referentienr.: M -VVKSO datum: gewijzigd: contact: Dienst Personeel en schoolbeheer, dps.vvkso@vsko.

Transcriptie

1 Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr.: M -VVKSO datum: gewijzigd: contact: Dienst Personeel en schoolbeheer, dps.vvkso@vsko.be, Verlof of afwezigheid voor verminderde prestaties 1 Inleiding Basisreglementering Rechthebbenden Aanstelling als vastbenoemd personeelslid Aanstelling als tijdelijk personeelslid Gelijktijdige aanstelling als vastbenoemd en als tijdelijk personeelslid Aanstelling als tijdelijk personeelslid tengevolge van TAO-gebruik Aanstelling in een niet-organieke betrekking als ter beschikkinggesteld personeelslid wegens ontstentenis van betrekking Toekenningsvoorwaarden Verminderd werken wegens sociale, familiale of persoonlijke redenen Verminderd werken vanaf de leeftijd van 50 jaar Verminderd werken wegens twee kinderen ten laste niet ouder dan 14 jaar Aanvraag van het personeelslid Indienen van de aanvraag Motivering Motivering vereist Geen motivering vereist Aanvraagformulier Communicatie naar het personeelslid: bevestiging of antwoord van het schoolbestuur Aanvangsdatum Verlof voor verminderde prestaties sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) Andere verloven en afwezigheden voor verminderde prestaties (VVPSFR2K-14, VVPSFR50+, AVPPAVP, AVPPA2K-14, AVPPA50+) Omvang Nog te presteren minimumopdracht Minimumopdracht ingeval van ter beschikking gestelde personeelsleden Minimumopdracht ingeval van ter beschikking gestelde personeelsleden ondersteunend personeel die op het niveau scholengemeenschap niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld kunnen worden Geen maximumopdracht Afronden van de nog te presteren opdracht Wekelijkse prestaties Prestaties binnen het onderwijs Tijdelijke onderwijsprestaties na gebruik van een verlof TAO Onderwijsprestaties in andere niveaus dan het secundair onderwijs Prestaties buiten het onderwijs Prestaties buiten het onderwijs opgenomen tijdens een detachering Andere prestaties buiten het onderwijs Clustering van de wekelijkse prestaties Duur Verloven voor verminderde prestaties Specifieke berekeningswijze voor het verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of

2 2 familiale redenen om een oplossing te bieden voor moeilijkheden overkomen aan de personeelsleden (VVSFROMP) VVPSFROMP aangevraagd voor een bepaald aantal dagen in de periode van 1 september tot 30 juni VVPSFROMP aangevraagd voor de volledige periode van 1 september tot 30 juni VVPSFROMP aangevraagd voor het volledige schooljaar van 1 september tot 31 augustus Afwezigheden voor verminderde prestaties Einde Verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) Einde zoals vastgelegd in de aanvraag-overeenkomst Vroegtijdige beëindiging Andere verloven en afwezigheden voor verminderde prestaties (VVPSFR2K-14, VVPSFR50+, AVPPAVP, AVPPA2K-14, AVPPA50+) Beëindiging bij het wegvallen van het aanvraagmotief Aanvraagmotief van sociale en familiale aard (beperkt tot VVPSFROMP) Aanvraagmotief van een andere aard (AVPPAVP,VVPSFR2K-14,AVPPA2K-14) Beëindiging na het verstrijken van de maximumduur van vijf jaar Beëindiging tengevolge van een ontslag Beëindiging door het wegvallen van de betrekking Winstgevende activiteit Winstgevende activiteit tijdens de verloven voor verminderde prestaties Algemeen principe Afwijking Winstgevende activiteit tijdens de afwezigheden voor verminderde prestaties Algemeen principe Winstgevende activiteit als politiek mandaat Verlof voor verminderde prestaties Afwezigheid voor verminderde prestaties Winstgevende activiteit bij het opnieuw in actieve dienst treden Winstgevende activiteit bij overlevingspensioen Vervanging Vervanging tijdens verloven en afwezigheden langer dan 10 opeenvolgende werkdagen Vervanging tijdens verloven en afwezigheden korter van 10 opeenvolgende werkdagen Administratieve stand Dienstactiviteit/Non-activiteit Titularisschap Opbouw anciënniteiten Opschorting Opschorting door de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden Opschorting door andere dienstonderbrekingen Opschorting ingeval van terug in actieve dienst treden Geen opschorting ingeval van een volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking binnen de algemene stelsels Geen opschorting ingeval van ziekteverlof of terbeschikkingstelling wegens ziekte Bezoldiging Bezoldiging tijdens de opname van het verlofstelsel Bezoldiging tijdens een opschorting van het verlofstelsel Bezoldiging van het ziekteverlof tijdens de opname van een verlofstelsel Bezoldiging tijdens de zomervakantie Vastbenoemde personeelsleden Tijdelijke personeelsleden Bezoldiging ziekteverlof na een verlof voor verminderde prestaties Weerslag op de terbeschikkingstelling voorafgaand aan het rustpensioen Weerslag op het pensioen Recht op pensioen Berekening van het pensioen Basissalaris voor de berekening van het pensioen Aanneembare prestaties voor de berekening van het pensioen Aanvraag-overeenkomst of aanvraag-weigering van het verlofstelsel Administratief dossier...32

3 3 1 Inleiding Alle gesubsidieerde personeelsleden kunnen verloven of afwezigheden voor verminderde prestaties bekomen. Men onderscheidt drie stelsels van verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen en drie stelsels van afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid. Ze worden hierna opgesomd, telkens met vermelding van hun eigen gangbare afkorting. Verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen om een oplossing te bieden voor moeilijkheden overkomen aan de personeelsleden (VVPSFROMP); Verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen voor personeelsleden die de leeftijd van 50 jaar bereikt hebben (VVPSFR50+); Verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen voor personeelsleden die ten minste 2 kinderen niet ouder dan veertien jaar ten laste hebben (VVPSFR2K-14); Afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid op verzoek van het personeelslid (AVPPAVP); Afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid voor personeelsleden die de leeftijd van 50 jaar bereikt hebben (AVPPA50+); Afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid voor personeelsleden die ten minste 2 kinderen niet ouder dan veertien jaar ten laste hebben (AVPPA2K-14). De reglementering vervat in de volgende punten van deze mededeling is van toepassing op alle voornoemde systemen voor verminderde prestaties. Indien dit niet zo is en er bijzondere of aparte regels gelden, worden deze expliciet vermeld. Het is aangeraden deze Mededeling te lezen in combinatie met de Mededeling over toekennen van verlofstelsels door het schoolbestuur (M-VVKSO ).Deze mededeling geeft bijkomende informatie over hoe een verlovenbeleid kan worden uitgewerkt in de school en welke mogelijke weigeringsgronden het schoolbestuur kan hanteren. 2 Basisreglementering Besluit van de Vlaamse regering van 26 april 1990 betreffende het verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen en de afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid. > rubrieken > wetgeving > personeel > administratief statuut > gemeenschaps- en gesubsidieerd onderwijs > bestuurs- en onderwijzend personeel > 26/04/1990. Ministeriële omzendbrief ref. 13AC/CR/JVM/hj van 14 november 2000 betreffende het verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen en de afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid ten gunste van personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra. > rubrieken > omzendbrieven > personeel (niveau-overschrijdend) > verloven > 14 november Opmerking De bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 26 april 1990 zoals opgenomen in deze mededeling zijn niet meer van toepassing op de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en de Hogere Zeevaartschool. Zij vallen onder de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 31 maart 2006 tot regeling van sommige verloven en terbeschikkingstellingen voor de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse gemeenschap en van de Hogere Zeevaartschool. > rubrieken > wetgeving > hoger onderwijs > personeel > hogescholen > 31 maart 2006.

4 4 3 Rechthebbenden De verschillende soorten verloven of afwezigheden voor verminderde prestaties zijn in principe van toepassing op alle personeelsleden. De statutaire stand waarin personeelsleden zich bevinden, kan de keuze van de stelsels beperken. 3.1 Aanstelling als vastbenoemd personeelslid Alle vastbenoemde personeelsleden, met inbegrip van de vastbenoemde pedagogische adviseurs, die de opdracht waarvoor zij een verlofstelsel aanvragen als hoofdambt uitoefenen, kunnen de volgende vormen van vermindering bekomen: het verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen (drie mogelijkheden); de afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid (drie mogelijkheden). 3.2 Aanstelling als tijdelijk personeelslid De tijdelijke personeelsleden komen, indien zij voldoen aan de voorwaarden, alleen in aanmerking om het verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen op te nemen. De afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid, ongeacht het stelsel, kan niet worden opgenomen. Naast de gewone toekenningvoorwaarden (zie punt 4), moeten de tijdelijke personeelsleden bijkomend voldoen aan een aantal specifieke voorwaarden: Aanstelling voor een volledig schooljaar in een of meer vacante of niet-vacante betrekkingen Het tijdelijk personeelslid moet voor een volledig schooljaar in één of meer vacante betrekkingen zijn aangesteld. Dit betekent dat alleen personeelsleden met één of meer opeenvolgende tijdelijke arbeidsovereenkomsten (TADD of TABD 1 ) afgesloten voor een periode van 1 september tot en met einde schooljaar een verlof voor verminderde prestaties kunnen opnemen. en Een tijdelijk personeelslid is ad interim aangesteld voor de duur van het volledig schooljaar. Zij gaat met bevallingsverlof op 15 oktober. Aansluitend wenst zij op 1 januari een VVPSFROMP te bekomen. Het schoolbestuur kan ingaan op deze vraag. Een tijdelijk personeelslid is aangesteld met ingang van 15 september tot het einde van het schooljaar en wenst een verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen te nemen. Op deze vraag kan door het schoolbestuur niet ingegaan worden omdat het personeelslid niet is aangesteld voor een volledig schooljaar. Een tijdelijk personeelslid is ad interim aangesteld als administratief medewerker. Het vervangt een collega die afwezig is tot 31 december. Op 1 januari neemt de titularis een volledige loopbaanonderbreking (VBLO) gedurende één jaar. De interimaris blijft verder ad interim in dienst en komt in aanmerking om bv. 1 april een verlof voor sociale of familiale redenen te nemen (VVPSFROMP). Een tijdelijk personeelslid is op 1 september ad interim aangesteld voor bepaalde duur bij schoolbestuur 1. Deze vervangingsopdracht loopt enkele weken. Aansluitend op deze aanstelling wordt het bij schoolbestuur 2 in een vacante betrekking in dienst genomen tot het einde van het schooljaar. Het komt bij schoolbestuur 2 niet in aanmerking om bijvoorbeeld vanaf 15 maart verminderd te presteren door opname van een verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen (VVPSFROMP). Dit tijdelijk personeelslid is niet aangesteld in dezelfde betrekking voor de duur van het volledig schooljaar. 1 De afkortingen TADD en TABD staan enerzijds voor Tijdelijke aanstelling van Doorlopende Duur en anderzijds voor Tijdelijke aanstelling van Bepaalde Duur.

5 5 Een tijdelijk personeelslid is tot 31 december voor 5/20 aangesteld bij schoolbestuur 1.Op 7 november wordt het aanvullend bij schoolbestuur 2 voor 15/20 in dienst genomen tot het einde van het schooljaar. Het komt niet in aanmerking om een verlof voor verminderde prestaties bij schoolbestuur 2 op te nemen. Het tijdelijk personeelslid is in de betrekking van 15/20 bij schoolbestuur 2 niet aangesteld voor de duur van het volledig schooljaar. Aanstelling in een of meer betrekkingen die voor hun geheel niet vatbaar zijn voor reaffectatie of wedertewerkstelling Aan deze voorwaarde is voldaan vanaf 1 september van het betrokken schooljaar indien het personeelslid een dienstanciënniteit heeft van ten minste 720 dagen in hoofdambt gespreid over ten minste drie schooljaren. Deze dienstanciënniteit moet bereikt zijn op: 31 augustus van het voorafgaande schooljaar voor de leden van het ondersteunend personeel; 30 juni van het voorafgaande schooljaar voor de andere personeelsleden. Zodra deze voorwaarden in hoofde van het personeelslid zijn vervuld, blijven deze bepalingen geldig over de schooljaren heen. Een tijdelijk personeelslid heeft in drie opeenvolgende schooljaren de volgende aanstellingen gehad: Schooljaar 1: 92 dagen Schooljaar 2: 197 dagen Schooljaar 3: 360 dagen Op 1 september daaropvolgend wordt dit personeelslid opnieuw voor een volledig schooljaar aangesteld. Het vraagt een verlof VVPSFROMP en wenst te verminderen met 5/22. Het tijdelijke personeelslid heeft op 30 juni voorafgaand slechts een dienstanciënniteit opgebouwd van 629 dagen gespreid over drie schooljaren. De betrekking die het bekleedt, is bijgevolg nog vatbaar voor reaffectatie. Het verlofstelsel kan derhalve op 1 september niet worden toegestaan. 3.3 Gelijktijdige aanstelling als vastbenoemd en als tijdelijk personeelslid Een personeelslid dat gelijktijdig diensten presteert als vastbenoemd en als tijdelijk kan gebruik maken van zowel de afwezigheid als van het verlof voor verminderde prestaties. Afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheid Aangezien een afwezigheid voor verminderde prestaties alleen kan worden genomen voor het vastbenoemd gedeelte van de opdracht, mogen de tijdelijke uren niet meetellen voor het bepalen van de vermindering. De tijdelijke opdracht van het personeelslid moet bijgevolg volledig liggen binnen het effectief te presteren gedeelte. Een personeelslid is voor 12/20 vastbenoemd en voor 8/20 tijdelijk aangesteld. Het wenst een AVPPAVP en wil halftijds blijven presteren. De enige mogelijke combinatie is de volgende: Verlofgedeelte: 10/20 vastbenoemd; Effectief gedeelte: 2/20 vastbenoemd en 8/20 tijdelijk.

6 6 Verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen Een personeelslid dat gelijktijdig diensten presteert als vastbenoemde en als tijdelijke mag het verlof voor verminderde prestaties nemen: voor de opdracht(en) waarvoor het vastbenoemd is; voor de opdracht(en) waarvoor het tijdelijk aangesteld is; voor de combinatie van beide opdrachten. Een personeelslid is aangesteld als vastbenoemde voor 14/20 in school A en voor 6/20 als tijdelijke in school B voor het volledige schooljaar. Dit personeelslid wenst een VVPSFROMP voor 4/20. Mogelijkheden: 4/20 verlof in school B als tijdelijk personeelslid; 4/20 verlof in school A als vastbenoemd personeelslid; 2/20 verlof in school A als vastbenoemd en 2/20 verlof in school B als tijdelijk personeelslid (nog andere combinaties zijn mogelijk). 3.4 Aanstelling als tijdelijk personeelslid tengevolge van TAO-gebruik Een vastbenoemd personeelslid dat tijdelijk is aangesteld als gevolg van het gebruik van het verlof TAO kan voor deze tijdelijke aanstelling een verlofaanvraag indienen. Hierdoor wordt het mogelijk dat het personeelslid in een TAO een verlof voor verminderde prestaties (VVP) opneemt indien het als tijdelijk aangesteld personeelslid aan alle specifieke voorwaarden voldoet om op dit verlof recht te hebben (zie punt 3.2). Een afwezigheid voor verminderde prestaties (AVP) kan nooit worden opgenomen binnen een verlof TAO aangezien deze dienstonderbreking is voorbehouden voor vastbenoemde personeelsleden. Indien een personeelslid dat met een TAO belast is een AVP zou wensen te nemen, dient het de TAO stop te zetten en de AVP aan te vragen in zijn opdracht als vastbenoemde. en Een vastbenoemd opvoeder (GLSO) vervangt sinds verschillende schooljaren een collega in haar lesopdracht. Zij maakt hiervoor gebruik van het verlof TAO. Dit personeelslid neemt in de tijdelijke betrekking van leraar gedurende drie maanden een VVPSFROMP. Het schoolbestuur kan op deze vraag ingaan. Een vastbenoemd leraar neemt vanaf 1 september een verlof TAO om aangesteld te worden als vervanger van een adjunct-directeur, wiens ziekteverlof voorlopig is geattesteerd tot 31 december, maar vermoedelijk zal worden verlengd tot het einde van het schooljaar. De tijdelijke adjunct-directeur wenst omwille van familiale redenen gedurende een korte periode een verlof voor verminderde prestaties (VVPSFR) op te nemen. Voor een VVP is echter een van de vereisten dat het personeelslid voor een volledig schooljaar is aangesteld. Zolang de aanstelling van de adjunct-directeur als tijdelijke (in de TAO) niet verzekerd is van 1 september tot 31 augustus, kan hij geen VVP nemen. 3.5 Aanstelling in een niet-organieke betrekking als ter beschikkinggesteld personeelslid wegens ontstentenis van betrekking De personeelsleden die in hun scholengemeenschap geen reaffectatie/wedertewerkstelling in een organieke betrekking krijgen voor het volledige volume van hun TBS OB worden door de Vlaamse reaffectatiecommissie toegewezen in een niet-organieke betrekking in het ambt waarin ze TBS OB zijn gesteld.

7 7 Deze personeelsleden worden beschouwd als zijnde gereaffecteerd in een niet-vacante betrekking hetgeen o.m. impliceert dat zij ook in aanmerking komen om gebruik te maken van de regelmatige verlofstelsels. Het is dus mogelijk om deeltijds in deze niet-organieke betrekking te werken door een verlof of een afwezigheid voor verminderde prestaties te nemen. Gelet op het niet-organieke karakter van de betrekking is een vervanging niet mogelijk. Voltijdse aanstelling in een niet-organieke functie Een voltijds ter beschikking gesteld personeelslid kan worden aangesteld in een niet-organieke functie en gebruik maken van een verlof of een afwezigheid voor verminderde prestaties. Het personeelslid bepaalt in overleg met het schoolbestuur van de school bij wie de toewijzing is gebeurd voor welk volume verlof het kiest. Een GLSO Kleding wordt fulltime TBS OB gesteld in lesuren TV Mode. Op niveau van de scholengemeenschap bestaat er geen organieke reaffectatie- of wedertewerkstellingsmogelijkheid. De Vlaamse reaffectatiecommissie biedt in een andere school van de scholengemeenschap een niet-organieke betrekking aan die wordt beschouwd als hetzelfde ambt (ontdubbelde klasgroep). Betrokkene aanvaardt deze betrekking maar vraagt een verlof VVPSFROMP voor 7/21.Het schoolbestuur geeft haar akkoord en kent het verlof toe. Deeltijdse aanstelling in een niet-organieke functie Indien een personeelslid deeltijds ter beschikking gesteld is wegens ontstentenis van betrekking en hierdoor deeltijds binnengebracht wordt in een niet-organieke betrekking op niveau van de scholengemeenschap, kan het personeelslid bij het bepalen van het verlofgedeelte, niet vrij kiezen. Het verlofvolume kan het uiteraard wel bepalen maar het kan niet zelf kiezen voor welke opdracht het niet meer wenst te presteren. Het deel van de opdracht waarvan het personeelslid nog effectief titularis is, kan niet als eerste keuze worden gelegd in het verlofstelsel. Voor de dekking van het verlofvolume wordt eerst geput uit de niet-organieke aanstelling en indien nodig aangevuld met een deel van de organieke aanstelling. en Een personeelslid is fulltime vastbenoemd in twee ambten zijnde halftijds technisch adviseur (TA) en halftijds leraar TV. Hij wordt in het ambt van technisch adviseur ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking. Als leraar is hij nog steeds in dienst. Hij wordt gereaffecteerd in een niet-organieke betrekking. Het personeelslid wenst slechts halftijds te werken. Hij vraagt een AVPPA2K-14. Deze afwezigheid moet worden genomen in de niet-organieke tewerkstelling. Het personeelslid heeft geen andere keuze. Indien hij de afwezigheid zou leggen in het ambt van leraar is er voor hem een reaffectatieverplichting in zijn eigen ad interim betrekking. Er ontstaat immers op dat ogenblik, ten gevolge van de opname van een verlof, een vacature. De reaffectatiereglementering bepaalt dat de aanstelling in een niet-organieke betrekking verplicht wordt opgeschort voor een reaffectatie/wedertewerkstelling in een organieke betrekking. Een fulltime vastbenoemd leraar wordt voor 6/20 TV Hotel TBS OB gesteld. Het schoolbestuur kan hem geen reaffectatie aanbieden binnen de instellingen van de scholengemeenschap. Hij wordt voor dit volume aangesteld in een niet-organieke tewerkstelling binnen de categorie van het bestuurs- en onderwijzend personeel die niet als hetzelfde ambt wordt aanzien. Deze leraar neemt een verlof VVPSFR50+ voor 10/20. Hij moet de niet-organieke tewerkstelling van 6/20 samen met 4/20 organieke contacturen leggen in het verlof van 10 uur.

8 8 4 Toekenningsvoorwaarden 4.1 Verminderd werken wegens sociale, familiale of persoonlijke redenen Er zijn geen toekenningsvoorwaarden vastgelegd ingeval het gaat om een verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) of om een afwezigheid voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden op verzoek van het personeelslid (AVPPAVP). Voor de andere vormen van verminderde prestaties moet aan een aantal specifieke toekenningsvoorwaarden zijn voldaan. 4.2 Verminderd werken vanaf de leeftijd van 50 jaar Om het verlof of de afwezigheid vanaf de leeftijd van 50 jaar te bekomen, moet het personeelslid de leeftijd van 50 jaar bereikt hebben op het ogenblik dat het verlofstelsel ingaat. Het bereiken van de leeftijd van 50 jaar in de loop van het schooljaar, is onvoldoende. 4.3 Verminderd werken wegens twee kinderen ten laste niet ouder dan 14 jaar Om in aanmerking te komen voor het verlof of de afwezigheid 2K-14, moet het personeelslid twee kinderen ten laste hebben jonger dan 14 jaar. Het volstaat dat het personeelslid twee kinderen heeft die deel uitmaken van het gezin, de kinderen moeten fiscaal niet ten laste zijn van het personeelslid dat zijn opdracht vermindert. Bij aanvang van het verlofstelsel moet deze voorwaarde zijn vervuld. Het verlof of de afwezigheid, eindigt pas op het einde van het schooljaar (31/08) ook wanneer niet langer is voldaan aan de voorwaarde 2K-14. Een verlenging op 1 september daaropvolgend is niet meer mogelijk. 5 Aanvraag van het personeelslid 5.1 Indienen van de aanvraag De aanvraag van het personeelslid wordt tijdig en schriftelijk gericht aan het schoolbestuur. Als het verlovenbeleid van de school is gebaseerd op het principe van een jaarlijkse aanvraag, dan moet het personeelslid hiermee rekening houden en zal het bij opname van het verlof of de afwezigheid over de schooljaren heen zijn aanvraag jaarlijks hernieuwen. Voor meer toelichting over dit principe verwijzen wij naar punt 3.1. van de Mededeling over het toekennen van verlofstelsels door het schoolbestuur Motivering Motivering vereist De aanvraag tot het bekomen van een verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) wordt door het personeelslid gericht aan het schoolbestuur, deze moet gemotiveerd zijn en vergezeld gaan van alle nuttige bewijzen. Deze aanvraag kan slechts worden ingewilligd wanneer het verlof bedoeld is om een oplossing te bieden voor moeilijkheden die zijn overkomen: 2 M-VVKSO betreffende het toekennen van verlofstelsels door het schoolbestuur.

9 9 aan het personeelslid zelf; aan zijn (haar) echtgenote (echtgenoot); aan de persoon met wie hij (zij) samenleeft; aan zijn (haar) kinderen of die van zijn (haar) echtgenote (echtgenoot); aan het kind dat hij (zij) of zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) geadopteerd heeft; aan het kind waarvan hij (zij) of zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) pleegvoogd is; aan de bloed- en aanverwanten, ongeacht de graad van verwantschap, die onder hetzelfde dak als het personeelslid wonen of te zijnen (haren) laste zijn; aan de ascendenten in de eerste graad van het personeelslid of van zijn (haar) echtgenote (echtgenoot), alsook aan de broers en zusters van het personeelslid aan het kind dat in een gezin wordt opgenomen met het oog op zijn adoptie of de uitoefening van een pleegvoogdij; aan het kind waarvan het personeelslid of zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) als voogd is aangewezen; aan het kind waarvan het toezicht is toevertrouwd aan het personeelslid of zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) die als toeziende voogd is aangewezen; aan de curandus waarvan het toezicht is toevertrouwd aan het personeelslid of zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) die als voogd is aangewezen. De verantwoordingstukken dienen in de school aanwezig te zijn. Het Departement Onderwijs (verificateur) kan steeds deze verantwoordingsstukken ter inzage opvragen Geen motivering vereist De stelsels VVPSFR2K-14, VVPSFR50+, AVP (alle vormen) worden niet gemotiveerd. Het personeelslid vraagt deze verloven aan op grond van een persoonlijke reden. 5.3 Aanvraagformulier Het personeelslid stuurt de verlofaanvraag naar het schoolbestuur. Om uniformiteit na te streven is het wenselijk dat het schoolbestuur aan de personeelsleden een aanvraagformulier ter beschikking stelt. Een model van formulier Aanvraag-overeenkomst of aanvraag-weigering is opgenomen in het personeelsdossier 3. Meer toelichting over het concept van het formulier en over het gebruik ervan vindt u in punt 8 van de Mededeling over het toekennen van verlofstelsels door het schoolbestuur, ref. M-VVKSO Communicatie naar het personeelslid: bevestiging of antwoord van het schoolbestuur Vermits het gaat om een aanvraag van een verlof of een afwezigheid voor verminderde prestaties waarop het personeelslid niet automatisch recht heeft, reageert het schoolbestuur best op elke aanvraag. Het antwoord van het schoolbestuur houdt al dan niet een akkoord in. 3 Het modelformulier is terug te vinden op de website van het VVKSO, Q personeelsdossier Q formulieren Q aanvraag verlofstelsels Q aanvraag-overeenkomst.

10 10 Schoolbestuur gaat akkoord Als het schoolbestuur de toestemming geeft, deelt het deze beslissing schriftelijk mee aan het personeelslid. Schoolbestuur gaat niet akkoord De verloven en de afwezigheden voor verminderde prestaties die geen recht zijn, hebben geen afdwingbaar karakter. De opname vereist de uitdrukkelijke toestemming van het schoolbestuur. Ingeval van weigering motiveert het schoolbestuur zijn antwoord. Dit gebeurt schriftelijk en tijdig aan het personeelslid. Voor meer toelichting over het weigeren van verlofaanvragen en de mogelijke weigeringscriteria die hierbij kunnen gebruikt worden, verwijzen wij naar punt 6 van de Mededeling over het toekennen van verlofstelsels door de inrichtende macht (M-VVKSO ). 7 Aanvangsdatum 7.1 Verlof voor verminderde prestaties sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) Het verlof kan op gelijk welke datum ingaan en op gelijk welke datum eindigen. Vermits het tegemoet komt aan onverwachte sociale of familiale gebeurtenissen, wordt het verlof aangevraagd op het ogenblik dat de noodzaak zich voordoet. Begin- en einddatum zullen blijken uit de aanvraag-overeenkomst opgemaakt tussen het personeelslid en het schoolbestuur. Verlenging van het verlofstelsel is mogelijk, op voorwaarde dat een nieuwe aanvraag wordt ingediend en dat het schoolbestuur met de verlenging instemt. 7.2 Andere verloven en afwezigheden voor verminderde prestaties (VVPSFR2K-14, VVPSFR50+, AVPPAVP, AVPPA2K-14, AVPPA50+) Deze verloven kunnen gaan in op vastgestelde data: 1 september; 1 oktober; 1 januari; 1 april. Een wijziging aan het volume van de opdracht kan zich alleen voordoen bij het begin van een nieuw schooljaar. Het volume van het verlof of de afwezigheid voor verminderde prestaties kan gedurende het betrokken schooljaar niet wijzigen. Tenzij, voor zover het personeelslid blijft voldoen aan de voorwaarde om minimaal nog een volledige prestatie-eenheid te presteren, het volume van het verlofgedeelte wordt verhoogd door de opname van een ander verlofstelsel. Een fulltime vastbenoemd opvoeder vermindert met 9/36 in het kader van een AVPPA2K-14. Op 1 januari wenst het personeelslid het verlofvolume te verhogen naar 18/36. Het schoolbestuur gaat op deze nieuwe verlofaanvraag in. De vraag tot verlofuitbreiding kan het personeelslid niet leggen in een stelsel van AVPPA omdat het verlofvolume tijdens het lopende schooljaar niet kan wijzigen, het kan zijn vraag wel kaderen in:

11 11 een aanvraag VVPSFR voor zover de maximumduur van 5 jaar nog niet is opgebruikt; een aanvraag gedeeltelijke TBSPA voor zover de maximumduur van 5 jaar nog niet is opgebruikt. De gelijktijdige opname van twee verschillende dienstonderbrekingen is geen probleem. Deze eindigen allebei op 31 augustus. Op 1 september is het wenselijk dat het personeelslid zijn verlofaanvraag naar één dienstonderbreking herbekijkt. 8 Omvang 8.1 Nog te presteren minimumopdracht Het personeelslid dat een verlof of een afwezigheid voor verminderde prestaties bekomt, blijft een minimumopdracht uitoefenen waarvan de wekelijkse prestaties ten minste een volledige prestatie-eenheid bedragen. Dit betekent één uur-leraar (bv. 1/22, 1/21, 1/29, ) of 1/36 in het ondersteunend personeel. Alvorens een verlofstelsel toe te staan waarbij het personeelslid nog voor een klein volume effectieve prestaties wenst te verrichten, zal het schoolbestuur degelijk overwegen of dit strookt met de pedagogische belangen, en of bijvoorbeeld de affiniteit met het schoolgebeuren nog voldoende verzekerd is. Indien dit niet het geval is, kan een weigering van de verlofaanvraag voor dit volume door het schoolbestuur worden overwogen. De weigering dient in deze zin gemotiveerd te worden. Voor meer toelichting verwijzen wij naar punt 6 van de Mededeling M-VVKSO over het toekennen van verlofstelsels door het schoolbestuur, M-VVKSO Minimumopdracht ingeval van ter beschikking gestelde personeelsleden Indien tijdens het verlof of de afwezigheid de betrekking van het vastbenoemd personeelslid gedeeltelijk of volledig wordt afgeschaft, wordt het personeelslid wegens ontstentenis van betrekking ter beschikking gesteld. Om het aangevraagde verlof of de afwezigheid voor verminderde prestaties te kunnen bekomen of behouden, moet het personeelslid voor minstens één uur in dienst zijn. Dit betekent dat een ter beschikking gesteld personeelslid een minimumopdracht van één uur werkelijk moet presteren. Als aan deze voorwaarde is voldaan bij de start van een verlof of een afwezigheid voor verminderde prestaties hoeft het overige gedeelte van de terbeschikkingstelling op dat ogenblik niet noodzakelijk, bij wijze van reaffectatie of wedertewerkstelling, opgelost te zijn. Dit betekent echter niet dat voor de ter beschikking gestelde personeelsleden in een latere fase de reaffectatieverplichtingen (op de verschillende reaffectatieniveaus) niet dienen uitgevoerd te worden. De uren waarvoor het personeelslid ter beschikking is gesteld wegens ontstentenis van betrekking en waarvoor het niet werd gereaffecteerd of wedertewerkgesteld, kunnen bijgevolg nooit in het effectief gedeelte liggen. Zij dienen gelegd te worden in het verlof. en Een vastbenoemd leraar wordt op 1 september volledig ter beschikking gesteld. Zij geniet sinds enkele schooljaren een AVPPA2K-14. Dit stelsel is aangevraagd en loopt voor onbepaalde duur. Zij kan helemaal niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld worden. Aangezien zij bij het begin van het schooljaar geen betrekking heeft waarvan de minimumopdracht één effectief uur bedraagt, eindigt haar verlof op 31 augustus voorafgaand aan de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking. Indien een betrekking (minstens één prestatie-eenheid) wordt toegewezen door een reaffectatieniveau, wordt de minimumopdracht bereikt en kan de afwezigheid AVPPA2K-14 vanaf dat ogenblik worden verder gezet. Een vastbenoemd personeelslid is titularis van de volgende fulltime betrekking: 12/21 en 9/20. Op 1september wordt zij opnieuw aangesteld met een opdracht van 7/21 en 2/20. Voor haar overige uren wordt zij ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking. Maar er is een ad interim reaffectatie mogelijk voor 6/22.

12 12 Betrokkene wenst voor een halve opdracht een VVPSFR2K-14 te bekomen. Dit verlofstelsel kan worden toegestaan. De uren waarvoor betrokkene een verlof wenst te nemen, dienen eerst geput te worden uit het pakket van de ter beschikkinggestelde uren waaraan geen toewijzing is gekoppeld. Vervolgens wordt geput uit de effectieve uren. 8.3 Minimumopdracht ingeval van ter beschikking gestelde personeelsleden ondersteunend personeel die op het niveau scholengemeenschap niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld kunnen worden De ter beschikking gestelde personeelsleden uit de categorie van het ondersteunend personeel die op het niveau van de scholengemeenschap niet konden gereaffecteerd of wedertewerkgesteld worden, worden niet meer gemeld aan een volgende reaffectatiecommissie. Zij worden beschouwd als zijnde gereaffecteerd in een niet-vacante betrekking. De reaffectatiecommissie beslist in welke instelling deze personeelsleden administratief worden aangesteld. Zij beslist ook of zij worden ingezet voor de instelling of voor de scholengemeenschap. Deze personeelsleden, alhoewel zij geen effectieve opdracht op hun naam hebben, worden op basis van het hiervoor genoemd principe geacht een opdracht uit te oefenen. Zij komen in aanmerking om een verlof of een afwezigheid voor verminderde prestaties op te nemen. Een vastbenoemd administratief medewerker wordt op 1 september ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking. Op niveau van de scholengemeenschap kan hij niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld worden. Hij vraagt een AVPPAVP aan voor 12/36. Hij wordt gekoppeld aan een school van de scholengemeenschap en werkt voor de scholengemeenschap ten belope van een opdracht van 24/ Geen maximumopdracht De verloven en de afwezigheden voor verminderde prestaties kunnen genomen worden voor een volume van opdracht dat zelf wordt bepaald door het personeelslid. Het moet hierbij geen rekening houden met een maximumopdracht. Het is dus mogelijk om een opdracht te verminderen met één prestatie-eenheid. Het schoolbestuur zal in overweging nemen of deze vermindering rekening houdt met de organisatie van de school en met pedagogische aspecten. We denken hier bijvoorbeeld aan ondeelbare pakketten. Een personeelslid heeft een fulltime opdracht (22 uur) en vraagt een verlof VVPSFROMP voor 1 uur. In principe kan het schoolbestuur deze aanvraag toestaan. 8.5 Afronden van de nog te presteren opdracht De wekelijkse prestaties die het personeelslid nog effectief behoudt, moeten steeds afgerond worden al naargelang van het geval tot een volledig lesuur of tot een volledig uur. en De opdracht van leraar 17, 6 uur (80 % van 22 uur) wordt afgerond naar een wekelijkse opdracht van 17 of 18 uur. Een opvoeder wenst een verlof VVPSFR2K-14 te nemen voor 2/5 van zijn volledige opdracht. Het aantal uren waarvoor hij effectief in dienst blijft, is 21,6 uur. Het laatste uur wordt afgerond naar 21 of naar 22 uur. Beide afrondingen zijn mogelijk.

13 13 9 Wekelijkse prestaties De wekelijkse prestaties zijn die prestaties die het personeelslid na opname van het verlof of de afwezigheid nog wekelijks effectief blijft presteren. Voor de personeelsleden tewerkgesteld binnen het secundair onderwijs gaat het over prestaties op niveau van het secundair onderwijs. Maar het kan ook gaan om andere opdrachten binnen of buiten het onderwijs. 9.1 Prestaties binnen het onderwijs Tijdelijke onderwijsprestaties na gebruik van een verlof TAO De verloven en afwezigheden voor verminderde prestaties kunnen gelijktijdig gecombineerd worden met het verlof TAO. Het verlof TAO wordt toegestaan in de nog te presteren uren, na toekenning van het verlofstelsel voor verminderde prestaties. De tijdelijke uren die als gevolg van het verlof TAO worden opgenomen, komen in aanmerking voor de vaststelling van de wekelijkse effectieve prestaties. Een vastbenoemd leraar vermindert zijn fulltime opdracht in het kader van een AVPPAVP met 5 uur. Het behoudt een effectieve opdracht van 15/20. Voor 4/20 van dit effectief pakket neemt het een verlof TAO. Het wordt in eigen school als tijdelijk personeelslid aangesteld voor 5/21. Deze tijdelijke uren worden meegenomen in de berekening van de effectieve wekelijkse opdracht. De effectieve opdracht die het personeelslid (na opname van het verlof én de TAO) uitoefent is: 11/20 + 5/ Onderwijsprestaties in andere niveaus dan het secundair onderwijs Alle onderwijsprestaties uitgeoefend in hoofdambt ook die gelegen in een ander onderwijsniveau, bijvoorbeeld volwassenenonderwijs, hoger onderwijs 4, lager onderwijs komen in aanmerking om de effectieve wekelijkse opdracht vast te stellen. en Een personeelslid is vastbenoemd in het secundair onderwijs voor 14/22 en in het basisonderwijs voor 9/24. Het vraagt een verlof VVPSFR2K-14 voor 6/22 in het secundair onderwijs. De wekelijkse prestaties waarvoor betrokkene verder in dienst blijft, liggen gedeeltelijk in het secundair onderwijs 8/22 en in het basisonderwijs 9/24. Een vastbenoemd leraar is in het secundair onderwijs aangesteld voor 8/20. Bijkomend oefent hij een opdracht uit in het hoger onderwijs (60 % van een fulltime). Hij neemt een AVPPA50+ voor zijn volledige opdracht in het secundair onderwijs waardoor de wekelijkse prestaties volledig liggen binnen het hoger onderwijs. Op basis van prestaties in het hoger onderwijs kan het een verlof bekomen van zijn prestaties in het secundair onderwijs. 9.2 Prestaties buiten het onderwijs Sommige prestaties buiten het onderwijs worden evenzeer als wekelijkse prestaties beschouwd. 4 De prestaties verstrekt door personeelsleden belast met een opdracht aan een hogeschool, zoals bedoeld in artikel 2, 39 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap worden beschouwd als wekelijkse prestaties.

14 Prestaties buiten het onderwijs opgenomen tijdens een detachering Op basis van artikel 51 quater, 2 en 3 van het Decreet Rechtspositie 5 kunnen personeelsleden worden gedetacheerd. Deze perioden van afwezigheid in het onderwijs kaderen in een verlof wegens bijzondere opdracht of een verlof wegens opdracht dat wordt gelijkgesteld met dienstactiviteit. Het personeelslid wordt belast met andere prestaties. Deze prestaties worden eveneens als wekelijkse prestaties beschouwd. Verlof wegens bijzondere opdracht (detachering) Ingeval van een verlof wegens bijzondere opdracht wordt het vastbenoemd personeelslid vrijgesteld in zijn onderwijsopdracht en krijgt een verlof wegens de toekenning van een bijzondere opdracht in het belang van het onderwijs. Er gebeurt geen terugbetaling van het salaris aan de overheid en de diensten kaderen zich binnen bepaalde projecten. Deze diensten buiten het onderwijs worden beschouwd als effectieve onderwijsdiensten. Het gaat om de volgende prestaties: de pedagogische begeleidingsdiensten en nascholing op initiatief van de representatieve groeperingen van inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs; de Europese scholen; de projecten waarbij er een vervanging is door gesubsidieerde contractuelen, die door het departement Onderwijs worden bezoldigd, of door personeelsleden bedoeld in artikel X.57 van het decreet van 14 februari 2003 betreffende het onderwijs XIV; de projecten die door het Gemeenschapsonderwijs en door één of meerdere representatieve groeperingen van inrichtende machten of door rmeerdere representatieve groeperingen van inrichtende machten worden uitgevoerd. Deze projecten worden geadviseerd door de Vlaamse Onderwijsraad; de functie van de secretaris van een reaffectatiecommissie; de examencommissies van de Vlaamse Gemeenschap; de Dienst voor onderwijsontwikkeling (DVO); de projecten opgezet of erkend door de Vlaamse Minister bevoegd voor Onderwijs; de projecten die kaderen in een door de Vlaamse Gemeenschap onderschreven Europese en bilaterale uitwisselingsprojecten; de door de Europese Unie ondersteunde Europese onderwijsprojecten; het Vlaamse Centrum voor Onderwijsgebonden Sport; de Ondersteuningscentra voor ouderverenigingen; het begeleiden en ondersteunen van de inspraakstructuren in het onderwijs. andere initiatieven en projecten die een bijzonder belang voor het onderwijs vertonen (mits akkoord van de Vlaamse regering). Een vastbenoemd personeelslid heeft een fulltime opdracht. Het geniet voor 10/20 een VVPSFROMP. Voor de overige 10/20 geniet dit personeelslid van een verlof wegens bijzondere opdracht. Het neemt tijdens de detachering bij de organisatie AFS de schoolcoördinatie op zich van buitenlandse studenten die via deze organisatie in Vlaanderen secundair onderwijs volgen. 5 Artikel 51 quater van het decreet rechtspositie van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, zoals gewijzigd. > Wetgeving > Personeel > Administratief statuut > Gesubsidieerd onderwijs > op 27 maart 1991.

15 15 Verlof wegens opdracht (terugbetaalde detachering) Bepaalde personeelsleden kunnen onder de voorwaarden bepaald door de Vlaamse regering een verlof wegens opdracht bekomen, mits een terugbetaling van het salaris, voor een dienst of een project in het belang van het onderwijs. Deze terugbetaling aan de overheid gebeurt door de organisatie waarvoor het personeelslid werkt Andere prestaties buiten het onderwijs Ook de volgende prestaties worden opgenomen binnen het begrip wekelijkse prestaties : De prestaties verstrekt door de personeelsleden met verlof wegens vakbondsopdracht, zoals bedoeld in artikel 17 van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel en artikel 77 van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. De prestaties verstrekt in het kader van de begeleiding en ondersteuning van de scholen en de centra voor leerlingenbegeleiding bij de implementatie van het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen I, zoals bedoeld in artikel VI.21 van dit decreet. De prestaties verstrekt ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen, zoals bedoeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1991 betreffende het verlof dat aan de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen. De prestaties verstrekt door de personeelsleden met verlof, zoals bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 21 november 1980 betreffende het verlof toegekend aan bepaalde, ter beschikking van de Koning gestelde personeelsleden van de Rijksdiensten. De prestaties verstrekt door de personeelsleden in een ministerieel kabinet van een lid van een Gemeenschapsof Gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering, zoals bedoeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juli 1995 betreffende het verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet van een lid van een Gemeenschaps- of Gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering door personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding. De prestaties verstrekt door personeelsleden als adviseur, door een regeringslid ter beschikking gesteld van zijn voorganger, zoals bedoeld in artikel 8, derde lid van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 betreffende de invulling van beleidsorganen van de federale overheidsdiensten en betreffende de personeelsleden van de federale overheidsdiensten aangewezen om deel uit te maken van een kabinet van een lid van een regering of van een college van een gemeenschap of een gewest. De prestaties verstrekt door een personeelslid ter ondersteuning van het college van commissarissen van de Vlaamse Regering bij de hogescholen, zoals bedoeld in artikel 245, 2 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap. De prestaties verstrekt door de personeelsleden met verlof zoals bedoeld in artikel 166, 1 van het Decreet basisonderwijs van 25 februari De prestaties verstrekt door de personeelsleden met verlof zoals bedoeld in artikel 53 van het Decreet van 5 april 1995 tot oprichting van de onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs. De prestaties verstrekt door de personeelsleden met verlof zoals bedoeld in artikel 156 van het decreet van 14 juli 1998 houdende diverse maatregelen met betrekking tot het secundair onderwijs en tot wijziging van het decreet van 25 februari 1997 betreffende het basisonderwijs.

16 16 De prestaties verstrekt door personeelsleden belast met een opdracht aan een hogeschool, zoals bedoeld in artikel 2, 39 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse gemeenschap (zie ook punt 9.1.2). 10 Clustering van de wekelijkse prestaties Voor de personeelsleden belast met een deeltijdse opdracht als gevolg van de opname van een verlofstelsel, worden de overblijvende prestaties door het schoolbestuur geclusterd 6. Op deze manier wordt van een personeelslid met een deeltijdse opdracht geen fulltime aanwezigheid vereist op de school. Het schoolbestuur verdeelt de nog te presteren prestaties van een deeltijds werkend personeelslid over een proportioneel aantal halve dagen per week. De proportionele verhouding wordt berekend in functie van het aantal halve dagen waarop in de school de lessen doorgaan. Voor de meeste scholen waar de woensdagnamiddag lesvrij is, betekent dit 9 halve werkdagen per week. Scholen waar elke namiddag lessen voorzien zijn omwille van optimale bezetting van vaklokalen, kunnen 10 halve dagen als berekeningsbasis gebruiken voor alle personeelsleden die er tewerkgesteld zijn. Het resultaat van de berekening wordt steeds afgerond naar boven omdat een begonnen halve dag beschouwd wordt als een halve dag waarop de aanwezigheid van het personeelslid wel degelijk nodig is. Een deeltijdse opdracht wordt enkel geclusterd in hoofde van de leraar die deze opdracht op 1 september toegewezen krijgt en er vermoedelijk het hele jaar zal in presteren. Wanneer in de loop van het schooljaar een titularis een verlof neemt, is het niet de bedoeling de schoolorganisatie helemaal te veranderen, omwille van clustering. en Een fulltime personeelslid neemt een verlof VVPSFROMP en werkt halftijds. Haar effectieve opdracht spreidt zich over maximaal 5 halve dagen (9 x ½= 4,5 = 5 halve dagen). Een opvoeder neemt een AVPPAVP voor 3/5 van zijn fulltime opdracht om een winstgevende activiteit uit te oefenen als zelfstandige. Zijn opdracht in de school (2/5) vereist twee volledige dagen aanwezigheid (9 x 2/5= 3,6 = 4 halve dagen). In afspraak met het schoolbestuur wordt overeengekomen dat hij op maandag en dinsdag zal werken in de school. 11 Duur 11.1 Verloven voor verminderde prestaties VVPSFROMP Een verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) kan variëren tussen 1 dag en vijf jaar. Het verlof is niet gebonden aan een minimumduur. Het kan op gelijk welk ogenblik starten en eindigen. VVPSFR50+/VVPSFR2K-14 De twee andere vormen van verlof voor verminderde prestaties (VVPSFR50+, VVPFR2K-14) worden aangevraagd voor onbepaalde duur, zonder een einddatum vast te stellen. Deze stelsels lopen, indien zij niet worden beëindigd, over de schooljaren heen. We raden aan dat er een jaarlijkse aanvraag gebeurt. Voor het geheel van de loopbaan mag, te rekenen vanaf 1 juli 1982, de totale duur van alle perioden voor verminderde prestaties (VVPSFROMP en VVPSFR50+ en VVPSFR2K-14) niet meer bedragen dan vijf jaar. 6 Meer informatie over de clustering van opdrachten is terug te vinden in de mededeling Clusteren van een onvolledige opdracht: afspraken van 30 augustus 2005, M-VVKSO

17 17 Voor het bepalen van deze vijf jaar worden meegerekend de perioden van verlof voor verminderde prestaties wegens sociale en familiale redenen die zijn opgenomen: op grond van het huidige besluit van de Vlaamse regering van 26 april 1990; op grond van de voor 1 september 1989 bestaande reglementaire bepalingen (het gaat enkel over de perioden van verlof voor verminderde prestaties wegens sociale en familiale redenen). Voor het bepalen van deze vijf jaar worden niet meegerekend: de perioden van verlof voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden genomen tussen 1 juli augustus 1989; de verloven voor verminderde prestaties opgenomen vóór 1 juli 1982; de perioden van gelijkgestelde dagen van verlof voor verminderde prestaties gelegen tijdens het jaarlijks vakantieverlof en die enkel voor de bezoldiging worden aangerekend (zie punt ). Bij het overschrijden van de maximumduur kan het personeelslid nog deeltijds werken, maar niet meer binnen een stelsel verlof voor verminderde prestaties. Indien het nog verder deeltijds wenst te presteren, zal de keuze moeten gaan naar een ander verlofstelsel dat verminderd werken toelaat. en zijn de afwezigheid voor verminderde prestaties, de gedeeltelijke terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden en de gedeeltelijke loopbaanonderbreking Specifieke berekeningswijze voor het verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen om een oplossing te bieden voor moeilijkheden overkomen aan de personeelsleden (VVSFROMP) VVPSFROMP aangevraagd voor een bepaald aantal dagen in de periode van 1 september tot 30 juni Alleen de effectief aangevraagde dagen in de periode van 1 september tot 30 juni worden aangerekend op het maximum recht van 60 maanden verlof (bv. 30 dagen, 5 dagen, ) VVPSFROMP aangevraagd voor de volledige periode van 1 september tot 30 juni Voor de berekening van de 60 maanden verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen, worden enkel de dagen van 1 september tot 30 juni in rekening gebracht (= 10 maanden of 300 dagen). De zomervakantie wordt niet meegeteld als verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen VVPSFROMP aangevraagd voor het volledige schooljaar van 1 september tot 31 augustus Voor de berekening van de 60 maanden verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen tellen de dagen van de zomervakantie wel mee als verlof voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen (= 12 maanden of 360 dagen) Afwezigheden voor verminderde prestaties Alle vormen van afwezigheid voor verminderde prestaties worden aangevraagd voor onbepaalde duur, zonder een einddatum vast te stellen. Het gekozen verlofstelsel loopt, indien het niet wordt beëindigd, over de schooljaren heen. We raden aan dat er een jaarlijkse nieuwe aanvraag gebeurt.

18 18 12 Einde 12.1 Verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen (VVPSFROMP) Einde zoals vastgelegd in de aanvraag-overeenkomst Bij opname van het verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen om een oplossing te bieden voor moeilijkheden overkomen aan de personeelsleden (VVPSFROMP) wordt het einde van het verlof vastgelegd in de aanvraag-overeenkomst 7. Het gaat immers om een verlofstelsel afgesloten voor een bepaalde duur. De overeenkomst opgemaakt tussen het personeelslid en het schoolbestuur voorziet in een einddatum. De einddatum kan samenvallen met een schooldag gelegen in de loop van het schooljaar of met het einde van het schooljaar Vroegtijdige beëindiging Het is niet uitgesloten dat in uitzonderlijke situaties en bij onderling akkoord tussen het personeelslid en het schoolbestuur wordt afgeweken van de overeengekomen einddatum in zoverre de reglementering dit toelaat Andere verloven en afwezigheden voor verminderde prestaties (VVPSFR2K-14, VVPSFR50+, AVPPAVP, AVPPA2K-14, AVPPA50+) Ook voor deze vormen van verloven en afwezigheden wordt een aanvraag-overeenkomst opgemaakt. Niettegenstaande deze verlofstelsels voor onbepaalde duur worden toegekend, raden wij aan de einddatum 31 augustus in de aanvraag-overeenkomst te gebruiken. Het principe van de jaarlijkse aanvraag wordt dan ook voor deze verlofstelsels gehanteerd. Het schoolbestuur is in de mogelijkheid om jaarlijks de aanvraag te bekijken en af te toetsen aan de in de school overlegde criteria. Indien aan het verlofstelsel een einde zou worden gesteld, dan kan dit gebeuren door het schoolbestuur of door het betrokken personeelslid. Ongeacht wie het initiatief tot beëindiging neemt, zal het einde van het verlofstelsel steeds samenvallen met het einde van het schooljaar. Dit wil zeggen 31 augustus, zomervakantie inbegrepen. Door geen van beide partijen is het mogelijk vroegtijdig een einde te stellen aan het verlofstelsel in de loop van het schooljaar. Indien het schoolbestuur een einde stelt aan het verlofstelsel bij het verstrijken van het schooljaar dan zal het zijn beslissing daartoe omstandig en schriftelijk motiveren aan het personeelslid uiterlijk op 30 juni. Voor de tijdelijke personeelsleden eindigt het verlof in elk geval bij het einde van de tijdelijke aanstelling Beëindiging bij het wegvallen van het aanvraagmotief Aanvraagmotief van sociale en familiale aard (beperkt tot VVPSFROMP) Bij het wegvallen van de motieven gerelateerd aan sociale of familiale redenen kan, indien het personeelslid hiervoor opteert, het verlofstelsel vroegtijdig eindigen. Vervroegde terugkeer is mogelijk indien het schoolbestuur hiermee instemt (toepassing van de principes van de vroegtijdige beëindiging). 7 Het modelformulier is terug te vinden op de website van het VVKSO, Q personeelsdossier Q formulieren Q aanvraag verlofstelsels Q aanvraag-overeenkomst.

19 Aanvraagmotief van een andere aard (AVPPAVP,VVPSFR2K-14,AVPPA2K-14) Bij het wegvallen van de motieven die te maken hebben met persoonlijke redenen of omwille van 2K-14, is vroegtijdige beëindiging in de loop van het schooljaar niet mogelijk. Het verlofstelsel voor verminderde prestaties toegekend aan een personeelslid dat op het ogenblik van de machtiging een persoonlijke reden heeft of twee kinderen ten laste heeft niet ouder dan 14 jaar en dat in de loop van het schooljaar deze voorwaarde niet meer vervult, neemt slechts een einde bij het verstrijken van het betrokken schooljaar, zomervakantie inbegrepen. In dit geval wordt de beëindiging einde schooljaar toegepast Beëindiging na het verstrijken van de maximumduur van vijf jaar De verloven voor verminderde prestaties ongeacht de reden van aanvraag worden beëindigd op het ogenblik dat de totale som van de verloven voor verminderde prestaties, de duur van de toegelaten vijf jaar bereikt. Het bereiken van de maximumduur kan afhankelijk van de manier waarop deze werd opgebouwd, samenvallen met het einde van het schooljaar of met een andere datum gelegen in het schooljaar. Voor de berekening van deze vijf jaar worden de perioden van afwezigheden niet mee gerekend. We verwijzen voor meer toelichting naar punt Beëindiging tengevolge van een ontslag Los van het tijdstip waarop dit gebeurt, wordt door het ontslag van het personeelslid aan elk stelsel voor verminderde prestaties een einde gesteld. De reden of de aanleiding tot het ontslag is van ondergeschikt belang. en zijn: de oppensioenstelling, het vrijwillig ontslag, de terbeschikkingstelling voorafgaand aan het rustpensioen, mutatie Beëindiging door het wegvallen van de betrekking Indien de betrekking van een vastbenoemd personeelslid bij het begin van het schooljaar volledig wordt afgeschaft, wordt het personeelslid ter beschikking gesteld wegens volledige ontstentenis van betrekking en neemt het verlofstelsel een einde. Zolang het personeelslid niet voor minstens één prestatie-eenheid wordt gereaffecteerd/wedertewerkgesteld, blijft een verlofstelsel voor verminderde prestaties onmogelijk. Voor de vastbenoemde personeelsleden die hun opdracht gedeeltelijk verliezen is er in principe geen probleem om het verlofstelsel te verlengen. De minimumopdracht van één prestatie-eenheid is in dit geval verzekerd. 13 Winstgevende activiteit 13.1 Winstgevende activiteit tijdens de verloven voor verminderde prestaties Algemeen principe Tijdens de verloven voor verminderde prestaties gewettigd door sociale of familiale redenen mag het personeelslid geen vervangende nevenactiviteit uitoefenen. Deze term moet als volgt worden geïnterpreteerd: het is niet toegelaten om vanaf de start of tijdens het verlof een nieuwe of bijkomende winstgevende activiteit te ontwikkelen van welke aard dan ook. Dit geldt zowel binnen als buiten het onderwijs.

20 Afwijking De winstgevende activiteiten die het personeelslid al uitoefende vóór de start van het verlofstelsel mogen verder behouden blijven. Dit betekent dat alle nevenactiviteiten die vooraf werden gecombineerd met een aanstelling in het onderwijs kunnen behouden blijven tijdens het verlof. Deze vooraf gecombineerde activiteiten kunnen liggen binnen of buiten het onderwijs. Zij mogen echter niet worden uitgebreid. en Een personeelslid heeft een lesopdracht PV van 16/29. Ook oefent het een toegelaten zelfstandige activiteit uit als garagist. Het personeelslid wenst zijn opdracht in het onderwijs te verminderen. Indien de omzet van deze zelfstandige nevenactiviteit niet verhoogt, komt het personeelslid in aanmerking om een verlof voor verminderde prestaties VVPSFR2K-14 te nemen. Een fulltime vastbenoemd personeelslid cumuleert met 5/20 tijdelijke aanstelling in het volwassenenonderwijs. Op 1 september daaropvolgend zou het in het secundair onderwijs voor 6/22 een VVPSFROMP opnemen. Op 1 september wijzigt eveneens de opdracht in het volwassenenonderwijs. Indien het het gepondereerd volume van de gewijzigde opdracht 2 500/ sten niet te boven gaat, kan een verlof VVPSFROMP worden toegestaan Winstgevende activiteit tijdens de afwezigheden voor verminderde prestaties Algemeen principe Tijdens de afwezigheden voor verminderde prestaties mag het personeelslid bepaalde winstgevende activiteiten uitoefenen. Winstgevende activiteit buiten het onderwijs Tijdens alle systemen van afwezigheden voor verminderde prestaties is het toegelaten om een winstgevende activiteit uit te oefenen. De winstgevende activiteit die reeds bestond vóór de afwezigheid kan verder worden gezet of uitgebreid. Ook een nieuwe winstgevende activiteit kan worden aangevat en uitgebouwd. Een aanstelling aan een universiteit wordt beschouwd als een activiteit buiten het onderwijs. en Een vastbenoemd leraar heeft een fulltime lesopdracht. Hij geniet al sinds enkele jaren voor 5 uur AVPPAVP. Hij is tevens zelfstandig boekhouder. Hij wenst de deeltijdse opdracht in het onderwijs te verminderen en vergroot op 1 september het volume verlof AVPPAVP. Een administratief medewerker tijdelijk aangesteld in een vacante betrekking bekomt een afwezigheid voor verminderde prestaties wegens twee kinderen ten laste niet ouder dan 14 jaar omdat zij vanaf dat ogenblik het beroep van onthaalmoeder zal uitoefenen (zelfstandig of loontrekkend). Winstgevende activiteit binnen het onderwijs De winstgevende activiteiten binnen het onderwijs die reeds bestonden voor de toekenning van een afwezigheid voor verminderde prestaties mogen verder behouden blijven. Zij kunnen tijdens het verlofstelsel niet worden uitgebreid. Nieuwe winstgevende activiteiten in het onderwijs opstarten na het verkrijgen van een afwezigheid voor verminderde prestaties is niet mogelijk. Het gaat over een activiteit uitgeoefend in: een onderwijsinstelling gefinancierd of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap; een centrum voor leerlingenbegeleiding, gefinancierd of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap; de inspectiediensten, de dienst voor onderwijsontwikkeling en de pedagogische begeleidingsdiensten.