INDIVIDUELE FUNCTIEBESCHRIJVING LERAAR

Transcriptie

1 INDIVIDUELE FUNCTIEBESCHRIJVING LERAAR NAAM PERSONEELSLID: Instelling(en) + instellingsnummer(s): Vrije Nederlandstalige school Lucernacollege Scholengemeenschap: Geen Inrichtende Macht: vzw Inrichtende Macht Lucerna, Industrielaan 31, 1070 Anderlecht Eerste evaluator: Ahmet Cakir Tweede evaluator: Ozkan cetin Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken en evaluatiegesprekken maken deel uit van een integraal personeelsbeleid en hangen samen met een cultuur van inspraak, betrokkenheid en participatie. Functionerings- en evaluatiegesprekken geven aan de inrichtende macht, via de persoon van de eerste evaluator, de kans om haar waardering uit te drukken voor de prestaties van haar personeelsleden. Deze functiebeschrijving moet dus gezien worden als een constructief beleidsinstrument dat een cruciaal onderdeel vormt in een traject van personeelsbegeleiding, en dat gericht is op het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs. Deze functiebeschrijving doet geen afbreuk aan de rechten en plichten opgenomen in de arbeidsovereenkomst en in de documenten die met de arbeidsovereenkomst een ondeelbaar geheel vormen zoals het arbeidsreglement, de functiebeschrijving en andere wettelijke bepalingen in de mate dat zij bepalingen bevatten die verband houden met de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. DEEL I GEÏNTEGREERDE LERARENOPDRACHT 1 Planning en voorbereiding van de lessen Op basis van het pedagogisch project en de leerplannen, het jaarplan opstellen, de agenda opmaken en het 'lesgeven zelf' voorbereiden. op een pedagogisch-didactisch verantwoorde wijze efficiënt kunnen lesgeven. op basis van studie van de leerplannen, een jaarplan opmaken en/of bijsturen in functie van de resultaten (=bepaling van de leerstof & doelstellingen en spreiding hiervan over het jaar), op basis van dit jaarplan een aantal aspecten concreet voorbereiden : keuze van de handboeken of cursussen bepalen (in overleg met de vakwerkgroep), zelf (digitale) cursussen of werkbladen maken, bijkomende activiteiten plannen en afspreken, didactisch materiaal maken of bestellen (in samenspraak met de pedagogisch adjunct-directeur),

2 de agenda (het dagplan digitaal op smartschool) opmaken en de lessen concreet voorbereiden: zich breed oriënteren en informeren over de leerstof om het lesonderwerp te kunnen kaderen, de lesinhoud vastleggen, schriftelijke lesvoorbereiding opstellen volgens de gemaakte afspraken, doelstellingen bepalen, de groepsdynamische beginsituatie inschatten, de structuur en tijdsindeling van de les opstellen, de didactische werkvormen bepalen, het didactisch materiaal voorbereiden en actualiseren, wanneer nodig, zorgen voor differentiatie (aangepaste oefeningen voorbereiden voor sterkere en zwakkere leerlingen), bepalen hoe zal geëvalueerd worden en hoe frequent (zie evaluatiebeleid), werkbladen, toetsen, opdrachten, oefeningen,... voorbereiden, contacten leggen voor en uitwerken van extra-muros activiteiten (volgens uitstappenplan en in overleg met de vakwerkgroep en directie), lokaal voorzien en voorbereiden, kan inhaallessen organiseren voor de gemiste leerstof. 2 Het lesgeven zelf Op basis van een goede planning en voorbereiding, lesgeven en leerlingen op een zelfstandige manier leren leren. met maximale kans op slagen de doelstellingen (zowel naar kennisoverdracht als naar algemene ontplooiing van de leerlingen) realiseren. een geschikt leef- en leerklimaat creëren : goede afspraken maken met leerlingen en deze ook (laten) nakomen, de klasagenda laten invullen en nazien, orde, stilte en tucht eisen wanneer nodig, een aangename sfeer opbouwen, zorgen voor een aangename klasinrichting, wederzijds respect tonen voor elkaar (leren luisteren naar elkaar), zorgen voor een goede afwisseling in werkvormen, inspelen op de actualiteit, op hun leefwereld, leerlingen zoveel mogelijk betrekken bij de lessen (zaken laten voorbereiden, vragen stellen, opdrachten laten uitvoeren, interactief lesgeven, laten experimenteren met leerstof,...), leerlingen de zin, het waarom van beslissingen uitleggen, leerlingen aantonen hoe leerstof concreet in de praktijk kan toegepast worden, vertrekken vanuit realistische situaties die herkenbaar zijn voor de leerlingen, leerlingen aanmoedigen, waarderen, tijd maken voor hun persoonlijke problemen, verzekeren van communicatie met de leerlingen, de voorziene leerstof aanbrengen op basis van de lesvoorbereiding, doch soepel inspelend op de reacties van de leerlingen. Dit omvat o.a. volgende activiteiten : overhoren van de vorige les (= toetsen van de beginsituatie), verband met de vorige les aantonen, de leerstof overbrengen op een boeiende manier via verschillende werkvormen, aangepast aan de doelstellingen (zelf opzoeken, proeven doen of laten doen, multimedia gebruiken, extra-muros activiteiten,... ), de lessen aanschouwelijker maken met (op voorhand) door de directie goed gekeurde beeldmateriaal, integratie van de les in een ruimere context (bv. Engels in de Engelse cultuur), leerlingen richtlijnen geven voor het noteren, een bordplan opstellen,

3 toelichten van de processtappen van de les (begin-, eindsituatie en doelstellingen), vragen beantwoorden, leerlingen observeren, evalueren en bijsturen, zelf vragen stellen om te toetsen of de leerstof begrepen is, opdrachten of toetsen geven (alleen of in groepjes), differentiëren wanneer nodig, controleren van het werk van de leerlingen, opdrachten en toetsen klassikaal verbeteren en bespreken, alternatieve oplossingswijzen bespreken, zich aanpassen aan de situatie (bijvoorbeeld rumoerigheid) of aan externe omstandigheden (bijvoorbeeld inspelen op bijzondere gebeurtenissen), elementen van de leerstof herhalen, bij opdrachten in de klas, individueel opvolgen en begeleiden, overbrengen van vaardigheden (schrijven, spreken, luisteren, lezen, logisch redeneren, verbanden leggen,...), steeds een verzorgd en aangepast taalgebruik en correcte omgangsvormen stimuleren, optimaal gebruik maken van de beschikbare ICT middelen (ipad, megatablet, beamer, rekenmachine, ), leerlingen begeleiden om inzicht en leerresultaten te verwerven (leren leren): leren de belangrijkste zaken te onderscheiden van de minder belangrijke (bijvoorbeeld door onderlijnen of vetgedrukte letters te gebruiken in cursussen), leren een dagplanning maken, leren hun studietijd organiseren, leren schematisch te werken (bijvoorbeeld via een bordplan of hen via kernwoorden een les laten herhalen), leren een les te situeren in een groter geheel (bijvoorbeeld door het nut/gebruik van een inhoudstafel te leren), hen leren ervaren hoe zij het best memoriseren (zijn zij auditief of visueel ingesteld?) leren een korte inhoud maken, leren zichzelf evalueren, leren informatie opzoeken en dit gebruiken, leren kritisch denken, leren zelfstandig werken, 3 De klaseigen leerlingenbegeleiding De leerlingen individueel en als klasgroep sociaal en pedagogisch begeleiden (aandacht hebben voor hun persoonlijke noden en problemen). hun algemeen welzijn en persoonlijke ontplooiing bevorderen, hen helpen om goede studieresultaten te bereiken, hen (in samenspraak met de leerlingenbegeleiders/zorgcoördinator) oriënteren bij de keuze van een verdere studierichting. meehelpen aan de ontwikkeling en het gebruik van een leerlingvolgsysteem, herkennen van en inspelen op groepsdynamische gebeurtenissen, als vakleerkracht participeren aan de klassenraad : de klassenraad voorbereiden, gegevens en informatie doorspelen, de resultaten van de leerlingen en eventuele problemen bespreken, afspraken maken om te remediëren en om leerlingen individueel te volgen, mee delibereren, mee opstellen van verder studieadvies, de klassenraad eventueel voorzitten of notuleren, tijd nemen om naar leerlingen en ouders te luisteren,

4 ernstige problemen mededelen aan de directie (bijvoorbeeld in geval van dyslexie, mishandeling, zware gedragsproblemen,...), de taak van 'groene leraar' op zich nemen (als vertrouwenspersoon tijd maken voor de leerlingen die erom vragen), integratie van sociaal eenzame leerlingen, wanneer nodig, contact nemen of overleggen met de zorgcoördinator/leerlingenbegeleiders, als een specifieke opdracht, instaan voor de begeleiding van leerlingen die moeilijk leren (vorm van contractwerk met deze leerlingen), inhaallessen geven (bijvoorbeeld tijdens de middagpauze, voor of na de lessen, ), geleide avondstudie geven, waar de leerlingen uitleg kunnen vragen, voorbereiding op verdere studies (bv. extra wiskunde geven), begeleiding bij deelname aan diverse competities (olympiades,...), leerlingen helpen om te leren leren, om hen een studiemethode bij te brengen, leerlingen begeleiden bij de onderzoekscompetenties, geïntegreerde proef of eindwerk, in samenspraak met leerlingenbegeleiders/zorgcoördinator hulp bieden bij het maken van beroepskeuze, begeleiden bij leerlingenraad of leerlingenparlement, 4 De evaluatie van de leerlingen De bereikte resultaten en de eigen werkwijze op een systematische en coherente wijze analyseren en evalueren, in functie van de vooropgestelde doelstellingen. leerlingen, collega s en ouders informeren over de bereikte resultaten, leerlingen waarderen, motiveren, remediëren, de eigen werkwijze bijsturen en verbeteren. a. Evalueren van de leerlingen : observeren en evalueren van de gemaakte vorderingen en van de leer- en leefhouding van de leerlingen (cognitief, affectief, motorisch), toetsen (mondeling en schriftelijk), huistaken, opdrachten, examens opstellen, geven, verbeteren en quoteren, analyseren van de gemaakte fouten, schriften en mappen nazien, zelf of samen met de leerlingen in de klas verbeteren, de achtergrond van problemen detecteren (thuissituatie?), rapporten opstellen en becommentariëren, resultaten (rapporten) toelichten en bespreken met de leerlingen, met collega's, met ouders, op de klassenraad,..., leerlingendossier aanvullen en evaluatieschrift bijhouden, vanuit de analyse van de resultaten (gedifferentieerd) remediëren, constructief bijdragen tot de eindevaluatie op de deliberatie, respecteren van de afspraken binnen het evaluatiebeleid, b.evalueren van het proces van lesgeven (zelfevaluatie en zelfremediëring) : nagaan in hoeverre de les- en eigen doelstellingen bereikt werden, in geval van onvoldoende resultaten, zoeken naar de reden (toets te moeilijk, vraagstelling onduidelijk, het verloop van de les in vraag stellen, zoeken naar sterke en zwakke punten in de les, taalgebruik,...), examenvragen door een collega laten nalezen (moeilijkheidsgraad, vraagstelling,...), de leerlingen (bijvoorbeeld via een klasgesprek) bevragen over de manier van lesgeven, vanuit de analyse van de resultaten, het jaarplan, aanpak, werkvormen, enz... bijsturen,

5 5 De nascholing Binnen het kader van het nascholingsplan van de school, instaan voor de eigen nascholing. op de hoogte blijven van de actualiteit, de maatschappelijke evoluties en de recente ontwikkelingen op het vakgebied, nieuwe werkmethodes kunnen uittesten en eventueel toepassen in de praktijk, schoolcultuur en teamwerking bevorderen, nieuwe vaardigheden ontwikkelen. actief meewerken aan de ontwikkeling van het nascholingsplan van de school, pedagogische studiedagen bijwonen, inspelen op het opleidingsaanbod, cursussen of stages volgen aangeboden door universiteiten, vakverenigingen, syndicale organisaties,..., kennis in de nascholing opgedaan, overdragen op collega's, de vakliteratuur volgen (zowel de vaktechnische als de pedagogisch-didactische), lessen van collega's bijwonen, ervaringen en werkmethodes met collega's uitwisselen, de actualiteit volgen, bijwonen van algemeen vormende activiteiten, bedrijfs- en beursbezoeken, leren omgaan met het media-aanbod, 6 Het overleg en de samenwerking met directie, collega s, CLB en ouders Op een bewuste en planmatige manier, zorgen voor een goede communicatie en het nodige overleg met alle schoolbetrokken personen of instanties. informeren van alle betrokkenen, bijdragen tot een effectieve en efficiënte werking van de school in haar geheel, dankzij een goede afstemming en samenwerking, leerlingen maximale ontplooiingskansen bieden, dankzij een grote betrokkenheid de inzet, de collegialiteit en het engagement van alle participanten verhogen. Met de directie : verslag uitbrengen, raadplegen en/of toestemming vragen voor bepaalde activiteiten of aankopen, problemen bespreken, raad en/of hulp vragen, zijn/haar aanwezigheid vragen in de klas bij één of andere gelegenheid, bespreken en evalueren van eigen functioneren, Met de collega's / het team : participeren aan de vergaderingen van de vakwerkgroep (keuze handboek, leerinhoud, werkmethode, examens,...), samenwerken in allerlei projectgroepen, systematisch afspraken maken met de vakwerkgroep en andere collega's in verband met de planning en timing van taken, toetsen, examens, extra-muros activiteiten,..., vakoverschrijdend samenwerken en afspraken maken met de collega's, overleg plegen met de verantwoordelijke voor de leerlingenbegeleiding in verband met leerlingen met moeilijkheden, in overleg een vervanging van een afwezige collega afspreken, een collega met problemen ondersteunen (luisteren, raad geven, helpen,...), de ploeggeest verbeteren door ook samen eens ontspanning te nemen (uitstap, etentje,...),

6 Met de ouders : aan een kennismakingsmoment deelnemen (nieuwe leerlingen), meewerken aan een 'open klasdag', participeren aan oudercontactavonden (de resultaten van hun kinderen toelichten, bespreken), informatiedagen of avonden,..., via een goede rapportering en via notities in de klasagenda de ouders informeren over de resultaten, de vooruitgang van hun kinderen, via mededelingen in de klasagenda of via nota's de ouders over bepaalde schoolactiviteiten informeren, op vraag of spontaan de resultaten en/of problemen met de ouders bespreken en samen naar een oplossing zoeken, indien nodig telefonisch met de ouders contact opnemen, leerlingen die langdurig ziek zijn een bezoek brengen, meehelpen bij het realiseren van de huisbezoeken, begeleiding van de ouders in de studie- of beroepskeuze van hun kinderen, Met externen : contacten en vergaderingen met schoolgerelateerde instanties onderhouden (de inspectie, centrale examencommissie, centrum lerarenopleiding,...), contacten leggen in verband met de extra-muros activiteiten, contacten leggen met de bedrijfswereld voor eindwerken en stages, 7 Opvoeding van de leerlingen Binnen het kader van het pedagogisch project, de leerlingen een aantal elementaire leefregels en sociale vaardigheden bijbrengen en hen helpen om waarden en normen gestalte te geven. bijdragen tot de opvoeding, de algemene ontplooiing en persoonlijkheidsvorming van de leerlingen, hen helpen ontwikkelen tot kritische, weerbare, verantwoordelijke mensen. Wat houdt dit in? een aantal elementaire regels van burgerzin, beleefdheid, gezondheid, veiligheid,... bijbrengen, een aantal sociale vaardigheden aanleren (bijvoorbeeld correcte omgangsvormen met elkaar en met de leraar, samenwerken in groep, leren luisteren naar elkaar, zich leren uitdrukken in verschillende situaties, een eigen mening leren formuleren, zelfvertrouwen bijbrengen, leren discussiëren,...), een aantal waarden meegeven in lijn met het pedagogisch project van de school (bijvoorbeeld respect voor zichzelf en elkaar, respect voor het milieu, een positief wereldbeeld, zorgzaamheid, verantwoordelijkheidszin, eerlijkheid,...), een aantal attitudes bijbrengen (bijvoorbeeld een kritisch-constructieve ingesteldheid, assertief opkomen voor zichzelf, voor hun mening,...), een aantal specifieke of tijdseigen problemen aanbrengen en bespreekbaar stellen (bijvoorbeeld drugs, pesten op school,...), bijsturen van gedrag bij het overtreden van de leefregels of bij het niet naleven van gemaakte afspraken (opmerking geven, het waarom toelichten, zinvol sanctioneren,...),... Hoe wordt dit overgebracht? deze opvoedkundige aspecten permanent laten beleven in de lessen, als leraar zelf het voorbeeld geven (bijvoorbeeld taal, houding,...), leerlingen laten samenwerken, aan elkaar iets laten uitleggen, klasgesprekken houden (vooral de klastitularis), als 'mentor' (vertrouwensleraar) optreden voor een aantal leerlingen, deze thema's behandelen bij speciale gelegenheden of buitenschoolse activiteiten (excursie, vakantiereis, ontmoetingsdag,...), een rol als 'groene leerkracht' opnemen voor de school,

7 luisteren naar en praten met de leerlingen (bijvoorbeeld tijdens toezichten, na de les,...), leerlingen inspraak geven (o.a. leerlingenraad), leerlingen aangepast straffen, meewerken aan een positief schoolklimaat, 8 De school als organisatie Opnemen van verantwoordelijkheden die het les- of klasgebeuren overschrijden. bijdragen tot een goede werking en uitstraling van de school in haar geheel, de leerlingen een aantal noodzakelijke vormingskansen aanbieden. als lid van het directieteam, vakwerkgroepen of enig ander orgaan meewerken aan het algemeen beleid van de school (bijvoorbeeld mee opmaken of herzien van het schoolwerkplan, het schoolreglement,...), participeren of een specifieke taak op zich nemen in andere raden of comités (bijvoorbeeld LOC, comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing, de schoolraad,...), participeren aan de personeelsvergaderingen, opnemen van één of ander specifieke rol of opdracht, bijvoorbeeld : de rol van klastitularis (zie addendum), de rol van adjunct-directeur (zie addendum), ICT coördinator, leerlingenbegeleiding, zorgcoördinator, vakverantwoordelijke (coördineert voor zijn/haar vak over alle studiejaren heen de inhoud, aanpak, gebruik van didactische materialen, enz...), projectwerk (bijvoorbeeld Nederlands tweede taal, verkeersveiligheid,...), onthaal van de nieuwe leerlingen, onthaal van nieuwe leraren (organisatie van het 'mentorship'), contacten met de bedrijfswereld (stages), public relations en/of publiciteit, de schoolkrant, het lessenrooster, de schoolbibliotheek, de labo s, de organisatie van het leerlingenvervoer, het sportmateriaal,... toezichten houden (middag, refter, speeltijden, examens, voor en na schooltijd, de autobus,...), afwezige leraren vervangen, verschillende activiteiten organiseren, voorbereiden en/of bijwonen (bedrijfsbezoeken, één- of meerdaagse uitstappen (Londenreis,...), school- en studiereizen, socio-culturele activiteiten, sportactiviteiten,...), participeren aan allerhande werk- of projectgroepen, bijvoorbeeld rond drugs en alcoholpreventie, pesten, toneel, public relations, opvolging van oud-leerlingen,..., meehelpen aan de promotie van de school : bijwonen en mede organiseren van infosessies en opendeurdagen, mee opstellen van een schoolfolder, affiches, de school vertegenwoordigen op beurzen, op festiviteiten in de omgeving, meewerken aan de oud-leerlingenbond, schoolkrant, participeren (voorbereiden, plannen, organiseren, begeleiden) aan diverse activiteiten, bijvoorbeeld : uitgave van de schoolkrant, schrijven van een artikel, permanentie tijdens de vakantie (inschrijvingen of ander werk), informatieavonden, sportdagen, 100-dagen, toneelvoorstellingen, film, culturele activiteiten,

8 interscholenwedstrijden, feestcomité, schooluitwisselingen (nationaal en internationaal), gastvoorstellingen, beroepskeuze avonden, 9 Administratieve taken Plannen en uitvoeren van allerhande administratieve taken. informatie verstrekken aan anderen die dit nodig hebben voor het uitvoeren van hun functie, voldoen aan een aantal wettelijke verplichtingen of aan verplichtingen door andere instanties (bijvoorbeeld inrichtende macht) opgelegd. het begeleidend leerlingendossier bijhouden, de klassenraden voorbereiden en opvolgen, eventueel verslagen maken, jaarplannen (en evt. vorderingsplan) uitschrijven, dagplan/agenda opmaken, de lessen voorbereiden (werkbladen, (digitale) cursussen maken, kopiëren,...), extra-muros activiteiten administratief afhandelen, een aantal wettelijk voorziene formulieren (in verband met inspectie, eigen lesopdracht,...) invullen, bij gelegenheid verslagen maken van vergaderingen (bijvoorbeeld de vakvergadering), aanwezigheden noteren, agenda' s nakijken, werkmappen, taken, toetsen controleren, klasseren of archiveren, puntenboek of evaluatieschrift bijhouden, Opmerking : Bijna al deze administratieve taken vloeien voort uit activiteiten binnen eerder vermelde resultaatgebieden. 10 Begeleiden van stagiairs en van jonge leraren Stagiairs van de lerarenopleiding en/of jonge, beginnende leraren begeleiden. bijdragen tot de praktische vorming en onderwijskwaliteit van jonge leraren en stagiairs, jonge leraren helpen om zich zo vlot mogelijk te integreren in hun nieuwe school, Begeleiden van studenten initiële lerarenopleiding : ontvangen en introduceren in de school, een voorbeeldles geven, een opdracht geven, ingepast in eigen leerstof, samen de te geven les(sen) voorbespreken en de voorbereiding (lesverloop, inhoud, didactisch materiaal) nakijken, de lessen gegeven door de stagiair volgen, evalueren en nabespreken, evaluatieverslagen maken, met de stagebegeleider(s) afspraken maken en de evaluatieverslagen bespreken, Begeleiden van jonge, beginnende leraren ( aanvangsbegeleiding ) : als 'mentor of vakverantwoordelijke' nieuwe leraren in de school introduceren, ondersteunen en ' coachen' (bijvoorbeeld een les bijwonen en nadien bespreken), via een werkgroep 'begeleiding nieuwe leraren' meewerken aan het introduceren van jonge leraren, cursussen, handboeken en informatie doorspelen, jonge leraren met raad en daad bijstaan,

9 DEEL II INSTELLINGSGEBONDEN OPDRACHTEN De algemene lijst met de instellingsgebonden opdrachten vindt u hieronder. U voert daarvan die opdrachten uit die hieronder werden aangegeven met een x. Voorbeeld : Wijze waarop deze opdrachten worden uitgevoerd Personeelslid voert de opdrachten uit waar een X staat 1) Beleidsondersteunende ICT-coördinator Zie ict-code, blz...., punt... Leerlingenbegeleider Ouderbegeleider Zorgcoördinator Preventieadviseur Pedagogische adjunct-directeur leerlingenbegeider ouderbegeleider zorgcoordinator preventieadviseur pedagogisch adjunct-directeur 2) Niet-beleidsondersteunende Vervanging van afwezige collega s Uitoefenen van toezichten Zie vervangingsrooster Zie toezichtrooster Mentorschap GOK-coördinator GIP-coördinator Klastitularis klastitularis Begeleider leerlingenraad Bibliotheekverantwoordelijke Vakgroepverantwoordelijke Webmaster vakgroepverantwoordelijke Zie ict-code, blz...., punt Lid van de werkgroep

10 Lid van de werkgroep Lid van de werkgroep Vertegenwoordiging in participatieorgaan Vertegenwoordiging in participatieorgaan Vertegenwoordiging in participatieorgaan Verantwoordelijke schoolkrant Begeleider meerdaagse uitstappen DEEL III INSTELLINGSSPECIFIEKE DOELSTELLINGEN De instellingsspecifieke doelstellingen zijn terug te vinden in het arbeidsreglement. DEEL IV PERMANENTE VORMING EN NASCHOLING De richtlijnen i.v.m. permanente vorming en nascholing zijn terug te vinden in de functiebeschrijving. De reeds gevolgde nascholingen zijn: Datum Nascholing

11 DEEL V PERSOONS- EN ONTWIKKELINGSGERICHTE DOELSTELLINGEN Naar aanleiding van een functioneringsgesprek en/of evaluatiegesprek, kunnen de eerste evaluator en het personeelslid afspraken maken over het toekomstig functioneren van het personeelslid en over de werk- en aandachtspunten waardoor hij zijn functioneren kan verbeteren. Datum gesprek Aard van het gesprek Nummer Bijlage Het verslag van deze formele en informele gesprekken en de gemaakte werk- of aandachtspunten, worden aan deze individuele functiebeschrijving toegevoegd als bijlage en vormen er één geheel mee. Handtekening van de individuele functiebeschrijving Eerste evaluator... [datum]... [handtekening] Personeelslid voor kennisname op... [datum]... [handtekening]