Advies biomedische preventie van hiv in Nederland Een standpunt van Aids Fonds en Soa Aids Nederland
|
|
- Godelieve Groen
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Advies biomedische preventie van hiv in Nederland 2013 Een standpunt van Aids Fonds en Soa Aids Nederland Amsterdam, april 2013
2 /CB/GEW Inhoud 1. Inleiding Onderbouwing Hiv-behandeling als collectieve preventie (Treatment as Prevention: TasP) PrEP (Pre Exposure Profylaxe) Soa-behandeling voor hiv-preventie Stand van zaken overige biomedische preventievormen Advies biomedische preventie van hiv in Nederland Referenties... 12
3 3 1. Inleiding Een effectieve bestrijding van hiv vraagt om een inzet van verschillende instrumenten. Naast een goede zorg en behandeling voor individuele mensen met hiv, is collectieve preventie van belang. Combinatiepreventie is daarvoor het internationaal vigerende concept 1. Combinatiepreventie bestaat uit: Gedragsinterventies onder andere gericht op het promoten van veilige seks, het regelmatig (laten) testen en op het bevorderen van therapietrouw; Biomedische interventies onder andere gericht op het blokkeren van infecties of verlagen van besmettelijkheid onder andere door condooms, besnijdenis of antiretrovirale middelen; Structurele interventies die de context en omgeving proberen te veranderen opdat risico s en kwetsbaarheid voor infecties afnemen onder andere door het aanbieden van test en counselvoorzieningen, het reduceren van discriminatie en stigmatering en het bevorderen van sociale normen die seksuele gezondheid ondersteunen. Dit advies richt zich op biomedische preventie van hiv in Nederland. In het Nederlandse preventiebeleid voor hiv zijn de volgende vormen van biomedische preventie al opgenomen: Inzet van het condoom; pmtct: inzet hiv-remmers ter voorkoming van overdracht van moeder op kind; PEP: Post Exposure Profylaxe ter voorkoming van een infectie na blootstelling aan hiv. Nieuwe wetenschappelijke inzichten en praktijkervaringen maken het echter wenselijk om van tijd tot tijd vast te stellen of andere vormen van biomedische preventie een toegevoegde waarde hebben voor de Nederlandse situatie. Uit een overzicht van recente publicaties en ervaringen blijkt dat op dit moment drie vormen van biomedische preventie een extra meerwaarde kunnen bieden voor de preventie van hiv in Nederland: het inzetten van hiv-behandeling voor collectieve preventie (Treatment as Prevention: TasP); het inzetten van PrEP (Pre Exposure Profylaxe bij mensen zonder hiv met een hoog risicogedrag en lage beschermingsgraad); het systematisch en uniform screenen op soa bij mensen met hiv. In dit advies wordt per interventie een nadere onderbouwing gegeven met als onderdelen: waar bestaat de interventie uit, wat is bekend over de effectiviteit, waarom biedt het een meerwaarde voor de hiv-preventie in Nederland, welke randvoorwaarden zijn er nodig voor implementatie, wat zijn mogelijke nadelen en of er sprake is van een spanningsveld tussen het collectieve en individuele belang. Per interventie wordt afgesloten met conclusies en advies. Tenslotte worden de adviezen vertaald in aanbevelingen. Omdat ontwikkelingen op dit terrein snel gaan is het goed te vermelden dat dit advies opgesteld is in maart/april 2013.
4 4 2. Onderbouwing 2.1. Hiv-behandeling als collectieve preventie (Treatment as Prevention: TasP) Wat is het? TasP is het direct en ongeacht het CD4 aantal inzetten van hiv-behandeling (antiretrovirale therapie: ART) om daarmee de viral load zo snel mogelijk te onderdrukken en zo de infectieusiteit van hiv te verlagen en verdere transmissie te voorkomen. Dit is een andere benadering dan het inzetten van ART alleen voor het verbeteren van de gezondheid en levensverwachting van individuele mensen met hiv. Het secundaire gevolg van een succesvolle individuele behandeling (viral load onderdrukking, verlaging besmettelijkheid, lagere kans op verdere transmissie hiv), is nu in beeld gekomen als een vorm van collectieve preventie van hiv 2. Is het effectief? Ja (bewezen effectief in trials). Het gegeven dat een behandeling met ART de viral load voldoende onderdrukt om de kans op overdracht sterk te reduceren is bekend uit de toepassing van pmtc: het voorkomen van overdracht van moeder op kind. Sinds het Zwitsers standpunt (2008) wordt ook erkend dat een succesvolle onderdrukking van de viral load, onder bepaalde condities, leidt tot het praktisch afwezig zijn van transmissierisico en is dit gegeven vertaald naar een advies voor serodiscordante stellen. Verschillende studies suggereren dat TasP ook op collectief niveau effectief kan zijn. De HPTN 052 studie: 96% reductie, heteroseksuele koppels, Zuid Afrika + India: effectief en kosten effectief 3 ; Bevindingen uit British Columbia: daling hiv incidentie onder druggebruikers 4 ; San Francisco: daling community viral load gekoppeld met daling in hiv-incidentie onder MSM 5. Er zijn ook studies die duidelijk maken dat die effectiviteit niet in alle gevallen vanzelfsprekend is: Australië: toename aantal mensen met ondetecteerbare viral load, stijging hiv incidentie onder MSM 6 ; Engeland en Wales: geen daling incidentie onder MSM ondanks toename testen en afname ongediagnosticeerde hiv-infecties 7. Er zijn nieuwe studies gaande die meer inzicht zullen geven, zoals: Afrika: MaxArt (direct starten met ART, effect op community viral load); Wereldwijd: START (direct starten met ART, effect op individuele gezondheid). Voor het bereiken van de meerwaarde van TasP zijn een aantal aan elkaar gekoppelde randvoorwaarden nodig. Het cascade of care model maakt duidelijk welke randvoorwaarden dit zijn. Voor succesvolle onderdrukking van hiv moeten mensen met hiv: weten dat ze hiv hebben; in zorg komen; in zorg blijven; starten met ART; therapietrouw zijn. Met name de praktijkstudies suggereren dat het voor succesvolle TasP nodig is dat op elk van deze stappen een hoge dekkingsgraad wordt behaald. Biedt het een meerwaarde voor de Nederlandse problematiek? Omdat van de inzet van andere preventieve maatregelen (zoals bijvoorbeeld promotie condoomgebruik) geen 100% effectiviteit verwacht kan worden, biedt het verlagen van de kans op verdere transmissie, door onderdrukking van viral load bij mensen met hiv een aanvullende meerwaarde voor de hiv-preventie in Nederland. Hoe groot de meerwaarde van TasP is, hangt af van hoe groot de succesvolle onderdrukking van viral load onder mensen met hiv in Nederland al is. SHM rapporteerde (2012) bij 52% van het aantal geschatte mensen met hiv een onderdrukte viral load 8. Ter vergelijking: in Engeland is dit in % 7, in San Francisco (alleen MSM) is dit in % 5.
5 5 Uit de door SHM uitgewerkte cascade voor care in Nederland blijkt dat van de 48% van de mensen bij wie het niet lukt om een on-detecteerbare hoeveelheid virus te bereiken, dit vooral veroorzaakt wordt doordat mensen niet weten dat ze hiv hebben. (Bron SHM, ) In Nederland weet naar schatting 25-40% van de mensen met hiv niet de eigen serostatus. Meer dan de helft van de mensen bij wie hiv wordt vastgesteld heeft een CD4 van onder de 350 cellen/mm 3. Dit betekent dat de diagnose te laat wordt vastgesteld en met een dergelijke CD4 aantal komen ze meteen in aanmerking voor het starten van de behandeling volgens de gehanteerde richtlijnen. Met andere woorden, deze mensen komen niet meer in aanmerking voor eerder behandelen, omdat ze direct moeten beginnen volgens de gehanteerde richtlijnen. Om de effecten van TasP te kunnen bereiken zal in Nederland dus hard gewerkt moeten worden aan het meer en eerder ontdekken van de eigen serostatus, bij de mensen met hiv die dit nu nog niet weten. Een ander aandachtspunt bij TasP vormen de richtlijnen voor het starten met ART. De Nederlandse Vereniging van Hiv Behandelaren volgt de richtlijnen zoals die door de Amerikaanse DHHS (Ministerie van Gezondheid) worden vastgesteld. In deze richtlijnen worden adviezen gegeven gekoppeld aan sterkte van bewijskracht. Per februari 2013 zijn die als volgt geformuleerd en bevelen ze aan om te starten met ART: bij een CD4 van minder dan 350 (AI=sterke bewijskracht uit RCT s); bij een CD4 tussen 350 en 500 (AII=sterke bewijskracht uit niet RCT s en cohort onderzoek); bij een CD4 boven de 500 (BIII=gemiddelde bewijskracht uit expert opinie); ongeacht CD4 aantal vanwege het voorkomen van transmissie. Deze aanbeveling is het krachtigst voor perinatale transmissie (AI), heteroseksuele transmissie (AI) en transmissie andere risicogroepen (AIII=sterke bewijskracht uit expert opinie). Uit gesprekken met hiv-behandelaren blijkt dat er in de Nederlandse praktijk verschillend wordt omgegaan met de richtlijnen (ook met de richtlijnen van voor Februari 2013); sommige hivbehandelaren beginnen met behandeling bij een CD4 van 350 cellen/mm 3, anderen gaan eerder over tot behandelen bij hogere aantallen CD4 cellen bijvoorbeeld om daarmee transmissierisico s te reduceren. Om TasP succesvol in te kunnen zetten is het noodzakelijk dat mensen met hiv ook daadwerkelijk zo snel als mogelijk na diagnose met ART kunnen starten. Een voorwaarde is dat direct starten met ART ook aan hen wordt aangeboden. (NB de uiteindelijke keuze is aan de patiënt en hangt ook nog van een aantal andere klinische factoren af). Dit vraagt extra inzet om de mensen met hiv zo vroeg mogelijk te vinden. Maar daarnaast is ook extra inzet van de hiv-behandelaren nodig om tot een uniforme toepassing van de actuele richtlijnen in de praktijk te komen. voor de implementatie van de laatste richtlijnen, zodat de aidsbehandelaren deze in de praktijk (op uniforme wijze) volgen. Bovendien is het wenselijk dat alle mensen met hiv op de hoogte zijn van de mogelijkheid om direct bij diagnose te beginnen met behandelen en de daarbij behorende voor- en nadelen voor henzelf en hun partner(s). Inmiddels hebben Hiv Vereniging Nederland en Soa Aids Nederland aandacht besteedt aan de nieuwe richtlijnen.
6 6 Welke randvoorwaarden zijn er nodig voor implementatie van TaSP? Van de mensen met hiv moet een grote proportie: o weten dat ze hiv hebben; o zo vroegtijdig mogelijk weten dat ze hiv hebben; o in zorg komen en blijven; o direct starten met ART. Van de mensen met hiv die starten met behandeling moet een grote proportie: o een hoge mate van therapietrouw bereiken en behouden; o moeten geen andere soa hebben (zie advies en onderbouwing bij punt 2.3 verderop). De bestaande infrastructuur moet de toename in volume van monitoring (VL meting, soa check, counseling, bijwerkingen) en behandeling kunnen opvangen. In Nederland is dit belegd bij de hiv-behandelcentra. Hiv-behandelaren moeten bereid zijn mensen met hiv de mogelijkheid te bieden direct te starten met ART Mensen met hiv moeten op de hoogte zijn van de mogelijkheid direct te starten met hiv Wat zijn mogelijke nadelen? om in de praktijk dezelfde randvoorwaarden te kunnen bereiken als in de onderzoeks-setting van een trial, zijn investeringen en een goede monitoring van voortgang nodig; er bestaat het gevaar van risico compensatie, zowel bij de mensen met hiv als bij degenen die geen hiv hebben. Bij de mensen met hiv bestaat het gevaar dat men de eigen infectieusiteit te optimistisch inschat (onderzoek heeft aangetoond dat dit inderdaad het geval is) en daardoor het veilig vrijen niet nodig acht. Om die reden was counseling over condoomgebruik standaard onderdeel van de HPTN 052 onderzoeks-trial. Bij de mensen zonder hiv bestaat het gevaar dat ze op basis van de wetenschap dat TasP wordt ingezet zelf afzien van beschermende maatregelen. In voorlichting moet duidelijk gemaakt worden dat TasP niet in plaats van condoomgebruik komt, maar als aanvulling op; als TasP leidt tot lager gebruik van condooms, dan kan dit leiden tot meer transmissie van hiv met name in de acute fase van de infectie, maar ook tot meer transmissie van soa en daarmee tot een verhoging van de kans om hiv over te dragen; het is nog onduidelijk wat het effect op levensverwachting is bij eerder starten met ART; dit moet gemonitord worden. De START trial levert naar verwachting in 2016 hier meer zicht op; eerder starten met ART kan betekenen eerder en langer bijwerkingen en meer gevallen van resistentie; dit moet gemonitord worden. Welke spanningen tussen collectief- en individueel belang spelen er eventueel? Direct starten met ART na diagnose is in het belang van de collectieve hiv-preventie; Eerder starten met ART heeft voordelen voor het individu (immunologische: behoud van een hoger CD4 getal). Of direct starten met ART voor het individu op termijn voordeel heeft voor zowel gezondheid als overleving, is niet eenduidig; daarover wordt in 2016 meer inzicht verwacht. Wel is duidelijk dat er geen contra indicaties zijn; De wenselijkheid om vanuit het publieke gezondheidsbelang ART zo vroeg en breed mogelijk in te zetten, mag niet tot de situatie leiden dat mensen met hiv verplicht worden met ART te beginnen. De keus om al dan niet met ART te beginnen moet blijven liggen in de spreekkamer bij de hiv-behandelaar en de patiënt. Daar moet ruimte blijven voor contra indicaties, behoeften en maatwerk; Ook om niet medische redenen staat het publieke belang niet helemaal haaks op het individuele belang. Mensen met hiv wijzen op de psychologische belasting van de angst een ander te besmetten en de negatieve maatschappelijke bejegening die vaak gekoppeld is aan een overdreven beeld van besmettelijkheid. Het succesvol onderdrukken van hiv kan ook op dit gebied verlichting bieden, niet alleen voor het individu, maar voor de gehele groep van mensen met hiv. Conclusie en advies inzet van TasP in Nederland: Direct starten met ART bij hiv diagnose (en waarbij geen contra indicatie geldt) zorgt voor een snelle onderdrukking van de viral load, vermindert daarmee de kans op transmissie van hiv tot vrijwel nul) en is daardoor een effectieve aanvulling op de collectieve preventie van hiv. Ook in Nederland kan TasP een meerwaarde zijn voor de preventie van hiv. Belangrijkste voorwaarde voor succesvolle implementatie van TasP in Nederland is dat meer mensen met hiv eerder op de hoogte zijn van hun serostatus. Daarmee komen ze eerder in
7 7 zorg, kunnen ze eerder starten met behandelen en wordt hun viral load eerder verlaagd. Dit vraagt een extra inzet bovenop het bestaande actief testbeleid. Het aanbieden van direct starten met ART, past inmiddels binnen bestaande richtlijnen voor hiv-behandeling in Nederland. Het is wel belangrijk dat die richtlijnen in de praktijk geïmplementeerd worden door hiv-behandelaren en dat mensen met hiv op de hoogte zijn van de mogelijkheid te kiezen voor direct starten met ART en de bijbehorende voor- en nadelen voor henzelf en voor hun partner(s). Om risicocompensatie te voorkomen is het essentieel dat voorlichting aan het algemeen publiek, risicogroepen en mensen met hiv duidelijk maakt dat TasP een aanvulling is op- en geen vervanging is van condoomgebruik. Een voorbeeld hiervan is de recent ontwikkelde nieuwe strategie voor de hiv en soa bestrijding onder MSM in Nederland. Hierin gaat het inzetten op het zo snel mogelijk behandelen van MSM met hiv samen met andere gedragsgerichte en structurele combinatiepreventie aanpakken PrEP (Pre Exposure Profylaxe) Wat is het? PrEp is het inzetten van hiv-remmers bij hiv-negatieve personen, ter voorkoming van een hivinfectie, bij blootstelling aan hiv. Is het effectief? Ja (bewezen effectief in RCT onderzoek en in modelstudies). Onderzoek heeft aangetoond dat door het dagelijks (oraal) innemen van een hiv-remmer (truvada) bij hiv negatieve personen is te voorkomen dat ze hiv oplopen. Aangetoonde effectiviteit: Lag tussen de 44% en 75% en bij mensen met een hoge therapietrouw tot aan 90% 9-11 ; Is gevonden in heteroseksuele en MSM populaties (maar studies bij vrouwen zijn gestopt omdat PrEP niet effectief bleek 12, 13 ). Biedt het een meerwaarde voor de Nederlandse problematiek? PrEP biedt een meerwaarde bij mensen die hiv negatief zijn, die door seksueel contact bloot staan aan hiv en die onvoldoende consequente bescherming daartegen (kunnen) realiseren. In Nederland kan daarbij gedacht worden aan subgroepen onder MSM, mensen uit hiv-endemische gebieden en prostituees. Volgens een modelstudie van de SHM: kan 39% van hiv infecties in Nederland voorkomen worden, door PrEP te even aan alle risicogroepen. Veronderstelling in deze modelstudie is dat aan alle randvoorwaarden voor implementatie van PrEP is voldaan 14. Welke randvoorwaarden zijn er nodig voor implementatie? Mensen die PrEP willen gebruiken moeten weten dat ze hiv-negatief zijn en blijven: dit vereist een herhaaldelijke hiv-test; Truvada dient als geneesmiddel ter preventie van hiv bij hiv negatieve personen nog geregistreerd te worden in Europa; Toepassing van PrEP in de Nederlandse praktijk moet geregeld worden: wie mag voorschrijven, wie verstrekt, wie betaalt, wie wordt behandelaar?; Counseling op therapietrouw en condoomgebruik blijven nodig (deelnemers PrEP studies ontvingen deze counseling); Monitoring van bijwerkingen, therapietrouw, frequentie van testen bij toepassing van PrEP moet nader bepaald worden. Wat zijn mogelijke nadelen? Het medicaliseren van gezonde mensen; Therapietrouw bij afwezigheid van een aandoening is meestal laag. Lage therapietrouw bij PrEP leidt tot risico op oplopen van hiv en vervolgens op resistentie; Het is niet duidelijk of er voldoende mensen uit risicogroepen zijn die PrEP onder de volledige voorwaarden willen gebruiken (regelmatige test, counseling, condooms blijven gebruiken); Toename resistentievorming en van bijwerkingen: dit moet gemonitord worden; Risicocompensatie kan leiden tot hiv-overdracht, omdat men zich onterecht veilig waant (te positieve inschatting therapietrouw), maar kan ook leiden tot toename soa s omdat men condooms vaker achterwege laat;
8 8 Druk op verstrekkers om ook buiten de volledige voorwaarden gebruik te kunnen maken van PrEP; De kosten zijn relatief hoog (medicatie, monitoring, counseling) wat suggereert dat kosteneffectiviteit van PrEP kan worden gevonden door toepassing in een groep met een zeer hoog risicogedrag en inconsequent of laag beschermingsgedrag. Welke spanningen tussen collectief- en individueel belang spelen er eventueel? Gebruik van PrEP is een individuele keuze in overleg met de behandelaar/verstrekker. Specifiek aandachtspunt in dit overleg is of de preventieve voordelen van PrEP opwegen tegen de mogelijke gevolgen van ART op de gezondheid van het individu: dit vereist maatwerk in counseling; Ander spanningsveld ligt eerder in het maatschappelijk draagvlak voor de financiering van PrEP. Vanuit publieke gezondheid kan die gerechtvaardigd zijn als het om hoog risicogroepen gaat. Maar eerdere vergelijkbare interventies riepen sterk negatieve maatschappelijke reacties op, zoals bij de uitsluiting van heteroseksuelen voor de gratis Hepatitis B vaccinatie; Dekking van PrEP vanuit de individuele zorgverzekering is niet gegarandeerd. Conclusie en advies: Het voorkomen van hiv-infecties door de toepassing van PrEP is effectief gebleken in trials onder zowel heteroseksuele en homomannen en kan ook in Nederland een toegevoegde waarde leveren; Gezien de kosten-baten verhouding en de medicalisering van gezonde mensen, lijkt PrEP het meest in aanmerking te komen om toegepast te worden bij (leden uit) hoog risicogroepen met een inconsequent of laag beschermingsgedrag en een hoge hiv incidentie. Een belangrijke vraag is wel of mensen met een inconsequent beschermingsgedrag in staat zijn tot een consequente therapietrouw; PrEP kan nu nog niet toegepast worden als preventietechniek in Nederland omdat registratie en de randvoorwaarden voor verstrekking nog niet geregeld zijn; Gebruik een onderzoeksetting, met eventuele aansluiting bij andere studies, om uit te zoeken wat de mogelijkheden en aandachtspunten zijn van de toepassing van PrEP in een subpopulatie hoogrisico MSM. Dit in voorbereiding op een mogelijke toekomstige registratie van Truvada als PrEP Soa-behandeling voor hiv-preventie Wat is het? Het systematisch inzetten van soa test- en behandeling bij mensen met hiv, als bijdrage aan soa én hiv-preventie. Dit is een aanvulling op het gegeven dat soa-behandeling voor iedereen relevant is ter bestrijding van ander soa dan hiv. Maar soa s vergroten ook de kans op transmissie van hiv. Ze vergroten de vatbaarheid voor hiv bij degenen die nog geen hiv hebben. Ze vergroten ook de verspreiding van hiv; bij een soa neemt de hiv viral shedding in het genitale tract toe. En daarmee de kans op verdere transmissie van hiv 15, 16. Is het effectief? Ja (in RCT- en klinisch onderzoek) In slechts één, van de negen gerandomiseerde klinische trials waarin onderzocht werd of behandeling van soa s effectief is bij het voorkomen van verdere transmissie van hiv. Het uitblijven van aantoonbare effectiviteit in de acht trials kan uitgelegd worden op grond van de methodologie van deze studies 17, 18. Biologisch onderzoek laat echter zien dat bij behandeling van een soa bij een persoon met hiv, de replicatie van hiv afneemt. Soa behandeling bij mensen met hiv met een soa verkleint de overdracht van hiv 15, 16. Biedt het een meerwaarde voor de Nederlandse problematiek? Het testen op en de behandeling van andere soa s dan hiv heeft op zichzelf een meerwaarde in het verlagen van de aan die soa s gerelateerde morbiditeit. Het specifiek en actief aanbieden van soa test en behandeling aan risicogroepen voor hiv en andere soa is al staand beleid in Nederland. Dit
9 9 actief testbeleid is vertaald in richtlijnen, campagnes die testgedrag bevorderen en verbeteringen in testvoorzieningen voor risicogroepen. In Nederland is sprake van een concentratie van soa s onder, met name, MSM met hiv. Bij een onderzoek in twee hiv-behandelcentra werd bij routine bezoeken van MSM met hiv bij 16% een of meerdere soa s gevonden. Uit dat zelfde onderzoek bleek dat 60% van de hiv-geïnfecteerde onbeschermde seks heeft 19. Soa behandeling is voor iedereen, dus ook voor mensen met hiv, beschikbaar via huisarts en GGD soa polikliniek. Maar gebruik is afhankelijk van individueel risico inschatting en zorgzoekgedrag. Soa zorg voor mensen met hiv maakt wel deel uit van de richtlijn voor hiv-behandeling en hiv behandelaren onderschrijven de noodzaak hiervan. Toch is er in de praktijk geen sprake van een optimale uniforme en systematische soa screening onder mensen in behandeling voor hiv. Sommige soa s, die met bloedonderzoek meegenomen kunnen worden, worden wel gecheckt; bijvoorbeeld syfilis en hepatitis C. Hiv behandelaren melden dat het hen niet in alle gevallen lukt de screening van overige soa s uit het ziekenhuisbudget gedekt te krijgen. Sommige hiv behandelaren zien soa screening niet als hun taak. In de praktijk verwijzen sommigen naar de GGD soa polikliniek; anderen werken daarmee samen. Maar het screenen van mensen met hiv op soa s maakt geen onderdeel uit van de ASG regeling die de soa poli s financiert. Daarmee is het meer systematisch onderzoeken en behandelen van soa onder mensen met hiv in Nederland afhankelijk van arrangementen van afzonderlijke hiv-behandelcentra en afspraken met GGD soa poliklinieken en van individuele keuzen van mensen met hiv. Hierdoor blijven er kansen liggen voor het voorkomen van verdere transmissie van hiv en andere soa. Van soa zorg voor mensen met hiv is aangetoond dat dit kosten effectief is (mondeling mededeling Jan van Bergen). Uit een binnenkort te publiceren studie zal blijken dat het kosten effectief is om soa screening bij de hiv-behandelaar te beleggen, omdat men daar toch al twee keer per jaar komt. Dit geldt zelfs als mensen opportunistisch nog naar een soa poli zouden gaan (mondeling mededeling Birgit van Benthem). Welke randvoorwaarden zijn er nodig voor implementatie? Duidelijkheid over de financiële dekking van soa screening onder mensen met hiv in het hiv-behandelcentra. Duidelijkheid over tot wiens taak soa screening van mensen met hiv behoort. Oplossingen voor eventuele logistieke en organisatorische barrières bij het uitvoeren van soa screening onder mensen met hiv. Wat zijn mogelijke nadelen? Geen. Welke spanningen tussen collectief- en individueel belang spelen er? Geen. Het is zowel in het belang van het individu als de collectieve preventie dat systematisch soa onderzoek en behandeling onder mensen met hiv in zorg, goed geregeld wordt. Conclusie en advies: Regel dat soa screening van mensen met hiv in de praktijk standaard onderdeel wordt van de hivbehandeling, omdat bekend is dat dit de meest kosten effectieve aanpak vormt. En omdat dit extra bijdraagt aan hiv-preventie.
10 Stand van zaken overige biomedische preventievormen Het is goed te weten dat er nog veel onderzoek loopt naar andere vormen van biomedische preventie, die op dit moment (nog) geen meerwaarde bieden voor Nederland. Vaccins: Er zijn hoopgevende ontwikkelingen in de zoektocht naar een vaccin tegen hiv, maar op kort termijn is praktisch toepassing niet te verwachten. Microbiciden: Onderzoek naar effectiviteit van vaginale microbiciden leidt tot wisselende resultaten 12, 20 ; Onderzoek naar rectale microbiciden bevindt zich nog in fase 1 (veiligheid) en nog niet naar effectiviteit; In beide gevallen op korte termijn nog geen praktische toepassing te verwachten. Besnijdenis Effectiviteit alleen aangetoond bij heteroseksuele stellen en implementatie succesvol waar heteroseksuele transmissie driver van epidemie is (Afrika) ; dat is in Nederland niet het geval; Hoogstens aandachtspunt in counseling aan heteroseksuele mannen die zelf komen uit hivendemische gebieden en/of seksuele contacten hebben met partners uit die gebieden.
11 11 3. Advies biomedische preventie van hiv in Nederland De bovenstaande onderbouwing leidt tot de volgende adviezen over de toepassing van biomedische preventie in Nederland 1. Stimuleer het zo vroeg mogelijk starten met hiv-behandeling, ongeacht het CD4 aantal, voor een extra bijdrage aan de hiv-preventie. In Nederland betekent dit dat vooral dat een doorbraak nodig is in het diagnosticeren van mensen met hiv die nu nog niet bekend zijn met hun serostatus. In aanvulling op continuering van het bestaande actief testbeleid kan extra worden ingezet op: sterker promoten van de meerwaarde van het weten of je hiv hebt meer provider initiated en peer facilitated en out reach aanbieden van een hiv-test Daarnaast is het van belang van hiv-behandelaren in de praktijk aan alle mensen met hiv de mogelijkheid aanbieden direct met ART te beginnen en moeten mensen met hiv op de hoogte zijn van de mogelijkheid van deze keuze. Daarnaast moet voorlichting duidelijk maken dat TasP een aanvulling is en geen vervanging van condoomgebruik. 2. Gebruik een onderzoekspilot om uit te zoeken wat de mogelijkheden en aandachtspunten zijn van de toepassing van PrEP in een subpopulatie hoogrisico MSM in Nederland (in voorbereiding op de komst van de registratie). 3. Regel dat soa screening van mensen met hiv in de praktijk standaard onderdeel wordt van de hiv-behandeling, omdat bekend is dat dit de meest kosten effectieve aanpak vormt. En omdat dit extra bijdraagt aan hiv-preventie. 4. Zorg ervoor dat de toepassing van deze biomedische preventietechnieken bij publiek en professionals niet wordt ervaren als vervanging van bestaande preventietechnieken (zoals bv condoomgebruik), maar als aanvulling.
12 12 4. Referenties 1. UNAIDS. Combination HIV Prevention: Tailoring and Coordinating Biomedical, Behavioural and Structural Strategies to Reduce New HIV Infections. A UNAIDS Discussion Paper.. Geneva: UNAIDS; Wilson DP. HIV treatment as prevention: natural experiments highlight limits of antiretroviral treatment as HIV prevention. PLoS Med 2012;9:e Cohen MS, Chen YQ, McCauley M, et al. Prevention of HIV-1 infection with early antiretroviral therapy. N Engl J Med 2011;365: Montaner JS, Lima VD, Barrios R, et al. Association of highly active antiretroviral therapy coverage, population viral load, and yearly new HIV diagnoses in British Columbia, Canada: a population-based study. Lancet 2010;376: Das M, Chu PL, Santos GM, et al. Decreases in community viral load are accompanied by reductions in new HIV infections in San Francisco. PLoS One 2010;5:e Law M, Woolley I, Templeton D, et al. Trends in detectable viral load by calendar year in the Australian HIV observational database. The Australian HIV Observational Database (AHOD) J Int AIDS Soc 2011; Birrell PJ, Gill ON, Delpech VC, et al. HIV incidence in men who have sex with men in England and Wales : a nationwide population study. Lancet Infect Dis 2013;13: van Sighem A, Smit C, Holman R, et al. Monitoring Report Human Immunodeficiency Virus (HIV) Infections in the Netherlands. Amsterdam: Stichting Hiv Monitoring, Academic Medical Centre; Baeten JM, Donnell D, Ndase P, et al. Antiretroviral prophylaxis for HIV prevention in heterosexual men and women. N Engl J Med 2012;367: Grant RM, Lama JR, Anderson PL, et al. Preexposure chemoprophylaxis for HIV prevention in men who have sex with men. N Engl J Med 2010;363: Thigpen MC, Kebaabetswe PM, Paxton LA, et al. Antiretroviral preexposure prophylaxis for heterosexual HIV transmission in Botswana. N Engl J Med 2012;367: Backgrounder. VOICE: Vaginal and Oral Interventions to Control the Epidemic. MTN, (Accessed at Van Damme L, Corneli A, Ahmed K, et al. Preexposure prophylaxis for HIV infection among African women. N Engl J Med 2012;367: Wolf de F. An update on the HIV epidemic in the Netherlands. The beginning of the end of AIDS? In. Amsterdam: SHM; 2012:slide Eron JJ, Jr., Gilliam B, Fiscus S, Dyer J, Cohen MS. HIV-1 shedding and chlamydial urethritis. JAMA 1996;275: Ghys PD, Fransen K, Diallo MO, et al. The associations between cervicovaginal HIV shedding, sexually transmitted diseases and immunosuppression in female sex workers in Abidjan, Cote d'ivoire. AIDS 1997;11:F Hayes R, Watson-Jones D, Celum C, van de Wijgert J, Wasserheit J. Treatment of sexually transmitted infections for HIV prevention: end of the road or new beginning? AIDS 2010;24 Suppl 4:S Kalichman SC, Pellowski J, Turner C. Prevalence of sexually transmitted co-infections in people living with HIV/AIDS: systematic review with implications for using HIV treatments for prevention. Sex Transm Infect 2011;87: Heiligenberg M, Rijnders B, Schim van der Loeff MF, et al. High prevalence of sexually transmitted infections in HIV-infected men during routine outpatient visits in the Netherlands. Sex Transm Dis 2011;39: Abdool Karim Q, Abdool Karim SS, Frohlich JA, et al. Effectiveness and safety of tenofovir gel, an antiretroviral microbicide, for the prevention of HIV infection in women. Science 2010;329: Auvert B, Taljaard D, Lagarde E, Sobngwi-Tambekou J, Sitta R, Puren A. Randomized, controlled intervention trial of male circumcision for reduction of HIV infection risk: the ANRS 1265 Trial. PLoS Med 2005;2:e Bailey RC, Moses S, Parker CB, et al. Male circumcision for HIV prevention in young men in Kisumu, Kenya: a randomised controlled trial. Lancet 2007;369: Gray RH, Kigozi G, Serwadda D, et al. Male circumcision for HIV prevention in men in Rakai, Uganda: a randomised trial. Lancet 2007;369: Padian NS, McCoy SI, Balkus JE, Wasserheit JN. Weighing the gold in the gold standard: challenges in HIV prevention research. AIDS 2010;24:
23-4-2012. Conclusie: Zorg voor Seksuele Gezondheid. Opzet: Seksuele gezondheid in Ned. Seksuele gezondheid. Schuivende paradigma's
Conclusie: Zorg voor Seksuele Gezondheid Schuivende paradigma's NHG VOORJAARSCONGRES 19 APRIL 211 Jan van Bergen, huisarts Hoogleraar soa hiv in de 1 e lijn AMC Soa Aids Nederland De huisarts speelt een
Nadere informatie1401 SOA Factsheet.indd :02
1401 SOA Factsheet.indd 1 16-01-14 17:02 Soa Aids Nederland heeft een nieuwe strategie ontwikkeld voor de periode 2013-2018 om het aantal hiv- en soa-infecties onder MSM (mannen die seks hebben met mannen)
Nadere informatieMonitoringrapport 2012
Monitoringrapport 2012 Humaan 12 immuundeficiëntievirus 217 (HIV) infectie in 6Nederland Nederlandse samenvatting Monitoring van HIV in Nederland Elk jaar rond 1 december, Wereld AIDS dag, publiceert de
Nadere informatieControlling the HIV epidemic in the Netherlands. Ard van Sighem Stichting HIV Monitoring WEON, Nijmegen, 11 juni 2010
Controlling the HIV epidemic in the Netherlands Ard van Sighem Stichting HIV Monitoring WEON, Nijmegen, 11 juni 21 Inleiding Verschillende Westerse landen hebben te maken met een stijging in risicovol
Nadere informatieMaak PrEP toegankelijk in Nederland
Maak PrEP toegankelijk in Nederland Een standpunt van Aids Fonds en Soa Aids Nederland. Aids Fonds - Soa Aids Nederland Contactpersoon Cor Blom Keizersgracht 392 Datum 3 oktober 2014 1016 GB Amsterdam
Nadere informatieDr. Steven Callens Dienst Algemeen Inwendige Geneeskunde, Infectieziekten en Psychosomatiek Universitair Ziekenhuis Gent
HIV Dr. Steven Callens Dienst Algemeen Inwendige Geneeskunde, Infectieziekten en Psychosomatiek Universitair Ziekenhuis Gent 1 HIV Hepatitis C (&B) - TB HIV TB HCV HBV 2 HIV 3 4 5 Evolutie van HIV epidemie
Nadere informatieIs hepatitis C eliminatie in Nederland wel mogelijk? Andy IM Hoepelman Hoogleraar Interne Geneeskunde & Infectieziekten UMC Utrecht
Is hepatitis C eliminatie in Nederland wel mogelijk? Andy IM Hoepelman Hoogleraar Interne Geneeskunde & Infectieziekten UMC Utrecht Disclosures Gilead, Pfizer, ViiV Eliminatie van infectie: Incidentie
Nadere informatieInitiatiefvoorstel voor de raadsvergadering van Zorg en sport
Gemeenteblad Initiatiefvoorstel voor de raadsvergadering van Zorg en sport Nummer Publicatiedatum Agendapunt initiatiefvoorstel 19.04.2017 Onderwerp Initiatiefvoorstel van de raadsleden
Nadere informatieFictieve casus. Risico inschatting SOA en welke therapie is aangewezen. Risico op een SOA afhankelijk van. Welke SOA/infecties
Risico inschatting SOA en welke therapie is aangewezen Quirijn de Mast Internist infectioloog Fictieve casus Vrouw 26 jaar Na het uitgaan verkracht (vaginaal) door onbekende Nederlandse man Geen condoom
Nadere informatieNieuwe Ontwikkelingen in de Geneeskunde Congres Erasmus MC Rotterdam 2 november 2017
Nieuwe Ontwikkelingen in de Geneeskunde 2017. Congres Erasmus MC Rotterdam 2 november 2017 PrEP en de preventie van hiv Jan van Bergen, huisarts te Amsterdam en bijzonder hoogleraar hiv en soa in de 1
Nadere informatie10Seksueel Overdraagbare Aandoeningen (SOA) Rubriekhouder: Mw. dr. I. van den Broek, (RIVM)( )
10Seksueel Overdraagbare Aandoeningen (SOA) Rubriekhouder: Mw. dr. I. van den Broek, (RIVM)(2008-2012) Inleiding Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) zijn naast luchtweg-, maagdarm- en urineweginfecties
Nadere informatieNationaal Actieplan. Soa, hiv en seksuele gezondheid. Doelstellingen
Nationaal Actieplan Soa, hiv en seksuele gezondheid Doelstellingen Pijlers actieplan Seksuele vorming Preventie opsporing en behandeling van soa Preventie opsporing en behandeling van hiv Preventie van
Nadere informatieBegeleiding van HIV-patiënten
Symposium Up-to-Date in Infectieziekten Zaterdag 11 februari 2012 Begeleiding van HIV-patiënten Anneleen Lijnen Nurse physician assistant Dienst Infectieziekten 1) Voorstelling Verpleegkundige Ondersteuning
Nadere informatieBELANGRIJKSTE BEVINDINGEN
APRIL 213 INHOUD Het doel van de thermometer is een eerste berichtgeving over de stand van zaken in 212 over seksuele gezondheid in Nederland. De thermometer bevat nieuwe gegevens van de soa-centra, aangiftecijfers,
Nadere informatieSectie Infectieziekten
Sectie Infectieziekten 1 December 2015 U kunt helpen de HIV / AIDS epidemie te beëindigen You can help to end the HIV / AIDS epidemic Sectie Infectieziekten Weet uw HIV status Know your HIV status by 2020
Nadere informatieChemoprofylaxe voor HIV. Charles Boucher
Chemoprofylaxe voor HIV Charles Boucher Elk jaar 2.5 millioen nieuwe infecties De epidemie is niet onder controle!!! Voor elke twee patienten die met therapie starten raken vijf nieuwe patienten besmet
Nadere informatieHiv in België, hiv-tests, HelpCenter Eerste bilan nieuwe hiv-patiënt
Hiv in België, hiv-tests, HelpCenter Eerste bilan nieuwe hiv-patiënt Kristien Wouters Instituut voor Tropische Geneeskunde Cursus hiv en aids, de multi-disciplinaire aanpak Les 3 4 maart 2008 www.itg.be
Nadere informatieBELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE Belangrijke veiligheidsinformatie voor voorschrijvers voor emtricitabine/tenofovirdisoproxil 200 mg/245 mg filmomhulde tabletten als profylaxe vóór blootstelling (PrEP)
Nadere informatieMSM (mannen die seks hebben met mannen) & HIV infectie Debat
MSM (mannen die seks hebben met mannen) & HIV infectie Debat Organisatie Instituut voor Tropische Geneeskunde, ITG MSM (mannen die seks hebben met mannen) & hiv-infectie Moderatie Filip Moerman, infectioloog,
Nadere informatieEpidemiologie van HIV/HCV coinfectie. Moleculair epidemioloog, GGD Amsterdam
Epidemiologie van HIV/HCV coinfectie Thijs van de Laar Moleculair epidemioloog, GGD Amsterdam 19 januari 2010 19 januari 2010 Epidemiologie van HIV/HCV coinfectie 2 Risicogroepen Injecterende drugsgebruikers
Nadere informatieDeelnemersinformatie en geïnformeerde toestemming voor de HIV-negatieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK
Deelnemersinformatie en geïnformeerde voor de HIV-negatieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK Het PARTNER-onderzoek is een onderzoek naar stellen, waarbij: (i) de ene partner HIV-positief is en de ander HIV-negatief;
Nadere informatiePre-expositieprofylaxe tegen hiv (PrEP)
Rob Hermanussen Beschouwing Pre-expositieprofylaxe tegen hiv (PrEP) Samenvatting Hermanussen R. Pre-expositieprofylaxe tegen hiv (PrEP). Huisarts Wet 2017;60(6):264-7. De Nederlandse hiv-behandelcentra
Nadere informatieFactsheets Schorer Monitor 2008
# $$$"# Factsheets 1: Mannen met hiv 2: Testen op hiv en soa 3: Vaste partners 4: Losse sekspartners 5: Leefstijlen 6: Jonge mannen 7: Mannen met hoog risicogedrag Deze factsheets zijn gebaseerd op gegevens
Nadere informatieAllereerst wil ik graag de organisatoren bedanken voor de gelegenheid om wederom in vogelvlucht een globaal overzicht met u te kunnen delen van
1 2 Allereerst wil ik graag de organisatoren bedanken voor de gelegenheid om wederom in vogelvlucht een globaal overzicht met u te kunnen delen van onderzoek zoals dit tijdens het recente NCHIV congres
Nadere informatieHET PARTNER-ONDERZOEK
Deelnemersinformatie en geïnformeerde voor de HIV-positieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK Het PARTNER-onderzoek is een onderzoek naar stellen, waarbij: (i) de ene partner HIV-positief is en de ander HIV-negatief;
Nadere informatieSEKSUELE GEZONDHEID JAARVERSLAG 2015 CASUS: SYFILIS CLUSTER WIE ZIJN WIJ?
SEKSUELE GEZONDHEID JAARVERSLAG 2015 CASUS: SYFILIS CLUSTER WIE ZIJN WIJ? De afdeling seksuele gezondheid heeft als taken het bestrijden van soa, bevorderen van seksuele gezondheid onder jongeren onder
Nadere informatieStandpunt van de NHG-Expertgroep Seksuele Gezondheid (sekshag) over de hiv-preventie pil (PrEP)
Standpunt van de NHG-Expertgroep Seksuele Gezondheid (sekshag) over de hiv-preventie pil (PrEP) Mei 2018 Kern: PrEP is een nieuwe, bewezen effectieve en waardevolle aanvulling op het bestaande hiv-preventie
Nadere informatieMonitoringrapport 2011
4021 Monitoringrapport 2011 Human Immunodeficiency Virus (HIV) Infectie in Nederland Nederlandse samenvatting Monitoring van HIV in Nederland Elk jaar rondom 1 december, Wereld AIDS dag, publiceert de
Nadere informatiePre-expositieprofylaxe (PrEP) voor preventie van hiv-infectie: op weg naar implementatie
Pre-expositieprofylaxe (PrEP) voor preventie van hiv-infectie: op weg naar implementatie Pre-exposure prophylaxis for HIV prevention: on the road to implementation Dr. E. Hoornenborg 1, dr. H.J.C. de Vries
Nadere informatieSeksueel Overdraagbare Aandoeningen (SOA) Rubriekhouder: Mw. dr. I. van den Broek, (RIVM)(2008-2014)
Seksueel Overdraagbare Aandoeningen (SOA) Rubriekhouder: Mw. dr. I. van den Broek, (RIVM)(2008-2014) Inleiding Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) zijn naast luchtweg-, maagdarm- en urineweginfecties
Nadere informatiePEP en PrEP. Heidi Ammerlaan, internist-infectioloog
PEP en PrEP Heidi Ammerlaan, internist-infectioloog HIV Undetectable consensus Statement U = U People living with HIV on ART with an undetectable viral load in their blood have a negligible risk of sexual
Nadere informatieDe rol van SHM en HeF bij de ontwikkeling van HIV-zorg op Curaçao
De rol van SHM en HeF bij de ontwikkeling van HIV-zorg op Curaçao H.S. Hermanides 18 april 2009 Curaçao Cohort Studie Ontwikkelen van model voor duurzame HIV zorg in een kleine Caribische setting gebaseerd
Nadere informatieJaarcijfers 2012. Regionaal Centrum voor Seksuele Gezondheid zuidelijk Zuid-Holland. GGD Hollands Midden GGD Rotterdam-Rijnmond GGD Zuid-Holland-Zuid
Regionaal Centrum voor Seksuele Gezondheid zuidelijk Zuid-Holland GGD Hollands Midden GGD Rotterdam-Rijnmond GGD Zuid-Holland-Zuid Juni 2013 Samenstelling: Hannelore Götz, arts Maatschappij en Gezondheid
Nadere informatieSeksueel Overdraagbare Aandoeningen (soa)
Seksueel Overdraagbare Aandoeningen (soa) Rubriekhouder: Mw. dr. I. van den Broek, (RIVM)(2008-2017) Seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) zijn naast luchtweg-, maag-darm- en urineweginfecties de meest
Nadere informatieONLINE ONDERZOEK FLASH! PREP IN EUROPE: EERSTE RESULTATEN COORDINATION GROUP STUDY GROUP UNAIDS
EERSTE RESULTATEN COORDINATION GROUP STUDY GROUP APPROVED BY SUPPORTED BY UNAIDS 2 WAT IS PREP? PrEP (pre expositie profylaxe) is het gebruik van hiv-remmers, ofwel anti-retrovirale middel, door iemand
Nadere informatieDe Amerikaanse Food and Drug Administration
Stand van zaken Pre-expositieprofylaxe van seksuele hiv-transmissie Nieuwe preventiestrategie met tenofovir/emtricitabine Jenneke Boot, Babette O. Rump, Charles A.B. Boucher, Eline L.M. Op de Coul, Michiel
Nadere informatieZwangerschap en HBV. Greet Boland Nationaal Hepatitis Centrum, Amersfoort Afdeling Virologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht
Zwangerschap en HBV Greet Boland Nationaal Hepatitis Centrum, Amersfoort Afdeling Virologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht 1 Virale aandoeningen die verticaal overdraagbaar zijn HIV Hepatitis B
Nadere informatieVeilig zwanger worden met hiv. Naar een Nederlands-Zwitsers standpunt
1 Veilig zwanger worden met hiv. Naar een Nederlands-Zwitsers standpunt A safe pregnancy despite HIV. Towards a Dutch-Swiss statement R.J. Hassing, B.J. Rijnders, M.E. van der Ende Samenvatting Ondanks
Nadere informatieAPRIL 2014. Pagina 1 van 9
APRIL 214 Inhoud Het doel van de thermometer is een eerste berichtgeving over de stand van zaken in 213 over seksuele gezondheid in Nederland. De thermometer bevat nieuwe gegevens van de centra seksuele
Nadere informatieEpidemiologie van HIV/AIDS en Testbeleid
Epidemiologie van HIV/AIDS en Testbeleid W. Peetermans Algemene Interne Geneeskunde UZ Leuven HIV/AIDS : historiek Diagnose van een nieuw verworven immuundeficiëntie syndroom in 1981 Virale etiologie in
Nadere informatieHepatitis B-vaccinatie bij druggebruikers
Hepatitis B-vaccinatie bij druggebruikers 1 15 juli 2011 Coördinatie Vaccinatieprogramma hepatitis B-risicogroepen Vaccinatieprogramma in vogelvlucht Proefproject 1998-2002 in 7 GGD regio s Nov 2002 start
Nadere informatiehoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 203 Samenvatting in het Nederlands
hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 203 Samenvatting in het Nederlands hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 204 204 SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS Inleiding Het humaan immuundeficiëntie virus (HIV) is de
Nadere informatieHiv-therapie als preventie? Kunnen hiv-positieve mensen het condoom weglaten in een geselecteerd aantal situaties? Bob Colebunders
Hiv-therapie als preventie? Kunnen hiv-positieve mensen het condoom weglaten in een geselecteerd aantal situaties? Bob Colebunders Casus 29 jarige HIV positieve man Onder ART sinds geboorte, laatste 10j
Nadere informatieTesten op soa: hoe, wat, waar?
Testen op soa: hoe, wat, waar? Tom Platteau Seksuoloog ITG/Helpcenter tplatteau@itg.be Overzicht van de presentatie Soa en hiv in België Preventie en plaats van testen Uitdagingen voor soa-bestrijding
Nadere informatieTHE WAY FORWARD. Soa Aids Nederland en etnische minderheden. Onze koers voor (Samenvatting) Opmaak CMYK.indd :11
THE WAY FORWARD Soa Aids Nederland en etnische minderheden Onze koers voor 2015-2018 (Samenvatting) Opmaak-02-11-15-CMYK.indd 1 02-11-15 14:11 Inhoudsopgave Soa Aids Nederland 3 Doelen en activiteiten
Nadere informatiewat kunnen we leren van andere specialismen?? Kees Brinkman Amsterdam
nationale hepatitisdag 16 September 2014 behandeling en monitoring wat kunnen we leren van andere specialismen?? Kees Brinkman Amsterdam monitoring in Nederland waarom??? maatschappelijke relevantie: prevalentie
Nadere informatieSeksuele en reproductieve gezondheid van mensen met hiv en het opsporen van hiv-infecties. Beleidsnota
Seksuele en reproductieve gezondheid van mensen met hiv en het opsporen van hiv-infecties Beleidsnota November 2007 Hiv Vereniging Nederland Eerste Helmersstraat 17 1054 CX Amsterdam Postbus 15847 1001
Nadere informatieOproep tot het indienen van voorstellen
Oproep tot het indienen van voorstellen Subsidieronde vernieuwingsprojecten in Nederland 2015 Contactpersoon Ronald Berends Pagina 1 van 9 Documentnummer 20140907/RBE/RAP Inhoudsopgave 1. INLEIDING 3 2.
Nadere informatieMonitoringrapport. Humaan immuundeficiëntievirus (HIV) infectie in Nederland. Nederlandse samenvatting
2 1 Monitoringrapport 4 02014 Humaan immuundeficiëntievirus (HIV) infectie in Nederland Nederlandse samenvatting HIV in Nederland: een overzicht In Nederland geregistreerde HIV-patiënten per medio 2014:
Nadere informatieHIV een kleine update. Marjolijn Pronk 16 januari 2018
HIV een kleine update Marjolijn Pronk 16 januari 2018 Hiv een kleine update HIV in Nederland Testen in de huisarts praktijk HIV en cart (combination antiretroviral therapy) De (nieuwe) HIV patient, wat
Nadere informatieChlamydia hertesten en partnerwaarschuwing in de populatie. Janneke Heijne. MINC symposium 26 juni 2014 Maastricht
Chlamydia hertesten en partnerwaarschuwing in de populatie Janneke Heijne MINC symposium 26 juni 2014 Maastricht Stellingen 1. Wiskundige modellen zijn nuttig voor het adviseren van beleid 2. Hoe meer
Nadere informatieDe Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior
De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:
Nadere informatieSamenvatting (Dutch summary)
Samenvatting (Dutch summary) Deze studie onderzocht seksueel risicogedrag van homoseksuele mannen in vaste relaties, voornamelijk onder mannen die deelnemen aan de Amsterdamse Cohort Studies onder Homoseksuele
Nadere informatiePrikaccidenten: epidemiologie, opvang en mogelijkheden voor reductie
Prikaccidenten: epidemiologie, opvang en mogelijkheden voor reductie Paul van Wijk, september 2014 VU medisch centrum, Amsterdam Jeroen Bosch Ziekenhuis, s-hertogenbosch Inhoud Prikaccidenten risico s
Nadere informatieSEKSUELE GEZONDHEID JAARVERSLAG 2016
SEKSUELE GEZONDHEID JAARVERSLAG 2016 WIE ZIJN WIJ? De afdeling Seksuele Gezondheid onderzoekt en behandelt seksueel overdraagbare aandoeningen (soa). Deze GGD-voorziening is aanvullend op die van de huisartsenzorg.
Nadere informatieHiv-testen bij mannen die seks hebben met mannen: de implicaties van frequenter testen en een nieuwe hiv-teststrategie
Hiv-testen bij mannen die seks hebben met mannen: de implicaties van frequenter testen en een nieuwe hiv-teststrategie 4 HIV tests in men who have sex with men: the implications of more frequent testing
Nadere informatiePrEP-dossier. Pre-Expositie Profylaxe voor hiv-negatieven in Nederland. RIVM Rapport A.T. Urbanus et al.
PrEP-dossier Pre-Expositie Profylaxe voor hiv-negatieven in Nederland RIVM Rapport 2017-0094 A.T. Urbanus et al. PrEP-dossier Pre-Expositie Profylaxe voor hiv-negatieven in Nederland RIVM Rapport 2017-0094
Nadere informatieOpsporing verzocht! Actief testbeleid op hiv en andere soa
Opsporing verzocht! Actief testbeleid op hiv en andere soa Woord vooraf In 2002 hebben Schorer, Soa Aids Nederland, Hiv Vereniging Nederland, de GGD van Amsterdam en de WVAC zich verenigd in de stuurgroep
Nadere informatieSoa en hiv in België Is het actueel?
Soa en hiv in België Is het actueel? Sandra.vandeneynde@sensoa.be Let s talk about hiv & soa 9 mei 2014 - Thomas More Mechelen Presentatie in vogelvlucht + Hiv en soa: waarover hebben we het? + Epidemiologie
Nadere informatieVoorstel van resolutie. betreffende het uitwerken van een meer doelmatig en doeltreffend hiv- en aidsbeleid
stuk ingediend op 1354 (2011-2012) Nr. 1 9 november 2011 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de heer Jan Roegiers, de dames Cindy Franssen, Lies Jans en Mia De Vits, de heer Tom Dehaene en de dames
Nadere informatieDenken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.
0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve
Nadere informatiePrEP: waar staan we nu..?
PrEP: waar staan we nu..? Jan van Bergen Huisarts Bijzonder hoogleraar soa en hiv Huisartsgeneeskunde AMC Soa Aids Nederland / RIVM Amsterdam 26 juli 2018 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling
Nadere informatieBelangrijke veiligheidsinformatie voor voorschrijvers. over Emtricitabine/Tenofovirdisoproxil Krka voor een
De Europese gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel Emtricitabine/Tenofovirdisoproxil Krka 200 mg/245 mg filmomhulde tabletten. Het
Nadere informatieachtergrond, net zoals dat we mensen niet willen reduceren tot hun hiv-status. Zet daarom altijd mensen voorop.
Deze taalwijzer is een hulpmiddel voor mensen die schrijven over hiv en/of aids. Net zoals taal verandert zullen we deze taalwijzer ook constant updaten. Voor vragen over het gebruik van bepaalde termen
Nadere informatieStrategie voor de aanpak van soa s en hiv onder MSM in Nederland
Soa Aids Nederland Soa Aids Nederland Onder Controle Strategie voor de aanpak van soa s en hiv onder MSM in Nederland 2013 2018 Inhoud Woord van dank 4 Samenvatting 5 1. Introductie 11 1.1 Aanleiding 11
Nadere informatieNaar een meer doelmatig soa-testbeleid
Naar een meer doelmatig soa-testbeleid Subtitle Inhoud 1. GGD soa-poliklinieken 2. Stijging uitgaven soa-testen 3. Effect nieuwe maatregel 4. Bevorderen doelmatigheid 5. Tot slot 3 Soa-zorg in Nederland
Nadere informatieDeze informatie is bestemd voor mensen die mee willen doen aan het AMPrEP project.
Deze informatie is bestemd voor mensen die mee willen doen aan het AMPrEP project. U kunt deze informatie ook vinden op de website van de soa poli van de GGD Amsterdam. Wat is het AMPrEP project? AMPrEP
Nadere informatieOpvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk
Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Auteur: Veronique Verhoeven Augustus 2009 Conclusie van deze opvolging
Nadere informatieStrategie voor de aanpak van soa s en hiv onder MSM in Nederland
Soa Aids Nederland Soa Aids Nederland Onder Controle Strategie voor de aanpak van soa s en hiv onder MSM in Nederland 2013 2018 Inhoud Woord van dank 4 Samenvatting 5 1. Introductie 11 1.1 Aanleiding 11
Nadere informatieDe cascade of care van hepatitis B en C in beeld. Irene Veldhuijzen
De cascade of care van hepatitis B en C in beeld Irene Veldhuijzen Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring
Nadere informatieCombinatiepreventie voor hiv
Combinatiepreventie voor hiv GEDRAGSMATIGE ASPECTEN STRUCTURELE DIMENSIE Tom Platteau Seksuoloog ITG DEPARTMENT OF CLINICAL SCIENCES Verminderen van transmissie door onveilig gedrag aan te pakken Voorbeelden?
Nadere informatieVerslag Expertmeeting over hiv en soa bij LHBT & MSM Expertmeeting over onderzoek naar risico s op en bescherming tegen hiv en soa bij LHBT en MSM
Verslag Expertmeeting over hiv en soa bij LHBT & MSM Expertmeeting over onderzoek naar risico s op en bescherming tegen hiv en soa bij LHBT en MSM Datum: 11 december 2014 Aanwezig: Ard van Sighem (Stichting
Nadere informatieDeelnemersinformatie voor de HIV-positieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK
Deelnemersinformatie voor de HIV-positieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK Het PARTNER-onderzoek is een onderzoek naar stellen, waarbij: (i) de ene partner HIV-positief is en de ander HIV-negatief; (ii)
Nadere informatieKan gebeuren SOA QUIZ Een eigen SOA spreekuur Over Natjes en Watjes en de rol van de Praktijkassistent
Een eigen SOA spreekuur Over Natjes en Watjes en de rol van de Praktijkassistent Janny Dekker, huisarts Alie van der Heide, SOA-praktijkassistent Anita Watzeels, onderzoeker GGD Rotterdam Waar gaat deze
Nadere informatieachtergrond, net zoals dat we mensen niet willen reduceren tot hun hiv-status. Zet daarom altijd mensen voorop.
Deze taalwijzer is een hulpmiddel voor mensen die schrijven over hiv en/of aids. Net zoals taal verandert zullen we deze taalwijzer ook constant updaten. Voor vragen over het gebruik van bepaalde termen
Nadere informatieHet Zwitserse standpunt v e r t a a l d
Het Zwitserse standpunt v e r t a a l d Veel is er de afgelopen anderhalf jaar gezegd over het Zwitserse standpunt over het effect van combinatietherapie op infectiositeit. Zeer vaak zijn uitspraken gedaan
Nadere informatieRubella Synoniemen: rodehond, German measles, Röteln
Rubella Synoniemen: rodehond, German measles, Röteln B06 Bijlage I Rubella en zwangerschap, richtlijnen voor de praktijk Beleid naar aanleiding van een (mogelijk) contact (zie toelichting 1) Inventariseer
Nadere informatieVeelgestelde vragen Hiv behandelcentrum
- Waar kan ik me laten testen op een seksueel overdraagbare aandoening (soa)? U kunt zich via uw eigen huisarts laten onderzoeken op soa. Ook kunt u contact opnemen met de soapoli van de GGD. http://www.ggdbzo.nl/informatie/seksualiteit/paginas/soa
Nadere informatieDeelnemersinformatie voor de HIV-negatieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK
Deelnemersinformatie voor de HIV-negatieve partner HET PARTNER-ONDERZOEK Het PARTNER-onderzoek is een onderzoek naar stellen, waarbij: (i) de ene partner HIV-positief is en de ander HIV-negatief; (ii)
Nadere informatie6 SOA en HIV in de regio Gelre-IJssel
6 SOA en HIV in de regio Gelre-IJssel Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) zijn infectieziekten die door intiem seksueel contact kunnen worden overgedragen. Omdat iemand een SOA kan hebben, zonder
Nadere informatieCitation for published version (APA): van Houdt, R. (2009). Molecular epidemiology of hepatitis B in the Netherlands
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Molecular epidemiology of hepatitis B in the Netherlands van Houdt, R. Link to publication Citation for published version (APA): van Houdt, R. (2009). Molecular epidemiology
Nadere informatieJuni 2015 SAMENVATTING SCREENINGSSCHEMA UIT LEIDRAAD VOOR MEDISCHE CONSULTATIES BIJ SEKSWERKERS. Pasop vzw
SAMENVATTING SCREENINGSSCHEMA UIT LEIDRAAD VOOR MEDISCHE CONSULTATIES BIJ SEKSWERKERS Pasop vzw 1 KERNBOODSCHAP Sekswerkers: zeer gevarieerde groep qua leeftijd, nationaliteit, werksector, taal, sociale
Nadere informatieAmsterdam HCV screening in de publieke gezondheidszorg: Van pilot projecten naar nationale aanpak
Amsterdam HCV screening in de publieke gezondheidszorg: Van pilot projecten naar nationale aanpak Freke Zuure Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante
Nadere informatieNieuwe behandelingsopties HCV. Wie willen we bereiken? Sophie Willemse Maag-Darm-Leverarts Academisch Medisch Centrum Amsterdam
Nieuwe behandelingsopties HCV Wie willen we bereiken? Sophie Willemse Maag-Darm-Leverarts Academisch Medisch Centrum Amsterdam Disclosure Sophie Willemse (Potentiële) belangenverstrengeling Geen Wat gaat
Nadere informatieOPVOLGVRAGENLIJST - HIV-NEGATIEVE MAN
AANWIJZINGEN VOOR ONDERZOEKSMEDEWERKERS: Laat de onderzoeksdeelnemers om de tot 6 maanden een opvolgvragenlijst invullen. Let erop dat u de juiste vragenlijst uitdeelt. De ingevulde vragenlijsten moeten
Nadere informatiePreventief gebruik van hiv-remmers. Aan: de minister voor Medisch Zorg en Sport Nr. 2018/06, Den Haag 27 maart 2018
Preventief gebruik van hiv-remmers Aan: de minister voor Medisch Zorg en Sport Nr. 2018/06, Den Haag 27 maart 2018 Preventief gebruik van hiv-remmers pagina 2 van 35 inhoud Samenvatting 4 01 Inleiding
Nadere informatieBASELINE QUESTIONNAIRE - HIV NEGATIVE MAN
Pagina van 7 BASELINE QUESTIONNAIRE - HIV NEGATIVE MAN AANWIJZINGEN VOOR ONDERZOEKSMEDEWERKERS: Vraag de onderzoeksdeelnemers na hun aanmelding om deze basisvragenlijst in te vullen. Let erop dat je de
Nadere informatieWe could not observe large positive changes [ ]. Youth did not significantly reduce sexual activity, and condom use at last seks only increased
H I V We could not observe large positive changes [ ]. Youth did not significantly reduce sexual activity, and condom use at last seks only increased notably among males. Only one study reported a positive
Nadere informatieBASISVRAGENLIJST - HIV-NEGATIEVE MAN
AANWIJZINGEN VOOR ONDERZOEKSMEDEWERKERS: Vraag de onderzoeksdeelnemers na hun aanmelding om deze basisvragenlijst in te vullen. Let erop dat u de juiste vragenlijst uitdeelt. De ingevulde vragenlijsten
Nadere informatie: Onno de Zwart, Rik van Lunsen, Bart Rijnders, Ton Coenen, Peter Leusink, Ina van Beek,
20121340/CB/VER Verslag van de vergadering van Platform soa en seksuele gezondheid Datum : 15 november 2012 Aanwezig Afwezig : Martin van Oostrom (vz), Paulien van Haastrecht, Ciel Wijsen, Bouko Bakker,
Nadere informatieEducatieve PrEP-brochure voor voorschrijvers 1
De Europese gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel Emtricitabine/Tenofovirdisoproxil Mylan 200 mg/245 mg filmomhulde tabletten.
Nadere informatieWakker worden! Aandacht nodig voor toename HIV in Den Haag
2 epidemiologisch bulletin, 4, jaargang 39, nummer 1 Wakker worden! Aandacht nodig voor toename HIV in Den Haag A.P. van Leeuwen Medio 3 verschenen in de landelijke pers berichten over de explosieve toename
Nadere informatieSamenvatting. Chapter12
Samenvatting Chapter12 Coinfectie met Mycobacterium Tuberculose tijdens HIV-infectie is een groot probleem in de derde wereld, daar dit leidt tot een grotere sterfte. (hoofdstuk I) In de studies beschreven
Nadere informatieSAMENVATTING PARTNER-PROTOCOL
SAMENVATTING PARTNER-PROTOCOL Een onderzoek naar serodiscordante stellen om het risico van overdracht van HIV in te schatten en factoren met betrekking tot condoomgebruik te bestuderen. Partners van mensen
Nadere informatieOproep tot het indienen van voorstellen. Subsidieronde Vernieuwingsprojecten 2013
Oproep tot het indienen van voorstellen Subsidieronde Inhoudsopgave 1. Inleiding... 5 2. Achtergrond... 7 2.1 Strategisch beleid... 7 2.2 Knelpunten Nederlandse aidsbestrijding 2013... 7 2.3 Oplossingsrichtingen...
Nadere informatieHUIDIGE BEHANDELING VAN CHRONISCHE HEPATITIS-B-VIRUSINFECTIE VOLGENS DE RICHTLIJNEN
HUIDIGE BEHANDELING VAN CHRONISCHE HEPATITIS-B-VIRUSINFECTIE VOLGENS DE RICHTLIJNEN Nederlandse richtlijn? (2008 en 2012) AASLD richtlijn? (2009) EASL richtlijn? (2012) Met dank aan Erik Buster en de overige
Nadere informatieHet Hepatitis probleem in NL
Bewustwording Identificatie-Behandeling HEPATITIS B en C Het Hepatitis probleem in NL Virale hepatitis A-E : Wat is er aan het veranderen? Chronische hepatitis B & C: Sterfte, Impact behandeling Uitdaging
Nadere informatieHepatitis B-vaccinatiebeleid voor drugsgebruikers. Nationale Hepatitis Dag 1 oktober 2015 Anouk de Gee
Hepatitis B-vaccinatiebeleid voor drugsgebruikers Nationale Hepatitis Dag 1 oktober 2015 Anouk de Gee Disclosure belangen spreker Voor deze bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven: Projectfinanciering
Nadere informatie