MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM 2005

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM 2005"

Transcriptie

1 MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM 2005 G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) april 2006 In opdracht van de Stadsregio Rotterdam

2 Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Project: Adres: Goudsesingel 78, 3011 KD Rotterdam Postbus 21323, 3001 AH Rotterdam Telefoon: (010) Telefax: (010) Website: 2

3 INHOUD Samenvatting 5 1 Inleiding Aanleiding Opzet onderzoek Leeswijzer 7 2 Productieresultaten over Aantal opgeleverde woningen Relatieve productiecijfers Grootstedelijke gemeenten Groeistedelijke gemeenten Kleinstedelijke gemeenten Subtotalen per categorie 12 3 Oplevering plus in aanbouw genomen productie In aanbouw genomen woningen Relatieve cijfers productie + aanbouw Grootstedelijke gemeenten Groeistedelijke gemeenten Kleinstedelijke gemeenten Subtotalen per categorie 16 4 Sociale woningbouw Aantal opgeleverde sociaal bereikbare huurwoningen Relatieve productiecijfers Grootstedelijke gemeenten Groeistedelijke gemeenten Kleinstedelijke gemeenten Subtotalen per categorie Sociale koopwoningen Flankerende maatregelen Ontwikkeling sociaal bereikbare huurvoorraad 22 5 Seniorenwoningen Aantal opgeleverde seniorenwoningen en nultrapswoningen 23 6 Eigenbouw Productie eigenbouw Toevoegingen anderszins 27 Bijlage 7.1 Aantal anderszins toegevoegde woningen 27 3

4 4

5 Samenvatting In deze monitor Woningbouwafspraken worden de afspraken gevolgd, die zijn vastgelegd in het Convenant Woningbouwafspraken tussen stadsregio en rijk en die zijn vertaald in convenanten tussen stadsregio en regiogemeenten. Met alle regiogemeenten zijn daarin taakstellende afspraken gemaakt over de productie van woningen. Daarbij is tevens vastgelegd welk aandeel van de productie in de vorm van sociaal bereikbare huurwoningen moet worden gerealiseerd. Verder is afgesproken op welke manier de voorraad sociaal bereikbare huurwoningen zich per gemeente dient te ontwikkelen. In het algemeen betekent dit een afname van deze voorraad in grootstedelijke gemeenten, een gelijk blijvende omvang in groeistedelijke gemeenten en een groei in kleinstedelijke gemeenten. Tenslotte wordt specifieke aandacht gevraagd voor de productie van seniorenwoningen en de ontwikkeling van woningen in eigen beheer. In deze samenvatting bespreken we puntsgewijs de resultaten. Woningproductie 2005 In 2005 zijn in de Stadsregio Rotterdam nieuwbouwwoningen opgeleverd. Inclusief de 406 woningen die in de vorm van toevoegingen anderszins zijn gerealiseerd, is daarmee een productie van bijna woningen behaald. Afgezet tegen de doelstelling van woningen voor 2010 komt de regionale nieuwbouwproductie in 2005 op 15 procent van die doelstelling. In de gemeentelijke convenanten is ook een inspanningsverplichting voor 2007 opgenomen. Twee jaar na de start van de convenanten zal in totaal een productie van ruim woningen gerealiseerd moeten zijn. De productie van 2005 is nog niet op de helft van de inspanningsverplichting voor Onderstaande figuur brengt de productie in 2005 in relatie tot de inspanningsverplichting 2007 en de doelstelling 2010 als een soort thermometer in beeld. 0% 20% 40% 60% 80% 100% subtotaal categorie 1 subtotaal categorie 2 subtotaal categorie 3 Totaal SRR productie 2005 inspanning 2007 doelstelling 2010 Een aantal gemeenten ligt goed op koers van de beoogde doelstelling; zo hebben de gemeenten Bleiswijk, Berkel en Rodenrijs, Barendrecht, Hellevoetsluis en Bernisse al meer dan 20 procent van de doelstelling voor 2010 gerealiseerd en ook al meer dan de helft van de inspanningsverplichting voor In de middengroep scoren de gemeenten Rotterdam, Schiedam, Capelle aan den IJssel, Ridderkerk, Spijkenisse en Albrandswaard. In de overige gemeenten is in 2005 nog relatief weinig tot geen productie tot stand gekomen. 5

6 In aanbouw zijnde woningen De inventarisatie van in aanbouw genomen bouwplannen laat zien dat er eind 2005 zo n woningen in de regio in de pijplijn zitten. Tezamen met de gerealiseerde productie van 2005 is daarmee in de Stadsregio Rotterdam als geheel 45 procent van de te bouwen woningen voor 1 januari 2010 opgeleverd of in aanbouw genomen. Hoewel deze woningen niet allemaal in 2006 zullen worden opgeleverd, lijkt de inspanningsverplichting voor 2007 binnen bereik. Desondanks zullen de komende drie jaren cruciaal zijn voor het behalen van de doelstelling in Uitgaande van een gemiddelde productietijd van zo n anderhalf jaar moeten er vóór eind 2008 nog maar liefst woningen in aanbouw worden genomen. Sociale woningbouw In de gemeentelijke convenanten zijn taakstellingen opgenomen over de productie van sociaal bereikbare huurwoningen. Grofweg geldt voor grootstedelijke gemeenten (categorie 1) een maximum van 20 procent van de totale productie, voor groeistedelijke gemeenten (categorie 2) een minimum van 40 procent en voor kleinstedelijke gemeenten (categorie 3) een minimum van 30 procent. Voor gemeenten met Vinex-afspraken geldt voor die productie een minimum van 20 procent. In 2005 zijn in de Stadsregio bijna 700 sociaal bereikbare huurwoningen gerealiseerd, dat is 12 procent van de jaarproductie. De helft van deze woningen zijn in Rotterdam gerealiseerd, waarvan weer voor 40 procent op de Vinex-lokatie Nesselande. Verder is 28 procent van de gerealiseerde sociaal bereikbare huurwoningen in Berkel en Rodenrijs gebouwd. De overige 21% is gebouwd in Spijkenisse, Bernisse, Albrandswaard, Hellevoetsluis en Bergschenhoek. De meeste gemeenten zijn dan ook nog ver van hun taakstelling voor 2010 verwijderd. In de gemeentelijke convenanten is ook afgesproken welke omvang de sociaal bereikbare huurvoorraad in 2010 zal moeten hebben. Problemen in de gegevensverzameling maken het momenteel onmogelijk om precieze uitspraken te kunnen doen over de ontwikkeling in Seniorenwoningen De productie van sociaal bereikbare seniorenwoningen vormt een aandachtspunt in het regionale beleid, zowel om in de toenemende behoefte aan dergelijke woningen te voorzien, als ter bevordering van de doorstroming op de woningmarkt. Er zijn in de convenanten echter geen streefpercentages opgenomen. In 2005 bestond 5 procent van de totale regionale productie uit seniorenwoningen in de bereikbare huursector; dat zijn 264 woningen. Daarnaast zijn er nog 159 duurdere seniorenwoningen opgeleverd. Bereikbare seniorenwoningen werden alleen in Rotterdam, Albrandswaard, Berkel en Rodenrijs en Bernisse gerealiseerd. In deze laatste gemeente zorgde de oplevering van twee projecten ervoor dat bijna de helft van de totale productie in 2005 bestond uit sociaal bereikbare seniorenwoningen. Eigenbouw De bouw van woningen door particulieren in eigen beheer wordt door het Rijk gestimuleerd. Wanneer in de Stadsregio de productie van woningen in eigen beheer op meer dan 5,3 procent van de productie uitkomt, worden door het Rijk premies verstrekt voor de boven deze drempel gelegen productie. In 2005 werden in de Stadsregio 161 woningen in eigen beheer opgeleverd; dat is 2,8 procent van de jaarproductie. Het Rijk zal daarom over 2005 geen premies uitkeren. 6

7 1 Inleiding 1.1 Aanleiding De stadsregio Rotterdam heeft de uitgangspunten en doelstellingen van het regionale woonbeleid vastgelegd in concrete afspraken met verschillende partners. Het gaat om de volgende documenten: Convenanten met gemeenten in het kader van het Regionaal Koop-, Huur-, Bouw- en Sloopscenario (RKHBS-scenario) Regionale prestatieafspraken met de Maaskoepel Convenant woningbouwafspraken met het rijk. Onderdeel van de afspraken is de productie van woningen. Het afsprakenstelsel moet ertoe leiden dat er in de periode van 1 januari 2005 tot 1 januari 2010 in totaal woningen in de stadsregio Rotterdam worden gebouwd. Deze algemene taakstelling is vertaald naar taakstellingen per gemeente. Daarbij is tevens vastgelegd welk aandeel van de productie in de vorm van sociaal bereikbare huurwoningen moet worden gerealiseerd. Verder is afgesproken op welke manier de voorraad sociaal bereikbare huurwoningen zich per gemeente dient te ontwikkelen. In het algemeen betekent dit een afname van deze voorraad in de grootstedelijke gemeenten, een gelijk blijvende omvang in de groeistedelijke gemeenten en een groei in de kleinstedelijke gemeenten. Tenslotte wordt specifieke aandacht gevraagd voor de productie van seniorenwoningen en de ontwikkeling van woningen in eigen beheer. In alle documenten is vastgelegd dat jaarlijks wordt gerapporteerd over de voortgang van de afspraken. De voorliggende Monitor Woningbouwafspraken is daarvan het resultaat. 1.2 Opzet onderzoek Om de gegevensverzameling ten behoeve van de Monitor Woningbouwafspraken tijdig en eenduidig te laten verlopen zijn de noodzakelijke werkafspraken in een protocol vastgelegd. Uitgangspunt van de werkwijze is de administratieve last bij de gemeenten tot een minimum te beperken. Daarom is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij bestaande gegevensstromen tussen gemeenten en het CBS (gereedgekomen woningen) en tussen woningcorporaties en Maaskoepel (omvang sociaal bereikbare huurvoorraad). De gemeenten hoefden vervolgens nog maar enkele specifieke gegevens aan te vullen, die niet in de bestaande gegevensstroom zijn opgenomen. Voor een uitgebreid beeld van de werkwijze verwijzen we naar het protocol, dat als bijlage aan deze rapportage is toegevoegd. 1.3 Leeswijzer In het tweede hoofdstuk wordt gekeken hoeveel woningen er in 2005 zijn opgeleverd en hoe de productie ligt ten opzichte van de streefcijfers voor 1 januari 2007 en de doelstelling voor 1 januari In het derde hoofdstuk worden de productieresultaten gecombineerd met de in aanbouw genomen productie, waardoor een beeld ontstaat over wat de komende jaren voor productie verwacht kan worden. Het vierde hoofdstuk richt zich op de gerealiseerde productie van sociaal bereikbare huurwoningen, afgezet tegen de geformuleerde taakstellingen. Tevens 7

8 wordt gekeken naar de productie van sociale koopwoningen over het afgelopen jaar en wordt de voorraad sociaal bereikbare huurwoningen per 1 januari 2005 behandeld. In hoofdstuk vijf wordt in beeld gebracht hoeveel sociaal bereikbare seniorenwoningen en nultrapswoningen zijn gerealiseerd in In het zesde hoofdstuk wordt vervolgens gekeken naar de productie van woningen door particulieren in eigen beheer, de eigenbouw. Ook hier wordt gekeken naar de productie in relatie tot de streefpercentages per gemeente. Het zevende hoofdstuk tenslotte laat zien hoeveel woningen in de vorm van toevoegingen anderszins tot de productie kunnen worden meegerekend. 8

9 2 Productieresultaten over 2005 In dit hoofdstuk worden de gemeentelijke productieresultaten over 2005 behandeld. Dit aantal wordt vervolgens afgezet tegen de inspanningsverplichting voor 1 januari 2007 en de doelstelling voor 1 januari Aantal opgeleverde woningen In de Stadsregio Rotterdam zijn in woningen opgeleverd. Inclusief de toevoegingen anderszins is een productie van bijna woningen behaald. In tabel 2.1 staat het aantal opgeleverde woningen per gemeente, gecategoriseerd naar grootstedelijke gemeenten (categorie 1), groeistedelijke gemeenten (categorie 2) en kleinstedelijke gemeenten (categorie 3). In de tabel staat tevens de inspanningsverplichting voor en de doelstelling voor , conform artikel 2 van de gemeentelijke convenanten. Tabel 2.1 Aantal opgeleverde woningen in 2005 per gemeente en per categorie Productie 2005 Inspanning 2007 Doelstelling 2010 Maassluis Rotterdam Schiedam Vlaardingen subtotaal categorie Capelle aan den IJssel Hellevoetsluis Ridderkerk Rozenburg Spijkenisse subtotaal categorie Albrandswaard Barendrecht Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernisse Bleiswijk Brielle Krimpen aan den IJssel Westvoorne subtotaal categorie Totaal Stadsregio Rotterdam Toevoegingen anderszins 406 Totaal toevoegingen

10 2.2 Relatieve productiecijfers De productiecijfers zijn hierna in figuren omgezet in relatieve cijfers en afgezet tegen de inspanning voor 2007 en de doelstelling voor 2010, zoals die zijn vastgelegd in de convenanten tussen de Stadsregio Rotterdam en de gemeenten. Het blauwe deel van de balkjes geeft de gerealiseerde productie weer, het rode deel wat vóór 2007 de inspanningsverplichting is en het oranje deel de nog te realiseren productie voor Bij de tussentijdse evaluatie door de Stadsregio in 2007 dient de inspanningsverplichting als referentiekader. Het is voor gemeenten derhalve een goede graadmeter, waaruit kan worden afgeleid of men met de woningbouw op de goede weg is of meer prioriteit moet geven aan nieuwbouw. Een andere referentie is dat bij een gelijkmatig gespreide productie over de convenantsperiode van 5 jaar idealiter 20 procent van de productie in 2005 zou moeten zijn gerealiseerd Grootstedelijke gemeenten Uit figuur 2.1 blijkt dat in het grootstedelijk gebied alleen Rotterdam redelijk op koers ligt: bijna een vijfde van de totale productie is gerealiseerd en men is bijna op de helft van de inspanning voor Van de overige gemeenten heeft Schiedam nog een redelijke productie behaald, maar om de inspanning voor 2007 te halen zullen in 2006 wel drie keer zoveel woningen als in 2005 gebouwd moeten worden. In Maassluis en Vlaardingen is vrijwel niets gebouwd en zal het komende jaar veel moeten worden gedaan om aan de inspanning voor 2007 te voldoen, waarna ook stevig doorgebouwd moet worden om aan de doelstelling voor 2010 te komen. Figuur 2.1 Relatieve productie, inspanning en doelstelling in de grootstedelijke gemeenten 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Maassluis Rotterdam Schiedam Vlaardingen productie 2005 inspanning 2007 doelstelling Groeistedelijke gemeenten In figuur 2.2 is de relatieve productie voor de groeistedelijke gemeenten opgenomen. Alleen in Hellevoetsluis is men over de helft van de inspanning voor 2007 en is bovendien meer dan 20 procent van de productiedoelstelling in 2010 gerealiseerd. Capelle aan den IJssel, Ridderkerk en Spijkenisse zitten rond de 10 procent van de doelstelling voor 2010 en zij blijven ook behoorlijk achter bij de inspanning voor In Rozenburg zijn helemaal geen woningen opgeleverd. Hier zullen het komende jaar 80 woningen opgeleverd moeten worden om aan de inspanningsverplichting voor 2007 (40%) te voldoen. 10

11 Figuur 2.2 Relatieve productie, inspanning en doelstelling in de groeistedelijke gemeenten 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Capelle aan den IJssel Hellevoetsluis Ridderkerk Rozenburg Spijkenisse productie 2005 inspanning 2007 doelstelling Kleinstedelijke gemeenten Figuur 2.3 toont de relatieve productie voor de kleinstedelijke gemeenten. In twee gemeenten zijn in 2005 méér woningen opgeleverd dan voor de inspanningsverplichting van 2007 was vastgesteld. In Bergschenhoek is 7 procent van de in totaal voor 2010 op te leveren woningen in 2005 opgeleverd, terwijl bij inspanningsverplichting voor 2007 was uitgegaan van 6 procent. In Bernisse is 24 procent van een totaal van 300 woningen opgeleverd. De inspanningsverplichting voor 2007 is 23 procent. Figuur 2.3 Relatieve productie, inspanning en doelstelling in de kleinstedelijke gemeenten 0% 20% 40% 60% 80% 100% Albrandswaard Barendrecht Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernisse Bleiswijk Brielle Krimpen aan den IJssel Westvoorne productie 2005 inspanning 2007 doelstelling

12 Naast de twee gemeenten die de inspanningsverplichting voor 2007 al in 2005 hebben bereikt, zijn er drie gemeenten die al ruim over de helft van de inspanningsverplichting voor 2007 zitten. Dit zijn Barendrecht (nu 25%, voor %), Berkel en Rodenrijs (nu 25%, voor %) en Bleiswijk (nu 29%, voor %). In Albrandswaard, Brielle en Krimpen aan de IJssel zullen het komende jaar veel meer woningen opgeleverd moeten worden om gelijke tred te houden met de inspanning en de uiteindelijke doelstelling. In Westvoorne is geen inspanningsverplichting voor 2007 afgesproken, maar moet nog wel veel gebouwd worden om de doelstelling voor 2010 te halen Subtotalen per categorie Figuur 2.4 tenslotte toont de subtotalen per categorie en het totaal voor de Stadsregio Rotterdam. Uit de figuur wordt duidelijk dat in alle drie de categorieën al een aanzienlijk deel van de inspanningsverplichting voor 2007 in 2005 is opgeleverd. Er zal echter wel een stap extra gezet moeten worden om de inspanningsverplichting voor 2007 (tegen de 40%) te halen, want uit de voorgaande figuren is duidelijk geworden dat er in een aantal gemeenten (veel) meer woningen opgeleverd zullen moeten worden dan in 2005 het geval is geweest. De Stadsregio als totaal zit met een productie van 15 procent nog niet op de helft van de inspanningsverplichting voor 2007 (37%). Figuur 2.4 Relatieve productie, inspanning en doelstelling per categorie en voor de totale Stadsregio 0% 20% 40% 60% 80% 100% subtotaal categorie 1 subtotaal categorie 2 subtotaal categorie 3 Totaal SRR productie 2005 inspanning 2007 doelstelling 2010 In het volgende hoofdstuk kijken we hoe de vlag erbij hangt, wanneer naast de productie ook de in aanbouw zijnde woningen worden meegerekend. 12

13 3 Oplevering plus in aanbouw genomen productie In dit hoofdstuk worden de productieresultaten uit het tweede hoofdstuk gecombineerd met de eind 2005 in aanbouw 1 zijnde woningen. Zo ontstaat een beeld van de productie die in de komende jaren verwacht kan worden. 3.1 In aanbouw genomen woningen Naast de opgeleverde woningen zijn in de Stadsregio Rotterdam eind 2005 ruim woningen in productie. Met de bouw van deze woningen is dus wel gestart, maar de woningen zijn nog niet opgeleverd. Rotterdam spant de kroon met bijna woningen, maar ook in Barendrecht en Berkel en Rodenrijs met grote Vinex-locaties zijn in 2005 meer dan duizend woningen in aanbouw. Tabel 3.1 geeft een overzicht van de productie in 2005, de eind 2005 in aanbouw zijnde woningen, het totaal van geproduceerde en in aanbouw zijnde woningen en de inspanningsverplichting en doelstelling voor 2007 en Tabel 3.1 Totale productie in 2005 en eind 2005 in aanbouw zijnde woningen, per gemeente en per categorie Productie 2005 In aanbouw Totaal productie + in aanbouw Inspanning 2007 Doelstelling Maassluis Rotterdam Schiedam Vlaardingen subtotaal categorie Capelle aan den IJssel Hellevoetsluis Ridderkerk Rozenburg Spijkenisse subtotaal categorie Albrandswaard Barendrecht Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernisse Bleiswijk Brielle Krimpen aan den IJssel Westvoorne subtotaal categorie Totaal Stadsregio Rotterdam Met in aanbouw worden woningen bedoeld die in productie zijn genomen. Door Rotterdam en Berkel en Rodenrijs is aangegeven hoeveel woningen deel uitmaken van gestarte projecten. Op woningniveau is onbekend welke zijn gestart. 13

14 3.2 Relatieve cijfers productie + aanbouw De geproduceerde woningen zijn samen met de in aanbouw zijnde woningen omgezet in relatieve cijfers en afgezet tegen de inspanningsverplichting en doelstelling voor respectievelijk 2007 en Overigens betekent het feit dat woningen in aanbouw zijn niet dat deze ook allemaal in 2006 zullen worden opgeleverd. De totale bouwtijd van projecten kan immers meer dan een jaar belopen. In de figuren is daarmee de minimaal te verwachten productie voor de komende twee jaar in beeld Grootstedelijke gemeenten Inclusief de in aanbouw zijnde woningen komen Maassluis, Rotterdam en Schiedam in de buurt van de inspanning voor In Rotterdam zit men hiermee al tegen de 60 procent van de doelstelling voor Vlaardingen blijft ondanks de bijtelling van woningen in aanbouw flink achter bij de inspanningsverplichting voor Figuur 3.1 Productie + in aanbouw, inspanning en doelstelling in de grootstedelijke gemeenten 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Maassluis Rotterdam Schiedam Vlaardingen productie+aanbouw 2005 inspanning 2007 doelstelling Groeistedelijke gemeenten Geen van de groeistedelijke gemeenten komt met de woningen in aanbouw meegeteld aan de inspanningsverplichting voor In Hellevoetsluis en Spijkenisse, waar - in verhouding tot de in 2005 opgeleverde woningen - relatief weinig woningen in aanbouw zijn, zijn de verschillen met figuur 2.2 het kleinst. In Capelle aan den IJssel en Ridderkerk is de productie dankzij de in aanbouw zijnde woningen ruim verdubbeld (figuur 3.2). Rozenburg en Spijkenisse blijven zo bezien ook flink achter bij de doelstelling voor

15 Figuur 3.2 Productie + in aanbouw, inspanning en doelstelling in de groeistedelijke gemeenten 0% 20% 40% 60% 80% 100% Capelle aan den IJssel Hellevoetsluis Ridderkerk Rozenburg Spijkenisse productie+aanbouw 2005 inspanning 2007 doelstelling Kleinstedelijke gemeenten Het meetellen van de in aanbouw zijnde woningen heeft uiteenlopende gevolgen voor de kleinstedelijke gemeenten. Zo gaan Barendrecht en Berkel en Rodenrijs ver over de inspanningsverplichting voor 2007 heen en zit Berkel en Rodenrijs zelfs al op bijna 80 procent van de doelstelling voor De gemeenten Albrandswaard, Brielle en Krimpen aan den IJssel blijven ook met woningen in aanbouw nog achter bij de inspanningsverplichting voor Ook in Bergschenhoek en Westvoorne is de doelstelling voor 2010 nog ver buiten zicht. Figuur 3.3 Productie + in aanbouw, inspanning en doelstelling in de kleinstedelijke gemeenten 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Albrandswaard Barendrecht Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernisse Bleiswijk Brielle Krimpen aan den IJssel Westvoorne productie+aanbouw 2005 inspanning 2007 doelstelling

16 3.2.4 Subtotalen per categorie Wanneer we de in aanbouw genomen productie meewegen, blijkt uit figuur 3.4 dat voor de grootstedelijke gemeenten (categorie 1) en de kleinstedelijke gemeenten (categorie 3) gezamenlijk de inspanningsverplichting voor 2007 haalbaar is. Voor de groeistedelijke gemeenten (categorie 2) daarentegen lijkt de inspanningsverplichting voor 2007 niet haalbaar. In de Stadsregio Rotterdam als geheel is in procent van de te bouwen woningen voor 1 januari 2010 opgeleverd of in aanbouw genomen. Dat zijn bijna woningen, waarvan in aanbouw. De inspanningsverplichting voor 2007 lijkt daarmee binnen bereik. Desondanks moet worden opgemerkt dat de komende drie jaren cruciaal zullen zijn voor het behalen van de doelstelling in Uitgaande van een gemiddelde productietijd van anderhalf jaar moeten er tussen 1 januari 2006 en 31 december 2008 nog maar liefst woningen in aanbouw genomen worden. Figuur 3.4 Productie + in aanbouw, inspanning en doelstelling per categorie en voor de totale Stadsregio 0% 20% 40% 60% 80% 100% subtotaal categorie 1 subtotaal categorie 2 subtotaal categorie 3 Totaal SRR productie+aanbouw 2005 inspanning 2007 doelstelling

17 4 Sociale woningbouw In dit hoofdstuk staat de sociale woningbouw centraal. Allereerst wordt de gerealiseerde productie van sociaal bereikbare huurwoningen 1 in aantallen en als percentage van de totale productie gepresenteerd. Dit percentage wordt vervolgens afgezet tegen de per gemeente vastgestelde taakstelling. Daarna wordt gekeken naar het aantal geproduceerde sociale koopwoningen 2 in de gemeenten die hierover een afspraak hebben opgenomen in het convenant. Vervolgens geven we in het kort weer of er in de sfeer van flankerende maatregelen iets is gedaan aan de sociale huurvoorraad in die gemeenten die hierover een afspraak hebben gemaakt. Tenslotte besteden we aandacht aan de ontwikkeling van de omvang sociale huurvoorraad. 4.1 Aantal opgeleverde sociaal bereikbare huurwoningen In tabel 4.1 op de volgende pagina geeft de kolom productie 2005 het aantal opgeleverde sociaal bereikbare huurwoningen in 2005 weer. In de kolom daarnaast staat het percentage opgeleverde sociaal bereikbare huurwoningen ten opzichte van het totaal aantal opgeleverde woningen in 2005, zoals genoemd in hoofdstuk 2. Uit deze kolom valt onder meer op te maken dat in de Stadsregio ongeveer één op de acht opgeleverde woningen een sociaal bereikbare huurwoning is. De helft hiervan is in Rotterdam gebouwd. Van deze 358 woningen zijn er 140 (= 39%) op grond van Vinex-afspraken in Nesselande gerealiseerd. In Berkel en Rodenrijs, Spijkenisse en Bernisse vormen sociaal bereikbare huurwoningen een aanzienlijk deel van de productie in 2005 (respectievelijk 29%, 38% en 46%). Overigens gelden ook in Berkel en Rodenrijs hiervoor Vinex-afspraken. In de andere gemeenten met Vinex-afspraken (Albrandswaard, Barendrecht en Bergschenhoek) is de productie van sociaal bereikbare huurwoningen in 2005 nog beperkt. In de laatste kolom staat de sociale taakstelling, zoals die voor 2010 in de convenanten is vastgelegd. Voor de grootstedelijke gemeenten (categorie 1) is die sociale taakstelling een maximum, met uitzondering van de Vinex-lokatie Nesselande. Voor de overige gemeenten (categorie 2 en 3) moet de sociale taakstelling worden gezien als een minimum. 1 Een woning, die gerealiseerd wordt door een toegelaten instelling of een niet toegelaten instelling zonder winstoogmerk zoals bedoeld in artikel 70 van de Woningwet en met een maximaal huurniveau afgeleid van de aftoppingsgrens van de Wet individuele huursubsidie. Per 1 juli 2004 is het maximum vastgesteld op 466,48 per maand voor 2- en 3-kamerwoningen ( : 474,88). Voor 4-kamerwoningen of meer is het maximale huurniveau vastgesteld op 499,92 per maand ( : 508,92) 2 Een door een woningcorporatie te verkopen woning met een koopprijs vrij op naam (V.O.N.) beneden ,-- prijspeil , en die gedurende 10 jaar na oplevering in de sociale voorraad blijft, doordat de woning, bij eventuele verkoop door de koper, verplicht teruggekocht dient te worden door de woningcorporatie 17

18 Tabel 4.1 Opgeleverde sociaal bereikbare huurwoningen, in aantal en percentage productie 2005 % tov de totale productie 2005 sociale taakstelling voor 2010 (abs.) Maassluis 0 0% 280 Rotterdam* % Schiedam 0 0% 460 Vlaardingen 0 0% 280 subtotaal categorie % Capelle aan den IJssel 0 0% 302 Hellevoetsluis 18 8% 300 Ridderkerk 0 0% 450 Rozenburg 0 0% 40 Spijkenisse 56 38% 450 subtotaal categorie % Albrandswaard* 31 13% 415 Barendrecht* 0 0% 568 Bergschenhoek* 7 6% 340 Berkel en Rodenrijs* % 750 Bernisse 33 46% 90 Bleiswijk 0 0% 82 Brielle 0 0% 144 Krimpen aan den IJssel 0 0% 382 Westvoorne 0 0% 75 subtotaal categorie % Totaal Stadsregio Rotterdam % *Met deze gemeenten zijn Vinex-afspraken gemaakt. Zie hiervoor de convenanten. 4.2 Relatieve productiecijfers De aantallen opgeleverde sociaal bereikbare huurwoningen zijn vervolgens gepercenteerd op de absolute taakstelling voor 2010 (laatste kolom tabel 4.1) en daar tegen afgezet. Wederom zijn deze cijfers per categorie in een figuur gezet Grootstedelijke gemeenten Conform de convenanten zijn er in de grootstedelijke gemeenten weinig sociaal bereikbare huurwoningen opgeleverd. Alleen in Rotterdam maakten ze in 2005 deel uit van de productie; zoals hiervoor al aangegeven is dat voor 40 procent op de vinex-lokatie Nesselande. In totaal realiseerde Rotterdam 12 procent van de (maximum) taakstelling tot

19 Figuur 4.1 Relatieve productie van sociaal bereikbare huurwoningen in de grootstedelijke gemeenten ten opzichte van de taakstelling voor % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Maassluis Rotterdam Schiedam Vlaardingen productie 2005 soc. taakstelling Groeistedelijke gemeenten In de meeste groeistedelijke gemeenten zijn nog geen sociaal bereikbare huurwoningen opgeleverd. In de gemeenten Hellevoetsluis en Spijkenisse is respectievelijk 6 procent en 12 procent van de taakstelling voor 2010 opgeleverd in Voor deze gemeenten geldt de taakstelling echter als een minimum. Figuur 4.2 Relatieve productie van sociaal bereikbare huurwoningen in de groeistedelijke gemeenten ten opzichte van de taakstelling voor % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Capelle aan den IJssel Hellevoetsluis Ridderkerk Rozenburg Spijkenisse productie 2005 soc. taakstelling Kleinstedelijke gemeenten Ook in de meeste kleinstedelijke gemeenten zijn nog geen sociaal bereikbare huurwoningen opgeleverd. Albrandswaard (7% van de taakstelling voor 2010), Bergschenhoek (2%), Berkel en Rodenrijs (26%) en Bernisse (37%) hebben al wel een deel van de taakstelling gerealiseerd. Ook voor de kleinstedelijke gemeenten moet de taakstelling worden opgevat als een minimum. 19

20 Figuur 4.3 Relatieve productie van sociaal bereikbare huurwoningen in de kleinstedelijke gemeenten ten opzichte van de taakstelling voor % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Albrandswaard Barendrecht Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernisse Bleiswijk Brielle Krimpen aan den IJssel Westvoorne productie 2005 soc. taakstelling Subtotalen per categorie In figuur 4.4 zijn tenslotte de subtotalen per categorie opgenomen. Omdat voor de drie categorieën de taakstellingen verschillend van karakter zijn (maximum versus minimum) geven we hier geen totaalresultaat voor de gehele Stadsregio Rotterdam weer. Uit de figuur kan worden opgemaakt dat de grootstedelijke- en kleinstedelijke gemeenten wat betreft de productie van sociaal bereikbare huurwoningen ongeveer op 10 procent van de taakstelling voor 2010 zitten. In de groeistedelijke gemeenten is dit ongeveer 5 procent. Figuur 4.4 Relatieve productie van sociaal bereikbare huurwoningen per categorie ten opzichte van de taakstelling voor % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% subtotaal categorie 1 subtotaal categorie 2 subtotaal categorie 3 productie 2005 soc. taakstelling

21 4.3 Sociale koopwoningen Met een zevental gemeenten is in de convenanten een afspraak gemaakt over op te leveren sociale koopwoningen. Voor de Stadsregio als totaal gaat het om 245 woningen. In 2005 zijn er 19 sociale koopwoningen opgeleverd. Zeven daarvan zijn opgeleverd in Rotterdam, terwijl daar in het convenant met Rotterdam geen afspraken over zijn gemaakt. In tabel 4.2 staat een overzicht van de gemeenten waarmee afspraken zijn gemaakt over de bouw van sociale koopwoningen, de productie daarvan in 2005 en de doelstelling voor Alleen in de gemeente Bleiswijk zijn sociale koopwoningen gebouwd; Bleiswijk zit daarmee al bijna op de helft van de doelstelling voor Tabel 4.2 Opgeleverde sociale koopwoningen, in aantal en percentage productie 2005 % ten opzichte van de doelstelling 2010 totale doelstelling voor 2010 Ridderkerk 0 0% 20 Albrandswaard 0 0% 40 Barendrecht 0 0% 100 Bleiswijk 12 46% 26 Brielle 0 0% 36 Krimpen aan den IJssel 0 0% 8 Westvoorne 0 0% 15 Totaal Stadsregio Rotterdam 19* 0% 245 *Inclusief 7 woningen in Rotterdam. 4.4 Flankerende maatregelen In het kader van het voorraadbeleid van de sociaal bereikbare huurvoorraad hebben vier gemeenten in hun convenanten afspraken gemaakt over flankerende maatregelen. Daarbij gaat het om uitstel van sloop (Capelle aan den IJssel), structurele huurverlaging (Ridderkerk), of combinaties daarvan (Spijkenisse en Bleiswijk). De stand van zaken begin 2006 hieromtrent is als volgt: In de gemeente Capelle aan den IJssel is in samenspraak met de corporatie Com.Wonen voldaan aan de afspraak om de sloop van het complex De Hoven II (256 woningen) uit te stellen. Deze woningen blijven vooralsnog behouden voor de sociaal bereikbare voorraad. In de gemeente Ridderkerk is nog geen start gemaakt met de structurele huurverlaging van 200 woningen. In de gemeente Spijkenisse is de bouw van 22 bijzondere woningen in de zorgsector gestart. Deze woningen worden naar verwachting medio 2006 opgeleverd. Verder zijn door middel van structurele huurverlaging 59 woningen aan de sociaal bereikbare voorraad toegevoegd. Daar tegenover staat dat door verkoop 44 woningen aan de sociaal bereikbare voorraad zijn onttrokken. Tot slot is de gemeente Spijkenisse momenteel in gesprek met de Stadsregio over 21

22 de vraag hoe verkoop van sociaal bereikbare huurwoningen in een MGE-constructie (het Te- Woon concept van Woonbron) moet worden geïnterpreteerd. Is het een onttrekking aan de sociaal bereikbare voorraad of blijven deze woningen behouden, aangezien ze na terugkoop door Woonbron weer als bereikbare huurwoning kunnen worden aangeboden. De gemeente Bleiswijk tenslotte heeft met de corporatie overleg gevoerd over het omzetten van 16 nieuwbouwwoningen in de prijscategorie tot de maximale huurprijsgrens naar sociaal bereikbare huurwoningen. Dit overleg heeft echter geen positief resultaat opgeleverd. Daarnaast is de gemeente in overleg met de corporatie over de sloop van 20 sociaal bereikbare woningen. Overwogen wordt de sloop wel toe te staan, maar alleen onder de voorwaarde dat er in de vervangende nieuwbouw tenminste 20 woningen als sociaal bereikbaar worden gerealiseerd. 4.5 Ontwikkeling sociaal bereikbare huurvoorraad In de gemeentelijke convenanten zijn afspraken gemaakt over de ontwikkeling van de omvang van de sociaal bereikbare huurvoorraad tot In het algemeen betekent dat voor categorie 1 gemeenten een afname, voor categorie 2 gemeenten een gelijkblijvende omvang en voor categorie 3 gemeenten een toename van de sociaal bereikbare huurvoorraad. Bij de gegevensverzameling voor deze monitor zijn enkele onvolkomenheden aan het licht gekomen, waardoor een uitspraak over de precieze ontwikkeling van deze voorraad momenteel niet mogelijk is. In overleg met de Maaskoepel zal in 2006 een nadere analyse over de omvang van de bereikbare voorraad plaatsvinden. In de monitor woningbouwafspraken 2007 zal naar verwachting op basis van deze analyse wel een betrouwbaar beeld geschetst kunnen worden van de ontwikkeling van de sociaal bereikbare huurvoorraad. 22

23 5 Seniorenwoningen In dit hoofdstuk wordt in beeld gebracht hoeveel sociaal bereikbare seniorenwoningen 1 en hoeveel nultrapswoningen 2 zijn gerealiseerd in In de convenanten woningbouwafspraken tussen de stadsregio Rotterdam en de gemeenten worden geen streefpercentages genoemd, maar wel is in het regionaal woningbouwscenario de toenemende behoefte aan seniorenwoningen gesignaleerd en is ook aangegeven dat productie van dergelijke woningen wenselijk is voor de bevordering van de doorstroming op de woningmarkt. 5.1 Aantal opgeleverde seniorenwoningen en nultrapswoningen 3 Tabel 5.1 op de volgende pagina geeft een overzicht van het aantal opgeleverde seniorenwoningen en het aantal dat daarvan als sociaal bereikbare huurwoning is gerealiseerd. Verder staan in de tabel het aantal nultrapswoningen in 2005 en de percentages ten opzichte van het totaal aantal opgeleverde woningen in Daar de begrippen seniorenwoningen en nultrapswoning elkaar niet uitsluiten en de productiecijfers elkaar dus deels overlappen, is het niet mogelijk één kolom te maken met daarin het aantal opgeleverde senioren- én nultrapswoningen en één kolom met daarin het percentage ten opzichte van het totaal aantal opgeleverde woningen. Uit de tabel blijkt dat er in totaal 264 seniorenwoningen in de bereikbare huursector zijn opgeleverd; dat is 5 procent van de totale productie in Daarnaast zijn er nog 159 duurdere seniorenwoningen opgeleverd. Verder bestond bijna de helft van de totale productie in de Stadsregio uit nultrapswoningen. Op gemeenteniveau zien we dat 7 procent van de opgeleverde woningen in Rotterdam bestaat uit bereikbare seniorenwoningen en 65 procent uit nultrapswoningen. Bijna driekwart van alle opgeleverde woningen in Schiedam is een nultrapswoning, echter geen van deze woningen is ook een seniorenwoning. In de groeistedelijke gemeenten zijn in 2005 geen seniorenwoningen opgeleverd; wel zijn er met uitzondering van Rozenburg in elke gemeente nultrapswoningen opgeleverd. In Ridderkerk en Hellevoetsluis bestaat driekwart of meer van de opgeleverde woningen uit nultrapswoningen en in Spijkenisse is dat zelfs 97 procent van alle opgeleverde woningen. In de kleinstedelijke gemeente Bernisse bestaat bijna de helft van de productie uit sociaal bereikbare seniorenwoningen. Overigens was 96 procent van de productie een seniorenwoning. Ook in Bleiswijk werden veel seniorenwoningen opgeleverd (62% van de totale productie), maar daaronder waren geen sociaal bereikbare woningen. Tenslotte werden ook in Albrandswaard en Berkel en Rodenrijs sociaal bereikbare seniorenwoningen opgeleverd (respectievelijk 13% en 4% van de productie). 1 Een woning die in het kader van de regionale woonruimteverdeling wordt geoormerkt als seniorenwoning (55+) 2 Een woning die zonder traplopen van buiten bereikbaar is en waarin de primaire vertrekken (woonkamer, keuken, douche/bad, toilet en tenminste één slaapkamer) gelijkvloers liggen 3 Het is belangrijk op te merken dat beide begrippen elkaar niet uitsluiten. Een seniorenwoning is vaak een nultrapswoning en een nultrapswoning kan ook een seniorenwoning zijn. Dit hoeft echter niet altijd het geval te zijn. 23

24 Tabel 5.1 Opgeleverde (sociaal bereikbare) seniorenwoningen en nultrapswoningen, in aantal en percentage Senioren woningen waarvan bereikbaar % bereikbare senioren tov productie 2005 Nultraps woningen % nultraps tov productie 2005 Maassluis 0 0 0% 0 0% Rotterdam % % Schiedam 0 0 0% % Vlaardingen 0 0 0% 0 0% subtotaal categorie % % Capelle aan den IJssel 0 0 0% 40 32% Hellevoetsluis 0 0 0% % Ridderkerk 0 0 0% % Rozenburg 0 0 0% 0 0% Spijkenisse 0 0 0% % subtotaal categorie % % Albrandswaard % 46 20% Barendrecht 0 0 0% 0 0% Bergschenhoek 0 0 0% 0 0% Berkel en Rodenrijs % % Bernisse % 69 96% Bleiswijk % 72 62% Brielle 0 0 0% 0 0% Krimpen aan den IJssel 0 0 0% 16 89% Westvoorne 0 0 0% 0 0% subtotaal categorie % % Totaal Stadsregio Rotterdam % % 24

25 6 Eigenbouw Dit hoofdstuk behandelt de eigenbouw, dat wil zeggen woningen die door particulieren in eigen beheer zijn gerealiseerd. De gerealiseerde aantallen in 2005 worden afgezet tegen de streefpercentages zoals die zijn vastgesteld in het convenant woningbouwafspraken Productie eigenbouw 2005 Tabel 6.1 geeft een overzicht van de woningen die door particulieren in eigen beheer zijn gerealiseerd in 2005 en de streefpercentages en aantallen voor 2010, ten opzichte van het totaal aantal op te leveren woningen. Op vier gemeenten na (Maassluis, Vlaardingen, Capelle aan den IJssel en Rozenburg), zijn in 2005 in alle gemeenten woningen door particulieren gerealiseerd. In de meeste gevallen gaat het om geringe percentages ten opzichte van de totale productie in De gemeente Brielle vormt daar de grootste uitzondering op: 82 procent van alle opgeleverde woningen in 2005 bestaat uit eigenbouw. In Westvoorne gaat het om bijna de helft van alle opgeleverde woningen. Tabel 6.1 Eigenbouw: aantallen en percentage gerealiseerd en streefgetallen Productie % tov streefpercentage streefaantal doelstelling 2005 productie Maassluis 0 0% 5% Rotterdam 49 2% 5% Schiedam 3 1% 5% Vlaardingen 0 0% 5% subtotaal categorie % 5% Capelle aan den IJssel 0 0% 10% Hellevoetsluis 4 2% 10% Ridderkerk 4 2% 10% Rozenburg 0 0% 10% Spijkenisse 5 3% 10% subtotaal categorie % 10% Albrandswaard 11 5% 10% Barendrecht 17 2% 10% Bergschenhoek 11 9% 10% Berkel en Rodenrijs 7 1% 10% Bernisse 3 4% 10% Bleiswijk 6 5% 10% Brielle 28 82% 10% Krimpen aan den IJssel 3 17% 10% Westvoorne 10 45% 10% subtotaal categorie % 10% Totaal Stadsregio Rotterdam 161 3% 7%

26 26

27 7 Toevoegingen anderszins In dit hoofdstuk wordt gekeken hoeveel woningen er in de vorm van toevoegingen anderszins tot de productie kunnen worden gerekend. Onder toevoegingen anderszins vallen onder meer woningen die zijn gesplitst en kantoor- of bedrijfspanden die een woonfunctie hebben gekregen. 7.1 Aantal anderszins toegevoegde woningen In totaal zijn in 2005 naast nieuwbouw 406 woningen anderszins aan de voorraad toegevoegd, wat neerkomt op 7 procent van het totaal aantal toegevoegde woningen in Het overgrote deel daarvan is terug te vinden in de grootstedelijke gemeenten, en vooral in Rotterdam (263). Tabel 8.1 Toevoegingen anderszins, absoluut en relatief ten opzichte van de totale productie Productie 2005 Toevoegingen anderszins Totaal toevoegingen % tov de totale productie 2005 Maassluis % Rotterdam % Schiedam % Vlaardingen % subtotaal categorie % Capelle aan den IJssel % Hellevoetsluis % Ridderkerk % Rozenburg % Spijkenisse % subtotaal categorie % Albrandswaard % Barendrecht % Bergschenhoek % Berkel en Rodenrijs % Bernisse % Bleiswijk % Brielle % Krimpen aan den IJssel % Westvoorne % subtotaal categorie % Totaal Stadsregio Rotterdam % 27

28 28

29 Bijlage PROTOCOL Monitor Woningbouwafspraken stadsregio Rotterdam De stadsregio Rotterdam heeft op een aantal onderdelen van het woonbeleid haar beleidslijnen vastgelegd in concrete afspraken met verschillende partners. Onderdeel van de afspraken is de productie van woningen. Het gaat om de volgende documenten: Convenanten met gemeenten in het kader van het Regionaal Koop-, Huur-, Bouw- en Sloopscenario (RKHBS-scenario) Regionale prestatieafspraken met de Maaskoepel Convenant woningbouwafspraken met het rijk. In alle documenten zijn artikelen opgenomen over de monitoring van de afspraken. Zo is in artikel 7 van de convenanten met de gemeente nader omschreven welke gegevens de gemeenten jaarlijks moeten leveren. De concrete uitgangspunten voor monitoring zijn in het Dagelijks Bestuur van de stadsregio Rotterdam d.d. 29 juni 2005 vastgesteld. Om de gegevensverzameling ten behoeve van de Monitor Woningbouwafspraken tijdig en eenduidig te laten verlopen zijn in dit protocol de noodzakelijke werkafspraken vastgelegd. (1) Contactpersonen Elke gemeente in de stadsregio benoemt een contactpersoon die verantwoordelijk is voor de levering aan het Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) van gegevens, zoals hierna onder (2) wordt gespecificeerd. Elke partij geeft eventuele wijzigingen (contactpersoon, adres) per omgaande door aan het COS. Contactpersoon bij het COS is: Drs. W.H.M. van der Zanden (Wim) W.vd.Zanden@cos.rotterdam.nl tel: (2) Specificatie van de gegevensleverantie De gegevens moeten het mogelijk maken de monitoring van de woningbouwafspraken door middel van een jaarlijkse rapportage gestalte te geven. De monitor beperkt zich tot de behaalde productieresultaten zoals geformuleerd in artikel 7 van de gemeentelijke convenanten. Dat betekent dat de volgende gegevens worden opgenomen: Deel 1 aantal opgeleverde woningen in het voorafgaande kalenderjaar, met onderverdeling naar: a) aantal sociaal bereikbare huurwoningen totaal b) aantal sociaal bereikbare huurwoningen voor senioren c) voor welke woningen uit de twee bovengenoemde categorieën subsidie is ontvangen d) aantal sociale koopwoningen (in MGE) e) aantal woningen gebouwd op geoormerkte functieveranderingslocaties en waarvoor daartoe subsidie is ontvangen 29

30 f) aantal woningen gebouwd door particulieren in eigen beheer g) aantal toevoegingen anderszins Deel 2 De omvang en wijziging in het totaal van de sociaal bereikbare huurvoorraad door nieuwbouw, sloop en andere voorraadmaatregelen Deel 3 Aantal woningen waarvan in het kader van de gemeentelijke taakstelling sociale woningbouw a) de sloop is uitgesteld b) de verkoop is uitgesteld c) een structurele huurverlaging is toegepast, waardoor zij sociaal bereikbare huurwoningen zijn geworden Dit 3 e onderdeel geldt alleen voor de gemeenten, die hieromtrent afspraken hebben gemaakt. (3) Werkwijze Om de administratieve last bij de gemeenten tot een minimum te beperken wordt de volgende werkwijze gevolgd. We bespreken de werkwijze per onderdeel. Deel 1 Opgeleverde woningen Gemeenten melden zoals gebruikelijk hun gereedgekomen woningen maandelijks via een standaardprocedure bij het CBS (formulier W015). Het jaartotaal van deze gegevensstroom vormt de basis voor Deel 1 van de monitor. De volgende voor de monitor relevante onderwerpen zijn hierin opgenomen: aantal gereedgekomen woningen waarvan huurwoningen waarvan koopwoningen stichtingskostenklasse (hulpmiddel bij bepaling bereikbare huur) straatnaam, huisnummer en 6-positie postcode ter bepaling van locatiekenmerken (functieveranderingslocaties, vinex, bestaand stedelijk gebied) cbs-nummer, waarmee een relatie gelegd wordt met het formulier W011 (verleende bouwvergunningen). Daarmee wordt achterhaald of een woning is gebouwd door particulieren in eigen beheer. Bij het CBS wordt begin januari door het COS een database opgevraagd met daarin voor alle gemeenten de bovenstaande gegevens. Het COS maakt uit deze database voor elke gemeente een overzicht in Excel van de gereedgemelde woningen. Niet alle voor de monitor relevante gegevens zijn hierin al opgenomen. Deze moeten vervolgens door de gemeenten worden aangevuld in het Excel-bestand. Het gaat om de volgende aanvullingen: aantal huurwoningen met een bereikbare huur, overeenkomstig de aftoppingsgrenzen van de Huursubsidiewet waarvan behorend tot de categorie seniorenwoning voor welke woningen uit de twee bovengenoemde categorieën subsidie is ontvangen op basis van de Verordening Verstedelijking en Stedelijke Vernieuwing aantal sociale koopwoningen (in MGE) voor welke woningen subsidie is ontvangen in het kader van woningbouw op functieveranderingslocaties 30

31 Bijzondere aandacht moet worden gevraagd voor de gereedmeldingen uit de maand december. Aangezien gemeenten tot medio februari de tijd krijgen van het CBS om woningen uit december gereed te melden, is het niet mogelijk om begin januari een database op te vragen bij het CBS die de gereedmeldingen van het hele jaar bevat. Het bestand dat door het COS aan de gemeenten wordt geleverd zal dus niet compleet zijn. De ontbrekende gereedmeldingen zullen de gemeenten daarom zelf in het format moeten aanvullen. Deel 1 Toevoegingen anderszins In de monitor worden de toevoegingen anderszins als aparte categorie meegenomen in de productieoverzichten. We baseren ons daarbij op de meldingen aan het CBS via het zogenoemde W055-formulier (codes 33,34 en 36 betreffen toevoegingen). Hiervoor wordt dezelfde werkwijze gehanteerd als bij de gereedgemelde woningen: overzicht opvragen bij het CBS, aanvullen door de gemeenten. Deel 2 Omvang en wijziging van de sociaal bereikbare huurvoorraad Voor Deel 2 van de monitor wordt aansluiting gezocht bij de gegevensverzameling van Maaskoepel. Maaskoepel verzamelt jaarlijks in een database (het Palet) gegevens van de corporaties uit haar ledenbestand, met daarin onder meer opgenomen de huurprijs van woningen. De leden van Maaskoepel staan voor 98,7% van het regionale corporatiebezit, waarmee het Palet zeer bruikbaar is om de omvang van de sociale bereikbare huurvoorraad te volgen. De gegevensverzameling loopt weliswaar een jaar achter (eind 2005 is het Palet per gereed), maar het is de enige betrouwbare (want direct gevoed door de corporaties) en structureel (want jaarlijkse update) beschikbare bron. Maaskoepel levert derhalve voor de monitor: Het aantal sociale, bereikbare huurwoningen op per regiogemeente (bron: Palet 2004) Het aantal sociale, bereikbare huurwoningen op per regiogemeente (bron: Palet 2005) Hiermee wordt de omvang en de wijziging van de sociaal bereikbare voorrraad in beeld gebracht. Toevoeging van sociaal bereikbare huurwoningen door nieuwbouw volgt uit Deel 1, onttrekking ervan door sloop wordt herleid uit een koppeling van CBS-gegevens over onttrekkingen aan huurgegevens uit het Palet. Deel 3 Flankerende maatregelen sociaal bereikbare voorraad Dit deel van de monitor is alleen relevant voor gemeenten die mede door middel van flankerende maatregelen de taakstelling van de sociaal bereikbare huurvoorraad per zullen bereiken. Het betreft de gemeenten Capelle aan den IJssel, Ridderkerk, Spijkenisse en Bleiswijk. Van deze gemeenten wordt gevraagd op welke wijze de sociaal bereikbare huurvoorraad in het verslagjaar is veranderd door middel van flankerende maatregelen (uitstel sloop, uitstel verkoop, structurele huurverlaging). (4) Periodiciteit van de gegevensleverantie De gemeenten leveren uiterlijk 15 februari van elk jaar de onder (2) Deel 1 gespecificeerde gegevens voor de monitor. Informatie over Deel 3 wordt alleen geleverd door gemeenten die hierover concrete afspraken hebben gemaakt. Ook deze informatie wordt uiterlijk 15 februari geleverd. 31

MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden

MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM 2007 G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 24 april 2008 In opdracht van de stadsregio Rotterdam Centrum

Nadere informatie

MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden

MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden MONITOR WONINGBOUWAFSPRAKEN STADSREGIO ROTTERDAM 2006 G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 3 mei 2007 In opdracht van de stadsregio Rotterdam Centrum voor

Nadere informatie

Monitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam

Monitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam Monitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam Monitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) April 2012

Nadere informatie

Notitie 2012-04 > Verhuringen 2007-2012 > via Woonnet Rijnmond

Notitie 2012-04 > Verhuringen 2007-2012 > via Woonnet Rijnmond Notitie -04 > Verhuringen - > via Woonnet Rijnmond Datum 4 juli 2013 Voor Maaskoepel Door Explica Explica > Beukelsdijk 106a > 3022 DK Rotterdam www.explica.nl > e. info@explica.nl > t. 010 2236820 01

Nadere informatie

MONITOR WOONRUIMTEVERDELING STADSREGIO ROTTERDAM 2007 KWARTAAL

MONITOR WOONRUIMTEVERDELING STADSREGIO ROTTERDAM 2007 KWARTAAL . KANS VAN SLAGEN MONITOR WOONRUIMTEVERDELING STADSREGIO ROTTERDAM 2007 KWARTAAL 1 G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 7 september 2007 In opdracht van

Nadere informatie

MONITOR WOONRUIMTEVERDELING STADSREGIO ROTTERDAM 2007 KWARTAAL

MONITOR WOONRUIMTEVERDELING STADSREGIO ROTTERDAM 2007 KWARTAAL . KANS VAN SLAGEN MONITOR WOONRUIMTEVERDELING STADSREGIO ROTTERDAM 2007 KWARTAAL 3 G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 21 november 2007 In opdracht van

Nadere informatie

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2006

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2006 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2006 Begin 2009 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2006 van het CBS beschikbaar

Nadere informatie

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2010

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2010 Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2010 Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2010 G.H. van der Wilt Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 5 juli 2011 In opdracht van Maaskoepel

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 3833 / 15 Betreft

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. Nummer 3683 / 13 Betreft zaak: Com-Wonen

Nadere informatie

Monitor woningmarktpositie middeninkomens stadsregio Rotterdam

Monitor woningmarktpositie middeninkomens stadsregio Rotterdam Monitor woningmarktpositie middeninkomens stadsregio Rotterdam Monitor woningmarktpositie middeninkomens stadsregio Rotterdam G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2005

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2005 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 005 Begin 008 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 005 van het CBS beschikbaar

Nadere informatie

Huishoudens met inkomen naar belangrijkste bron

Huishoudens met inkomen naar belangrijkste bron INKOMENSBRONNEN ROTTERDAM EN REGIO 2002 In de zomer van 2005 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2002 van het CBS beschikbaar

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 5083 / 13 Betreft

Nadere informatie

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2014

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2014 rotterdam.nl/onderzoek Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2014 Onderzoek en Business Intelligence Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2014 G.H. van der Wilt Onderzoek en Business

Nadere informatie

WONEN EN LEREN VAN VOLWASSENEN IN DE REGIO REGIOVERKEER IN DE VOLWASSENENEDUCATIE

WONEN EN LEREN VAN VOLWASSENEN IN DE REGIO REGIOVERKEER IN DE VOLWASSENENEDUCATIE WONEN EN LEREN VAN VOLWASSENEN IN DE REGIO REGIOVERKEER IN DE VOLWASSENENEDUCATIE drs. J.M. Reijnen Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 27 januari 2005 In opdracht van de Dienst Stedelijk Onderwijs

Nadere informatie

INVENTARISATIE BEDRIJVENTERREINEN REGIO ROTTERDAM

INVENTARISATIE BEDRIJVENTERREINEN REGIO ROTTERDAM INVENTARISATIE BEDRIJVENTERREINEN REGIO ROTTERDAM G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart 2006 In opdracht van Stadsregio Rotterdam en Ontwikkelingsbedrijf

Nadere informatie

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2009

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2009 Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2009 Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2009 G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 18 mei

Nadere informatie

Ontwerp-voorbereidingsbesluit van Provinciale Staten. Provinciale Staten van Zuid-Holland,

Ontwerp-voorbereidingsbesluit van Provinciale Staten. Provinciale Staten van Zuid-Holland, Ontwerp-voorbereidingsbesluit van Provinciale Staten Provinciale Staten van Zuid-Holland, Overwegende dat het provinciaal woonbeleid, zoals neergelegd in de Visie Ruimte en Mobiliteit, tot doel heeft te

Nadere informatie

Feitenkaart. Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2012 (februari 2015, 2e druk)

Feitenkaart. Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2012 (februari 2015, 2e druk) Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2012 (februari 2015, 2e druk) Ed 2014 zijn de komensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2012 van

Nadere informatie

Geachte Voorzitter, Voorzitter van de Tweede Kamer. der Staten Generaal Interne postcode 270 Postbus EA Den Haag Telefoon

Geachte Voorzitter, Voorzitter van de Tweede Kamer. der Staten Generaal Interne postcode 270 Postbus EA Den Haag Telefoon Directoraat-Generaal Wonen Directie Strategie Kennisontwikkeling Rijnstraat 8 Postbus 30941 Voorzitter van de Tweede Kamer 2500 GX Den Haag der Staten Generaal Interne postcode 270 Postbus 20018 2500 EA

Nadere informatie

Bijlage bij brief Modernisering Huurbeleid

Bijlage bij brief Modernisering Huurbeleid Bijlage bij brief Modernisering Huurbeleid Inleiding Om inzicht te krijgen in de effecten van het beleid op segregatie, is het noodzakelijk de lokale situatie en de samenstelling van de voorraad in ogenschouw

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad van Schiedam

Aan de gemeenteraad van Schiedam gemeente Schiedam Aan de gemeenteraad van Schiedam Burgemeester en methoiiders Postbus 1501 3 100 EA SCHIEDAM Stadskantoor Stadsei-f 1 3 112 DZ SCHIEDAM T01021911 l1 F 010 246 53 51 W www.schiedam.nl UWKENMERK

Nadere informatie

Meer gedaan dan verwacht

Meer gedaan dan verwacht Meer gedaan dan verwacht 38.000 nieuwe woningen erbij in de stadsregio Rotterdam bouwen aan samenhang Meer gedaan dan verwacht 1 voorwoord In 2005 heeft de stadsregio Rotterdam met het Rijk en de regiogemeenten

Nadere informatie

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen AANDACHTSGROEPEN VOLKSHUISVESTINGSBELEID ROTTERDAM EN REGIO 2002 In de zomer van 2005 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2002

Nadere informatie

Omvang doelgroep en omvang kernvoorraad in 2008

Omvang doelgroep en omvang kernvoorraad in 2008 Omvang doelgroep en omvang kernvoorraad in 2008 Van: college van BenW Aan: commissie RF 1. Inleiding In de op 8 juli 2004 gesloten prestatieafspraken tussen de gemeente Helmond en de Helmondse corporaties

Nadere informatie

Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2015

Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2015 Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2015 Özcan Erdem 1, Ineke Mulder 2 1 Onderzoek en Business Intelligence (OBI), gemeente Rotterdam 2 Maaskoepel te Rotterdam Project: 5079 Oktober 2016 o.erdem@rotterdam.nl

Nadere informatie

Overeenkomst Woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2006

Overeenkomst Woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2006 CONCEPT Versie 8 juni 2006 Overeenkomst Woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2006 Overeenkomst, houdende afspraken inzake de verdeling van huurwoningen in de aan de stadsregio Rotterdam deelnemende

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Openbare versie Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nummer 6031 / 5 Betreft

Nadere informatie

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen

Ontwikkeling van de omvang van de aandachtsgroepen AANDACHTSGROEPEN VOLKSHUISVESTINGSBELEID ROTTERDAM EN REGIO 2004 (februari 2007, 2e druk) In februari 2007 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens

Nadere informatie

Vergelijking van de sociale huurwoning voorraad met de particuliere huurwoning voorraad

Vergelijking van de sociale huurwoning voorraad met de particuliere huurwoning voorraad Vergelijking van de sociale huurwoning voorraad met de particuliere huurwoning voorraad Inleiding Op 1 oktober 2012 is een meting van de nultredenwoningen binnen de sociale huurwoning voorraad, die in

Nadere informatie

Voortgangsrapportage woningbouwontwikkelingen 2014 en volgende jaren

Voortgangsrapportage woningbouwontwikkelingen 2014 en volgende jaren Voortgangsrapportage woningbouwontwikkelingen 2014 en volgende jaren Stand van zaken 2e halfjaar 2014 (peildatum: 1 november 2014) AFDELING: RO/FKR. VERSIE: NOVEMBER 2014 STATUS: OPENBAAR 1. INLEIDING

Nadere informatie

KANSEN OP DE SOCIALE HUURMARKT IN SCHIEDAM

KANSEN OP DE SOCIALE HUURMARKT IN SCHIEDAM KANSEN OP DE SOCIALE HUURMARKT IN SCHIEDAM 2005-2006 drs W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) april 2007 In opdracht van de gemeente Schiedam Centrum voor Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

WONINGBOUW- MONITOR

WONINGBOUW- MONITOR 216-397 WONINGBOUW- MONITOR September 216 1 Inleiding Bij het vaststellen van de Woonvisie in september 215 is besloten het urgentieprogramma nog 3 jaar door te zetten om de plannen tot uitvoering te brengen.

Nadere informatie

Ontwerp convenant woningmarktafspraken

Ontwerp convenant woningmarktafspraken Ontwerp convenant woningmarktafspraken De gemeente Maassluis, gelet op artikel 171 van de Gemeentewet en het ingevolge Boek 3 titel 3 van het Burgerlijk Wetboek verleende volmacht vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Wanneer heeft u een huisvestingsvergunning nodig?

Wanneer heeft u een huisvestingsvergunning nodig? Wanneer heeft u een huisvestingsvergunning nodig? Wilt u wonen in Rotterdam-Zuid, -West of -Centrum? Dan heeft u in bepaalde straten en wijken een huisvestingsvergunning nodig. Vanaf 1 juli 2006 gaat de

Nadere informatie

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2006 (april 2009, 2e, verbeterde druk)

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2006 (april 2009, 2e, verbeterde druk) Feitenkaart volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2006 (april 2009, 2e, verbeterde druk) Begin 2009 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens

Nadere informatie

Bijdrage gemeenten in ROC problematiek. B&A Consulting Peter van der Loos 20 oktober 2009

Bijdrage gemeenten in ROC problematiek. B&A Consulting Peter van der Loos 20 oktober 2009 Bijdrage gemeenten in ROC problematiek B&A Consulting Peter van der Loos 20 oktober 2009 Inhoudsopgave 1. Opdracht 2. Context 3. Relatie met eerdere onderzoeken 4. Opzet onderzoek 5. Resultaten 6. Conclusies

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Sociale Woningbouw en Nieuwbouw in Haarlem

Nota van B&W. Onderwerp Sociale Woningbouw en Nieuwbouw in Haarlem Nota van B&W Onderwerp Sociale Woningbouw en Nieuwbouw in Haarlem Portefeuille J. Nieuwenburg Auteur Het college van burgemeester en wethouders, Telefoon 3564 E-mail: c.krikke@haarlem.nl SO/Wonen Reg.nr.

Nadere informatie

Bedoeling is in juni 2016 een verzoek voor de vorming van een kernwerkgebied bij de minister in te dienen.

Bedoeling is in juni 2016 een verzoek voor de vorming van een kernwerkgebied bij de minister in te dienen. 2016-03- 03 Aan:. de raden van bestuur van de corporaties die actief zijn in de regio s Haaglanden, Midden-Holland en Rotterdam. de colleges van B&W van de gemeenten waar corporaties die actief zijn in

Nadere informatie

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2013

Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2013 rotterdam.nl/onderzoek Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2013 Onderzoek en Business Intelligence Monitor woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2013 G.H. van der Wilt Onderzoek en Business

Nadere informatie

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden Onderzoeksrapport Gemeente Den Haag / DSO / Programmamanagement, Strategie en Onderzoek Woningbezit SVH leden 01-01-2018 per gemeente in Haaglanden Rapportage Woningbezit SVH, 01-01-2018, per gemeente

Nadere informatie

Bestuursovereenkomst voor het Samenwerkingsverband Wonen Regio Rotterdam

Bestuursovereenkomst voor het Samenwerkingsverband Wonen Regio Rotterdam De publiekrechtelijke rechtspersoon de gemeente (NAAM) te dezen krachtens volmacht van de burgemeester (NAAM) rechtsgeldig vertegenwoordigd door de wethouder (PORTEFEUILLE EN NAAM) op grond van het besluit

Nadere informatie

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden Onderzoeksrapport Gemeente Den Haag / DSO / Programmamanagement, Strategie en Onderzoek Woningbezit SVH leden 01-01-2016 per gemeente in Haaglanden 30-05-2016 COLOFON Uitgave Gemeente Den Haag DSO / Programmamanagement,

Nadere informatie

Ruimtelijke Ordening, Stadsvernieuwing en Volkshuisvesting

Ruimtelijke Ordening, Stadsvernieuwing en Volkshuisvesting RIS091044_26-11-2001 Gemeente Den Haag Bestuursdienst Commissie Ruimtelijke Ordening, Stadsvernieuwing en Volkshuisvesting Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Uw brief van Aan de leden van de

Nadere informatie

Raadsfractie t.a.v. De heer S.Visser (PvdA) en de heer A.Bloem (SP)

Raadsfractie t.a.v. De heer S.Visser (PvdA) en de heer A.Bloem (SP) Gemeente Haarlem Haarlem Retouradres Postbus 511, 2003PB Haarlem Raadsfractie t.a.v. De heer S.Visser (PvdA) en de heer A.Bloem (SP) Datum Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer E-mail Onderwerp 25

Nadere informatie

Nr: Schipluiden: 18 november Aan de Raad

Nr: Schipluiden: 18 november Aan de Raad Nr: 2004-11-08 Schipluiden: 18 november 2004 Onderwerp: Notitie woningbouwprogrammering Midden-Delfland Aan de Raad Inleiding Voor u ligt de notitie woningbouwprogrammering waarin de uitgangspunten voor

Nadere informatie

De Stimuleringsregeling goedkope koopwoningen stand van zaken per 1 november 2009. 1. Inleiding. 2. Doel van de goedkope koop-regeling

De Stimuleringsregeling goedkope koopwoningen stand van zaken per 1 november 2009. 1. Inleiding. 2. Doel van de goedkope koop-regeling Provincie Noord-Brabant De Stimuleringsregeling goedkope koopwoningen stand van zaken per 1 november 2009 1. Inleiding Voor de voortgang en continuïteit in de woningbouwproductie is het van belang dat

Nadere informatie

Aan: Regiotafel Wonen, 20 juni 2018 Onderwerp: Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2017

Aan: Regiotafel Wonen, 20 juni 2018 Onderwerp: Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2017 Aan: Regiotafel Wonen, 20 juni 2018 Onderwerp: Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2017 Sinds juli 2015 geldt in elk van de 14 gemeenten in de regio een identieke verordening Woonruimtebemiddeling.

Nadere informatie

Concept verordening doelgroepen woningbouw Uithoorn 2019

Concept verordening doelgroepen woningbouw Uithoorn 2019 Concept verordening doelgroepen woningbouw Uithoorn 2019 Artikel 1 Definities In deze verordening wordt verstaan onder: a. Aanvangshuurprijs: de huurprijs bij de start van de huurovereenkomst; b. College:

Nadere informatie

Ons kenmerk ML40/13.0010618. Datum uw brief

Ons kenmerk ML40/13.0010618. Datum uw brief Ingekomen stuk D (PA 18 september 2013) Aan de gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 95 81 E-mail gemeente@nijmegen.nl Postbus 9105 6500 HG Nijmegen

Nadere informatie

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden Onderzoeksrapport Gemeente / DSO / Programmamanagement, Strategie en Onderzoek Woningbezit SVH leden 01-01-2017 per gemeente in Haaglanden 23-05-2017 2 COLOFON Uitgave Gemeente DSO / Programmamanagement,

Nadere informatie

Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2017

Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2017 rotterdam.nl/onderzoek Monitor woonruimtebemiddeling regio Rotterdam 2017 Onderzoek en Business Intelligence 1 Inhoudsopgave 1 Samenvatting en conclusies 3 2 Inleiding 7 2.1 Inleiding... 7 2.2 Woonruimteverdelingssysteem

Nadere informatie

Woningen, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Woningen, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving ( Indicator 19 december 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Op 1 januari 2012 waren er

Nadere informatie

Activiteiten Amsterdam

Activiteiten Amsterdam Activiteiten Amsterdam Woningbezit Zelfstandige huurwoningen naar woningtype 1.565 Eensgezinswoning 2.299 Galerijflat 14.856 Portiekflat 192 Beneden-/ bovenwoningen 18.911 Bovenstaand woningbezit in Amsterdam

Nadere informatie

Samenwerkingsverband Wonen Regio Rotterdam

Samenwerkingsverband Wonen Regio Rotterdam Samenwerkingsverband NOTITIE Notitie van: Betreft: Bestemd voor: Datum: Peter Groeneweg, adviseur weth. Versluijs Samenwerkingsovereenkomst met Maaskoepel 14 Colleges van B&W 21 juli 2015 Geachte leden

Nadere informatie

Monitor woonruimteverdeling Capelle aan den IJssel 2011

Monitor woonruimteverdeling Capelle aan den IJssel 2011 Monitor woonruimteverdeling Capelle aan den IJssel 2011 Monitor woonruimteverdeling Capelle aan den IJssel 2011 G.H. van der Wilt Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) oktober 2012 In opdracht van

Nadere informatie

15 Jaarbericht 2015 // Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties

15 Jaarbericht 2015 // Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties Jaarbericht 2015 15 Jaarbericht 2015 // Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties Amsterdam in cijfers 2015 Deze tabellen horen bij het Jaarbericht 2015 van de Federatie. De tabellen in dit jaarbericht

Nadere informatie

Samenwerkingsafspraken Enschede 2014-2015 Vanuit een gedeelde visie, onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid

Samenwerkingsafspraken Enschede 2014-2015 Vanuit een gedeelde visie, onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid Samenwerkingsafspraken Enschede 2014-2015 Vanuit een gedeelde visie, onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid Vastgesteld en ondertekend in het bestuurlijk overleg d.d. 26 november 2014 1 Jaarlijks terugkerend

Nadere informatie

Check Je Kamer Rapportage 2014

Check Je Kamer Rapportage 2014 Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden

Nadere informatie

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013 Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013 Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2013 Eind 2015 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau

Nadere informatie

Activiteiten Amsterdam

Activiteiten Amsterdam Activiteiten Woningbezit Zelfstandige huurwoningen naar woningtype = 1.570 2.328 15.018 236 19.152 Eengezinswoning Galerijflat Portiekflat Beneden-/ Totaal bovenwoning Bovenstaand woningbezit is exclusief

Nadere informatie

De schaal van de woningcorporaties in overeenstemming brengen met de schaal van de regionale woningmarkt.

De schaal van de woningcorporaties in overeenstemming brengen met de schaal van de regionale woningmarkt. COLLEGEVOORSTEL Onderwerp Besluit tot aanwijzing gebied regio s Haaglanden, Midden-Holland en Rotterdam als kernwerkgebied voor de woningcorporaties Te besluiten om 1. Kennis te nemen van de voorlopige

Nadere informatie

Agenda. Hebben de portefeuillehouders interesse in een presentatie door bureau Kassander?

Agenda. Hebben de portefeuillehouders interesse in een presentatie door bureau Kassander? Portefeuillehoudersoverleg Wonen 28 juni 2012 Agenda Plaats: Tijd: Maassluis, stadhuis, raadzaal 10.00 uur 12.30 uur 1. Opening en mededelingen 2. Verslag vorige portefeuillehoudersoverleg Wonen Bijgevoegd:

Nadere informatie

Wonen. Woningvoorraad. De buurt Nieuw Waldeck ligt in stadsdeel 1 Loosduinen en heeft inwoners.

Wonen. Woningvoorraad. De buurt Nieuw Waldeck ligt in stadsdeel 1 Loosduinen en heeft inwoners. Wonen De buurt Nieuw Waldeck ligt in stadsdeel 1 Loosduinen en heeft 7.055 inwoners. Woningvoorraad De gemeente telde op 1 januari 2011 237.789 woningen, Buurt: 40 Nieuw Waldeck telde op dat moment 3.232

Nadere informatie

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 (juni 2014, 3e druk)

Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 (juni 2014, 3e druk) Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 Feitenkaart en volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2011 (juni 2014, 3e druk) Eind 2013 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk

Nadere informatie

Heronderzoek naar de kwaliteit van Wmo-ondersteuning door zorgcentrum Sophora

Heronderzoek naar de kwaliteit van Wmo-ondersteuning door zorgcentrum Sophora Heronderzoek naar de kwaliteit van Wmo-ondersteuning door zorgcentrum Sophora naar aanleiding van het rapport van juli 2017 in het kader van proactief toezicht uitgevoerd door het toezicht Wmo Rotterdam-Rijnmond

Nadere informatie

MEMO. Indexeringsbrief gemeenschappelijke regelingen. Geacht college,

MEMO. Indexeringsbrief gemeenschappelijke regelingen. Geacht college, MEMO Aan De colleges van B&W van de gemeenten in de stadsregio Rotterdam-Rijnmond en op Goeree-Overflakkee Briefnummer 555193 Van J.A.C. Hecker, voorzitter financiële werkgroep gemeenschappelijke regelingen

Nadere informatie

Beleidsregel Besluit locatiegebonden subsidies 2005 voor de stedelijke regio Emmen

Beleidsregel Besluit locatiegebonden subsidies 2005 voor de stedelijke regio Emmen Beleidsregel Besluit locatiegebonden subsidies 2005 voor de stedelijke regio Emmen (geconsolideerde versie, geldend vanaf 13-12-2007 tot 21-6-2011) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële

Nadere informatie

QQ&A Regioakkoord Nieuwe Woningmarktafspraken

QQ&A Regioakkoord Nieuwe Woningmarktafspraken QQ&A Regioakkoord Nieuwe Woningmarktafspraken Regio Rotterdam 2018-2030 Kernboodschap De veertien gemeenten van het Samenwerkingsverband Wonen maken zich samen sterk om het aantal woningen in de regio

Nadere informatie

Tabellen en figuren Woningmarkt algemeen. Jaarbericht Jaarbericht 2016 // Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties

Tabellen en figuren Woningmarkt algemeen. Jaarbericht Jaarbericht 2016 // Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties Tabellen en figuren Jaarbericht 201 1 Jaarbericht 201 // Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties Amsterdam in cijfers 201 Deze tabellen en figuren horen bij het Jaarbericht 201 van de Federatie. De

Nadere informatie

Op 19 mei 2014 stelde u ons college schriftelijke vragen over de verkoop van huurwoningen door Vestia.

Op 19 mei 2014 stelde u ons college schriftelijke vragen over de verkoop van huurwoningen door Vestia. De heer P. Beeldman Westeinde 12 2841 BV MOORDRECHT ** verzenddatum 27 mei 2014 onderwerp uw kenmerk bijlage afdeling VROM behandeld door J.D. Lindeman telefoon 0180-639976 Geachte heer Beeldman, Op 19

Nadere informatie

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2009

Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2009 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2009 Ed 20 zijn de komensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2009 van het CBS beschikbaar gekomen.

Nadere informatie

VOORSTEL aan KAN-RAAD

VOORSTEL aan KAN-RAAD VOORSTEL aan KAN-RAAD 2004.209 Datum : 15 april 2004 Onderwerp : Voortgangsrapportage 2004 Samenvatting Uit de jaarlijkse voortgangsrapportage woningbouw blijkt dat de voortgang van de woningbouw in de

Nadere informatie

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2015

Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio 2015 Feitenkaart Aandachtsgroepen volkshuisvestingsbeleid Rotterdam en regio Begin 2018 zijn inkomensgegevens over uit het Integraal Inkomens- en Vermogensonderzoek (het voormalige Regionaal Inkomens Onderzoek)

Nadere informatie

Subsidieverordening voorziening laadpalen op eigen terrein

Subsidieverordening voorziening laadpalen op eigen terrein Subsidieverordening voorziening laadpalen op eigen terrein Het algemeen bestuur van de stadsregio Rotterdam, gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 7 november 2012; gelet op de gemeenschappelijke

Nadere informatie

Prestatieafspraken Gemeente IJsselstein / / Gemeente *7/ IJsselstein Providesv

Prestatieafspraken Gemeente IJsselstein / / Gemeente *7/ IJsselstein Providesv ^ Gemeente *7/ IJsselstein Providesv Gemeente IJsselstein / / Gemeente IJsselstein - Provides - HVIJ lad 1 van 1 Gemeente IJsselstein Provides Woningwet 2015 In de nieuwe Woningwet (per 1 juli 2015 ingegaan)

Nadere informatie

Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden

Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden Postadres Postbus 16200, 3500 CE Utrecht Telefoon 030-286 11 12 www.utrecht.nl /twitter @PaulusJansenSP Aan de leden van de commissie Stad en Ruimte Behandeld door B.J. Brijder Doorkiesnummer 030-28 64408

Nadere informatie

Gegevens over milieumeldingen per (deel)gemeenteb1

Gegevens over milieumeldingen per (deel)gemeenteb1 Gegevens over milieumeldingen per (deel)gemeenteb1 (Deel)gemeenten en aantal inwoners Lansingerland 47.927 Hoek van Holland 9.197 Overschie 15.916 Hillegersberg- Schiebroek 40.872 Prins Alexander 86.901

Nadere informatie

Woonvisie in t kort 10

Woonvisie in t kort 10 10 Woonvisie in t kort Utrecht is een aantrekkelijke stad om te wonen en te werken. Daarom is de druk op de woningmarkt groot. Deze druk zal de komende jaren blijven waardoor veel doelgroepen niet de woning

Nadere informatie

CONCEPT Verordening doelgroepen woningbouw Diemen 2019

CONCEPT Verordening doelgroepen woningbouw Diemen 2019 CONCEPT Verordening doelgroepen woningbouw Diemen 2019 Artikel 1 Definities In deze verordening wordt verstaan onder: a. Aanvangshuurprijs: de huurprijs bij de start van de huurovereenkomst; b. College:

Nadere informatie

VOORNEMEN TOT AANWIJZEN KERNWERKGEBIED HAAGLANDEN, ROTTERDAM, MIDDEN- HOLLAND

VOORNEMEN TOT AANWIJZEN KERNWERKGEBIED HAAGLANDEN, ROTTERDAM, MIDDEN- HOLLAND DSO/2016.270 RIS 292840 VOORNEMEN TOT AANWIJZEN KERNWERKGEBIED HAAGLANDEN, ROTTERDAM, MIDDEN- HOLLAND HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, Overwegende dat: - de Woningwet eisen stelt aan het werkgebied

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Commissie Stedelijke Ontwikkeling en Ruimtelijke ordening

Aan de voorzitter van de Commissie Stedelijke Ontwikkeling en Ruimtelijke ordening Wethouder van Bouwen en Wonen M. Norder Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Aan de voorzitter van de Commissie Stedelijke Ontwikkeling en Ruimtelijke ordening Uw brief van Uw

Nadere informatie

Notitie grondprijzen 2012

Notitie grondprijzen 2012 Notitie grondprijzen 2012 1 Samenvatting grondprijzen In onderstaande tabel zijn de prijzen voor het jaar 2012 samengevat. Ter vergelijking zijn de prijzen van 2011 opgenomen. De grondprijzen worden toegelicht

Nadere informatie

Bevolkingsprognose Lansingerland 2015

Bevolkingsprognose Lansingerland 2015 Bevolkingsprognose Lansingerland 2015 Auteur: Bart Waasdorp Afdeling: Team Planontwikkeling & RO Juridisch Versienummer: 1.0 Datum: 12 januari 2015 Corsanummer: T15.00406 Inleiding Lansingerland heeft

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland Postbus 90602 2509 LP 's Gravenhage. 12 december 2014 149996 Ate Stam 010 267 3610

College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland Postbus 90602 2509 LP 's Gravenhage. 12 december 2014 149996 Ate Stam 010 267 3610 STADSREGIO ROTTERDAM College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland Postbus 90602 2509 LP 's Gravenhage datum ons kenmerk steller telefoon uw kenmerk betreft 12 december 2014 149996 Ate

Nadere informatie

Eenheid Rotterdam. Reactietijden politie spoedmeldingen

Eenheid Rotterdam. Reactietijden politie spoedmeldingen Eenheid Rotterdam Reactietijden politie Eenheid Rotterdam Alblasserdam Albrandswaard Barendrecht Binnenmaas Brielle Capelle aan den IJssel Cromstrijen Dordrecht Giessenlanden Goeree-Overflakkee Gorinchem

Nadere informatie

Zelfstandig wonen: de mening van senioren en mantelzorgers uit de stadsregio Rotterdam

Zelfstandig wonen: de mening van senioren en mantelzorgers uit de stadsregio Rotterdam Zelfstandig wonen: de mening van senioren en mantelzorgers uit de stadsregio Rotterdam Inleiding Het Tympaan Instituut heeft in de zomer van 2013 verschillende groepen (potentiële) zorgvragers en mantelzorgers

Nadere informatie

Fiets in de metro. Martijn Epskamp. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart In opdracht van de Stadsregio

Fiets in de metro. Martijn Epskamp. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart In opdracht van de Stadsregio Fiets in de metro Fiets in de metro Martijn Epskamp Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart 2008 In opdracht van de Stadsregio Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: Martijn Epskamp

Nadere informatie

jaarbericht 2019 Amsterdam in cijfers Tabellen en figuren 2019 Woningmarkt algemeen

jaarbericht 2019 Amsterdam in cijfers Tabellen en figuren 2019 Woningmarkt algemeen jaarbericht 2019 Amsterdam in cijfers Tabellen en figuren 2019 Woningmarkt algemeen 18 amsterdamse federatie van woningcorporaties Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties 1 Amsterdam in cijfers 2019

Nadere informatie

UW BRIEF VAN DOORKIESNUMMER

UW BRIEF VAN DOORKIESNUMMER gemeente Schiedam Burgemeester en wethouders Postbus 5 3 EA SCHIEDAM Stadskantoor Stadserf 3 DZ SCHIEDAM T9 Aan de leden van de gemeenteraad p ^ ^ 59?g F 73 59 78 W www.schiedam.nl UW KENMERK ONS KENMERK

Nadere informatie

Doelgroepen TREND A variant

Doelgroepen TREND A variant Doelgroepen TREND A variant Kleidum Socrates 2013 Doelgroepen 3 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 1.1 Doelgroepen en Socrates... 5 1.2 Werkgebieden... 6 2 Doelgroepen en bereikbare voorraad... 7 2.1 Ontwikkeling

Nadere informatie

Woonruimteverdeling in Breda

Woonruimteverdeling in Breda RIGO Research en Advies BV De bewoonde omgeving www.rigo.nl EINDRAPPORT Woonruimteverdeling in Breda De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij RIGO Research en Advies. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden

Woningbezit SVH leden per gemeente in Haaglanden Onderzoeksrapport Gemeente Den Haag / DSO / Programmamanagement, Strategie en Onderzoek Woningbezit SVH leden 01-01-2016 per gemeente in Haaglanden 30-05-2016 COLOFON Uitgave Gemeente Den Haag DSO / Programmamanagement,

Nadere informatie

Wonen in Schildersbuurt

Wonen in Schildersbuurt Woningvoorraad Wonen in Schildersbuurt De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 31.639 inwoners. Woningvoorraad De gemeente telde op 1 januari 2016 252.508 woningen. Wijk: 29 Schildersbuurt

Nadere informatie

Lichte toename jaar en kinderen 0-14

Lichte toename jaar en kinderen 0-14 Tabel 1 Bevolking naar leeftijd 1.1.2013 leeftijd Sliedrecht 2010 Sliedrecht 2013 % 0-14 4424 4526 18,6 15-24 2937 2951 12,1 25-44 6369 6330 26,0 45-64 6174 6137 25,2 65-74 2162 2368 9,7 75 jaar e.o. 1987

Nadere informatie

Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2010

Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2010 Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2010 Ed 2012 zijn de komensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2010 van het CBS beschikbaar gekomen.

Nadere informatie

WoON bij Waterweg Wonen. Bas van Rosmalen, 5 maart 2015

WoON bij Waterweg Wonen. Bas van Rosmalen, 5 maart 2015 WoON bij Waterweg Wonen Bas van Rosmalen, 5 maart 2015 Waterweg Wonen Actief in Vlaardingen Grootstedelijk gebied Rotterdam Herstructureringsopgave conform Actieplan Wonen 56% is gebouwd in periode 1945-1969

Nadere informatie

Woonmonitor Drechtsteden 2010

Woonmonitor Drechtsteden 2010 2 Woonmonitor Drechtsteden 2010 Onderzoekcentrum Drechtsteden drs. J.M.A. Schalk juni 2010 Colofon Opdrachtgever Tekst Drukwerk Informatie GR Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Impuls Publiciteit,

Nadere informatie

Inhoud. amsterdam woon. inhoud

Inhoud. amsterdam woon. inhoud Afspraken over verkoop van sociale huurwoningen Sinds 1998 worden in Amsterdam sociale huurwoningen verkocht. Aanleiding was de sterk veranderde samenstelling en woningbehoefte van de Amsterdamse bevolking.

Nadere informatie