Rapport van het hertoetsbezoek op 18 februari 2015 aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam

Transcriptie

1 Rapport van het hertoetsbezoek op 8 februari 5 aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam Utrecht mei 5 V385

2 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 Inhoud Inleiding Aanleiding en belang Doelstelling Methode Toetsingskader Beschrijving locatie... 4 Conclusies Overzicht van de resultaten eerdere bezoek Resultaten eerdere bezoeken toonden onvoldoende verbetering Verbeterkracht op bijna alle onderwerpen: meer rust en stabiliteit op de afdelingen Smaragd en Plantage Voorwaarden voor verantwoorde nagenoeg op orde: nu borgen Investeren in kennis van cliënten met dementie Conclusie Resultaten inspectiebezoek Sturen op kwaliteit en veiligheid Cliëntdossier Deskundigheid en inzet personeel Medicatieveiligheid Vrijheidsbeperking... Bijlage Geraadpleegde documenten... 3 Bijlage Overzicht wetten, veldnormen, circulaire en rapporten... 4 Pagina van 4

3 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 Inleiding Op 8 februari 5 bracht de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie) een aangekondigd bezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker (hierna EDD) te Amsterdam. Tijdens eerdere bezoeken op oktober 3 en 7 augustus 4 constateerde de inspectie dat een aantal normen niet nageleefd werd op deze locatie. Het bezoek van 7 augustus 4 richtte zich met name op de psychogeriatrische units Plantage en Smaragd, aangezien de inspectie daarover meldingen had ontvangen. De normen waaraan EDD wel voldeed tijdens de eerdere bezoeken, zijn niet opnieuw beoordeeld. De rapportage van de eerdere bezoeken kan niet los worden gezien van de rapportage van dit aangekondigde hertoetsbezoek. De inspectie heeft dit bezoek een dag vooraf aangekondigd om cliëntvertegenwoordigers te kunnen spreken. Dit was tijdens het voorgaande bezoek niet gelukt. In dit rapport wordt eerst het kader uiteengezet waarin de inspectie het bezoek bracht. Vervolgens worden in de volgende hoofdstukken achtereenvolgens beschreven de conclusie, de handhaving (met daarin de te nemen maatregelen) en de resultaten.. Aanleiding en belang De inspectie heeft als doel de risico s op gezondheidsschade bij cliënten te beperken door naleving te bevorderen van wet- en regelgeving, (beroeps)normen en richtlijnen en standaarden bij ondertoezichtstaanden. De inspectie kiest prioriteiten op basis van mogelijke risico s op gezondheidsschade voor de cliënt. Hierbij gaat extra aandacht uit naar kwetsbare groepen. In dit kader verricht de inspectie binnen de langdurige zorg een groot aantal aangekondigde- en onaangekondigde bezoeken. De inspectie heeft op 4 december 4 een resultaatsverslag ontvangen van EDD waarin per norm was aangegeven: - Welke maatregelen genomen zijn om aan de norm te voldoen en hoe monitoring plaats vond. Het resultaatverslag liet niet zien: - Of binnen de gestelde termijn was voldaan aan de norm. - Wat de uitkomst van de monitoring was per 4 december 4.. Doelstelling Doel van het inspectiebezoek aan EDD was te beoordelen in hoeverre EDD na de verbeteracties voldoet aan relevante wet- en regelgeving, (beroeps)normen, richtlijnen en standaarden die risico s op gezondheidsschade voor de cliënt beperken..3 Methode De inspectie gebruikte een bezoekinstrument waarin de te toetsen onderwerpen en de normen zijn vastgelegd. De volgende onderwerpen zijn op onderdelen opnieuw getoetst: Sturen op kwaliteit en veiligheid. Cliëntdossier. Deskundigheid en inzet personeel. Medicatieveiligheid. Vrijheidsbeperking. De normen zijn gebaseerd op relevante wet en regelgeving, (beroeps)normen, richtlijnen en standaarden (zie volgende paragraaf). Pagina 3 van 4

4 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 Om tot een oordeel te komen heeft de inspectie: Gesprekken gevoerd met uitvoerend medewerkers en het management(team). Gesprekken gevoerd met cliëntvertegenwoordigers van de afdeling Smaragd en van de cliëntenraad. Cliëntdossiers ingezien. Documenten ingezien, genoemd in bijlage. Een rondgang gemaakt door de afdelingen Plantage en Smaragd..4 Toetsingskader De normen die de inspectie toetste zijn gebaseerd op de wet- en regelgeving en de daarvan afgeleide veldnormen van de koepelorganisatie en brancheverenigingen en aan zorgvuldigheidsnormen van de inspectie zelf (zie bijlage )..5 Beschrijving locatie EDD is een verzorgings- en verpleeghuis van Evean in Amsterdam-Noord. Evean maakt onderdeel uit van zorgconcern Espria. EDD biedt verzorging, verpleging, behandeling en activiteiten aan ongeveer 3 bewoners. EDD biedt tevens dagbehandeling aan mensen met dementie, psychiatrische cliënten en CVAcliënten. EDD heeft een humanistische grondslag. De psychogeriatrische afdelingen (voor ouderen met dementie of geheugenstoornissen) bieden plaats aan bewoners en zijn verdeeld over kleinschalige units. De verblijfsafdeling voor jong jonge mensen met dementie heeft plaatsen. De somatische verpleeghuiszorg (voor ouderen met lichamelijke klachten) bieden 6 plaatsen voor langdurige zorg en 3 plaatsen voor revalidatiezorg. De verzorgingshuiszorg heeft 43 plaatsen. De kortdurende opname voor cliënten met een acute, complexe zorgvraag heeft 4 plaatsen. De dagbesteding voor (jonge)mensen met dementie, psychiatrische cliënten en cliënten na een beroerte (CVA) heeft 7 plaatsen. Dit inspectiebezoek heeft zich tijdens dit bezoek voornamelijk gericht op de Bopz-afdelingen Plantage en Smaragd. De afgelopen jaren zijn er veel wisselingen geweest in de aansturing van deze locatie. Tijdens het bezoek in augustus 4 trof de inspectie een pas aangestelde (verander)manager aan. Er was geen locatiemanager meer. De (verander)manager gaf rechtstreeks leiding aan de vier afdelingshoofden, die op hun beurt de zorgcoördinatoren aanstuurden. Deze laatste hadden geen lijnverantwoordelijkheid. De (verander)manager had tevens de opdracht om een analyse te maken van de huidige structuur binnen het EDD en advies uit te brengen voor een nieuwe organisatiestructuur. In de periode tussen augustus 4 en februari 5 zijn de eerste stappen gezet in de richting van een nieuwe organisatiestructuur. Dit betekent dat EDD een locatiemanager krijgt en acht/negen teamleiders met lijnbevoegdheid. De functie van zorgcoördinator vervalt. Cliënten krijgen een eerst verantwoordelijk verzorgende (EVV er) als eerste contactpersoon. De (verander)manager heeft deze lijn al deels in gang gezet door onder andere als teamleider voor de afdelingen Samard en Plantage op te treden. Het officiële advies voor deze herstructurering ligt bij de directie van Evean. Binnen EDD had de (verander)manager de mogelijkheid om alvast te experimenteren en de eerste stappen naar de nieuwe structuur te zetten. De structuur beoogt korte lijnen, duidelijke verantwoordelijkheden en een hanteerbare span of control. Pagina 4 van 4

5 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 Conclusies Dit hoofdstuk start met een schematisch overzicht van de bevindingen van het eerdere bezoek. Daarna volgt een pagraaf met een terugblik op het eerdere bezoek en een paragraaf over het huidige bezoek. In de afsluitende paragraaf geeft de inspectie haar conclusie.. Overzicht van de resultaten eerdere bezoek Figuur Overzicht resultaten bezoek oktober 3 Thema's Voldoet Sturen op kwaliteit en veiligheid: 6 normen 5 Cliëntdossier: normen 3 7 Deskundigheid en inzet van personeel: normen Medicatieveiligheid: normen 7 Vrijheidsbeperking: normen 6 3 Mondzorg: normen 7 Aantal normen Figuur Resultaten hertoetsbezoek 7 augustus 4 Sturen op kwaliteit en veiligheid: 6 normen Thema's 3 Voldoet 3 Cliëntdossier: 9 normen 5 Deskundigheid en inzet van personeel: normen 5 5 Medicatieveiligheid: normen 7 Vrijheidsbeperking: normen 7 Mondzorg: normen 9 Aantal normen Pagina 5 van 4

6 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5. Resultaten eerdere bezoeken toonden onvoldoende verbetering De bezoeken van oktober 3 en 7 augustus 4 lieten onvoldoende verbetering zien op de onderwerpen dossiervorming, de kwalitatieve- en kwantitatieve inzet van medewerkers en zorgvuldige inzet van vrijheidsbeperkende maatregelen. Methodisch werken (plan-do-check-act) bleek een zwakke schakel. Er werden plannen gemaakt en ingevoerd, zonder vooraf voldoende de consequenties en risico s in te schatten. Voorbeeld hiervan was de vernieuwde aansturing van deze locatie, waarbij taken en verantwoordelijkheden onduidelijk waren. Ook voor de implementatie van het elektronisch cliëntdossier waren niet de juiste voorwaarden georganiseerd. Figuur 3 Overzicht resultaten bezoek 8 februari 5 Thema's Voldoet Sturen op kwaliteit en veiligheid: 6 normen 3 Cliëntdossier: 9 normen 7 Deskundigheid en inzet van personeel: normen 4 6 Medicatieveiligheid: normen 8 Vrijheidsbeperking: normen 9 Aantal normen.3 Verbeterkracht op bijna alle onderwerpen: meer rust en stabiliteit op de afdelingen Smaragd en Plantage De inspectie constateerde dat op alle thema s vooruitgang was geboekt. Belangrijker echter was de stabiliteit en rust op de afdelingen Smaragd en Plantage. De (verander)manager investeerde veel in gesprekken met medewerkers en cliëntvertegenwoordigers. Deze voelden zich gehoord door de (verander)manager, die tevens de tijdelijke leiding over deze teams overgenomen heeft. Beide teams hebben meer formatie gekregen van vaste medewerkers. Het grote aantal invalkrachten is terug gebracht naar twee vaste flexwerkers. Zieke medewerkers hebben passende werkzaamheden gekregen, waardoor andere collega s ontlast werden. Alle gesprekspartners gaven aan de extra inzet van de activiteitenbegeleidster op de afdeling als een grote aanwinst te zien. De inspectie constateert dat de veranderingen op de bezochte afdelingen goed zichtbaar waren en er een positieve trend in beweging gezet was. Zowel medewerkers als cliëntvertegenwoordigers spraken hierover hun waardering uit naar de inspectie..3. Voorwaarden voor verantwoorde nagenoeg op orde: nu borgen Op alle onderzochte thema s zag de inspectie vooruitgang. Dit betrof ook de normen die nog niet voldoen. Hier ontbrak het echter nog aan borging. Dit gold bijvoorbeeld voor de verbetermaatregelen van de MIC-commissie, het methodisch werken met Pagina 6 van 4

7 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 het cliëntdossier en de verbinding tussen de dossiers van de disciplines met het cliëntdossier van de zorg. De cliëntdossiers zagen er overzichtelijk uit, medewerkers waren getraind om hiermee goed te kunnen werken en in extra ondersteuning was voorzien. Het bewustzijn en het belang van methodisch werken was aanwezig, maar werd in de praktijk nog niet altijd nageleefd. Er ontbraken gegevens in het dossier, waardoor de relatie tussen probleem, actie en rapportage niet direct duidelijk was. Medewerkers wisten dit mondeling goed aan te vullen. Door de stabiliteit in de teams was de voorwaarde aanwezig om gezamenlijk te bouwen aan nog betere zorg voor de clienten. Medewerkers gaven aan dat ze blij waren met de nieuwe roosters en de meer ontspannen sfeer op de afdeling. Hierdoor kwamen zij meer dan voorheen toe aan het nakomen van afspraken..3. Investeren in kennis van cliënten met dementie Gedurende het bezoek kreeg de inspectie van meerdere gesprekspartners signalen dat de kennis omtrent de doelgroep soms nog te wensen over liet. De informatie in cliëntdossier over probleemanalyses was bijvoorbeeld niet altijd compleet en de werking van omgangsadviezen werd niet aantoonbaar geëvalueerd en bijgesteld. Er waren incidenten op de afdeling geweest, die mogelijk te maken hadden met te laat signaleren en/of handelingsverlegenheid. De inspectie constateerde dat er de afgelopen maanden prioriteit is gegeven aan scholingen voor risicovolle en voorbehouden handelingen en vaardigheidstrainingen voor dossiervoering. In het opleidingsplan 5 is een training dementie opgenomen. Een geïntegreerde aanpak van training met de omgangsoverleggen met de psycholoog in de praktijk kan er mogelijk voor zorgen dat de cliënten beter in beeld komen en de zorg nog meer op maat geleverd kan worden..4 Conclusie EDD voldoet niet aan alle normen. De inspectie heeft het vertrouwen in het management van EDD dat de positieve ontwikkelingen doorgezet worden en dat binnen afzienbare tijd aan de normen voldaan wordt. De inspectie volgt de ontwikkelingen en resultaten van EDD via gesprekken met de bestuurder van Espria. Pagina 7 van 4

8 Voldoet Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 3 Resultaten inspectiebezoek Dit hoofdstuk start met een overzicht per thema van de scores op de normen. De inspectie geeft in dit hoofdstuk in principe alleen een toelichting als niet aan de norm is voldaan. Niet van toepassing wordt gescoord als de situatie waarop de norm van toepassing is, in deze locatie of binnen het team nooit voorkomt. betekent dat de situatie waarop de norm van toepassing is, op de locatie wel voorkomt, maar niet aan de orde is geweest tijdens het bezoek. De nummering van de normen is niet altijd opeenvolgend. Dit komt omdat de normen uit een groter normenbestand komen en niet alle normen uit dit bestand worden getoetst. De inspectie beoordeelde tijdens dit bezoek de normen die tijdens het eerste bezoek voldoet niet scoorden en een aantal normen die tijdens het eerste bezoek niet beoordeeld zijn. 3. Sturen op kwaliteit en veiligheid. De zorgaanbieder verzamelt op structurele wijze kwaliteitsinformatie en gebruikt dit voor kwaliteitsverbetering.. (bijna) Fouten worden systematisch en structureel gemeld, verzameld, geanalyseerd en gebruikt voor verbeteracties..3 De zorgaanbieder heeft een klachtenregeling conform de wet en maakt deze bekend bij de cliënt en/of zijn vertegenwoordiger..4 De zorgaanbieder regelt cliëntenmedezeggenschap..5 De zorgaanbieder heeft in- en exclusiecriteria voor cliënten..8 De zorgaanbieder zorgt er voor dat zinvolle dagbesteding in voldoende mate aanwezig is. Toelichting per norm waaraan niet wordt voldaan:. Bij de MIC-meldingen ontbrak het nog aan de borging van de MICprocedure. In december 4 is een nieuwe procedure vastgesteld, waarin systematische analyseren, terugkoppelen en verbeteren opgenomen zijn. In deze worden worden artsen en para-medici betrokken bij de analyse en bespreking van de incidenten. De procedure was pas geïmplementeerd. Borging is de volgende stap en was nog niet aantoonbaar. Pagina 8 van 4

9 Voldoet Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 3. Cliëntdossier. Iedere cliënt heeft een zorg-/ondersteuningsplan.. De cliënt en/of cliëntvertegenwoordiger is aantoonbaar betrokken bij het opstellen van en heeft aantoonbaar ingestemd met het zorg-/ondersteuningsplan..3 De wensen, behoeften, mogelijkheden en beperkingen van de cliënt zijn de basis voor de zorg-/ ondersteuningsdoelen..4 Risico's voor de cliënt zijn geïnventariseerd door de zorgverleners en de zorg en ondersteuning zijn hierop gebaseerd..5 De in het zorg-/ondersteuningsplan beschreven zorg-/ ondersteuningsproblemen, de doelen, acties, rapportage en evaluaties zijn congruent met elkaar..6 In het cliëntdossier is informatie van betrokken disciplines op een afgesproken plaats terug te vinden..7 In het cliëntdossier is de dagelijkse rapportage opgenomen..9 In het zorg-/ondersteuningsplan is vastgelegd welke disciplines met welke verantwoordelijkheden zijn betrokken bij de verschillende onderdelen van de zorgverlening.. De cliënt of de cliëntvertegenwoordiger is betrokken bij de periodieke evaluatie van het zorg-/ ondersteuningsplan. Opmerking: Alle dossiers waren omgezet in elektronisch cliëntdossiers (ECD). Er was, alleen voor nood, nog een geprinte versie van het ECD aanwezig met daarin de meest relevante gegevens van de cliënt. Medewerkers waren allemaal getraind, de verbinding was sneller en de ondersteuning bij vragen was georganiseerd. Artsen hadden nog een eigen cliëntdossier. In juni 5 wordt dit gekoppeld aan het zorgdossier. Toelichting per norm waaraan niet wordt voldaan:.5 De rapportage en de zorg-/ondersteuningsdoelen en acties hingen nog onvoldoende logisch met elkaar samen. Medewerkers waren wel bewuster van het belang om methodisch te werken. In de verslaglegging was dit echter niet altijd terug te vinden. De inspectie miste veelal de rapportages van artsen en psychologen in de dossiers, waardoor opvolging van acties niet aantoonbaar was. Medewerkers bespraken wekelijks met de psycholoog Pagina 9 van 4

10 Voldoet Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 in een omgangsoverleg de cliënten. Zij legden de afspraken hieruit niet vast Uit de verslaglegging in de dossiers werd eveneens niet duidelijk of de omgangsadviezen geholpen hadden. Tenslotte waren verslagen van de multidisciplinaire overleggen zeer summier en niet altijd herleidbaar naar de problemen in het zorgleefplan. 3.3 Deskundigheid en inzet personeel 3. Medewerkers werken cliëntgericht. 3. Medewerkers kennen de impact van hun bejegening op het gedrag van de cliënt. 3.3 Medewerkers hebben voldoende kennis van en vaardigheden voor de doelgroep van cliënten. 3.4 Medewerkers werken op een verantwoorde manier met relevante richtlijnen, protocollen en/of werkinstructies. 3.5 Alleen bevoegde en bekwame medewerkers voeren voorbehouden en risicovolle handelingen uit. 3.6 Medewerkers krijgen de benodigde scholing om verantwoord te kunnen werken met de doelgroep en de zorgproblematiek van de cliënten. 3.7 De zorgaanbieder zet op de juiste momenten voldoende deskundige medewerkers in ter uitvoering van de dagelijkse zorg. 3.8 De zorgaanbieder regelt dat vakinhoudelijk specialisten in voldoende mate beschikbaar zijn. 3.9 De zorgaanbieder verzamelt, analyseert en onderneemt zo nodig acties met betrekking tot belangrijke contextuele factoren van inzet van personeel. 3. Medewerkers en management kennen de grenzen van de verantwoordelijkheden en bevoegdheden en schakelen tijdig vakinhoudelijke specialisten in. 3. Medewerkers werken volgens relevante gedragscodes. (gedrags-, meld)codes. Toelichting per norm waaraan niet wordt voldaan: 3.3 Medewerkers kenden niet of onvoldoende de zorg- en ondersteuningsproblematiek waarmee de cliënten te maken hadden. Uit de gesprekken met medewerkers en cliëntvertegenwoordigers kwam naar Pagina van 4

11 Voldoet Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari Medicatieveiligheid voren, dat medewerkers nog regelmatig handelingsverlegen waren bij de cliënten met onbegrepen gedrag. Het signalerend vermogen van medewerkers schoot tekort, met soms incidenten tot gevolg. Niet alle medewerkers hadden voldoende kennis van dementie en/of voldoende kennis van de cliënt om escalaties te kunnen voorkomen. Zie ook.5 en De arts en de apotheker verrichten jaarlijks een medicatiebeoordeling voor alle cliënten. 4. De medicatie wordt alleen gemalen met schriftelijke instemming per geneesmiddel van de arts of apotheker. 4.3 De zorgaanbieder bepaalt in dialoog met de cliënt of de medicatie geheel of gedeeltelijk in eigen beheer wordt gegeven en legt de gemaakte afspraken daarover vast in het zorg-/ondersteuningsplan. 4.4 De procedure rondom uitzetten, toedienen en registreren is beschreven in een procedure farmaceutische zorg. 4.5 Medewerkers die hulp bieden bij de medicatie beschikken over een actueel medicatieoverzicht en toedienlijst van de apotheker. 4.6 Medewerkers signaleren werking en bijwerking van het toegediende geneesmiddel. 4.7 Niet GDS medicatie wordt door een tweede bekwaam persoon gecontroleerd, of er is een afspraak met de apotheek dat het geen risicovolle medicatie betreft voor deze cliënt. 4.8 De medewerker past door de apotheek uitgezette medicatie alleen aan op aantoonbaar voorschrift van de arts. 4.9 De medewerker parafeert de toegediende of aangereikte medicatie op (door de apotheek verstrekte) toedienlijst. 4. Er is geborgd beleid rondom de omvang, identiteit en opslag van de voorraad geneesmiddelen. Pagina van 4

12 Voldoet Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari Vrijheidsbeperking 5. De zorgaanbieder beschrijft visie en beleid over preventie, besluitvorming en uitvoering van vrijheidsbeperkende maatregelen. 5. Voorafgaand aan de vrijheidsbeperkende maatregel(en) is een (probleem)analyse verricht van het gedrag van de cliënt. 5.3 Voorafgaand aan de inzet van de psychofarmaca vindt een psychosociale- of gedragsinterventie plaats. 5.4 In dialoog met cliënt vindt multidisciplinaire besluitvorming plaats over de vrijheidsbeperkende maatregel(en). 5.5 Een arts of een gedragskundige is verantwoordelijk voor het besluit om over te gaan tot de vrijheidsbeperkende maatregel(en). 5.6 De cliënt en/of cliëntvertegenwoordiger geeft toestemming voor de vrijheidsbeperkende maatregel(en). 5.7 Alle vrijheidsbeperkende maatregelen zijn opgenomen in het cliëntdossier. 5.8 Medewerkers passen vrijheidsbeperkende maatregel(en) zorgvuldig toe. 5.9 De zorgaanbieder zorgt voor toetsing van besluitvorming en uitvoering, door een niet bij de behandeling betrokken deskundige, als fixatie met onrustband, afzonderen in een daarvoor bestemde ruimte of separatie worden toegepast. 5. De zorgaanbieder heeft werkinstructies (protocollen) over het toepassen van alle vrijheidsbeperkende maatregelen. 5. De zorgaanbieder heeft een registratie van vrijheidsbeperkende maatregelen op locatie- of teamniveau. Toelichting per norm waaraan niet wordt voldaan: 5. Uit de (probleem)analyse komt niet naar voren wat het gevaar is als de vrijheidsbeperkende maatregel(en) niet wordt/worden toegepast. Er zaten Bopz-zorgplannen in de zorgdossiers. Deze waren soms meer dan twee jaar oud en zeer summier ingevuld. Uit de probleemanalyse kon niet in alle gevallen worden afgeleid wat de reden voor de vrijheidsbeperkende maatregel was. De medewerkers wisten dit vaak wel te benoemen. Uit de analyse bleek ook onvoldoende dat de vrijheidsbeperkende maatregel(en) en subsidiariteit, proportionaliteit en doelmatigheid bekeken zijn. In de praktijk is daar volgens de gesprekspartners wel aandacht voor. In de dossiers is dit niet aantoonbaar. 5.9 De toetsing van besluitvorming en uitvoering door de Bopz-arts was niet aantoonbaar in het ECD. Pagina van 4

13 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 Bijlage Geraadpleegde documenten De onderstaande documenten zijn door de inspectie gebruikt bij het uitvoeren van het inspectiebezoek en het opstellen van dit rapport. De inspectie heeft de documenten niet in totaliteit beoordeeld, maar op specifieke onderwerpen doorgenomen. Activiteitenjaarprogramma 5 EED en activiteitenweekprogramma Plantage en Smaragd. MIC-cie trimesterverslag d.d. 9 februari 5 MIC-locatie afspraken EDD, 9--4 In- en exclusiecriteria voor zorg met verblijf bij Evean, 4--5, concept Scholingsactiviteiten met betrekking tot het cliëntdossier, 4 Overzicht FTE s zorgmedewerkers met hun niveau en FTE behandelaars voor de afdeling Smaragd en Plantage Ziekteverzuimpercentage 4 en personeelsverloop en inzet invalkrachten van het afgelopen jaar voor de afdeling Smaragd en Plantage Scholingsbeleid 4 en 5 en aangeboden scholingen in 4 met aantal deelnemers Bevoegd- en bekwaamheidsregistratie BIG-handelingen van alle medewerkers die deze handelingen verrichten Gedragscode en regels EEDD, september Farmaceutisch zorgproces EEDD, Pagina 3 van 4

14 Rapport van het inspectiebezoek aan Evean Eduard Douwes Dekker te Amsterdam op 8 februari 5 Bijlage Overzicht wetten, veldnormen, circulaire en rapporten Wetgeving: Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ). Kwaliteitswet zorginstellingen. Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG). Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO): Wijzigingswet Burgerlijk Wetboek. Wet klachtrecht cliënten zorgsector (WKCZ). Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (WMCZ). Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz). Besluit klachtenbehandeling Bopz. Besluit rechtspositieregelen Bopz. Besluit middelen en maatregelen Bopz. Besluit patiëntendossier Bopz. Besluit vaststelling van de minimumeisen voor de (verplichte) meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Besluit zorgplanbespreking AWBZ-zorg. Veldnormen: Beleidsdocument veilig melden, KNMG, 7. Handreiking werkvoorraad geneesmiddelen, Actiz, GGZ Nederland, VGN,. Handreiking Veilige principes in de medicatieketen, ActiZ, KNMP, NVZA, Verenso, BTN, LHV, LOC, NHG, NPCF, V&VN,. Intentieverklaring Zorg voor Vrijheid, samen naar minder vrijheidsbeperking, CG-raad, LOC-LPR, Platform VG, NIP-NVO, NVAVG, NVVA, Sting, V&VN, ActiZ, VGN en IGZ, 8. Klachtenrichtlijn gezondheidszorg versie 3., KNMG, 5. Kwaliteitsdocument 3 Verpleging, Verzorging en Zorg Thuis. Landelijke instructie voor Toediening Gereedmaken van medicatie in verpleeg- en verzorgingshuizen, V&VN, 8. Nationale beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden, 7. Richtlijn Overdracht van medicatiegegevens in de keten, ActiZ, GGZ Ned., IGZ, KNMG, KNMP, LEVV, LHV, NFU, NHG, NICTIZ, NPCF, NVVA, NVZ, NVZA, Orde, V&VN, VWS,ZN, FNT, NMT en VGN, 8. RIVM Hygiënerichtlijnen voor verpleeghuizen en woonzorgcentra,. Richtlijn Probleemgedrag, Verenso, 6. Risicovolle medicatie in verband met dubbele controle, KNMG, 3 Van incident naar fundament, Movisie, 5. Circulaires en rapporten: Bulletin Het mag niet, het mag nooit: seksuele intimidatie door hulpverleners in de gezondheidszorg, IGZ, augustus 4. Cultuuromslag terugdringen vrijheidsbeperking bij kwetsbare groepen in langdurige zorg volop gaande, duidelijke ambities voor nodig, IGZ, december. De dagelijkse bezetting en kwaliteit van zorg in instellingen voor langdurige zorg, Nivel,. Extra inspanning noodzakelijk voor terugdringen vrijheidsbeperking in langdurige zorg, IGZ,. Medicatieveiligheid flink verbeterd in herbeoordeelde instellingen langdurige zorg en zorg thuis, IGZ,. Richtinggevend kader vrijheidsbeperking, VWS, 6 maart 8. Verantwoord richtlijngebruik in de gehandicaptensector, NIVEL,. Pagina 4 van 4