Checklist consult AF. Bestaand Atriumfibrilleren (AF)

Transcriptie

1 Checklist cnsult AF Bestaand Atriumfibrilleren (AF) Rep patiënt p vr spreekuur POH/verpleegkundige, maak een 12 leads-ecg (f tijdens het spreekuur een 1 lead ECG via de MyDiagnstick). Bepaal bij NOAC gebruik in ieder geval nierfunctie en bij digxine gebruik nierfunctie en kalium. Vr veel patiënten zal de cntrle tegelijkertijd met de jaarcntrle DM f CVRM wrden uitgeverd. Bepaal in dit geval k rutine lab vr het desbetreffende prtcl. Onderstaand schema wrdt gehanteerd vr de jaarlijkse cntrle, maar kan k gebruikt wrden vr tussentijdse cntrle. Instabiele patiënten met AF dienen dr de huisarts gecntrleerd te wrden. Bij cntrle van AF dr de POH/verpleegkundige is het uitgangspunt geen bijznderheden tenzij er bij cntrle afwijkingen wrden gevnden. Gebruik nderstaand schema bij de cntrle: Anamnese: 1: Vraag naar de aanwezigheid van de nderstaande klachten en/f ga na f er sprake is van een tename van klachten: aanwezig tename GHC indicatr - Palpitaties /hartklppingen - Pijn p de brst / angina pectris, f pijn klachten in kaak, rug f armen. - Krtademigheid, met name bij inspanning f liggen - Oedeem /pitting benen - Syncpe / cllaps / flauwvallen - Duizeligheid - Meheid - Nycturie 3007 POED LE Perifeer edeem Huidige situatie atriumfibrilleren: Symptmatische perides van atriumfibrilleren afgelpen peride: 1644 DETK KQ tekenen van hartfalen Nit Dagelijks Wekelijks Maandelijks Jaarlijks (< 1x/maand) Gemiddelde duur van een symptmatische peride atriumfibrilleren de afgelpen peride: Minuten Uren Dagen Uitlkkende factren 0 Ja 0 Nee Indien ja: Alchl / Drugs Schildklierlijden Operatie Infectie E621 (E nummer in veding)

2 Optineel: Classificering bij atriumfibrilleren EHRA I = geen symptmen EHRA II =milde symptmen (nrmale dagelijkse activiteiten wrden niet beïnvled) EHRA III = heftige symptmen (nrmale dagelijkse activiteiten wrden beïnvled) EHRA IV = nmgelijkheid tt uitver van dagelijkse activiteiten Overleg bij klachten passend bij Angina Pectris met de huisarts. Overleg bij tename dyspne met de huisarts (betekenis afhankelijk van cntext en cmrbiditeit). Lichamelijk nderzek: 2: Bleddruk RR GHC indicatr Gebruik geen autmatische bleddrukmeter 1744 RRSY KA Systlische bleddruk 1740 RRDI KA diastlische bleddruk Streefwaarden bleddruk: < 140/90 mmhg maar afhankelijk van cntext en c-mrbiditeit 3: Auscultatie hart Lngen bij tekenen van hartfalen GHC indicatr Ga na f er een suffle hrbaar is en ga na in het dssier van de patiënt f de suffle eerder is gehrd. Nteer datum laatste ech. Datum laatste ech: Suffle: ja / nee 2060 AUSC KH Auscultatie hart 2061 AFAU KH afwijking auscultatie hart Vr een gede berdeling van een suffle dient een echcardigram te wrden gemaakt. Een eerstelijns echcardigram met berdeling kan bij het ziekenhuis wrden aangevraagd via Zrgdmein (vergeding ziekenhuis en cardilg via GHC, geen eigen risic patiënt vr patiënt in ketenzrg AF). 4: ECG GHC indicatr Nteer type atriumfibrilleren O Eenmalig 3656 AFTY KH Type Atriumfibrilleren O Parxysmaal O Persistent O Permanent Nteer de hartfrequentie ECG (MyDiagnstick): 3320 ECGF KH ECG hartfrequentie Uitgangs-ECG f p indicatie: zijn er andere afwijkingen p het ECG en z ja, zijn ze nieuw f is er tename van de afwijking (vergelijk met een ud ECG f beschrijving van het ECG dr de cardilg) Streefwaarde hartfrequentie <110 slagen per minuut bij permanent AF. Laat ECG z ndig berdelen dr cardilg (cnsultatie en stuur ECG mee als PDF, vergeding cardilg via GHC, geen eigen risic patiënt). Behandeling:

3 5: Antistlling NOAC Nierfunctie (egfr) 1x per jaar GHC indicatr 1919 KREM O FB MDRD (egfr) 3583 KREC O FB CKD-EPI (egfr) CHADS-VASC scre (bereken ttaal scre) 3657 CHVA AZ CHADS-VASC scre hartfalen (1), hypertensie (1), leeftijd 75en uder jaar (2), DM (1), CVA/TIA (2), vaatlijden (1), leeftijd jr. (1), vruwelijk geslacht (1) Cntrleer juiste dsering NOAC Pas dsering NOAC z ndig aan bij verminderde nierfunctie (z..z.); Ga na f antistllingsbeleid gewijzigd dient te wrden [CHADSVASC scre: 0 = geen medicatie 1 = in verleg met patiënt (risic bleding/emblie is even grt) 2 f meer punten = ntstllen (acencumarl f eventueel NOAC, geen ascal)]. Classificaties: Angina pectris: CCS I = geen beperkingen in dagelijks functineren, AP klachten pas bij frse inspanningen/werk f sprt. CCS II = lichte beperking van nrmale activiteiten, AP klachten bij bijv. 2 trappen lpen. CCS III = duidelijke beperking dagelijkse inspanningen, AP klachten bij lpen van een enkele trap in nrmaal temp. CCS IV = AP klachten bij minimale inspanningen Hartfalen: NYHA I = krtademigheid alleen bij flinke inspanning, geen symptmen tijdens nrmale activiteiten. NYHA II = krtademigheid treedt p bij matige inspanning. NYHA III = krtademigheid treedt al p bij geringe inspanning. NYHA IV = krtademigheid in rust.

4 Overleg z ndig laagdrempelig met vakgrep cardilg van het ziekenhuis via cnsultatiefunctie VIPLive. Deelnemende ziekenhuizen: Martini Ziekenhuis Nij Smellinghe Drachten OZG Treant, Refaja UMCG Schema aanpassing dsering NOAC (Gebruikt patiënt ng de juiste dsering?) Dabigatran standaard dsering 2 dd 150 mg; dsis aanpassing 2 dd 110 mg bij Verapamil gebruik, f Leeftijd > 80 jaar, f egfr Rivarxaban standaard dsering 1 dd 20 mg; dsis aanpassing 1 dd 15 mg bij leeftijd > 80 jr, f egfr Apixaban standaard dsering 2 dd 5 mg bij 2 uit 3; dsis aanpassing 2 dd 2,5 mg bij 2 uit 3 Leeftijd > 80 jaar egfr < 30 Gewicht < 60 kg Cnsultatie (indicaties vr (tele)cnsultatie zijn): - Verzek berdeling ECG. - Bij persisterende klachten ndanks adequate ventrikelfrequentie. - Bij nvldende daling van de ventrikelfrequentie. - Bij een ventrikelfrequentie < 50/min znder frequentie verlagende medicatie. - Bij Parxysmaal atriumfibrilleren, wanneer de patiënt medicamenteuze behandeling ter preventie van aanvallen f vermindering van het aantal aanvallen wenst. Verwijscriteria huisarts - Bij een leeftijd jnger dan 65 jaar met een langer dan 48 uur bestaand atriumfibrilleren. Omdat atriumfibrilleren p jngere leeftijd zeldzaam is, is het zinvl met specialistisch nderzek te prberen een nderliggende aandening (zals een klepafwijking f cngenitale afwijking) aan te tnen f uit te sluiten. - Bij een ventrikelfrequentie < 50/min znder frequentieverlagende medicatie m te laten berdelen f een pacemaker geïndiceerd is. - Bij persisterende klachten ndanks adequate ventrikelfrequentie (mgelijke indicatie vr cardiversie f chirurgische interventie). - Bij nvldende daling van de ventrikelfrequentie dr digxine en bètablkker en (vermeden van) hartfalen. - Bij nvldende daling van de ventrikelfrequentie ndanks gebruik van twee frequentieverlagende middelen (mgelijke indicatie vr cardiversie f chirurgische interventie). - Bij vermeden van een hartklepafwijking en/f hartfalen (indicatie vr echdiagnstiek). - Bij aanwezigheid van het Wlff-Parkinsn-White-syndrm f wanneer in de familie van de patiënt pltse hartdd vrkmt. - Bij Parxysmaal atriumfibrilleren, wanneer de patiënt medicamenteuze behandeling ter preventie van aanvallen f vermindering van het aantal aanvallen wenst. Omdat cntra-indicaties vr het gebruik van antiaritmica meten wrden uitgeslten, stelt de huisarts deze behandeling niet zelf in. - Bij AF-patiënten met een pacemaker

5 Terugverwijscriteria cardilg - Alle patiënten met eenmalig f Parxysmaal atriumfibrilleren die stabiel zijn ingesteld. - Indien reeds 1 jaar stabiel bij geaccepteerd atriumfibrilleren, znder veel bijkmende prblematiek (geen hartfalen NYHA 3 f 4, geen ablatie in afgelpen jaar). - Indien reeds 1 jaar stabiel bij sinusritme (znder tussenliggende elektrische en f chemische cardiversies, geen ablatie in afgelpen jaar). Patiënten die flecainide, stall f amidarne gebruiken blijven nder behandeling van de cardilg. - Geen neurlgische cmplicaties (TIA/ icva/ bleding) in het afgelpen jaar.