanslagjaren werd goedgekeurd. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 42, 3 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Onverminderd de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van politieverordeningen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. Advies Adviesraad Wonen Mortsel Gunstig advies Besluit Artikel 1 De raad besluit de verordening verplicht conformiteitsattest voor huurwoningen goed te keuren als volgt: "Art.1: Voor elke woning die verhuurd wordt of ter beschikking wordt gesteld, moet de verhuurder een conformiteitsattest kunnen voorleggen. Deze verplichting wordt gefaseerd ingevoerd voor alle nieuwe verhuringen vanaf 2017 en gefaseerd op basis van de leeftijd van de huurwoning: : woningen van 50 jaar en ouder (bouwjaar 1965 en vroeger) : woningen van 30 jaar en ouder 2025: alle huurwoningen Art.2: De woningen die verhuurd worden door een sociale huisvestingsmaatschappij (niet SVK en OCMW) worden vrijgesteld van deze verordening. Art.3: Het conformiteitsattest voor woningen en kamers heeft een geldigheidsduur van 10 jaar. Art.4: De kostprijs van het conformiteitsattest is vastgelegd in het gemeentelijk retributiereglement op het afleveren van conformiteitsattesten voor huurwoningen en kamerwoningen (aanslagjaren ). Art.5: De verordening treedt in werking na de goedkeuring van de gemeenteraad en 30 dagen na de goedkeuring van de Vlaamse minister van Wonen. 11/191

12 Art.6: Overgangsbepalingen De verplichting treedt in werking na een sensibiliseringstermijn van twee jaar waarbij in de eerste plaats specifieke aandacht wordt gegeven aan problematische situaties en doelgroepen, met een evaluatie op het einde van deze periode. Vanaf 2017 zal een gepaste sanctie opgelegd worden bij het niet aanvragen van een conformiteitsattest volgens de fasering vermeld in art.1." Patrimonium _GR_00052 stadhuis - overeenkomst renovatie stookplaats - goedkeuring GOEDGEKEURD Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante Beschrijving Aanleiding en context De stookinstallatie in het stadhuis (2 branders en 2 ketels) dateert van 1983 en is dringend aan vervanging toe. Momenteel zijn één brander en één ketel al definitief buiten dienst omdat ze niet meer hersteld kunnen worden. De regeling en de bestaande kringen en pompen blijven behouden (minder dan 10 jaar oud). De stookplaats wordt aangepast aan de huidige regelgeving op vlak van brandveiligheid (brandwerende tussenwanden en deuren, nieuwe onder- en bovenverluchting). Eandis energiediensten heeft in opdracht van het stadsbestuur de technische lastvoorwaarden en de raming opgesteld alsook een contract om de nodige werken te laten uitvoeren via Eandis energiediensten, conform de wetgeving overheidsopdrachten. Argumentatie De bedrijfszekerheid van de resterende ketel kan niet meer gegarandeerd worden, wat kan leiden tot ernstige en langdurige problemen voor de werking van het stadsbestuur en de stafdienst van de politie MINOS bij uitval van de installatie in het winterseizoen. Uit de ontwerpstudie van Eandis blijkt dat de vernieuwing van de stookinstallatie zal zorgen voor 17% minder gasverbruik dan vandaag waardoor de investering in de nieuwe installatie zelf (zonder de bouwkundige aanpassingen aan de stookplaats) op 9 jaar terugverdiend zal zijn. Juridische grond Het gemeenteraadsbesluit van 28 september 2010 waarin goedkeuring werd gehecht aan de kaderovereenkomst met Imea inzake het organiseren van ondersteuningsactiviteiten gericht op energiebesparingen en van de daartoe dienende investeringen op niveau van (hernieuwbare) energie en energie-efficiënte ten behoeve van het Lokaal Bestuur in haar streven naar een optimale energiebeheersing. Regelgeving: bevoegdheid 12/191

13 Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. Financiële informatie Financiële informatie De geraamde uitgave van ,00 euro, incl. BTW, wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met als investeringsenveloppe 18. Besluit Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan de overeenkomst met Imea betreffende de renovatie van de stookplaats in het stadhuis, zoals beschreven in het bijzonder bestek van Imea, tegen een geraamd totaalbedrag van ,00 euro. Artikel 2 De heer Bart Bomans, diensthoofd patrimonium, wordt aangesteld als leidend ambtenaar voor dit dossier. Bijlagen 3. overeenkomst 4. bestek Publieke Ruimte _GR_00054 wegen - lastvoorwaarden ontwerpopdracht heraanleg omgeving Fort 4 - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Raadslid Ingrid Pira vraagt meer uitleg over de definitie omgeving Fort 4. Burgemeester Erik Broeckx legt uit de Krijgsbaan heraangelegd wordt vanaf de brug tot aan de Eggestraat. Hierdoor besliste het college ook het ontwerp op te starten voor de Fortstraat zodat het rioleringsverhaal en de aansluiting van de wegenwerken op elkaar afgestemd kunnen worden. De Heirbaan hoort hier ook bij. Het raadslid meent dat het dan breder is dan de heraanleg tussen de Fortstraat en de Eggestraat. De burgemeester beaamt dat het ruimer is zijnde tot aan de Heirbaan. Het raadslid vraagt het agendapunt aan te passen. Ze vraagt ook een stuk van de Lodewijk Dosfellei te verduidelijken. De burgemeester antwoordt dat dit het stuk van het Stadsplein tot de Fortstraat is. Het raadslid stelt dat dit juister moet omschreven worden. Als de omgeving wordt aangepakt, wat gebeurt er dan met het fietspad langs de Dosfellei? De burgemeester weet dit nog niet, het ontwerp zal dit uitmaken. Het is een pijnpunt dat ze kennen. Het raadslid vraagt of het verleggen van de Fortstraat, zoals opgenomen in het RUP, en de verkeerscirculatie wordt meegenomen in deze oefening. Dit is volgens haar het ideale moment. De burgemeester antwoordt dat de idee van de ventweg wordt meegenomen. De straat kan een zone 30 worden maar het blijft een verbindingsweg 13/191

14 en dat zal zo blijven volgens hem. Het is een belangrijke verbinding. Raadslid Pira vindt dit niet terug in het agendapunt vandaar hun twijfel of het bestuur deze elementen zal meenemen in de opdracht. De burgemeester stelt dat hier het kader geschetst wordt. De verkeersdoorstroming en afwikkeling is nergens beslist. Het kader wordt meegegeven en het ontwerpbureau zal een aantal voorstellen doen. Stemming Stemming volgens fractie - 20 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Pieter Van der Veken; Leen Van Acker; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 8 onthouding(en): Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Annemie Huygh; Kristel Verrelst; Raymond Boudewijns; Peter Mous; Eddy Cloostermans Beschrijving Aanleiding en context Het Vlaams Gewest start in het najaar van 2017 met de heraanleg van de Krijgsbaan van gevel tot gevel tussen de Fortstraat en de Eggestraat. In 2017 wensen de stad Mortsel en Rio-Link een stuk van de Lodewijk Dosfellei en de Fortstraat van gevel tot gevel her aan te leggen tezamen met de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel (deelproject 2). Na de bouw van een vastgoedproject op de voormalige parking van de Lodewijk Dosfellei, een privé-initiatief, wenst de stad Mortsel in een fietspad op het publiek toegankelijk domein aan de rand van de fortvijver aan te leggen dat enerzijds aansluit met de Lodewijk Dosfellei en de Fortstraat en anderzijds met de Liersesteenweg (deelproject 3). Door de stad werden voor de jaren 2015 tot 2018 budgetten voorzien om de toegankelijkheid van het fort te verbeteren. De belangrijkste toegang van Fort 4 ligt langs de Neerhoevelaan-Krijgsbaan-Fortstraat. Een uitvoeringsontwerp van deze omgeving moet toelaten de budgetten die gespreid zijn over de verschillende jaren doelgericht en efficiënt te investeren om voortschrijdend te komen tot een geslaagd eindresultaat (deelproject 4). De stad heeft plannen om de omgeving van het herdenkingsmonument aan het zwembad te renoveren. Dit is mogelijk een subsidiedossier (deelproject 5). Argumentatie Om voor deelprojecten 2 t/m 5 tot een éénvormig en kwalitatief geheel van de inrichting van de publieke ruimte te komen, zal in eerste instantie aan een ontwerpbureau opdracht worden gegeven om een conceptontwerp van de gehele omgeving van de Fortstraat te maken (deelproject 1). Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, 1, 1 a (limiet van ,00 euro excl. btw niet overschreden). Fasering Deelproject 1 zal gegund worden in De andere deelprojecten worden mogelijk afzonderlijk later gegund, zonder verplichting tot gunning. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. 14/191

15 Financiële informatie Financiële informatie De geraamde uitgave van ,00 euro, incl. BTW, wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met als investeringsenveloppe 19. De geraamde uitgave van ,00 euro, incl. BTW, wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met als investeringsenveloppe 23. Besluit Artikel 1 1. De raad hecht goedkeuring aan de lastvoorwaarden voor de ontwerpopdracht tot heraanleg van de omgeving van Fort 4, zoals beschreven in het bijzonder bestek 2015 D 57, en besluit deze opdracht te gunnen bij wijze van onderhandelingsprocedure tegen een geraamd totaalbedrag van ,00 euro, incl. BTW. 2. De opdracht wordt opgesplitst in volgende deelopdrachten: -conceptontwerp (raming euro) -uitvoeringsontwerp Lodewijk Dosfellei-Fortstraat (raming euro) -uitvoeringsontwerp fietspad (raming euro) -uitvoeringsontwerp inkom Fort 4 (raming euro) -uitvoeringsontwerp omgeving monument (raming euro). De deelprojecten worden mogelijk later afzonderlijk gegund (zonder verplichting tot gunning). Artikel 2 De heer Koen Roefs, diensthoofd publieke ruimte, wordt aangesteld als leidend ambtenaar voor dit dossier. Bijlagen 5. MLO contractmodules (enkel R ) versie docx _06_02_Bestek - Model 3P.doc 15/191

16 Stafdienst GGZ _GR_00055 achtergronden Lindenlei verkoopakte - goedkeuring GOEDGEKEURD Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante Beschrijving Aanleiding en context In het verleden heeft de stad steeds stadsgronden langs de wandel- en fietsverbinding Eggestraat- Lindenlei ten tijdelijke titel ter beschikking gesteld aan de bewoners. In 2009 werd het gebruik van deze gronden door de stad opgezegd met het oog op de heraanleg van deze verbinding. De afgelopen jaren hebben de eigenaars van Lindenlei 72, 74, 76 en 78 herhaaldelijk geïnformeerd om de ter beschikking gestelde gronden te mogen aankopen daar hun achtertuin zonder deze stadsgronden tot een minimum herleid wordt. De stad heeft steeds geantwoord dit te zullen bekijken op het moment van de heraanleg. Naar aanleiding van de heraanleg van de wandel- en fietsverbinding Eggestraat-Grotenhof informeren de bewoners van Lindenlei 72, 74, 76 en 78 of zij een gedeelte van de stadsgronden kunnen aankopen. Het college (16 februari 2015) besliste principieel akkoord te gaan met de verkoop van de gronden achter volgende eigendommen aan de aanpalende eigenaars: -Lindenlei 72, kadastraal bekend als afdeling 2, sectie B nr. 45/M/9 -Lindenlei 74, kadastraal bekend als afdeling 2, sectie B nr. 45/V/9 -Lindenlei 76, kadastraal bekend als afdeling 2, sectie B nr. 45/X/4 -Lindenlei 78, kadastraal bekend als afdeling 2, sectie B nr. 45/C/3. Na opmeting van de gronden en de goedkeuring van het uitvoeringsdossier, met ontwerp voor de aanleg van de wandel- en fietsverbinding Eggestraat-Grotenhof, blijkt dat er een reststrook achter de eigendommen Lindenlei 72, 74, 76 en 78 in aanmerking komt voor verkoop aan de aanpalers. Het college besliste om de verkoopprijs vast te stellen op 250 euro/m² en de stafdienst grondgebiedszaken kreeg opdracht om met de betrokken eigenaars te onderhandelen om deze verkoop te realiseren. Argumentatie Na onderhandelingen hebben de eigenaars van Lindenlei 72, 74, 76 en 78 een schriftelijke aankoopbelofte ondertekend onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Na de procedure van desaffectatie waarbij bedoelde gronden uit het openbaar domein onttrokken werden, heeft notaris Landuydt een ontwerp van verkoopsakte opgemaakt. Juridische grond 16/191

17 De gemeenteraad (3 maart 2015) hechtte goedkeuring aan de desaffectatie van volgende zones van de wandel- en fietsverbinding Eggestraat-Grotenhof uit het openbaar domein, om deze in te lijven in het privaat patrimonium van de stad Mortsel, volgens het bij dit besluit gevoegde opmetings- en verdelingsplan van 7 januari 2015 opgemaakt door beëdigd landmeter Erik Ceulemans als volgt: -lot 1A voor een oppervlakte van 15,24 m² -lot 1B voor een oppervlakte van 36,51 m² -lot 2 voor een oppervlakte van 26,23 m² -lot 3 voor een oppervlakte van 27,97 m² -lot 4 voor een oppervlakte van 24,69 m². Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 12 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen, behoudens voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen. Financiële informatie Financiële informatie De geraamde inkomsten van euro (excl. BTW) wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met als actie 108 en investeringsenveloppe 6. Besluit Artikel 1 De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de ontwerpakte, opgemaakt door notaris Landuydt, voor de verkoop van de achtergronden Lindenlei als volgt: -loten 1A en 1B met een oppervlakte van 51,75 m² voor de prijs van euro; -lot 2 met een oppervlakte van 26,23 m² voor de prijs van euro; -lot 3 met een oppervlakte van 27,97 m² voor de prijs van euro; -lot 4 met een oppervlakte van 24,69 m² voor de prijs van euro; volgens het bij dit besluit gevoegde opmetings- en verdelingsplan van 7 januari 2015 opgemaakt door beëdigd landmeter Erik Ceulemans. Artikel 2 De burgemeester en de stadssecretaris worden gemachtigd om deze akte namens de stad te ondertekenen. Artikel 3 De hypotheekbewaarder wordt ambtshalve ontslaan van de verplichting enige inschrijving van deze akte te nemen. Bijlagen 7. Ontwerp verkoopakte achtergronden Lindenlei /191

18 7 2015_GR_00057 informatica - lastvoorwaarden raamcontract uitbouw draadloos netwerk gebouwen stad en OCMW - goedkeuring GOEDGEKEURD Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante Beschrijving Aanleiding en context Er dient een draadloos netwerk uitgebouwd te worden op verschillende locaties van de stad en het OCMW van Mortsel. Argumentatie Op vraag van verscheidene diensten is in het verleden her en der een klein draadloos netwerk geplaatst. Hiervoor werd huis, tuin en keukenmateriaal gebruikt. Dit materiaal werd geplaatst maar kan niet op afstand worden beheerd. Een interventie ter plaatse was frequent nodig om de werking te kunnen garanderen. In deze oplossingen wordt zinloos veel tijd gestoken om dit draaiende te houden. Vragen van verscheidene diensten, bij het stadsbestuur en het OCMW, voor de uitbouw van een draadloze netwerkomgeving zijn nu pertinent. Hiervoor dient een deftige, veilige en betrouwbare oplossing uitgewerkt. Het is onmogelijk om op de huidige wijze verder te werken met amateuristisch materiaal. Door het steeds toenemende gebruik van mobiele toestellen bij personeel, bezoekers en burgers neemt de vraag ook drastisch toe om draadloos een verbinding met het internet en met de centrale toepassingen te krijgen. De diensten die aangeboden worden aan de burger zoals opleidingen, bibliotheek, presentaties enzovoort verlangen tegenwoordig allemaal draadloze connectiviteit. Ook onder deze noemer kan een afgeschermd gastennetwerk uitgebouwd worden binnen de gebouwen. Om niet vast te lopen met de uitbouw van dergelijke omgeving, wordt een externe partner geselecteerd. Deze partner zal in samenspraak de architectuur vastleggen voor de toekomst. De partner zal ook de materialen moeten aanbieden aan de beste prijs. De materialen dienen vlekkeloos te integreren op de vernieuwde netwerkarchitectuur. De partner zal dus eveneens een doorgedreven kennis moeten hebben over de materialen dewelke nu al aanwezig zijn in het bedrijfsnetwerk. Om reden van standaardisatie, continuïteit en kennisbehoud, dient met deze partner een samenwerking voorzien voor meerdere jaren. Naar de toekomst wordt het netwerk, draadloos en via een netwerkaansluiting, steeds belangrijker. Een degelijke architectuur is vanaf het begin noodzakelijk. Het draadloos netwerk kan hierbij verder 18/191

19 uitgebouwd worden op de degelijke, robuuste en toekomstgerichte architectuur van het vernieuwde netwerk van het bestuur. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, 1, 1 a (limiet van ,00 euro excl. btw niet overschreden). Fasering De looptijd van de overeenkomst bedraagt 3 jaar. Deze is opzegbaar door beide partijen ten belopen van deze termijn mits een vooropzeg van 3 maanden. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. Financiële informatie Financiële informatie De geraamde uitgave van ,00 euro, incl. BTW, ten laste van de stad Mortsel wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met investeringsenveloppe 21. Besluit Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan de lastvoorwaarden van het bijzonder bestek 2015 L 59 voor de opdracht tot uitbouw van een draadloos netwerk in de gebouwen van de stad en het OCMW van Mortsel en besluit deze opdracht te gunnen bij wijze van onderhandelingsprocedure tegen een geraamd totaalbedrag van ,00 euro, incl. BTW, waarvan ,00 euro ten laste van de stad Mortsel. Artikel 2 De heer Luc Huygelen, diensthoofd informatica, wordt aangesteld als leidend ambtenaar voor dit dossier. Bijlagen _06_02_Bestek 19/191

20 22:18 - Annemie Huygh, raadslid verlaat de zitting 22:24 - Annemie Huygh, raadslid betreedt de zitting _GR_00059 mobiliteit - lastvoorwaarden studieopdracht opmaak wijkcirculatieplannen - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Burgemeester Erik Broeckx licht het agendapunt toe. Raadslid Mark Schampaert heeft de indruk dat de raming te hoog is. Hij wijst de burgemeester erop dat de oversteekbaarheid al kan verbeterd worden door belijning op het asfalt. Deze is op sommige plaatsen bijna onbestaande en daar is geen studie voor nodig. Het bestuur doet echter niets en dat begrijpt hij niet. De burgemeester stelt dat een wijkcirculatieplan ruimer is dan belijning en belijning is belangrijk. Het gewest werd hierover gecontacteerd en ze hebben beloofd dat dit op de planning voor de zomer staat. Het wijkcirculatieplan is voor alle weggebruikers en deze moeten samen bekeken worden in de studie. Raadslid Ingrid Pira meent dat er een voorstel van wijkcirculatieplan is opgemaakt in Ze vindt het vreemd dat dat plan in de vuilbak wordt gegooid. Het is minstens een basis dus ze begrijpt het niet. De heikele punten waren toen dat sommige straten geknipt of enkelrichting werden. Hoe gaat het bestuur verhinderen dat het bureau met eenzelfde soort plan komt? De burgemeester antwoordt dat die studie niet politiek gedragen werd. Heel dat plan was gebaseerd op een strenge toepassing van eenrichtingsverkeer en het afsluiten en knippen van straten. De intensiteit van die drie factoren was te hoog om politiek aanvaard te worden. Het huidige bestuur heeft in het bestuursakkoord gezegd dat ze voor een betere doorstroming willen gaan zonder het knippen van straten. Dat is een groot verschil. We geven de historiek met zowel het bestaande voorstel als het bestuursakkoord waarin we een genuanceerder kader hebben. Het is de uitdaging van het bureau om met die gegevens verder te gaan. De prioriteit van het bestuur is niet het knippen van straten maar wel de doorstroming op een veilige manier waarbij de leefkwaliteit van de wijken wordt gegarandeerd of verstrekt. Dat is de grote uitdaging. Het is belangrijk dat we een onderbouwde visie krijgen om de juiste beslissingen stap voor stap te nemen. Er moeten dringend knopen worden doorgehakt maar met een goede fundering. Het raadslid meent dat de studie die er is objectief is. Een opdracht geven met zo weinig mogelijk enkelrichting straten en geknipte straten is dat niet. Zo kan een bureau niet vrij denken. Een verkeerscirculatieplan is fundamenteel en essentieel doorpakken. Het bestuur heeft het moeilijk met maatregelen tegen de auto. Het raadslid gelooft niet dat een nieuw plan veel anders zal zijn of niet zal doorpakken en dus zeker zijn geld niet waard is. De burgemeester stelt dat ook het bureau toen gebriefd werd door de diensten en politiek en dat is ook niet objectief. Zij zijn toen ook niet met een leeg blad begonnen. Het is normaal dat je een kader aanreikt. Raadslid Pira mist ook een advies van de mobiliteitsambtenaar. De burgemeester stelt dat het normaal is dat een plan dat in 2012 niet voldoende steun kreeg, nu niet opnieuw op tafel ligt. Raadslid Eddy Cloostermans meent dat het sluipverkeer moet opgelost worden, er moet meer veiligheid komen, maar er is een plan en hij stelt voor de slechte zaken eruit te halen en de goede te behouden. De mobiliteitsambtenaar kan daarop voortwerken. Zo lang er geen doorstroming is in de stad zullen er een aantal straten als sluipweg gebruikt worden euro is niet niks en dat 20/191

21 misschien voor een plan dat ook in de prullenmand zal belanden. Geef het vertrouwen aan de mobiliteitsambtenaar en laat hem het werk herdoen en oplossingen zoeken. Binnen een aantal jaren kan er misschien wel ingegrepen worden en een nieuwe studie besteld worden. Zonder doorstroming op de grote assen blijft het sluipverkeer. De burgemeester legt uit dat de drie grote aders vanzelfsprekend worden meegenomen. Zo kunnen we de wegbeheerder daarvan in beweging krijgen om indien nodig aanpassingen te doen. De mobiliteitsambtenaar zal zijn handen vol hebben om input te geven, mee te denken, te sturen. Er worden veel mensen en veel tijd ingestoken. Zijn rol is belangrijk. De burgemeester raadt het raadslid aan het bestaande plan eens goed te bekijken. Alles wordt meegegeven met de opdracht en er zitten goede dingen in het bestaande plan. Het totale pakket dat werd voorgesteld was voor een deel van de meerderheid echter niet aanvaardbaar. Raadslid Cloostermans zal zich onthouden omdat het een hoge raming is en hij hoopt dat het een ander studiebureau wordt dan in Kontich. Het valt raadslid Mark Schampaert op welke aversie er bestaat tussen de oude en huidige burgemeester op het gebied van verkeer en verkeersafwikkeling. Hij vraagt zich af hoe ze dit 12 jaar hebben volgehouden. Het raadslid vraagt of raadslid Pira nog weet hoeveel de studie in 2012 gekost heeft. Raadslid Pira antwoordt dat zij een bedrag van euro heeft teruggevonden. Schepen Steve D'Hulster wil geen appelen met peren vergelijken. Er werd in 2012 een mobiliteitsplan besteld voor euro. Dat is geen circulatieplan dus minder tellingen, Het zijn twee andere studies en de prijzen kunnen niet vergeleken worden. Raadslid Schampaert kan besluiten dat er dan euro in de vuilbak wordt gegooid en dat vindt hij spijtig maar ook fout. Er kan perfect vanuit de bestaande studie vertrokken worden. Zij zullen dit agendapunt niet goedkeuren. Nummerplaatherkenning mag ook niet zomaar omwille van de privacy. De burgemeester licht toe dat er in Kontich door middel van camera s tellingen zijn gebeurd. Hij heeft zich wellicht verkeerd uitgedrukt. Raadslid Schampaert sluit zich aan bij raadslid Cloostermans en pleit ervoor het bureau van Kontich niet aan te schrijven. Schepen Steve D'Hulster meent dat het mobiliteitsplan de opdracht vermeldt om een wijkcirculatieplan verder uit te werken. Ze zijn niet tegenstrijdig aan elkaar en overlappen elkaar ook niet. Dit circulatieplan is het uitwerken van één van de aanbevelingen uit het mobiliteitsplan. Stemming Stemming volgens fractie - 18 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Davina De Herdt; Pieter Van der Veken; Leen Van Acker; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 8 stem(men) tegen: Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Kristel Verrelst; Raymond Boudewijns; Peter Mous - 2 onthouding(en): Naranjo Decamps; Eddy Cloostermans Beschrijving Aanleiding en context De stad Mortsel wordt doorsneden door wegen van bovenlokaal belang en spoorwegen. Dit zorgt voor een fysische indeling van het grondgebied. Deze indeling komt niet overal overeen met de historische wijkindeling. De circulatieplannen moeten in de mate van het mogelijke hiermee rekening houden. De wijken grenzen aan een primaire weg (R11) of aan secundaire wegen (N1, N10). Door de 21/191

22 verkeersdrukte op deze wegen wordt er sluipverkeer gegenereerd in de wijken en is het voor bewoners moeilijk om de wijken uit te rijden. Ook vermindert de leefbaarheid in de wijken door het uitwaaierende verkeer. In het mobiliteitsplan is dit opgenomen bij te verdiepen thema s: Opmaken of bijsturing van wijkcirculatieplannen Mortsel staat onder druk. Veel sluipverkeer is terug te vinden in verschillende woonwijken. Maatregelen hieromtrent zijn noodzakelijk. Om te vermijden dat sluipverkeer zich verschuift naar andere straten is een ingrijpende wijziging van de circulatie in probleemzones noodzakelijk. De opmaak van een circulatieplan is essentieel.. De circulatieplannen moeten steeds rekening houden met alle weggebruikers en voorstellen formuleren voor alle weggebruikers. De gevolgen van eventuele voorgestelde wijzigingen moeten goed in kaart gebracht worden en de kosten hiervan moeten geraamd worden. De verkeersleefbaarheid en het verblijfskarakter is belangrijk in alle wijken. Bovenstaande maatregelen hebben tot doel de verkeersleefbaarheid en het verblijfskarakter van de wijken te verbeteren. Argumentatie Deze studie heeft als doel de meest optimale circulatie in de wijken in te voeren opdat de verkeersleefbaarheid en -veiligheid er verzekerd wordt. In dit kader dient ook te worden onderzocht in welke mate er sluipverkeer bestaat door de wijken, welke invloed dit heeft en met welke maatregelen dit beperkt kan worden. Daarbij worden volgende doelstellingen vooropgesteld voor de wijken: - verhoging verkeersleefbaarheid; - verhoging verkeersveiligheid; - sluipverkeer oplossen; - garanderen van de bereikbaarheid en ontsluiting van alle wijken; - snelheidsbeheersing; - creëren van een meerwaarde door het benutten van de positieve effecten op ruimtelijk en functioneel vlak; - verbeteren veiligheid en comfort fietsers; - verbeteren veiligheid en comfort voetgangers; - verhoging van de oversteekbaarheid; - ruimtelijke inpassing parkeermogelijkheden, integreren parkeren, afstemming op parkeerbehoefte. Dit moet uitmonden in de opmaak van wijkcirculatieplannen voor het hele grondgebied Stad Mortsel. Een voorstel naar kruispuntoplossingen en inrichtingsprincipes wordt gevraagd om de gevolgen op parkeren, groenstructuur, ruimtelijke inpassing, dwarsprofielen, eventuele herinrichtingen, te kunnen inschatten. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, 1, 1 a (limiet van ,00 euro excl. btw niet overschreden). Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. 22/191

23 Financiële informatie Financiële informatie De geraamde uitgave van ,00 euro, incl. BTW, wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met als investeringsenveloppe 18. Besluit Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan de lastvoorwaarden van het bijzonder bestek 2015 D 58 voor de studieopdracht voor de opmaak van wijkcirculatieplannen en besluit deze opdracht te gunnen bij wijze van onderhandelingsprocedure tegen een geraamd totaalbedrag van ,00 euro, incl. BTW. Artikel 2 De heer Bart Van Zele, afdelingshoofd grondgebiedszaken, wordt aangesteld als leidend ambtenaar voor dit dossier. Bijlagen _06_02_Bestek 23/191

24 22:43 - De voorzitter schorst de zitting 22:49 - De voorzitter opent de openbare zitting _GR_00060 administratie - lastvoorwaarden raamcontract levering kantoormateriaal en kopieerpapier goedkeuring GOEDGEKEURD Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante Beschrijving Aanleiding en context De huidige opdracht tot het leveren van kantoormateriaal voor de periode van 1 september 2013 tot en met 31 augustus 2015 loopt binnenkort af. De opdracht dient opnieuw aanbesteed te worden volgens een raamcontract met uitbreiding van de levering van kopieerpapier vanaf 1 januari 2016, wanneer de huidige opdracht voor levering van kopieerpapier eindigt. Argumentatie Door de levering van kantoormateriaal en kopieerpapier te bundelen in één raamcontract, zullen we door schaalvergroting een betere prijs kunnen bekomen. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, meer bepaald artikel 26, 1, 1 a, de goed te keuren uitgave ligt niet hoger is dan de door de Koning vastgelegde bedragen zonder BTW (limiet van ,00 euro excl. btw niet overschreden). Fasering 1 september 2015 tot en met 31 augustus Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. Financiële informatie Financiële informatie De geraamde uitgave ,00 euro/3 jaar, incl. BTW, wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem Besluit 24/191

25 Artikel 1 De raad besluit goedkeuring te hechten aan de lastvoorwaarden van bijzonder bestek 2015 L 54 voor de opdracht tot levering van kantoormateriaal volgens raamcontract en deze opdracht te gunnen bij wijze van onderhandelingsprocedure tegen een geraamd totaalbedrag van ,00 euro/3 jaar, incl. BTW. Artikel 2 Mevrouw Eva Wuyts, stadssecretaris, wordt aangesteld als leidend ambtenaar voor dit dossier. Bijlagen _06_02_Bestek 25/191

26 Raadslid Tom Van Grieken vraagt de voorzitter de zitting te heropenen _GR_00061 raamcontract huur feestmateriaal - opstart onderhandelingsprocedure - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Raadslid Eddy Cloostermans vraagt wat er nu verder gaat gebeuren. Schepen Koen Dehaen legt uit dat er zo snel mogelijk met de overgebleven kandidaten zal onderhandeld worden om het volledig te kunnen uitbesteden. Het aanbod is al een stuk ingeperkt en dat houden we zo. De eigen diensten proberen al zoveel mogelijk rechtstreeks uit te besteden. Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante Beschrijving Aanleiding en context De opdracht werd gepubliceerd op 5 maart 2015 in het Bulletin der Aanbestedingen en in het Publicatieblad van de Europese Unie. De offertes werden geopend op de openbare zitting op 5 mei 2015 om uur in de hierna vermelde orde en de namen van de inschrijvers werden luidop voorgelezen als volgt: 1. Funexperts te Mechelen Hiervan werd een proces-verbaal van opening van de offertes opgemaakt. De offerte werd getoetst aan volgende uitsluitingscriteria van het lastenboek 2015 D 26: -economische en financiële draagkracht -technische bekwaamheid (zie bijlage). Het college (1 juni 2015) besliste dat de gunningsprocedure bij wijze van offertevraag voor de opdracht raamcontract huur feestmateriaal niet kan verder gezet worden vermits er geen geschikte offerte werd ingediend. Argumentatie Omdat er geen geschikte offerte werd ingediend naar aanleiding van de open offerteaanvraag, kunnen we overschakelen naar een onderhandelingsprocedure mits we de lastvoorwaarden van de opdracht niet wezenlijk wijzigen. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, meer bepaald artikel 26, 1,1,d) bepaalt dat overheidsopdrachten mogen 26/191

27 enkel worden geplaatst bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking doch, indien mogelijk, na raadpleging van meerdere aannemers, leveranciers of dienstverleners in het geval geen of geen geschikte aanvraag tot deelneming of offerte werd ingediend naar aanleiding van een open of een beperkte procedure, mits de oorspronkelijke voorwaarden van de opdracht niet wezenlijk worden gewijzigd en, voor de opdrachten die de bedragen voor de Europese bekendmaking bereiken, aan de Europese Commissie op haar verzoek een verslag wordt overgemaakt. Het gemeenteraadsbesluit van 3 maart 2015 waarin goedkeuring werd gehecht aan de lastvoorwaarden voor de opdracht tot het beheer van de stock van de stad Mortsel en de huur van feestmateriaal aan stedelijke en niet-stedelijke scholen, erkende Mortselse verenigingen, buurt- en straatfeesten en voor eigen evenementen van de stad Mortsel, volgens een raamcontract, van 1 oktober 2015 tot en met 30 september 2016, zoals beschreven in het bijzonder bestek 2015 D 26, en deze opdracht te gunnen bij wijze van open offertevraag. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. Besluit Artikel 1 De raad besluit de opdracht tot het beheer van de stock van de stad Mortsel en de huur van feestmateriaal aan stedelijke en niet-stedelijke scholen, erkende Mortselse verenigingen, buurt- en straatfeesten en voor eigen evenementen van de stad Mortsel, volgens een raamcontract van 1 oktober 2015 tot en met 30 september 2016, volgens goedgekeurd bijzonder bestek 2015 D 26, te gunnen bij wijze van onderhandelingsprocedure _GR_00065 woonproject Vlabo Lodewijk Dosfellei - recht van opstal, statuten en verkavelingsvergunning - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Raadslid Mark Schampaert is benieuwd naar het stemgedrag van de Groen-fractie vermits er een open ruimte wordt opgeofferd. In het verleden hebben zij, tot zijn verbazing, steeds voor gestemd. Het verbaast hem dat op een folder van Brialmont ook het logo van de stad Mortsel en het AGB gebruikt wordt. Wat denkt het bestuur hierover? Schepen Koen Dehaen antwoordt dat dit een pamflet is voor de reserveringsdag op 27 juni In de voorwaarden staat omschreven dat de kopers de eerste zes maanden een verbintenis moeten hebben met Mortsel. De logo s staan er op omdat de stad eigenaar is van de grond en de koper een grondaandeel betaalt aan de stad en omdat de procedure en projectopvolging via het AGB en Vlabo verloopt. Het raadslid vindt dat deontologisch niet kunnen in een commercieel pamflet van een ontwikkelaar. Hij is benieuwd wat de raadsleden/makelaars ervan vinden om in hun publicaties het logo te gebruiken als hun project één of andere binding heeft met stadsbestuur Mortsel. De schepen stelt dat het hier niet om één of andere binding gaat maar dat de stad Mortsel voor de eerste keer dergelijk project op eigen gronden 27/191

28 doet. Het raadslid vraagt of de stad daarvoor betaald heeft of betaald wordt. De schepen antwoordt van niet. Er is uitgebreid overleg geweest met de diensten en hemzelf. Het raadslid vraagt of er een verslag is opgemaakt. De schepen antwoordt dat de procedure vrij snel is moeten verlopen en er is regelmatig overleg geweest tussen de technische dienst, hemzelf en de mensen van het bouwproject. Er is niet telkens een verslag van gemaakt. Het raadslid vraagt of het weghalen van de bomen aan de fortvijver in de lijn van de verwachtingen ligt. De schepen antwoordt dat één van de grote bezorgdheden van de stad en de projectontwikkelaar is om langs het huidige wandelpad de bomen te bewaren. Ze gaan speciale maatregelen nemen en technieken gebruiken om deze te bewaren. Het raadslid denkt dat ze dat hebben wijsgemaakt. Hij raadt de schepen aan toch eens te gaan kijken op de website. Zij presenteren het in een andere lijn dan we als stad verwachten. Zij zijn zeer sterke tegenstander van de bebouwing van dit plein. Mortsel-anders was hun partner daarin en hij hoopt dat ook Groen tegen dit project zal stemmen. Raadslid Naranjo Decamps meent dat er een perceptieprobleem kan komen bij de Mortselse bevolking als de stad zijn logo gebruikt, gekoppeld aan een plan waar er amper nog bomen staan aan het fort. Hij maakt er zich zorgen over en hij vraagt of hij er mag van uitgaan dat de projectontwikkelaars die de pastorijen gekocht hebben, ook het logo zullen gebruiken. De schepen antwoordt van niet. Als de stad de pastorijen verkoopt is het nadien niet meer van de stad maar van de projectontwikkelaar. In dit project blijft de stad mee het project sturen, buiten de bebouwing zelf. De omgeving houden wij mee in het oog. Het is niet goed in kaart gebracht maar veel mensen zijn het project genegen. Raadslid Pieter Van der Veken stelt dat er een aantal dingen uit zijn verband worden gerukt. De stad geeft een recht van opstal dus de grondaandelen kunnen gesplitst betaald worden en de stad zal daardoor gesplitst inkomsten krijgen tot het totaalbedrag bereikt is. Door het mee te promoten zorgt de stad voor een soort vertrouwen waardoor de kans vergroot om sneller te verkopen en dus sneller inkomsten zal hebben. Dat heeft gevolgen voor onze begroting. Hier gebeurt een project omdat de stad een vergunning heeft gegeven en de stad er dus achter staat. Het gebruik van het logo is dus evident. Wat betreft de bomen worden de plannen in 3D uitgebracht om de mensen een beeld te geven. Naar gebouwen is dit vrij eenvoudig. Het groen is minder makkelijk en soms verwarrend. Daarin volgt hij raadslid Schampaert. Het is echter niet omdat de stad mee in het project zit dat de stad invloed heeft op de website van de ontwikkelaar. Dat gaat te ver. Raadslid Naranjo Decamps meent dat de tekening op de website doet uitschijnen dat de appartementen zicht op het fort hebben en dus sneller zullen verkopen. Ze zijn volgens hem de mensen een rad voor de ogen aan het draaien en keurt niet goed dat de stad aan zoiets meewerkt. Raadslid Ingrid Pira volgt raadslid Schampaert wat betreft de bomen. Ze moet hem echter teleurstellen. Groen vindt dit net een zeer Groen idee om te bouwen nabij openbaar vervoersassen. Het openhouden van het buitengebied en het centrum met voorzieningen, goede ontsluiting, respect voor voldoende groen, is een perfecte plek om te bouwen. Ze hebben er nooit een ander standpunt over ingenomen en staan er volledig achter. Ze denkt dat Vlaams Belang Mortsel de enige partij is die niet ziet dat kernversterking en het openhouden van het buitengebied de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling is. Ze keuren dit punt goed. Raadslid Mark Schampaert nodigt raadslid Pira uit om ook standpunten van zijn partij samen door te nemen. De zwart/witverhouding hanteert Groen als primussen op zijn partij. Het onthouden op deze agendapunten camoufleert zeer goed het feit dat Groen volmondig achter deze bouwpromotoren staat. 28/191

29 Stemming Stemming volgens fractie - 24 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Ingrid Pira; Walter Duré; Davina De Herdt; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 4 stem(men) tegen: Mark Schampaert; Naranjo Decamps; Tom Van Grieken; Eddy Cloostermans Beschrijving Aanleiding en context Er werd door het autonoom gemeentebedrijf Mortsel een wedstrijd georganiseerd via VLABO (Vlaanderen Bouwt vzw) voor de realisatie van dit woonproject. Projectontwikkelaar Montreal nv, in samenwerking met HUB Architecten, kwam als winnaar uit de bus. Op 4 april 2014 werd een aanvraag tot verkavelingsvergunning ingediend voor de percelen 24E4 en 24D4 door Montreal nv. Deze werd vergund op 1 september De verkaveling neemt de voorschriften van het geldende RUP Stadsplein over. De gemeenteraad besliste op 21 oktober 2014 om de gronden gelegen aan de Lode Dosfellei kadastraal gekend als 2 de afdeling sectie B perceelnrs. 24E4 en 24D4 kosteloos te laten overdragen door het Autonoom Gemeentebedrijf Mortsel aan de stad Mortsel. In dezelfde zitting werd besloten om een recht van opstal te verlenen aan het Autonoom Gemeentebedrijf Mortsel in het kader van het realiseren van de samenwerkingsovereenkomst, afgesloten op 14 januari 2013 met de vzw VLABO. De deputatie verleende op 29 januari 2015 een stedenbouwkundige vergunning voor het woonproject. De gemeenteraad hechtte op 3 maart 2015 goedkeuring aan de notariële akte betreffende de kosteloze eigendomsoverdracht voor openbaar nut van de gronden van de voormalige parking aan de Lodewijk Dosfellei, kadastraal bekend als sectie B nummer 24/E/3, voor een oppervlakte van m², tussen het AGB Mortsel en de stad Mortsel. Het college verleende op 18 mei 2015 het verkoopbaarheidsattest voor de loten van de verkaveling met als referentie 9003/2014/0001/01 aan Montreal nv. Argumentatie Om de verkoopprocedure effectief te kunnen opstarten moeten de verkavelingsakte en de statuten van de gebouwen (basisakte en reglement van mede-eigendom) verleden worden door de notaris. Verder moet de stad Mortsel nog een recht van opstal verlenen aan aannemer Vanderstraeten nv via een onderhandse overeenkomst conform het modelcontract van Vlabo vzw uit het wedstrijddossier. Het is logisch dat de stad Mortsel als grondeigenaar rechtstreeks een recht van opstal verleent aan de aannemer in plaats van dit via het Autonoom Gemeentebedrijf Mortsel te regelen. Juridische grond 29/191

30 Het recht van opstal is een tijdelijk zakelijk recht, dat erin bestaat om gebouwen en beplantingen te hebben op andermans grond. Dit recht wordt geregeld door de wet van 10 januari Artikel 577-4, 1 van het burgerlijk wetboek bepaalt dat de basisakte en het reglement van medeeigendom, die de statuten van het gebouw of groepen van gebouwen vormen, alsook iedere wijziging die daarin wordt aangebracht, het voorwerp moeten zijn van een authentieke akte. De deputatie (25 juni 2009) keurde het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Stadsplein definitief goed. Hierin werd een zone voor woonproject voorzien op de voormalige bovengrondse parking naast het stadhuis en Fort 4. Artikel van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 27 maart 2009: De verkavelingsvergunning laat slechts vervreemding van een kavel toe nadat de verkavelingsakte door de instrumenterende ambtenaar is opgemaakt. Die akte kan slechts worden opgemaakt na voorlegging van een attest van het college van burgemeester en schepenen waaruit blijkt dat alle in de verkavelingsvergunning opgelegde voorwaarden en lasten zijn uitgevoerd of dat voor de uitvoering van de lasten een afdoende financiële waarborg is gestort in handen van de financieel beheerder of in zijn voordeel op onherroepelijke wijze door een bankinstelling is verleend. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 12 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen, behoudens voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen. Besluit Artikel 1 De gemeenteraad beslist om artikel 2 van het gemeenteraadbesluit van 21 oktober 2014, betreffende het opstalrecht aan het Autonoom Gemeentebedrijf Mortsel in het kader van het realiseren van de samenwerkingsovereenkomst van 14 januari 2013 met de vzw VLABO, in te trekken. Artikel 2 De gemeenteraad hecht goedkeuring aan het ontwerp van verkavelingsakte voor het terrein Lodewijk Dosfellei Mortsel 2de afdeling sectie B 24e4 en 24d4. Artikel 3 Er wordt goedkeuring gehecht aan het ontwerp van de statuten, bestaande uit de hoofdbasisakte en het reglement van mede-eigendom voor de 3 appartementsgebouwen en één ondergronds garagecomplexde van het woonproject aan de Lodewijk Dosfellei en de vier basisakten en reglement van mede-eigendom voor de vier deelverenigingen. Artikel 4 Er wordt goedkeuring gehecht aan het ontwerpcontract, waarbij de stad Mortsel een recht van opstal verleent aan aannemer Vanderstraeten in gevolge van de aanvaarding van het Vlabo bestek nr , zijnde de voorwaarden betreffende de toelating tot bouwen en de uitvoering van het goedgekeurde project. Artikel 5 30/191

31 De burgemeester en de stadssecretaris worden gemachtigd om deze akte recht van opstal in naam van de stad Mortsel te ondertekenen. Bijlagen 11. statuten blok A 12. statuten blok B 13. statuten blok C 14. statuten ondergrond 15. contract recht van opstal 16. Verkavelingsakte Dosfellei 17. hoofdstatuten groep gebouwen 31/191

32 _GR_00066 Sportlandschap - uitbreiding recht van opstal aan AGB Mortsel Patrimonium en Vrije Tijd - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Raadslid Raymond Boudewijns pleit ervoor het opmetingsplan als verplichte bijlage op te nemen bij het besluit ter illustratie. In de gemeenteraad van april gebeurde dit ook bij een agendapunt in verband met erfdienstbaarheid. Stadssecretaris Eva Wuyts legt uit dat de toepassing zo is opgemaakt dat de bijlagen, opgesomd onderaan het besluit, integraal deel uitmaken van het agendapunt. Bijlagen die enkel raadpleegbaar zijn via de bijlagen, zijn informatief. In dit punt is het voldoende dat men de kadasternummers kent, het plan is informatief. In het agendapunt van de gemeenteraad van april is het opmetingsplan wél belangrijk vermits het daar gaat over sleuven verdeeld over delen van verschillende percelen. Ze vindt het belangrijk dat er een verschil is tussen beide want bijlagen verzwaren de notulen. Het raadslid vindt het wel belangrijk maar legt zich erbij neer. Raadslid Walter Duré deelt mee dat het adres van de burgemeester foutief in de akte staat. De voorzitter antwoordt dat dit wordt aangepast op het moment van de ondertekening van de akte. Stemming Stemming volgens fractie - 20 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Pieter Van der Veken; Leen Van Acker; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 2 stem(men) tegen: Mark Schampaert; Tom Van Grieken - 6 onthouding(en): Ingrid Pira; Walter Duré; Annemie Huygh; Kristel Verrelst; Raymond Boudewijns; Peter Mous Beschrijving Aanleiding en context Op 27 september 2011 hechtte de gemeenteraad goedkeuring aan het ontwerp van akte, opgemaakt door notaris François Leconte, waarbij de stad Mortsel zonder enige vergoeding aan het Autonoom Gemeentebedrijf Mortsel Patrimonium- en Pandenbeheer een recht van opstal verleent voor de aanleg van een kunstgrasterrein. Op 26 mei 2015 hechtte de gemeenteraad goedkeuring aan het voorstel tot aanpassing van de opdracht aan het AGB Mortsel Patrimonium en Vrije Tijd. Het AGB beschikt niet over het zakelijk recht van alle noodzakelijke terreinen voor de ontwikkeling van het Sportlandschap zoals voorzien in het inrichtingsplan. In de zone tussen de Krijgsbaan en het woonwagenterrein zijn alle op het inrichtingsplan voorziene gronden reeds in eigendom van de stad Mortsel. Een uitbreiding van het recht van opstal is aangewezen voor de realisatie van de opdracht door AGB zoals goedgekeurd door de gemeenteraad. Argumentatie 32/191

33 In functie van de uitbreiding van het recht van opstal heeft beëdigd landmeter Erik Ceulemans op 31 maart 2015 een opmetingsplan opgesteld waarop de noodzakelijke kadastrale percelen opgenomen werden in 4 loten. Het recht van opstal behelst uiteraard niet de openbare wegenis. Notaris Tine Landuydt heeft een ontwerpakte opgemaakt voor de uitbreiding van het recht van opstal. Juridische grond Het recht van opstal is een tijdelijk zakelijk recht, dat erin bestaat om gebouwen en beplantingen te hebben op andermans grond. Dit recht wordt geregeld door de wet van 10 januari Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 12 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen, behoudens voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen. Besluit Artikel 1 De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de ontwerpakte, opgemaakt door notaris Tine Landuydt, waarbij de stad Mortsel een recht van opstal verleent aan het AGB Mortsel Patrimonium en Vrije Tijd voor de realisatie van de opdracht met betrekking tot het Sportlandschap. Het recht van opstal betreft de percelen vervat in loten 1 tot en met 4 op het opmetingsplan van 31 maart 2015 opgemaakt door beëdigd landmeter Erik Ceulemans. Artikel 2 De burgemeester en de stadssecretaris worden gemachtigd om deze akte recht van opstal in naam van de stad Mortsel te ondertekenen. Artikel 3 De hypotheekbewaarder wordt ambtshalve ontslaan van de verplichting enige inschrijving van deze akte te nemen. Bijlagen 18. akte recht van opstal stad Mortsel-AGB 33/191

34 _GR_00070 Fort 4 - lastvoorwaarden renovatie loods MG40 - goedkeuring GOEDGEKEURD Notulen Raadslid Mark Schampaert stelt vast dat deze loods in een veel slechtere staat is dan de loods MG68. Volgens hem kan er voor euro makkelijk een nieuwe moderne loods worden opgetrokken zoals in de Antwerpse haven. Renovatie vindt hij een foute beslissing. Raadslid Ingrid Pira sluit zich hierbij aan en vraagt zich af of het sop de kool waard is. Moet men dan niet aan iets anders beginnen denken? Schepen Goedele Vermeiren meent dat de loodsen deel uitmaken van het fort. Het lijkt veel geld maar het gaat over m². Dat is ongeveer 207 euro/m². Het is de bedoeling dat de verenigingen er in kunnen werken. Het is niet enkel een opslagplaats. Zij volgt de diensten hierin. Schepen Koen Dehaen legt nog een groot verschil uit met de loods MG68 en dat is dat het dak hier flink geïsoleerd werd. Er worden slechts drie poorten bewaard en dat maakt het prijzenplaatje anders. Het kan niet vergeleken worden met een loods die enkel dient als opslagplaats. Raadslid Mark Schampaert vindt het een vreemde wending van de schepen dat de loodsen nu ineens wel bij het historische element van het fort horen. Hij vindt de loodsen afgrijselijk lelijk. Beseft de schepen dat ze een bocht maakt van 180? Schepen Vermeiren legt uit dat ze bedoelde dat loodsen MG40 en MG41 zullen blijven staan, de andere werden afgebroken. Ook loods MG 69 zal worden afgebroken. Loodsen MG40 en MG41zijn ook gebetonneerd in het RUP. Raadslid Eddy Cloostermans steunt het project en is voorstander van enkele loodsen te behouden voor verenigingen. Het is een hoog prijskaartje en hij hoopt dat er een prachtig gerenoveerde loods zal staan die de ingang van het fort mee beeld zal geven. Hij vindt het spijtig dat ze met de planning weinig te maken hebben gehad. Verschillende verenigingen zouden niet akkoord gaan met de indeling van de loods. Een breder kader en mensen betrekken die een zicht hebben op sport is een gemiste kans. Het Sportlandschap en de klimmuur zijn ook zo n voorbeelden. Volgens hem zijn er al twee verenigingen die niet tevreden zijn met wat er verandert. Schepen Koen Dehaen meent dat er in het begin altijd wat gemor is en iedereen zoekt een klankbord waar ze steun vinden. Er is uitgebreid overleg geweest met alle betrokkenen en volgens hem zal iedereen tevreden zijn. Raadslid Cloostermans wilde enkel aangeven dat ze ook ideeën hebben en graag positief meewerken en meedenken. Raadslid Raymond Boudewijns vraagt of er een verdiep wordt bijgemaakt in de loods. Schepen Koen Dehaen antwoordt dat er links al een soort duplex bestaat, die wordt behouden. Het is niet dat één van de stukken helemaal wordt ontdubbeld. Verenigingen mogen dat achteraf doen maar voor hun eigen rekening. Raadslid Mark Schampaert zal tegenstemmen omwille van de kostprijs en dat de denkpiste voor een volledig nieuwe loods niet bewandeld werd. Stemming Stemming volgens fractie 34/191

35 - 20 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Pieter Van der Veken; Leen Van Acker; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante - 2 stem(men) tegen: Mark Schampaert; Tom Van Grieken - 6 onthouding(en): Ingrid Pira; Walter Duré; Annemie Huygh; Kristel Verrelst; Raymond Boudewijns; Peter Mous Beschrijving Aanleiding en context Fort 4 in Mortsel is één van de acht forten van de Grote Omwalling van kapitein Henri Alexis Brialmont. Het ligt ten zuidoosten van Antwerpen. Dit fort werd gebouwd in In 1924 is het fort geschrapt als verdedigingswerk. Aan de west- en noordkant zijn delen van de gracht gedempt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft het Duitse leger er bakstenen loodsen gebouwd. Na de Tweede Wereldoorlog werd het fort gebruikt als militair magazijn. De historische gebouwen van het fort zijn vrij gaaf bewaard gebleven en zijn gedeeltelijk gerestaureerd. Het fort werd in 1984 beschermd als monument. Sinds 2000 is het fort eigendom van de stad Mortsel. Loods MG40 is geen historisch gebouw van het fort. Op dit moment biedt de loods onderdak aan verschillende verenigingen. Dat zal ook na de renovatie het geval zijn. De verbouwing voorziet in een compartimentering tussen de verschillende delen van de loods door het inplannen van twee toegangen aan de zijde van de Fortstraat. Aan één van deze toegangen is een centrale ruimte voorzien waar de verschillende nutsvoorzieningen binnenkomen. Aan de andere toegang wordt een bijkomend sanitair blok voorzien. Het volledige dak van de loods wordt vernieuwd en het bestaande schrijnwerk wordt waar nodig vervangen. Argumentatie De loods is dringend aan vernieuwing toe. Het dak (golfplaten met asbest) wordt vervangen en geïsoleerd. Het buitenschrijnwerk (ramen, deuren en poorten) is ook verouderd en op vele plekken stuk. In tegenstelling tot de reeds gerenoveerde loods MG68 (Martha!thentatief FroeFroe) is bij loods MG40 ook de betonstructuur en het metselwerk op verscheidene plaatsen in slechte staat. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten meer bepaald artikel 24 stelt dat wanneer de aanbestedende overheid beslist de opdracht te gunnen bij aanbesteding, dient die te worden gegund aan de inschrijver die de laagste regelmatige offerte heeft ingediend, op straffe van een forfaitaire schadevergoeding vastgesteld op tien percent van het bedrag zonder belasting over de toegevoegde waarde van deze offerte. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 43, 2, 11 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad bepaalt de voorwaarden en de wijze van toewijzing van de opdrachten voor werken, leveringen of diensten. Financiële informatie Financiële informatie 35/191

36 De geraamde uitgave van ,00 euro, incl. BTW wordt geboekt op algemene rekening van beleidsitem met als investeringsenveloppe 23. Besluit Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan de lastvoorwaarden van bijzonder bestek 2015 W 61 voor opdracht tot renovatie van loods MG40 in Fort 4 en besluit deze opdracht te gunnen bij wijze van open aanbesteding tegen een geraamd totaalbedrag van ,00 euro. Artikel 2 De heer Bart Bomans, diensthoofd patrimonium, wordt aangesteld als leidend ambtenaar voor dit dossier. Bijlagen _06_05_Bestek 20. technische bepalingen.pdf 21. plan1.pdf 22. plan2.pdf 36/191

37 Persoonsgebonden zaken Onderwijs _GR_00058 gesubsidieerd officieel basisonderwijs - schoolreglement goedkeuring GOEDGEKEURD Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante Beschrijving Aanleiding en context Naar aanleiding van de gewijzigde regelgeving inzake het uitreiken van een getuigschrift basisonderwijs dient het schoolreglement aangepast te worden voor 1 september De koepel van het stedelijk en gemeentelijk onderwijs, OVSG, heeft in dit kader gezorgd voor een nieuw model van het schoolreglement. Enkel de decretaal verplichte onderdelen worden nog opgenomen in het schoolreglement. Het bestaande schoolreglement werd volledig herbekeken en sterk vereenvoudigd. Het schoolreglement is een onderdeel van de driedelige brochure 'De Wegwijs'. Het eerste deel is 'het visitekaartje' van de school. Dit bevat schoolspecifieke informatie, zoals het pedagogisch project en het schoolconcept. Dit onderdeel is verschillend per school en werd ook geactualiseerd. Het tweede deel is 'het schoolreglement'. Het schoolreglement is gelijk voor de vier stedelijke scholen met kleuter- en lager onderwijs. De infobrochures zijn het derde deel. In het schoolreglement wordt vaak verwezen naar de infobrochures. Deze worden steeds als afzonderlijke bijlage toegevoegd bij de Wegwijs. De infobrochure bevat alle praktische afspraken voor de ouders en/of de leerlingen, zoals bijvoorbeeld de schooluren, de opvang voor en na school, de huistaken,... De infobrochures worden niet mee opgenomen in dit besluit maar kunnen steeds opgevraagd worden via de onderwijsdienst of via de websites van de scholen. Argumentatie Het schoolreglement werd sterk vereenvoudigd op basis van het modelreglement van OVSG. Enkel de decretaal verplichte onderdelen worden er nog in opgenomen. Het schoolreglement is identiek voor de vier stedelijke scholen met kleuter- en basisonderwijs. De schoolspecifieke informatie en afspraken worden in de informatiebrochures opgenomen. Deze worden telkens als afzonderlijke bijlage toegevoegd bij het schoolreglement. Juridische grond 37/191

38 Artikel 37 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 bepaalt dat het schoolbestuur voor elk van zijn scholen met toepassing van de regelgeving inzake medezeggenschap een schoolreglement moet opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en leerlingen regelt. Hier wordt ook bepaald welke elementen het schoolreglement ten minste moet bevatten. Fasering Met ingang van 1 september 2015 Regelgeving: bevoegdheid Artikel 42, 3 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Onverminderd de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van politieverordeningen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. Advies schoolraad basisonderwijs 23/02//2015 Gunstig advies Besluit Artikel 1 De raad besluit de bestaande schoolreglementen, met inbegrip van de schoolbrochures, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 juni 2013, op te heffen. Artikel 2 Er wordt goedkeuring gehecht aan het schoolreglement van het gesubsidieerd officieel basisonderwijs. Artikel 3 Er wordt goedkeuring gehecht aan de schoolbrochures, de zogenaamde 'visitekaarten', met inbegrip van het pedagogisch project en het pedagogisch concept, van de gesubsidieerde officiële scholen met basisonderwijs. Artikel 4 De meer specifieke regels en afspraken met ouders en leerlingen worden door het college van burgemeester en schepenen opgenomen in de infobrochures. Bijlagen 23. ontwerp visitekaartje De Perenpit 24. nieuwe versie schoolreglement GOB ontwerp visitekaartje Guide Gezelleschool 26. ontwerp visitekaartje Lieven Gevaertschool 27. ontwerp visitekaartje Sint Lutgardisschool 38/191

39 39/191

40 1. Het visitekaartje van De Perenpit 1.1 Het pedagogisch project van 'De Perenpit' Inleiding : Het pedagogisch project is de bindende leidraad voor allen die betrokken zijn bij het onderricht, begeleiding, vorming en verzorging van de leerlingen van het gesubsidieerd officieel kleuteronderwijs en lager onderwijs van Mortsel. Het pedagogisch project omschrijft de fundamentele waarden en doelen van ons onderwijs en de middelen om dit te realiseren. Het pedagogisch project is het referentiekader waarbinnen jongeren begeleid worden in hun ontwikkeling tot volwassenen die, in volle vrijheid, hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen én tegenover zichzelf én tegenover de gemeenschap Het pedagogisch project wordt gekenmerkt door : Een democratische en pluralistische grondslag. Het recht op ontplooiing van ieder individu naar eigen aard, bekwaamheid en interesse. Het inspelen op een ontwikkelingsproces van voortdurende verandering die en het individu en de samenleving doormaken Het pedagogisch project wil bijdragen tot de vorming van mensen die : Intellectueel nieuwsgierig zijn met oog voor de wereld en de technische, economische, culturele, sociale, politieke en filosofische realiteiten. Aandacht hebben voor de natuur en milieuproblematiek. Inzien dat mensen individueel en collectief bouwen aan een zinvol leven voor zichzelf en voor anderen. Mondig zijn en op assertieve wijze hun individuele belangen en collectieve belangen kunnen behartigen Concretisering van de doelstellingen : Leerstof en werkwijze vormen een gestructureerd geheel. Werken naar waarden en attitude vorming. Stimuleren van een brede culturele belangstelling. Aandacht voor een gezonde lichamelijke ontplooiing. 40/191

41 Optimale voorbereiding tot het lager onderwijs. Aanleren van werkmethodes, orde en discipline. Aanwenden van aangepast didactische materiaal. Voortdurend evalueren en bijsturen van de leerprogramma's en werkvormen. 1.2 Het schoolconcept Situering Onze school is een gesubsidieerde officiële kleuterschool. Wij werken nauw samen met de gesubsidieerde officiële lagere scholen Guido Gezelle, gevestigd in de Lusthovenlaan 12 en Sint-Lutgardis, gevestigd op de Mechelsesteenweg 30 te Mortsel. Wij proberen de overgang van de kleuters naar de lagere school geleidelijk en harmonisch te laten gebeuren. Wij richten gemeenschappelijke activiteiten in, de sfeer en de doelstellingen zijn op mekaar afgestemd. Onze school is gemengd Verdraagzaamheid - Respect Wij zijn een pluralistische school. Er wordt waardering opgebracht voor het positieve dat in elke levensbeschouwing zit. Respect voor het verschil in uitzicht, gewoonten, sociale klasse, intellectuele begaafdheid is een verdraagzaamheidgedachte dat in het dagelijks leven, in de klas, op de speelplaats, voortdurend aanwezig moet zijn Graag niet té groot Onze school wenst beperkt kleinschalig te blijven. Zo zullen we maximum 7 klassen en één zomerklas oprichten. Er werd een inschrijvingsstop ingevoerd daar we niet meer dan 24 kleuters per klasgroep willen inschrijven. Ons doel is niet alles in het werk te stellen om te groeien, steeds meer leerlingen aan te trekken, ten koste van de persoonlijke aanpak. Wij willen blijven werken aan een pedagogisch klimaat dat rekening houdt met de noodzaak aan geborgenheid en warme opvang. 41/191

42 1.2.4 Tucht om de tucht? Deze bezorgdheid zal zich ook uiten in onze opvatting over tucht, straf en beloning. De tucht om de tucht, om het onszelf gemakkelijk te maken, willen we vervangen door een grote mate van vrijheid. Die vrijheid zal zichzelf beperken, indien ze oorzaak wordt van onverdraagzaamheid, gevaar oplevert voor zichzelf en/of anderen of een klassfeer veroorzaakt die belet in goede omstandigheden te kunnen werken. Straf zal in het mate van het mogelijke gemotiveerd worden, zodat de gestrafte inziet dat ze eigenlijk nodig is. Daarom moeten er beperkte, doch duidelijke afspraken, al dan niet gevisualiseerd, bestaan over wat wel en wat niet kan. (En liefst ook waarom.). Beloning mag niet leiden tot overdreven prestatiedrang of onderlinge concurrentie Motiverende werksfeer Dezelfde bezorgdheid om een warmhartige en motiverende werksfeer te creëren moet ook gaan naar de leerkrachten, de administratieve omkadering en het onderhoudspersoneel. In de mate van het mogelijke zal worden ingegaan op persoonlijke voorkeur voor bepaalde leeftijdsgroepen. Persoonlijke voorkeur kan echter niet voorgaan op het algemeen pedagogisch beleid voor de hele schoolgemeenschap. Mensen krenken in hun persoonlijke waardigheid moet absoluut vermeden worden. Absolute noodzaak voor de goede werking van de school is de onderlinge collegialiteit en de vriendschappelijke verhouding. Geschillen moeten besproken worden en opgelost. Als tegenprestatie voor deze milde sfeer, mag volledige inzet en motivatie verwacht worden. Ook de relatie met het schoolbestuur, de ouderraad, de schoolraad en de ouders in het algemeen, zal in de eerste plaats warm menselijk zijn, wat professionaliteit niet uitsluit Natuurverbonden - Milieubewust Onze school kiest voor een natuurverbonden, milieubewuste aanpak. Wij willen ons als school actief inzetten voor milieuzorg. Het besef dat alle betrokkenen in de maatschappij (overheden, bedrijven,huishoudens, instellingen) voor het milieu verantwoordelijk zijn en milieu-inspanningen moeten doen wordt steeds groter. De school is een belangrijke partner bij die bewustwording. De kleuters leren al van kleins af gebruik te maken van de juiste vuinisbakken, verzorgen en voederen onze konijnen en kippen op school, planten bloembollen, maken gebruik van onze composthoop, knutselen voedertafeltjes voor de vogels, gaan regelmatig op uitstap en bewonderen de natuur, Dank zij de ondersteuning van de ouders en de samenwerking met de leerlingen van de lagere school kunnen de kleuters van de perenpit hier allemaal van proeven. 42/191

43 1.2.7 Verkeersveiligheid rond de school. Sinds het schooljaar mag de Perenpit zich een 10/10school met label en wimpel noemen. Het 10/10 label is niet zomaar een label. Het is een kwaliteitslabel dat verdiend werd doordat de school verkeersveilig en milieuvriendelijk verkeersgedrag stimuleert bij de kleuters. Verkeersvoetjes op het voetpad, fiets-stop-strepen, autoluwe schooldag met koffie aan de schoolpoort, het introduceren van verkeersborden en lichten op de speelplaats, verkeersopvoeding gegeven in elke klas, fietsoefenstonden, verkeersweek en autoluwe schooldag, jaarlijkse kennismaking met de politie,. Wij hopen en durven zelfs te verwachten van de ouders dat zij deze verkeersveilige gedachten mee ondersteunen en daadwerkelijk de kinderen mee begeleiden naar een correct gebruiken van de openbare weg Geen prestigeschool Wie een school zoekt, waar louter aan leerprestaties en de onderlinge concurrentie wordt gedacht, zal zich bij ons niet thuis voelen. Successen boeken met kinderen die én intelligent én gemotiveerd zijn is gemakkelijk. Maar niet reëel. Ons kinderwereldje zit zo niet in mekaar: we werken met alle kinderen, voor zover zij in het gewoon onderwijs thuishoren. Er zijn niet alleen de probleemloze kinderen, er zijn er ook die weinig gemotiveerd zijn, die een beperkte ontwikkelingsachterstand hebben opgelopen, die emotioneel niet goed in hun vel zitten, die door hun sociaal-culturele achtergrond een taalachterstand of een leerprobleem dreigen te ontwikkelen. Wat doen we daaraan? Een sfeer creëren in het hele schoolgebeuren, waarin kinderen zich goed voelen en daardoor erg betrokken worden bij alle activiteiten. Een systeem ontwerpen waarmee we uw kinderen doorlopend volgen in hun ontwikkeling. Een aantal ingrepen bespreken en uitvoeren wanneer iets in de ontwikkeling stagneert of misloopt Zorgbeleid Een kleuterklas vol met kinderen! Alle kleuters hebben een eigen persoonlijkheid, eigen kwaliteiten en elk een eigen sociale achtergrond. Uw kind zal in zijn kleutertijd groeien en zijn kunnen verder uitbouwen. Hoe beter hij zich voelt, hoe groter de betrokkenheid en hoe sterker hij kan werken aan zijn vaardigheden. Er zal dus in de eerste plaats gewerkt worden aan het welbevinden en de betrokkenheid van uw kleuter. 43/191

44 De eerste zorg gebeurt in de klas De klasleerkracht geeft activiteiten op niveau van de kleuters. Deze activiteiten zijn gebaseerd op interesse van de kleuter en op het nastreven van ontwikkelingsdoelen per leeftijd. Tijdens de activiteiten en het spontane spel observeert de leerkracht de kleuters. Het observeren kan zich richten naar de taalvaardigheid, de creativiteit, het wel of niet kunnen tegen zijn verlies, het wel of niet houden aan afspraken, en zoveel meer. De groei van elk kind wordt door de klasleerkracht in kaart gebracht. Dit wordt 3 keer per jaar gedaan om de evolutie van de kleuters zo goed mogelijk op te volgen, NIET om te testen Welke extra zorg bieden wij? Pré-teaching Sommige kleuters hebben het moeilijk met de Nederlandse taal. Hierdoor begrijpen ze sommige dingen uit het klas- en schoolleven minder goed. De kleuters krijgen de kans om in een kleine groep de functionele woordenschat bij te leren. De aan te brengen woordenschat wordt bepaald door de klasleerkracht en hangt samen met het thema dat in de klas behandeld wordt. Schrijfdans Elke klas krijgt van Liesbeth schrijfdans. De helft van de klas gaat in de turnzaal schrijfdansen, de andere helft blijft bij de klasleerkracht en geniet van een zorgmoment op maat. Via schrijfdans worden de kleuters op een speelse en plezierige manier voorbereid op het latere schrijven. Puzzelkast en spelotheek Waarnemen, ordenen en sorteren, bedenken van oplossingen, stimuleren van de zelfstandigheid, het vergroten van het ruimtelijk inzicht, zich concentreren, stimuleren van de fijne motoriek,... Daarom vinden wij het belangrijk om het puzzelen en het spelen van spelletjes bij kinderen te stimuleren! Zowel voor de puzzels op school als voor de opvoedkundige spelen werden er systemen bedacht en uitgebouwd zodat deze functioneler gebruikt kunnen worden. Deze helpen bij het snel aansluiten bij een aanbod van activiteiten en/of thema s of geven een specifiek aanbod in verband meteen bepaalde zorgbehoefte. Zowel de klasleerkracht als zorgcoach maken hier gebruik van. Bij het puzzelen werken we met puzzelkaarten. Zowel de puzzel, als de kaart is voorzien van een kleur die verwijst naar een niveau. De kleuter maakt zes puzzels van hetzelfde niveau, nadien kan hij starten met een volgende kleur en dat wordt geregistreerd op een puzzelkaart. Zo kan je als ouder meevolgen welke puzzels er het beste bij uw kleuter passen. 44/191

45 We spelen en puzzelen op eigenniveau en niet op competentie. Regelmatig worden spelen en puzzels verwisseld, zo blijft het steeds boeiend! Elke klas heeft een eigen zorgcoach De zorgcoach is een leerkracht die wekelijks meedraait in het klasleven. Dit kan zowel in de klas, als buiten de klas zijn. Deze werking is steeds vraag gestuurd door de klasleerkracht. Voorbeelden hiervan zijn: in de klas meespelen, een vertrouwensband creëren, observeren, extra activiteiten geven, op uitstap gaan, klasovername, werken in kleine groepen, klasmateriaal maken, een activiteit begeleiden, Kortom de klasleerkracht ondersteunen waardoor ze samen aan de kleuters intensievere leerkansen kunnen bieden. Als de klasleerkracht of de zorgcoach merkt dat de kleuter zich niet goed voelt en/of vastloopt in zijn ontwikkeling, dan wordt er een korte zorgactie opgestart voor die kleuter Mogelijke zorgacties: - extra spelaanbod - in een kleine groep een activiteit aanbieden of herhalen - extra taalactiviteit - extra knipoog, een schouderklopje, een high five, een dikke duim,. - makkelijkere of moeilijkere opdrachten/activiteiten aanbieden -.. Deze acties worden opgevolgd door de klasleerkracht en de zorgcoach. Ze gebeuren geregeld doorheen het schooljaar en zijn normaal in de ontwikkeling van elk kind. Zo n zorgactie is vaak het kleine duwtje in de rug dat ze nodig hebben om verder te kunnen ontwikkelen. We vinden het dan ook niet nodig om ouders van een korte zorgactie met positieven evolutie op de hoogte te stellen Was de zorgactie niet voldoende? - Dan zoeken de klasleerkracht en de zorgcoach samen naar een intensieve zorgactie. - De ouders worden hiervan via een oudergesprek vooraf op de hoogte gebracht. - Er kunnen verdere stappen ondernomen worden. Na de toestemming van de ouders wordt er gecommuniceerd met bijvoorbeeld: het CLB (centrum voor leerlingenbegeleiding), onze schoollogopediste, en anderen. Het is belangrijk dat de klasleerkracht en de zorgcoach de evolutie van de kleuter en de zorgacties kunnen bespreken met deskundigen. Dit doen ze drie keer per jaar op een MDO (=multidisciplinair overleg). Zo kunne ze meer zicht krijgen op de zorg en eventuele verdere zorgacties bespreken. Op een MDO zijn aanwezig: 45/191

46 - de klasleerkracht - de zorgcoach - de directie - de psycho-pedagoog van het CLB Ook van mogelijke interventies wordt u als ouder na het MDO op de hoogte gebracht! Hebt u zelf nog zorgvragen dan kan u naast de leerkracht, zorgcoach en directie ook zelf contact opnemen met het CLB of de schoollogopediste. Indien u zit met opvoedingsvragen kan u contact opnemen met de opvoedingswinkel Samen zorgbreed werken! - De ouders en de leerkracht: merken signalen van hun kleuter het snelst op. - De zorgcoach: begeleidt de klasleerkracht en de kleuters. - De directeurs: bewaken de algemene zorg op school. - CLB-medewerker: een psycho-pedagoog van het CLB: zal ouders, leerkrachten en zorgcoördinator ondersteunen en begeleiden. -Schoollogopediste: onderzoekt de spraak en/of taalontwikkeling van de kleuters Hebt u zorgvragen? De zorgcoördinator: CLB te bereiken op school tel Sint-Benedictusstraat 14B 2640 Mortsel tel. O mortsel@clbami2.be website: Schoollogopediste: Marleen Troch te bereiken op school op dinsdagnamiddag tussen 13.40u en 15.30u na afspraak met de klasleerkracht of via marleentroch@yahoo.com Verdere informatie vindt u op onze website: schoolvisie/geïntegreerde zorg/ 46/191

47 Verticale doorstroming in de kleuterwerking: In elke leeftijdsgroep wordt gewerkt aan sociale vaardigheden, zelfsturing en symboolbewustzijn. Alle neuzen staan in dezelfde richting. We houden rekening met de leeftijd Gevoelens en sociale vaardigheden Kinderen bereiken een hoge graad van welbevinden als ze zich bewust zijn van hun gevoelens. Daarom vinden wij het belangrijk dat we preventief bezig zijn rond omgaan met gevoelens en sociale vaardigheden. Het kunnen uitdrukken van en praten over gevoelens en sociale handelingen geeft kinderen een alternatief voor probleemgedrag als ze het moeilijk hebben. Als basis gebruiken we de doos vol gevoelens en een huis vol axen. Hierrond hebben we een visie ontwikkeld in verticale doorstroming, die u kan terugvinden op onze website: Van zelfredzaamheid naar zelfsturing De Perenpit wil een school zijn waar kleuters kunnen groeien naar zelfstandige en zelfsturende kinderen. Hierbij speelt de verticale doorstroming een heel belangrijke rol! We werken in elke klas aan zelfredzaamheid, zelfstandigheid en zelfsturing. Zelfredzaamheid Dit betreft het beheersen van de vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig te kunnen instaan voor de verzorging : aan-en uitkleden, eten en drinken, zindelijkheid, neus snuiten, haar kammen, handen en gezicht wassen, tanden poetsen, enz... Zelfstandigheid Als kleuters meer op hun eigen benen leren staan, werkt men aan de zelfstandigheid. Zelfsturing Zelfsturing is het vermogen van de kinderen om zoveel mogelijk van hun leerproces in handen te kunnen nemen. Ze geven hun handelingen leiding vanuit het 'zelf'. Dit maakt vaak het verschil tussen kwaliteit in je leven of niet. Dit omvat: de wil om zich in te zetten, een doel te kiezen, te kunnen bepalen wat hij/zij wil en zelf een werkwijze of een handelingsschema kunnen oproepen of bedenken. In de praktijk ondersteunen we dit leerproces door : - het visualiseren van plaats en materiaal, de werkhoeken en de handelingen; - de weg te vinden in het schoolgebouw; - technieken aan te leren, in te oefenen en te verwerken; - te verwoorden wat je bij het kind opmerkt; - gebruik te maken van opdrachtkaarten; - gebruik te maken van denkkapstokken; 47/191

48 - de emotionele pijler. Groeien naar zelfstandigheid en zelfsturing (groeien naar leren leren in het lager onderwijs) is meer dan alleen maar leren studeren. Het heeft een veel ruimere betekenis en het begint al bij zeer jonge kinderen! Wilt u hier graag meer over lezen kijk dan op onze website Symboolbewustzijn In een klasruimte die duidelijk gestructureerd is, vinden kleuters gemakkelijker hun plaatsje en hun weg. Een duidelijke structuur in het verloop van de dag, de week, biedt ook de zekerheid waarbij kleuters zich veilig en op hun gemak voelen. Afspraken rond klasgebeuren en klaswerking worden consequent toegepast. Al deze zaken proberen we zoveel mogelijk visueel te ondersteunen d.m.v. foto s, pictogrammen en leesfriezen. Hier rond hebben we een visie ontwikkeld in verticale doorstroming, die u kan terugvinden op onze website: Ontwikkelingsvoorsprong Wanneer ouders en/of leerkracht ontdekken dat een kleuter onvoldoende wordt uitgedaagd op school en de kleuter uitzonderlijk sterke prestaties levert, zullen we deze situatie uitklaren door middel van een signaleringsinstrument. Waarin is de kleuter sterk? Wat kan hij/zij minder goed of met wat speelt hij/zij helemaal niet? Dit signaleringsinstrument bestaat uit een indicatielijst én een vragenlijst die door zowel de ouders als de leerkracht worden ingevuld. Door het invullen en naast elkaar leggen van deze lijsten wordt het vermoeden van ontwikkelingsvoorsprong eventueel bevestigd of net weerlegd. Ook het belangrijke gegeven of er een harmonische ontwikkeling is of net een disharmonische ontwikkeling wordt duidelijk in kaart gebracht. Dit document vormt een goede basis voor een constructief gesprek waarin ouders en school elkaar kunnen vinden om samen tot een goede aanpak van de kleuter te komen. Het is niet de bedoeling om kleuters met ontwikkelingsvoorsprong al van in de kleuterklas te behandelen alsof ze al in het eerste leerjaar zitten. Het is niet de bedoeling om deze kleuters al te leren lezen, schrijven en rekenen! De uitdaging is om dit kind te blijven boeien en het uit te dagen door gedifferentieerd te werken. Wilt u hier graag meer over lezen kijk dan op onze website: Seksualiteitsbeleving op school Kinderen mogen gerust experimenteren met leeftijdgenootjes wat seksualiteit betreft. Een grens wordt door de leerkracht getrokken als ze vindt dat ze te ver gaan, als iemand het niet leuk vindt, of als het gedrag storend is voor de anderen. Bepaald gedrag kan voor 48/191

49 sommige kleuters ongewenst zijn. We proberen onze kleuters daarom weerbaar te maken. Ze moeten kunnen en durven neen zeggen. De kleuters weten ook duidelijk dat als ze iets niet leuk vinden en ze kunnen het zelf niet oplossen, ze dit moeten en mogen melden. Dit wordt niet als overbrieven beschouwd. Op de speelplaats wordt er niet geëxperimenteerd, vermits dit kan leiden tot een machtsspel. 2. Het schoolreglement 2.1. Algemene bepalingen Artikel 1 Het schoolreglement regelt de verhouding tussen leerlingen en hun ouders enerzijds en de school/het schoolbestuur anderzijds. Artikel 2 De ouders ondertekenen het schoolreglement, de infobrochure en het pedagogisch project van de school voor akkoord. Dit is een inschrijvingsvoorwaarde. Het schoolreglement wordt door de directeur bij elke inschrijving van een leerling ter beschikking gesteld, met toelichting indien de ouders dit wensen. Dit kan ofwel een papieren exemplaar zijn, ofwel digitaal, zoals de ouders het verkiezen. Bij elke wijziging van het schoolreglement informeert de directeur de ouders schriftelijk of via elektronische drager en met toelichting, indien de ouders dit wensen. De ouders verklaren zich opnieuw schriftelijk akkoord. Indien de ouders zich niet akkoord verklaren met de wijziging, wordt aan de inschrijving van het kind een einde gesteld op 31 augustus van het lopende schooljaar. De school vraagt de ouders of ze ook een papieren versie van het schoolreglement en/of eventuele wijzigingen wensen en stelt deze ter beschikking. Artikel 3 Dit schoolreglement eerbiedigt de internationaalrechtelijke en grondwettelijke beginselen inzake de rechten van de mens en van het kind in het bijzonder. Artikel 4 Voor de toepassing van dit schoolreglement wordt verstaan onder: 1 Aangetekend: met aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs. 49/191

50 2 Extra-murosactiviteiten: activiteiten van één of meer schooldagen die plaatsvinden buiten de schoolmuren en worden georganiseerd voor één of meer leerlingengroepen. 3 Klassenraad: team van personeelsleden dat onder leiding van de directeur samen de verantwoordelijkheid draagt of zal dragen voor de begeleiding van en het onderwijs aan een bepaalde leerlingengroep of individuele leerling. 4 Leerlingen: de kinderen die regelmatig zijn ingeschreven in de basisschool. 5 Regelmatige leerling: voldoet aan de toelatingsvoorwaarden of wijkt hiervan wettelijk af is slechts in één school ingeschreven, behalve als het kind ingeschreven is in een ziekenhuisschool (type 5) is aanwezig en neemt deel aan de onderwijsactiviteiten, behalve bij gewettigde afwezigheid of wettelijke vrijstelling (deelname aan een taalbad wordt als zodanig beschouwd) 6 Toelatingsvoorwaarden: Om toegelaten te worden in het kleuteronderwijs moet een kind ten minste twee en een half jaar oud zijn. Als een kleuter, op het moment van de inschrijving nog geen drie jaar is, kan hij in het basisonderwijs slechts toegelaten worden op één van de volgende instapdagen: - de eerste schooldag na de zomervakantie; - de eerste schooldag na de herfstvakantie; - de eerste schooldag na de kerstvakantie; - de eerste schooldag van februari; - de eerste schooldag na de krokusvakantie; - de eerste schooldag na de paasvakantie; - de eerste schooldag na Hemelvaart. Om in het lager onderwijs toegelaten te worden, moet een leerling zes jaar zijn vóór 1 januari van het lopende schooljaar. De leerling moet ook het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en in dat voorgaande jaar ten minste 220 halve dagen aanwezig zijn geweest. Als de kleuter geen 220 halve dagen of meer aanwezig is geweest, dan moet de klassenraad zijn toelating geven om te kunnen starten in het lager onderwijs De beslissing en motivatie wordt aan de ouders meegedeeld uiterlijk 10 schooldagen na de eerste schooldag van september of de inschrijving. Uitzonderingen: Een leerling die een jaar te vroeg wil instappen in het lager onderwijs (5 jaar ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar) wordt enkel ingeschreven, na advies van het 50/191

51 CLB en na toelating van de klassenraad. Het beslissingsrecht van de ouders vervalt hier. De beslissing en motivatie wordt aan de ouders meegedeeld uiterlijk 10 schooldagen na de eerste schooldag van september of de inschrijving. Voor zij-instromers van 7 jaar of ouder gelden de bovenstaande voorwaarden niet. 7 Leerlingengroep: een aantal leerlingen dat samen voor een bepaalde periode eenzelfde opvoedings- of onderwijsactiviteit volgt. 8 Ouders: de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige onder hun bewaring hebben. 9 Pedagogisch project: het geheel van de fundamentele uitgangspunten dat door een schoolbestuur voor een school en haar werking wordt bepaald. 10 School: het pedagogisch geheel, waar onderwijs wordt georganiseerd en dat onder leiding staat van de directeur. 11 Schoolbestuur: de inrichtende macht die verantwoordelijk is voor de sch(o)ol(en) van de gemeente, nl. de gemeenteraad. Inzake daden van dagelijks beheer is het college van burgemeester en schepenen bevoegd. 12 Schoolraad: is een officieel inspraakorgaan waarin ouders, personeel, en personen van de lokale gemeenschap vertegenwoordigd zijn. 13 Werkdag: weekdagen van maandag tot vrijdag, met uitzondering van feestdagen en dagen die vallen tijdens de herfst-, kerst-, krokus- en paasvakantie. 14 Schooldag: een dag waarop leerlinggebonden activiteiten georganiseerd zijn, met uitzondering van zaterdag, zondag en de schoolvakanties Engagementsverklaring Oudercontacten De school organiseert op geregelde tijdstippen oudercontacten. De ouders en de school zelf kunnen op eigen initiatief bijkomende oudercontacten voorstellen. De ouder(s) woont (wonen) de oudercontacten bij. In de infobrochure staan de concrete data. 51/191

52 Voldoende aanwezigheid De ouders zorgen ervoor dat hun kind elke schooldag en op tijd naar school komt Deelnemen aan individuele begeleiding Sommige kinderen hebben nood aan een individuele begeleiding. Voor kinderen die daar nood aan hebben, werkt de school vormen van individuele ondersteuning uit en ze maakt daarover afspraken met de ouders zoals voorzien in het zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid van de school. De ouders ondersteunen op een positieve manier de maatregelen die in samenspraak genomen zijn Nederlands is de onderwijstaal van de school Ouders moedigen hun kind(eren) aan om Nederlands te leren. Ouders ondersteunen de initiatieven en de maatregelen die de school neemt om de eventuele taalachterstand van hun kind(eren) weg te werken Sponsoring 1 De school werkt voor het bereiken van de eindtermen en het nastreven van ontwikkelingsdoelen met de middelen die door de Vlaamse Gemeenschap en door het schoolbestuur ter beschikking worden gesteld. 2 Om de bijdragen van de ouders voor niet-eindtermgebonden onderwijskosten te beperken, kan de school gebruik maken van geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning door derden. 3 Dergelijke ondersteuning in de vorm van mededelingen die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel hebben de verkoop van producten of diensten te bevorderen, kan enkel in geval van facultatieve activiteiten en na overleg in de schoolraad. 4 De school zal in geval van dergelijke ondersteuning enkel vermelden dat de activiteit of een deel van de activiteit ingericht werd door middel van een gift, een schenking, een gratis prestatie of een prestatie verricht onder de reële prijs door een bij name genoemde natuurlijke persoon, rechtspersoon of feitelijke vereniging. 5 De bedoelde mededelingen kunnen enkel indien: 1 deze mededelingen verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taken en doelstellingen van de school; 52/191

53 2 deze mededelingen de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van de school niet in het gedrang brengen. 6 In geval van vragen of problemen met betrekking tot de geldelijke of niet-geldelijke ondersteuning door derden, richt men zich tot het schoolbestuur Kostenbeheersing Kosteloos Het schoolbestuur vraagt geen direct of indirect inschrijvingsgeld. Het schoolbestuur vraagt geen bijdrage voor onderwijs gebonden kosten die noodzakelijk zijn om een eindterm te realiseren of een ontwikkelingsdoel na te streven. De school biedt volgende materialen gratis ter beschikking, maar ze blijven eigendom van de school. Als ze gebruikt worden voor huistaken, gelden volgende afspraken: bij verlies of beschadiging kan er een vergoeding gevraagd worden. Lijst met materialen Bewegingsmateriaal Constructiemateriaal Voorbeelden Ballen, touwen, (klim)toestellen, driewielers, Karton, hout, hechtingen, gereedschap, katrollen, tandwielen, bouwdozen, Handboeken, schriften, werkboeken en -blaadjes, fotokopieën, software ICT-materiaal Informatiebronnen Kinderliteratuur Knutselmateriaal Computers inclusief internet, tv, radio, telefoon, (Verklarend) woordenboek, (kinder)krant, jeugdencyclopedie, documentatiecentrum, cd-rom, dvd, klank- en beeldmateriaal, Prentenboeken, (voor)leesboeken, kinderromans, poëzie, strips, Lijm, schaar, grondstoffen, 53/191

54 Leer- en ontwikkelingsmateriaal Meetmateriaal Multimediamateriaal Muziekinstrumenten Planningsmateriaal Schrijfgerief Tekengerief Verkeersveiligheidsmateriaal Communicatiemiddel Atlas, globe, kaarten, kompas, passer, tweetalige alfabetische woordenlijst, zakrekenmachine textiel, Spelmateriaal, lees- en rekenmateriaal, denkspellen, materiaal voor socioemotionele ontwikkeling, Lat, graadboog, geodriehoek, tekendriehoek, klok (analoog en digitaal), thermometer, weegschaal, Audiovisuele toestellen, fototoestel, dvd-speler, tablet Trommels, fluiten, Schoolagenda, kalender, dagindeling, Potlood, pen, Stiften, kleurpotloden, verf, penselen, Fluohesjes Heen - en weerkaftje/bakje Scherpe maximumfactuur Het schoolbestuur kan echter een beperkte bijdrage vragen voor kosten die ze maakt om de eindtermen en de ontwikkelingsdoelen te verlevendigen. Dit gebeurt steeds na overleg met de schoolraad. Het gaat over volgende bijdragen: de toegangsprijs voor het zwembad, met uitzondering van de leerlingengroep waarvoor de toegangsprijs door de Vlaamse Gemeenschap wordt gedragen; de toegangsprijs bij pedagogisch-didactische uitstappen; de deelnamekosten bij eendaagse extra-murosactiviteiten; de vervoerskosten bij pedagogisch-didactische uitstappen, eendaagse extramurosactiviteiten en zwemmen, met uitzondering van de leerlingengroep waarvoor de vervoerkosten naar het zwembad door de Vlaamse Gemeenschap worden gedragen; de aankoopprijs van turn- en zwemkledij; de kosten voor occasionele activiteiten, projecten en feestactiviteiten; 54/191

55 .. Maximumbijdrage per schooljaar (geïndexeerd): kleuters: 45 euro leerling lager onderwijs: 85 euro Minder scherpe maximumfactuur Voor meerdaagse extra-murosactiviteiten kan enkel in de lagere school een bijdrage gevraagd worden. Dit gebeurt na overleg met de schoolraad. Deze bijdrage mag maximaal 410 euro bedragen voor de volledige schoolloopbaan lager onderwijs. De stand van de maximumfacturen kan opgevraagd worden op het schoolsecretariaat Bijdrageregeling De school biedt diensten en materialen aan tegen betaling. Voorbeelden: - vervoer en deelname aan buitenschoolse activiteiten (o.a. Stichting Vlaamse Schoolsport) - voor-, middag- en nabewaking - dranken - abonnementen voor tijdschriften - nieuwjaarsbrieven - klasfoto s.. Zie infobrochure van de school. De ouders kiezen of ze hier gebruik van maken of niet. De school gebruikt deze materialen/diensten niet in haar activiteiten en lessen Basisuitrusting De school verwacht dat de leerlingen over basismateriaal beschikken. Voorbeelden: - brooddoos - drinkbus - boekentas - turnkledij,.. 55/191

56 Zie infobrochure van de school Betalingen Door de school wordt er maandelijks een schoolrekening per leerling opgemaakt die binnen de 20 dagen betaald moet worden. Hetzij met een overschrijving via de bank hetzij contant aan de directeur. Ouders, waarvoor de betaling van de schoolrekening problemen oplevert, nemen contact op met de directeur. Bij niet-betaling, na de tweede rappel, wordt er een procedure opgestart door het stadsbestuur. 2.5 Extra-murosactiviteiten Extra-murosactiviteiten zijn activiteiten van één of meerdere schooldagen die plaats vinden buiten de schoolmuren en worden georganiseerd voor één of meer leerlingengroepen. De school streeft ernaar dat alle leerlingen deelnemen aan de extra-murosactiviteiten, aangezien ze deel uitmaken van het leerprogramma. De ouders worden tijdig geïnformeerd over de geplande extra-murosactiviteiten. Ouders hebben echter het recht om hun kinderen niet mee te laten gaan op extramurosactiviteiten van een volledige dag of meer. Ze moeten deze weigering schriftelijk kenbaar maken aan de school. Als de leerling niet deelneemt, moet de leerling toch op school aanwezig zijn. Voor deze leerlingen voorziet de school een aangepast programma. Activiteiten die volledig buiten de schooluren georganiseerd worden, vallen hier niet onder. 2.6 Huiswerk, agenda s, rapporten, evaluatie en schoolloopbaan Huiswerk Zie infobrochure van de school Agenda (lager) en heen-en-weerkaftje/bakje (kleuter) Zie infobrochure van de school. 56/191

57 Evaluatie en rapport (lagere school) Zie infobrochure van de school Schoolloopbaan 1 Op voorwaarde dat aan alle toelatingsvoorwaarden voldaan is, nemen de ouders van de leerling de eindbeslissing inzake: - de overgang van kleuter- naar lager onderwijs, na kennisneming van en toelichting bij de adviezen van de klassenraad en van het CLB; - het volgen van een achtste leerjaar lager onderwijs, na kennisneming van en toelichting bij het gunstig advies van de klassenraad en advies van het CLB. 2 Een leerling die een jaar te vroeg wil instappen in het lager onderwijs (5 jaar ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar) wordt enkel ingeschreven, na advies van het CLB en na toelating van de klassenraad. Geeft de klassenraad geen toelating, dan vervalt het beslissingsrecht van de ouders. te 3 Een school die beslist het leerproces van een leerling te onderbreken door deze leerling het aanbod van het afgelopen schooljaar gedurende het daaropvolgende schooljaar nogmaals laten volgen, neemt deze beslissing na overleg met het CLB. De beslissing wordt aan de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De school deelt mee welke bijzondere aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor de leerling zijn. 2.7 Afwezigheden en te laat komen Afwezigheden Zowel voor kleuters als voor leerlingen lager onderwijs is een voldoende aanwezigheid noodzakelijk voor een vlotte schoolloopbaan. 1 Kleuteronderwijs Afwezigheden worden telefonisch of schriftelijk meegedeeld aan de leerkracht of aan de directeur bij voorkeur voor de start van de schooldag. Er is geen medisch attest nodig voor afwezigheden van kleuters. Voor een leerplichtige leerling die nog een jaar in het kleuteronderwijs doorbrengt, gelden de regels van het lager onderwijs. (zie ook hoofdstuk 1 art. 4 6) 57/191

58 2 Lager onderwijs De ouders melden de hieronder vermelde afwezigheden ook telefonisch aan het schoolsecretariaat op de eerste dag van de afwezigheid en dit voor 9 uur. 1 Afwezigheid wegens ziekte: Bij een afwezigheid wegens ziekte van maximaal drie opeenvolgende kalenderdagen bezorgen de ouders aan de leerkracht op de eerste dag dat de leerling terug naar school komt een ondertekend ziekteattest. Deze code Z-kaart wordt in viervoud in het begin van het schooljaar met de leerlingen meegegeven. Krijgt je kind geen code-z-kaart, dan zullen in de schoolagenda s 4 invulstrookjes voorzien zijn voor melding van afwezigheden wegens ziekte. Deze attesten vermelden telkens de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de einddatum. Indien tijdens het schooljaar al vier maal van deze mogelijkheid gebruik werd gemaakt, is een medisch attest vereist. Bij een afwezigheid wegens ziekte van meer dan drie opeenvolgende kalenderdagen is steeds een medisch attest (doktersbriefje) verplicht. 2 Afwezigheid van rechtswege: Bij een afwezigheid van rechtswege bezorgen de ouders aan de directeur of de groepsleerkracht een ondertekende verklaring of een officieel document. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum. Het gaat om volgende gevallen: - het bijwonen van een familieraad; - het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van een persoon die onder hetzelfde dak woont als de leerling of van een bloed- of aanverwant van de leerling; - de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank; - het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg en de jeugdbescherming; - de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht; - het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling; - het actief deelnemen in het kader van een individuele selectie of lidmaatschap van een vereniging als topsportbelofte aan sportieve manifestaties. De leerling heeft recht op maximaal 10 (al dan niet gespreide) halve schooldagen per schooljaar. 3 Afwezigheid mits voorafgaandelijke toestemming van de directeur: Bij een afwezigheid met toestemming van de directeur bezorgen de ouders aan de directeur een ondertekende verklaring of een officieel document. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum. 4 Afwezigheid wegens verplaatsingen van de trekkende bevolking: 58/191

59 In uitzonderlijke omstandigheden kan de afwezigheid van kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners gewettigd zijn om de ouders te vergezellen tijdens hun verplaatsingen. De afspraken over de modaliteiten aangaande het onderwijs op afstand en aangaande de communicatie tussen de school en de ouders worden vastgelegd in een overeenkomst tussen de directeur en de ouders. 5 Afwezigheden voor topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek mits toestemming van de directie: Deze categorie afwezigheden kan slechts worden toegestaan voor maximaal zes lestijden per week (verplaatsingen inbegrepen) en kan enkel als de school voor de betrokken topsportbelofte over een dossier beschikt dat volgende elementen bevat: - een gemotiveerde aanvraag van de ouders; - een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie; - een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap; - een akkoord van de directie. 6 Afwezigheden omwille van revalidatie tijdens de lestijden: a) de afwezigheid omwille van revalidatie na ziekte of ongeval, en dit gedurende maximaal 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen. Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school beschikken over een dossier dat minstens de volgende elementen bevat: - een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden; - een medisch attest waaruit de noodzakelijkheid, de frequentie en de duur van de revalidatie blijkt; - een advies, geformuleerd door het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders; - een toestemming van de directeur voor een periode die de duur van de behandeling, vermeld in het medisch attest, niet kan overschrijden. Uitzonderlijk kunnen de 150 minuten overschreden worden, mits gunstig advies van de arts van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders. b) de afwezigheid gedurende maximaal 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen voor de behandeling van een stoornis die is vastgelegd in een officiële diagnose. Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school beschikken over een dossier dat ten minste de volgende elementen bevat: - een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden; - een advies, geformuleerd door het CLB in overleg met de klassenraad en de ouders; - een samenwerkingsovereenkomst tussen de school en de revalidatieverstrekker. De revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van elk schooljaar een evaluatieverslag; 59/191

60 - een toestemming van de directeur, die jaarlijks vernieuwd en gemotiveerd moet worden, rekening houdend met het evaluatieverslag waarvan sprake in punt 3). In uitzonderlijke omstandigheden en mits gunstig advies van het CLB in overleg met de klassenraad en de ouders, kan de maximumduur van 150 minuten voor leerplichtige kleuters uitgebreid worden tot 200 minuten, verplaatsing inbegrepen. Voor leerlingen die vallen onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2003 betreffende de integratie van leerlingen met een matige of ernstige verstandelijke handicap in het gewoon lager en secundair onderwijs kan de afwezigheid maximaal 250 minuten per week bedragen, verplaatsing inbegrepen. 3 Problematische afwezigheden Alle afwezigheden die niet zijn opgesomd of niet kunnen worden gewettigd zoals beschreven onder 2 worden ten aanzien van de leerling beschouwd als problematische afwezigheden. Ook afwezigheden gewettigd door een twijfelachtig medisch attest, met name de dixit -attesten, geantidateerde attesten en attesten die een niet-medische reden vermelden, worden als problematische afwezigheden beschouwd. In deze gevallen zal de directeur contact opnemen met de ouders. De ouders kunnen deze afwezigheid alsnog wettigen. Vanaf meer dan tien halve schooldagen problematische afwezigheden heeft de school een meldingsplicht ten opzichte van het CLB. Het CLB voorziet begeleiding voor de betrokken leerling, in samenwerking met de school Te laat komen 1 Kinderen moeten op tijd op school zijn. Een kleuter of leerling die toch te laat komt, moet steeds door de ouders of de volwassen begeleider tot in de klas gebracht worden.. De ouders worden bij herhaaldelijk te laat komen van hun kind gecontacteerd door de directie / leerkracht. 2 In uitzonderlijke gevallen kan een leerling die daarvoor een gewettigde reden heeft, de school voor het einde van de schooldag verlaten. Dit kan enkel na toestemming van de directeur. 2.8 Schending van de leefregels, preventieve schorsing, tijdelijke en definitieve uitsluiting Leefregels 60/191

61 Ouders stimuleren hun kind om de leefregels van de school na te leven. Zie infobrochure van de school Schending van de leefregels en ordemaatregelen 1 Indien een leerling door zijn gedrag de leefregels schendt of de goede orde in de school in het gedrang brengt, kunnen maatregelen worden genomen. 2 Deze maatregelen kunnen zijn: - een mondelinge opmerking; - een schriftelijke opmerking in de schoolagenda of de heen-en-weerschrift die de ouders ondertekenen voor gezien; - een extra taak die de ouders ondertekenen voor gezien; Deze opsomming sluit niet uit dat een andere maatregel wordt genomen, aangepast aan het onbehoorlijk gedrag van de leerling. Deze maatregelen kunnen worden genomen door de directeur of elk personeelslid van de school met een kindgebonden opdracht. 3 Meer verregaande maatregelen kunnen zijn: een gesprek tussen de directeur en de betrokken leerling. De directeur maakt hiervan melding in de schoolagenda of het heen-en-weerschrift. De ouders ondertekenen voor gezien. De leerkracht en/of de directeur nemen contact op met de ouders en bespreken het gedrag van de leerling. Het verslag van deze bespreking wordt door de ouders ondertekend voor gezien. Een preventieve schorsing is een uitzonderlijke maatregel die de directeur voor een leerplichtige leerling in het lager onderwijs kan hanteren als bewarende maatregel om de leefregels te handhaven en om te kunnen nagaan of een tuchtsanctie aangewezen is. De leerling mag gedurende maximaal vijf opeenvolgende schooldagen de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen. De directeur kan, mits motivering aan de ouders, beslissen om die periode eenmalig met maximaal vijf opeenvolgende schooldagen te verlengen indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden afgerond. De preventieve schorsing kan onmiddellijk uitwerking hebben en de school stelt de ouders in kennis van de preventieve schorsing. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is. 4 Indien vermelde maatregelen niet het gewenste effect hebben, kan een individueel begeleidingsplan met meer bindende gedragsregels worden vastgelegd door de directeur. Dit moet ertoe bijdragen dat een goede samenwerking met personeelsleden en/of medeleerlingen opnieuw mogelijk wordt. 61/191

62 Dit begeleidingsplan wordt opgesteld door de groepsleerkracht, de zorgcoördinator en de directeur. Het wordt steeds besproken met de ouders. Het wordt van kracht van zodra de ouders het begeleidingsplan ondertekenen voor akkoord. Indien de ouders niet akkoord gaan met het individueel begeleidingsplan, kan de directeur onmiddellijk overgaan tot het opstarten van een tuchtprocedure. 5 Tegen geen enkele van deze maatregelen is er beroep mogelijk Tuchtmaatregelen: tijdelijke en definitieve uitsluiting van leerlingen 1 Het onbehoorlijk gedrag van een leerling kan uitzonderlijk een tuchtmaatregel noodzakelijk maken. 2 Een tuchtmaatregel kan worden opgelegd indien de leerling: - het verstrekken van opvoeding en onderwijs in gevaar brengt; - de verwezenlijking van het pedagogisch project van de school in het gedrang brengt; - ernstige of wettelijk strafbare feiten pleegt; - zich niet houdt aan het eventueel opgesteld individueel begeleidingsplan; - de naam van de school of de waardigheid van het personeel aantast; - de school materiële schade toebrengt. 3 Tuchtmaatregelen zijn: Tijdelijke uitsluiting De directeur kan, in uitzonderlijke gevallen, een leerplichtige leerling in het lager onderwijs tijdelijk uitsluiten. Een tijdelijke uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt dat de gesanctioneerde leerling gedurende minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet mag volgen. Een nieuwe tijdelijke uitsluiting kan enkel na een nieuw feit. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is. Definitieve uitsluiting De directeur kan, in uitzonderlijke gevallen, een leerplichtige leerling in het lager onderwijs definitief uitsluiten. Een definitieve uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt dat de gesanctioneerde leerling wordt uitgeschreven op het moment dat die leerling in een andere school is ingeschreven en uiterlijk één maand, vakantieperioden tussen 1 september en 30 juni niet inbegrepen. In afwachting van een inschrijving in een andere school mag de gesanctioneerde leerling de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is. 4 Er is geen mogelijkheid tot collectieve uitsluiting: elke leerling wordt afzonderlijk behandeld. 5 Het schoolbestuur kan de inschrijving weigeren in een school waar de betrokken 62/191

63 leerling het huidige, vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten Tuchtprocedure 1 De directeur kan beslissen tot een tijdelijke of definitieve uitsluiting. 2 De directeur volgt daarbij volgende procedure: 1 het voorafgaandelijke advies van de klassenraad moet worden ingewonnen. In geval van de intentie tot een definitieve uitsluiting moet de klassenraad uitgebreid worden met een vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft; 2 de intentie tot een tuchtmaatregel wordt na bijeenkomst van de klassenraad aangetekend aan de ouders bezorgd, binnen de drie schooldagen. De school verwijst in de kennisgeving naar de mogelijkheid tot inzage in het tuchtdossier, met inbegrip van het advies van de klassenraad. Dit gebeurt op afspraak. De ouders hebben het recht om te worden gehoord, eventueel bijgestaan door een vertrouwenspersoon. Dit gesprek moet uiterlijk vijf schooldagen na ontvangst van de kennisgeving plaatsvinden. 3 De tuchtstraf moet in overeenstemming zijn met de ernst van de feiten. 4 De genomen beslissing van de directeur wordt schriftelijk gemotiveerd en binnen de drie schooldagen aangetekend aan de ouders bezorgd. In dit aangetekend schrijven wordt de mogelijkheid vermeld tot het instellen van het beroep, alsook de bepalingen uit het schoolreglement die hier betrekking op hebben Tuchtdossier Een tuchtdossier van een leerling wordt opgesteld en bijgehouden door de directeur. Het tuchtdossier omvat een opsomming van: - de gedragingen; - de reeds genomen ordemaatregelen; - de gedragingen die niet overeenstemmen met het individueel begeleidingsplan; - de reacties van de ouders op eerder genomen maatregelen; - het gemotiveerd advies van de klassenraad; - het tuchtvoorstel en de bewijsvoering ter zake Beroepsprocedure tegen tijdelijke uitsluiting 1 Ouders kunnen een beslissing tot tijdelijke uitsluiting betwisten en kunnen een beroepsprocedure instellen. De ouders stellen het beroep in bij het schoolbestuur. 63/191

64 Dit beroep moet binnen de vijf schooldagen na kennisneming van de feiten aangetekend ingediend worden bij het schoolbestuur. Het beroep: - wordt gedateerd en ondertekend - vermeldt ten minste het voorwerp van beroep met omschrijving en motivering van de ingeroepen bezwaren. - kan aangevuld worden met overtuigingsstukken 2 Het beroep wordt behandeld door een beroepscommissie, opgericht door het schoolbestuur. 3 De beroepscommissie bestaat uit een delegatie van interne leden en wordt in functie van een concreet beroep samengesteld door het college van burgemeester en schepenen. 4 Het beroep door een beroepscommissie kan leiden tot: 1 de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van onontvankelijkheid als: a) de in het schoolreglement opgenomen termijn voor indiening van het beroep is overschreden; b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het schoolreglement; 2 de bevestiging van de tijdelijke uitsluiting 3 de vernietiging van de tijdelijke uitsluiting. De werking van de beroepscommissie: Het schoolbestuur bepaalt de werking, met inbegrip van de stemprocedure, van een beroepscommissie: - elk lid van een beroepscommissie is stemgerechtigd; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend; - elk lid van een beroepscommissie is aan discretieplicht onderworpen; - een beroepscommissie hoort de ouders in kwestie; - een beroepscommissie beslist autonoom over de stappen die worden gezet om tot een gefundeerde beslissing te komen, waaronder eventueel het horen van een of meer leden van de klassenraad die een advies over de tijdelijke uitsluiting heeft gegeven; - de werking van een beroepscommissie kan geen afbreuk doen aan de statutaire rechten van de individuele personeelsleden van het onderwijs; - een beroepscommissie oordeelt of de genomen beslissing alleszins in overeenstemming is met de decretale en reglementaire onderwijsbepalingen en met het schoolreglement. Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor deze beslissing van de beroepscommissie. 5 Het resultaat van het beroep wordt gemotiveerd en aangetekend aan de ouders bezorgd, binnen de drie schooldagen na de beslissing van de beroepscommissie. 6 Bij overschrijding van deze vervaltermijn is de omstreden tijdelijke uitsluiting van rechtswege nietig. 64/191

65 2.8.7 Beroepsprocedure tegen definitieve uitsluiting 1 Ouders kunnen een beslissing tot definitieve uitsluiting betwisten en kunnen een beroepsprocedure instellen. De ouders stellen het beroep in bij het schoolbestuur. Dit beroep moet binnen de vijf schooldagen na kennisneming van de feiten aangetekend ingediend worden bij het schoolbestuur. Het beroep: - wordt gedateerd en ondertekend; - vermeldt ten minste het voorwerp van beroep met omschrijving en motivering van de ingeroepen bezwaren; - kan aangevuld worden met overtuigingsstukken; - eventuele bijkomende vormvereisten kunnen hier opgenomen worden. 2 Het beroep wordt behandeld door een beroepscommissie, opgericht door het schoolbestuur. 3 De beroepscommissie bestaat uit een delegatie van 2 externe leden en een delegatie van 2 interne leden en wordt in functie van een concreet beroep samengesteld door het college van burgemeester en schepenen. 4 De voorzitter wordt door het College van burgemeester en schepenen onder de externe leden aangeduid Het schoolbestuur bepaalt de samenstelling van de beroepscommissie, met inachtneming van volgende bepalingen: 1 de samenstelling van de beroepscommissie kan per te behandelen dossier verschillen, maar kan binnen het te behandelen dossier niet wijzigen; 2 de samenstelling is als volgt: - interne leden zijn de leden intern aan het schoolbestuur of intern aan de school waar de betwiste beslissing tot definitieve uitsluiting is genomen, met uitzondering van de directeur die de beslissing heeft genomen; - externe leden zijn de personen die extern zijn aan het schoolbestuur en extern aan de school waar de betwiste beslissing tot definitieve uitsluiting is genomen. In voorkomend geval en voor de toepassing van deze bepalingen: a) wordt een persoon die vanuit zijn hoedanigheden zowel een intern lid als een extern lid is, geacht een intern lid te zijn; b) wordt een lid van de ouderraad of, met uitzondering van het personeel, de school- raad van de school waar de betwiste beslissing tot definitieve uitsluiting is genomen, geacht een extern lid te zijn, tenzij de bepaling vermeld in punt a) van toepassing is; De werking van de beroepscommissie Het schoolbestuur bepaalt de werking, met inbegrip van de stemprocedure, van een beroepscommissie, met inachtneming van volgende bepalingen: 1 elk lid van een beroepscommissie is in beginsel stemgerechtigd, met dien verstande dat 65/191

66 bij stemming het aantal stemgerechtigde interne leden van de beroepscommissie en het aantal stemgerechtigde externe leden van de beroepscommissie gelijk moet zijn; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend; 2 elk lid van een beroepscommissie is aan discretieplicht onderworpen; 3 een beroepscommissie hoort de ouders in kwestie; 4 een beroepscommissie beslist autonoom over de stappen die worden gezet om tot een gefundeerde beslissing te komen, waaronder eventueel het horen van een of meer leden van de klassenraad die een advies over de definitieve uitsluiting heeft gegeven; 5 de werking van een beroepscommissie kan geen afbreuk doen aan de statutaire rechten van de individuele personeelsleden van het onderwijs; 6 een beroepscommissie oordeelt of de genomen beslissing alleszins in overeenstemming is met de decretale en reglementaire onderwijsbepalingen en met het schoolreglement. Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor deze beslissing van de beroepscommissie. 5 Het beroep door een beroepscommissie kan leiden tot: 1 de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van onontvankelijkheid als: a) de in het schoolreglement opgenomen termijn voor indiening van het beroep is overschreden; b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het schoolreglement; 2 de bevestiging van de definitieve uitsluiting, 3 de vernietiging van de definitieve uitsluiting. 6 Het resultaat van het beroep wordt gemotiveerd en aangetekend aan de ouders bezorgd binnen de drie schooldagen na de beslissing van de beroepscommissie. 7 Bij overschrijding van deze vervaltermijn is de omstreden definitieve uitsluiting van rechtswege nietig. 8 Het beroep schort de uitvoering van de beslissing tot definitieve uitsluiting niet op. 66/191

67 2.9 Getuigschrift basisonderwijs Het getuigschrift toekennen Het schoolbestuur kan een getuigschrift basisonderwijs uitreiken, op voordracht en na beslissing van de klassenraad Het getuigschrift wordt toegekend uiterlijk op 30 juni van het lopende schooljaar, of na een beroepsprocedure. De regelmatige leerling ontvangt het getuigschrift basisonderwijs indien uit het leerlingendossier blijkt dat de leerling bij het voltooien van het lager onderwijs de doelen opgenomen in het leerplan in voldoende mate heeft bereikt Het getuigschrift niet toekennen Als de klassenraad het getuigschrift niet toekent, motiveert hij zijn beslissing op basis van het leerlingendossier en deelt het schoolbestuur dit uiterlijk op 30 juni van het lopende schooljaar aangetekend mee aan de ouders. Ouders die niet akkoord gaan met deze beslissing, kunnen uiterlijk binnen de drie werkdagen een overleg vragen met de directeur. De bedoeling van dit overleg is om alsnog tot een overeenkomst te komen zonder dat de formele beroepsprocedure opgestart moet worden. Dit overleg vindt plaats binnen de twee werkdagen na de aanvraag tot gesprek. De school kan dit overleg niet weigeren en er moet een schriftelijk verslag van gemaakt worden. In dit verslag wordt meteen opgenomen of de directeur de klassenraad al dan niet opnieuw samenroept. Wanneer de ouders niet akkoord gaan met de beslissing (hetzij om de klassenraad niet bijeen te roepen, hetzij om het getuigschrift niet toe te kennen), dan wijst de school de ouders schriftelijk op de mogelijkheid tot beroep bij de beroepscommissie. Indien de klassenraad bij zijn oorspronkelijke beslissing blijft, wordt zij opnieuw gemotiveerd en door het schoolbestuur aangetekend meegedeeld aan de ouders, uiterlijk binnen de drie werkdagen. Wanneer de ouders niet akkoord gaan met de beslissing dan wijst de school de ouders schriftelijk op de mogelijkheid tot beroep bij de beroepscommissie Beroepsprocedure 1 Ouders kunnen het niet toekennen van een getuigschrift door de klassenraad betwisten en kunnen een beroepsprocedure instellen, na voorgaande stappen, zoals 67/191

68 beschreven in Dit beroep moet door de ouders aangetekend en binnen de vijf werkdagen ingediend worden bij het schoolbestuur. Het beroep: - wordt gedateerd en ondertekend; - vermeldt ten minste het voorwerp van beroep met omschrijving en motivering van de ingeroepen bezwaren; - kan aangevuld worden met overtuigingsstukken; 2 Het beroep wordt behandeld door een beroepscommissie, opgericht door het schoolbestuur. De beroepscommissie bestaat uit een delegatie van 2 externe leden en een delegatie van 2 interne leden en wordt in functie van een concreet beroep samengesteld door het college van burgemeester en schepenen. Tijdens het behandelen van een beroep, is er geen wisseling van leden toegestaan. De samenstelling van de beroepscommissie: - interne leden zijn de leden van de klassenraad zesde leerjaar: de leerkrachten van het zesde leerjaar, de zorgcoördinator, de beleidsondersteuner en de directeur. - externe leden zijn de personen die extern zijn aan het schoolbestuur en de school. Te kiezen uit: één van de directeurs van een andere school uit de Scholengemeenschap MERKpunt, één uit de leden van de geleding lokale gemeenschap van de schoolraad of een zorgcoördinator of een leerkracht zesde leerjaar van een andere school binnen MERKpunt. - de voorzitter wordt door het schoolbestuur onder de externe leden aangeduid. Het schoolbestuur bepaalt de werking, met inbegrip van de stemprocedure, van een beroepscommissie. De werking van de beroepscommissie: - elk lid van een beroepscommissie is stemgerechtigd; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend; - elk lid van een beroepscommissie is aan discretieplicht onderworpen; - een beroepscommissie hoort de ouders in kwestie; - een beroepscommissie beslist autonoom over de stappen die worden gezet om tot een gefundeerde beslissing te komen, waaronder eventueel het horen van een of meer leden van de klassenraad die het getuigschrift basisonderwijs niet toegekend heeft; - de werking van een beroepscommissie kan geen afbreuk doen aan de statutaire rechten van de individuele personeelsleden van het onderwijs; - een beroepscommissie oordeelt of de genomen beslissing alleszins in overeenstemming is met de reglementaire onderwijsbepalingen en met het schoolreglement. 3 De beroepscommissie komt bijeen uiterlijk tien werkdagen na het ontvangen van het beroep. De beroepsprocedure wordt voor de duur van zes weken opgeschort met ingang van 11 juli. 68/191

69 4 Het beroep door een beroepscommissie kan leiden tot: 1 de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van onontvankelijkheid als: a) de in het schoolreglement opgenomen termijn voor indiening van het beroep is overschreden; b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het schoolreglement; 2 de bevestiging van het niet toekennen van het getuigschrift basisonderwijs; 3 de toekenning van het getuigschrift basisonderwijs. Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor de beslissing van de beroepscommissie. 5 Het resultaat van het beroep wordt gemotiveerd en aangetekend aan de ouders bezorgd, uiterlijk op 15 september daaropvolgend. van In de mate van het mogelijke wordt de beslissing vroeger dan de eerste schooldag september genomen, zodat de leerling op 1 september het schooljaar kan beginnen. 6 De ouders kunnen zich gedurende de procedure laten bijstaan door een raadsman. Dit kan geen personeelslid van de school zijn Iedere leerling die bij het voltooien van het lager onderwijs geen getuigschrift basisonderwijs krijgt, heeft recht op een schriftelijke motivering met vermelding van bijzondere aandachtspunten voor de verdere schoolloopbaan. De directie geeft ook een verklaring met de vermelding van het aantal gevolgde schooljaren lager onderwijs Het meegeven van het getuigschrift en rapport kan om geen enkele reden worden ingehouden, ook niet bij verzuim door de ouders van hun financiële verplichtingen Onderwijs aan huis 1 Het onderwijs aan huis is kosteloos. 2 Een kind dat ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar vijf jaar wordt of ouder is dan vijf, heeft recht op tijdelijk onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beide, indien volgende voorwaarden gelijktijdig zijn vervuld: - de leerling is meer dan eenentwintig opeenvolgende kalenderdagen afwezig wegens ziekte of ongeval, of de leerling is chronisch ziek en is negen halve dagen afwezig; 69/191

70 - de ouders dienen een schriftelijke aanvraag, vergezeld van een medisch attest, in bij de directeur. Uit het medisch attest blijkt dat de leerling de school niet kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen; - de afstand tussen de school en de verblijfplaats van de betrokken leerling bedraagt ten hoogste tien kilometer. 3 De aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beide gebeurt door de ouders, per brief of via een specifiek aanvraagformulier. Bij de aanvraag voegen de ouders een medisch attest waarop wordt vermeld: - dat het kind langer dan 21 kalenderdagen afwezig is wegens ziekte of ongeval; - de vermoedelijke duur van de afwezigheid; - dat het kind de school niet kan bezoeken, maar toch onderwijs aan huis mag volgen. Bij chronisch zieke kinderen volstaat een medisch attest van een geneesheer-specialist met de verklaring dat de leerling lijdt aan een chronische ziekte en dat de behandeling minstens 6 maanden zal duren. 4 Indien aan al deze voorwaarden is voldaan, zal de school de dag na het ontvangen van de aanvraag en vanaf de tweeëntwintigste kalenderdag afwezigheid en voor de verdere duur van de afwezigheid van het kind, voor vier lestijden per week onderwijs aan huis verstrekken, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beiden. Bij chronisch zieke kinderen is onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beiden mogelijk telkens het kind negen halve dagen (hoeven niet aan te sluiten) afwezig was. 5 Bij verlenging van de afwezigheid moeten de ouders opnieuw een schriftelijke aanvraag, vergezeld van een medisch attest, indienen bij de directeur. Bij chronisch zieke leerlingen hoeft er niet telkens opnieuw een medisch attest voorgelegd worden en volstaat een schriftelijke aanvraag van de ouders. 6 Kinderen die na een periode van onderwijs aan huis de school hervatten, maar binnen een termijn van 3 maanden opnieuw afwezig zijn wegens ziekte, hebben onmiddellijk recht op onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beiden. Wel moet het onderwijs aan huis opnieuw worden aangevraagd volgens de procedure beschreven in 3, 2e en 3e punt. 7 De concrete organisatie wordt bepaald na overleg met de directeur Schoolraad, ouderraad en leerlingenraad De schoolraad wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van de volgende geledingen: 1 de ouders; 2 het personeel; 3 de lokale gemeenschap 70/191

71 Er wordt een ouderraad opgericht, wanneer ten minste tien procent van de ouders erom vraagt. Het moet gaan over ten minste drie ouders. De leden van de ouderraad worden verkozen door en uit de ouders. Iedere ouder kan zich verkiesbaar stellen en kan één stem uitbrengen. De stemming is geheim. De school richt een leerlingenraad op als ten minste 10% van de leerlingen van het vijfde en zesde leerjaar er om vragen Leerlingengegevens en privacy Meedelen van leerlingengegevens aan ouders Ouders hebben recht op inzage en recht op toelichting bij de gegevens die op de leerling betrekking hebben, waaronder de evaluatiegegevens, die worden verzameld door de school. Indien na de toelichting blijkt dat de ouders een kopie willen van de leerlingengegevens, hebben ze kopierecht. Iedere kopie dient persoonlijk en vertrouwelijk behandeld te worden, mag niet verspreid worden noch publiek worden gemaakt en mag enkel gebruikt worden in functie van de onderwijsloopbaan van de leerling. Ouders kunnen zich daarnaast beroepen op de wetgeving op openbaarheid van bestuur die voorziet in een recht op inzage, toelichting en/of kopie. Hiertoe richten ze een vraag tot college van burgemeester en schepenen dat bekijkt of toegang kan worden verleend. Als een volledige inzage in de leerlingengegevens een inbreuk is op de privacy van een derde, dan wordt de toegang tot deze gegevens verstrekt via een gesprek, gedeeltelijke inzage of rapportage Meedelen van leerlingengegevens aan derden De school zal geen leerlingengegevens meedelen aan derden, tenzij voor de toepassing van een wettelijke of reglementaire bepaling. Bij verandering van school door een leerling worden tussen de betrokken scholen 71/191

72 leerlingengegevens overgedragen op voorwaarde dat: 1 de gegevens enkel betrekking hebben op de leerling specifieke onderwijsloopbaan; 2 de overdracht gebeurt in het belang van de leerling; 3 ouders zich niet expliciet verzet hebben, tenzij de regelgeving de overdracht verplicht stelt. De school nodigt ouders hiertoe uit op een overleg waarop de gegevens worden ingekeken en waarop samen overeengekomen wordt welke gegevens worden overgedragen. Gegevens die betrekking hebben op schending van leefregels door de leerling mogen nooit aan de nieuwe school doorgegeven worden Afbeeldingen van personen Voor de publicatie van zowel geposeerde (gerichte) als niet-geposeerde, spontane afbeeldingen van leerlingen wordt aan de ouders expliciet een schriftelijke toestemming gevraagd Algemeen rookverbod Het is verboden te roken binnen de volledige instelling, met inbegrip van zowel de gebouwen als de speelplaatsen, sportterreinen en andere open ruimten. Bij overtreding van deze bepaling - zal de leerling gesanctioneerd worden volgens het orde- en tuchtreglement opgenomen in dit schoolreglement; - zullen ouders en/of bezoekers verzocht worden te stoppen met roken of het schooldomein te verlaten. 3. Infobrochure De infobrochure is een afzonderlijke bijlage bij dit document. 72/191

73 2. Het Visitekaartje van de Guido Gezelleschool 2.1 Het pedagogisch project van de 'Guido Gezelleschool Inleiding : Het pedagogisch project is de bindende leidraad voor allen die betrokken zijn bij het onderricht, de begeleiding, vorming en verzorging van de leerlingen van het gesubsidieerd officieel kleuteronderwijs en lager onderwijs van Mortsel. Het pedagogisch project omschrijft de fundamentele waarden en doelen van ons onderwijs en de middelen om dit te realiseren. Het pedagogisch project is het referentiekader waarbinnen jongeren begeleid worden in hun ontwikkeling tot volwassenen die, in volle vrijheid, hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen én tegenover zichzelf én tegenover de gemeenschap Het pedagogisch project wordt gekenmerkt door : Een democratische en pluralistische grondslag. Het recht op ontplooiing van ieder individu naar eigen aard, bekwaamheid en interesse. Het inspelen op een ontwikkelingsproces van voortdurende verandering die en het individu en de samenleving doormaken Het pedagogisch project draagt bij tot de vorming van mensen die: Intellectueel nieuwsgierig zijn met oog voor de wereld en de technische, economische, culturele, sociale, politieke en filosofische realiteiten. Aandacht hebben voor de natuur en milieuproblematiek. Inzien dat mensen individueel en collectief bouwen aan een zinvol leven voor zichzelf en voor anderen. Mondig zijn en op assertieve wijze hun individuele belangen en collectieve belangen kunnen behartigen. 73/191

74 2.1.4 Concretisering van de doelstellingen : Leerstof en werkwijze vormen een gestructureerd geheel. Werken naar waarden en attitude vorming. Stimuleren van een brede culturele belangstelling. Aandacht voor een gezonde lichamelijke ontplooiing. Optimale voorbereiding tot het secundair onderwijs. Aanleren van werkmethodes, orde en discipline. Aanwenden van aangepast didactische materiaal. Voortdurend evalueren en bijsturen van de leerprogramma's en werkvormen. 2.2 Het schoolconcept van de Guido Gezelleschool Situering Onze school is een gesubsidieerde officiële lagere school. Wij werken nauw samen met de gesubsidieerde officiële kleuterschool Perenpit, gevestigd in Van Peborghlei 26 en de gesubsidieerde officiële basisschool Sint-Lutgardis, gevestigd op de Mechelsesteenweg 30 te Mortsel. Wij proberen de overgang van de kleuters naar de lagere school geleidelijk en harmonisch te laten gebeuren. Wij richten gemeenschappelijke activiteiten in. De sfeer en de doelstellingen zijn op mekaar afgestemd Verdraagzaamheid Respect Diversiteit Wij zijn een pluralistische school. Godsdiensten en niet-confessionele zedenleer bijten elkaar niet. Integendeel: ze brengen waardering op voor het positieve dat in elk van deze levensbeschouwingen aanwezig is. Maar verdraagzaamheid moet verder reiken dan levensbeschouwing. Respect voor het verschil in uiterlijk, gewoonten, sociale situatie, cultuur, intellectuele begaafdheid. Deze verdraagzaamheidgedachte moet in het schoolgebeuren in de klas, op de speelplaats-, voortdurend aanwezig zijn Tucht om de tucht? De tucht om de tucht, om het onszelf gemakkelijk te maken, willen we vervangen door een grote mate van vrijheid. Die vrijheid zal zichzelf beperken, indien ze oorzaak wordt van onverdraagzaamheid, gevaar oplevert voor zichzelf en/of anderen of een 74/191

75 klassfeer veroorzaakt die belet in goede omstandigheden te kunnen werken. Beloning van het goede gedrag heeft voorrang op het geven van straf. De straf zal gemotiveerd worden, zodat de gestrafte inziet dat ze eigenlijk nodig is. Daarom moeten er beperkte, doch duidelijke afspraken, al dan niet gevisualiseerd, bestaan over wat wel en wat niet kan. (En liefst ook waarom.). Beloning mag niet leiden tot overdreven prestatiedrang of onderlinge concurrentie. We wensen een school waar cultuur en natuur het halen boven dressuur Motiverende werksfeer Dezelfde bezorgdheid om een warmhartige en motiverende werksfeer te creëren moet ook gaan naar de leerkrachten, de administratieve omkadering en het onderhoudspersoneel. In de mate van het mogelijke zal worden ingegaan op persoonlijke voorkeur voor bepaalde leeftijdsgroepen. Persoonlijke voorkeur kan echter niet voorgaan op het algemeen pedagogisch beleid voor de hele schoolgemeenschap. Absolute noodzaak voor de goede werking van de school is de onderlinge collegialiteit en de vriendschappelijke verhouding. Geschillen moeten besproken worden en opgelost. Als tegenprestatie voor deze milde sfeer, mag volledige inzet en motivatie verwacht worden. Ook de relatie met het schoolbestuur, het ouderteam, de schoolraad en de ouders in het algemeen, zal in de eerste plaats warm menselijk zijn, wat professionaliteit niet uitsluit Natuurverbonden - Milieubewust Onze school kiest uitdrukkelijk voor een natuurverbonden, milieubewuste aanpak. Daarom wordt o.m. een schoolboerderij en een schooltuin in bedrijf gehouden. Rasechte stads- en appartementskinderen in contact brengen en vooral laten werken met planten en dieren is een bijzondere opdracht. Onze schoolboerderij mag dan ook geen kijkboerderij zijn, maar wel een werkboerderij. De kinderen leren samen verantwoordelijkheid en zorg dragen over dieren en planten, waarmee ze omgaan. Op de boerderij en in de tuin zullen de kinderen zelf - samen met hun leerkrachten - zorgen voor voederen, verzorgen, mesten, zaaien, wieden en oogsten. Het voederen gebeurt volgens een beurtrol, waarbij elke klas een week van dienst is. Het uitmesten van stallen en het onderhoud is vrijwilligerswerk gedurende de middagpauze. De kinderen krijgen verantwoordelijkheid over de verschillende hokken. Klein herstellingswerk wordt zelf uitgevoerd. Voor weekenddienst en vakantiewerk wordt een beurtsysteem ingevoerd waarin alle leerkrachten en ouders-vrijwilligers worden ingeschakeld. Onze schoolboerderij biedt tevens de mogelijkheid om heel wat leerstof gemotiveerd te verwerken. Daarrond wordt een schoolwerkplan uitgebouwd. Dit plan heeft een kenaspect (begrippen en inzichten), een doe-aspect (vaardigheden) en tevens een vormingsen creatief aspect (attitudes). Bij de verwerking zal voortdurende aandacht gaan naar hygiëne en veiligheid. 75/191

76 De schooltuin zal de beginselen bijbrengen van het biologisch tuinieren. Vooral de vijfdeklassers zullen daaraan werken. Alle andere klassen krijgen een hoekje ter beschikking voor hun eigen experimentjes. Aansluitend aan het boerderijproject zullen we onze kinderen opvoeden tot milieubewuste volwassenen. Wij willen werken aan een generatie die niet alleen inzichtelijk kijk heeft op problemen rond natuurbehoud, natuurontwikkeling, afval, vervuiling en energie, maar ook bereid is zich dagelijks te houden aan antaal afspraken, leefregels, bewuste keuzes en zelfopgelegde beperkingen. In dezelfde geest van natuurverbondenheid richten we voor de vierdeklassers boerderijklassen, voor de vijfdeklassers scheldeklassen en voor de zesdeklassers sportklassen in. Samen, een weekje in de natuur doorbrengen, spelen, leren, genieten, verhoogt het samenhorigheidsgevoel, de kameraadschap en het leren hoeft niet altijd uit boeken Verkeersveiligheid rond de school. We hechten veel belang aan de veiligheid van onze kinderen. Het dragen van een fluohesje is onontbeerlijk om de zichtbaarheid te verhogen bij de verplaatsing te voet of met de fiets tussen thuis en school. De ouders worden gevraagd om in de mate van het mogelijke de kinderen te voet of met de fiets te brengen om het wagenverkeer rond de school te beperken. Fietsbehendigheid wordt geoefend en de kinderen nemen onder andere deel aan het levendig verkeerspark van de stad Mortsel Geen prestigeschool Wie een school zoekt, waar louter aan leerprestaties en de onderlinge concurrentie wordt gedacht, zal zich bij ons niet thuis voelen. Successen boeken met kinderen die én intelligent én gemotiveerd zijn is gemakkelijk. Maar niet reëel. Ons kinderwereldje zit zo niet in mekaar: we werken met alle kinderen, voor zover zij in het gewoon onderwijs thuishoren. Er zijn niet alleen de probleemloze kinderen, er zijn er ook die weinig gemotiveerd zijn, die een beperkte ontwikkelingsachterstand hebben opgelopen, die emotioneel niet goed in hun vel zitten, die door hun sociaal-culturele achtergrond een taalachterstand of een leerprobleem dreigen te ontwikkelen. Wat doen we daaraan? Een sfeer creëren in het hele schoolgebeuren, waarin kinderen zich goed voelen en 76/191

77 daardoor erg betrokken worden bij alle activiteiten. Een leerlingvolgsysteem hanteren waarmee we uw kinderen doorlopend volgen in hun ontwikkeling. Een aantal ingrepen bespreken en uitvoeren wanneer iets in de ontwikkeling stagneert of misloopt Zorgbeleid Het leerlingvolgsysteem (LVS) Een LVS verschaft in de eerste plaats de leerkracht een nauwkeurig beeld van de leervorderingen van de afzonderlijke leerlingen en van de leeropbrengst over een langere periode. Op individueel niveau en op klasniveau (aan de hand van een klasoverzicht) is een dergelijk systeem vooral nuttig in het kader van zorgbreedte omdat het toelaat leerlingen die op een bepaald ogenblik minder goed vorderen of van wie de ontwikkeling sneller verloopt dan verwacht, tijdig te detecteren. Aan de hand van die informatie kan de leerkracht zijn/haar pedagogische aanpak en didactische werkvormen meer toespitsen op individuele behoeften. Ook kan hij/zij de nodige acties ondernemen om eventuele problemen te diagnosticeren en te remediëren en om het leer- en onderwijsproces bij te sturen SOL Het digitaal (SOL = SchoolOnLine) leerlingendossier van elke leerling ondersteunt het handelen van het zorgteam. Het LVS-VCLB is een leerlingvolgsysteem, ontwikkeld door VCLB vzw, de koepelorganisatie van de Vlaamse Vrije Centra voor Leerlingbegeleiding Taalscreening: Vanaf september 2014 moeten alle basisscholen een goede analyse maken van het taalvaardigheidsniveau Nederlands van alle leerlingen die in het lager onderwijs instromen. Naast het meenemen van de informatie uit het vorige jaar (in de meeste gevallen de kleuterschool), worden de scholen verplicht een taalscreening te doen. De resultaten van deze taalscreening zijn niet alleen bruikbaar op schoolniveau, maar leerkrachten krijgen ook een zicht op het aanvangsniveau van de klas/leerlingengroep en op het taalvaardigheidsniveau van individuele leerlingen. Het laat leraren toe het leer- en onderwijsproces af te stemmen op de noden van de kinderen en geeft ze ook het signaal 77/191

78 om bij zwakscorende kinderen de nodige acties te ondernemen om ze te ondersteunen. Vanuit deze gegevens kunnen gepaste taaltrajecten worden opgezet Het MDO (Multi Disciplinair Overleg) Drie maal per jaar is er een intern MDO. Dit is een overleg tussen de klasleerkracht, de zorgcoördinator en de directie. We bespreken prioritair welbevinden en betrokkenheid van elk kind. We vergelijken klasresultaten met deze van het LVS, maar willen kind en ouders bewust maken van de vorderingen van het unieke kind. We streven naar een egocompetitieve houding ( procesmatig vergelijken met je eigen vorderingen ), niet naar vergelijken met anderen. Doel is de specifieke onderwijsbehoeften van elke leerling in kaart te brengen. Leerlingen waarbij we advies van het CLB nodig hebben, worden besproken op het MDO+, dat steeds volgt op het interne MDO. Via een sticker in het agenda wordt u hiervan op de hoogte gebracht Het zorgteam De klasleerkracht De klasleerkracht is de spilfiguur van zorg en staat in voor een eerste spontane signalering van zorgen. De leerkrachten worden bijgestaan door een zorgteam dat bestaat uit directie, zorgcoördinator en zorgleerkracht(en) De zorgcoördinator De zorgcoördinator werkt op drie verschillende niveaus: Op schoolniveau denkt de zorgleerkracht mee na over de schoolwerking, nieuwe ontwikkelingen en hoe we de kwaliteit van ons onderwijs kunnen behouden en verbeteren. Regelmatig vergaderen directie en zorgleerkracht en/of -coördinator over de werking van de school. De zorgleerkracht coördineert ook het overleg tussen CLB, ouders, externe begeleiders (logo, kiné) wanneer dit noodzakelijk is. Zij/hij is aanwezig op een overleg op vraag van één van de betrokkenen. Leerkrachtniveau Er is op regelmatige basis een overleg tussen de zorgcoördinator en de klasleerkrachten waarin de klaswerking, kinderen of deelleergebieden besproken kunnen worden. De zorgcoördinator volgt gedurende verschillende schooljaren dezelfde kinderen op, waardoor zij goed op de hoogte is van de evolutie van kinderen. Indien nodig wordt het CLB betrokken bij deze besprekingen. 78/191

79 De zorgcoördinator gaat samen met de klasleerkracht op zoek naar geschikte hulpmiddelen om kinderen te begeleiden die het moeilijker hebben, maar ook hoe we snellerende kinderen meer uitdaging kunnen bieden, hoe we de werkhouding van kinderen kunnen verbeteren, hoe we het leren lezen kunnen ondersteunen. Kindniveau Sommige kinderen hebben extra (individuele) begeleiding nodig, bijvoorbeeld bij lezen, spelling, schrijven, De kinderen worden ondersteund kinderen zowel in als buiten de klas. Leerstof kan extra ingeoefend, herhaald of geremedieerd worden. Sommige kinderen hebben nood aan een meer individuele begeleiding. Dit gebeurt in de zorgklas Schoollogopediste De logopediste van de stad Mortsel, Marleen Troch, staat in voor de screening van de leerlingen in het eerste leerjaar. Wanneer uit deze screening belangrijke informatie blijkt, wordt u hiervan op de hoogte gebracht. In het tweede leerjaar volgt zij deze leerlingen verder op. Er wordt geen logopedische therapie gegeven Hoe organiseren wij verhoogde zorg op school? klasinterne ondersteuning door de zorgleerkracht (vnl. in 1 ste leerjaar) klasexterne ondersteuning: de zorgleerkracht begeleidt klasextern een kleine groep leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (vnl. in 1 ste, 2 de en 3 de leerjaar). Dit gebeurt op korte en/of lange termijn naargelang de nood Het CLB (Centrum voor LeerlingenBegeleiding) Het CLB werkt schoolnabij, maar toch onafhankelijk. Het welzijn van de leerling staat centraal. Artsen, intercultureel medewerker, maatschappelijk werkers, psychopedagogen en verpleegkundigen werken samen. Als leerling, ouder, leerkracht en schooldirectie kan je met je vragen en problemen in vertrouwen terecht. Het is een veilige plek omdat de medewerkers van het CLB gebonden zijn aan het beroepsgeheim. Bij het CLB kan je terecht met vragen en zorgen rond: leren en studeren, onderwijsloopbaan, gezondheidszorg en sociaal emotionele ontwikkeling. Alle tussenkomsten van het CLB zijn gratis. 79/191

80 3. 1. Het visitekaartje van de Jenaplanschool Lieven Gevaert 3.1 Het pedagogisch project van Jenaplanschool Lieven Gevaert Inleiding : Het pedagogisch project is de bindende leidraad voor allen die betrokken zijn bij het onderricht, begeleiding, vorming en verzorging van de leerlingen van het gesubsidieerd officieel kleuteronderwijs en lager onderwijs van Mortsel. Het pedagogisch project omschrijft de fundamentele waarden en doelen van ons onderwijs en de middelen om dit te realiseren. Het pedagogisch project is het referentiekader waarbinnen jongeren begeleid worden in hun ontwikkeling tot volwassenen die, in volle vrijheid, hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen én tegenover zichzelf én tegenover de gemeenschap Het pedagogisch project wordt gekenmerkt door : Een democratische en pluralistische grondslag. Het recht op ontplooiing van ieder individu naar eigen aard, bekwaamheid en interesse. Het inspelen op een ontwikkelingsproces van voortdurende verandering die en het individu en de samenleving doormaken Het pedagogisch project draagt bij tot de vorming van mensen die: Intellectueel nieuwsgierig zijn met oog voor de wereld en de technische, economische, culturele, sociale, politieke en filosofische realiteiten. Aandacht hebben voor de natuur en milieuproblematiek. Inzien dat mensen individueel en collectief bouwen aan een zinvol leven voor zichzelf en voor anderen. Mondig zijn en op assertieve wijze hun individuele belangen en collectieve belangen kunnen behartigen. 80/191

81 3.1.4 Concretisering van de doelstellingen : Leerstof en werkwijze vormen een gestructureerd geheel. Werken naar waarden en attitude vorming. Stimuleren van een brede culturele belangstelling. Aandacht voor een gezonde lichamelijke ontplooiing. Optimale voorbereiding tot het lager onderwijs. Aanleren van werkmethodes, orde en discipline. Aanwenden van aangepast didactische materiaal. Voortdurend evalueren en bijsturen van de leerprogramma's en werkvormen. 3.2 Het schoolconcept van Jenaplanschool Lieven Gevaert Situering Onze school is een gesubsidieerde officiële basisschool. We werken in onze school volgens het Jenaplanconcept Jenaplan op onze school We willen als Jenaplanschool een veilige, uitdagende en inspirerende leer- en leefomgeving zijn waarin alle kinderen alle mogelijke kansen krijgen zich volledig te ontwikkelen, onder begeleiding van professionele, kritische leerkrachten, met als uitgangspunt de 20 basisprincipes, de 12 kernkwaliteiten van het Jenaplanonderwijs en onze 4 basisactiviteiten. Heel deze organisatie wordt ondersteund door ouders, die bewust kiezen voor onze school. Kortom, een omgeving waar men goesting in school heeft De 4 basisactiviteiten Tijdens het spreken in de kring maken we plannen en bespreken we het werken. We informeren elkaar en leren elkaar begrijpen. Al spelend maken we iets tot iets van onszelf en leren we rekening met elkaar te houden. Tijdens het werken houden we ons bezig met instructiemomenten en inoefenmomenten. Hierbij staat zelfstandigheid centraal en de begeleiding steeds klaar. Door te vieren tonen we elkaar wat ons hoofd en hart heeft beziggehouden. We brengen onze gevoelens op elkaar over. De afwisseling van deze basisactiviteiten wordt vastgelegd in een ritmisch weekplan. 81/191

82 3.2.4 Ouderbetrokkenheid en ouderparticipatie Onze Jenaplanschool is een school waar kinderen, leerkrachten en ouders samen met elkaar in gesprek gaan, samen werken, samen spelen en samen vieren. We vragen onze ouders actief betrokken te zijn bij de school. Ouders worden gezien als partner van de school in de opvoeding van hun kinderen en als participant in de leef- en werkgemeenschap. Dit partner-en-participant-zijn krijgt vorm door actieve ondersteuning van en opbouwende bijdrage tot de schoolwerking. Het vertrekt vanuit het besef dat de kennis, kunde en betrokkenheid van de ouders een absolute meerwaarde kunnen betekenen voor de kinderen, alsook voor de leerkrachten (en omgekeerd van de leerkrachten voor de ouders). Dit kan ook een kritische houding van ouders (en omgekeerd van leerkrachten naar ouders toe) omvatten, maar wel binnen de erkenning van ieders eigen verantwoordelijkheid. Ouders engageren zich om zich in te zetten in de dagelijkse, wekelijkse, jaarlijkse werking van de school. De ouderraad geeft hieraan vorm op een meer structurele manier, bijgestaan door verschillende werkgroepen. Deze werkgroepen staan zelfstandig in voor de concrete organisatie en opvolging van activiteiten waarbij de ouders betrokken zijn. Verdere uitleg in onze brochure : De ouderbouw Wereldoriëntatie De projecten die in de klas lopen, worden gekozen door de kinderen en de leerkracht. Wat we rond dat project allemaal doen, zoeken we samen met de kinderen uit. De leerkrachten vullen deze ideeën aan met het oog op de verschillende ontwikkelingen en eindtermen. Binnen wereldoriëntatie staan de kernkwaliteiten over de relatie van het kind met de wereld centraal. We geven jullie alle kernkwaliteiten mee : 1. Relatie van het kind met zichzelf 1.1.Kinderen leren kwaliteiten/uitdagingen te benoemen en in te zetten, zodanig dat zij zich competent kunnen voelen. 1.2.Kinderen leren zelf verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij willen en moeten leren, wanneer zij uitleg nodig hebben en hoe zij een plan moeten maken. 1.3.Kinderen worden beoordeeld op de eigen vooruitgang in ontwikkeling. 1.4.Kinderen leren te reflecteren op hun ontwikkeling en daarover met anderen in gesprek te gaan. 2. Relatie van het kind met de ander en het andere 2.1.Kinderen ontwikkelen zich in een leeftijdsheterogene stamgroep. 82/191

83 2.2.Kinderen leren samen te werken, hulp geven en ontvangen met andere kinderen en daarover te reflecteren. 2.3.Kinderen leren verantwoordelijkheid te nemen en mee te beslissen over het harmonieus samenleven in de stamgroep en school, opdat iedereen tot zijn recht komt en welbevinden kan ervaren. 3. Relatie van het kind met de wereld 3.1.Kinderen leren dat wat ze doen er toe doet en leren in levensechte situaties. 3.2.Kinderen leren zorg te dragen voor de omgeving. 3.3 Kinderen passen binnen wereldoriëntatie de inhoud van het schoolaanbod toe om de wereld te leren kennen. 3.4.Kinderen leren spelend, werkend, sprekend en vierend volgens een ritmisch dagplan. 3.5.Kinderen leren initiatieven te nemen vanuit hun eigen interesses en vragen Zorgbeleid Welbevinden gaat over zich goed voelen. Betrokkenheid gaat over meedoen en geïnteresseerd zijn. Het welbevinden en de betrokkenheid van de kinderen staat in de school centraal: kinderen leren en spelen beter, als ze zich goed voelen en geïnteresseerd zijn. Maar soms is zich goed voelen en geïnteresseerd zijn niet genoeg. Soms is er meer hulp nodig. Met ons zorgbeleid willen we die hulp geven. We willen op 3 niveaus de zorg in onze school concreet maken: 1. Zorgacties voor de hele school (op schoolniveau). Zorgacties op schoolniveau zijn die dingen die iedereen op dezelfde manier doet. Het gaat om afspraken en acties die voor de hele school gelden. Bijvoorbeeld : schoolafspraken rond het zorgbeleid, beoordelingen, evaluaties, observaties, bijhouden van gegevens, analyseren, plannen, communiceren, 2. Ondersteunen van de leerkracht (op groepsniveau). Zorgacties op groepsniveau zijn acties waarmee we het team willen ondersteunen. Bijvoorbeeld : de juiste leermiddelen zoeken, boeken en artikels lezen, ondersteunen met opleidingen 3. Het begeleiden van de kinderen (op kindniveau). Zorgacties op kindniveau bieden we individueel of voor enkele kinderen met een specifieke zorgvraag. Bijvoorbeeld : extra activiteiten en materialen voor kinderen met een voorsprong of voor kinderen met leermoeilijkheden. Verdere uitleg in onze brochure : Zorg op onze school. 83/191

84 84/191

85 4. Het visitekaartje van de Sint- Lutgardisschool 4.1 Het pedagogisch project van de Sint-Lutgardisschool Inleiding : Het pedagogisch project is de bindende leidraad voor allen die betrokken zijn bij het onderricht, begeleiding, vorming en verzorging van de leerlingen van het gesubsidieerd officieel kleuteronderwijs en lager onderwijs van Mortsel. Het pedagogisch project omschrijft de fundamentele waarden en doelen van ons onderwijs en de middelen om dit te realiseren. Het pedagogisch project is het referentiekader waarbinnen jongeren begeleid worden in hun ontwikkeling tot volwassenen die, in volle vrijheid, hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen én tegenover zichzelf én tegenover de gemeenschap Het pedagogisch project wordt gekenmerkt door : Een democratische en pluralistische grondslag. Het recht op ontplooiing van ieder individu naar eigen aard, bekwaamheid en interesse. Het inspelen op een ontwikkelingsproces van voortdurende verandering die en het individu en de samenleving doormaken Het pedagogisch project draagt bij tot de vorming van mensen die: Intellectueel nieuwsgierig zijn met oog voor de wereld en de technische, economische, culturele, sociale, politieke en filosofische realiteiten. Aandacht hebben voor de natuur en milieuproblematiek. Inzien dat mensen individueel en collectief bouwen aan een zinvol leven voor zichzelf en voor anderen. Mondig zijn en op assertieve wijze hun individuele belangen en collectieve belangen kunnen behartigen. 85/191

86 4.1.4 Concretisering van de doelstellingen : Leerstof en werkwijze vormen een gestructureerd geheel. Werken naar waarden en attitude vorming. Stimuleren van een brede culturele belangstelling. Aandacht voor een gezonde lichamelijke ontplooiing. Optimale voorbereiding tot het lager onderwijs. Aanleren van werkmethodes, orde en discipline. Aanwenden van aangepast didactische materiaal. Voortdurend evalueren en bijsturen van de leerprogramma's en werkvormen. 4.2 Het schoolconcept van de Sint-Lutgardisschool Situering Onze school is een gesubsidieerde officiële lagere school. Wij werken nauw samen met de gesubsidieerde officiële kleuterschool Perenpit, gevestigd in Van Peborghlei 26 en de gesubsidieerde officiële basisschool Guido Gezelle, gevestigd in de Lusthovenlaan 12 te Mortsel. Wij proberen de overgang van de kleuters naar de lagere school geleidelijk en harmonisch te laten gebeuren. Wij richten gemeenschappelijke activiteiten in. De sfeer en de doelstellingen zijn op mekaar afgestemd Verdraagzaamheid Respect Diversiteit Wij zijn een pluralistische school. Godsdiensten en niet-confessionele zedenleer bijten elkaar niet. Integendeel: ze brengen waardering op voor het positieve dat in elk van deze levensbeschouwingen aanwezig is. Maar verdraagzaamheid moet verder reiken dan levensbeschouwing. Respect voor het verschil in uiterlijk, gewoonten, sociale situatie, cultuur, intellectuele begaafdheid. Deze verdraagzaamheidgedachte moet in het schoolgebeuren in de klas, op de speelplaats-, voortdurend aanwezig zijn Tucht om de tucht? De tucht om de tucht, om het onszelf gemakkelijk te maken, willen we vervangen door een grote mate van vrijheid. Die vrijheid zal zichzelf beperken, indien ze oorzaak wordt van onverdraagzaamheid, gevaar oplevert voor zichzelf en/of anderen of een klassfeer veroorzaakt die belet in goede omstandigheden te kunnen werken. Beloning van het goede gedrag heeft voorrang op het geven van straf. 86/191

87 De straf zal gemotiveerd worden, zodat de gestrafte inziet dat ze eigenlijk nodig is. Daarom moeten er beperkte, doch duidelijke afspraken, al dan niet gevisualiseerd, bestaan over wat wel en wat niet kan. (En liefst ook waarom.). Beloning mag niet leiden tot overdreven prestatiedrang of onderlinge concurrentie. We wensen een school waar cultuur en natuur het halen boven dressuur Motiverende werksfeer Dezelfde bezorgdheid om een warmhartige en motiverende werksfeer te creëren moet ook gaan naar de leerkrachten, de administratieve omkadering en het onderhoudspersoneel. In de mate van het mogelijke zal worden ingegaan op persoonlijke voorkeur voor bepaalde leeftijdsgroepen. Persoonlijke voorkeur kan echter niet voorgaan op het algemeen pedagogisch beleid voor de hele schoolgemeenschap. Absolute noodzaak voor de goede werking van de school is de onderlinge collegialiteit en de vriendschappelijke verhouding. Geschillen moeten besproken worden en opgelost. Als tegenprestatie voor deze milde sfeer, mag volledige inzet en motivatie verwacht worden. Ook de relatie met het schoolbestuur, de ouderteam, de schoolraad en de ouders in het algemeen, zal in de eerste plaats warm menselijk zijn, wat professionaliteit niet uitsluit Natuurverbonden - Milieubewust Oog hebben voor een leefbaar milieu en directe betrokkenheid met de natuur zijn twee belangrijke punten die de school tracht te benadrukken. Door het inrichten van extramurosactiviteiten zoals zee- en bosklassen, didactische uitstappen (week van het bos) en verkenning van de schoolomgeving, deelname aan de week van het milieu, en aanverwante nevenactiviteiten, probeert de school een milieubewuster houding bij haar leerlingen aan te kweken. De kinderen onderhouden een compostbak en worden gestimuleerd om minder verpakkingsmateriaal te gebruiken en zeer bewust het schoolafval te sorteren Verkeersveiligheid rond de school. We hechten veel belang aan de veiligheid van onze kinderen. Het dragen van een fluohesje is onontbeerlijk om de zichtbaarheid te verhogen bij de verplaatsing te voet of met de fiets tussen thuis en school. De ouders worden gevraagd om in de mate van het mogelijke de kinderen te voet of met de fiets te brengen om het wagenverkeer rond de school te beperken. Fietsbehendigheid wordt geoefend en de kinderen nemen onder andere deel aan het levendig verkeerspark van de stad Mortsel. 87/191

88 4.2.7 Huiswerk, agenda s, rapporten, evaluatie en schoolloopbaan Huiswerk De meerwaarde van huiswerk dient vooral gezocht in de brug die huiswerk legt tussen school en thuis. Is een herhaling en/of inoefening van de leerinhouden en geen nieuwe leerinhoud Een oefening op zelfstandig werken (ouders kijken over de schouders mee) Als gewoontevorming om een zekere werkhouding te leren Is een mogelijkheid voor de leerkracht om feedback te krijgen op het werk van het kind Vormt de brug tussen de school en de ouders Afspraken met de ouders Ze zorgen ervoor dat hun kind tijd en ruimte krijgt om het huiswerk te maken. We verwachten dat ze controleren of het huiswerk gemaakt is en handtekenen het agenda. Ze bekijken of het huiswerk haalbaar is voor hun kind. In geval van problemen signaleren ze dit aan de klasleerkracht. Een positieve ingesteldheid ten aanzien van het huiswerkbeleid Afspraken met de leerkrachten Ze zorgen ervoor dat de taak duidelijk is omschreven in het klasagenda of heen- en weerkaftje. Ze verbeteren de huiswerken. Ze zorgen ervoor dat leerlingen en ouders kunnen communiceren over het huiswerk. De verwachtingen naar de ouders toe worden eenvoudig en duidelijk toegelicht tijdens de jaarlijkse klasvergadering in september. Ze beschouwen het huiswerk als een volwaardig didactische werkvorm en zijn daarom bereid het op een volwaardige manier te evalueren. Ze geven de leerlingen feedback over hun werk Agenda (voor de lagere school) ouders De schoolagenda is een dagelijks communicatiemiddel tussen school en ouders. De kinderen hebben een individuele agenda die dagelijks mee naar huis gaat. Ze schrijven er info in over huistaken en lessen. Ook klassikale mededelingen: speciale activiteiten, verzamelen knutselmateriaal, Ouders kunnen er ook een vraag/mededeling aan de leerkracht in schrijven. Minstens wekelijks handtekenen door ouders en leerkrachten. De klasleerkracht kan de vragen om dit meermaals per week te doen Heen-en-weerkaftje (kleuterschool en eerste leerjaar) De briefwisseling van de school naar de ouders en omgekeerd loopt onder andere via het heen-en-weerkaftje. Dit kaftje wordt dagelijks van de school naar huis en omgekeerd 88/191

89 meegegeven. De ouders en de leerkrachten controleren dagelijks de briefwisseling Evaluatie en rapport (lagere school) Een samenvatting van de evaluatiegegevens van de leerling wordt neergeschreven in een rapport. Dit rapport wordt bezorgd aan de ouders, die ondertekenen voor kennisneming. Het rapport wordt, ondertekend terugbezorgd aan de groepsleraar Evaluatie De evolutie wordt in kaart gebracht aan de hand van observaties, toetsen, screenings Hierbij wordt er rekening gehouden met de totale ontwikkeling van de leerlingen. (sociaal emotioneel, cognitief, motorisch ) Deze gegevens dienen om het leerproces bij te sturen, het didactisch handelen van de leerkracht bij te sturen, talenten van de leerlingen in te zetten, een advies uit te brengen, een eindbeslissing te nemen Rapporten (lagere school) De leerlingen krijgen 4 keer per jaar een rapport. Dit rapport bestaat uit een cijferrapport en een beoordelingsrapport. Cijferrapport : Volgende onderdelen worden door de leerkrachten geëvalueerd op het cijferrapport : Wiskunde, Nederlands, Wereldoriëntatie en Frans (groep 5 en 6) Beoordelingsrapport : Volgende onderdelen worden door de leerkracht geëvalueerd op het beoordelingsrapport : Levensbeschouwelijke vakken, lichamelijke opvoeding, schrift, muzische vorming, welbevinden en betrokkenheid, leren leren en sociale vaardigheden Geen prestigeschool Wie een school zoekt, waar louter aan leerprestaties en de onderlinge concurrentie wordt gedacht, zal zich bij ons niet thuis voelen. Successen boeken met kinderen die én intelligent én gemotiveerd zijn is gemakkelijk. Maar niet reëel. Ons kinderwereldje zit zo niet in mekaar: we werken met alle kinderen, voor zover zij in het gewoon onderwijs thuishoren. Er zijn niet alleen de probleemloze kinderen, er zijn er ook die weinig gemotiveerd zijn, die een beperkte ontwikkelingsachterstand hebben opgelopen, die emotioneel niet goed in hun vel zitten, die door hun sociaal-culturele achtergrond een taalachterstand of een leerprobleem dreigen te ontwikkelen. Wat doen we daaraan? 89/191

90 Een sfeer creëren in het hele schoolgebeuren, waarin kinderen zich goed voelen en daardoor erg betrokken worden bij alle activiteiten. Een leerlingvolgsysteem hanteren waarmee we uw kinderen doorlopend volgen in hun ontwikkeling. Een aantal ingrepen bespreken en uitvoeren wanneer iets in de ontwikkeling stagneert of misloopt Zorgbeleid Het leerlingvolgsysteem (LVS) Een LVS verschaft in de eerste plaats de leerkracht een nauwkeurig beeld van de leervorderingen van de afzonderlijke leerlingen en van de leeropbrengst over een langere periode. Op individueel niveau en op klasniveau (aan de hand van een klasoverzicht) is een dergelijk systeem vooral nuttig in het kader van zorgbreedte omdat het toelaat leerlingen die op een bepaald ogenblik minder goed vorderen of van wie de ontwikkeling sneller verloopt dan verwacht, tijdig te detecteren. Aan de hand van die informatie kan de leerkracht zijn/haar pedagogische aanpak en didactische werkvormen meer toespitsen op individuele behoeften. Ook kan hij/zij de nodige acties ondernemen om eventuele problemen te diagnosticeren en te remediëren en om het leer- en onderwijsproces bij te sturen SOL Het digitaal (SOL = SchoolOnLine) leerlingendossier van elke leerling ondersteunt het handelen van het zorgteam. Het LVS-VCLB is een leerlingvolgsysteem, ontwikkeld door VCLB vzw, de koepelorganisatie van de Vlaamse Vrije Centra voor Leerlingbegeleiding Taalscreening: Vanaf september 2014 moeten alle basisscholen een goede analyse maken van het taalvaardigheidsniveau Nederlands van alle leerlingen die in het lager onderwijs instromen. Naast het meenemen van de informatie uit het vorige jaar (in de meeste gevallen de kleuterschool), worden de scholen verplicht een taalscreening te doen. De resultaten van deze taalscreening zijn niet alleen bruikbaar op schoolniveau, maar leerkrachten krijgen ook een zicht op het aanvangsniveau van de klas/leerlingengroep en op het taalvaardigheidsniveau van individuele leerlingen. Het laat leraren toe het leer- en onderwijsproces af te stemmen op de noden van de kinderen en geeft ze ook het signaal om bij zwakscorende kinderen de nodige acties te ondernemen om ze te ondersteunen. Vanuit deze gegevens kunnen gepaste taaltrajecten worden opgezet. 90/191

91 Het MDO (Multi Disciplinair Overleg) Drie maal per jaar is er een intern MDO. Dit is een overleg tussen de klasleerkracht, de zorgcoördinator en de directie. We bespreken prioritair welbevinden en betrokkenheid van elk kind. We vergelijken klasresultaten met deze van het LVS, maar willen kind en ouders bewust maken van de vorderingen van het unieke kind. We streven naar een egocompetitieve houding ( procesmatig vergelijken met je eigen vorderingen ), niet naar vergelijken met anderen. Doel is de specifieke onderwijsbehoeften van elke leerling in kaart te brengen. Leerlingen waarbij we advies van het CLB nodig hebben, worden besproken op het MDO+, dat steeds volgt op het interne MDO. Via een sticker in het agenda wordt u hiervan op de hoogte gebracht Het zorgteam De klasleerkracht De klasleerkracht is de spilfiguur van zorg en staat in voor een eerste spontane signalering van zorgen. De leerkrachten worden bijgestaan door een zorgteam dat bestaat uit directie, zorgcoördinator en zorgleerkracht(en). De zorgcoördinator De zorgcoördinator werkt op drie verschillende niveaus: Op schoolniveau denkt de zorgleerkracht mee na over de schoolwerking, nieuwe ontwikkelingen en hoe we de kwaliteit van ons onderwijs kunnen behouden en verbeteren. Regelmatig vergaderen directie en zorgleerkracht en/of -coördinator over de werking van de school. De zorgleerkracht coördineert ook het overleg tussen CLB, ouders, externe begeleiders (logo, kiné) wanneer dit noodzakelijk is. Zij/hij is aanwezig op een overleg op vraag van één van de betrokkenen. Leerkrachtniveau Er is op regelmatige basis een overleg tussen de zorgcoördinator en de klasleerkrachten waarin de klaswerking, kinderen of deelleergebieden besproken kunnen worden. De zorgcoördinator volgt gedurende verschillende schooljaren dezelfde kinderen op, waardoor zij goed op de hoogte is van de evolutie van kinderen. Indien nodig wordt het CLB betrokken bij deze besprekingen. De zorgcoördinator gaat samen met de klasleerkracht op zoek naar geschikte hulpmiddelen om kinderen te begeleiden die het moeilijker hebben, maar ook hoe we snel lerende kinderen meer uitdaging kunnen bieden, hoe we de werkhouding van kinderen kunnen verbeteren, hoe we het leren lezen kunnen ondersteunen. Kindniveau 91/191

92 Sommige kinderen hebben extra (individuele) begeleiding nodig, bijvoorbeeld bij lezen, spelling, schrijven, De kinderen worden ondersteund kinderen zowel in als buiten de klas. Leerstof kan extra ingeoefend, herhaald of geremedieerd worden. Sommige kinderen hebben nood aan een meer individuele begeleiding. Dit gebeurt in de zorgklas. Schoollogopediste De logopediste van de stad Mortsel, Marleen Troch, staat in voor de screening van de leerlingen in het eerste leerjaar. Wanneer uit deze screening belangrijke informatie blijkt, worden de ouders hiervan op de hoogte gebracht. In het tweede leerjaar volgt zij deze leerlingen verder op. Er wordt geen logopedische therapie gegeven. Hoe organiseren wij verhoogde zorg op school? klasinterne ondersteuning door de zorgleerkracht (vnl. in 1 ste leerjaar) klasexterne ondersteuning: de zorgleerkracht begeleidt klasextern een kleine groep leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (vnl. in 1 ste, 2 de en 3 de leerjaar). Dit gebeurt op korte en/of lange termijn naargelang de nood Het CLB (Centrum voor LeerlingenBegeleiding) Het CLB werkt schoolnabij, maar toch onafhankelijk. Het welzijn van de leerling staat centraal. Artsen, intercultureel medewerker, maatschappelijk werkers, psychopedagogen en verpleegkundigen werken samen. Als leerling, ouder, leerkracht en schooldirectie kan je met je vragen en problemen in vertrouwen terecht. Het is een veilige plek omdat de medewerkers van het CLB gebonden zijn aan het beroepsgeheim. Bij het CLB kan je terecht met vragen en zorgen rond: leren en studeren, onderwijsloopbaan, gezondheidszorg en sociaal emotionele ontwikkeling. Alle tussenkomsten van het CLB zijn gratis. GTI _GR_00064 schoolreglement GTI - wijziging schooljaar goedkeuring GOEDGEKEURD Stemming Stemming volgens fractie - 28 stem(men) voor: Erik Broeckx; Koen Dehaen; Steve D'Hulster; Goedele Vermeiren; Lieve Voets; Goele Custers; Gitta Vanpeborgh; Chris De Ridder; Mark Schampaert; Ingrid Pira; Walter Duré; Naranjo Decamps; Davina De Herdt; Tom Van Grieken; Annemie Huygh; Pieter Van der Veken; Kristel Verrelst; Leen Van Acker; Raymond Boudewijns; Jan Claus; Dirk Rochtus; Ronny Vervoort; Peter Smol; Pieter Reijniers; Peter Mous; Eddy Cloostermans; Ivy Schwieger; Ilse Lacante 92/191

93 Beschrijving Aanleiding en context Na overleg met de personeelsraad, samengesteld uit het onderwijzend en administratief personeel, en de schoolraad, samengesteld uit de ouders, leerlingen, vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap en de leerkrachten van het GTI, werd de tekst over de kledingregels in het schoolreglement aangepast. Een tweede aanpassing in het schoolreglement betreft het gebruik van GSM en aanverwante toestellen waar toegevoegd wordt dat het meebrengen naar school gebeurt op eigen verantwoordelijkheid. Argumentatie Het schoolreglement dient te worden aangepast omwille van de hoger vermelde feiten. Juridische grond Artikelen 111 en 112 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010 houdende de codificatie betreffende het secundair onderwijs die bepalen dat er een schoolreglement moet worden opgemaakt en de inhoud ervan. Fasering Vanaf het schooljaar Regelgeving: bevoegdheid Artikel 42, 3 van het gemeentedecreet: De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Onverminderd de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad tot het vaststellen van politieverordeningen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. Besluit Artikel 1 De raad heft het bestaande schoolreglement, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 juni 2013, op. Artikel 2 Er wordt goedkeuring gehecht aan het schoolreglement van het Gesubsidieerd Technisch Instituut. Bijlagen 28. schoolreglement /191

94 SCHOOLREGLEMENT GTI september 2015 Geachte Ouders U hebt uw vertrouwen gesteld in onze school, het Gesubsidieerd Technisch Instituut van Mortsel. Dit verheugt ons. Wij zullen alles in het werk stellen om de kansen te scheppen die uw zoon of dochter nodig heeft om zich in onze school evenwichtig te ontplooien. Wij danken u voor het vertrouwen en zijn er zeker van dat wij met elkaar, ouders, leraars en leerlingen, in de beste verstandhouding kunnen samenwerken. Als ouder draagt u natuurlijk de eerste verantwoordelijkheid voor de opvoeding en het onderwijs van uw kind. Wij hopen dat u uw kind volgt en aanmoedigt om de doelstellingen van onze school na te streven. In deze brochure staat in grote lijnen hoe het leven in onze school verloopt, wat u van ons kan verwachten en wat wij u mogen vragen. Beste Leerling, Ben je nieuw, dan heet het GTI je van harte welkom. Was je reeds vorig schooljaar ingeschreven, dan zijn we verheugd je dit schooljaar terug te mogen ontmoeten. Kom je uit de lagere school dan zal je je samen met je nieuwe vrienden moeten aanpassen aan onze leefwereld. Maak je hierover geen zorgen. De leraars weten dit en zullen je zo goed mogelijk begeleiden. Kom je uit een andere secundaire school om bij ons een studierichting te volgen die meer in de lijn ligt van je verwachtingen, dan hopen wij dat deze nieuwe start succesvol mag zijn. Was je reeds op onze school dan ken je het reilen en zeilen. Maak er dit schooljaar het beste van. Veel succes. 94/191

95 De directeur 1. O N Z E S C H O O L 1.1. Het studieaanbod van onze school Onze school biedt secundair onderwijs aan vanaf twaalf jaar. De structuur kunt u achteraan in deze brochure raadplegen. De leerlingen kiezen volgens hun technische of praktische begaafdheden één van de studierichtingen in het technisch secundair of in het beroepssecundair onderwijs. Deze keuze geeft aansluiting op uitgebreide beroeps- of studiemogelijkheden in specialisatiejaren of in het hoger onderwijs Onze schoolvisie In onze schoolvisie stellen we ons de vraag hoe we onze school zien in de wereld van morgen. Onze schoolvisie geeft weer wat we samen willen bereiken: 5. Samen Het GTI is een school waar iedereen elkaar kent, een school met een warm hart. We vinden het belangrijk dat iedereen zich op school welkom voelt: leerlingen, ouders en anderen. Samen met andere leerlingen, ouders, leerkrachten en directie wil het GTI je begeleiden op je weg naar volwassenheid. Het GTI wil voor jou een zo efficiënt mogelijk leerproces uitstippelen en wil je begeleiden bij de ontwikkeling van jouw talenten en heeft oog voor individuele problemen en beperkingen. Wij willen je de zorg bieden die je nodig hebt om je te motiveren tot een optimale leerwinst. 6. Werken 95/191

96 Het GTI wil je vaardigheden en kennis aanleren die nodig en belangrijk zijn voor je latere studies en/of een aantrekkelijke job op de arbeidsmarkt. We zullen, waar nodig, flexibel inspelen op de steeds veranderende eisen die de samenleving en de bedrijfswereld aan het onderwijs stellen. Onze veelvuldige contacten en uitwisselingen met de bedrijfswereld, ons gedreven team van leerkrachten en directie en de inbreng van de lokale gemeenschap dragen bij tot een kwaliteitsvolle opleiding. We willen je ook datgene bieden dat je nodig hebt om je persoonlijke en sociale leven zinvol in te richten, om nieuwe uitdagingen te kunnen aangaan, om je creativiteit en zin voor schoonheid aan te wakkeren en om samen te werken met anderen. aan je Toekomst 7. We willen je zien opgroeien tot een aangename medemens met zin voor verantwoordelijkheid, respect voor elkaar en een onbevooroordeelde kritische ingesteldheid. We doen dan ook het mogelijke om onze gemotiveerde leerlingen geslaagde studies en werkzekerheid te garanderen. 8. Wij, de personeelsleden van het GTI, zetten ons elke dag in om je klaar te maken voor de samenleving en een stralende toekomst Het Pedagogisch project van onze school Onze school onderschrijft het gemeenschappelijk pedagogisch project van het officieel gesubsidieerd onderwijs. De 10 kenmerken hiervan zijn: 1. Openheid De school staat ten dienste van de gemeenschap en staat open voor alle leerplichtige jongeren, ongeacht hun filosofische of ideologische overtuiging, sociale of etnische afkomst, sekse of nationaliteit. 2. Verscheidenheid De school vertrekt vanuit een positieve erkenning van de verscheidenheid en wil waarden en overtuigingen, die in de gemeenschap leven, onbevooroordeeld met elkaar confronteren. Zij ziet dit als een verrijking voor de gehele schoolbevolking. 96/191

97 3. Democratisch De school is het product van de fundamenteel democratische overtuiging dat verschillende opvattingen over mens en maatschappij in de gemeenschap naast elkaar kunnen bestaan. 4. Socialisatie De school leert de jongeren leven met anderen en voedt hen op met het doel hen als volwaardige leden te laten deelnemen aan een democratische en pluralistische samenleving. 5. Emancipatie De school kiest voor emancipatorisch onderwijs door alle leerlingen gelijke ontwikkelingskansen te bieden, overeenkomstig hun mogelijkheden. Zij wakkert zelfredzaamheid aan door leerlingen mondig en weerbaar te maken. 6. Totale persoon De school erkent het belang van onderwijs en opvoeding. Zij streeft een harmonische persoonlijkheidsvorming na en hecht evenveel waarde aan kennisverwerving als aan attitudevorming. 7. Gelijke kansen De school treedt compenserend op voor kansarme leerlingen door bewust te proberen de gevolgen van een ongelijke sociale positie om te buigen. 8. Medemens De school voedt op tot respect voor de eigenheid van elke mens. Zij stelt dat de eigen vrijheid niet kan leiden tot de aantasting van de vrijheid van de medemens. Zij stelt dat een gezonde leefomgeving het onvervreemdbaar goed is van elkeen. 9. Europees De school brengt de leerlingen de gedachte bij van het Europees burgerschap en vraagt aandacht voor het mondiale gebeuren en het multiculturele gemeenschapsleven. 10. Mensenrechten De school draagt de beginselen uit die vervat zijn in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en van het Kind, neemt er de verdediging van op. Zij wijst vooroordelen, discriminatie en indoctrinatie van de hand Wie is wie? 97/191

98 Bij je studies en je vorming zijn natuurlijk meer mensen betrokken dan alleen je leerkrachten, al zijn die voor jou de belangrijkste personen. Om je een volledig beeld te geven, vermelden wij hier iedereen die bij de goede gang van het schoolleven betrokken is De ouders Wanneer we in dit schoolreglement spreken over ouders dan verstaan we hieronder uiteraard alle personen die de wettige vertegenwoordigers van de leerling zijn (de ouders, de wettelijke voogd, de pleegouders, bij meerderjarigheid de leerling zelf ) De inrichtende macht De inrichtende macht is van rechtswege de organisator van het onderwijs in onze school. Zij is verantwoordelijk voor het beleid en de beleidsvorming en schept de noodzakelijke voorwaarden voor een goed verloop van het onderwijs. De inrichtende macht van onze school is het Stadsbestuur van Mortsel. - Burgemeester: dhr. E. BROECKX - Schepen voor Onderwijs: mevr. G. VERMEIREN De schoolraad Sinds 01 april 2005 vervangt de Schoolraad de vroegere Participatieraad. De Schoolraad in onze school bestaat uit afgevaardigden uit verschillende geledingen die op één of andere wijze bij het schoolbeleid betrokken zijn. Hierdoor ontstaat er een zekere vorm van inspraak. De leden van deze raad kunnen informatie vragen over al wat met het schoolleven in het algemeen te maken heeft. Ook kan deze raad adviezen doorgeven naar de inrichtende macht en naar de directie van de school toe. Deze Schoolraad bestaat in principe uit twaalf leden, voor vier jaar verkozen. De directeur en de schepen van onderwijs zullen steeds de vergadering bijwonen. - Voorzitter: dhr. H. LAMBRECHTS - Afgevaardigden van de ouders: K. CALLEWAERT, K. VOORSPOELS, J. MATTHEEUSSEN - Afgevaardigden van het personeel: mevr. H. DE HERDT, dhr. G. PEETERS, dhr. D. RYPENS 98/191

99 -Afgevaardigden van de lokale gemeenschap: dhr. J. DE HAES, dhr. J. DE PRIJCK, dhr. A. VAN HERCK -Afgevaardigden van de leerlingen: Aangeduid door leerlingenraad -Secretaris: mevr. S. JAEKEN De directie De directeur dhr. R. VERHOEVEN is verantwoordelijk voor het dagelijkse beleid in de school en wordt daarbij bijgestaan door: - de technisch adviseur coördinator: dhr. J. MISPELTERS - de technisch adviseur: dhr. K. DE BEUCKELAER De coördinatoren In onze school zijn er verschillende coördinatoren. Hun taak is coördinerend samen te werken op verschillende gebieden zoals het onthaal van nieuwe leerlingen, de begeleiding van de leerlingen, overleg met het CLB, het voorzitten van klassenraden e.a.. - Coördinator GOK mevr. H. DE HERDT - Coördinator 1 ste graad dhr. N.BAMPS/G.PEETERS - Coördinator BSO mevr. N.BAMPS - Coördinator TSO dhr. G.PEETERS - Coördinator tucht dhr. K.DE BEUCKELAER Het onderwijzend personeel Het onderwijzend personeel wordt gevormd door het lerarenkorps. Naast hun lesopdracht vervullen zij nog andere taken: klastitularis, medeorganisatie van didactische en pedagogische activiteiten buiten de school, organisatie van culturele manifestaties, sportactiviteiten en opdrachten van toezicht en bewaking. 99/191

100 De namen van alle leerkrachten zullen samen met het nieuwe lesrooster (eind september of begin oktober) worden meegedeeld. Een belangrijke taak van de leerkrachten is overleg tijdens de klassenraden De begeleidende klassenraad Tijdens de vergaderingen van de begeleidende klassenraad bespreken de leerkrachten van je klas onder de leiding van je klastitularis je studievorderingen en persoonlijkheidsontwikkeling. Eventueel zoekt men naar een passende remediëring en worden nog anderen ingeschakeld om je hierbij te helpen (o.a. ouders, directie, leerlingenbegeleiding, CLB) De delibererende klassenraad Deze bestaat eveneens uit je leerkrachten en is officieel bevoegd om te beslissen over: - het toekennen van attesten en getuigschriften - het geven van adviezen voor je verdere studie Het secretariaat Hier is het hulpopvoedend, administratief en ondersteunend personeel werkzaam. Zij hebben, samen met de leerkrachten, tot taak leiding te geven en mee te werken aan de schoolorganisatie en -administratie, het toezicht en de begeleiding van leerlingen. Het secretariaat of ondersteunend personeel bestaat uit: Algemeen secretariaat mevr. P. DE CLEENE dhr. I. HEYMANS dhr. P. HOLVOET mevr. M. VANHOUT Leerlingensecretariaat mevr. W. VAN GORP dhr. L.THEUNINCK mevr. I. LACHAPELLE 100/191

101 De interne beroepscommissie Bij de voorzitter van deze commissie kunnen de ouders of verantwoordelijken beroep aantekenen bij definitieve uitsluiting van hun dochter/zoon uit de school of als zij niet akkoord gaan met de genomen beslissing van de delibererende klassenraad op het einde van het schooljaar. Deze beroepscommissie wordt samengesteld door de inrichtende macht en bestaat uit ten minste drie leden. Met uitzondering van de directeur maken de leden van de klassenraad er geen deel van uit. Het adres van de deze commissie luidt: Gesubsidieerd Technisch Instituut Interne Beroepscommissie t.a.v. de heer (directeur) Voorzitter Dieseghemlei Mortsel CLB Het Centrum voor Leerlingen Begeleiding heeft als opdracht bij te dragen tot het welbevinden van leerlingen, en situeert daartoe de begeleiding van leerlingen op vier domeinen: het leren en studeren de onderwijsloopbaan de preventieve gezondheidszorg het psychisch en sociaal functioneren Het CLB staat daarom onder andere in voor: het helpen van de leerlingen bij de overgang van lagere school naar secundair onderwijs, met speciale aandacht voor aanpassingsproblemen en studiemethode het opsporen en verhelpen van typische leerproblemen het bespreken van de studievordering en meewerken aan eventuele remediëring van de leerling met de leerkrachten tijdens de klassenraden het helpen bij de studiekeuze op het einde van het schooljaar. het opsporen en signaleren van lichamelijke problemen met een mogelijke weerslag op de studies de begeleiding van medische problemen. 101/191

102 het regelmatig uitvoeren van een medisch onderzoek het verlenen van zijn medewerking aan programma s inzake gezondheidszorg Al de tussenkomsten van het CLB. zijn gratis en discreet. De ouders en/of leerlingen ouder dan 12 jaar kunnen deze tussenkomsten wel weigeren. Zij dienen dan in het begin van het schooljaar een formulier aan te vragen in de school of bij het CLB. Ouders en leerlingen zijn echter wel verplicht hun medewerking te verlenen aan: de begeleiding van leerlingen die spijbelen collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke ziekten. De centra voor leerlingenbegeleiding begeleiden de leerlingen vanaf de instap in de kleuterschool tot het verlaten van het secundair onderwijs. Als de leerling van school verandert, kan dit ook een verandering van CLB meebrengen. In dat geval wordt het CLBdossier overgemaakt van het vorige aan het volgende CLB. Dat is de normale gang van zaken en is ook logisch omwille van de continuïteit van de begeleiding. Indien ouders of leerlingen van 12 jaar of ouder daarentegen toch verzet willen aantekenen, dienen zij dit te doen bij de directeur van het vorige CLB. Dit moet schriftelijk gebeuren en binnen de 10 dagen na kennisname. Gegevens op het gebied van de preventieve gezondheidszorg en de leerplicht worden echter altijd doorgegeven; dat is wettelijk verplicht. Indien men het belangrijk vindt dat het dossier zo snel mogelijk wordt doorgegeven, kunnen ouders of leerlingen van 12 jaar of ouder, dit schriftelijk meedelen aan de directeur van het vorige CLB. Zo hoeft er geen 10 dagen gewacht te worden. Het leerlingendossier wordt nog een tiental jaren bewaard in het CLB van de school waar de leerling zijn laatste jaar secundair onderwijs doorbracht. Daarna wordt het vernietigd. Naam CLB VCLB 2 Antwerpen Middengebied Adres administratieve zetel: Edegemsestraat Mortsel directeur: dhr. L. VAN DER AUWERA Adres vestigingsplaats: Sint-Benedictusstraat 14b 102/191

103 vestigingscoördinator: mevr. H. CREEMERS tel fax CLB-medewerkers in de school: * Arts: mevr. DR. L. AUDENAERDE * Verpleegkundige: mevr. R. VERDONCK * Psychopedagoog: dhr. G. DE VOS * Maatschappelijk werker: mevr. H. CREEMERS De scholengemeenschap Vanaf 1 september 2014 maakt onze school deel uit van de scholengemeenschap Progemfor Het Schoolfonds G.T.I.-v.z.w. Deze vereniging heeft tot doel hulp te verlenen bij de organisatie, het beheer en de coördinatie van materiële en financiële middelen nodig om het onderwijs op een efficiënte en vlotte wijze te doen verlopen. Hieronder wordt verstaan: het ter beschikking stellen van cursussen, studieboeken of gereedschappen. Het schoolfonds neemt ook de materiële organisatie op zich voor studiebezoeken en ontspanningsactiviteiten, in overleg met de directie van de school. Bij het begin van het schooljaar zal een lijst bezorgd worden met de financiële bijdragen die aan de ouders kunnen gevraagd worden De leerlingenraad In elke klas worden er verkiezingen gehouden om de leerlingenraad samen te stellen. Elke klas kiest bij aanvang van het schooljaar een leerling die de klas zal vertegenwoordigen. De leerlingenraad heeft adviesbevoegdheid over zaken die de leerlingen op school aanbelangen en draagt daardoor bij tot het opbouwen van een aangename sfeer. 103/191

104 2. O N Z E S C H O O L A L S L E E F G E M E E N S C H A P In dit onderdeel volgen een aantal afspraken in verband met de organisatie van het schoolleven. Groeien in verantwoordelijkheid kan in een school best lukken mits het eerbiedigen van een aantal leefregels. Een goede samenleving legt niet alleen verplichtingen op, maar waarborgt ook rechten zoals: degelijk onderwijs, respect voor je persoon, optimale vervulling van je taak als leerling Administratieve reglementering Inschrijvingen Naar aanleiding van het GOK-decreet (Gelijke OnderwijsKansen) werden een aantal regels ingevoerd om onder andere te beletten dat kansarme leerlingen uit de boot vallen bij het inschrijven in een school. Tegelijkertijd werd er door het decreet ingevoerd dat leerlingen die reeds in een bepaalde school les volgen voorrang hebben bij de inschrijving voor het volgende schooljaar en dat broers en zussen de gelegenheid moeten krijgen om in dezelfde school in te schrijven. Wat de huidige leerlingen van onze school betreft, vragen wij de ouders om zo snel mogelijk na het vernemen van het eindresultaat een beslissing te nemen voor de inschrijving voor het volgende schooljaar. Aangezien wij in bepaalde klassen verplicht kunnen zijn door organisatorische redenen om het aantal inschrijvingen te beperken, is het belangrijk dat de inschrijving zo snel mogelijk gebeurt en dit liefst ten laatste op 5 juli. Dit kan onder andere ook gebeuren bij het afhalen van het rapport einde juni. Voor de inschrijving van een broer of een zus van onze huidige leerlingen krijgt u voorrang op de andere inschrijvingen en dit gedurende de maand januari, andere voorrangsgroepen krijgen voorrang in februari. U kan hiervoor terecht in de school tijdens de schooluren en liefst op afspraak ( ). Uiteraard gaat het hier om een voorlopige inschrijving die pas kan bevestigd worden zodra men het eindresultaat kent van het huidige schooljaar. Alle andere inschrijvingen van nieuwe leerlingen kunnen gebeuren vanaf 01 maart. Men kan hiervoor terecht in de school tijdens de schooluren (liefst op afspraak: ), tijdens de opendeurdag en tijdens de openingsdagen in de grote vakantie. 104/191

105 Een inschrijving is maar definitief op voorwaarde dat aan volgende regels voldaan is: De leerling voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor het leerjaar waarvoor ingeschreven wordt, De ouders of de meerderjarige leerling gaan akkoord met de schoolvisie, het pedagogisch project en het schoolreglement van de school, De leerling is ingeschreven voordat het vooraf bepaalde maximum voor die klas bereikt is. Eigen leerlingen moeten hun herinschrijving voor het komende schooljaar bevestigen voor de eerste vrijdag van juli van het huidige schooljaar, om van hun voorrang op de andere inschrijvingen te kunnen genieten Administratief dossier van de leerling. Om het administratieve dossier van de nieuwe leerlingen in orde te kunnen brengen, vragen wij, naast een aantal persoonlijke gegevens, ook je getuigschriften en/of attesten van de vorige schooljaren. Je mag deze zelf bezorgen of door onze school laten opvragen bij je vorige school Levensbeschouwelijke keuze Gelet op de geldende onderrichtingen kan er in onze school een levensbeschouwelijke keuze gemaakt worden. Via een formulier, dat bij de inschrijving wordt overhandigd, kan men kiezen uit één van de erkende levensbeschouwingen, namelijk: Anglicaanse godsdienst, Islamitische godsdienst, Israëlitische godsdienst, Niet-confessionele zedenleer, Orthodoxe godsdienst, Protestants-evangelische godsdienst of Rooms-katholieke godsdienst. Normaliter wordt deze keuze binnen de 8 kalenderdagen na inschrijving of vanaf 01 september bepaald. Indien een ouder of een meerderjarige leerling deze levensbeschouwelijke keuze wenst te wijzigen, dan is dit alleen mogelijk binnen de 8 dagen na 01 september van het volgende schooljaar. Inlichtingen en een geldig aanvraagformulier kunnen op het secretariaat bekomen worden. Betrokken personen die op basis van hun religieuze of morele overtuiging bezwaren hebben tegen het volgen van één van de aangeboden cursussen godsdienst of niet-confessionele zedenleer, kunnen op aanvraag een vrijstelling bekomen. Zij wenden zich hiervoor tot de directeur. 105/191

106 Regelmatige leerling Je wordt als regelmatige leerling beschouwd als: je voldoet aan de wettelijke toelatingsvoorwaarden tot het leerjaar waarin je bent ingeschreven je het geheel van de vorming van dit leerjaar werkelijk volgt, behalve in geval van gewettigde afwezigheid of ministeriële vrijstelling Alleen regelmatige leerlingen kunnen op het einde van het schooljaar een officieel studiebewijs behalen Afwezigheden Behalve als je gewettigd afwezig bent, neem je vanaf 01 september tot en met 30 juni deel aan alle lessen en activiteiten van het leerjaar waarin je bent ingeschreven. De vrije dagen vind je in de schoolkalender. Ook vormingsdagen, buitenschoolse activiteiten e.d. worden als normale schooldagen beschouwd. Ze geven je een kans om je te verrijken en je verder te ontwikkelen. Indien je om een ernstige reden niet aan een van deze activiteiten kan deelnemen, dan bespreek je dit vooraf met de directeur. Aanwezigheid op school is dan wel noodzakelijk De onderwijswetgeving laat slechts afwezigheden toe om volgende redenen: omdat je ziek bent of een ongeval hebt gehad; omdat je een familieraad moet bijwonen; omdat je opgeroepen of gedagvaard bent voor een rechtbank; omdat de school door overmacht niet bereikbaar is (bv. wateroverlast); omdat de school in sommige omstandigheden (bv. staking) niet in leerlingenopvang kan voorzien; omdat je onderworpen bent aan een maatregel opgelegd in het kader van de bijzondere jeugdzorg (bv. plaatsing in een instelling door de jeugdrechter); omdat je proeven moet afleggen voor de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap; omdat je een preventieve schorsing hebt gekregen, of tijdelijk of definitief werd uitgesloten (zie orde- en tuchtreglement). 106/191

107 Er zijn bijzondere regels voor: - topsporters: wie door de selectiecommissie het topsportstatuut A of B kreeg toegekend, kan een aantal dagen afwezig blijven om deel te nemen aan stages, tornooien of wedstrijden: in de eerste graad: gedurende maximum 20 halve lesdagen; in de tweede en derde graad: gedurende maximum 40 halve lesdagen; - het beleven van de feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van de leerling: Wanneer je ouders vooraf melden dat je zal deelnemen aan het beleven van feestdagen, heb je vrij. - leden van de Vlaamse scholierenkoepel vzw: zij kunnen deelnemen aan activiteiten verbonden aan hun lidmaatschap Afwezigheden moet je in principe steeds vooraf bespreken met de directeur. Hij gaat na of deze afwezigheden reglementair mogelijk zijn en hij beslist of hij ze al dan niet aanvaardt. Wij denken aan afwezigheden wegens: persoonlijke redenen (maximum 10 halve lesdagen); een huwelijksplechtigheid of begrafenis van een familielid of van iemand die bij jou thuis inwoont; het overlijden van een van je ouders, een broer of zus, een van je grootouders, iemand die bij jou thuis inwoont; je selectie door een erkende federatie voor deelneming aan een culturele of behalve voor topsporters een sportmanifestatie (maximum 10 halve lesdagen). Op het secretariaat kun je voor de aanvraag van voormelde afwezigheden ( en ) een speciaal formulier bekomen dat je vooraf aan de directeur voorlegt. Nogmaals: je hebt geen recht op deze afwezigheden. De directeur beslist hierover. 107/191

108 Je moet uiteindelijk voor elke afwezigheid een schriftelijke verantwoording voorleggen. Deze moet binnen de 10 dagen afgeven worden op het secretariaat, zoniet kan de afwezigheid niet meer aanvaard worden en moet ze als ongewettigd aanzien worden. Voor afwezigheden om medische reden bestaan er vaste regels: een medisch attest is niet nodig bij gewoon schoolverlet, d.i. een korte afwezigheid wegens ziekte van één, twee of drie opeenvolgende dagen. Dan breng je gewoon een ondertekende verklaring van je ouders binnen. Je gebruikt hiervoor een van de vier attesten die je bij de aanvang van het schooljaar ontvangen hebt; een medisch attest is wel nodig bij langdurig en veelvuldig schoolverlet: - ben je vier of meer opeenvolgende dagen afwezig wegens ziekte (d.i. een langdurige afwezigheid), dan volstaat een verklaring van je ouders niet; - heb je je gewoon schoolverlet reeds viermaal uitsluitend verantwoord met een ondertekende verklaring van je ouders, dan moet je vanaf dan ook voor elke korte afwezigheid van één, twee of drie opeenvolgende dagen een medisch attest binnenbrengen. een door de arts geschreven attest dat louter op de verklaring van de patiënt gebaseerd is (het zogenaamde dixit-attest) wordt niet als medisch attest aanvaard en kan daarom geen afwezigheid wettigen. De afwezigheid wordt dan als problematisch en dus niet-gewettigd beschouwd. Een medisch attest is slechts rechtsgeldig indien het is uitgereikt door een geneesheer, een geneesheerspecialist, een psychiater, een orthodontist, een tandarts, de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo. Als je ziek wordt tijdens de examens, de dag voor aanvang van de examenperiode of tijdens de stageperiode moet je steeds een medisch attest inleveren. Kan je wegens ziekte niet deelnemen aan bepaalde oefeningen of het geheel van het vak lichamelijke opvoeding, dan moet je aan je arts een medisch attest voor de lessen lichamelijke opvoeding en sportactiviteiten op school vragen zodat kan worden uitgemaakt wat wel en wat niet kan in deze lessen. Kan je regelmatig of gedurende langere tijd niet deelnemen aan deze lessen, dan zal je een vervangtaak krijgen. De wettiging gebeurt wanneer je terug op school komt. Zal je langer dan 10 opeenvolgende lesdagen ziek zijn, dan moet je het attest onmiddellijk aan de school (laten) bezorgen. 108/191

109 Als je om gelijk welke reden aan een overhoring, klasoefening of persoonlijk werk niet kan deelnemen, kan je verplicht worden die achteraf te maken. Als je langdurig afwezig bent tijdens je stageperiode, kan de directeur beslissen of je de niet gevolgde stages moet inhalen tijdens de schoolvakanties. Hij doet dit steeds in samenspraak met de begeleidende klassenraad en na melding aan en advies van het Departement Onderwijs Kan je, wegens een geldige reden, niet deelnemen aan één of meer proefwerken of examens, dan moet je de directeur hiervan onmiddellijk verwittigen. Als je langdurig afwezig bent, beslist hij steeds in samenspraak met de klassenraad of je de niet gemaakte proefwerken of examens moet inhalen. Hij beslist ook hoe en wanneer je ze dan moet inhalen. Dit wordt aan je ouders meegedeeld Spijbelen kan niet! Bij overtreding zal je, ook vanuit het CLB, van kortbij worden gevolgd. Overtredingen van de regels i.v.m. afwezigheden kunnen op termijn trouwens gevolgen hebben voor je statuut als regelmatige leerling, met mogelijk moeilijkheden i.v.m. de bekrachtiging van je studies (oriënteringsattesten, getuigschriften, diploma s,..) en de leerplicht. De school kan leerlingen uitschrijven die, ondanks duidelijke begeleidingsinspanningen zowel van de school als van het CLB toch problematisch afwezig blijven. Een gouden regel: indien je door ziekte of een andere onvoorziene gebeurtenis niet in de school kunt aanwezig zijn, laat je ouders dan even naar de school bellen om dit te melden. De wettiging van je afwezigheid kan achteraf gebeuren zoals hierboven werd voorgeschreven Als je na 01 oktober van school wenst te veranderen, melden je ouders dit onmiddellijk aan de directeur. De school meldt dit dan onmiddellijk aan het Departement onderwijs terwijl je nieuwe school dit ook doet en je in regel blijft met de wet en de andere administratieve verplichtingen Voor jongeren die geconfronteerd worden met ziekte, handicap of ongeval gelden een aantal specifieke onderwijsmaatregelen: tijdelijk onderwijs aan huis. Tijdelijk onderwijs aan huis voor jongeren die een relatief lange periode of herhaaldelijk gedurende een schooljaar afwezig zijn wegens ziekte of ongeval, wordt georganiseerd door de 109/191

110 school waar de jongere als regelmatige leerling is ingeschreven. Het mag niet worden verward met huisonderwijs, nl. onderwijs dat de ouders zelf, buiten schoolverband, organiseren en bekostigen om aan de leerplicht te voldoen. Tijdelijk onderwijs aan huis vereist steeds het voldoen aan bepaalde voorwaarden. Indien de leerling binnen een bepaalde afstand van de school verblijft is deze vorm van onderwijs een leerlingenrecht; wordt desbetreffende afstand overschreden, dan beslist de school uiteindelijk zelf of tijdelijk onderwijs aan huis wordt aangeboden. Om voor tijdelijk onderwijs aan huis in aanmerking te komen, gelden wettelijk omschreven voorwaarden. Deze voorwaarden zijn bij de directie te bekomen. Organisatiemodaliteiten worden met de directie overlegd Verzekering De leerlingen zijn verzekerd tegen lichamelijke schade voor alle ongevallen binnen de school, alle activiteiten buiten de school en na de schooluren, indien ze georganiseerd worden door de school. De leerlingen zijn ook verzekerd tijdens hun stages in het binnen- en buitenland en ook op de weg van en naar de school gedurende de tijd die normaal nodig is en voor de weg die normaal gevolgd moet worden naar of terug van de school of door de school vastgestelde verzamelplaats. Leerlingen die zich onttrekken aan toezicht zijn nooit verzekerd. Materiële schade (brillen, kledingstukken, fietsen, bromfietsen, schade aan gebouwen en uitrustingen, enz.) en diefstal worden door onze schoolverzekering niet vergoed. Na een schoolongeval betalen de ouders onmiddellijk de behandelingskosten. Een gedeelte hiervan wordt door het ziekenfonds terugbetaald. Het resterend gedeelte (het REM-geld) wordt door de schoolverzekering terugbetaald. Hiervoor dient een formulier te worden ingevuld. Dit formulier kan aan het secretariaat worden afgehaald Klare afspraken In al onze afspraken, speelt respect een uiterst belangrijke rol. Onze school heeft dit verwoord in een leef- en leerproject: 110/191

111 Jouw sleutel tot succes Wij willen graag dat jongeren groeien tot volwassenen. De sleutel voor dit succes vind je in één enkel woord: RESPECT! Respect voor jezelf Zelfrespect is een gezonde basishouding. Ik wil me goed voelen in mijn vel en in mijn hoofd. Ik wil bouwen aan een toekomst en een plaats verdienen in onze maatschappij. Respect voor anderen Ik ben aangenaam in mijn houding en in mijn taal; ik blijf beleefd en vriendelijk tegen iedereen. Eveneens toon ik interesse voor die andere, ook al verschilt die andere van mij. Conflicten proberen we te vermijden. Respect voor mijn omgeving De omgeving kan het klaslokaal zijn of de school, de straat of de speelplaats, maar ook de natuur. Ik draag zorg voor alle materiaal, van mezelf en van anderen. Mensen die hun omgeving respecteren, kunnen daar mee van genieten. Respect voor afspraken Om het samenleven beter te laten verlopen, zijn er regels. Ik ben dankbaar voor de kansen en vrijheid die ik krijg, door alle afspraken te respecteren. Deze vier vormen van respect vinden wij erg belangrijk. Daarom rekenen wij op een goede samenwerking en willen we zelf het voorbeeld geven. Grensoverschrijdend gedrag zal niet geduld worden. Vandalisme, steaming, verbale en non-verbale agressie, diefstal, spijbelgedrag, (be)dreigingen, druggebruik en dealen kunnen echt niet. We gaan ervan uit dat iedereen het hier vooraf mee eens is! Onderweg van huis naar school Je komt van huis rechtstreeks naar de school en keert ook rechtstreeks terug. Je blijft dus niet rondhangen in de onmiddellijke omgeving van de school. Wees voorzichtig en respecteer de wegcode. Als je met de fiets, brommer of auto naar de school komt, zorg er dan voor dat deze reglementair in orde is en je de regels van het verkeersreglement respecteert (verlichting, aangepaste snelheid, dragen van een helm, ). Je stapt naast je fiets of brommer zodra je in de school bent. Je plaatst je fiets in het fietsenrek en je brommer op de voorziene plaats. Doe steeds je fiets of brommer op slot. Neem zeker je afneembare fietsverlichting, fietspomp en snelbinder mee naar de klas. 111/191

112 De school is niet aansprakelijk voor schade of diefstal. Je gedraagt je indien je het openbaar vervoer gebruikt: je bent een uithangbord voor de school Te laat komen Je begrijpt dat wie te laat komt in de les, het klasgebeuren verstoort. Wees tijdig aanwezig. Wie te laat komt, wordt enkel toegelaten in de klas of de werkplaats met een toelating van het secretariaat in de schoolagenda. Er zijn vaste afspraken rond de opvolging van te laat komen, de afspraken worden bij het begin van het schooljaar meegedeeld Op en rond de speelplaats Wanneer de eerste bel klinkt, ga je onmiddellijk in de rij staan en wacht je in stilte op de leerkracht. In de gangen en op de trappen gedraag je je rustig en wordt er niet gegeten. Het is vanzelfsprekend dat je op de speelplaats geen afval laat rondslingeren maar dit in de juiste vuilbak deponeert. Je blijft op de aangewezen speelplaats. Tijdens de middagpauze kan je tot uur gebruik maken van de ganse speelplaats. De boekentassen staan netjes op de daartoe voorziene plaats. Tijdens de speeltijden gedraagt iedereen zich zoals het hoort. Gevaarlijke zaken zoals zakmessen, vuurwerk, bommetjes en dergelijke horen niet in de school Camerabewaking De camerabewaking op en rond de speelplaats dient voor toegangscontrole en controle op vandalisme en niet voor leerlingencontrole Eten tijdens de lessen Eten tijdens de lesuren in de klaslokalen, werkplaatsen of labo s is niet toegelaten. Eten en drinken is enkel toegestaan op de speelplaats en in de refter, tijdens de speeltijden en middagpauze. 112/191

113 Energiedranken met een verhoogd cafeïnegehalte worden niet toegelaten in de school en zullen onherroepelijk afgenomen worden Taalgebruik Nederlands is de omgangstaal in onze school, zowel in de klas als op de speelplaats. Een verzorgd taalgebruik in je contacten met je klasgenoten en het personeel van de school is een vorm van respect De kleding Tijdens de schooltijd, dus ook bij uitstappen en activiteiten georganiseerd door de school, zorg je voor een verzorgd uiterlijk en gepaste kleding. Indien hierover discussie ontstaat, is het de directie of tuchtcoördinator die beslist. In de werkplaatsen en laboratoria zorg je dat je kleding en je uiterlijk beantwoorden aan de geldende veiligheidsvoorschriften, opgelegd door de leraar en het reglement (zie ook 2.3). Voor de lessen L.O. is eenvormige turnkledij vereist. Hoofddeksels en kappen worden bij het betreden van de school afgezet. Een muts of kap kun je buiten dragen naargelang de weersomstandigheden. Voor iedere les worden de jassen aan de kapstok gehangen. We rekenen op je goede smaak bij de keuze van je kleding of andere uiterlijkheden. Vermijd daarom ongewone, provocerende kleding en haarstijlen. Sportkleding zoals een joggingbroek en petjes, is niet toegelaten. Overladen make-up, opvallende tatoeages en zichtbare piercings laten we niet toe. Uiterlijkheden die bij ongewenste gedachten of gedragingen horen, zullen we verbieden. Om veiligheidsredenen zijn je veters vast en draag je geen slippers. Ook bij warm weer houden we het netjes: de schouders blijven bedekt en je draagt geen strand- of sportshorts. Meisjes dragen geen vakantiekleding zoals korte rokjes of topjes. Indien je je niet aan deze afspraken houdt, zul je gevraagd worden onmiddellijk van outfit te wisselen of naar huis gestuurd worden De middagpauze Heb je geen toestemming van je ouders, dan mag je 's middags onder geen enkele voorwaarde de school verlaten. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan door de directeur toelating worden verleend. Verlaat je toch de school zonder toestemming, dan ben je niet door de school verzekerd. 113/191

114 Leerlingen die toestemming hebben om s middags de school te verlaten, tonen na de middagpauze bij het betreden van de school hun leerlingenpasje. Bij het verlies van het leerlingenpasje rekenen wij voor de vervanging een vergoeding aan van 2,5 euro. De keuze van de ouders of hun kind al dan niet op school blijft eten, blijft bij de start van het nieuwe schooljaar dezelfde als die van het vorige schooljaar voor leerlingen die reeds ingeschreven waren. Wijzigingen in keuze kunnen enkel via het formulier Wijzigen middagpauze, te verkrijgen op het leerlingensecretariaat. Wijzigingen kunnen bij het begin van het schooljaar, tot 15 september, en na de kerstvakantie, tot 15 januari, worden aangevraagd Reftertoegang De refter is toegankelijk tijdens de middagpauze. De leerlingen brengen hun boterhammen mee in een brooddoos (geen aluminiumfolie of plastic zak!), de school biedt koffie of thee aan. De leerlingen krijgen bij inschrijving een brooddoos aangeboden, te voorzien van hun naam. Na het gebruik van de refter ruimen de leerlingen hun tafel af en maken die terug schoon Gsm en aanverwanten Het gsm-toestel wordt afgezet bij het betreden van de school. Tijdens de lessen haal je dit toestel onder geen enkele voorwaarde boven, ook niet als rekentoestel/uurwerk. Tijdens de middagpauze is het gebruik van gsm en aanverwanten toegelaten op de speelplaats. Het geluid dient uitgeschakeld te zijn, bellen is eveneens niet toegelaten. Afspraken worden bij het begin van het schooljaar meegedeeld. Bij een inbreuk krijg je je toestel pas terug om uur of uur. Bij herhaling volgen ordemaatregelen. Het verspreiden van beeld-, foto- en geluidsmateriaal kan enkel mits toestemming van de directie. Misbruik kan aanleiding geven tot gerechtelijke vervolging. GSM en aanverwante toestellen meebrengen naar school gebeurt op eigen verantwoordelijkheid Computers Zonder toelating van de directeur of de informaticacoördinator is het absoluut verboden software van de school voor eigen gebruik te kopiëren. Het is ook niet toegelaten om meegebrachte software te installeren op toestellen van de school (o.a. gevaar voor virussen). 114/191

115 Het overtredingen van deze regels zal bestraft worden. Onder toezicht van een leerkracht kan je op afgesproken tijdstippen, tijdens de middagpauze, gebruik maken van de computers Smartschool Smartschool is een digitaal schoolplatform dat aan elke deelnemer een elektronische leeromgeving beschikbaar stelt aan een zeer democratische prijs. Elke leerling die hieraan deelneemt, moet weten dat het belangrijk is dat dit medium op een goede manier gebruikt wordt. De gebruiker verklaart zich automatisch akkoord met onderstaande afspraken. Stuur geen mails naar de ganse school of naar alle leerlingen, dit wordt door de meesten niet geapprecieerd. Deze ongevraagde kettingbrieven worden spam genoemd. Dit is bij wet verboden. Reclame voor fuiven, jeugdbewegingen, kun je op een andere manier voeren, niet via Smartschool. Dit medium is bedoeld voor zaken die met de school te maken hebben. Taalgebruik is belangrijk, het laat zien wie je bent. Als je taal verzorgd is zul je gelezen worden, anders niet. Elke mening die je in berichten (mails, forum) naar voren brengt, wordt steeds op een beleefde manier gebracht met respect voor een ander zijn mening. Iemand beledigen via Smartschool (berichten, forum, ) kan niet! Ook roddelen over iemand kan niet aanvaard worden. Geef nooit persoonlijke informatie zoals paswoorden, telefoonnummers of adressen door aan anderen. Let op voor het typen in HOOFDLETTERS, dit wordt beschouwd al roepen. Typ altijd een titel als je een bericht verstuurt. Testberichten sturen is niet nodig. Het systeem werkt zoals het hoort te werken. Indien je een probleem vaststelt of als er iets niet werkt, verwittig dan een leerkracht die Smartschool gebruikt. Het gebruik van Smartschool is geen recht maar een voorrecht. Bij misbruik kan het gebruik je dan ook ontzegd worden. Er worden afspraken gemaakt met de directie en de klassenraad over een sanctie. Je zult in elk geval je fout moeten herstellen Roken 115/191

116 Het is niet toegelaten te roken in de school en in de onmiddellijke omgeving van de school en de aangrenzende speeltuin Genotsmiddelen (alcohol, drugs, ) De school kiest voor een geïntegreerd beleid. Dit wil zeggen dat de school, naast duidelijke regels en de nodige sancties, ook voorziet in een aangepaste begeleiding en preventieve activiteiten voor elke graad. Het bezit en het gebruik van genotsmiddelen zijn totaal verboden in de school. Wie tijdens de uren onder invloed is (van eender welk genotsmiddel), zal op een gepaste manier gesanctioneerd worden (zie orde- en tuchtmaatregelen). Het is vooral de bedoeling om hulp te bieden aan leerlingen die worden geconfronteerd met eender welke vorm van misbruik. In de school kun je alvast een beroep doen op een groep leerkrachten (o.a. werkgroep leerlingenbegeleiding) die zich op dit vlak speciaal engageren. Naar gelang van de problematiek zal gekozen worden voor samenwerking met en/of voor verwijzing naar het CLB of andere gespecialiseerde diensten. Dealers (verhandelen van drugs omwille van persoonlijke winst) worden onverbiddelijk gemeld aan de politie en worden onmiddellijk verwijderd uit de school Doorgeven van namen en adressen foto s op website Het gebeurt meermaals dat de school de vraag krijgt om namen en adressen van leerlingen door te sturen. De school neemt hierin het standpunt dat enkel namen en adressen van laatstejaars studenten worden bezorgd aan scholen voor voortgezet onderwijs of aan bedrijven die werkaanbiedingen hebben op voorwaarde dat de leerling hiermee akkoord is en de bestemmeling de belofte doet de wet op de bescherming van de privacy te respecteren. Een leerling die wenst dat zijn naam en adres niet wordt doorgegeven, meldt dit schriftelijk aan het secretariaat. Wie niet wenst dat foto s van schoolactiviteiten waar hij/zij op voorkomt op de website worden gepubliceerd, meldt dit eveneens schriftelijk aan het secretariaat Leraarslokaal Refter leraars Directeur Tijdens de speeltijden kom je niet nodeloos naar het leraarslokaal. 116/191

117 Respecteer maximaal de middagpauze van de leraars. Bij klasproblemen of onderlinge moeilijkheden raadpleeg je eerst je klastitularis, de leerlingbegeleider of de tuchtcoördinator alvorens de directeur te raadplegen. Wens je de directeur te spreken, regel hiervoor een afspraak via het leerlingensecretariaat Gangen Tijdens de lessen of de leswisselingen komt niemand zonder toelating uit de klaslokalen. Laat geen waardevolle voorwerpen in je jaszak steken! Turnzakken worden steeds meegenomen en blijven niet gedurende weken aan de kapstok hangen! Klaslokalen Draag zorg voor je lokaal. De klastitularis kan een klasverantwoordelijke aanduiden die instaat voor de netheid in het lokaal. Het bedienen van de zonnewering, het openen en sluiten van de ramen en het instellen van de temperatuur is uitsluitend een taak voor de leerkracht Werkplaatsreglement Met het oog op de veiligheid in laboratoria en werkplaatsen wordt van iedere leerling een grote verantwoordelijkheidszin verwacht. In werk-, kleed- en wasplaatsen moeten orde en veiligheid gerespecteerd worden De leerlingen dragen verzorgde en eenvormige veiligheidskleding voorgesteld door de vakleraar. Voor aanvang van elke vakantieperiode worden de werkpakken mee naar huis genomen om gewassen te worden Iedere leerling moet in het bezit zijn van een handdoek Loshangende haren worden bij het werken, en vooral bij werken aan machines, beschermd (haarnetje of gepaste muts). 117/191

118 Het dragen van armbanden, ringen, e. d. is, gelet op het gevaar, in de werkplaatsen verboden Veiligheidsschermen moeten gebruikt worden Bij verspanende bewerkingen zijn veiligheidsbrillen verplicht Niemand mag werken uitvoeren zonder opdracht. Na gebruik worden de machines en apparaten stilgelegd en wordt de spanning uitgeschakeld. Dagelijks wordt alles grondig gereinigd. Het reinigen van de praktijklokalen gebeurt volgens een beurtrol Bij het begin van een werk kijkt elke leerling na of alle gereedschappen wel degelijk aanwezig zijn. Wat er te veel of te kort zou zijn, wordt aan de leraar gemeld Bijkomend gereedschap wordt aan de leraar of de verantwoordelijke gevraagd en na het werk teruggebracht Ontleende gereedschappen en toestellen, die voor gebruik verplaatst worden, moeten na het werk in goede staat en ordelijk ingeleverd worden Indien een leerling door nalatigheid of gebrek aan voorzorg, schade toebrengt of voorwerpen verliest, zal hij deze vergoeden Bij het werk moet men in acht nemen dat het verboden is machines, toestellen of gereedschappen die in beweging zijn of onder spanning staan, aan te raken, tenzij de bediening dat vereist Indien de spanning uitvalt, wordt elke machine onmiddellijk door de leerling die de machine bedient, in nulstand gebracht Het is verplicht de doorgangen en vluchtwegen vrij te laten Het is streng verboden schakelborden te openen of te bedienen zonder toelating. 118/191

119 De leerlingen mogen verwarmingstoestellen niet zelf bedienen Het is ten strengste verboden iets uit de werkplaatsen of laboratoria te ontvreemden. De inrichtende macht kan gebeurlijk een onderzoek laten instellen en sancties treffen Eten wordt in de praktijklokalen niet toegelaten Voor elke opdracht moeten de nodige voorzorgen genomen worden, zodat deze veilig kan worden uitgevoerd. De leraar of de verantwoordelijke moet voor elke werkopdracht zijn goedkeuring hebben gegeven Orde- en tuchtmaatregelen De hierna volgende maatregelen kunnen worden getroffen om de goede gang van zaken in onze school te verzekeren. Het is goed om weten welk onderscheid er bestaat tussen een ordemaatregel en een tuchtmaatregel. - Een ordemaatregel moet de leerling helpen zijn gedrag te verbeteren en zo aan te passen dat een goede verstandhouding met alle personeelsleden en medeleerlingen van de school opnieuw mogelijk wordt. Tegen een ordemaatregel kan geen beroep aangetekend worden. - Een tuchtmaatregel wordt genomen wanneer het gedrag van de leerling werkelijk een bedreiging betekent voor het efficiënt verstrekken van het onderwijs en/of het opvoedingsproject van de school in het gedrang brengt Mogelijke ordemaatregelen Als je leraars en begeleiders van oordeel zijn dat je gedrag moet bijgestuurd worden, kunnen zij meer bindende gedragsregels met jou afspreken Als je te weinig je best doet, je storend gedraagt of de gemaakte afspraken niet naleeft, kan je een waarschuwing of een speciale opdracht krijgen Als je je bijzonder storend gedraagt tijdens de les, kun je tijdelijk uit deze les worden verwijderd. In dat geval meld je je onmiddellijk op het secretariaat of bij de directeur. 119/191

120 Als je het lesverloop of het schoolgebeuren ernstig stoort, kun je worden gestraft met een werk- of strafstudie (op woensdagnamiddag vanaf uur), een maatregel die via de schoolagenda wordt gemeld aan je ouders Onverminderd de latere toepassing van een tuchtmaatregel, kun je in erge gevallen voorlopig uit de school worden verwijderd, voor zover het belang van het onderwijs dit vereist, en dit voor de duur van het onderzoek. Dit veronderstelt automatisch een gesprek met jou in het bijzijn van je ouders en/of andere vertrouwenspersonen Mogelijke tuchtmaatregelen Wanneer de bovengenoemde maatregelen tot niets hebben geleid of in geval van ernstige of wettelijk strafbare feiten, kunnen volgende maatregelen worden genomen: De directeur of een afgevaardigde van de inrichtende macht kan je uitsluiten uit de school voor een maximale duur van veertien dagen, nadat advies van de klassenraad werd ingewonnen De begeleidende klassenraad kan de directeur of de afgevaardigde van de inrichtende macht adviseren over te gaan tot een definitieve uitsluiting. Indien de directeur of de afgevaardigde van de inrichtende macht van mening is dat er een ernstige reden zou zijn om tot een tijdelijke of definitieve uitsluiting over te gaan, word je geroepen voor een onderhoud over de vastgestelde feiten in het bijzijn van je ouders en/of andere vertrouwenspersonen. Tijdens dit onderhoud hebben de ouders het recht het tuchtdossier van hun zoon/dochter in te zien In al de voormelde gevallen brengt de directeur je ouders of verantwoordelijke per brief op de hoogte van zijn gemotiveerde beslissing, voordat de tuchtmaatregel van kracht wordt Word je definitief uitgesloten uit de school, dan kunnen je ouders of wettige vertegenwoordiger beroep aantekenen bij de voorzitter van de interne beroepscommissie. Binnen zeven dagen na ontvangst van de beslissing tot tuchtmaatregel kan de leerling of zijn wettige vertegenwoordiger bij aangetekend schrijven een beroep instellen. De interne beroepscommissie doet uitspraak over het verzoekschrift binnen veertien dagen na ontvangst van het beroep. Alvorens uitspraak te doen, hoort het de leerling of zijn wettige 120/191

121 vertegenwoordiger. De leerling of zijn wettige vertegenwoordigers kunnen zich door een raadsman laten bijstaan. Binnen de drie dagen wordt de beslissing van de interne beroepscommissie bij aangetekend schrijven aan de betrokkene meegedeeld Als een definitieve uitsluiting ingaat voor 30 juni van het schooljaar, dan blijft de leerling in de school ingeschreven tot op het ogenblik van inschrijving in een andere onderwijsinstelling. De leerling moet door de school én door het begeleidend centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB) actief worden bijgestaan bij het zoeken naar een andere onderwijsinstelling. Tijdelijke of definitieve uitsluiting ontneemt de leerling het recht het geheel van de vorming werkelijk en regelmatig te volgen in de school in kwestie. Als de uitsluiting echter ingaat voor 30 juni van het schooljaar, dan kunnen de betrokken personen een gemotiveerde vraag stellen tot opvang van de uitgesloten leerling. Als de school op die vraag tot opvang ingaat, dan maakt ze afspraken met de betrokken personen en de leerling over de voorwaarden van de opvang. Als de school op de vraag tot opvang niet ingaat of niet langer ingaat, dan kan dat alleen mits ze haar beslissing schriftelijk motiveert aan de betrokken personen. Die schriftelijke motivering ligt ter inzage voor de verificatiediensten van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Bij iedere fase van de hierboven genoemde procedure heeft de leerling, zijn wettige vertegenwoordiger of zijn raadsman het recht het tuchtdossier in te kijken, alvorens hij gehoord wordt. 3. O N Z E S C H O O L A L S L E E R G E M E E N S C H A P Wij vinden het heel belangrijk dat je duidelijk weet wat er van je gevraagd wordt op studiegebied. Meer nog, dat jij en je ouders een duidelijk zicht hebben op het evaluatiesysteem van de school en weten welke elementen zoal meespelen in de eindbeoordeling. Dit studiereglement moet je dan ook beschouwen als een hulp in de verdere uitbouw van je schoolloopbaan. Voor de leerlingen van de eerste graad zijn er aangepaste wenken die deze leef- en leerregels verduidelijken Persoonlijke documenten 121/191

122 Schoolagenda Verzorg je agenda en breng deze steeds mee naar de school. Iedere les vul je, onder toezicht van je leerkracht, je schoolagenda ordelijk in: lesonderwerp, aard van de oefening(en), eventueel huistaak en te leren lessen. Je schoolagenda is ook een communicatiemiddel tussen je ouders en je leerkrachten. Iedere week wordt de agenda door één van je ouders ondertekend. De klastitularis zal dit controleren Notitieschriften Elke leerkracht zal je duidelijk zeggen welke leerstof en oefeningen je moet inschrijven en hoe dit dient te gebeuren. Geleidelijk aan moet je leren dit zelfstandig te doen. Zorg ervoor dat je notitieschriften steeds nauwkeurig en volledig zijn. Goede notities zijn een belangrijke vereiste voor geslaagde studies Toetsen Om je studievorderingen te kunnen volgen, zullen er regelmatig toetsen zijn. De leerkracht weet dan of hij/zij verder kan gaan in het onderwijs van het vak. De toetsen worden door jou een gans schooljaar bewaard (gebruik hiervoor best een map), zodat ook je ouders je studievorderingen kunnen volgen Persoonlijk werk Je taken en oefeningen dien je zorgvuldig te maken en op de afgesproken dag af te geven. Zich niet houden aan de afspraken kan een sanctie tot gevolg hebben. Bij één dag of enkele dagen afwezigheid wordt elke huistaak bijgewerkt. Deze verplichting vervalt echter bij een langere gemotiveerde afwezigheid en mits goedkeuring van de vakleraar. Ook de huistaken worden een gans schooljaar bewaard Rapporten 122/191

123 In de loop van het schooljaar worden rapporten uitgereikt met vermelding van de resultaten van je dagelijks werk en examens. Aan de ouders of de verantwoordelijke vragen wij om dit rapport voor kennisneming te ondertekenen. De data vind je in bijlage Begeleiding bij je studie De klastitularis Eén van je leerkrachten is je klastitularis. Bij hem/haar kun je altijd terecht met je vragen, je problemen in verband met je studie of persoonlijke situatie. Een vertrouwelijk gesprek kan wonderen doen. Een klastitularis volgt nauwlettend elke leerling van zijn/haar klas. Hij/zij is dan ook de meest aangewezen persoon om in te spelen op mogelijke problemen Leerlingenbegeleiding Wanneer je met een probleem zit op school, thuis, met relaties, met drank of drugs, spreek je er best over. Dit kan met vrienden, iemand thuis, een familielid Op school kan je terecht bij je titularis, een vetrouwensleraar of iemand van het CLB. Daarnaast is er ook het team leerlingenbegeleiding: De Herdt H. (1 e graad) Essers K. (TSO) Rypens D. (BSO) Verheyen L. (BSO) De Beuckelaer K. De Boeck E. (Leren leren) Om je te begeleiden bij je studiewerk, heeft de school een aanbod rond Leren leren. Tijdens het schooljaar worden er sessies Leren leren aangeboden. In de middagstudie kan je rustig studeren of bijwerken na afwezigheid. Tijdens het schooljaar organiseren de vakleerkrachten wiskunde en Frans bijlessen op afspraak De begeleidende klassenraad Op onze school heb je recht op een passende begeleiding. Daarvoor komen je leerkrachten geregeld samen in een begeleidende klassenraad. Onder de leiding van je klastitularis worden je studieresultaten en je gedrag in de klas en op school 123/191

124 besproken; zonodig wordt een passende begeleiding afgesproken. Eventueel worden je ouders, de directie, het CLB of schooldokter ingeschakeld. Van elke klassenraad wordt een verslag gemaakt. Gedragingen die tot een tuchtmaatregel kunnen leiden, worden eveneens bij de verslagen gevoegd. De klassenraad kan de directie om een tuchtmaatregel verzoeken. Het hoofddoel van de begeleidende klassenraad is je studievorderingen op te volgen en de delibererende klassenraad voor te bereiden De evaluatie Permanente evaluatie of evaluatie van het dagelijks werk. Deze omvat de beoordeling van je klasoefeningen, je persoonlijk werk, je stages, de resultaten van je toetsen, je leerhouding, je inzet in de klas, je medewerking aan opdrachten, groepswerk e.d Proefwerken/Examens Proefwerken/Examens zijn bedoeld om te testen of je grotere delen van de leerstof kunt verwerken. De school bepaalt het aantal en de dagen waarop ze plaatsvinden. Hoeft het gezegd dat wij in onze school op eerlijkheid gesteld zijn tijdens proefwerken en toetsen? Word je betrapt op spieken of andere vormen van bedrog, dan kan, na bespreking op de klassenraad, je toets of proefwerk nietig verklaard worden. Het kan zijn dat dan een bijkomende proef moet worden afgelegd op het einde van de vakantie Geïntegreerde proef Leerlingen van de zesde en de zevende jaren leggen zoals decretaal voorgeschreven een geïntegreerde proef af Rapport Het rapport bevat een schriftelijk verslag van je dagelijks werk en je proefwerkresultaten. Daardoor kunnen ook je ouders je werkzaamheden op school volgen, begeleiden en belonen. Het rapport wordt door je klastitularis ingevuld en je door de directeur of de klastitularis overhandigd. Het wordt telkens door je ouders of verantwoordelijke ondertekend en de eerstvolgende schooldag terug aan je titularis bezorgd. 124/191

125 Oudercontacten Het rapport kan door je ouders zelf afgehaald worden na de eerste periode dagelijks werk, op het einde van het eerste trimester/semester (Kerstmis) en op het einde van het schooljaar. Zij kunnen het meteen met je klastitularis bespreken. Zonodig kunnen je ouders een andere afspraak maken met de klastitularis, vakleerkracht of directie. De data van de rapporten en oudercontacten vind je in bijlage Het evaluatiesysteem op het einde van het schooljaar De delibererende klassenraad Deze is officieel bevoegd om te beslissen over: - het toekennen van attesten en getuigschriften - het geven van adviezen voor je verdere studie of andere mogelijkheden. Deze vergadering van de leerkrachten van je klas wordt voorgezeten door de directeur of zijn afgevaardigde. Met volgende criteria zal rekening worden gehouden om tot een eindbeoordeling over het voorbije schooljaar te komen: - het globale resultaat van het dagelijks werk en de examens - de evolutie van de studieresultaten, - de beoordeling van de begeleidende klassenraden, - de resultaten van de geïntegreerde proeven en/of stages, - gegevens uit de delibererende klassenraad van het voorgaande schooljaar, - de afwerking van de opgelegde vakantietaken. Als algemene regel wordt gekeken naar de slaagkansen van de leerling naar volgend schooljaar toe, uitgaande van haar/zijn inzet tijdens dit schooljaar. De eindbeslissing van de delibererende klassenraad wordt meegedeeld via het rapport. De delibererende klassenraad kan de volgende beslissingen nemen: - de leerling heeft het leerjaar met vrucht beëindigd: de leerling ontvangt een oriënteringsattest A en wordt tot het volgend leerjaar toegelaten 125/191

126 de leerling wordt geclausuleerd en ontvangt een oriënteringsattest B. Dit betekent dat deze leerling tot een volgend leerjaar wordt toegelaten behalve in (een) bepaalde onderwijsvorm(en) of studierichting(en), omdat bepaalde resultaten of het globaal van de resultaten te zwak zijn. - de leerling heeft het leerjaar niet met vrucht beëindigd: de leerling ontvangt een oriënteringsattest C. Hij/zij is dus niet geslaagd en mag niet overgaan naar een volgend leerjaar Advies Op je rapport of in een begeleidende brief bij je rapport kan zowel bij een attest A, B als C een advies van de delibererende klassenraad worden geformuleerd. Dit advies kan o.a. bevatten: - raadgevingen inzake je studie- en werkmethoden - een waarschuwing voor vakken waaraan je volgend jaar extra aandacht moet besteden - concrete individuele suggesties om vastgestelde tekorten of zwakke punten weg te werken - suggesties in verband met je verdere studieloopbaan (keuze van een andere studierichting, overzitten, enz.). Een advies van de delibererende klassenraad is niet bindend, maar het geeft je wel een ernstige aanduiding en wordt dan ook best opgevolgd Verlenging van de evaluatietermijn De delibererende klassenraad beslist uiterlijk op 30 juni of je het leerjaar al dan niet met vrucht beëindigd hebt. In uitzonderlijke omstandigheden, zoals decretaal bepaald, kan de delibererende klassenraad beslissen om eind augustus of begin september een bijkomende evaluatieproef te voorzien Bezwaar tegen de genomen beslissing door je ouders Het kan gebeuren dat je ouders de beslissing die de delibererende klassenraad heeft genomen, niet aanvaarden. 126/191

127 In dit geval kunnen zij uiterlijk op de derde werkdag na het uitdelen van de rapporten in een persoonlijk onderhoud met de afgevaardigde van de inrichtende macht of de voorzitter van de delibererende klassenraad - meestal de directeur of zijn afgevaardigde - hun bezwaren kenbaar maken. Dit onderhoud kan ertoe leiden dat: - je ouders aan de hand van je dossier tot het inzicht komen dat de genomen beslissing gegrond is; er is dan geen betwisting meer - men van oordeel is dat de redenen die je ouders bij hun betwisting aandragen het overwegen waard zijn. In dit geval roept men zo spoedig mogelijk de delibererende klassenraad opnieuw samen. De betwiste beslissing wordt opnieuw overwogen. Naargelang van het resultaat van dit overleg, dat schriftelijk aan je ouders wordt meegedeeld, blijft de betwisting al dan niet bestaan - men oordeelt dat de door je ouders aangebrachte elementen geen nieuwe bijeenkomst van de delibererende klassenraad rechtvaardigen, maar je ouders zijn het daarmee niet eens; de betwisting blijft bestaan. Uiterlijk drie werkdagen nadat bleek dat de betwisting is blijven bestaan, hetzij na het persoonlijk onderhoud, hetzij na de nieuwe bijeenkomst van de delibererende klassenraad, kunnen je ouders schriftelijk beroep instellen bij de voorzitter van de interne beroepscommissie. Deze beroepscommissie onderzoekt de klacht grondig en deelt het resultaat mee aan de inrichtende macht. De inrichtende macht beslist op grond van het door de beroepscommissie uitgevoerd onderzoek of de delibererende klassenraad wel of niet moet samenkomen. Indien de delibererende klassenraad niet opnieuw moet samenkomen, deelt de inrichtende macht deze beslissing schriftelijk aan je ouders mee en motiveert ze. Indien de delibererende klassenraad wel opnieuw moet samenkomen, deelt de inrichtende macht de beslissing van de delibererende klassenraad onmiddellijk schriftelijk aan je ouders mee en motiveert ze uiterlijk voor 15 september van het volgende schooljaar. Hopelijk komt het allemaal niet zover en slaag je erin op 30 juni het schooljaar succesvol te beëindigen, zodat je ouders tevreden zijn met je resultaat Engagementsverklaring Oudercontacten De ouder(s) woont (wonen) de oudercontacten bij. 127/191

128 De school organiseert daartoe op geregelde tijdstippen oudercontacten. De ouders en de school zelf kunnen op eigen initiatief bijkomende oudercontacten voorstellen Voldoende aanwezigheid De ouders sturen hun kind elke schooldag en op tijd naar school, dit verhoogt de kansen op schoolse successen. Zij respecteren de afspraken zoals die opgenomen zijn in dit artikel en de artikelen en De voldoende aanwezigheid speelt een rol in het toekennen van de schooltoelage. In het geval een kind problematisch (ongewettigd) afwezig is, zal de school contact opnemen met de ouders. Indien het kind tien of meer halve dagen ongewettigd afwezig is, moet de school het CLB inschakelen Deelnemen aan individuele begeleiding Sommige kinderen hebben nood aan een individuele begeleiding. Voor kinderen die daar nood aan hebben werkt de school vormen van individuele ondersteuning uit en ze maakt daarover afspraken met de ouders zoals voorzien in het zorgbeleid. De ouders ondersteunen op een positieve manier de maatregelen die in samenspraak genomen zijn Nederlands is de onderwijstaal van de school. Ouders moedigen hun kinderen aan om Nederlands te leren Als ouder is het ook belangrijk dat ze de studievorderingen en het gedrag van hun kind op school opvolgen. De schoolagenda is het communicatiemiddel bij uitstek. Iedere week wordt de agenda door één van de ouders ondertekend. We moedigen de leerlingen ook aan resultaten van toetsen en taken thuis mee te delen. In heel wat klassen maakt men gebruikt van een toetsenmap. 4. S C H O O L R E K E N I N G E N Bijdrageregeling voor de ouders in de kosten 128/191

129 Bij het begin van het schooljaar ontvang je een lijst met de financiële bijdragen die van jou en je ouders kunnen worden gevraagd. Deze lijst omvat zowel verplichte als niet verplichte uitgaven. Verplichte uitgaven zijn uitgaven die jij en je ouders zeker zullen moeten doen, bijvoorbeeld het betalen van een schoolagenda, het betalen van kopieën, Zaken die de school als enige aanbiedt, koop je verplicht aan op school. Er zijn zaken die je zowel op de school als elders kunt kopen. Je kiest vrij waar je deze zaken aankoopt, maar als je ze op school aankoopt, dan moeten jij en je ouders de bijdrage betalen. Voor sommige posten vermeldt de lijst vaste prijzen, voor andere posten zijn enkel richtprijzen vermeld. Voor sommige posten kent de inrichtende macht de kostprijs niet op voorhand en geeft daarom een richtprijs mee. Dit betekent dat het te betalen bedrag in de buurt van de richtprijs zal liggen. Voor het bepalen van deze richtprijs baseert de school zich op de kostprijs van het vorige schooljaar. Deze lijst werd goedgekeurd door de Schoolraad. De school maakt in de loop van het eerste en op het einde van het derde trimester een rekening van de gemaakte onkosten. Ze worden betaald via een overschrijving naar het op de rekening vermelde bankrekeningnummer. De betaling geschiedt binnen de op de rekening vermelde termijn. Indien er na 3 herinneringen nog niet betaald wordt, zal het dossier doorgegeven worden aan de Stad Mortsel en zal een gerechtelijke procedure opgestart worden. Indien er problemen zouden zijn met het betalen van de schoolrekening, neem dan contact op met mevrouw Vanhout. Samen worden dan afspraken gemaakt voor een aangepaste regeling. Wij verzekeren een discrete behandeling van deze vraag Aankoop van schoolboeken en dergelijke Bij inschrijving of herinschrijving bezorgen we jou en je ouders de lijst met de hand- en werkboeken, de gereedschappen en de andere benodigdheden die je kan aanschaffen via de school. De kostprijs voor deze zaken is de normale handelsprijs. Op het einde van het schooljaar organiseert de school een kleine tweedehands boekenmarkt waarop handboeken tegen gereduceerde prijzen kunnen verkocht en aangekocht worden 4.2. Huur van schoolboeken Voor bepaalde vakken in de eerste graad worden de handboeken (geen werkboeken!) door de school zelf aangekocht en kan je ze van de school huren tegen een kostprijs afhankelijk van de gebruiksduur van het boek. Bij beschadiging die niet het gevolg is van het normale gebruik, zal in functie van de ouderdom een schadevergoeding aangerekend worden. 129/191

130 4.3. Kopieën Niet voor alle vakken zijn hand- en werkboeken op de markt beschikbaar en voor sommige vakken zijn ze ook ontoereikend om de doelstellingen van de studierichting te realiseren. Daarom bezorgen we je kopieën en cursussen tegen de gangbare kostprijs Middagrefter Voor het middagverblijf in de school wordt door het stadsbestuur aan alle leerlingen die in de school blijven eten, 0,75 per middag gevraagd. Deze onkosten worden trimestrieel mee op de schoolrekening verrekend Buitenschoolse activiteiten Voor alle klassen worden buitenschoolse activiteiten georganiseerd die ofwel over één dag, ofwel over meerdere dagen gespreid worden. De school tracht de kostprijs hiervoor steeds zo laag mogelijk te houden. 5. O N Z E S C H O O L : T E O N T H O U D E N 5.1. LESUREN Normale lesuren: Voormiddag 1ste lesuur: u u. 2de lesuur: u u. 3de lesuur: u u. 4de lesuur: u u. Namiddag 5de lesuur: u u. 6de lesuur: u u. 7de lesuur: u u. 8ste lesuur: u u. Alleen bij afwezigheid van de leerkracht van het 8ste lesuur mogen de leerlingen van de desbetreffende klas vroeger naar huis. Dit zal dan in de schoolagenda worden vermeld. 130/191

131 5.2. STUDIE Aan alle leerlingen wordt de kans geboden om te studeren in de school AVONDSTUDIE Na de normale lesuren kunnen de leerlingen, op aanvraag van de ouders, avondstudie volgen vanaf u. tot u. en/of vanaf u. tot u. Leerlingen die moeilijkheden ondervinden kunnen onder begeleiding van de leerkrachten studeren tijdens de avondstudie MIDDAGSTUDIE Tijdens de middagpauze kunnen de leerlingen in stilte studeren of bijschrijven. Tweemaal per week gaat deze door van u. tot u. Tweemaal per week gaat deze door van u. tot u. De dagen en uren worden bij het begin van het schooljaar meegedeeld. Leerlingen die zich niet aan de regels kunnen houden, worden uit het lokaal gezet, zodat andere leerlingen rustig kunnen werken WERK- en STRAFSTUDIE: - Voor de eerste graad: ofwel van u. tot u. (op de dagen dat de lessen eindigen om u.) ofwel op woensdag vanaf u. tot u. - Voor de tweede en derde graad: ofwel van u. tot u. ofwel op woensdag vanaf u. tot u 131/191

132 5.3. VAKANTIES - VRIJE DAGEN Informatie over vakanties, vrije dagen, sportdagen, opendeurdag, oudercontacten, rapporten, examenperiodes, geïntegreerde proeven, deliberaties en stages is te vinden op de middenpagina van dit schoolreglement. 5.4 UITGESTELDE BESLISSINGEN donderdag proeven vanaf uur: uitgestelde beslissingen bijkomende vrijdag vanaf uur: uitgestelde beslissingen bijkomende proeven maandag resultaten vanaf uur: deliberaties vanaf uur: meedelen 132/191

133 Structuur van het G.T.I. Gemeenschappelijk 1ste leerjaar A 1ste leerjaar B 1 Realisatietechnieken (4u) 1 ste Graad Beroepsvoorbereidend jaar 2de Gemeenschappelijk leerjaar A 2 Iedereen volgt de beroepenvelden: optie: Industriële wetenschappen Metaal en Decoratie Technisch onderwijs Beroepsonderwijs Basismechanica vormingscomponent: 2 de graad Industriële wetenschappen Elektromechanica Koeling en warmte (voorheen Centrale verwarming en sanitaire installaties) Basismechanica - vormingscomponent: Mechanische technieken Machines (voorheen Metaal) Elektrotechnieken Schilderwerk en decoratie 133/191

134 Industriële wetenschappen Werktuigmachines 5 3 de + 6 Elektromechanica Centrale verwarming en sanitaire installaties Koel- en warmtechnieken Schilderwerk en Decoratie Mechanische vormgevingstechnieken Graad Industriële koeltechnieken Computergestuurde werktuigmachines 7 Verwarmingsinstallaties Decoratie en restauratie schilderwerk 134/191

135 RICHTLIJNEN IN GEVAL VAN BRAND EN EVACUATIE Indien je ergens brand merkt, waarschuw je onmiddellijk je leraar. Blijf kalm! Laat alles liggen. Sluit de ramen en de deuren en laat het licht branden Schakel alle apparaten uit. Verlaat samen met je klas of groep het lokaal en volg de instructies van de leraar. Loop niet en volg het teken: Indien de weg versperd is, volg dan: of tot je opnieuw het teken of ziet Ga onder leiding van je leraar naar de verzamelplaats (Hoeve Dieseghem) Stel je alfabetisch op: o o de leraar controleert zijn klas/groep door naamafroeping blijf bij je klas/groep en wacht op instructies van je leraar Keer niet terug voor het opheffen van het alarm ABK _GR_00063 schoolreglement ABK - wijziging schooljaar /191