1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen

Vergelijkbare documenten
WI1708TH Analyse 2. College 5 24 november Challenge the future

OF (vermits y = dy. dx ) P (x, y) dy + Q(x, y) dx = 0

Hoofdstuk 1: Inleiding

1 Eigenwaarden en eigenvectoren

Hoofdstuk 3: Tweede orde lineaire differentiaalvergelijkingen

Lineaire gewone & partiele 1ste en 2de orde differentiaalvergelijkingen

Lineaire dv van orde 2 met constante coefficienten

Wiskunde: Voortgezette Analyse

Tentamenopgaven over hfdst. 1 t/m 4

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft:

34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN

ENKELE VOORBEELDEN UIT TE WERKEN MET ICT

Wiskundige Technieken

Types differentiaal vergelijkingen

Differentiaalvergelijkingen

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen

Differentiaalvergelijkingen Technische Universiteit Delft

Technische Universiteit Delft. ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW2030 Vrijdag 30 januari 2015,

Functies van één veranderlijke

11.3. Inhomogene randwaardeproblemen. We beschouwen eerst inhomogene Sturm- Liouville randwaardeproblemen van de vorm :

Notatie Voor een functie y = y(t) schrijven we. Definitie Een differentiaalvergelijking is een vergelijking van de vorm

Aanvullingen van de Wiskunde / Partiële Differentiaalvergelijkingen

Complexe e-macht en complexe polynomen

Wiskundige Technieken

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle.

Aanvullingen van de Wiskunde

2. Hoelang moet de tweede faze duren om de hoeveelheid zout in de tank op het einde van de eerste faze, op de helft terug te brengen?

Het vinden van een particuliere oplossing

n 2 + 2n + 4 3n 2 n + 4n n + 2n + 12 n=1

Hoofdstuk 5: Machtreeksoplossingen van tweede orde lineaire differentiaalvergelijkingen

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen

5.8. De Bessel differentiaalvergelijking. Een differentiaalvergelijking van de vorm

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 1 NWI-NP003B 4 januari 2013,

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Differentiaalvergelijkingen Technische Universiteit Delft

Aanvullingen van de Wiskunde

4051CALC1Y Calculus 1

In dit college bekijken we een aantal technieken om integralen te bepalen van trigonometrische functies en van rationale functies.

Integratietechnieken: substitutie en partiële integratie

3. Bepaal de convergentie-eigenschappen (absoluut convergent, voorwaardelijk convergent, divergent) van de volgende reeksen: n=1. ( 1) n (n + 1)x 2n.

TW2040: Complexe Functietheorie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Differentiaalvergelijkingen

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of

ax + 2 dx con- vergent? n ln(n) ln(ln(n)), n=3 (d) y(x) = e 1 2 x2 e 1 2 t2 +t dt + 2

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Tentamen Gewone Differentiaal Vergelijkingen II

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Notities Analyse II. Daan Pape 2e bach informatica Ugent. 6 januari 2013

Hoofdstuk 7: Stelsels eerste orde lineaire differentiaalvergelijkingen

TENTAMEN ANALYSE 1. dinsdag 3 april 2007,

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Lineaire algebra I (wiskundigen)

Hoofdstuk 11: Randwaardeproblemen en Sturm-Liouville theorie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

Vectorruimten en deelruimten

Lineaire Afbeelding Stelsels differentiaalvergelijkingen. 6 juni 2006

Lineaire Algebra voor ST

x 1 (t) = ve rt = (a + ib) e (λ+iµ)t = (a + ib) e λt (cos µt + i sin µt) x 2 (t) = ve rt = e λt (a cos µt b sin µt) ie λt (a sin µt + b cos µt).

Lineaire Algebra voor ST

Lineaire differentiaalvergelijkingen met constante coëfficienten

5 Lineaire differentiaalvergelijkingen

Analyse I. 2. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville.

Oefenopgaven Grondslagen van de Wiskunde A

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 12 januari 2010

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking Tentamen Calculus, 2DM10, maandag 22 januari 2007

Technische Universiteit Delft Uitwerking Tentamen Analyse 3, WI 2601 Maandag 11 januari 2010,

Vrije Universiteit Brussel Analyse I WPO Academiejaar Prof. Dr. E. Colebunders, Dr. An Gerlo, Dr. G. Sonck

Ruimtemeetkunde deel 1

Uitgewerkte oefeningen

Differentiaalvergelijkingen voor WbMT. wi2051wbmt. Dr. Roelof Koekoek

4051CALC1Y Calculus 1

WI1708TH Analyse 3. College 2 12 februari Challenge the future

Examen Wiskundige Analyse I 1ste bach ir wet. dinsdag 5 januari Vraag 1.1. Waar of vals (1pt) Het beginvoorwaardenprobleem

HERTENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen

OPLOSSINGEN PROEFEXAMEN LINEAIRE ALGEBRA donderdag 18 november 2010

Combinatoriek groep 2

Analyse, Deel III Samenvatting Martijn Boussé

Examenvragen Hogere Wiskunde I

(2) Bepaal de absolute waarde van (1 + i) 10 + ( x x 1 = 1. (4) Bepaal lim

Examenvragen Wiskundige Analyse I, 1ste examenperiode

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER

Complexe getallen: oefeningen

Lineaire Algebra voor W 2Y650

Complexe eigenwaarden

Lineaire Algebra voor W 2Y650

Opgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban

V.4 Eigenschappen van continue functies

n 2 + 3n + 6 4n 3 3 n + 8n n + 3n + 16 n=1 Indien convergent, bepaal dan ook de waarde van de reeks.

Tentamen Functies en Reeksen

Aanvullingen bij Hoofdstuk 8

Polynomen. + 5x + 5 \ 3 x 1 = S(x) 2x x. 3x x 3x 2 + 2

H19: Differentiaalvergelijkingen van eerste orde

Eigenwaarden en eigenvectoren in R n

WI1708TH Analyse 3. College 5 23 februari Challenge the future

Wiskundige Analyse II

Transcriptie:

1 WAAM - Differentiaalvergelijkingen 1.1 Algemene begrippen Een (gewone) differentiaalvergelijking heeft naast de onafhankelijke veranderlijke (bijvoorbeeld genoteerd als x), eveneens een onbekende functie f (van x) en afgeleide functies f, f,..., f (n) (naar x). In de praktijk noteert men bv. y i.p.v. f: F (x, y, y,... y (n) ) = 0 Hierbij kunnen één of meerdere van de letters x, y, y,... y (n 1) in de vergelijking ontbreken. Als y (n) optreedt en geen afgeleide van hogere orde, dan spreken we van een differentiaalvergelijking van de n de orde. We spreken over een lineaire differentiaalvergelijking van de n e orde als de differentiaalvergelijking de volgende vorm heeft: a n (x)y (n) + a n 1 (x)y (n 1) + + a 1 (x)y + a 0 (x)y = q(x), met a i, i = 0,..., n en q, functies van x. Als q(x) de nulfunctie is, dan zeggen we dat de lineaire differentiaalvergelijking homogeen of gereduceerd is. 1.2 Oplossen van een differentiaalvergelijking Bij het oplossen van een differentiaalvergelijking van de n de orde sporen we alle functies f : x f(x) op die continu zijn over een interval I, minstens n maal afleidbaar zijn en waarvoor F (x, f(x), f (x),... f (n) (x)) = 0, x I. Als f een algemene oplossing van een differentiaalvergelijking van n de -orde is, dan hangt f af van x en van n onafhankelijke arbitraire constanten. Deze algemene oplossing (A.O.) is een familie van oplossingen met evenveel arbitraire constanten als de orde van de differentiaalvergelijking. Een particuliere oplossing (P.O.) van een differentiaalvergelijking is één oplossing zonder arbitraire constanten, dit is één exemplaar uit de A.O. Sommige differentiaalvergelijkingen hebben singuliere oplossingen (S.O.). Dit zijn oplossingen die niet als particuliere oplossingen uit de algemene oplossing af te leiden zijn. Als er n beginvoorwaarden zijn, dan zijn er n arbitraire constanten te bepalen. De algemene oplossing wordt dan herleid tot een unieke oplossing van de differentiaalvergelijking onder gegeven beginvoorwaarden. 1.3 Differentiaalvergelijkingen van eerste orde 1.3.1 Algemeen Een lineaire differentiaalvergelijking van de eerste orde op een interval I heeft de volgende vorm y + a 0 (x)y = q(x) (1) 1

met a 0 en q continue functies op I. We noemen deze differentiaalvergelijking homogeen als ze de volgende vorm heeft, y + a 0 (x)y = 0. (2) We noemen (2) de met (1) geassocieerde homogene vergelijking. Eigenschap Stel dat P een primitieve functie is van a 0 op I. Dan wordt de A.O. van de homogene lineaire differentiaalvergelijking van de eerste orde (2) gegeven door de functies y(x) = Ce P (x), met C R. Hierbij is P (x) = a 0 (x)dx. Eigenschap y is een oplossing van (1) als en slecht als y van de vorm y = y h + y p is, met y h een oplossing van de geassocieerde homogene vergelijking en y p een vaste, maar willekeurig gekozen oplossing van (1) die we een particuliere oplossing noemen. De algemene oplossing van (1) is dus te schrijven als y h + y p 1.3.2 Bepalen van een particuliere oplossing Variatie van de constanten Bepaal de algemene oplossing Cu(x) van de geassocieerde homogene vergelijking, met u(x) een basisoplossing. Vervang C door een functie v 1 (x) en bepaal deze functie zodanig dat y p = v 1 (x)u(x) een particuliere oplossing van (1) oplevert. Hierbij is v 1(x) = q(x) u(x). Onbepaalde coëfficiënten We hebben dat y + a 0 (x)y = q(x), met q(x) van de vorm q(x) = s(x)e rx (3) q(x) = s(x)e αx cos βx (4) q(x) = s(x)e αx sin βx, (5) 2

waarbij s(x) een veelterm is en r, α, β R. Bij deze methode bepalen we om te beginnen y h. Vervolgens bepalen we y p dat van de vorm y p (x) = S(x)e rx is, met q(x) van de vorm (3), of y p (x) = e αx (S(x) cos βx + T (x) sin βx) met q(x) van de vorm (4) of (5). Hierbij zijn S(x) en T (x) van dezelfde graad als s(x). Om verder te gaan, controleren we eerst of y p (x) een oplossing is van de geassocieerde homogene vergelijking of als een term in y p (x) een oplossing is van deze vergelijking. Als dit niet het geval is dan is y p van de vorm zoals hierboven, als dit wel het geval is dan komt er een factor x k bij. Ofwel is dan y p (x) = x k S(x)e rx, ofwel is y p (x) = x k e αx (S(x) cos βx + T (x) sin βx). Scheidbare vergelijkingen Een differentiaalvergelijking van eerste orde op I is scheidbaar indien ze in de vorm y = g(x)h(y) kan gebracht worden, met g : I R een continue functie en H een continue functie van y die nergens de waarde nul aanneemt. Deze differentiaalvergelijking wordt opgelost als volgt. Vervolgens leiden we hieruit y(x) af. 1 H(y) dy = g(x)dx Bernoulli differentiaalvergelijkingen Een Bernoulli differentiaalvergelijking is een eerste orde differentiaalvergelijking van de vorm dy dx + a 0(x)y = q(x)y n, met a 0 en q continue functies op een interval I en n N. De oplossingsmethode bestaat er in om de volgende substitutie uit te voeren u = y 1 n Op deze manier wordt de Bernoulli differentiaalvergelijking omgezet in een lineaire differentiaalvergelijking die kan opgelost worden met voorgaande technieken. Superpositieprincipe Indien de functie q(x) een som is van functies q(x) = q 1 (x) + q 2 (x) + + q n (x) 3

en indien voor elk van de differentiaalvergelijkingen y + a 0 (x)y = q i (x) (1 i n) een particuliere oplossing y pi gekend is, dan telt men al deze particuliere oplossingen op. Zo bekomt men een particuliere oplossing y p = y p1 + y p2 + + y pn van de differentiaalvergelijking y + a 0 (x)y = q(x). 1.4 Differentiaalvergelijkingen van tweede orde 1.4.1 Algemeen Een lineaire differentiaalvergelijking van de tweede orde op een interval I is een vergelijking van de vorm a 2 (x)y + a 1 (x)y + a 0 (x)y = q(x) (6) met a 2, a 1, a 0 en q continue en begrensde functies op I en a 2 verschillend van de nulfunctie. We noemen deze differentiaalvergelijking homogeen als ze de volgende vorm heeft, a 2 (x)y + a 1 (x)y + a 0 (x)y = 0. (7) We noemen (7) de met (6) geassocieerde homogene vergelijking. Eigenschap Indien u en v twee oplossingen zijn van (7), dan is voor willekeurige constanten c 1 en c 2 de functie y = c 1 u + c 2 v ook een oplossing van (7). Eigenschap De algemene oplossing van (6) is te schrijven als y h + y p, met y h een oplossing van de geassocieerde homogene vergelijking en y p een vaste, maar willekeurig gekozen oplossing van (6) (particuliere oplossing). Als a 2 (x) = 0 voor minstens 1 x I, dan heeft de differentiaalvergelijking (6) singuliere punten. Hier zullen we veronderstellen dat a 2 (x) 0, x I. Zo brengen we deze differentiaalvergelijking in standaardvorm door te delen door a 2 (x), De geassocieerde homogene vergelijking is dan, y + a 1 (x)y + a 0 (x)y = q(x). (8) y + a 1 (x)y + a 0 (x)y = 0. (9) 4

Definitie We noemen twee functies u en v van I naar R lineair afhankelijk indien een van beide functies een scalair veelvoud is van de andere functie: of ( k R)( x I)(v(x) = ku(x)) ( k R)( x I)(u(x) = kv(x)) We noemen twee functies u en v van I naar R lineair onafhankelijk indien ze niet lineair afhankelijk zijn. Definitie Als u en v twee differentieerbare functies zijn van I naar R, dan wordt de wronskiaan van u en v gedefinieerd als de functie ( ) u(x) v(x) W u,v : I R : x det u (x) v (x) Met andere woorden W u,v (x) = u(x)v (x) v(x)u (x). Eigenschap Stel dat u en v twee differentieerbare functies zijn van I naar R. Dan gelden: 1. indien u en v lineair afhankelijk zijn, dan is W u,v (x) = 0, x I. Dus als W u,v (x) 0, x I, dan zijn u en v lineair onafhankelijk. 2. indien W u,v (x) = 0, x I en indien u of v nergens op I de waarde 0 aanneemt, dan zijn u en v lineair afhankelijk. 1.4.2 Lineaire differentiaalvergelijkingen met constante coëfficiënten Een lineaire differentiaalvergelijking van tweede orde met constante coëfficiënten is een vergelijking van de vorm ay + by + cy = q(x), (10) met a, b, c reële getallen en a 0 en met q een continue en begrensde functie op I. De geassocieeerde homogene vergelijking is ay + by + cy = 0 (11) De algemene oplossing van vergelijking (10) kan geschreven worden als y = c 1 u + c 2 v + y p indien u en v twee basisoplossingen zijn van de geassocieerde homogene vergelijking (11) en indien y p een particuliere oplossing is van (10). 5

Lemma Een exponentiële functie e r x, met r R is een oplossing op R van de differentiaalvergelijking (11) enkel en alleen als r voldoet aan Dit noemen we de karakteristieke vergelijking van (11). ar 2 + br + c = 0. (12) Stelling We beschouwen de homogene tweede orde lineaire differentiaalvergelijking met constante coëfficiënten (11) en de karakteristieke vergelijking (12). 1. Indien b 2 4ac > 0, dan vormen de functies u en v gedefinieerd door u(x) = e r 1x en v(x) = e r 2x met r 1 = b + b 2 4ac 2a twee basisoplossingen van (11). en r 2 = b b 2 4ac 2a 2. Indien b 2 4ac = 0, dan vormen de functies u en v gedefinieerd door u(x) = e rx en v(x) = xe rx met twee basisoplossingen van (11). r = b 2a 3. Indien b 2 4ac < 0, dan vormen de functies u en v gedefinieerd door u(x) = e αx cos βx en v(x) = e αx sin βx met α = b 2a en β = twee basisoplossingen van (11). 4ac b 2 2a 1.4.3 Bepalen van een particuliere oplossing Variatie van de constanten Stel dat u en v basisoplossingen zijn van de geassocieerde homogene vergelijking (11). We stellen y p = v 1 u + v 2 v, waarbij v 1 en v 2 voldoen aan { uv 1 + vv 2 = 0 u v 1 + v v 2 = q(x) a 6

Onbepaalde coëfficiënten We hebben dat met q(x) van de vorm ay + by + cy = q(x), q(x) = s(x)e rx (13) q(x) = s(x)e αx cos βx (14) q(x) = s(x)e αx sin βx, (15) waarbij s(x) een veelterm is en r, α, β R. Bij deze methode bepalen we om te beginnen y h. Vervolgens bepalen we y p dat van de vorm y p (x) = S(x)e rx is, met q(x) van de vorm (13), of y p (x) = e αx (S(x) cos βx + T (x) sin βx) met q(x) van de vorm (14) of (15). Hierbij zijn S(x) en T (x) van dezelfde graad als s(x). Om verder te gaan controleren we eerst of y p (x) een oplossing is van de geassocieerde homogene vergelijking of als een term in y p (x) een oplossing is van deze vergelijking. Als dit niet het geval is dan is y p van de vorm zoals hierboven, als dit wel het geval is dan komt er een factor x k bij. Ofwel is dan y p (x) = x k S(x)e rx, ofwel is y p (x) = x k e αx (S(x) cos βx + T (x) sin βx). Hierbij is k de multipliciteit van r als wortel van de karakteristieke vergelijking. Superpositieprincipe Het superpositieprincipe dat we behandelden bij lineaire differentiaalvergelijkingen van eerste orde, blijft ook van toepassing bij differentiaalvergelijkingen van tweede (en hogere) orde. Indien de functie q(x) een som is van functies q(x) = q 1 (x) + q 2 (x) + + q n (x) en indien voor elk van de differentiaalvergelijkingen a 2 (x)y + a 1 (x)y + a 0 (x)y = q i (x) (1 i n) een particuliere oplossing y pi gekend is, dan telt men al deze particuliere oplossingen op. Zo bekomt men een particuliere oplossing y p = y p1 + y p2 + + y pn van de differentiaalvergelijking a 2 (x)y + a 1 (x)y + a 0 (x)y = q(x). 7

1.4.4 Cauchy-Eulervergelijkingen Een Cauchy-Eulervergelijking is een homogene differentiaalvergelijking van de tweede orde van de vorm ax 2 y + bxy + cy = 0, (x > 0) met a, b, c R. De oplossingsmethode bestaat er in de substitutie x = e t of t = ln x door te voeren. Daarbij definiëren we de functie Y = y exp : R R, met Y (t) = y(e t ). We vinden dat een differentieerbare functie y voldoet aan de Cauchy-Eulervergelijking enkel en alleen als de functie Y gedefinieerd door Y (t) = y(e t ) voldoet aan de vergelijking a d2 Y dt 2 + (b a)dy dt + cy (t) = 0. 1.5 Differentiaalvergelijkingen van hogere orde Een lineaire differentiaalvergelijking van de n de orde is een vergelijking van de vorm y (n) + a n 1 (x)y (n 1) + + a 1 (x)y + a 0 (x)y = q(x), (16) met a i, i = 0,..., n 1 en q, functies van x die continu en begrensd zijn op I. Als q(x) = 0, x I, dan hebben we een homogene vergelijking van orde n. functies a i constante functies zijn op I, dan herleidt (16) zicht tot de vorm Als de y (n) + a n 1 y (n 1) + + a 1 y + a 0 y = q(x), (17) met a i R, i = 0,..., n 1. Dit is een lineaire differentiaalvergelijking van orde n met constante coëfficiënten. Een algemene oplossing is van de vorm y = y h + y p Om y h te bepalen kijken we naar de karakteristieke vergelijking r n +a n 1 r n 1 + +a 1 r + a 0 = 0. De basisoplossingen zijn van de vorm x k e rx voor de reële oplossingen r van de karakteristieke vergelijking en van de vormen x k e αx cos βx en x k e αx sin βx voor de complexe oplossingen α ± iβ van de karakteristieke vergelijking. Om y p te bepalen bekijken we enkel de methode van de onbepaalde coëfficiënten. 8