9/05/ Elementen van een V-plan Liggingsplan Liggingsplan Legenda Legenda

Transcriptie

1 OPLEIDING VERKEERSLICHTENREGELINGEN Inhoudsopgave Eigenheden van verkeerslichten /05/2014 Expertise Verkeer en Telematica ing. Katrien Rahoens Specialist Verkeerskunde 4. Literatuur Algemeen 1.1 Algemeen 3 4 1

2 1.2. Liggingsplan 1.2. Liggingsplan Legenda 1.3. Legenda 7 8 2

3 1.4. Titelblad 1.4. Titelblad

4 Cyclus

5 1.7. Tekst BOV 2. Eigenheden van verkeerslichten 2.1 Inleiding Bindende wetgeving: 1) Verkeerswetgeving 2) Reglement van de wegbeheerder Eigenheden van verkeerslichten 2.2 Omgaan met conflicten Primaire conflicten ( snijdende verkeersstromen ) altijd geregeld (vermeden) 2. Eigenheden van verkeerslichten 2.2 Omgaan met conflicten Secundaire conflicten soms geregeld door: Pijllichten op portieken (volledig conflictvrij) Secundaire conflicten soms geregeld door: Ontruimingspijl Conflictvrij linksaf Bijzondere verkeerslichten voor het regelen van gemeenschappelijk vervoer

6 Signaalgroep Een signaalgroep is een groep (verzameling) van één of meerdere lantaarns die op eender welk tijdstip dezelfde toestand (groen, oranje-geel of rood) aannemen. Fase Een fase is een deel van een cyclus (tijdsspanne) waarbij een bepaalde combinatie van signaalgroepen gelijktijdig groen hebben. Fase 1 C FC A FA Fase 2 B FB FD D Tussenfase/interfase Een tussenfase/interfase is de tijdspanne tussen twee opeenvolgende fases rekening houdende met de minimale oranje-geeltijden en roodtijden. Tussenfase A-B Tussenfase B-A Een stand Een cyclus is ingedeeld in verschillende standen (tijdsspanne). De stand geeft de toestand (groen, oranje-geel, rood) weer van de verschillende signaalgroepen. STAND 1 STAND

7 Een stand Voorbeeld met voetgangers Fase 1 Fase 2 c1 c2 d1 FD D C FC d2 FA b1 A a1 a2 b2 FB B Minimum en maximum tijdsduur van een stand In elke stand van de cyclus staat de minimum en/of maximum tijdsduur aangeduid. Voor verlenggroen kan gebruikt gemaakt worden van een timer Minimum en maximum tijdsduur van een stand Verlenging Δ (s) Een verlenging (symbool = Δ) geeft aan hoeveel de groentijd wordt verlengd na de detectie van elk voertuig én geeft ook de maximale hiaattijd weer tussen 2 opeenvolgende voertuigen die zich aanmelden op een bepaalde lus

8 Verlenging Δ (s) Verlengd door: v Het groen van een bepaalde richting kan verlengd worden door bv. LA v LC. Dit betekent dat het groen van die richting wordt verlengd als minstens één van de lussen LA of LC bezet (actief) is. De maximale hiaattijd tussen 2 opeenvolgende voertuigen mag hierbij niet worden overschreden. Verlengd door: Λ Het groen van een bepaalde richting kan verlengd worden door bv. LB Λ DfA. Dit betekent dat het groen van die richting wordt verlengd als lus LB actief is én de fictieve detector DfA niet actief is. De maximale hiaattijd tussen 2 opeenvolgende voertuigen mag hierbij niet worden overschreden Verlengd door: v / Λ Rusttoestand Bij een voertuigafhankelijke regeling waarbij de dwarsrichtingen op aanvraag groen krijgen, hebben de hoofdrichtingen in rusttoestand groen en de dwarsrichtingen rood. Voorwaarde verbreken rusttoestand De rusttoestand van de hoofdrichtingen wordt pas verbroken als er aan een bepaalde voorwaarde is voldaan, bv. als er zich verkeer heeft aangemeld op de dwarsrichting(en)

9 Rusttoestand/voorwaarde verbreken rusttoestand Busbeïnvloeding WAT? Tram/bus hebben in principe altijd groen bij toekomen aan verkeerslichten; HOE? Tram/bus meldt zich aan op enkele 100 m vóór het kruispunt. De volgende maatregel(en) kunnen toegepast worden: Verlengen groenfase van de verkeersstroom waar tram/bus deel vanuit maken; Beperken tot een minimum ( afkappen ) van de groenfase van de conflicterende richting; Meerdere doorgangen voorzien voor tram/bus in één cyclus (> 2 fasen) Busbeïnvloeding 4. Literatuur Vademecum Veilige Wegen en Kruispunten Brochure Verkeerslichtengeregelde Kruispunten: Verkeersreglement :