Veranderingen Antwoorden

Transcriptie

1 Veranderingen Antwoorden Paragraaf 1 1a Waarschijnlijk hoeveel procent je energie is van je maximale hoeveelheid 1b Het gemiddelde ligt veel hoger, Bekijk de oppervlakte tussen de grafiek en de stippellijn. Het deel boven de lijn past niet in het deel onder de lijn. Misschien is de stippellijn het minimum voor redelijk functioneren. 3 Van 7 tot 10 uur verandert hij veel (3 uur lang) Van tot uur verandert hij nog meer (1 uur lang) Van tot uur verandert hij nog iets meer (0,45 uur lang) Van 10 tot 13 uur en van tot verandert er bijna niets (3 en 0,5 uur) 5a - 5b Van november tot begin januari is er een toenemende stijging. Daarna is er tot ongeveer 10 februari een afnemende daling. Vervolgens een toenemende daling, gevolgd door afwisselend dalen en stijgen tot mei. 6 Zoiets als / = 3317,956 Dus hebben ongeveer 3300 mensen griep gekregen. 7 Zie de getrokken grafiek, maar de stippellijngrafiek rechts zou ook het laatste deel kunnen zijn. 8 Kan, zie stippellijngrafiek. Hoeft niet, zie getrokken grafiek, deze blijft ruim boven de 5, maar daalt wel steeds. Paragraaf 1 Tweede kwartaal 008 een minigroei. Daarna van e t/m 009 e kwartaal steeds afname, sterkste afname in 3 e kwartaal 009. Maar. In 3 e kwartaal 009 weer een kleine toename. Mening: dit geeft duidelijk weer wanneer en hoeveel de toenames en afnames zijn. De grafiek is gemaakt in 3 e kwartaal 009. Alle derde kwartalen zijn rood gemaakt. Hierdoor kun je staafjes vergelijken die uit hetzelfde seizoen komen. 3 e kwartaal 1999, een toename met ongeveer 5,6% (let op waar 1999 begint) 5 De prijzen dalen. 31

2 6 B rijdt beter in de eerste twee ronden. Hij rijdt een redelijk vlakke wedstrijd (K heeft veel meer verschil in zijn rondetijden) Vanaf de 5 e ronde is het 14 rondes om en om ie sneller rijdt. K heeft aan het eind nog veel energie over, hij rijdt dan 6 rondes sneller dan alle andere rondes. Tel de 5 verschillen op van de rondetijden en je weet wie gewonnen heeft. Dat is Kramer. 7 Gemeten hoeveel mm het verschil is. Gemeten hoeveel mm overeenkomt met 7 sec. Dus verschil is 0,55 sec m is ronde 18 Tel het verschil op van de volgende rondes, dat is 9,1 sec. Dus wint Kramer met 0,03 + 9,1 = 9,13 sec. voorsprong. 9 Van 8 rondetijden het verschil meten en optellen (Kramer rijdt steeds sneller) Omrekenen naar seconden wordt dit ongeveer 6,6 seconden. Kramer wint dus met 6,6 0,63 6 seconden verschil. 10 Dan ligt B voor. Zijn totaaltijd min die van K is dan negatief. 13 Tussen 6.00 uur 3 feb. en 6.00 uur 4 feb. is het water 8 cm gestegen feb feb feb feb. 10 feb zie grafiek bij 14 (De laatste staafjes zijn van 16) 17 b is de waarde waar de lijn de y-as snijdt. Vanuit een punt ga je 1 eenheid naar recht, dan omhoog tot je op de lijn komt. a is hoeveel eenheden je omhoog moet. Moet je naar beneden, dan is a negatief. In a=5 en b= a y = 3x b y = x c y = ½ x + 9½ 18d y = 3 / 4 x p: y = 3x ; q: y = x + 8; r: y = 1½ x + ½ s: y = 3 x + 9; t: y = 8; u: y = ½ x + 9½ 0 k: y = 3; l: x = 1; m: x = 3; x-as: y = 0; y-as: x = 0 1a Stijgend als a > 0 1b y = 3x + 6 is steiler 1c Horizontale lijn op hoogte 3 1d rc = 0 bij een horizontale lijn 1e Een verticale lijn heeft geen rc 1f x = 1g y = 5 1h Dalend 1i Stijgend; dalend 3

3 a P = 1,05x + 87,5 b Zonder BTW is het bedrag 87 euro; dat zijn 190 kaartjes 3a T = 0 h (of T = h + 0) voor 0 h 1; T = ½ h + 14 voor 1 h 4 3b h = 13,5 invullen in de tweede formule geeft T = 7,5 ºC 3c 1900 meter hoogte 4a a = 0,13; b = 0, 4b R = 0,10 t + 0,40 5 Loof: door (50, 30) en (00, 45) geeft L = 0,1 N + 5 Suiker: door (50; 17,0) en (00; 15,5) geeft S = 0,01 N + 17,5 6 1 eenheid naar rechts, dan 3 eenheden omhoog. De staafjes geven de toename aan. Als de staafjes 1 eenheid breed zijn, dan moeten ze dus allemaal 3 hoog zijn. 7 Snijpunt met de y-as weet je niet en de staafjes zijn 3 naar beneden. Dus een vergelijking is y = - 3x + 5 of y = - 3x 17 of zo 8 veel is mogelijk, in ieder geval loopt de grafiek net zo steil naar beneden als de eerste grafiek omhoog liep. 9 Alle staafjes zijn even hoog. 30a Bevolking groeit snel; is er genoeg voedsel? 30b Ontwikkelde landen 30c Vooral Afrika, overige Aziatische landen en India 'groeien'. 30d 1,4 mld op 11,5 mld ongeveer 1 op de 8 30e 4,9 mld in 150 jaar 3,7 mln per jaar bijna per dag 1 per seconde. 31a T 31b 4,5 en 15 uur. 31c 0 0 C in 5 uur; dat is 4 0 C per uur. 31d -0 0 C in 10 uur; dat is - 0 C per uur. 31e 11 0 C in 4 uur; dat is,75 0 C per uur. 31f 31g 15 0 C in 16 uur; dat is 0,94 0 C per uur. T hoort bij de luchttemperatuur, T 1 hoort bij de grond-temperatuur. De grond wordt warmer als de luchttemperatuur hoger is. Het temperatuurverloop van de grond loopt dus achter. 3a t = 1978 P = 5 t = 199 P = 49 t = 14 P = 4 P t = 1,71 3b t = 8 T = 1 t = 0 T = 10 T t = 1 T = - t = -0,17 33a t = 1,5 A = 45 t = 15,5 A = b 34a 34b 34c t =,75 A = 13 A t = 44,7 Gemiddelde snelheid per uur /365 kg 7,4 kg miljoen kg 8,64 miljard ton Tussen 1991 en 1993; met 60 kg. 33

4 34d 34e 34f 34h 35a Ja, want de mensen consumeren steeds meer. Af en toe is er een campagne om de mensen meer milieu-bewust te maken. Periode 77/79 79/81 81/83 83/85 85/87 87/89 89/91 91/93 93/95 95/97 97/99 99/01 toename Nee, want je weet de beginhoeveelheid niet. x y y b Grafiek: zie hiernaast. 36a 1 37a y neemt dan af van ongeveer 6 tot ongeveer 5, b toenamediagram zie hiernaast. 0 38a - ; b 3 ; - 38c 1 ; 4 38d ; ; 3 38e Zie hiernaast een mogelijke grafiek. 39a x = y = 1 x = 5 y = 7 x = 3 y = 6 y x 39c Totale toename is 6, dus bij x = 4 is de toename a y Van 3 tot 11 een toename van 8, dus x 40b y x = 0, c Van x = 3 tot x = 7; toename is +1+3 = 0 41 Rechte lijn met richtingscoëfficiënt (hellingsgetal) Paragraaf 3 1 Afgelezen op de lineaire trendlijn (rechte lijn) 19 cm t = 0 geeft -14 cm (is het startgetal b) t = 100 geeft 5 cm toename per jaar is ( ) : 100 = 0,19 (is het hellingsgetal a) Z = at + b wordt nu Z = 0,19t t = 150 invullen geeft Z = 0,19 x = 14,5 cm t.o.v. NAP 4 Veel antwoorden mogelijk. c. geeft op de GR a 0.5 en b y = 0.5*90-4,71 15,54 cm boven NAP. 6 Let op: De scenario s lopen tot 100. De voorspellingen komen het best overeen met het gemiddelde scenario 7a De deltacommissie gaat vermoedelijk uit van snellere temperatuurstijging, want de zeespiegel stijgt bij deze commissie sneller. 7b matig: ondergrens is 35 cm, bovengrens is 55 cm, verschil is 0 cm warm: ondergrens is 85 cm, bovengrens is 10 cm, verschil is 35 cm 34

5 8 Delta, van 35 naar 10 (10 35) : 50 = 1,7 cm/jaar KNMI, van 35 naar 85 (85 35) : 50 = 1 cm/jaar Verschil is 0,7 cm/jaar, dat is in 50 jaar wel 35 cm 9a Vanaf 1970 is er een duidelijke verandering in de temperatuurstijging, eerst weinig en dan veel meer. 9b Kies t = 0 bij , bij ,7 J = 0,0395t + 9, t = 80 bij 050 J = 0, , = 1,36 graden 1,4 graden (Grafisch extrapoleren ook goed) 10a In de periode toename van 8,8 naar 9,. Dus gemiddeld 0,4/70 0,006 graden. Is ongeveer een derde van de gemiddelde stijging over de hele periode (0,018/0,006=3). In periode stijging van gemiddeld 0,0395 is net iets meer dan het dubbele van de gemiddelde stijging over de hele periode. 10b zie figuur. Dat is de trendbreuk. 11 Klassengesprek 1a de trendlijn kan 0,6 hoger of lager liggen, 1b De lijn gaat wat omhoog of omlaag, dus waarde b verandert. 13 mondiaal van ,8 In Nederland + 1,9 In Nederland is de temp. Stijging dus maal zo groot. Er zijn kennelijk lokaal flinke verschillen. 14a Vanaf ongeveer b c 0,55 graden hoger (trendlijn doorgetekend, verschil gemeten) 15 Als de steel steeds hoger ligt, dan is de temp. afname steeds groter geschat. 16a Door de grijze vlek, vanaf 1600 is die ongeveer half zo breed. In de laatste jaren wordt de grijze vlek weer smaller. 16b In de periode nam de temperatuur langzaam af, vanaf 1900 nam de temperatuur ineens snel toe. 17 ( ) : 35 = - 66,9 18 de gemiddelde stijging is veel groter dan de gemiddelde daling. 19a (15,1 16,) : 8 0,04 19b (1,1:16,) * 100 7,8% afname (of met minteken) 0 Nee. 175 * 0,04 = 7, geen 15,1 (ijsopp. volgens trend in 005). 1 Dit lijkt sterker te zakken. Zie de laatste drie jaar in de grafiek. a tabelwaarden: -,5 - -1,