Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Damloop 2014

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Damloop 2014"

Transcriptie

1 ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP 2014 Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Damloop 2014 Het langetermijneffect op de leefstijl door deelname aan de Dam tot Damloop Mayla Limpens

2 Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Damloop 2014 Het langetermijneffect op de leefstijl door deelname aan de Dam tot Damloop Auteur Mayla Limpens Studentnummer Opleiding HBO Sport en Bewegen (Leefstijl en Gezondheid) Cohort 2011/2012 Opdrachtgever Marije Baart de la Faille-Deutekom Stage instelling Lectoraat Kracht van Sport (HVA) SLB-er Enieke Nijhuis Datum 1 juni 2015 MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

3 Samenvatting Aanleiding De organisatie van de Dam tot Damloop, Le Champion, heeft in 2013 en 2014 onderzoek laten doen door het lectoraat Kracht van Sport naar de verschillende aspecten van de leefstijl onder de deelnemers van de Dam tot Damloop. Vanuit deze organisaties is er een vraag gekomen naar onderzoek op langer termijn. Hiervoor is er gekeken naar de volgende leefstijlaspecten; alcoholconsumptie, rookgedrag, hardloopgedrag en stellingen over de gezondheid. Doelstelling Het doel van het onderzoek is om meer inzicht te krijgen in het langetermijneffect op de leefstijl van hardlopers die hebben deelgenomen aan de Dam tot Damloop Uit eerder onderzoek blijkt dat men daadwerkelijk permanent verandert in gedrag na het vasthouden van het nieuwe gedrag voor een periode van zes maanden. Om na te gaan of deelnemers van de Dam tot Damloop 2014 óók hun positief veranderde gedrag vasthouden, zijn de deelnemers zes maanden na de Dam tot Damloop weer ondervraagd. Daarnaast is er een secundaire vraag gesteld, waarbij onderzoek is gedaan naar het wel en niet gebruik van een app. Er is gekeken naar het effect op de leefstijl op langer termijn in combinatie met het gebruik van een app. Methode Bij het kwantitatief longitudinaal onderzoek zijn de deelnemers uit de voormeting van september 2014 zes maanden later in april 2015 weer uitgenodigd. Hiervan hebben er netto respondenten aan dit vervolg onderzoek deelgenomen. Er is gekeken naar de verschillen op drie meetmomenten de: voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop van Als standaardisatie check is er gebruik gemaakt van beschrijvende statistiek om te kijken naar de gemiddelde verschillen tussen de drie meetmomenten. Wanneer er sprake is van een verschil is er gebruik gemaakt van een variantieanalyse, de Factorial Mixed ANOVA toets om te kijken of het meetmoment van invloed is op de variabele. Daarnaast is er ook gebruik gemaakt van de gepaarde t-toets voor de stellingen over de gezondheid. Voor de vergelijkingen tussen app gebruikers is er gebruik gemaakt van de chi-kwadraattoets. Resultaten Uit de resultaten is gebleken dat er een significant hoofdeffect is voor het meetmoment op het alcoholgebruik (p <.001), rookgedrag (p <.001) en hardloopgedrag (p <.001). Bij alle stellingen over de gezondheid is er een significant verschil gevonden in het meetmoment voor en zes maanden na het evenement. Een voorbeeld is Ik eet gezond met een significantie van p <.001. Bij app gebruikers is te zien dat het alcoholgebruik sterker verlaagd is dan de niet app gebruikers, daarbij is een positieve significantie gevonden van p <.001. Voor het rookgedrag is deze sterker verlaagd bij de niet app gebruikers dan bij de wel app gebruikers(p <.001). Het gemiddelde aantal kilometers hardlopen per week is sterker verhoogd bij de niet app gebruikers (p <.001). Bij de voormeting zijn de app gebruikers zijn positiever bij de stellingen over de gezondheid dan niet app gebruikers. Bij de nameting is er geen sprake van significant verschil en zijn bij drie van de vier gezondheidstellingen de niet app gebruikers positiever dan de wel app gebruikers. Conclusie Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat mensen zes maanden na de Dam tot Damloop 2014 een stabiele en positieve gedragsverandering vertonen. Bij onderzoek naar de app gebruikers en de leefstijl zijn er geen eenduidige resultaten naar voren gekomen. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

4 Inhoud Samenvatting 1. Inleiding Methode Onderzoeksopzet Onderzoekspopulatie Procedure Meetinstrumenten Data-analyse en interpretatie Resultaten Karakteristieken deelnemers Verandering in leefstijl Alcohol gebruik Rookgedrag Hardloopgedrag Ervaring gezondheid Ik eet gezonder De kans is groot dat ik op lange termijn blijf sporten Ik heb een goed gevoel over mijzelf Het gebruik van een app Gebruik van een app en de leefstijl Discussie en conclusie Aanbeveling...25 Literatuur...26 Bijlage A Vragenlijst Bijlage B Vragenlijst Bijlage C Tabellen leefstijl...47 Bijlage D Tabellen stellingen...48 MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

5 1. Inleiding De sport hardlopen wordt door steeds meer mensen beoefend. Het is een sport die gemakkelijk en ongebonden is (van Bottenburg & Hover, 2009). In 2012 waren er ruim 1.9 miljoen hardlopers in Nederland actief (Veiligheid.nl, 2014). De populariteit is terug te zien in het aantal hardloopevenementen dat in Nederland wordt georganiseerd. De Dam tot Dam loop is één van de tien hardloopevenementen van Nederland met het hoogste aantal deelnemers (Le Champion, 2014). Er is onderzoek gedaan naar de economische en maatschappelijke waarde van de Dam tot Damloop door de Nooij & Horsselenberg (2014). Door de positieve gezondheidseffecten vlak na het deelnemen aan de Dam tot Damloop is er een vergroting van de levensverwachting mogelijk (Baart de la Faille-Deutekom, de Nooij & Vervoorn, 2014). De Nooij & Horsselenberg (2014) hebben een voorzichtige kwantificering opgesteld waaruit naar voren is gekomen dat, uitgaande van hardlopers, de waarde van de gezondheidswinst ,-bedraagt. De gezondheidseffecten van een hardloopevenement hebben dus niet alleen een voordeel voor de hardlopers zelf, maar ook voor de maatschappij. Het onderzoek van de Nooij & Horsselenberg (2014) is gericht op de trainingsperiode en de periode vlak na de Dam tot Damloop Zij onderzochten niet wat er met de deelnemers op langere termijn na het hardloopevenement gebeurt. Houden de deelnemers hun positieve gedragsverandering na een langere periode vast? Uit het onderzoek van Jordan (2011), bij deelnemers drie maanden na de US marathon, is naar voren gekomen dat 31% van de respondenten de intentie heeft om in de toekomst weer deel te nemen aan het loopevenement. Een positieve ervaring met een evenement zorgt ervoor dat een voorheen inactieve deelnemer zijn fysieke activiteit verhoogt na het evenement. Dickson e.a. (2009) hebben in Australië een onderzoek gedaan naar de fysieke activiteit van deelnemers van een triatlon en een wielerevenement. Hieruit is naar voren gekomen dat de inactieve deelnemer, die voorheen geen regelmatige sport beoefende, door het evenement actiever is geworden. Drie maanden na het evenement zijn deze deelnemers nog steeds actief en niet terug gevallen in hun oude patroon. Het deelnemen aan een evenement blijkt een grote rol te spelen bij het fysiek actief blijven (Dickson e.a.,2009). In Philadelphia (Pennsylvania) is een kwantitatief onderzoek gedaan drie maanden na een loopevenement onder respondenten (Funk e.a., 2011). Er is gekeken naar verschillende motieven voor de deelname aan het evenement. Van de deelnemers gaf 31% aan de intentie te hebben om blijvend te sporten. Dit geldt ook voor de deelnemers die voor het evenement inactief waren. Deze voorheen inactieve deelnemers hadden een positieve ervaring met het evenement. Opvallend is dat deelnemers die voor het evenement een regelmatige lichaamsbeweging hadden, meer tevreden waren met hun deelname aan het loopevenement dan de andere deelnemers. Het onderzoek van Funk e.a.,(2011) toont ook aan dat massale hardloopevenementen zorgen voor verandering in gedrag bij grote groepen mensen. Deelname aan een massaal sport evenement bevordert de lichamelijke activiteit stapsgewijs en verhoogt daarbij ook de attitude ten opzichte van de activiteit en het uitoefenen na het evenement (Funk e.a., 2011). Een voorbeeld van een Nederlands massaal hardloopevenement is de Dam tot Damloop. In 2014 waren er maar liefst deelnemers aan dit loopevenement (Le Champion, 2014). MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

6 In 2013 en 2014 is Le Champion, de organisatie van de Dam tot Damloop,in samenwerking met het Lectoraat Kracht van Sport een onderzoek gestart onder de deelnemers. Er is inzicht verkregen in het gezondheidseffect vlak na de deelname. Uit het onderzoek van 2013 en 2014 is naar voren gekomen dat deelnemers die gebruik maakten van een app 1, meer verhoging van de trainingsomvang hadden ten opzichte van de andere deelnemers. De deelnemers die deze applicatie gebruikten, vertoonden ook positievere resultaten op gedragsverandering met betrekking tot een gezondere leefstijl dan andere deelnemers (Baart de la Faille-Deutekom, de Nooij & Vervoorn, 2014). Uit het onderzoek van 2014 blijkt dat 80% van de ongetrainde deelnemers meer is gaan lopen voorafgaand aan het evenement. Ook hebben er positieve veranderingen in de leefstijl plaatsgevonden. De hardlopers voelden zich gezonder en energieker. Daarnaast dronken de respondenten minder alcohol en rookten minder. Opvallend is dat deelnemers die gebruikt maakten van een applicatie zich gezonder voelden dan andere deelnemers (Baart de la Faille-Deutekom, 2015). Onderzoek wijst uit dat het gebruik van een app 2 de fysieke gezondheid meer bevorderd ten opzichte van niet app gebruikers (Naimark, Shahar, & Madar, 2015). Er is onderzoek gedaan naar verschillende apps die ondersteuning bieden in het veranderen van de leefstijl. De apps maken gebruik van gemiddeld vijf verschillende gedragsveranderingstechnieken (Middelweerd, Mollee, Wal, Brug, & Velde, 2014). Er zijn verschillende modellen die gaan over gedragsverandering. Één daarvan is het model van Stages of Changes (Prochaska & Velicer, 1997). Het proces van ongezond gedrag naar gezond gedrag kan volgens dit model ingedeeld worden in vijf verschillende fasen: precontemplatie, contemplatie, determinatie, action en gedragsbehoud. De laatste fase van dit model de gedragsbehoud is een minimale periode van zes maanden. Na het doorlopen van deze fasen en zes maanden behoud van het nieuwe gezonde gedrag is het gezonde gedrag aangeleerd. In eerder besproken onderzoek (de Nooij & Horsselenberg, 2014; Baart de la Faille-Deutekom, 2015; Jordan, 2011; Dickson e.a. 2009; Funk e.a. 2011) naar de effecten van sportevenementen is het langetermijneffect (van minimaal zes maanden) niet onderzocht. De meeste onderzoeken zijn beperkt tot een periode van maximaal drie maanden na het evenement. Er is vooralsnog geen bewijs dat er daadwerkelijk gedragsverandering bij de deelnemers plaats vindt. Vanuit zowel het Lectoraat Kracht van Sport als Le Champion is er interesse naar de gezondheidseffecten op langere termijn. In deze afstudeerscriptie wordt de volgende hoofdvraag beantwoord: Wat is het langetermijneffect op de leefstijl, na een periode van zes maanden, door het deelnemen aan het hardloopevenement de Dam tot Dam loop 2014? Naast deze hoofdvraag is er nog een secundaire vraag opgesteld. Uit eerder onderzoek is gebleken dat app gebruikers zich gezonder voelen dan mensen die deze niet gebruikten. Heeft het gebruik van een app 3 voor hardlopen op langere termijn, na een periode van zes maanden na de Dam tot Damloop 2014, effect op de leefstijl? In het volgende hoofdstuk staat de methode beschreven, vervolgens in hoofdstuk 3 de resultaten. In hoofdstuk 4 staan de discussie en conclusie en worden de hoofd- en secundaire vraag beantwoord. 1 Mobiele applicaties die de hardlooptraining ondersteunen, er is geen sprake van een specifieke hardloop applicatie. 2 In dit onderzoek is gebruik gemaakt van een nieuwe webgebaseerde ebalance app. Deze applicatie is gericht op het bereiken van een gezonde levensstijl voor het niet-professioneel publiek. 3 Mobiele applicaties die de hardlooptraining ondersteunen, er is geen sprake van een specifieke hardloop applicatie. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

7 2. Methode In dit hoofdstuk wordt de gevolgde onderzoeksmethode omgeschreven. In paragraaf 2.1 staat de onderzoeksopzet, vervolgens staat in 2.2 meer informatie over de populatie en de steekproef van het onderzoek. In paragraaf 2.3 is de procedure beschreven. De meetinstrumenten staan beschreven in 2.4 en daarbij is ook de validiteit en betrouwbaarheid toegelicht. Als laatste is er in paragraaf 2.5 de data analyse en interpretatie te lezen. 2.1 Onderzoeksopzet Er is een kwantitatief longitudinaal onderzoek uitgevoerd naar het langere termijn effect in de leefstijl van de Dam tot Damloop De eerste meting heeft plaatsgevonden vlak na de 30e editie van de Dam tot Damloop 2014 in het weekend van 21 en 21 september In totaal waren er respondenten die deelnamen aan het survey onderzoek in Het vervolgonderzoek heeft zes maanden later, in april 2015 plaatsgevonden. De respondenten is wederom gevraagd deel te nemen aan een survey onderzoek. De zijn kwantitatieve gegevens zijn verzameld en geanalyseerd. Voor dit onderzoek is er gekeken naar de leefstijl, met betrekking tot het alcoholgebruik, rookgedrag en sportgedrag die de respondenten hebben ontwikkeld in zes maanden na de deelname. Daarnaast is er ook gekeken naar het gebruik van de app. 2.2 Onderzoekspopulatie De onderzoekspopulatie is via Le Champion benaderd en gevraagd om de online vragenlijst in te vullen. In het steekproefkader zitten alleen de deelnemers van de Dam tot Damloop 2014 en Dam tot Damloop by night, die ook hebben deelgenomen aan het vooronderzoek. Van de totaal uitgenodigde deelnemers zijn er die aan het vervolg onderzoek hebben deelgenomen. Waarvan er respondenten een juist ingevulde vragenlijst terug heeft gestuurd met informed consent. Er is sprake van een responspercentage van 42%. Deelname aan het onderzoek was volledig anoniem. De deelnemers hebben zich voor verschillende afstanden ingeschreven, namelijk de 10 en 4 Engelse Mijl 4. Van de deelnemers namen er deel aan de 10 EM en 489 aan de 4 EM. Er waren zes respondenten die geen afstand hebben aangegeven en 124 die geen geslacht hebben aangegeven. Deze respondenten zijn meegenomen in het onderzoek, omdat er geen verband is gelegd met afstanden of geslacht. Door een aselecte steekproef, die heeft plaatsgevonden bij het onderzoek in 2014 is de representativiteit hoog (Brinkman, 2011). Om een betrouwbaarheidsniveau van 95% te realiseren moet het feitelijke steekproef minimaal 318 respondenten bevatten. Deze berekening is op basis van de respondenten, met een 5% reguliere acceptabele foutmarge (Alles over marktonderzoek, 2014). Aangezien er sprake is van een vervolgonderzoek is er geen sprake meer van inclusie of exclusie criteria. 2.3 Procedure De respondenten van september 2014 (n=4.307) zijn zes maanden na het eerste onderzoek gevraagd om deel te nemen aan het vervolgonderzoek. De vragenlijst is gebaseerd op die van 2014, zie Bijlage A. Le Champion heeft de vragenlijst digitaal naar de deelnemers verstuurd. De deelnemers hebben een informed consent bevestigd, waarin ze aangeven dat ze het informatieblad hebben gelezen en volledig begrijpen. De vragenlijst is de eerste week van april verstuurd. Op 5 en 6 april 2015 is een reminder verstuurd door Le Champion. Er zijn totaal respondenten die de vragenlijst anoniem hebben ingevuld door middel van Survey Monkey. 4 Engelse Mijl wordt in het verslag afgekort tot EM. Omgezet in Nederlandse begrippen is de 10 EM 16.1 kilometer en de 4 EM is 8 kilometer. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

8 2.4 Meetinstrumenten Het meetinstrument dat gebruikt is voor dit longitudinaal kwantitatieve onderzoek zijn twee vragenlijsten. Beide vragenlijsten zijn gebruikt voor meerdere onderzoeken. De eerste vragenlijst is opgesteld en afgenomen in 2014 door Baart de la Faille-Deutekom(2015). De tweede vragenlijst is samen opgesteld met een UvA student en de opdrachtgever, onderzoekster Baart de la Faille-Deutekom. Vervolgens is deze gecontroleerd en aangevuld door verschillende partners, zoals Le Champion, de vereniging van Sportgeneeskunde en andere onderzoekers op het gebied van sport en gezondheid. De vragenlijst bevat in totaal 39 vragen (zie Bijlage B) met verschillende onderwerpen zoals: sportgedrag, intentie hardlopen, gebruik van een app, gezondheid en stellingen over de leefstijl. Bij dit onderzoek is ingegaan op de vragen over de gezondheid (alcoholgebruik, rookgedrag, hardloopgedrag en stellingen over de gezondheid) en applicatie gebruik. Aan de vragenlijst van 2015 is geen score verbonden, de antwoorden zijn vergeleken met de antwoorden van op de vragenlijst van Het verschil met het onderzoek van 2014 is dat er nu gekeken is naar het effect op lange termijn. Om de validiteit van de vragenlijst in 2015 te waarborgen, is de versie van 2014 aangepast naar die voor 2015 (Brinkman, 2011). Er is gebruik gemaakt van de vragenlijst van Evenementenlopers in Beeld van Bottenburg & Hover (2009). Voor de vragen naar de sportfrequentie van de deelnemers is gebruik gemaakt van de Vragenlijst Nationale Sportonderzoek (2013). Om een vergelijking te kunnen maken met zes maanden geleden zijn er ook vragen uit de vragenlijst van 2014 gebruikt van Baart de la Faille-Deutekom (2014). 2.5 Data-analyse en interpretatie Met behulp van het statistische programma SPSS zijn de data geanalyseerd. Er is gebruik gemaakt van beschrijvende statistiek om daarmee een algemeen beeld te vormen. De verdeling is weergeven in frequentietabellen, percentages, gemiddelden, grafieken en standaarddeviaties. Om de hoofdvraag te beantwoorden, wat het langetermijneffect is op de leefstijl, is er gebruik gemaakt van verschillende toetsen. Aangezien er bij het alcoholgebruik, rookgedrag en hardloopgedrag sprake is van drie meetmomenten (voor, tijdens en zes maanden later) is er gebruik gemaakt van de variantieanalyse, de Factorial Mixed ANOVA test. Hiermee is gekeken of er een (significant) hoofdeffect is gevonden voor het meetmoment en dat deze van invloed is op de variabele. Wanneer de Mauchly s Test of Sphericity aangeeft dat Greenhouse-Geisser uitkomt op >.7 is er gekeken naar de Multivariate Tests en de Pillai s Trace toegepast. Bij <.7 is er bij Test Within-Subjects Effects gekeken naar Greenhouse-Geisser. Om te zien of er een significant verschil is tussen de drie meetmomenten is er gekeken naar Test of Within-Subjects Contrasts (Field, 2009). Voorafgaand hieraan is een standaardisatie check gedaan door middel van beschrijvende statistiek. Hierin moet naar voren komen dat er een verschil is in het gemiddelde op de drie meetmomenten. Wanneer dit niet blijkt te zijn, kan de toets niet worden toegepast. Vervolgens zijn de gemiddelden van de antwoordmogelijkheden te zien in een lijngrafiek voor een compleet overzicht over de drie meetmomenten (Gratton & Jones, 2007). Voor de stellingen over de gezondheid is de gepaarde t-toets gebruikt, waarbij gekeken is naar het significantieniveau. Deze wordt aangetoond waneer de p-waarde kleiner is dan <.05 aangehouden (Grotenhuis & Weegen, 2013). Voor het beantwoorden van de secundaire vraag over het gebruik van de app is gekeken naar de verschillen tussen het trainen met een applicatie en de deelnemers die deze applicatie niet gebruiken in de periode voor en zes maanden na de Dam tot Damloop. Hiervoor is tevens gebruik gemaakt van de Factorial Mixed ANOVA (Field, 2009). Voor de stellingen over de leefstijl en het gebruik van een app is de chi-kwadraattoets toegepast. Zodat er gekeken naar de verdeling in de voor- en nameting en te kijken of deze van elkaar verschillen. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

9 3. Resultaten In dit hoofdstuk staan de resultaten van het onderzoek gepresenteerd. In paragraaf 3.1 staan de karakteristieken van de deelnemers. Voor leefstijl is in paragraaf 3.2 gekeken naar het aantal geconsumeerde glazen alcohol per week, gerookte sigaretten per dag en het hardloopgedrag uitgedrukt in het gemiddelde aantal kilometers hardlopen per week. Daarnaast zijn in paragraaf 3.3. de uitkomsten van het onderzoek omschreven van de stellingen met betrekking tot het gevoel over de gezondheid van de deelnemers. Als laatste staan er in paragraaf 3.4 de resultaten weergeven over het gebruik van een app in combinatie met de leefstijlfactoren die ook in 3.2 en 3.3. zijn behandeld. 3.1 Karakteristieken deelnemers Van de totaal uitgenodigde deelnemers zijn er die aan het vervolg onderzoek hebben deelgenomen. De respondenten die geen informed consent hebben ingevuld, dit zijn 201 respondenten, zijn uit het onderzoek verwijderd. Hierdoor zijn e respondenten die meegenomen worden in het onderzoek. Van deze respondenten zijn er 124 die geen geslacht hebben aangegeven, deze respondenten zijn wel meegenomen in het onderzoek aangezien geslacht geen rol speelt in dit onderzoek. Om een beeld te krijgen over de respondenten is er een demografie opgesteld van de deelnemers van Hiervoor is het gemiddelde en de Standaard Deviatie gebruikt, zie Tabel 1. Tabel 1. De karakteristieken van de deelnemers Vrouwen Mannen Missende waarden n=832 (40.6%) n = 891 (43.5%) n = 124 (15.9%) Lengte ± 6.14ª ± Gewicht ± ± BMI ± ± Leeftijd 38 ± ± ª De waarden betekenen Gemiddelde ± Standaard Deviatie MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

10 3.2 Verandering in leefstijl Alcohol gebruik Gekeken naar de respondenten is er een verschil te zien in de drie perioden met betrekking tot alcohol gebruik. In Figuur 1 is het alcohol gebruik onder de respondenten inzichtelijk gemaakt. Over het algemeen geeft men aan tussen de één tot drie glazen per week te drinken. Voor het evenement dronk 3.4% van de deelnemers meer dan 14 glazen alcohol per week. Zes maanden later is dit gedaald en drinkt er 1.9% meer dan 14 glazen alcohol per week. In Bijlage C, tabel 1 is een frequentie tabel met percentages en missende waarden toegevoegd voor het totaal beeld. Alcohol gebruik % deelnemers Voor Tijdens Na Geen 1-3 glazen alcohol 4-7 glazen alcohol 8-14 glazen alcohol Meer dan 14 glazen alcohol Weet niet/geen antwoord Figuur 1. Het percentage deelnemers over het aantal glazen alcohol per week, gezien over de gehele periode van voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop. Er is gekeken naar de alcoholconsumptie van de respondenten in de tijdsperiode van voor, tijdens en zes maanden na de Dam tot Damloop Het antwoordcategorie Weet niet/geen antwoord is voor de analyse buiten beschouwing gelaten, aangezien dit geen extra waarde toevoegt. Er zijn verschillende antwoordmogelijkheden geweest en gecategoriseerd: Geen(1), één tot drie glazen alcohol per week(2) en vier tot zeven glazen alcohol per week (3) enzovoorts. Door middel van beschrijvende statistiek is er standaardisatie check uitgevoerd. Deze heeft aangegeven dat er een gemiddeld verschil is tussen de afname periodes. De gemiddelde waarden en de standaarddeviatie van het alcoholgebruik staan hieronder in Tabel 2. Vervolgens gekeken kijken of het meetmoment van invloed is van het alcoholgebruik. Tabel 2. Het aantal gemiddelde genuttigde glazen alcohol per tijdsperiode. M SD N Voor de Dam tot Damloop Tijdens de trainingsperiode van de Dam tot Damloop Zes maanden na de Dam tot Damloop MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

11 Er is een significant hoofdeffect gevonden voor het meetmoment op het alcoholgebruik, F (1,1498)=26.31,p <.001. Dit geeft aan dat het meetmoment van invloed is op het alcoholgebruik. In Figuur 2 is te zien hoeveel alcohol er gemiddeld door de deelnemers is genuttigd over de verschillende tijdsperioden. Hier is te zien dat er voor de trainingsperiode een hogere score is op het aantal gedronken glazen alcohol ten opzichte van de trainingsperiode. Er is een significantie gevonden in de periode voor en de trainingsperiode van de Dam tot Damloop (p <.001). De laatste twee meetmomenten, van de trainingsperiode tot zes maanden later is geen significant verschil gevonden (p <.204). Wel is er sprake van het behouden van het positieve veranderde gedrag en geen terugval op het oude gedrag van voor de Dam tot Damloop. Antwoord mogelijkheden 2,4 2,35 2,3 2,25 2,2 2,15 Alcohol Voor Tijdens Na Legenda 1 = geen glazen alcohol 2 = 1-2 glazen alcohol per week 3 = 4-7 glazen alcohol per week Gemiddelde aantal glazen alcohol Figuur 2. Het gemiddelde antwoord op de vraag over het aantal genuttigde glazen alcohol per week. Er is gekeken naar de samenhang tussen het aantal genuttigde glazen alcohol per week en over de gehele periode van voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop. De antwoord mogelijkheden zijn gecategoriseerd en te zien in de legenda Rookgedrag Voor het rookgedrag staan de frequenties en percentages weergeven in Tabel 3. Hierin is te zien dat het grootste gedeelte van de respondenten nooit rookt. Gekeken naar het percentage ten opzichte van de groep onderzochte respondenten is er een verschil te zien in het rookgedrag. Dit is het grootste in de categorie meer dan 10 stuks sigaretten per dag. Voor het evenement viel 2.4% van de deelnemers in deze categorie en zes maanden na het evenement is dit gedaald naar 1.4%. Er is een kleine toename te zien in te categorie Af en toe bij gelegenheden roken. Deze is toegenomen met een percentage van 0.9%. Tabel 3.Het gemiddelde aantal gerookte sigaretten per tijdsperiode voor 2014 tijdens 2015 na Nooit 1566 ± 88.0ª 1597 ± ± 88.6 Af en toe bij gelegenheden 110 ± ± ± stuks per dag 23 ± ± ± stuks per dag 31 ± ± ± 1.4 Meer dan 10 stuks per dag 42 ± ± ± 1.4 Weet niet / geen antwoord 7 ± ± ± 0.3 Totaal 1779 ± ± ± 100 Missende Totaal ª De waarden betekenen Frequentie ± Percentage MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

12 Voor het rookgedrag is gekeken naar het aantal gerookte sigaretten per dag. Voor de analyse van het rookgedrag is het antwoordcategorie Weet niet/geen antwoord buiten beschouwing gelaten aangezien dit antwoordcategorie geen meer waarde aan het onderzoek geeft. De antwoordmogelijkheden waren divers en zijn gecategoriseerd: Nooit (1), Af en toe bij gelegenheden (2) en Tussen de één en drie per dag(3). Net zoals bij het alcohol gebruik is er eerst een standaardisatie check gedaan door middel van de beschrijvende statistiek, zie Tabel 4 hieronder. Tabel 4. Het gemiddelde aantal gerookte sigaretten per tijdsperiode. M SD N Voor de Dam tot Damloop Tijdens de trainingsperiode van de Dam tot Damloop Zes maanden na de Dam tot Damloop Er is minimaal één verschil gevonden in de gemiddelde waarden verdeelt over de perioden. De Factorial Mixed ANOVA toont aan dat er een significant hoofdeffect is voor het meetmoment op het rookgedrag, F (1,1502)=8.40, p <.001. In Figuur 3 is het gemiddelde antwoord op het aantal sigaretten die gerookt zijn per dag uitgezet in de verschillende perioden. Bij het eerste meetmoment (voor het evenement) rookte men gemiddeld meer sigaretten per dag dan bij latere meetmomenten. In de trainingsperiode is dit gemiddeld sterk gedaald en is dit gemiddelde zes maanden later is dit stabiel gebleven. Er is een significantie gevonden in de periode voor en tijdens de trainingsperiode van de Dam tot Damloop (p <.001). Echter, is er geen significant verschil tussen de trainingsperiode en zes maanden later (p <.910). Antwoordmogelijkheden 1,3 1,25 1,2 1,15 1,1 Gemiddelde aantal sigaretten Voor Tijdens Na Legenda 1 = geen sigaretten 2 = Af en toe bij gelegenheden 3 = 1-3 stuks per dag Gemiddelde aantal sigaretten Figuur 3. Het gemiddelde antwoord op de vraag over het aantal gerookte sigaretten. Er is een vergelijking gemaakt in de tijdsperiode van voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop De antwoord mogelijkheden zijn gecategoriseerd en te zien in de legenda. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

13 3.3.3 Hardloopgedrag Figuur 4 laat het hardloop gedrag van de deelnemers zien in de verschillende perioden. Het gemiddelde aantal kilometers per week hardlopen is na het evenement percentueel gezien gestegen ten opzichte van voor het evenement. Als er gekeken wordt naar het gemiddelde van minder dan vijf kilometers hardlopen per week, is er sprake van een daling. Er is een percentuele daling van 5.6% in vergelijking van voor en zes maanden na het evenement. Daarentegen is een stijging te zien van 1.1% in het lopen van gemiddeld dertig kilometer per week. Aantal km hardlopen per week % deelnemers < 5 kilometer 5-10 kilometer kilometer kilometer Meer dan 30 kilometer per week Voor Tijdens Na Figuur 4. Het percentage deelnemers hebben in de verschillende tijdsperiode aangegeven hoeveel zij gemiddeld aantal kilometers per week doen aan hardlopen 5. Er is gevraagd hoeveel kilometers men gemiddeld per week doet aan hardlopen. De vragenmogelijkheden waren divers van <5 km per week tot 30 kilometer of meer per week. De antwoordmogelijkheden zijn gecategoriseerd: minder dan vijf kilometers per week (1), tussen de vijf en tien kilometers (2) en tussen de tien en twintig (3) enzovoorts. In Tabel 5 hieronder is een overzicht over het gemiddelde antwoord. Dit is voortgekomen uit de beschrijvende statistiek die dient als de standaard check voor de variatie analyse. Tabel 5.Het gemiddelde aantal kilometers hardlopen per tijdsperiode. M SD N Voor de Dam tot Damloop Tijdens de trainingsperiode van de Dam tot Damloop Zes maanden na de Dam tot Damloop Voor de periode van zes maanden later is de categorie geen kilometers buiten beschouwing gelaten (n=14, SD=0.9%) MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

14 Dit tabel is tot stand gekomen door Beschrijvende statistiek uit de Factorial Mixed ANOVA die gebruikt is als standaardisatiecheck. De Factorial Mixed ANOVA toets toont aan dat er een significant hoofdeffect gevonden voor het meetmoment op het gemiddelde aantal kilometers hardlopen per week, Pillai s Trace F (1,628)=327.18, p <.001. Het algemene beeld over de gemiddelde gelopen kilometers verdeeld in de antwoordcategorieën, verdeeld over de perioden is weergeven in Figuur 5. Er is een significantie gevonden in de periode voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop (p <.001). Hardloopgedrag Antwoordmogelijkheden 3,8 3,6 3,4 3,2 3 2,8 2,6 Voor Tijdens Na Legenda 1 = <5 kilometer per week 2 = 5-10 kilometer per week 3 = kilometer per week 4= kilometer per week Gemiddelde aantal kilometers hardlopen per Figuur 5. Het gemiddelde antwoord op de vraag over het aantal gemiddelde kilometers hardlopen per week. Er is een vergelijking gemaakt in de tijdsperiode van voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop De antwoord mogelijkheden zijn gecategoriseerd en te zien in de legenda. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

15 3.3 Ervaring gezondheid In de vragenlijst zijn er stellingen over de gezondheid gesteld. Deze stellingen varieerden van Helemaal mee eens (1) tot Helemaal niet mee eens (5). Deze antwoordmogelijkheden zijn omgezet naar nominale discrete variabelen Eens, Neutraal en Oneens. Voor de verschillende stellingen is er een gepaarde t-toets uitgevoerd om te kijken naar de significantie tussen voor en zes maanden na de Dam tot Damloop. Alle tabellen zijn per stelling te zien in Bijlage D, Tabellen 6 tot 9 daarbij staan alle gemiddelde waarden, standaarddeviaties, significanties en correlaties vermeld Ik eet gezonder Uit de gepaarde t-toets is naar voren gekomen dat er een significant verschil is te zien tussen het (gevoel van) gezond eten voor de Dam tot Damloop (M=1.11, SD=.73) en zes maanden na de Dam tot Damloop (M=1.78, SD=.45) condities;t (1479)=-31.84, p =<.001. In Figuur 6 is te zien dat men zes maanden na het evenement het sterker eens (80%) is met de stelling Ik eet gezond(er) dan voor het evenement (20.3%). % deelnemers Figuur 6. Het percentage deelnemers die antwoord hebben gegeven op de stelling Ik eet gezond(er). Daarbij is er een verschil tussen voor en zes maanden na de Dam tot Damloop gemaakt De kans is groot dat ik op lange termijn blijf sporten Er is een significant verschil gevonden bij de stelling De kans is groot dat ik ook op lange termijn blijf sporten. Dit verschil is gevonden door middel van een gepaarde t-toets over de periode voor Dam tot Damloop (M=1.63, SD=.59) en zes maanden na de Dam tot Damloop (M=1.93, SD=.28) condities;t (1478)=-17.68, p =<.001. In Figuur 7 staat het percentage deelnemers en hun gevoel over deze stelling. Voor het evenement was 69% het eens met deze stelling. Zes maanden na de Dam tot Damloop is men positiever met 94% van de deelnemers die het eens is met de stelling. % deelnemers Ik eet gezond(er) Eens Neutraal Oneens De kans is groot dat ik op langer termijn blijf sporten Eens Neutraal Oneens Figuur 7. Het percentage deelnemers die antwoord hebben gegeven op de stelling De kans is groot dat ik op langer termijn blijf sporten. Daarbij is er een verschil tussen voor en zes maanden na de Dam tot Damloop gemaakt. Voor Na Voor Na MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

16 3.3.3 Ik heb een goed gevoel over mijzelf Er is ook een stelling gegeven over het gevoel over de persoon zelf. Hierbij is een significant verschil is gevonden tussen voor de Dam tot Damloop (M=1.48, SD=.66) en zes maanden na de Dam tot Damloop (M=1.79, SD=.47) condities;t (1475)=-14.13, p =<.001. In Figuur 8 komt naar voren dat men op dit gebied zes maanden later met 82% het eens is met de stelling ten opzichte van 57% voor het evenement. % deelnemers Ik heb een goed (beter) gevoel over mijzelf Eens Neutraal Oneens Figuur 8. Het percentage deelnemers die antwoord hebben gegeven op de stelling Ik heb een goed (beter) gevoel over mijzelf. Daarbij is er een verschil tussen voor en zes maanden na de Dam tot Damloop gemaakt. Voor Na In Figuur 9 is een overzicht te zien over het percentage deelnemers en hun antwoord op de stelling Ik heb de omgeving aangezet tot sporten. Door middel van een gepaarde t-toets blijkt er een significantie te zijn tussen voor (M=1.26, SD=.80) en zes maanden na de Dam tot Damloop (M=1.37, SD=.79) condities;t (1477)=-4.67, p =<.001. Bij deze stelling blijkt dat men zes maanden later voor 56% het eens is met de stelling. Dit is meer dan voor dan voor de Dam tot Damloop (48%). 60 Ik heb de omgeving aangezet tot sporten % deelnemers Eens Neutraal Oneens Voor Na Figuur 9. Het percentage deelnemers die antwoord hebben gegeven op de stelling Ik heb ook anderen in mijn omgeving aangezet tot sporten. Daarbij is er een verschil tussen voor en zes maanden na de Dam tot Damloop gemaakt. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

17 3.4 Het gebruik van een app Bij het onderzoek onder de wel en niet app gebruikers is er dezelfde mogelijke antwoordcategorieën gebruik zoals bij 3.2 en 3.3 de leefstijl is onderzocht. In Tabel 6 is een overzicht opgesteld over het wel en niet gebruiken van een app. Hieruit blijkt percentueel gezien dat er zes maanden later, in 2015, meer deelnemers gebruik maken van een app (50%) dan vlak voor de Dam tot Damloop in 2014 (48%). Tabel 6. Het gebruik van de app onder de respondenten 2014 en Wel gebruik 891± 48.9ª 801±50.1 Geen gebruik 930 ± ± 49.9 Totaal Missend Totaal ª De waarden betekenen Frequentie ± Percentage Gebruik van een app en de leefstijl Er is gekeken naar het effect van het gebruik van de app en de leefstijl. Er is onderscheid gemaakt tussen wel en niet app gebruikers en het gemiddelde antwoord op het leefstijlaspect van alle respondenten weergeven. Alcoholgebruik en app Als eerste is er gekeken of het gebruik van een app effect heeft op het alcohol gebruik. De beschrijvende statistiek toont aan dat er gemiddelde verschillen zijn in de meetmomenten, zie Tabel 7. In Figuur 10 is een overzicht te zien over het wel en niet app gebruik verdeelt over de verschillende perioden. Tabel 7. Het wel en niet gebruik van een app en het alcoholgebruik. M SD N Wel gebruik Voor Tijdens Na Geen gebruik Voor Tijdens Na MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

18 Een Factorial Mixed ANOVA toets toont aan dat er een significant hoofdeffect gevonden voor het meetmoment op het gemiddelde alcoholgebruik in combinatie met de app gebruikers F (1,605)=14.14, p <.001). Antwoordmogelijkheden 2,45 2,4 2,35 2,3 2,25 2,2 Alcoholgebruik Voor Tijdens Na Legenda 1 = geen glazen alcohol 2 = 1-2 glazen alcohol per week 3 = 4-7 glazen alcohol per week Alle respondenten Wel app Geen app Figuur 10. Het gemiddelde antwoord op de vraag Gemiddelde aantal gerookte sigaretten. In de tijdsperiode van voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

19 Rookgedrag en de app Uit de standaardisatie check is gebleken dat er verschillen zijn in het gemiddelde van de verschillende meetmomenten, zie Tabel 8. Vervolgens is op het rookgedrag en alcohol gebruik de Mixed Factorial ANOVA toets toegepast, zie Figuur 6. Uit Mauchly s Test of Sphericity is naar voren gekomen dat de Greenhouse-Geisser groter is dan.7 (GG=.89). Daardoor is Pillai s Trace toegepast die aangeeft dat er een significant hoofdeffect is gevonden tussen app gebruikers en het rookgedrag F (1,628)=327.18,p <.001. Echter, is er geen significantie gevonden tussen de trainingsperiode en zes maanden later (p <.759). Bij het de niet app gebruikers en het rookgedrag is ook een significant hoofdeffect gevonden F (1,613)=.83,p <.001. Hierbij is een significant verschil tussen het eerste en tweede meetmoment (p <.012) maar niet bij het tweede en derde meetmoment (p <.405). Als er gekeken wordt naar de niet app gebruikers en het rookgedrag is er een lagere gemiddelde uitkomst op de antwoordmogelijkheden. Dit geeft aan dat mensen die geen app gebruiken gemiddeld geantwoord hebben minder of niet te roken. Tabel 8. Het wel en niet app gebruik en het rookgedrag. M SD N Wel gebruik Voor Tijdens Na Geen gebruik Voor Tijdens Na Rookgedrag Antwoordmogelijkheden 1,3 1,25 1,2 1,15 1,1 Voor Tijdens Na Legenda 1 = geen sigaretten 2 = Af en toe bij gelegenheden 3 = 1-3 stuks per dag Alle respondenten Wel app Geen app Figuur 11. Het gemiddelde antwoord op het aantal gerookte sigaretten per dag voor, tijdens de trainingsperiode en zes maanden na de Dam tot Damloop. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

20 Gemiddelde aantal kilometers hardlopen en de app Er is gekeken naar het effect op de aantal kilometers hardlopen in combinatie met het gebruik van een app. De beschrijvende statistiek toont aan dat er een gemiddeld verschil is tussen de verschillende perioden, zie Tabel 9. Deze standaardisatie check geeft aan dat de variatie analyse kan worden toegepast. Tabel 9. Het wel en geen gebruik een app en het hardloopgedrag. M SD N Wel gebruik Voor Tijdens Na Geen gebruik Voor Tijdens Na Uit Mauchly s Test of Sphericity is naar voren gekomen dat de Greenhouse-Geisser groter is dan.7 (GG=.91). Daardoor is Pillai s Trace toegepast die aangeeft dat er een significant hoofdeffect is gevonden tussen app gebruikers en het hardloopgedrag F (1,628)=327.18,p <.001. Er is een significantie gevonden op alle drie de meetmoment (p <.001). Vervolgens is er gekeken naar de niet app gebruikers. Er is weer gebruik gemaakt van Pillai s Trace (GG=86) waarbij een significant hoofdeffect gevonden voor het meetmoment F (1,644)=326.42, p <.001. Er is een significantie gevonden op alle drie de meetmoment (p <.001). In Figuur 12 is een overzicht te zien van het gemiddelde antwoord over het aantal kilometers per week hardlopen, verdeeld over de drie meetmomenten. Antwoordmogelijkheden 4,4 3,9 3,4 2,9 2,4 Hardlopen Legenda 1 = <5 kilometer per week 2 = 5-10 kilometer per week 3 = kilometer per week 4= kilometer per week Alle respondenten Wel app Geen app Voor Tijdens Na Figuur 12. Het gemiddelde aantal kilometers hardlopen voor, tijdens en zes maanden na de Dam tot Damloop. Het verschil in wel en de niet app gebruikers. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

21 Stellingen over de gezondheid en de app Voor de stellingen is er gebruik gemaakt van een chi-kwadraattoets door middel van een crosstab. In de figuren staan het percentages deelnemer per meetmoment met A als het eerste en B als het tweede meetmoment beschreven. Er is geen significant verschil gevonden bij de stelling Ik eet gezond bij de voormeting in 2014 (x²=3.700, df =2,p >.157). In Figuur 13a is naar voren gekomen dat men voornamelijk neutraal stond ten opzichte van deze stelling. De app gebruikers staan in de voormeting positiever (35%) dan de niet app gebruikers (31%). Voor de nameting in 2015 is geen significantie gevonden (x²=4.059, df=2,p>.131). In Figuur 13b komt naar voren dat men positief staat ten aanzien van deze stelling. De niet app gebruikers staan hierin positiever (83%) dan de wel app gebruikers (79%) 'Ik eet gezond' 2014 'Ik eet gezonder' 2015 % deelnemers Wel gebruik Geen gebruik % deelnemers Wel gebruik Geen gebruik A B Figuur 13a en 13b. Het percentuele antwoord op de stelling Ik eet gezond uit de vragenlijst van 2014 en de stelling Ik eet gezonder uit de vragenlijst van Er is een verschil gemaakt in de antwoordmogelijkheden tussen de wel en niet app gebruikers. Er is een significant verschil gevonden tussen de deelnemers die wel en geen app gebruiken met de stelling De kans is groot dat ik ook op langer termijn meer blijf sporten (x²=16.830, df =2,p >.001). In Figuur 14a is te zien dat de app gebruikers bij de voormeting positiever zijn (74%) dan de niet app gebruikers (65%). Bij de nameting (zie Figuur 14b) komt naar voren dat de niet app gebruikers(96%) positiever zijn dan de wel app gebruikers, zie Figuur 11b. Echter, is er geen significant verschil gevonden bij de nameting(94%) (x²=4.611,df =2,p >.100). 'Langer termijn sporten' 2014 'Langer termijn sporten' 2015 % deelnemers Wel gebruik Geen gebruik % deelnemers Wel gebruik Geen gebruik A B Figuur 14a en 14b. Het antwoord op de stelling De kans is groot dat ik ook op lange termijn meer blijf sporten uit de vragenlijsten van 2014 en Er is een verschil gemaakt in de antwoordmogelijkheden tussen de wel en niet app gebruikers. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

22 Bij de voormeting in 2014 is er sprake van significant verschil tussen van de deelnemers die wel of niet gebruik maken van een app en de stelling Ik heb een beter gevoel over mijzelf gekregen'(x²=61.527,df =2,p <.001). In Figuur 15a is te zien dat wel app gebruikers het voor 67% eens zijn met de stelling. Dit is meer dan de niet app gebruikers (48%). Bij de nameting is te zien in Figuur 15b is te zien dat de niet app gebruikers met 85% het eens is met de stellingen tegenover de wel app gebruikers met 81%. Er is echter geen significantie gevonden in de nameting in 2015 (x²=4.028,df =2,p >.133). % deelnemers 'Beter gevoel over mijzelf' Wel gebruik Geen gebruik % deelnemers 'Goed gevoel over mijzelf' Wel gebruik Geen gebruik A Figuur 15a en 15b. Het percentuele antwoord op de stelling Ik heb een beter gevoel over mijzelf gekregen uit de vragenlijsten van 2014 en de stelling Ik heb een goed gevoel over mijzelf uit de vragenlijst van Er is een verschil gemaakt in de antwoordmogelijkheden tussen de wel en niet app gebruikers. Als laatste is er gekeken naar de stelling Ik heb ook anderen in mijn omgeving aangezet tot sporten. Bij de voormeting in 2014 is er sprake van een gelijke verdeling van de deelnemers die wel en geen gebruik maken van een applicatie en de stelling(x²=17.811,df =2,p <.001). In Figuur 16a is te zien dat de wel app gebruikers meer met de stelling eens waren (53%) dan de niet app gebruikers (43%). Er is geen significant verschil gevonden in het tweede meetmoment (zie Figuur 16b) in 2015 (x²=2.427,df =2,p <.297). B 'Omgeving aanzetten tot sporten' 2014 'Omgeving aanzetten tot sporten' 2015 % deelnemers Wel gebruik Geen gebruik % deelnemers Wel gebruik Geen gebruik A B Figuur 16a en 16b. Het percentuele antwoord op de stelling Ik heb ook anderen in mijn omgeving aangezet tot sporten uit de vragenlijsten van 2014 en Er is een verschil gemaakt in de antwoordmogelijkheden tussen de wel en niet app gebruikers. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

23 4. Discussie en conclusie Het doel van dit onderzoek is het achterhalen wat het langetermijneffect op de leefstijl is na deelname aan de Dam tot Damloop Daarbij is er een secundaire vraag gesteld over het effect van het gebruik van een app op de leefstijl, na de deelname aan de Dam tot Damloop Door middel van het afnemen van een vragenlijst is er data verkregen over de periode zes maanden na het evenement. De leefstijl is gemeten bij deelnemers van de Dam tot Damloop 2014 aan de hand van een aantal leefstijlaspecten; alcoholgebruik, rookgedrag, hardloopgedrag en verschillende stellingen over de gezondheid. Uit onderzoek is gebleken dat de deelnemers een significant en positieve verandering hebben doorgemaakt voor en tijdens de trainingsperiode van de Dam tot Damloop. Kijkend naar het alcoholgebruik en rookgedrag blijkt uit de studie dat er gemiddeld gezien een daling is het aantal glazen per week en gerookte sigaretten per dag. Deze verbetering mag significant genoemd worden voor de eerste een tweede meting. Echter, is er geen significant verschil gevonden tussen de tweede en derde meting. Het hardloopgedrag is gemiddeld gestegen en in alle meetmomenten significant te noemen. Voor de stellingen over de gezondheid is er een begin en eindmeting gedaan. Deze twee meetmoment zijn met elkaar vergeleken. De deelnemers zijn zes maanden na het evenement significant positiever ten aanzien van de stellingen. Bij de app gebruikers en de leefstijl zijn er geen eenduidige resultaten naar voren gekomen. Er is te zien bij de app gebruikers dat het alcoholgebruik verminderd. Opvallend is dat gemiddeld het rookgedrag sterker verminderd en het hardloopgedrag sterker verhoogd bij de niet app gebruikers in ten opzichte van de wel app gebruikers. De app gebruikers zijn positiever bij de stellingen bij de voormeting. Bij de nameting zijn de niet app gebruikers op drie stellingen positiever dan de wel gebruikers. Alleen bij de voormeting is sprake van een significant verschil, dit geldt niet voor de nameting. Er zijn geen vergelijkbare onderzoeken gedaan naar de leefstijl in combinatie met een hardloopevenement op langer termijn. Er zijn wel een aantal vergelijkbare studies gevonden, die onderzoek hebben gedaan naar een lang termijn effect van verschillende aspecten bij een sportevenement. Funk e.a.(2011) toont aan dat maar liefst 31% de intentie had om te blijven sporten. Uit het onderzoek van de Dam tot Damloop blijkt dat dit percentage hoger is. Er is gekeken vanuit de stelling De kans is groot dat ik op langer termijn blijf sporten. Bij de eerste meting in 2014 is 69% het eens was met de stelling en in 2015 geeft 94% aan het eens te zijn met deze stelling. Op welke manier de intentie is gemeten bij het onderzoek van Funk e.a.(2011) is niet bekend. Hierdoor kan er geen vergelijking tussen de onderzoeken worden gedaan. Dickson e.a.(2009) stelt dat het deelnemen aan een sportevenement een grote rol speelt bij het op langer termijn fysiek actief blijven. Dit blijkt ook uit het onderzoek van de Dam tot Damloop. Echter, hebben beide onderzoeken de fysieke activiteit op een andere manier gemeten. Dickson e.a.(2009) heeft onderzoek gedaan naar een wielerevenement en een triatlon in Nieuw-Zeeland. Deze activiteiten zijn niet vergelijkbaar met een hardloopevenement in Nederland. Wanneer er gekeken wordt naar de literatuur over een app blijkt dat het gebruik van een app zorgt voor meer en/of sterkere voordelen van de leefstijl ten opzichte van de niet app gebruikers (Naimark e.a., 2015; Baart de la Faille-Deutekom 2015). Dit is opvallend aangezien het onderzoek van de Dam tot Damloop uitwijst dat het gebruik van een app met betrekking tot de leefstijl geen eenduidige resultaten laat zien. Dit kan te maken hebben dat mensen op korte termijn meer gemotiveerd zijn, doordat de app nieuw is. Op langer termijn verzwakt dit waardoor deelnemers minder snel gemotiveerd zijn. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

24 Zoals andere onderzoeken moet de conclusie geïnterpreteerd worden met verschillende beperkingen in het achterhoofd. Het onderzoek bevat alleen kwantitatief onderzoek, hierdoor is er geen mogelijkheid geweest tot doorvragen. Door dit soort onderzoek is er ook minder inzicht op de non-respons. Echter, is er wel een mogelijkheid tot een grote data verzameling. Het onderzoek bevat respondenten wat zorgt voor een generaliseerbaar antwoord op de hoofdvraag. Daarnaast hebben de deelnemers de vragenlijst thuis ingevuld. Hierdoor is het mogelijk dat er bepaalde onbekende factoren invloed hebben gehad op de uiteindelijke resultaten. Hierop is niet gecontroleerd. Daar tegenover staat dat men minder geneigd is om sociaal wenselijke antwoorden te geven (Tourangeau, Rips & Rasinkski, 2000). Bij de vragenlijst is er een mogelijkheid geweest tot opmerkingen en daarbij is naar voren gekomen dat velen de vragenlijst (van 39 vragen) te lang vonden. De vragenlijst is gebruikt voor meerder onderzoeken, daardoor zijn er vragen gesteld die niet van toepassing zijn op dit onderzoek. Daarnaast was er geen doorkoppeling naar een volgende vraag, wanneer men aan gaf geen gebruik te maken van een app, kreeg men toch alle vragen van de app waardoor respondenten uit het onderzoek wilden stappen. Er is wel een mogelijkheid geweest dat deelnemers (mede hierdoor) enquête moe zijn geworden bij de laatste vragen. Deze vragen gingen over leefstijl en kunnen hierdoor zijn beïnvloed. Bij dit onderzoek kan er sprake zijn van een respondenten bias. Er is een verwachting dat mensen die sportief ingesteld zijn deze vragenlijst eerder invullen dan minder sportievelingen. De stellingen over de gezondheid zijn voor dit onderzoek vertaald naar de tegenwoordige tijd. Dit betekend dat in 2015 de stelling Ik eet gezond iets anders geformuleerd is dan de stelling van 2014 Ik eet gezonder. Er kan hierdoor sprake zijn van misinterpretatie bij de deelnemers. MAYLA LIMPENS ONDERZOEK DAM TOT DAMLOOP

Maart Evaluatie Dam tot Damloop 2014

Maart Evaluatie Dam tot Damloop 2014 Maart 2015 Evaluatie Dam tot Damloop 2014 Samenvatting I In het weekend van 20 en 21 september 2014 vond de 30ste editie van de Dam tot Damloop plaats. Onderzoekers van de Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool

Nadere informatie

Evaluatie Dam tot Damloop 2015. Joan Dallinga, Jet van der Werf en Marije Baart de la Faille-Deutekom Lectoraat Kracht van Sport

Evaluatie Dam tot Damloop 2015. Joan Dallinga, Jet van der Werf en Marije Baart de la Faille-Deutekom Lectoraat Kracht van Sport Evaluatie Dam tot Damloop 2015 Joan Dallinga, Jet van der Werf en Marije Baart de la Faille-Deutekom Lectoraat Kracht van Sport Samenvatting (1) Onderzoekers van de Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool

Nadere informatie

Voor het onderzoek vragen wij een online vragenlijst in te vullen, deze duurt ongeveer 15 minuten. Uw antwoorden worden vertrouwelijk behandeld.

Voor het onderzoek vragen wij een online vragenlijst in te vullen, deze duurt ongeveer 15 minuten. Uw antwoorden worden vertrouwelijk behandeld. Het doel van dit onderzoek is om inzicht te krijgen over het lange termijn effect van de deelname aan het hardloopevenement de Dam tot Damloop 2014. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de Hogeschool van

Nadere informatie

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h TNS Nipo Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam t 020 5225 444 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Rapport Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h Rick Heldoorn & Matthijs de Gier H1630

Nadere informatie

Evaluatie Dam tot Damloop Jet van der Werf, Joan Dallinga en Marije Baart de la Faille-Deutekom Lectoraat Kracht van Sport

Evaluatie Dam tot Damloop Jet van der Werf, Joan Dallinga en Marije Baart de la Faille-Deutekom Lectoraat Kracht van Sport Evaluatie Dam tot Damloop 2016 Jet van der Werf, Joan Dallinga en Marije Baart de la Faille-Deutekom Lectoraat Kracht van Sport Samenvatting (1) Onderzoekers van de Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID

De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID SECONDANT #1 MAART 2011 53 De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID door Maartje Timmermans en Miranda Witvliet De auteurs werken als onderzoeker bij

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Check Je Kamer Rapportage 2014

Check Je Kamer Rapportage 2014 Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE PLATAAN BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Plataan.

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Dam loop 2014

Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Dam loop 2014 Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot Dam loop 2014 Het langer termijn effect op de leefstijl van de deelname aan de Dam tot Dam loop Mayla Limpens 510884 Onderzoek onder deelnemers van de Dam tot

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE SLEUTELBLOEM BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 44 t/m Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 44 t/m Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 44 t/m 47 2015 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 23 november 2015 Projectnummer: 20645 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting

Nadere informatie

7 Effectevaluatie: effecten van het project

7 Effectevaluatie: effecten van het project 7 Effectevaluatie: effecten van het project In het effectonderzoek is onderzocht of de kennis, de houding en het gedrag van de bevolking van Zuidoost-Drenthe veranderd is ten aanzien van de leefstijlfactoren

Nadere informatie

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Inleiding Achtergrond In het kader van de JOGG aanpak in de gemeente Roosendaal heeft op basisschool de Vlindertuin

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 PANTA RHEI BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool Panta Rhei.

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE WESTBROEK BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Westbroek.

Nadere informatie

11. Deelopdracht 8: Invloed stress op gezondheid

11. Deelopdracht 8: Invloed stress op gezondheid 11. Deelopdracht 8: Invloed stress op gezondheid Om te kijken naar een verband tussen stress en een ander gezondheidsaspect is er een vragenlijst afgenomen bij de mensen die de stresstest gedaan hebben.

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE LUNETTEN BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Lunetten.

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 04-08-2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Algemene informatie geleverde ondersteuning...

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek Cliëntervaringsonderzoek Hoofdrapportage Stichting Het Lichtpunt Meting april 2014 Uw consultant Carolien Wannyn E: carolien.wannyn@effectory.com T: +31 (0)20 30 50 100 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

PEILING 65-PLUSSERS. Gemeente Enkhuizen januari 2015. www.ioresearch.nl

PEILING 65-PLUSSERS. Gemeente Enkhuizen januari 2015. www.ioresearch.nl PEILING 65-PLUSSERS Gemeente Enkhuizen januari 2015 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Telnr. : 0229-282555 Rapportnummer 2015-2080 Datum januari 2015 Opdrachtgever

Nadere informatie

Evaluatie Diving Cup. Effecten op Sportparticipatie. Jan van Houthof AJ Amsterdam T

Evaluatie Diving Cup. Effecten op Sportparticipatie. Jan van Houthof AJ Amsterdam T Evaluatie Diving Cup Effecten op Sportparticipatie Jan van Houthof 6 1065 AJ Amsterdam T 06 24512991 marije@bureaubeweeg.nl www.bureaubeweeg.nl 1 Samenvatting In deze rapportage worden de resultaten besproken

Nadere informatie

ALCOHOLKENNIS OVERGEDRAGEN

ALCOHOLKENNIS OVERGEDRAGEN Al cohol kenni s over gedr agen Eval uat i eal cohol voor l i cht i ng doorpeer si ndehor eca ALCOHOLKENNIS OVERGEDRAGEN Evaluatie alcoholvoorlichting door peers in de horeca Juli 2005 INTRAVAL Groningen-Rotterdam

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016 Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen Rapportage derde meting juni 2016 Introductie Waarom dit onderzoek? Zijn Nederlanders de afgelopen maanden anders gaan denken over de opvang van vluchtelingen

Nadere informatie

Kennisdeling op internet tussen leraren in Kennisnet Vakcommunities. De belangrijkste resultaten. Management samenvatting

Kennisdeling op internet tussen leraren in Kennisnet Vakcommunities. De belangrijkste resultaten. Management samenvatting Kennisdeling op internet tussen leraren in Kennisnet Vakcommunities. De belangrijkste resultaten Uwe Matzat/Chris Snijders Technische Universiteit Eindhoven Management samenvatting De grote meerderheid

Nadere informatie

tot 24 jaar Monitor jongeren 12

tot 24 jaar Monitor jongeren 12 Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

SPSS Introductiecursus. Sanne Hoeks Mattie Lenzen

SPSS Introductiecursus. Sanne Hoeks Mattie Lenzen SPSS Introductiecursus Sanne Hoeks Mattie Lenzen Statistiek, waarom? Doel van het onderzoek om nieuwe feiten van de werkelijkheid vast te stellen door middel van systematisch onderzoek en empirische verzamelen

Nadere informatie

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009 Gemeentelijke Dienstverlening Omnibus 2009 Afdeling O&S Februari 2009 2 Samenvatting Inwoners vinden dat de gemeente haar dienstverlening heeft verbeterd De inwoners van s-hertogenbosch beoordelen de gemeentelijke

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Stadspanel: Oud en nieuw 2018

Stadspanel: Oud en nieuw 2018 veel respons Stadspanel: Oud en nieuw 2018 Erik van der Werff April 2018 www.os-groningen.nl Inhoud 1. Inleiding... 2 1.1 Aanleiding van het onderzoek... 2 1.2 Doel van het onderzoek... 2 1.3 Opzet van

Nadere informatie

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Een steekproef van 20.000 personen is in januari 2006 door het Nederlandse Donateurspanel benaderd om mee te doen aan delweemaandelijkse monitor van

Een steekproef van 20.000 personen is in januari 2006 door het Nederlandse Donateurspanel benaderd om mee te doen aan delweemaandelijkse monitor van Een steekproef van 20.000 personen is in januari 2006 door het Nederlandse Donateurspanel benaderd om mee te doen aan delweemaandelijkse monitor van het donateursvertrouwen. Het veldwerk is uitgevoerd

Nadere informatie

Aanpassingen takenboek! Statistische toetsen. Deze persoon in een verdeling. Iedereen in een verdeling

Aanpassingen takenboek! Statistische toetsen. Deze persoon in een verdeling. Iedereen in een verdeling Kwantitatieve Data Analyse (KDA) Onderzoekspracticum Sessie 2 11 Aanpassingen takenboek! Check studienet om eventuele verbeteringen te downloaden! Huidige versie takenboek: 09 Gjalt-Jorn Peters gjp@ou.nl

Nadere informatie

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat externe tevredenheidsmeting Pagina 1 Rinske Rill en Dea Bobeldijk. 21 mei 1 Inhoud Samenvatting... 1. Inleiding... 4 2. Aantallen respondenten...

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2017

Interactief bestuur. Omnibus 2017 Interactief bestuur Omnibus 2017 Afdeling Onderzoek & Statistiek Januari 2018 Samenvatting In het najaar van 2017 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s-hertogenbosch weer het tweejaarlijks

Nadere informatie

Jongeren & hun levensstijl. Resultaten van Young Opinions onderzoek in opdracht van de Stichting Nationale DenkTank

Jongeren & hun levensstijl. Resultaten van Young Opinions onderzoek in opdracht van de Stichting Nationale DenkTank Jongeren & hun levensstijl Resultaten van Young Opinions onderzoek in opdracht van de Stichting Nationale DenkTank Conclusie Algemeen: Jongeren geven aan veel ongezond gedrag te vertonen. Met name roken

Nadere informatie

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Digitaal Cursisten - Panelonderzoek 1 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, mei 2007 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek Cliëntervaringsonderzoek Hoofdrapportage mei - juni 2014 Uw consultant Carolien Wannyn E: carolien.wannyn@effectory.com T: +31 (0)20 30 50 100 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding en verantwoording...3

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life Retrospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin meer dan 200 personen met een lage vitamine B12 waarde zijn

Nadere informatie

NOC*NSF Sportdeelname index Sport index t/m 18 jaar

NOC*NSF Sportdeelname index Sport index t/m 18 jaar NOC*NSF Sportdeelname index Sport index t/m 18 jaar Meting 48 december 2016 In opdracht van NOC*NSF 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 6 5 7 Sportdeelname Index december 2016 Sportdeelname afgelopen maand Sportdeelname

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus'

Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Aansluiting mbo-opleidingen op de arbeidsmarkt gev16-0731mr/bes_alg 1 1. Inleiding Aanleiding en achtergrond onderzoek Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid

Nadere informatie

Auteurs: Baarda e.a. isbn: 978-90-01-80771-9

Auteurs: Baarda e.a. isbn: 978-90-01-80771-9 Woord vooraf Het Basisboek Methoden en Technieken biedt je een handleiding voor het opzetten en uitvoeren van empirisch kwantitatief onderzoek. Je stelt door waarneming vast wat zich in de werkelijkheid

Nadere informatie

NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar

NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar Meting 45 september 2016 In opdracht van NOC*NSF 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 6 5 7 Sportdeelname Index september 2016 Sportdeelname afgelopen

Nadere informatie

Landelijk cliëntervaringsonderzoek

Landelijk cliëntervaringsonderzoek Landelijk cliëntervaringsonderzoek Monitor Januari t/m december 2016 Ons kenmerk: 17.0010587 Datum: 22-09-2017 Contactpersoon: Rosan Hilhorst E-mail: Contractbeheer@regiogv.nl Inhoud 1. Inleiding... 3

Nadere informatie

Gezondheidsbeleid 2013. Onderzoek onder gemeentepanel Venlo

Gezondheidsbeleid 2013. Onderzoek onder gemeentepanel Venlo Gezondheidsbeleid 2013 Onderzoek onder gemeentepanel Venlo Afdeling Bedrijfsvoering Team informatievoorziening Onderzoek en Statistiek Venlo, mei 2013 2 Samenvatting Inleiding In mei 2011 is de landelijke

Nadere informatie

Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn

Deelrapportage Apotheken door Cliënten Bekeken Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn E Inhoud 1. Inleiding en methode 1 1.1. Achtergrond 1 1.2. Doel van het kwaliteitstraject: meten en verbeteren

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE HOEKSTEEN BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Hoeksteen.

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN

HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN Een kwantitatief onderzoek onder jongeren in opdracht van het Interprovinciaal Overleg JEROEN HERMANS KJELL MASSEN AMSTERDAM, JULI 2017

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

De Grote (kleine) voicemail-poll

De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll Maken mensen tegenwoordig nog gebruik van voicemail? En hoe staat men tegenover het gebruik van voicemails in het zakelijk verkeer? Mensen

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE ANJELIER BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Anjelier.

Nadere informatie

NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar

NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar Meting 40 april 2016 In opdracht van NOC*NSF 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 6 5 7 Sportdeelname Index april 2016 Sportdeelname afgelopen maand

Nadere informatie

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006 Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de

Nadere informatie

Sportparticipatie Volwassenen

Sportparticipatie Volwassenen Sportparticipatie 2014 Volwassenen Onderzoek & Statistiek Februari 2015 2 Samenvatting In het najaar van 2014 is de sportparticipatie van de volwassen inwoners van de gemeente s- Hertogenbosch onderzocht.

Nadere informatie

Figuur 1: Voorbeelden van 95%-betrouwbaarheidsmarges van gemeten percentages.

Figuur 1: Voorbeelden van 95%-betrouwbaarheidsmarges van gemeten percentages. MARGES EN SIGNIFICANTIE BIJ STEEKPROEFRESULTATEN. De marges van percentages Metingen via een steekproef leveren een schatting van de werkelijkheid. Het toevalskarakter van de steekproef heeft als consequentie,

Nadere informatie

Internetpeiling ombuigingen

Internetpeiling ombuigingen Internetpeiling ombuigingen In opdracht van: Gemeente Sittard-Geleen januari 2012 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie

Twee en een half jaar Kwaliteitsmeting in de Fysiotherapie

Twee en een half jaar Kwaliteitsmeting in de Fysiotherapie Twee en een half jaar Kwaliteitsmeting in de Fysiotherapie Feiten en cijfers tot nu toe Managementsamenvatting Na twee en een half jaar kwaliteitsmetingen in de fysiotherapie is het een geschikt moment

Nadere informatie

Cliëntenthermometer jongeren vanaf 12 jaar

Cliëntenthermometer jongeren vanaf 12 jaar Cliëntenthermometer jongeren vanaf 12 jaar Accare Totaal Versie 1.0.0 Drs. A. Weynschenk november 2014 www.triqs.nl VOORWOORD Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over de uitgevoerde CT

Nadere informatie

Ouders/ vertegenwoordigers raadpleging Sector Specialistisch

Ouders/ vertegenwoordigers raadpleging Sector Specialistisch Ouders/ vertegenwoordigers raadpleging Sector Specialistisch Hoofdrapportage Meting oktober 2013 Uw consultant Onno de Wildt E: onno.de.wildt@effectory.com T: +31 (0)20 30 50 100 Inhoudsopgave Inhoudsopgave

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek Cliëntervaringsonderzoek Hoofdrapportage mei - juni 2014 Uw consultant Carolien Wannyn E: carolien.wannyn@effectory.com T: +31 (0)20 30 50 100 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding en verantwoording...3

Nadere informatie

Water drinken. Resultaten 1-meting op de CJ s in Zaanstad

Water drinken. Resultaten 1-meting op de CJ s in Zaanstad Water drinken Resultaten 1-meting op de CJ s in Zaanstad Deelnemers In de eerste maanden van 215 hebben 339 ouders die de 5 Centra Jong (CJ) in Zaanstad bezochten een vragenlijst ingevuld over hun kind

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo RAPPORTAGE Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Stichtse Vecht november 2018 RESULTAAT KWALITEIT CONTACT Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2017 Gemeente Stichtse Vecht Deze samenvatting presenteert de belangrijkste

Nadere informatie

Chapter 8 SAMENVATTING

Chapter 8 SAMENVATTING Chapter 8 SAMENVATTING Hardlopen is wereldwijd een populaire sport. In Nederland loopt 12% van de bevolking regelmatig hard en is het de op één na populairste sport. Aangezien regelmatig sporten gepaard

Nadere informatie

Factoren in de relatie tussen angstige depressie en het risico voor hart- en vaatziekten

Factoren in de relatie tussen angstige depressie en het risico voor hart- en vaatziekten Factoren in de relatie tussen angstige depressie en het risico voor hart- en vaatziekten In dit proefschrift werd de relatie tussen depressie en het risico voor hart- en vaatziekten onderzocht in een groep

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE WILGEROOS BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Wilgeroos.

Nadere informatie

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN Inleiding Statistische gevolgtrekkingen (statistical inference) gaan over het trekken van conclusies over een populatie op basis van steekproefdata.

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in de huisartspraktijk tijdens kantooruren te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst

Nadere informatie

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,

Nadere informatie

Statistische variabelen. formuleblad

Statistische variabelen. formuleblad Statistische variabelen formuleblad 0. voorkennis Soorten variabelen Discreet of continu Bij kwantitatieve gegevens gaat het om meetbare gegeven, zoals temperatuur, snelheid of gewicht. Bij een discrete

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2015

Interactief bestuur. Omnibus 2015 Interactief bestuur Omnibus 2015 O&S April 2016 Samenvatting In september/oktober 2015 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s- Hertogenbosch een omnibusonderzoek gehouden. In dit

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen.

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. Februari 2013 Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. In Rotterdam heeft een kwart van de basisschoolkinderen overgewicht, met alle gezondheidsrisico

Nadere informatie

gegevens analyseren Welk onderzoekmodel gebruik je? Quasiexperiment ( 5.5) zonder controle achtergronden

gegevens analyseren Welk onderzoekmodel gebruik je? Quasiexperiment ( 5.5) zonder controle achtergronden een handreiking 71 hoofdstuk 8 gegevens analyseren Door middel van analyse vat je de verzamelde gegevens samen, zodat een overzichtelijk beeld van het geheel ontstaat. Richt de analyse in de eerste plaats

Nadere informatie

Wat wil jij dat er echt verandert? onderzoek naar verandering

Wat wil jij dat er echt verandert? onderzoek naar verandering Wat wil jij dat er echt verandert? onderzoek naar verandering voor BNP Paribas B12115, mei 2010 BNP Paribas Wat wil jij dat er echt verandert? 1/ pag. Politiek Nederlanders willen online kunnen stemmen

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE VRIJHEIT BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Vrijheit.

Nadere informatie

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Rookverbod in de horeca dringt meeroken flink terug

Rookverbod in de horeca dringt meeroken flink terug Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Consumer & Media Rapport Rookverbod in de horeca dringt meeroken

Nadere informatie

NATIONAAL BIERONDERZOEK NEDERLAND Een kwantitatief onderzoek naar de beleving en waardering van bier

NATIONAAL BIERONDERZOEK NEDERLAND Een kwantitatief onderzoek naar de beleving en waardering van bier NATIONAAL BIERONDERZOEK NEDERLAND Een kwantitatief onderzoek naar de beleving en waardering van bier JORIS DE JONGH MSC. LIANNE WORRELL MSC. AMSTERDAM, MEI 2013 NATIONAAL BIERONDERZOEK NEDERLAND Een kwantitatief

Nadere informatie

box-tial Stuk ter kennisname Onderwerp Voorstel Samenvatting Vervolg Bijlagen meewerkend

box-tial Stuk ter kennisname Onderwerp Voorstel Samenvatting Vervolg Bijlagen meewerkend meewerkend box-tial Stuk ter kennisname Datum: 28 juni 2017 Registratienummer: 28 juni 2017 Portefeuillehouder: Contactpersoon: S. van Vlerken, S.v.VIerken@MijnGemeenteDichtbij.nl, 0411-655391. Onderwerp

Nadere informatie

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Oktober 2015 2 Management Summary Inleiding Ongeveer een jaar geleden heeft de gemeenteraad van Borger-Odoorn besloten om de winkels in haar gemeente

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar

NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar NOC*NSF Sportdeelname index Zilveren Kruis Sport index t/m 18 jaar Meting 43 juli 2016 In opdracht van NOC*NSF 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 6 5 7 Sportdeelname Index juli 2016 Sportdeelname afgelopen maand

Nadere informatie

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren:

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren: INDUCTIEVE STATISTIEK VOOR DE GEDRAGSWETENSCHAPPEN OPLOSSINGEN BIJ HOOFDSTUK 4 1. Toets met behulp van SPSS de hypothese van Evelien in verband met de baardlengte van metalfans. Ga na of je dezelfde conclusies

Nadere informatie

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017 DE ZEEAREND BAKEN ADVIESGROEP JUNI 2017 AUTEUR: ANNE MOSTERT 1 INLEIDING Voor u ligt de eindrapportage Oudertevredenheidsonderzoek van basisschool De Zeearend.

Nadere informatie