M* DTV Consultants. Secundaire analyse data 'fiets-busonderzoek' ,, 1=1. recreatie. verkeer. logistiek. toerisme. vervoer.

Transcriptie

1 M* DTV Consultants toerisme recreatie verkeer vervoer planologie logistiek,, 1=1 t Secundaire analyse data 'fiets-busonderzoek'

2 Secundaire analyse data 'fiets-busonderzoek' in opdracht van: Adviesdienst Verkeer en Vervoer ^ L DTV Consultants ing. J.C.P.M. van Bremen Breda, nuari 1996 Niets uit dit rapport mag worden vermenigvu.digd en/of worden bewerkt en/of worden samengevat, in we.ke vorm dan ook, zonder uitdrukke.ijke schritte.ijke toestemming van DTV Consu.tant,

3 4 ^ DTV Consultants INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1 2. WERKWIJZE Het beschikbare datamateriaal Stappen analyse 3 3. VERBAND HALTEKENMERKEN - REIZIGERSKENMERKEN 5 4. VERBAND REIZIGERSKENMERKEN ONDERLING 8 BIJLAGE 1 Frequentietabellen haltekenmerken-reizigerskenmerken 13 BIJLAGE 2 Frequentietabel wel/niet-busstation - reizigerskenmerken 18 BIJLAGE 3 Frequentietabellen reizigerskenmerken onderling 19

4 DTV Consultants 1. INLEIDING In juni 1995 heeft DTV Consultants een onderzoek afgerond naar het effect van goede fietsvoorzieningen bij streekvervoerhalten. De resultaten van dit onderzoek zijn verwoord in de rapportage "Effectmeting fietsinfrastructuur bij 7 streekvervoerhalten". De analyses voor dit onderzoek concentreerden zich op de verschillen tussen een -gecorrigeerde- voormeting (september 1993) en een nameting (april 1995), zowel per halte als voor alle halten gezamenlijk. Globaal is bij het gememoreerde onderzoek bekeken of er opvallende verbanden bestonden tussen het geconstateerde effect van de fietsvoorzieningen en een aantal kenmerken van de afzonderlijke halten. Op eenzelfde wijze is het mogelijk nader te kijken naar een relatie tussen reizigerskenmerken (de vraag naar vervoer) en haltekenmerken (het aanbod van vervoer) of vraag/aanbod-kenmerken onderling. Dergelijke analyses zijn nog niet uitgevoerd. Inzicht in deze relaties/patronen kan voor de wegbeheerder en het OV-bedrijf nuttig zijn bij de selectie van lokatie en aard van de haltevoorzieningen, waaronder fietsvoorzieningen (waar?, welke?, hoeveel?). Dit vormde voor AW de aanleiding DTV Consultants te vragen een secundaire analyse uit te voeren op het beschikbare datamateriaal. De onderzoeksvragen voor dit onderzoek zijn als volgt gedefinieerd: 1. Is er een verband tussen haltekenmerken (ligging, lijnvoering en inrichting) en reizigerskenmerken (persoonskenmerken, omvang en aard van de vervoervraag)? 2. Is er een verband tussen de persoonskenmerken, omvang en de aard van de vervoervraag? (vraagvariabelen/reizigerskenmerken onderling) De werkwijze en resultaten van deze secundaire analyse zijn in het hiernavolgende verwoord.

5 DTV Consultants 2. WERKWIJZE 2.1 Het beschikbare datamateriaal Er is gebruik gemaakt van de data die dinsdag 4 april 1995 zijn verzameld bij 7 streekvervoerhalten in Noord-Brabant. Het betrof een uitdeelenquête (van vertrek eerste bus tot uur) aan alle instappers van een bus bij de betreffende halten, dus ook aan overstappers. In totaliteit zijn van 1050 reizigers de gegevens beschikbaar, welke zijn opgehoogd naar het aantal reizigers van Ophoging was mogelijk aangezien de enquête is gecombird met een telling. Er is opgehoogd naar halte, dagdeel en 'soort lijn' (hoogkwalitatief/). Bij deze analyse wordt gebruik gemaakt van het opgehoogde databestand. De data die door ons zijn verzameld hebben met name betrekking op de reizigerskenmerken, zowel persoonskenmerken, als omvang en aard van de vervoervraag. De voor deze analyse relevant geachte en beschikbare reizigerskenmerken (vraagvariabelen) zijn: leeftijd geslacht motief (motive split) voortransportwijze (modal split) * frequentie van reizen instaptijd * afstand woning-halte * voortransporttijd * keuzereiziger / interliner-reiziger / Uitsluitend met betrekking tot de variabelen 'afstand woning halte' en 'voortransporttijd' zijn de gegevens beschikbaar op het ratio meetniveau, alle e variabelen zijn beschikbaar op een lager meetniveau (interval, ordinaal of nominaal). Dit gegeven is relevant voor de mogelijkheden met betrekking tot de toepassing van statistische toetsen (zie verderop). Verder is in het beschikbare databestand onderscheid gemaakt naar doelgroep: 'instappers woonzijde', 'instapper activiteitzijde', 'overstappers en ''. Soms zijn alle reizigers bij de verdere analyse relevant, soms is alleen de doelgroep 'instappers woonzijde' in beschouwing genomen. Indien één van de betrokken variabelen hiervoor met '(*)' is aangegeven, wordt uitsluitend gekeken naar de doelgroep 'instappers woonzijde', aangezien de scores op deze variabelen sterk gerelateerd zijn aan de wel/niet nabijheid van de woning. Het aantal halten in ons onderzoek is beperkt (7 halten). Toch is er een segmentering aangebracht in de halten op een aantal haltekenmerken. Hiervoor zijn een aantal haltekenmerken ('nieuwe' variabelen) toegevoegd aan het bestaande reizigersbestand. Deze zijn (tussen haakjes de gehanteerde categorie-indeling): knooppunt lijnen: sprake van een knooppunt van lijnen? (meer/minder dan 4 lijnen) interliner:

6 4 ^ DTV Consultants halteert er een interliner bij de halte? (/) ligging: ligging halte t.o.v. het voedingsgebied? (bibeko/bubeko) aantal fietsstallingsplaatsen: hoeveelheid stallingsplaatsen voor de fiets? (<1OO,>1OO) instappers per dag: 'drukke' of 'rustige' halte? (<100, , >500) Dit betekent dat per halte de volgende kenmerken zijn toegevoegd: Tabel 2.1: indeling halten over de gedefinieerde haltekenmerken HALTEKENMERKEN knooppunt lijnen interliner ligging fietsst. plaatsen instappers per dag Drie Hoef ijzers Europaweg Lod.Napoleonlaan Burg.Elkhuizenlaan Busstation Oosterhout Sleeuwijk Tol Raamsdonksveer bubeko bibeko bibeko bibeko bibeko bubeko bibeko <100 <100 <100 <100 >100 >100 >100 <100 < > >500 Ten behoeve van de analyses met de haltekenmerken is uitsluitend gekeken naar de groep 'instappers woonzijde' (woning nabij de halte), aangezien het uiteindelijke doel is een link te leggen met het voedingsgebied van de halten. 2.1 Stappen analyse In de hoofdstukken 3 en 4 wordt ingegaan op mogelijke verbanden tussen haltekenmerken en reizigerskenmerken respectievelijk reizigerskenmerken onderling. Hierbij zijn de volgende stappen doorlopen: Stap 1 De verdelingen over de variabelen zijn in een tabel weergegeven Om een eerste indruk te verkrijgen van de (on)afhankelijkheid van twee variabelen zijn alle hiervoor weergegeven variabelen tegen elkaar afgezet in een tabel (in percentages). Daarbij is nog niet direct gekeken of mogelijke verbanden wel interessant cq relevant genoeg zijn om sowieso in een later stadium te toetsen. Vooraf is gekeken voor welke doelgroep het relevant is variabelen tegen elkaar uit te zetten. Bij de tabellen is weergegeven welke doelgroep(en) in ogenschouw zijn genomen. Stap 2 Toets op onafhankelijkheid Voor alle in de tabellen weergegeven gecombirde variabelen is met de chi-kwadraat toets gekeken of er sprake is van twee onafhankelijke variabelen. Deze toets bekijkt of de stelling

7 ^ ^ DTV Consultants "de twee variabelen zijn onafhankelijk" verworpen of aangenomen moet worden (met een betrouwbaarheid van 95%). Indien de stelling verworpen wordt is er dus sprake van afhankelijkheid cq samenhang tussen de variabelen (de variabelen beïnvloeden elkaar). Duidelijk zal worden dat veelvuldig een samenhang wordt aangetoond, ook bij ogenschijnlijk kleine verschillen. Dit betekent uitsluitend dat niet kan worden aangetoond dat de variabelen geheel onafhankelijk van elkaar zijn. Let wel: - een geconstateerde samenhang betekent niet een lineair verband (sowieso niet mogelijk indien er sprake is van twee nominale variabelen); - een geconstateerde samenhang zegt nog niets over significante verschillen tussen bepaalde groepen en de 'richting' van een mogelijk verband. Stap 3 Opvallende zaken worden verwoord in (veronder)stellingen en deze worden getoetst Voor een verdere analyse zijn de variabelen die onafhankelijk van elkaar zijn niet meer relevant. Ook zijn een aantal wel geconstateerde samenhangende variabelen met het oog op de doelstelling minder relevant. Op basis van de geconstateerde afhankelijkheid/samenhang van variabelen, de relevantie voor de onderzoeksvraag, inzicht in de tabelfrequenties en de mogelijkheden die statistische toetsen toelaten, zijn vervolgens stellingen getoetst. Aan de hand van deze toetsing kan dan 'richting' van een mogelijk verband en significante verschillen, duidelijk worden gemaakt. Hiervoor is gebruik gemaakt van de t-verschiltoets (op gemiddelden) voor de variabelen op ratio-meetniveau en van een eenzijdige chi-kwadraattoets voor 2*2 tabellen voor de variabelen met een lager meetniveau. Stap 4 Beschouwing De gevonden verbanden gaan in ieder geval op voor de onderzochte data. Dit betekent niet per definitie dat de conclusies ook één op één toegepast kunnen worden voor andere situaties. Kortom: er wordt tot slot stilgestaan bij de overdraagbaarheid van de resultaten.

8 DTV Consultants 3. VERBAND HALTEKENMERKEN - REIZIGERSKENMERKEN De in paragraaf 2.1. vermelde reizigerskenmerken, met uitzondering van wel/niet interlinerreiziger, zijn afgezet tegen alle genoemde haltekenmerken. In bijlage 1 zijn de frequentietabellen weergegeven, die een eerste indruk geven van de (on)afhankelijkheid van de variabelen. In alle tabellen is het haltekenmerk horizontaal weergegeven, waarbij verticaal is gepercenteerd. Vervolgens is met de chi-kwadraat toets bekeken of er sprake is van twee onafhankelijke variabelen. Overigens, de toets geschiedt niet op basis van percentages, maar de absolute aantallen. Het resultaat van deze stap is weergegeven in tabel 3.1. Indien er sprake is van onafhankelijke variabelen (beïnvloeden elkaar niet), dan staat in de tabel een '' bij de betreffende cel. Tabel 3.1: (On)afhankelijkheid tussen haltekenmerken (horizontaal) en reizigerskenmerken (verticaal) afhankelijk / wel/niet knooppunt lijnen wel/niet interliner-halte ligging (bubeko/bibeko) aantal fietsstallingsplaatsen aantal instappers per dag motief voortransportwijze geslacht leeftijd frequentie reizen instaptijd afstand woninghalte voortransporttijd keuzereiziger / Opvallend is de relatieve onafhankelijkheid van de reizigerskenmerken 'geslacht' en 'keuzereiziger /' en van het haltekenmerk 'wel/niet interlinerhalte'. Verder leveren de geconstateerde samenhang tussen de variabelen weinig concrete handvatten voor verder beleid. Zeker na bestudering van tabel 1.1 blijkt de indeling van de halten over de haltekenmerken enigszins ongelukkig. Vanwege de beperkte hoeveelheid haltes, zijn de verschillen tussen de gedefinieerde haltekenmerken qua celvulling beperkt (bij verschillende indelingen worden min of meer dezelfde halten in beschouwing genomen). Bijvoorbeeld de indeling naar 'fietsstallingplaatsen'

9 ^ DTV Consultants geeft voor het overgrote deel dezelfde indeling als 'instappers per dag' en 'knooppunt lijnen'. In feite worden in drie gevallen 'rustige' met 'drukke' halten vergeleken. Daarom is besloten de verdere analyse te concentreren op twee indelingen, waarbij er grote verschillen lijken te zijn tussen de halten die onderling vergeleken worden, namelijk: * Ligging: hierbij zijn (2) bubeko gelegen halten vergeleken met (5) bibeko gelegen halten. De twee bubeko gelegen halten liggen duidelijk in het landelijk gebied, zonder woningen in de directe nabijheid (dus centraal temidden van een versnipperd voedingsgebied); * Wel/niet busstation: uitsluitend m.b.t. de (5) bibeko gelegen halten, wordt onderscheid gemaakt tussen wel/niet busstation. Er zijn binnen deze halten (2) duidelijke busstations, en drie 'gewone' halten. Aangezien deze indeling hiervoor nog niet is gepresenteerd, zijn de doorlopen stappen voor deze indeling herhaald. De frequentietabel en de geconstateerde (on)afhankelijkheid tussen de variabelen zijn weergegeven in bijlage 2. Na bestudering van de tabellen zijn de volgende veronderstellingen/hypothesen geformuleerd, die ook zijn getoetst: Met betrekking tot de ligging: 1. Het aandeel reizigers met het motief 'onderwijs' is groter bij de bubeko gelegen halten dan bij de bibeko gelegen halten. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel bubeko-halten 75%, bibeko 58%. 2. De gemiddelde afstand tussen de woning en de halte is bij de instappers bij de bubeko gelegen halten groter dan bij de bibeko gelegen halten. Klopt, gemiddelde afstand verschilt significant. Bubeko-halten gemiddeld 4174 meter (± 420 meter), bibeko-halten gemiddeld 1427 meter (± 123 meter). 3. De gemiddelde voortransporttijd is bij de instappers bij de bubeko gelegen halten groter dan bij de bibeko gelegen halten. Klopt, gemiddelde voortransporttijd verschilt significant. Bubeko-halten gemiddeld 13.4 minuten (± 1 minuut), bibeko-halten gemiddeld 8.2 minuten (± 0.4 minuut). 4. Het aandeel keuzereizigers is bij de bubeko gelegen halten kleiner (meer captives) dan bij de bibeko gelegen halten. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel bubeko-halten 50%, bibeko 66%. Met betrekking tot wel/niet busstation (bibeko!): 5. Bij de busstations is het aandeel fiets in het voortransport groter dan bij de 'gewone' halten. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel bij busstations 48%, 'gewone' halten 21 %. 6. Het aandeel reizigers met het motief 'onderwijs' is bij de busstations groter dan bij de 'gewone' halten. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel bij busstations 61%, 'gewone' halten 50%.

10 i^ DTV Consultants 7. De gemiddelde afstand tussen de woning en de halte is bij de instappers bij de busstations groter dan bij de 'gewone' halten. Klopt, gemiddelde afstand verschilt significant. Busstations gemiddeld 1579 meter (± 149 meter), 'gewone' halten gemiddeld 975 meter (± 198 meter). 8. De gemiddelde voortransporttijd is bij de instappers bij de busstations groter dan bij de 'gewone' halten. Klopt, gemiddelde voortransporttijd verschilt significant. Busstations gemiddeld 8.7 minuten (± 0.4 minuut), 'gewone' halten gemiddeld 6.4 minuten (± 0.4 minuut). In hoeverre kunnen deze conclusies vertaald worden naar andere halten? Aangezien de (7) halten zijn geselecteerd o.b.v. een groot potentieel fietsers, kunnen de conclusies niet zondermeer naar andere halten worden geprojecteerd (geen aselecte keuze van halten), en kunnen als zodanig hooguit richtinggevend gehanteerd worden. Wel is duidelijk dat een in de literatuur bekende straal van het voedingsgebied voor de fiets van BTM-halten tussen de 500 en 2000 meter voor deze halten niet van toepassing is. De gemiddelde afstand woning-halten is bij de bubeko-halten gemiddeld al meer dan 4000 meter! Dit zal ens ongetwijfeld te maken hebben met de aan- of liever afwezigheid van goed openbaar vervoer in het voedingsgebied van deze halten.

11 DTV Consultants 4. VERBAND REIZIGERSKENMERKEN ONDERLING De in paragraaf 2.1. vermelde reizigerskenmerken zijn onderling tegen elkaar afgezet. In bijlage 3 zijn de frequentietabellen weergegeven. Opgemerkt wordt dat regelmatig twee maal dezelfde kenmerken tegen elkaar zijn afgezet, alleen op een andere wijze gepercenteerd. Dit is gedaan om de leesbaarheid te vergroten, bijvoorbeeld ten behoeve van de formulering van de veronderstellingen en te hanteren categorie-indelingen binnen de variabelen (voor de statistische analyse maakt horizontaal en/of verticaal percenteren geen verschil). Alle reizigerskenmerken zijn in tabelvorm centraal (lees horizontaal) een keer weergegeven, met uitzondering van instaptijd, afstand woning-halte en voortransporttijd. Ook hier geldt dat soms alle reizigers, en soms alleen de doelgroep 'instappers woonzijde' in beschouwing is genomen. Ook hier is met de chi-kwadraat toets bekeken of er sprake is van twee onafhankelijke variabelen. Het resultaat van deze stap is weergegeven in tabel 4.1. Indien er sprake is van onafhankelijke variabelen (beïnvloeden elkaar niet), dan staat in de tabel een '' bij de betreffende cel. Tabel 4.1: (On)afhankelijkheid tussen reizigerskenmerken onderling afhankelijk / motief voortransportwijze geslacht leeftijd frequentie reizen wel/niet keuzereizigers wel/niet interlinerreiziger motief nvt voortransportwijze nvt geslacht nvt leeftijd nvt frequentie reizen nvt instaptijd afstand woning-halte voortransporttijd wel/niet keuzereiziger nvt wel/niet interlinerreiziger nvt

12 ^ ^ DTV Consultants Ook hier wordt een samenhang aangetoond tussen een groot aantal variabelen (met een relatief groot aantal categorieën). Na bestudering van de tabellen zijn de volgende veronderstellingen/hypothesen geformuleerd, die ook zijn getoetst: Met betrekking tot het motief van reizen: 1. De reizigers met het reismotief 'onderwijs' maken vaker gebruik van de fiets als voortransportmiddel dan de reizigers met een ander motief. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel fiets bij motief 'onderwijs' 58%, e motieven 42%. Omgekeerde formulering klopt ook. Aandeel motief 'onderwijs' bij fietsers 75%, bij degenen die op ander wijze naar de halte komen 48%. 2. Bij de reizigers met de motieven 'winkelen' en 'visite' (minder frequente motieven), is het aandeel dat te voet naar de halte komt groter dan bij de motieven 'werken' en 'onderwijs'. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel voetgangers bij motieven 'winkelen' en 'visite' 76%, motieven 'werken' en 'onderwijs' 39%. 3. Bij de reizigers met de motieven 'onderwijs' en 'werken' treft men meer reizigers die wekelijks reizen met de bus dan bij de motieven 'winkelen' en 'visite'. (De categorie-indeling bij de variabele 'frequentie van reizen' is geaggregeerd naar 'wekelijks' en 'niet-wekelijks'.) Stelling klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel wekelijkse reizigers bij de motieven 'werken' en 'onderwijs' 95%, motieven 'winkelen' en 'visite' 35%. 4. De reizigers met de motieven 'onderwijs' en 'werken' stappen vroeger in (aandeel voor voor uur) dan bij de motieven 'winkelen' en 'visite'. (De categorie-indeling bij de variabele 'instaptijd' is geaggregeerd naar 'voor uur' en 'na uur'.) Stelling klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel reizigers dat voor uur instapt bij de motieven 'werken' en 'onderwijs' 78%, motieven 'winkelen' en 'visite' 32%. 5. Onder de reizigers met de reismotieven 'winkelen' en 'visite' treft men oudere reizigers (ouder dan 26 ar) dan bij de reismotieven 'werken' en 'onderwijs'. (De categorie-indeling bij de variabele 'leeftijd' is geaggregeerd naar '26 ar en jonger' en 'ouder dan 26 ar'.) Stelling klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel reizigers dat 26 ar of jonger is bij de motieven 'werken' en 'onderwijs' 87%, motieven 'winkelen' en 'visite' 37%. 6. Onder de reizigers met de reismotieven 'winkelen' en 'visite' treft men meer vrouwen dan bij de motieven 'werken' en 'onderwijs'. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel vrouwen bij motieven 'winkelen' en 'visite' 68%, motieven 'werken' en 'onderwijs' 55%. 7. De gemiddelde afstand tussen de woning en de halte is voor de motieven 'werken' en 'onderwijs' groter dan voor de motieven 'winkelen' en 'visite'. Klopt, gemiddelde afstand verschilt significant. Motieven 'werken' en 'onderwijs' gemiddeld 1979 meter (± 155 meter), motieven 'winkelen' en 'visite' gemiddeld 1265 meter (± 331 meter). Let wel: voor de gemiddelde voortransporttijd is er geen significant verschil!

13 ^ DTV Consultants Let wel: met betrekking tot de voortransportwijze vallen onder de vervoerwijze 'auto' zowel bestuurders als passagiers (weggebracht). 8. De reiziger die per fiets naar de halte komt is jonger dan degenen die op een andere wijze naar de halte gaat. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel reizigers dat 26 ar of jonger is bij de fietsers 86%, e vervoerwijzen 66%. 9. De reiziger die per fiets naar de halte komt is een meer frequente reiziger dan degenen die op een andere wijze naar de halte gaat. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel wekelijkse reizigers bij de fietser 94%, andere vervoerwijzen 76%. 10. Het aandeel keuzereizigers is onder de 'fietsers' kleiner dan onder degenen die op andere wijze naar de halte gaan. Klopt, aandeel verschilt significant. Aandeel keuzereizigers bij de fietser 59%, e vervoerwijzen 68%. 11. De gemiddelde afstand tot de halte verschilt per vervoerwijze: voor de voetgangers het kortst, dan de fietser, en tot slot voor de auto (bestuurder en passagier) het langst. Klopt, de gemiddelde afstanden verschillen significant. Te voet gemiddeld 651 meter (± 57 meter), met de fiets gemiddeld 2429 meter (± 184 meter), auto gemiddeld 4745 meter (± 774 meter). 12. De gemiddelde voortransporttijd van de voetgangers is lager dan bij de andere voortransportwijzen. Klopt, gemiddelde voortransporttijd verschilt significant. Voetgangers gemiddeld 7.1 minuten (± 0.4 minuut), e vervoerwijzen gemiddeld 10.4 minuten (± 0.5 minuut). (Fiets: 10.2 minuten ± 0.5, auto: 11.2 minuten ± 1.9) 13. Onder de reizigers die per auto (bestuurder en weggebracht) naar de halte reizen vindt men meer interlinerreizigers dan bij de andere vervoerwijzen. Klopt, aandeel interiiner-reiziger verschilt significant. Aandeel bij auto 71%, e vervoerwijzen 29%. Anders geformuleerd gaat stelling ook op. Het gebruik van de auto bij interliner-reizigers is groter dan bij niet-interlinerreizigers. Aandeel auto interlinerreizigers 20%, niet interlinerreizigers 4%. Met betrekking tot de e reizigerskenmerken: 14. Onder de mannelijke reizigers is het aandeel keuzereizigers groter dan onder de vrouwelijke reizigers. Klopt, aandeel keuzereizigers verschilt significant. Aandeel bij mannen 70%, bij vrouwen 55%. 15. De jongere reizigers zijn frequentere reizigers dan de oudere reizigers. Klopt, aandeel 'wekelijks' verschilt significant. Aandeel wekelijkse reizigers bij de leeftijdscategorie '26 ar of jonger' is 92%, bij 'ouder dan 26 ar' 54 %. 10

14 DTV Consultants 16. De gemiddelde afstand tussen de woning en de halte is bij de interlinerreiziger groter dan de niet-interlinerreiziger. Klopt, de gemiddelde afstanden verschillen significant. Interlinerreiziger gemiddeld 3080 meter (± 310 meter), niet-interlinerreiziger gemiddeld 1246 meter (+ 107 meter). In hoeverre kunnen deze conclusies vertaald worden naar andere halten? Ook hier geldt dat het reizigers betreft die zijn ingestapt bij één van de (7) halten, die dus niet aselect zijn gekozen. De resultaten van de analyses kunnen aldus niet zondermeer naar andere reizigers worden geprojecteerd, zeker wat betreft de kenmerken als gemiddelde afstand woning-halte, voortransporttijd en instaptijd. Duidelijk komt wel een beeld naar voren dat een aanzienlijk deel van de reizigers als reismotief 'onderwijs' heeft (en daardoor relatief jong is), waarvan een aanzienlijk deel met de fiets naar de halte komt. Hieruit blijkt wel de 'afhankelijkheid' van de fietsvoorzieningen van de scholieren. Dit betekent dus ook dat, indien bijvoorbeeld de SOV-kaart niet meer bestaat, of in een geheel andere vorm, dit grote consequenties kan hebben voor het gebruik van fietsvoorzieningen bij streekvervoerhalten. 11

15 BIJLAGEN

16 ^ DTV Consultants BIJLAGE 1 Frequentietabellen haltekenmerken-reizigerskenmerken knooppuni: lijnen MOTIEF woneno werken wonenoonderwi j s wonenow i nke l en wonenovi si te/bezoek 21.0% 6 4.0% 9.1% 4.7% 28.9% 54.2% 10.2% 22.1% 60.3% 4.8% 4.0% VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)f iets auto 41.7% 48.7% 9.2%.4% 60.2% 32.2% 7.6% 4.3% AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 17.3% 20.0% 7.7% 1.5% 74.5% 10.2% 6.3% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 37.9% 40.3% 13.3% 8.5% 49.9% 41.4% 6.9% 1.8% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% GESLACHT man vrouw 45.7% % 47.7% 46.6% 53.4% LEEFTIJD ar ar ar ar % 51.6% 9.1% 6.4% 22.4% 43.5% % 2.4% 50.4% 10.5% 7.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 6.7% 7.2% 18.7% 59.9% 15.7% 7.4% 5.9% 14.5% 56.5% 8.6% 7.0% 18.1% 59.4% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 17.9% 51.2% 26.6% 25.3% 56.0% 15.0% 3.7% 18.9% 51.9% KEUZEREIZIGER? 63.7% 36.3% 63.6% 36.4% 63.7% 36.3% 13

17 J ^ DTV Consultants interliner MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenow i nke l en wonenovi s i te/bezoek 22.9% 59.7% 4.1% 9.1% 4.2% 7.6% 70.3% 19.1% 3.0% 22.1% 60.3% 4.8% 4.0% VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto 43.8% 46.6% 9.3%.4% 53.1% 43.0% 3.9% 4.3% AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 16.4% 18.6% 7.8% 1.4% 64.9% 16.6% 16.6% 2.0% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 39.1% 40.4% 12.7% 7.9% 48.1% 42.8% 7.3% 1.8% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% GESLACHT man vrouw 45.8% 54.2% 61.4% 38.6% 46.6% 53.4% LEEFTIJD ar ar ar ar % 50.9% 10.1% 7.7% 7.0% 35.7% 42.1% 1 3.4% 50.4% 10.5% 7.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 8.3% 6.6% 7.4% 18.4% 59.3% 14.9% 10.3% 12.0% 62.7% 8.6% 7.0% 18.1% 59.4% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 19.4% 50.9% 25.4% 10.4% 70.2% 16.4% 3.0% 18.9% 51.9% KEUZEREI ZIGER? 63.4% 36.6% 68.3% 31.7% 63.7% 36.3% 14

18 DTV Consultants ligging bibeko bubeko MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenowi nke l en wonenovisi te/bezoek 23.3% 57.8% 4.8% 10.1% 4.0% 15.1% 74.5% 5.1% 1.1% 4.1% 22.1% 60.3% 4.8% 4.0% VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto 50.5% 41.1% 8.0%.4% 8.3% 77.0% 14.7% 4.3% AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 16.7% 12.2% 4.4% 1.0% 8.0% 14.8% 50.6% 23.4% 3.3% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 44.2% 41.0% 9.9% 4.9% 12.7% 37.4% 26.7% 23.3% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% GESLACHT man vrouw 46.2% 53.8% 49.2% 50.8% 46.6% 53.4% LEEFTIJD ar ar ar ar % 50.1% 11.9% 7.8% 7.7% 38.4% 52.5% 2.8% 2.0% 50.4% 10.5% 7.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 9.3% 7.0% 17.4% 5 4.8% 5.7% 4.1% 22.3% 63.1% 8.6% 7.0% 18.1% 59.4% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 19.8% 49.8% 25.6% 4.7% 13.7% 63.8% 21.0% 1.6% 18.9% 51.9% KEUZEREIZIGER? 66.0% 34.0% 50.2% 49.8% 63.7% 36.3% 15

19 4 ^ DTV Consultants fietstallingsplaatsen <100 >100 MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenowi nke l en wonenovisi te/bezoek 26.4% 52.8% 8.7% 3.3% 20.8% 62.5% 3.7% 8.7% 4.2% 22.1% 60.3% 4.8% 4.0% VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto 66.1% 24.4% 9.5% 37.8% 52.9%.5% 4.3% AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 9.2% 6.2% 5.0% 49.3% 18.5% 22.2% 8.2% 1.7% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 53.2% 39.3% 5.7% 1.9% 35.5% 40.9% 14.4% 9.3% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% GESLACHT man vrouw % 45.9% 54.1% 46.6% 53.4% LEEFTIJD ar ar ar ar % 43.8% 14.8% 12.7% 8.5% 26.4% 52.4% 9.2% 5.6% 6.3% 50.4% 10.5% 7.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 13.8% 8.6% 6.9% 17.6% 53.2% 7.1% 6.3% 7.0% 18.3% 6 8.6% 7.0% 18.1% 59.4% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 22.6% 55.4% 18.5% 3.6% 17.8% 50.9% 26.9% 4.5% 18.9% 51.9% KEUZEREIZIGER? 62.4% 37.6% 64.1% 35.9% 63.7% 36.3% 16

20 4 ^. DTV Consultants instapper per dag < >500 MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenowi nke l en wonenovi s i te/bezoek 7.6% 70.3% 19.1% 3.0% 25.6% 58.1% 5.1% 6.7% 4.5% 21.6% 60.5% 3.6% 10.2% 4.1% 22.1% 60.3% 4.8% 4.0% VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)f iets auto 53.1% 43.0% 3.9% 42.3% 44.1% 13.6% 44.5% 47. 7% 7.2%.5% 4.3% AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 16.6% 16.6% 2.0% 48.3% 9.4% 25.7% 14.9% 1.7% 59.6% 19.9% 15.0% 4.2% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 48.1% 42.8% 7.3% 1.8% 35.3% 37.8% 14.8% 12.1% 40.8% 41.6% 11.7% 5.9% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% GESLACHT man vrouw 61.4% 38.6% 45.8% 54.2% 45.8% 54.2% 46.6% 53.4% LEEFTIJD ar ar ar ar % 42.1% 1 3.4% 24.2% 48.6% 9.4% 11.6% 6.2% 24.5% 52.0% 10.4% 5.8% 7.4% 50.4% 10.5% 7.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 14.9% 10.3% 12.0% 62.7% 10.2% 6.9% 7.2% % 7.4% 6.5% 17.1% 61.5% 8.6% 7.0% 18.1% 59.4% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 10.4% 70.2% 16.4% 3.0% 20.6% 55.4% 21.0% 2.9% % 18.9% 51.9% KEUZEREIZIGER? 68.3% 31.7% 56.3% 43.7% % 63.7% 36.3% 17

21 4 ^ DTV Consultants BIJLAGE 2 Frequentietabel wel/niet-busstation - reizigerskenmerken Opmerkingen: - alleen bibeko gelegen halten - afgezet zijn wel/niet busstation - in de tabel is met een * aangegeven welke variabelen niet onafhankelijk zijn (vertonen dus samenhang) busstation * MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenowi nke l en wonenovi s i te/bezoek 28.5% 49.6% 8.6% 9.7% 3.6% 21.6% 60.5% 3.6% 10.2% 4.1% 23.3% 57.8% 4.8% 10.1% 4.0% * VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto % 10.4% 44.5% 47.7% 7.2%.5% 50.5% 41.1% 8.0%.4% * AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 7.0% 3.9% 5.1% 59.6% 19.9% 15.0% 4.2% 65.7% 16.7% 12.2% 4.4% 1.0% * VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 54.6% 39.3% 4.5% 1.7% 40.8% 41.6% 11.7% 5.9% 44.2% 41.0% 9.9% 4.9% GESLACHT man vrouw 47.3% 52.7% 45.8% 54.2% 46.2% 53.8% * LEEFTIJD ar ar ar ar % % 13.9% 8.5% 24.5% 52.0% 10.4% 5.8% 7.4% 22.6% 50.1% 11.9% 7.8% 7.7% * AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 15.2% 8.6% 7.6% 18.3% 50.4% 7.4% 6.5% 17.1% 61.5% 9.3% 7.0% 17.4% 5 * INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 23.0% 53.2% 19.9% 3.9% % 19.8% 49.8% 25.6% 4.7% * KEUZEREIZIGER? 63.6% 36.4% % 66.0% 34.0% 18

22 ^ DTV Consultants BIJLAGE 3 Frequentietabellen reizigerskenmerken onderling MOTIEF wonenowerk en wonenoonde rwi js wonenowi nk elen wonenovisi te/bezoek GESLACHT man vrouw 46.5% 53.5% 45.1% 54.9% 34.5% 65.5% 30.5% 69.5% 42.0% 58.0% 43.2% 5 LEEFTIJD ar ar ar ar % 49.4% 24.7% 16.0% 2.9% 42.9% 54.9% 1.6%.5%.2% 10.7% 14.0% 23.1% 9.4% 42.8% 10.5% 32.0% 13.6% 14.2% 29.7% % 10.7% 10.1% 24.6% 28.3% 4 9.3% 6.4% 8.5% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 8.3% 4.2% 9.4% 20.6% 57.4% 1.4% 1.5% 3.9% 18.1% 75.1% 40.2% 28.7% 19.2% 2.1% 9.8% 34.7% % 5.6% 11.5% 15.4% 18.2% 27.1% 13.4% 26.0% 9.2% 7.9% 10.1% 16.2% 56.6% KEUZEREIZIGER? 66.2% 33.8% 61.8% 38.2% 63.5% 36.5% 61.6% 38.4% 52.9% 47.1% 61.5% 38.5% INTERLINER? 26.1% 73.9% 26.0% 74.0% 24.0% 76.0% 28.0% 72.0% 16.9% 83.1% 24.9% 75.1% Uitsluitend 'instappers woonzijde' wonenowerk en wonenoonde rwi js MOTIEF wonenowi nk elen wonenovi si te/bezoek VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)f iets auto % 9.9%.8% 34.7% 57.6% 7.4%.3% 79.9% 11.4% 74.0% 13.4% 12.6% 54.8% 25.5% 19.7% 4.3% AFSTAND WON ING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 22.3% 12.3% 6.4% 1.7% 52.8% 15.2% 21.9% 9.1% 1.0% 78.3% 5.8% 5.4% 7.7% 2.7% 75. 7% 15.8% 6.0% 2.5% 38.3% 16.9% 40.4% 4.4% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 42.8% 44.1% 9.3% 3.8% 39.7% 40.1% 12.3% 7.9% 60.3% 22.9% 7.9% 28.7% 32.5% 26.3% 12.5% 17.3% 65.0% 6.5% % 40.5% 12.4% 7.6% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 40.5% 37.8% 1 4.1% 15.0% 62.3% 21.9%.9% 3.4% 31.7% 56.1% 3.5% % 25.7% 11.4% 52.9% 32.8% 2.9% 18.9% 51.9% 19

23 DTV Consultants Uitsluitend 'instappers woonzijde': VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenow i nke l en wonenovi si te/bezoek 24.4% 47.2% 8.7% 14.7% 5.0% 19.2% 74.9% 1.2% 2.5% 2.2% % 4.7% 12.3% 53.6% 22.1% 60.3% 4.8% 4.0% GESLACHT man vrouw 51.2% % 56.0% 37.1% 62.9% 53.6% 46.6% 53.4% LEEFTIJD ar ar ar ar % 47.6% 11.1% 11.7% 12.3% % 9.4% 3.0% 1.4% 13.0% % 7.9% 8.4% 53.6% 50.4% 10.5% 7.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 13.1% 8.6% 11.5% 15.0% 51.8% 3.0% 3.0% 2.7% 21.2% 70.1% 14.5% 17.7% 7.4% 18.0% 42.4% 53.6% 8.6% 7.0% 18.1% 59.4% KEUZEREIZIGER? 64.9% 35.1% 58.9% 41.1% 80.8% 19.2% 100.0% 63. 7% 36.3% AFSTAND WON ING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 7.0% 4.4% 33.0% 25.5% 32.0% 8.6%.9% 25.4% 13.8% 16.1% 35.5% 9.3% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 50.8% 37.2% 9.1% 2.9% 30.1% 43.0% 15.5% % 43.2% 12.8% 11.9% 53.6% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 19.8% 42.6% 32.3% 5.4% 17.9% 58.9% 19.9% 3.3% 18.4% 61.6% 16.3% 3.7% 53.6% 18.9% 51.9% INTERLINER? 21.9% 78.1% 35.1% 64.9% 70.6% 29.4% 53.6% 32.5% 6 20

24 4 ^ DTV Consultants GESLACHT man vrouw MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenow i nke l en wonenovi s i te/bezoek 20.9% 56.5% 3.3% 6.4% 12.9% 18.3% 52.3% 4.8% 11.0% 13.5% 19.4% 54.1% 4.2% 13.3% LEEFTIJD ar ar ar ar % 53.7% 10.2% 5.1% 5.0% 31.2% 42.1% 8.2% 7.6% 10.9% 28.9% 47.1% 9.1% 6.5% 8.3% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 10.2% 6.6% 8.1% 15.7% 59.4% 8.6% 11.4% 16.6% 54.5% 9.3% 7.8% 10.0% 16.2% 56. ra KEUZEREIZIGER? 69.5% 30.5% 54.8% 45.2% 61.2% 3 INTERLINER? 26.4% 73.6% 23.8% 76.2% 24.9% 75.1% Uitsluitend 'instappers woonzijde': GESLACHT man vrouw VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto 48.7% 43.8% 7.1%.4% 40.5% 48.6% 10.6%.3% 4.4% AFSTAND WON ING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 14.4% 22.4% 6.4%.7% 57.6% 17.7% 14.5% 8.3% 2.0% 56.9% 16.1% 18.3% 7.4% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 40.5% 43.0% 10.7% 5.9% % 13.9% 39.TA 40.5% 12.4% 7.4% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 23.5% 43.9% 27.9% 4.7% 14.7% % 4.0% % 24.9% 21

25 4 ^ DTV Consultants LEEFTIJD ar ar ar ar 60+ MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenow i nke l en wonenovi s i te/bezoek 4.8% 81.4% 1.6% 3.3% 20.4% 62.2% 6.0% 10.1% 51.9% 9.2% 10.7% 13.0% 15.3% 49.1% 3.8% 6.4% 19.8% 21.0% 1.0% 21.9% 31.4% 38.9% 19.6% 53.7% 8.9% 13.4% GESLACHT man vrouw % 49.5% 50.5% 48.6% 51.4% 34.0% 66.0% 26.2% 73.8% 43.4% 56.6% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 2.1% 1.8% 3.9% 10.6% 81.6% 5.3% 5.2% 7.9% 21.5% 60.0% 24.5% 16.5% 16.7% 12.2% 30.2% 28.1% 10.1% 18.2% 18.7% 24.9% 23.8% 33.0% 32.0% 7.9% 3.3% 9.1% 7.9% 10.2% 16.2% 56.6% KEUZEREIZIGER? 59.8% 40.2% 61.5% 38.5% 68.2% 31.8% 68.4% 31.6% 55.7% % 38.4% INTERLINER? 15.4% 84.6% 29.1% 70.9% 35.3% 64.7% 26.7% 73.3% 22.1% 77.9% 24.9% 75.1% Uitsluitend 'instappers woonzijde': LEEFTIJD ar ar ar ar 60+ VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto 30.7% 64.0% 4.6%.TA 41.6% 48.0% 10.4% 41.9% 10.0% 1.8% 70.9% 19.5% 9.6% 79.4% 9.7% 10.9% 44.1% 46.7% 8.9%.4% AFSTAND WONING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 17.3% 16.3% 8.5% 1.8% 52.1% 17.3% 20.8% 8.9%.9% 63.6% 11.7% 16.4% 4.2% 4.1% % 14.8% 69.3% 12.9% 17.8% 56.4% 16.5% 18.7% 7.1% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 38.2% 37.9% 13.9% 9.9% 41.2% 39.9% 12.2% % 1 3.1% 29.3% 57.VA 5.6% 8.0% 42.9% 36.1% 10.9% 10.1% 39.5% 40.5% 12.5% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 15.8% 61.1% 16.9% 6.3% 17.4% 52.5% 2 2.7% 41.9% 38.3% 15.7% 4.1% 24.0% 49.4% 22.4% 1.0% 37.0% 52.5% 9.5% 18.9% 51.9% 24.9% 22

26 DTV Consultants AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 Of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenowi nke l en wonenovi s i te/bezoek 17.6% 8.1% 19.1% 33.3% 22.0% 10.5% 10.3% 16.0% 32.7% 30.5% 18.2% 21.0% 8.4% 17.0% 35.5% 24.9% 60.6%.6% 3.1% 10.9% 19.7% 71.6%.8% 1.8% 6.1% 19.5% 54.0% 4.4% 8.9% 13.2% GESLACHT man vrouw 47.3% 52.7% 36.3% 63.7% 35.0% 65.0% 41.9% 58.1% 45.4% 54.6% 43.3% 56.7% LEEFTIJD ar ar ar ar TA 27.3% 24.7% 19.6% 21.6% 6.6% % 8.1% 34.7% 10.9% 36.6% 15.1% % 18.9% 62.8% 6.9% 7.3% 4.1% 41.7% 50.1% 4.9% 2.8%.5% 28.9% 47.2% 9.2% 6.4% 8.3% KEUZEREIZIGER? 59.7% 40.3% 56.7% 43.3% 64.5% 35.5% 58.4% 41.6% 63.0% 37.0% 61.6% 38.4% INTERLINER? 41.7% 58.3% 22.0% 78.0% 20.6% 79.4% 31.9% 68.1% 21.2% % 75.2% Uitsluitend 'instappers woonzijde': AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)fiets auto 66.7% 16.0% 15.2% 2.2% 55.7% 20.8% 23.5% 72.3% 18.2% 9.6% 36.5% 54.6% 38.3% 54.9% 6.5%.3% 44.0% 46.6%.4% AFSTAND WON ING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 1.9% 13.6% 10.7% 4.4% 52.9% 18.2% 24.1% 4.7% 69.7% 8.9% 1 2.3% 2.3% 57.0% 18.7% 16.6% 7.8% 53.0% 18.3% 19.5% 7.9% 1.4% 56.0% 16.5% 18.6% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 31.2% 43.7% 19.6% 5.5% 30.5% 45.3% 10.2% 14.0% 30.1% 46.7% 11.6% 11.7% 38.1% 40.5% 1 7.1% 43.4% % 6.6% 39.5% 40.6% 12.5% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 11.2% UU.TA Z\.TA 12.4% 8.3% 35.7% 53.7% 2.3% 12.0% 37.2% 43.1% 7.8% 15.4% 60.2% 24.4% 23.0% 53.8% 18.9% 4.2% 18.9% 51.8% 25.1% 23

27 DTV Consultants KEUZEREIZIGER? MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi j s wonenow i nke l en wonenovi s i te/bezoek 20.8% 54.4% 11.6% 17.0% 53.7% 4.0% 8.9% 16.4% 19.3% 54.1% 4.2% 13.4% GESLACHT man vrouw 49.2% 50.8% 33.9% 66.1% 43.3% 56.7% LEEFTIJD ar ar ar ar % 4 9.8% 7.2% 7.4% 30.2% 47.7% 7. WA 5.3% 9.4% 28.9% 47.6% 8.9% 6.5% 8.1% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 7.2% 10.4% 15.3% 58.0% 9.8% 9.2% % 9.3% 7.8% 9.9% 16.2% 56.7% INTERLINER? 23.6% 76.4% 27.2% 72.8% 75.0% Uitsluitend 'instappers woonzijde': KEUZEREIZIGER? VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)f iets auto 45.0% 42.9% 11.5%.6% 42.7% 52.5% 4.8% 44.2% 9.1%.4% AFSTAND WON ING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 16.2% 16.4% 7.3% 1.9% 52.6% 17.0% 22.2% 7.9%.3% 56.2% 16.5% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 42.3% 40.6% 10.2% 6.9% 34.9% 40. TA 15.4% 39.6% 40.6% 12.1% 7.6% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 18.1% 52.2% 24.8% 5.0% 20.8% 50.8% 25.4% 3.1% % 24

28 DTV Consultants INTERLINER? MOTIEF wonenowerken wonenoonderwi js wonenowi nke l en wonenovi si te/bezoek 20.4% 56.2% 4.2% 10.0% 9.1% 19.1% 53.0% 4.4% 8.6% 14.9% 19.4% 53.8% 4.4% 8.9% 13.5% GESLACHT man vrouw 45.9% 54.1% 42.5% % 56.7% LEEFTIJD ar ar ar ar % 54.9% 13.0% 6.9% 32.5% 44.5% 7.9% 6.3% % 9.2% 6.4% 8.4% AANTAL REIZEN DIT TRAJECT incidenteel < 1 dag/week 1 of 2 dagen/week 3 of 4 dagen/week >= 5 dagen/week 15.5% 6.9% 8.4% 20.6% 48.5% 7.2% 8.1% 10.7% 14.6% 59.5% 9.2% 7.8% 10.1% 16.1% 56.TA KEUZEREIZIGER? Ja 58.2% 41.8% 62.7% 37.3% 61.6% 38.4% Uitsluitend 'instappers woonzijde': INTERLINER? VOORTRANSPORTMIDDEL te voet (brom)f iets auto 29.8% 50.1% 19.5%.6% 51.2% 44.6% 3.9%.2% 4.3% AFSTAND WON ING-HALTE >0-1 km >1-2 km >2-5 km >5-10 km > % 12.1% 28.1% 18.5% 2.2% 65.2% 18.6% 13.5% 1.7%.9% 56.3% 16.4% 18.5% VOORTRANSPORTTIJD >0-5 min >5-10 min >10-15 min >15-60 min 30. TA 39.TA 17.2% 12.5% 43.8% 40.9% 10.1% 5.2% 39.5% 40.5% 12.4% 7.6% INSTAPTIJD voor 7:30 uur uur uur uur 28.2% 51.2% 19.3% 1.4% 14.4% 52.2% 27.TA 5.6% 18.9% 51.9% 25

29 bezoekadres Mgr Hopmansstraat 3 postadres postbus DN Breda telefoon telefax