Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Brugklassers van het voortgezet onderwijs Joods, museum, expertmethode, ronleiding

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Brugklassers van het voortgezet onderwijs Joods, museum, expertmethode, ronleiding"

Transcriptie

1 GEGEVENS VOORBLAD PROFIELPRODUCT Naam auteur(s) Graziella, de Guytenaere, M.A. Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie Keyvan, Shahriari Zavare, M.A. Religie en Levensbeschouwing Project Joods?! Een vernieuwd ontwerp voor het project Joods?! in het Joods Historisch Museum. Cultuureducatie Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Brugklassers van het voortgezet onderwijs Joods, museum, expertmethode, ronleiding Guytenaere, G., Shahriari Zavare, K. (2012). Project Joods?!.Amsterdam: Interfacultaire Lerarenopleidingen UvA. Studentnummer Graziella de Guytenaere (stundentnr ) Begeleider(s) Naam beoordelaar, indien bekend Opdrachtgever Keyvan Shahriari Zavare (student nr ) Chantal Weststrate Datum Esther Zijlstra, docent aan het Trinitas College, locatie Han Fortmann in Heerhugowaard 1

2 Abstract Het product dat wij hebben geleverd aan het Trinitas College is een vernieuwde versie van het programma Joods?!. Dit dient als een oplossing voor het probleem dat het programma Joods?! dat door het JHM aangeboden wordt aan brugklassers, in zijn huidige vorm zijn doelstellingen niet behaalt. Namelijk, de leerlingen nemen te weinig kennis op van de aangeboden deelonderwerpen en krijgen zo niet het gevarieerde beeld van joods in Nederland. Ons product bestaat uit werkvormen en opdrachten bij de gegeven informatie die ervoor moeten zorgen dat deze doelstellingen behaald worden. Het vernieuwde programma hebben wij geleverd in de vorm van een lespakket bestaande uit de opdrachten voor de leerlingen en een docentenhandleiding. Aan de hand van de volgende onderzoeksvraag hebben wij onderzocht welke suggestie gedaan kan worden om het programma Joods?! efficiënter en interactiever te maken: Hoe kunnen we het huidige programma Joods?! zoals door het Joods Historisch Museum wordt aangeboden, zo aanpassen dat de leerlingen meer interactief en efficiënter binnen het Joods Historisch Museum kennis verkrijgen van het programma? We zijn tot een antwoord gekomen op de hoofdvraag door de volgende deelvragen te beantwoorden: 1-Welke werkvormen worden nu gebruikt met betrekking tot de module Joods?! 2- Om welke reden(en) wordt met de huidige werkvormen het beoogde resultaat niet bereikt? 3-Met behulp van welke werkvormen zullen wij het beoogde doel, dat de leerlingen interactief en efficiënt kennis verkrijgen van de onderwerpen die aangeboden worden door het Joods Historisch Museum, bereiken? 4- Welke opdrachten kunnen we maken binnen de werkvormen die ervoor zorgen dat leerlingen interactief en efficiënt kennis van de onderwerpen die aangeboden worden door het Joods Historisch Museum verkrijgen? Uit de analyse van de werkvormen van het huidige programma blijkt dat er niet effectief samenwerkend wordt geleerd. Ook ontstaat er geen gevarieerd beeld van joods in Nederland. De leerlingen doen kennis op van één onderwerp, dit werd bevestigd door de uitkomsten van de vragenlijst die we hebben afgenomen bij vier brugklassen na het museumbezoek, waar naar voren kwam dat meer dan de helft van de leerlingen (67) bij de open vraag over wat zij hebben geleerd aangeeft niks geleerd noch onthouden te hebben van de presentaties van hun klasgenoten.de fasen schematiseren en onthouden die belangrijk zijn bij het opbouwen van kennis ontbreken volledig, omdat de leerlingen niets doen met de informatie die ze van hun medeleerlingen krijgen over de overige onderwerpen.voor een effectief programma van Joods?! is het dus van belang dat succesvol samenwerkend leren van toepassing wordt op alle onderwerpen zodat de leerlingen ook kennis verkrijgen van de overige onderwerpen, door betekenis op te bouwen, te schematiseren en te onthouden. Dit hebben we dan ook geintegreerd in ons vernieuwde programma, waarbij we hebben 2

3 gekozen om de werkvorm expertmethode toe te passen, zodat uiteindelijk alle groepsleden aangesproken kunnen worden op het begrijpen van alle leerstof. Vanuit deze werkvorm hebben we nieuwe opdrachten gemaakt bij ieder object/onderwerp, bestaande uit algemene en expert vragen. We zijn tevreden over het product dat we hebben aangeboden aan het Trinitas College.Wel zijn we erachter gekomen dat het ontwikkelen van dit programma niet past binnen de ruimte die we hiervoor hebben gekregen voor Profielproduct. Hoewel we nu een compleet product hebben aangeboden, is dit een voorlopig programma dat we waarschijnlijk zullen aanpassen. Met de opdrachtgever is afgesproken dat er een pilot project zal plaatsvinden waarbij een brugklas het nieuwe programma zal uitvoeren in het museum. Met de uitkomsten hiervan zullen we het programma wellicht aanpassen en een definitief persoonlijk opdrachtenboekje voor de leerlingen maken, waarin ze de antwoorden kunnen opschrijven. Ook zullen we de overkoepelende opdracht en de beoordelingsopdracht tijdens de verwerking op school dan verder uitwerken. 3

4 Inhoudsopgave Blz. Inleiding 5 1. Probleemverkenning Probleemomschrijving Probleemanalyse Probleemstelling 7 2. Onderzoeksvraag Deelvragen 8 3. Groepen en instrumenten 8 4. Product 8 5. Verantwoording vanuit de eindtermen 9 6. Analyse van de vragenlijst Vragenlijst (bijlage 1) Ervaring van leerlingen over het geven van een presentatie (bijlage 2) Het aantal onderwerpen dat de leerlingen onthouden na het museumbezoek (bijlage 3) Wat geleerd is over de presentatie van hun klasgenoten (bijlage 4) Conclusie resultaten vragenlijst Analyse werkvormen huidig programma Joods?! Werkvormen vernieuwde programma Joods?! Voorstel Leerdoelen Conclusie 18 Bijlagen 20 Bijlage 1- statistieken vragenlijst 20 Bijlage 2- statistieken vragenlijst 20 Bijlage 3- statistieken vragenlijst 21 Bijlage 4- statistieken vragenlijst 22 Bijlage 5- vragenlijst na het bezoek aan het Joods Historisch Museum 23 Bijlage 6- Opdrachtenblad museumbezoek 25 Bijlage 7- Docenthandleiding 33 Literatuurlijst 53 4

5 Inleiding Het Trinitas College organiseert ieder jaar een excursie naar het Joods Historisch Museum (JHM) in Amsterdam voor alle brugklassers. Hierbij volgen de leerlingen het programma Joods?! dat aangeboden wordt door het JHM. De leerlingen krijgen in de voorbereidende les een onderwerp toegewezen, waar ze in tweetallen aan de hand van de website van het JHM informatie bij moeten zoeken. Bij het museumbezoek wordt de klas in twee groepen gesplitst van ongeveer 15 leerlingen. Ze houden individueel een presentatie over het onderwerp waarin ze zich verdiept hebben bij een bijbehorend object. Voor deze presentatie krijgen de leerlingen een cijfer. Een aantal docenten die dit programma begeleiden is niet zo tevreden over het programma en zien dit graag anders. Kritiek vanuit de opdrachtgever, een docente Levo, is dat de leerlingen erg zenuwachtig zijn voor hun presentatie in het museum, waardoor ze minder goed luisteren naar zowel de gids als de klasgenoten en daardoor veel informatie mislopen. Ze is op zoek naar een programma waarbij de leerlingen in groepjes samenwerken, zowel bij het lezen van alle informatie als bij het maken van een opdracht die daaraan verbonden is. Het is de bedoeling dat aan het eind van de module iedereen geleerd heeft en de kennis beklijft. Onze opdrachtgever is hierover in gesprek gegaan met het JHM, maar er is vooralsnog niets aan veranderd (verbeterd). Oorzaken hiervan zijn gebrek aan tijd, geld en medewerkers vanuit het JHM. Dit probleem kwam ons ter ore en wij zagen hierin een mooi profielproduct. De sectie Levo van het Trinitas College besteedt deze opdracht graag aan ons uit, aangezien er zowel vanuit de school als het museum een gebrek is aan tijd en personeel om deze opdracht tot uitvoering te brengen. De opdrachtgever ziet dit als een kans om volgend jaar een verbeterd programma van Joods?! uit te voeren. Naar aanleiding van dit verlangen en de opdracht die wij vanuit het ILO hebben voor het vak cultuur en erfgoededucatie hebben wij deze kans genomen om een bijdrage te leveren aan een verbeterd programma van Joods?!. Om een goed beeld te krijgen van het huidige programma hebben wij meegelopen met de excursie waarna een vragenlijst is afgenomen bij vier brugklassen waaruit bleek dat met het huidige programma de beoogde doelen niet behaald worden. Vervolgens zijn wij aan de hand van de analyse van het huidige programma en de afgenomen vragenlijst aan de slag gegaan met het herontwerp van het huidige programma aan de hand van nieuwe werkvormen. In deze paper wordt uiteengezet op welke wijze wij dit gedaan hebben. 5

6 1. Probleemverkenning 1.1 Probleemomschrijving Het probleem dat bij de huidige methode is geconstateerd is dat de brugklassers tijdens het volgen van het programma Joods?! de beoogde doelen van het programma niet halen. De oorzaak hiervan ligt waarschijnlijk bij de opdrachten die verbonden zijn aan het huidige programma. Het is de bedoeling dat leerlingen kennis nemen van twaalf onderwerpen en zo een gevarieerd beeld krijgen van joods in Nederland. Maar ze krijgen de opdracht zich te verdiepen in één onderwerp waar ze voor een cijfer een presentatie over houden. Daarnaast wordt van ze verwacht dat ze goed opletten bij de andere presentaties en zo wordt aangenomen dat ze over deze onderwerpen ook kennis verwerven. De ervaring van begeleidende docenten van het programma vertelt dat dit niet het geval is, voornamelijk vanwege de zenuwen voor hun eigen optreden. Een andere oorzaak lijkt ons, omdat ze met de andere onderwerpen simpelweg niets moeten. Behalve het geven van hun presentatie, hoeven de leerlingen in het museum en na het museumbezoek verder niet actief bezig te zijn. Om de beoogde doelen die het programma joods?! stelt te bereiken zou de opdracht die verbonden is aan de informatie alle onderwerpen moeten beslaan. Zowel het JHM als het Trinitas College als de brugklassers die de module volgen zouden er baat bij hebben als het programma herontworpen wordt tot een opdracht die leidt tot meer interactie tussen de leerlingen, waarbij kennis van de verschillende onderwerpen verworven wordt, zodat het leerdoel, een gevarieerd beeld van joods in Nederland door een actieve inbreng en zelfwerkzaamheid van leerlingen, wordt behaald. 1.2 Probleemanalyse De opdrachten die aan het programma Joods?! verbonden zijn resulteren niet in voldoende kennis bij de leerlingen. De opdrachtgever geeft aan dat er empirisch waargenomen is dat leerlingen niet actief bezig zijn met informatie en opdrachten in het museum. Ze zijn voornamelijk gefocust op hun eigen presentatie over één onderwerp. De prestatiedruk zorgt voor zenuwen, waardoor ze niet goed luisteren naar de presentaties van medeleerlingen over de andere onderwerpen. Ook vinden de presentaties plaats op een tijdstip waar ook bezoekers aanwezig zijn, wat soms storend is en de concentratie van de leerlingen aantast. Het is de bedoeling dat het museumbezoek leerzaam is, maar dat het geen druk oplevert waardoor de informatie niet blijft hangen bij de leerlingen, wat nu het geval is. Het JHM omschrijft Joods?! als een interactief programma, waarbij leerlingen via presentaties een gevarieerd beeld krijgen van joods in Nederland. Het doel van het programma is volgens de website van het JHM een gevarieerde beeldvorming van 'joods'. Het programma vergt een actieve inbreng en zelfwerkzaamheid van de leerlingen. (geraadpleegd op 21 maart 2012, via onderwijs/joods) Het beoogde doel wordt op de huidige werkwijze niet bereikt. Doordat de leerlingen zich maar in één onderwerp verdiepen nemen ze alleen van dat onderwerp voldoende kennis. Hoewel ze een goed cijfer halen voor hun 6

7 presentatie, betekent dit dat ze zich één onderwerp eigen gemaakt hebben, maar hun kennis van de andere elf onderwerpen wordt niet getoetst. Doordat ze niet opletten bij de andere presentaties, lopen ze informatie mis, waardoor ze geen gevarieerd beeld van joods in Nederland krijgen. De actieve inbreng en zelfwerkzaamheid die het JHM voor ogen heeft, heeft alleen betrekking op hun eigen onderwerp, waar ze over het algemeen alleen zelf iets van opsteken. Het gesprek met het JHM maakte duidelijk dat zij het presenteren aan de hand van een object erg belangrijk vinden, en dat zij dit element in zeker vorm willen behouden in het nieuwe programma, aangezien dit volgens hen een belangrijk leerdoel is van het programma Joods?!. Dit jaar voeren de brugklassers het huidige programma weer uit in April. Door het afnemen van een vragenlijst voorafgaand aan het museumbezoek en na afloop van het bezoek, kunnen we een extra meting doen van de verworven kennis over de overige elf onderwerpen, waar de leerlingen zelf geen presentatie over houden. Daarbij kunnen we aan de hand van deze vragenlijst feedback vragen aan de leerlingen over deze werkwijze. Aan de hand van vakdidactische literatuur zullen we het huidige programma verder analyseren. Door gebruik te maken van Ebbens (2009), Marzano en Miedema (2011), de leerstijlen van Kolb in het museum (Hoogstraat & Vels Heijn, 2011) en Omgevingsonderwijs, van project naar praktijk (Manen & Riessen, 2006) kunnen we onderzoeken welke werkvormen er nu worden gebruikt en waarom het gebruik ervan niet leidt tot de beoogde doelen. Hierbij zullen we onder andere kijken naar activerende werkvormen en de veiligheid van de leeromgeving. 1.3 Probleemstelling De probleemstelling is dat leerlingen niet ten volle profiteren de rondleiding in het JHM. Wij zullen gaan onderzoeken waarom de leerlingen niet ten volle de kennis verkrijgen en de ervaring beleven die het JHM hen met het programma joods?! aanbiedt. Vervolgens zullen wij met verbeteringen en aanpassingen komen om dit probleem op te lossen. 2. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we het huidige programma Joods?! zoals door het Joods Historisch Museum wordt aangeboden, zo aanpassen dat de leerlingen meer interactief en efficiënter binnen het Joods Historisch Museum kennis verkrijgen van het programma? Aan de hand van deze voorschrijvende vraag zullen we exploreren welke suggestie gedaan kan worden om het programma Joods?! efficiënter en interactiever te maken (Verhoeven, 2008). Met efficiënter kennis verkrijgen bedoelen we dat ze kennis zullen nemen van alle aangeboden onderwerpen in plaats van het ene onderwerp, zoals in het huidige programma het geval is. Met interactief kennis verkrijgen, bedoelen we dat de leerlingen door samen te werken, dus door samenwerkend leren, tot kennis van de verschillende onderwerpen komen (Ebbens, 2009). 7

8 2.1 Deelvragen 1-Welke werkvormen worden nu gebruikt met betrekking tot de module Joods?! 2- Om welke reden(en) wordt met de huidige werkvormen het beoogde resultaat niet bereikt? 3-Met behulp van welke werkvormen zullen wij het beoogde doel, dat de leerlingen interactief en efficiënt kennis verkrijgen van de onderwerpen die aangeboden worden door het Joods Historisch Museum, bereiken? 4- Welke opdrachten kunnen we maken binnen de werkvormen die ervoor zorgen dat leerlingen interactief en efficiënt kennis van de onderwerpen die aangeboden worden door het Joods Historisch Museum verkrijgen? 3. Groepen en instrumenten Onze onderzoeksgroep betreft de brugklassers van het Trinitas College. De reden hiervoor is omdat de module Joods altijd en slechts aangeboden wordt aan de brugklassen. Als instrumenten zullen wij het oude programma voor de module Joods gebruiken. Deze zullen wij analyseren doormiddel van de kennis uit Ebbens (2009), Marzano (2011), de leerstijlen van Kolb in het museum en Omgevingsonderwijs van van Manen en van Riessen (2006), om te zien om welke reden het beoogde resultaat niet ten volste bereikt wordt. Vervolgens zal naar aanleiding van de methoden die deze auteurs bespreken gezocht worden naar werkvormen waarmee het beoogde doel wel zal worden bereikt. 4. Product Het product dat wij zullen leveren aan het Trinitas College is een vernieuwde versie van het programma Joods?!. Dit dient als een oplossing voor het probleem dat het huidige programma Joods?!, zoals het nu aangeboden wordt door het JHM, zijn doelstellingen niet behaalt. Namelijk, de leerlingen nemen te weinig kennis op van de aangeboden deelonderwerpen en krijgen zo niet het gevarieerde beeld van joods in Nederland. Ons product zal bestaan uit werkvormen en opdrachten bij de gegeven informatie die ervoor moeten zorgen dat deze doelstellingen behaald worden. Het vernieuwde programma zullen wij leveren in de vorm van een lespakket bestaande uit de opdrachten voor de leerlingen en een docentenhandleiding. 8

9 5. Verantwoording vanuit de eindtermen Volgens het NPCS-kerndoelenprogramma is het de bedoeling dat het vak godsdienst/levensbeschouwing een oriënterend karakter heeft. De leerlingen krijgen inzicht in het ontstaan, de actuele betekenis en de reikwijdte van relevante godsdiensten en levensbeschouwingen. Daarbij richt het vak zich op de vaardigheden van het communiceren en samenwerken, alsmede op de daartoe gewenste attituden. Ons programma Joods?! sluit aan bij deze kerndoelen en dan voornamelijk bij domein A, vaardigheden en domein D, verbeelding en esthetiek. In dit domein zijn onderzoeks- argumentatieve en communicatieve vaardigheden alsmede praktische vaardigheden aan elkaar gerelateerd. Ons programma sluit binnen dit domein aan bij de eindtermen 1 en 2 die onderzoeksvaardigheden en vaardigheden betreffen met betrekking tot herkennen en beschrijven van godsdienstige/levensbeschouwelijke vraagstukken voor het individu en de samenleving. Daarnaast sluit de excursie aan bij domein D, verbeelding en esthetiek. Zoals aangegeven wordt in de eindtermen, zijn godsdienstige en levensbeschouwelijke tradities bij uitstek georiënteerd op het uitdrukken, beleven en oproepen van ervaringen en stemmingen via verhalen, symbolen, metaforen en rituelen. Het JHM is bij uitstek de plek waar deze verhalen en symbolen geleverd worden, waar leerlingen hun beeld geven en nieuwe beelden aangereikt krijgen. 6. Analyse van de vragenlijst Om een helder beeld te krijgen van de ervaring van de leerlingen bij het huidige programma Joods?! hebben wij onder vier brugklassen, gezamenlijk bestaande uit 102 leerlingen, een vragenlijst (zie bijlage 5) afgenomen waarbij de volgende conclusies getrokken kunnen worden. De analyse van de uitkomsten van de vragenlijst heeft bevestigd dat met programma de beoogde doelen niet behaald worden met de huidige werkvormen. 6.1 Vragenlijst (bijlage 1) In het begin van de vragenlijst wordt aan de leerlingen een viertal vragen gesteld. -1 Of zij voor hun presentatie voldoende voorbereidingstijd hebben gehad vooraf aan het bezoek aan het Joods Historisch Museum. -2 Of de voorbereiding in het Joods Historisch Museum, vooraf aan hun eigen presentatie, nuttig is geweest. -3 Of zij veel geleerd hebben van de presentatie van hun klasgenoten. De leerlingen konden antwoord geven met behulp van een vierpunts schaal (helemaal waar, waar, niet waar, helemaal niet waar). Van de 102 leerlingen heeft meer dan de helft aangegeven dat zij het nuttig vonden om vooraf een voorbereiding te hebben, 40 hebben waar aangegeven en 25 hebben 9

10 helemaal waar aangegeven. De overige leerlingen vonden het niet nuttig, 26 gaven niet waar aan en 11 gaven helemaal niet waar aan. Meer dan de helft (72 leerlingen) gaf aan dat zij de voorbereiding in het museum als nuttig hebben ervaren, 26 hebben waar aangegeven en 47 hebben helemaal waar aangegeven. Slecht 16 gaven niet waar aan en 13 gaven helemaal niet waar aan. Wanneer het aankomt op de vraag of zij veel geleerd hebben van de presentaties van hun klasgenoten heeft precies de helft aangeven dat zij veel geleerd hebben, 40 hebben waar aangegeven en 11 hebben helemaal waar aangegeven. De andere 50% hebben aangegeven niet veel geleerd te hebben, 38 gaven niet waar aan en 13 gaven helemaal niet waar aan. 6.2 Ervaring van leerlingen over het geven van een presentatie (bijlage 2) Er is aan de leerlingen gevraagd hoe zij achteraf terugkijken op het geven van een presentatie. Zij konden hun ervaring beschreven aan de hand van de volgende categorieën: leuk, leerzaam, spannend, eng of anders negatief. Er is geconstateerd dat over het algemeen, van de 102 leerlingen 56 heeft aangegeven dat zij het geven van een presentatie als leerzaam hebben ervaren, 33 leerlingen vonden het leuk en 25 vonden het spannend. Een kleine hoeveelheid van 15 leerlingen heeft de presentatie als negatief ervaren. 6.3 Het aantal onderwerpen dat de leerlingen onthouden na het museumbezoek (bijlage 3) Er is de aan de leerlingen gevraagd welk van de twaalf behandelde onderwerpen in het museum zij nog kunnen herinneren. Hierbij heeft het grootste aantal leerlingen (19 van de 102) aangegeven alle twaalf de onderwerpen te kunnen herinneren. In de grafiek is te zien dat slechts een klein aantal aangeeft dat zij slechts hun eigen onderwerp hebben kunnen onthouden (3 van de 102). 6.4 Wat geleerd is over de presentatie van hun klasgenoten (bijlage 4) Aan elk van de 102 leerlingen is in een open vraag gevraagd te noteren wat zij precies geleerd hebben van de presentaties van hun klasgenoten. Er is geconstateerd dat meer dan de helft van de leerlingen (67 van de 102 leerlingen) heeft aangegeven helemaal niks geleerd te hebben noch iets inhoudelijks te herinneren over een presentatie van hun klasgenoten. Van de 102 leerlingen gaven er 13 een algemeen antwoord als ik heb meer geleerd over het jodendom, ik weet nu meer over joodse tradities of ik weet nu meer over joodse mensen. Tien leerlingen waren specifieker en gaven antwoorden als ik weet meer over hoe een joodse bruiloft in elkaar zit of ik weet wat pesach is. Slechts een kleine hoeveelheid van 12 leerlingen gaf inhoudelijk specifieke antwoorden op 1, 2, 3 of 4 onderwerpen waar zij ook informatie over konden geven. 10

11 6.5 Conclusie resultaten vragenlijst Er is geconstateerd dat van de 102 leerlingen meer dan de helft een positief beeld heeft bij zowel hun ervaring over het voorbereiden van hun presentatie voor het museum, tijdens het museumbezoek als het daadwerkelijk geven van hun presentie. De helft gaf aan veel geleerd te hebben van de presentaties van hun klasgenoten en meer dan de helft van de leerlingen gaf aan meer onderwerpen te herinneren dan hun eigen onderwerp (hiervan gaven 19 leerlingen aan alle twaalf de onderwerpen te herinneren). Echter is er een mogelijkheid dat er sociaal wenselijke antwoorden genoteerd zijn bij sommige vragen. De reden waarin dit mogelijk is komt doordat meer dan de helft van de leerlingen (67) bij de open vraag over wat zij hebben geleerd aangeeft niks geleerd noch onthouden te hebben van de presentaties van hun klasgenoten. Slecht een kleine hoeveelheid van 12 leerlingen was in staat om inhoudelijke specifiek 1, 2, 3 of 4 onderwerpen te beschrijven buiten hun eigen onderwerp. Dit geeft aan dat de leerlingen tijden hun bezoek aan het Joods Historisch Museum duidelijk geen aandacht hebben voor de presentatie van hun klasgenoten. Onze theorie is dat dit veroorzaakt wordt door de prestatiedruk van hun eigen presentatie aan de ene kant en aan de andere kant het feit dat zij niks hoeven te doen met de informatie uit de presentatie van hun klasgenoten. 7. Analyse werkvormen huidig programma Joods?! - Beantwoording deelvraag 1: Welke werkvormen worden nu gebruikt met betrekking tot de module Joods?! - Beantwoording deelvraag 2: Om welke reden(en) wordt met de huidige werkvormen het beoogde resultaat niet bereikt? Het JHM omschrijft Joods?! als een interactief programma, waarbij leerlingen via presentaties een gevarieerd beeld krijgen van joods in Nederland. Het doel van het programma is volgens de website van het JHM een gevarieerde beeldvorming van 'joods'. Het programma vergt een actieve inbreng en zelfwerkzaamheid van de leerlingen. (geraadpleegd op 21 maart 2012, via Het beoogde doel wordt op de huidige werkwijze niet bereikt. Doordat de leerlingen zich maar in één onderwerp verdiepen nemen ze alleen van dat onderwerp voldoende kennis. Hoewel ze een goed cijfer halen voor hun presentatie, betekent dit dat ze zich één onderwerp eigen gemaakt hebben, maar hun kennis van de andere elf onderwerpen wordt niet getoetst. Doordat ze niet opletten bij de andere presentaties, lopen ze informatie mis, waardoor ze geen gevarieerd beeld van joods in Nederland krijgen. De actieve inbreng en zelfwerkzaamheid die het JHM voor ogen heeft, heeft alleen betrekking op hun eigen onderwerp, waar ze over het algemeen alleen zelf iets van opsteken. Het programma is als volgt opgebouwd: op school onderzoeken de leerlingen in groepjes van twee via de website van het museum gezamenlijk één onderwerp, dat te maken heeft met het jodendom 11

12 of met de geschiedenis van de joden in Nederland. Tijdens het bezoek aan het museum krijgen de leerlingen weer in groepjes van twee van de museumdocent een aantal verdiepende opdrachten over hun gekozen onderwerp. De klas wordt vervolgens in tweeën gedeeld en de leerlingen geven individueel een presentatie over hun onderwerp. Het programma bestaat volgens de docentenhandleiding van het programma Joods?! uit twee delen: 1. Op school: klassikale voorbereiding en voorbereiding in groepjes van twee. 2. In het museum: waarbij de leerlingen tijdens het museumbezoek individueel presentaties geven over hun onderwerp aan hun medeleerlingen. Naast deze tweedeling wordt er in de docentenhandleiding ook een suggestie gedaan voor een gedeelte terug in de klas. Op dit deel wordt het minst de nadruk gelegd, terwijl dit gedeelte belangrijk is voor de verwerking en reflectie en deze hier getoetst kan worden. Hier kan gemeten worden of de doelen daadwerkelijk behaald zijn. De verschillende presentaties zouden volgens de docentenhandleiding duidelijk gemaakt moeten hebben dat joods, vele gezichten heeft, iedereen daar eigen ideeën en associaties bij heeft, identiteit en imago blijkbaar niet altijd overeen komen en de werkelijkheid altijd veel kleuriger is dan dat je op het eerste gezicht zou denken. Dit wordt dan gemeten doordat de leerlingen kaartjes invullen waarop ze de vraag waar denk je aan bij joods? beantwoorden. Voorafgaand aan het programma hebben ze deze vraag ook beantwoord. Het is nu de bedoeling dat daar een verschil uit komt. Door deze vragen te bespreken krijgen de leerlingen het inzicht dat de verschillende leerlingen verschillende ideeën hebben bij joods. En dat hun eerste associatie bij joods die door imago/stereotype en beeldvorming is ontstaan niet per se overeenkomt met de daadwerkelijke identiteit van de joden. Er hoeft niet per se uit te komen dat joods vele gezichten heeft, en dat de werkelijkheid veel kleuriger is. Doordat de leerlingen hoofdzakelijk met één onderwerp bezig geweest zijn, kunnen ze dit te weinig onderbouwen. Het programma vergt naar eigen zeggen een actieve inbreng, zelfwerkzaamheid en samenwerking. De werkvormen die gebruikt worden om dit te bereiken zijn als volgt: - Activeren van de voorkennis door de vraag: Waar denk je aan bij joods?!. Hier is geen specifieke werkvorm aan verbonden. Het lijkt individueel beantwoord te worden en het wordt leeg gelaten wat de docent met de antwoorden zou moeten doen. Als de antwoorden niet besproken worden in de les, wordt de voorkennis wel geactiveerd, maar wordt daar nog geen nieuwe informatie aan verbonden. Zouden de verschillende antwoorden wel worden besproken, dan worden de leerlingen zich bewust van verschillende denkbeelden bij joods. - Samenwerken in tweetallen: een presentatie voorbereiden aan de hand van informatie op de website, en informatie en vragen in het museum die ze eventueel in hun presentatie verwerken. - Individuele presentatie. 12

13 - Evaluatie door beantwoording van de vraag: Waar denk je aan bij joods?!. De werkvorm is het individueel beantwoorden van de vraag en vervolgens het antwoord te vergelijken met hun eerste antwoord op de vraag. Er wordt een suggestie gedaan voor de docent om te vragen: Wat is hetzelfde gebleven en wat is er veranderd?. Wederom is er aan de beantwoording van deze vraag geen werkvorm verbonden. De werkvormen waar in het programma de nadruk op gelegd wordt, informatie over een onderwerp vinden door samen te werken en de individuele presentatie, zijn werkvormen die in de huidige vorm niet leiden tot de leerdoelen (een gevarieerd beeld van joods). Succesvol samenwerkend leren resulteert in een activerende werkhouding van de leerling, waardoor de behandelde stof geïntegreerd zal worden. Om de leerlingen succesvol samenwerkend te laten leren, moet er sprake zijn van positieve wederzijdse afhankelijkheid, individuele aanspreekbaarheid, directe interactie, sociale vaardigheden, evaluatie en bijstelling van groepsprocessen (Ebbens, 2009, p ). Door positieve wederzijdse afhankelijkheid ervaren de leerlingen dat ze elkaar nodig hebben om de opdracht te vervullen en er moet inzet zijn van alle betrokkenen (Ebbens, 2009, p. 97). Hiervan is bij deze opdracht geen sprake. Ze werken wel in tweetallen aan hun presentatie, maar hierbij zijn ze niet per se afhankelijk van elkaar. Directe interactie betekent dat de leerlingen elkaar ondersteunen en op directe wijze met elkaar communiceren (Ebbens, 2009, p. 97). Op deze manier moeten ze dus samen problemen verkennen waarbij ze elkaar nuanceren. (Ebbens, 2009, p. 99). Dit doen ze enigszins wanneer ze samenwerken aan de presentatie, maar dit wordt niet zichtbaar. Vooral bij de museumopdracht is er geen sprake van bovenstaande regels. Het is de bedoeling dat de leerlingen door naar elkaar te luisteren samen tot veel informatie komen te beschikken en zo een gevarieerd beeld van joods in Nederland krijgen. Het probleem bij deze werkvorm is dat er niets gedaan wordt met de informatie die de leerlingen krijgen van hun klasgenoten. Er is hier geen sprake van wederzijdse afhankelijkheid, directe interactie of individuele aanspreekbaarheid, omdat de leerlingen de informatie van hun klasgenoten niet hoeven te verwerken. Volgens Marzano en Miedema kun je het aanleren van inhoudelijke kennis in drie fasen verdelen: betekenis opbouwen, schematiseren en onthouden (Marzano & Miedema, 2011, p ). Door de huidige werkvormen wordt er betekenis opgebouwd door de voorkennis te activeren in de eerste les op school. Ze moeten nadenken over de vraag wat ze denken bij joods en naarmate ze verder in het programma komen, wordt hier informatie aan verbonden. Ook schematiseren ze de informatie door het te verwerken in een presentatie die ze in eerste instantie op papier zetten. Ze onthouden de informatie doordat ze deze presenteren in het museum. Ook daar wordt weer nieuwe informatie verbonden aan de kennis die ze tijdens de voorbereiding van de presentatie hebben opgedaan, door de vragen in het museum te beantwoorden en het object in het echt te zien. Wanneer ze ervoor kiezen dit in hun presentatie te verwerken, zal deze informatie mogelijk beklijven. Maar hierdoor ontstaat er geen gevarieerd beeld van joods in Nederland. Ze hebben nu kennis opgedaan van één onderwerp. De informatie over de overige onderwerpen worden opgezegd door hun klasgenoten. Er wordt hier 13

14 wellicht enigszins beroep gedaan op hun voorkennis, maar dit wordt niet gecontroleerd. De fasen schematiseren en onthouden ontbreken volledig, omdat ze na geluisterd te hebben naar de informatie er niets meer mee doen. Voor een effectief programma van Joods?! is het dus van belang dat succesvol samenwerkend leren van toepassing wordt op alle onderwerpen zodat de leerlingen ook kennis verkrijgen van de overige onderwerpen, door ook hier betekenis op te bouwen, te schematiseren en te onthouden. 8. Werkvormen vernieuwde programma Joods?! - Beantwoording deelvraag 3: Met behulp van welke werkvormen zullen wij het beoogde doel, dat de leerlingen interactief en efficiënt kennis verkrijgen van de onderwerpen die aangeboden worden door het Joods Historisch Museum, bereiken? Voor een effectief programma van Joods?! is het van belang dat succesvol samenwerkend leren van toepassing wordt op alle onderwerpen zodat de leerlingen ook kennis verkrijgen van de overige onderwerpen, door ook hier betekenis op te bouwen, te schematiseren en te onthouden. Succesvol samenwerkend leren zal resulteren in een activerende werkhouding van de leerling, waardoor de behandelde stof geïntegreerd zal worden. Om de leerlingen succesvol samenwerkend te laten leren, moet er sprake zijn van positieve wederzijdse afhankelijkheid, individuele aanspreekbaarheid, directe interactie, sociale vaardigheden, evaluatie en bijstelling van groepsprocessen (Ebbens, 2009, p ). Door positieve wederzijdse afhankelijkheid ervaren de leerlingen dat ze elkaar nodig hebben om de opdracht te vervullen en er moet inzet zijn van alle betrokkenen (Ebbens, 2009, p. 97). Directe interactie betekent dat de leerlingen elkaar ondersteunen en op directe wijze met elkaar communiceren (Ebbens, 2009, p. 97). Op deze manier moeten ze dus samen problemen verkennen waarbij ze elkaar nuanceren. Hiervoor moeten de leerlingen interpersoonlijke vaardigheden en vaardigheden in het samen leren in een groepje bezitten. Naarmate ze betere sociale vaardigheden hebben wordt de prestatie en productiviteit beter (Ebbens, 2009, p. 99). Om een gewenste leeropbrengst bij de leerlingen te behalen is het ook belangrijk dat de leerlingen gemotiveerd worden om te leren. Een natuurlijke motivatie om te leren kan bevorderd worden door een ondersteunende omgeving (museum), betekenisvolle opdrachten, wanneer de leerlingen bevrijd zijn van spanning of angst en wanneer de uitdaging van de opdracht overeenkomt met het kunnen/ de vaardigheden van de leerlingen. Deze elementen zullen we dan ook integreren in de opdracht. Het onderzoeksdoel is dat de leerlingen die de module Joods volgen interactief, met elkaar en met het museum, kennis verkrijgen van de joodse religie en Joodse tradities binnen de expositie in het JHM. Dit doen ze in het participatieve museum, waar het JHM dient als een platform die verschillende 14

15 gebruikers met elkaar verbindt. De bezoekers van het museum treden op deze manier samen op als consumenten en makers. Het ontwerp van de opdracht sluit hier bij aan, doordat deze de leerlingen aanmoedigt om samen te werken (geraadpleegd op 24 mei 2012, via Cruciaal is uiteindelijk dat alle groepsleden aangesproken kunnen worden op het begrijpen (uitleggen) van alle leerstof. Dit kan bereikt worden aan de hand van de expertmethode, waarbij leerlingen binnen een deelgroep expert worden op het gebied van een aantal onderwerpen en deze in de basisgroep (de hele klas) aan de anderen zullen onderwijzen.. De expertmethode is bruikbaar in alle fasen van het omgevingsonderwijs; het schakelen van basisgroep naar expertgroep past goed bij de overgang van voorbereiding naar veldwerk (museumbezoek), terwijl het terugkeren naar de basisgroep weer aansluit bij de verwerkinglessen (van Riessen & van Manen, 2006). In tegenstelling tot de huidige opdracht, het geven van een presentatie in het museum over het gekozen onderwerp voor een cijfer, zullen de leerlingen binnen het JHM niet gaan presenteren voor een cijfer. De opdracht binnen het JHM is een onderdeel van het verkrijgen en verschaffen van kennis voor henzelf en aan de medeleerlingen waarmee zij samen in een groep zijn ingedeeld. Op school zal er een overkoepelende opdracht zijn waarbij leerlingen de verzamelde kennis van hun expert onderwerpen en de andere onderwerpen zullen verwerken voor een cijfer. 9. Voorstel In plaats van twee blokken (voorbereidende les en museumbezoek), komen er drie blokken. Hierin worden de 3 fasen van betekenis opbouwen, schematiseren en onthouden verwerkt. 1. Voorbereiding in de klas In deze les zal de voorkennis geactiveerd worden. Voor deze les kan de bestaande introductieles van het programma Joods?! grotendeels worden aangehouden. De leerlingen gaan aan de slag met de vraag: Waar denk ik aan bij joods?. Er kan gestart worden met een woordspin waarmee de leerlingen betekenis zullen opbouwen (Marzano & Miedema, 2011, p. 74). Ze bouwen de betekenis op door voorkennis op te halen en vanuit die bestaande kennis nieuwe kennis te interpreteren Marzano & Miedema, 2011, p. 73). De klas wordt opgedeeld in vijf groepen. De docent kan ervoor kiezen zelfde groepen in te delen. De leerlingen in de groep maken deze les onderling een taakverdeling. Door elke leerling in het groepje een eigen rol toe te wijzen kan hij op zijn bijdrage aangesproken worden, waardoor er sprake is van individuele aanspreekbaarheid (Ebbens, 2009, p. 97). De taakverdeling heeft betrekking op het museumbezoek en de verwerkingsopdrachten na dit bezoek. 15

16 2. Museumbezoek: speurtocht ontmoet expertmethode Tijdens het museumbezoek wordt de klas in vijf groepen verdeeld van zes leerlingen. Per groep lopen ze een route van vijftien objecten behorend bij de onderwerpen in het museum. De onderwerpen zijn onderverdeeld in vijf rubrieken: feesten, synagoge, rituelen, vroege geschiedenis en geschiedenis vanaf Deze bestaan ieder uit drie onderwerpen/objecten. Ze krijgen hierbij een opdracht in de vorm van een speurtocht (zie bijlage 6) waarbij ze de verschillende onderwerpen met elkaar in verband zullen brengen en deze onderlinge relaties zichtbaar worden voor de leerlingen. Ieder groepje maakt bij één rubriek (drie objecten) de verdiepingsopdrachten, waardoor ze als groep expert worden in deze onderwerpen. Op deze drie onderwerpen zal door de groep ook de nadruk worden gelegd in hun verwerkingsopdrachten die ze op school zullen presenteren. In het museum zullen de leerlingen naast het beantwoorden van de vragen over de objecten foto s maken van de objecten, waarvan ze op school een fotocollage maken en presenteren. Ook wordt er een competitief element aan de speurtocht toegevoegd, waarbij de leerlingen een raadsel moeten oplossen. Dit doen zij door bij verschillende objecten medeklinkers te verzamelen waaraan ze zelf klinkers moeten toevoegen en zo tot een woord/zin komen. Per rubriek krijgen de leerlingen een kwartier om de opdrachten te maken. Het laatste kwartier wordt gebruikt om af te ronden, te verzamelen en aandacht te besteden aan het wedstrijdelement: de medeklinker opdracht. Op deze manier wordt het museumbezoek interactiever en dient het om een opdracht te vervullen waarbij iedereen moet blijven opletten. Door samen te werken (zoeken, lezen, overleggen) komen ze tot informatie over de onderwerpen. Bij het ontwerpen van de museumopdrachten is rekening gehouden met de verschillende leerstijlen van Kolb 1 : dromen, denken, doen, beslissen. Het museumbezoek is een combinatie van concrete ervaring en reflectief observeren die aansluit bij de kenmerken van dromers: de waarneming waarbij ze zien en horen. De dromers worden gestimuleerd doordat ze moeten zoeken en kijken naar objecten, filmpjes en informatie en hierover praten met hun klasgenoten. Ze verzamelen en onderzoeken concrete informatie, die ze analyseren en waarover ze brainstormen met hun medeleerlingen. Ook wordt leerling wordt uitgedaagd informatie, feiten en begrippen te zoeken die nodig zijn voor het conceptueel begrijpen van het onderwerp, waarbij de vraag wat is het? centraal staat. Dit reflectief observeren en abstract conceptualiseren zijn kenmerken van de denker. De opdrachten zijn zo opgesteld dat de achterliggende logische samenhang geordend wordt. Door 1 David A. Kolb is een Amerikaanse leer- en organisatiepsycholoog die zich heeft verdiept in het leerproces. 16

17 de volgorde van de objecten binnen de rubrieken en de vraagstelling is het de bedoeling dat de relaties tussen de onderwerpen zichtbaar worden voor de leerling. De doeners kunnen zich tijdens het museumbezoek vinden in de combinatie van actief experimenteren en de concrete ervaring van het museumbezoek. De doener is op de praktijk gericht, hij wil direct aan de slag. De opdrachten zijn zo opgesteld dat ze een soort speurtocht vormen. Ben je klaar met het onderdeel? Op naar het volgende! De doeners worden ook uitgedaagd door het competitieve element: de speurtocht naar de medeklinkers. De museumopdrachten zijn bij uitstek geschikt voor beslissers. Er is een duidelijke aansluiting tussen theorie en praktijk. Bij de informatievragen kunnen ze goed de link leggen tussen de informatietekst en de objecten die erbij horen (geraadpleegd op 27 mei 2012, via %20Kolb.pdf). Met ieder groepje loopt een docent of een gids mee. Op de helft van de speurtocht kunnen deze van groepje wisselen, zodat ieder groepje bij een aantal onderwerpen de gids kan raadplegen. Bij voorkeur wordt het zo afgestemd dat bij het beantwoorden van de expertonderwerp vragen er altijd een gids aanwezig is. 3. Verwerking op school (bestaande uit twee lessen) De opdrachten die de leerlingen in het museum gemaakt hebben moeten resulteren in een overkoepelend eindproduct die op school gepresenteerd zal worden. Dit zal bestaan uit een presentatie, een fotocollage en een krantenartikel. De leerlingen gaan hier de les na het museumbezoek mee aan de slag, waarbij ze hun taakverdeling aanhouden. De tweede les presenteren de leerlingen hun onderwerpen, de fotocollage en het krantenartikel. Per groep krijgen de leerlingen maximaal tien minuten, zo komen alle groepjes aan de beurt in één les. De leerlingen zullen de verschillende groepen zelf beoordelen aan de hand van een beoordelingsopdracht. Ze leveren bij hun docent een mapje in met hun fotocollage, het krantenartikel en een usb-stick met de PowerPoint presentatie. De docent kijkt deze na en blijft altijd eindverantwoordelijk voor het cijfer. Doordat de leerlingen alle onderwerpen in het museum behandeld hebben, zullen de presentaties van de experts over hun onderwerpen aanhaken bij de nieuw verworven voorkennis van de leerlingen over deze onderwerpen. De leerlingen zullen daarnaast de presentaties van hun klasgenoten beoordelen, waardoor er een actieve houding van hen gevraagd wordt en dit de beklijving van deze kennis bevordert. Op deze manier verkrijgen zij kennis van alle behandelde onderwerpen door middel van samenwerkend leren en zullen zij een gevarieerd beeld krijgen van joods in Nederland. 17

18 10. Leerdoelen Het hoofddoel van het programma is dat de leerlingen een gevarieerd beeld van joods in Nederland krijgen. Dit wordt bereikt door de volgende leerdoelen die in het programma zijn opgenomen: - De leerlingen maken kennis met de joodse cultuur, religie en geschiedenis in Nederland. - De leerlingen verzamelen informatie over de volgende vijftien onderwerpen door samenwerkend te leren: synagoge, Thora, ark, pesach, poerim, sjabbat, choepa, besnijdenis, bar mitswa, vreemdeling in Amsterdam, Jonas Daniel Meijer, Amsterdamse Jodenbuurt, Joodse emancipatie, Jodenvervolging, Weggaan of blijven. - De leerlingen kunnen de twaalf begrippen beschrijven. - De leerlingen kunnen verbanden tussen de begrippen/objecten/onderwerpen beschrijven. 11. Conclusie Het idee voor dit profielproduct is ontstaan uit ontevredenheid bij de begeleiders van de jaarlijkse brugklasexcursie van het Trinitas College naar het Joods Historisch Museum. De opdrachtgever, Esther Zijlstra, gaf aan dat er empirisch waargenomen is dat leerlingen niet actief bezig zijn met informatie en opdrachten in het museum. Ze is op zoek naar een programma waarbij de leerlingen in groepjes samenwerken, zowel bij het lezen van alle informatie als bij het maken van een opdracht die daaraan verbonden is.het doel van het programma is volgens de website van het JHM een gevarieerde beeldvorming van 'joods'. Het programma vergt een actieve inbreng en zelfwerkzaamheid van de leerlingen. We hebben geconcludeerd dat het doel op de huidige werkwijze niet wordt bereikt.de actieve inbreng en zelfwerkzaamheid die het JHM voor ogen heeft, heeft alleen betrekking op het ene onderwerp waar de individuele leerling een presentatie over geeft tijdens het museumbezoek. Om de beoogde doelen die het programma joods?! stelt te bereiken zou de opdracht die verbonden is aan de informatie alle onderwerpen moeten beslaan. Zowel het JHM als het Trinitas College als de brugklassers die de module volgen zouden er baat bij hebben als het programma herontworpen wordt tot een opdracht die leidt tot meer interactie tussen de leerlingen, waarbij kennis van de verschillende onderwerpen verworven wordt, zodat het leerdoel, een gevarieerd beeld van joods in Nederland door een actieve inbreng en zelfwerkzaamheid van leerlingen, wordt behaald. In ons onderzoek naar een vernieuwd programma hebben we geprobeerd een antwoord te vinden op de hoofdvraag Hoe kunnen we het huidige programma Joods?! zoals door het Jood Historisch Museum wordt aangeboden, zo aanpassen dat de leerlingen meer interactief en efficiënter binnen het Joods Historisch Museum kennis verkrijgen van het programma?. Eerst hebben we onderzocht waarom het huidige programma zijn doelen niet behaalt, zoals beschreven staat in hoofdstuk 6 en 7. In de conclusies van de analyse van de uitkomsten van de vragenlijst die we hebben afgenomen bij de brugklassers na hun museumbezoek (paragraaf 6.4) kwam naar voren dat meer dan de helft van de 18

19 leerlingen (67) bij de open vraag over wat zij hebben geleerd aangeeft niks geleerd noch onthouden te hebben van de presentaties van hun klasgenoten.uit de analyse van de werkvormen van het huidige programma in hoofdstuk 7 blijkt dat er niet effectief samenwerkend wordt geleerd. Ook ontstaat er geen gevarieerd beeld van joods in Nederland. De leerlingen doen kennis op van één onderwerp.de fasen schematiseren en onthouden die belangrijk zijn bij het opbouwen van kennis ontbreken volledig, omdat de leerlingen niets doen met de informatie die ze van hun medeleerlingen krijgen over de overige onderwerpen.voor een effectief programma van Joods?! is het dus van belang dat succesvol samenwerkend leren van toepassing wordt op alle onderwerpen zodat de leerlingen ook kennis verkrijgen van de overige onderwerpen, door betekenis op te bouwen, te schematiseren en te onthouden. Dit hebben we dan ook geintegreerd in ons vernieuwde programma, zoals beschreven staat in hoofdstuk 8. Het is van belang dat alle groepsleden aangesproken kunnen worden op het begrijpen (uitleggen) van alle leerstof. Om dit te bereiken hebben we gekozen om de werkvorm expertmethode toe te passen in het programma. Vanuit deze werkvorm hebben we op basis van bestaande opdrachten van het JHM, nieuwe opdrachten gemaakt bij ieder object/onderwerp, bestaande uit algemene en expert vragen. We hebben ons product en de onderbouwing van ons product gepresenteerd aan het Joods Historisch Museum en de opdrachtgever van het Trinitas College, Eshter Zijlstra. Het JHM is erg enthousiast over ons project, aangezien zij ook het liefst zien dat hun doelen behaald worden. Zelf zijn ze bezig met de ontwikkeling van een nieuwe methodiek ontmoetingen die aansluit bij ons product. Zij overwegen hun nieuwe methode aan ons door te spelen wanneer deze verder ontwikkeld is, zodat wij deze kunnen integreren in ons product. Mevrouw Zijlstra gaf aan zeer tevreden zijn over de ontwikkeling van het proces, waarbij ze zelf ook erg betrokken is. Ook is ze vooralsnog tevreden over het pakket dat we aangeboden hebben. Wel zijn we erachter gekomen dat het ontwikkelen van dit programma niet past binnen de ruimte die we hiervoor hebben gekregen voor Profielproduct. Hoewel we nu een compleet product hebben aangeboden, is dit een voorlopig programma dat we waarschijnlijk nog zullen bijstellen. Zoals we aangegeven hebben in ons plan van aanpak willen we een pilot uitvoeren met het vernieuwde programma. Aangezien dit niet past binnen de tijd die we hebben gekregen, zal deze na de zomervakantie plaatsvinden. Één brugklas zal het nieuwe programma uitvoeren in het museum, waarna we een vergelijkbare vragenlijst als in hoofdstuk 6 zullen afnemen. Op basis van de uitslagen van deze afname en wellicht de methodiek ontmoetingen van het JHM zullen we het programma aanpassen. Vervolgens maken we een definitief persoonlijk opdrachtenboekje voor de leerlingen, waarin ze de antwoorden kunnen opschrijven. Ook zullen we de overkoepelende opdracht en de beoordelingsopdracht tijdens de verwerking op school verder uitwerken. 19

20 Bijlagen Bijlage 1- Bijlage 2-20

21 Bijlage 3-21

22 Bijlage 4-22

23 Bijlage 5- Vragenlijst na het bezoek aan het Joods Historisch Museum Dit vragenlijstje is naar aanleiding van jullie museumbezoek vorige week. Door deze in te vullen kan het museumbezoek volgend jaar hopelijk verbeterd worden. Bedankt! 1. Ik heb voldoende voorbereiding gehad om mijn object te kunnen presenteren in het museum (omcirkel wat van toepassing is): Helemaal waar Helemaal niet waar 2. De 10 minuten in het museum ter voorbereiding op mijn presentatie vond ik nuttig (omcirkel wat van toepassing is): Helemaal waar Helemaal niet waar 3. Ik heb informatie uit het museum verwerkt in mijn presentatie (kruis aan wat van toepassing is): Ja Nee 4. Het geven van de presentatie in het museum vond ik (kruis aan wat van toepassing is, je kunt meerder antwoorden aankruisen): Leuk Leerzaam Spannend Eng 5. Ik heb veel geleerd van de presentaties van mijn klasgenoten (omcirkel wat van toepassing is): Helemaal waar Helemaal niet waar 23

24 6. Ik kan me de volgende onderwerpen van de presentaties van mijn klasgenoten herinneren: Ik heb het volgende geleerd van de presentaties van mijn klasgenoten: Overige opmerkingen over het museumbezoek: Bedankt! 24

25 Bijlage 6- Opdrachtenblad museumbezoek Joods?! Museumopdrachten boekje schooljaar 2012/

26 Inleiding De onderwerpen zijn onderverdeeld in 5 rubrieken: feesten, synagoge, rituelen, vroege geschiedenis en geschiedenis vanaf Deze bestaan ieder uit drie onderwerpen/objecten. De klas wordt verdeeld in 5 groepjes van 6 leerlingen. De groepjes gaan alle onderwerpen af en maken de bijbehorende opdrachten. Ieder groepje wordt expert van één van de rubrieken, waarbij ze de verdiepende opdrachten maken. De informatie die ze hierover opdoen in het museum verwerken ze in hun presentatie die terug in de klas zal plaatsvinden. Per rubriek krijgen de leerlingen een kwartier om de opdrachten te maken. Het laatste kwartier wordt gebruikt om af te ronden, te verzamelen en aandacht te besteden aan het wedstrijdelement: de medeklinker opdracht. 26

27 Feesten Je bent nu beneden in de Grote Synagoge, waar de tentoonstelling Religie te zien is. Pesach 1. Loop naar de vitrine waarin de sederschotel ligt. a) Wat is Pesach? b) Waarom wordt dit gevierd? c) Op de sederschotel zie je dat er vier zonen staan afgebeeld. In de informatietekst bij de schotel staat dat deze vier zonen staat voor vier niveaus van vragen. Vraag aan de gids wat hiermee wordt bedoeld. 2. Kijk naar de twee filmfragmenten bij nummer 1-rituelen. a) In het eerste fragment zie je een belangrijk onderdeel van Pesach, wat is het? b) In het tweede fragment zijn we bij Thijmen thuis waar de hele familie meehelpt met de grote schoonmaak. Hoe vindt Thijmen het om Pesach te vieren? Waarom? 3. Expertvraag. Ga naar de lessenaar waar het thema Pesach centraal staat. Bekijk de veger en blik. a) Aan welke versiering kun je zien dat het om een joodse veger en blik gaat? b) Waarvoor wordt het gebruikt? c) Wanneer wordt het gebruikt? d) Waarom wordt het gebruikt? e) Zouden deze veger en blik gebruikt worden voor een gewone schoonmaak? Waarom wel/niet? Poerim 4. Kijk naar de rol van Ester. Wat zie je als je naar de lange strook papier kijkt? Geef twee woorden die in je opkomen. 5. Loop van rechts naar links en bekijk de rol nog eens goed. a) Wat valt je op? Noem minimaal twee dingen. b) Waarom moet je van rechts naar links lopen? 6. Welk verhaal wordt er op de rol (strook) verteld? Beschrijf dit in minimaal vijf zinnen. 7. Hoe wordt Poerim in het Nederlands genoemd? 8. Waarom zullen de joden dit verhaal elk jaar weer vieren? Geef een goede uitleg in één zin. 9. Expertvraag. Klik op nummer 1 bij de tafel over het Poerim feest. Bekijk het filmpje goed. Wat zie je gebeuren? 27

28 a) Noem iets serieus. b) Noem iets vrolijks. c) Waarom doen ze dit? d) Kun je een feest in Nederland noemen die er qua vrolijkheid op lijkt? Sjabbat 10. Ga naar de vitrine langs de biema en zoek de sjabbatklok. Bekijk deze goed. a) Wanneer begint de sjabbat? b) Kijk naar de grote klok. Hoe laat begint het? c) De sjabbat duurt 24 uur. Wanneer eindigt het? d) De tijden van de sjabbat veranderen iedere week. Waarom is dit? 11. Expertvraag: raadpleeg de gids als je er niet uitkomt. a) Waarvoor dient het busje kruiden die je in de vitrine ziet? b) Waarom zouden ze daar iedere week gebruik van maken? Synagoge Je bent nu beneden in de Grote Synagoge, waar de tentoonstelling Religie te zien is. Gebouw 1. Ga naar de pasteltekening Synagoge dienst in de Grote Synagoge van Martin Monnickendam. Bekijk deze goed. a) Welke ruimte wordt hier afgebeeld? b) Heb je enig idee waar deze ruimte is? c) Draai je om, kijk om je heen. Kijk weer naar het schilderij. Welke overeenkomsten zie je? Noem er drie. 2. Draai je om en kijk omhoog. a) Hoe heet de ster die je in het raam ziet? b) Wat is het verschil tussen deze ster en de Jodenster? c) Als je omlaag kijkt zie je een ander symbool dat gebruikt wordt voor het Jodendom. Welk symbool is dit? 3. Expertvraag: raadpleeg de gids als je er niet uitkomt. a) Teken een plattegrond van de synagoge met daarin de biema, de torarol en de ark. b) Waarom denk je dat dit gebouw nu niet meer als synagoge wordt gebruikt? 28

29 Tora 4. Ga naar de biema, de centrale verhoging in het midden van de ruimte, naar de Torarol die op de lessenaar ligt en bekijk deze goed. a) Wat betekent Tora? b) Wat staat er beschreven in de Tora? c) Met behulp van welk object wordt de Torarol gelezen? d) De rechterkant van de rol is dikker dan de linkerkant. Is men net begonnen met lezen uit de Tora of is men bijna klaar? Leg uit. 5. Expertvraag: raadpleeg een gids als je er niet uitkomt. a) Van welk materiaal is de Tora gemaakt? b) Wat gebeurde er als iemand een foutje maakte bij het schrijven van de tekst op Torarol? Ark 6. Loop naar de Ark. a) Wat is een Ark? b) Aan welke kant van een gebouw ligt de Ark altijd? c) Waarom ligt de Ark in deze richting? 7. Expertvraag: raadpleeg een gids als je er niet uitkomt. a) Welke siervoorwerpen zie je? Noem er vier. b) Leg kort uit wat deze voorwerpen zijn. Rituelen Je bent nu beneden in de Grote Synagoge, waar de tentoonstelling Religie te zien is. Choepa 1. Ga naar het schilderij waarop het huwelijk staat afgebeld. Je ziet het bruidspaar onder het kleed. a) Noem een ander woord voor dit kleed. b) Waarvoor dient dit kleed? c) Wat doen ze met hun handen? 2. Ga naar de tafelvitrine waarin de levenscyclus centraal staat. Zoek de trouwringen op. a) Wat valt je op aan de ringen? b) Voor wie zijn die ringen? c) Wat staat er op? d) Wat betekent het? 29

30 3. Expertvraag. Kijk in de vitrine naar trouwakte 1 en 2. a) Kijk goed naar trouwakte 1. Wat is een huwelijksakte? b) Wat is het verschil tussen huwelijksakte 1 en 2? c) Zou je zelf kiezen voor een huwelijksakte zoals 1 of zoals 2? Waarom? Besnijdenis 4. Ga naar de tafelvitrine waarin de levenscyclus centraal staat. Zoek object nummer 7. a) Wat zie je? b) Wat is een besnijdenis? 5. Expert: raadpleeg de gids. Waarom worden joodse jongetjes besneden? Bar Mitswa 6. Ga naar de grote tafelvitrine waarin de levenscyclus centraal staat. a) Wat is Bar Mitswa? b) Wanneer wordt dit gevierd? c) Voor wie is een Bar Mitswa en voor wie is een Bat Mitswa? 7. In de vitrine ligt de oorkonde van Abraham Reens. Bekijk deze goed. a) Wanneer heeft Abraham zijn Bar Mitswa gedaan? b) Wat valt je op aan dit jaartal, wat was er aan de hand in Nederland? c) Wat denk je dat er met deze jongen is gebeurd? 8. Expertvraag: raadpleeg de gids als je er niet uitkomt. In de laatste zin van de informatietekst over Bar Mitswa staat: Vanaf dat moment zijn ze volwaardig lid van de Joodse gemeenschap. Wat betekent dit? Vroege geschiedenis Je gaat nu naar boven in de Synagoge. Jonas Daniel Meijer 1. Ga naar het schilderij van Jonas Daniel Meijer. a) Wanneer is het portret gemaakt? b) Welke rol speelde hij voor de joodse gemeenschap? c) Volg Jonas zijn blik uit het raam, wat ziet hij? Hoe heet dit plein? d) Expertvraag: Jonas hielp een minderheidsgroep. Hoe zou jij het vinden als jij bij een minderheidsgroep hoorde en ook zo geholpen wordt? Vreemdeling in Amsterdam 2. Loop nu naar de landkaarten waarop de emigratie van de joden te zien is. 30

31 Vanuit welke landen zijn de joden in de zeventiende eeuw naar Nederland gekomen? 3. Loop naar de vitrine met het servies erin. a) Waarom heeft het museum gekozen om gebroken servies tentoon te stellen? b) Hoe kan je zien dat de eigenaars joods waren? 4. Ga naar de vitrine met opgegraven voorwerpen. In welke buurt zijn deze voorwerpen gevonden? 5. Expertvraag: Waarom kozen de joden voor Nederland? Omdat ze hier zichzelf konden zijn. De Amsterdamse Jodenbuurt 1. Ga zitten op het bankje bij de ton en lees de informatie op het beeldscherm. a) Wat betekend karootje in waje? b) Waar bestaat de Amsterdamse jodenbuurt uit en waarom heet het zo? c) Welke beroepen hadden de joden? d) Expertvraag: Waarom verkochten joden veel producten in zuur? Geschiedenis vanaf 1900 Joodse emancipatie 1. Loop naar de diamantenslijptafel. Ga hiernaast op het bankje zitten en bekijk het fragment hierover. a) Wat is de ANDB? b) Waarom is de ANDB van belang geweest voor de emancipatie van Amsterdamse joden? Noem er twee. c) Waarom waren er veel joodse diamantslijpers?(voor de gids) 2. Zoek in de opstelling rondom de vide het portret van Aletta Jacobs ( ). a) In welk jaar is dit schilderij geschilderd? b) Wat heeft ze bereikt? c) Expertvraag: Waar heeft zij zich voor ingezet? Jodenvervolging 3. Ga naar de roze jurk rond de vide. a) Wat is er bijzonder aan deze jurk? b) Wie heeft deze jurk gedragen? c) Naar welke school is zij gegaan en waarom? 4. Ga zitten bij het bankje bij het potret van Salomon. Raak op het scherm de 31

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Paper 3: Onderzoeksinstrumenten Aantal woorden (exclusief bijlage, literatuur en samenvatting): 581 Jeffrey de Jonker Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Jeffrey de Jonker Biologie Differentiëren

Nadere informatie

Titel In drie fasen de inkomstenbelastingen berekenen: P2. Loon- en inkomstenbelasting. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Titel In drie fasen de inkomstenbelastingen berekenen: P2. Loon- en inkomstenbelasting. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Auteur: Hofstee, Rémon (R.H.) Vakgebied Algemene Economie Titel In drie fasen de inkomstenbelastingen berekenen: P2. Onderwerp Opleiding Loon- en inkomstenbelasting Doelgroep VMBO- GTL, leerjaar 4 Sleuteltermen

Nadere informatie

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe. HOUT EN BOUW Activerende werkvormen? Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat we na 14 dagen gemiddeld slechts 10 % hebben onthouden van datgene wat we gelezen hebben en 20 % van wat we hebben gehoord.

Nadere informatie

Leerlingbegeleiding ADD: wat helpt volgens de leerlingen zelf?

Leerlingbegeleiding ADD: wat helpt volgens de leerlingen zelf? PROFIELPRODUCT 2 - ABSTRACT Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie Studentnummer Begeleider(s) Beoordelaar(s) indien bekend

Nadere informatie

Grafieken, samenwerkend leren, hardop denken, stappenplan

Grafieken, samenwerkend leren, hardop denken, stappenplan PAPER 3 ONTWERPRAPPORT Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Bibliografische referentie Marlinda van Rooijen Steltenpool, drs Economie Grafieken en betekenis Marktvraag

Nadere informatie

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO Student: Vincent van der Maaden, MSc Studentnummer: 5783070 Opleiding: Interfacultaire lerarenopleiding, UvA Vakgebied: Aardrijkskunde

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Ontwerponderzoek Naam auteur Mariëlle Kruithof Vakgebied Wiskunde Titel Onderwerp Opleiding Het toewijzingsprobleem, een kijkje in de wiskunde buiten de middelbare school. Het behandelen van de Hongaarse

Nadere informatie

Evaluatieonderzoek workshop Nieuws van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid

Evaluatieonderzoek workshop Nieuws van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid Evaluatieonderzoek workshop Nieuws van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid Verwachting, waardering en leerwinst van de Workshop Nieuws Laura Gil Castillo en Eva Mulder, januari 2009 Universiteit

Nadere informatie

Schrijfvaardigheid in vwo+ Een ontwerp voor uitdagende en tot samenwerking motiverende lessen voor excellente leerlingen

Schrijfvaardigheid in vwo+ Een ontwerp voor uitdagende en tot samenwerking motiverende lessen voor excellente leerlingen Schrijfvaardigheid in vwo+ Een ontwerp voor uitdagende en tot samenwerking motiverende lessen voor excellente leerlingen Nathalie Surup 613994 Ontwerponderzoek Paper 1 Vakgebied: Nederlands Leerjaar: brugklas

Nadere informatie

PROFIELPRODUKT PAPER 1

PROFIELPRODUKT PAPER 1 FRANSTALIGE SCHOOLGROEPEN IN HET VAN GOGHMUSEUM PROFIELPRODUKT PAPER 1 Naam auteur Vakgebied Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Miriam E. van Praagh Frans Cultuur- en erfgoededucatie Interfacultaire

Nadere informatie

Paper 3 Onderzoeksinstrumenten. Ontwerprapport Naam auteur(s) Karin Groen

Paper 3 Onderzoeksinstrumenten. Ontwerprapport Naam auteur(s) Karin Groen Paper 3 Onderzoeksinstrumenten Ontwerprapport Naam auteur(s) Karin Groen Vakgebied Nederlands Titel Historische letterkunde? Kapot saai! Onderwerp Motivatie bij historische letterkunde Opleiding Interfacultaire

Nadere informatie

Het Socratisch Gesprek als methode voor kritisch denken

Het Socratisch Gesprek als methode voor kritisch denken Ontwerponderzoek Paper 2 Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie I.F. Hazewindus, drs. Filosofie Het Socratisch Gesprek als methode voor

Nadere informatie

PROFIELWERKSTUKBOEKJE

PROFIELWERKSTUKBOEKJE PROFIELWERKSTUKBOEKJE HAVO/ATHENEUM 2012/2013 Naam: Klas: HET PROFIELWERKSTUK LEERLINGENBOEKJE HAVO4/ATHENEUM 5 2012-2013 Een van de onderdelen van het examen is het profielwerkstuk (PWS). In dit werkstuk

Nadere informatie

Naam:. Namen groepsleden:... Begeleider:

Naam:. Namen groepsleden:... Begeleider: Naam:. Klas: Namen groepsleden:........ Begeleider: 1 Inleiding In deze projectweek ga je onderzoek doen. Dit onderzoek is ter voorbereiding op het sectorwerkstuk in de vierde klas. Dit boekje is jouw

Nadere informatie

Ontwerponderzoek: Paper 3

Ontwerponderzoek: Paper 3 Ontwerponderzoek: Paper 3 Naam auteur(s) Karoline Heidrich Vakgebied Duits Titel Duits + Film = plezier? Onderwerp Verhoging van motivatie voor het leren van Duits door middel van leeractiviteiten rondom

Nadere informatie

Reflectiegesprekken met kinderen

Reflectiegesprekken met kinderen Reflectiegesprekken met kinderen Hierbij een samenvatting van allerlei soorten vragen die je kunt stellen bij het voeren van (reflectie)gesprekken met kinderen. 1. Van gesloten vragen naar open vragen

Nadere informatie

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL PBGZ 12 / PBSD 9 Coördinatie, kwaliteit en voorlichting, profielfase Cohort 2016 2019 kwartiel 11 INSTROOMVEREISTEN:

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan Opbrengstgericht werken bij andere vakken Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan Doel Leerkrachten kunnen een les tekenen of geschiedenis ontwerpen volgens de uitgangspunten van OGW die ze direct

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding B.P. Verhagen, MA Kunstgeschiedenis/CKV/KuA Profielproduct Erfgoedprogramma Cultuur en Erfgoed Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit

Nadere informatie

3. Wat betekent dat voor de manier waarop lesgegeven zou moeten worden in de - voor jou - moeilijke vakken?

3. Wat betekent dat voor de manier waarop lesgegeven zou moeten worden in de - voor jou - moeilijke vakken? Werkblad: 1. Wat is je leerstijl? Om uit te vinden welke van de vier leerstijlen het meest lijkt op jouw leerstijl, kun je dit simpele testje doen. Stel je eens voor dat je zojuist een nieuwe apparaat

Nadere informatie

DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen M.J.D. van den Bosch- Knip, Ir RBA Wiskunde DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO beschrijvende statistiek

Nadere informatie

DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen M.J.D. van den Bosch- Knip, Ir RBA Wiskunde DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO beschrijvende statistiek

Nadere informatie

Van Doelstelling, naar leeractiviteit naar werkvorm

Van Doelstelling, naar leeractiviteit naar werkvorm wwwexpertisecentrum-kunsttheorienl Van Doelstelling, naar leeractiviteit naar werkvorm Dit collegevoorbeeld/lesvoorbeeld laat twee verschillende werkvormen zien, een werkvorm die gericht is op lagere orde

Nadere informatie

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT

VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN VRAGENLIJST FORMATIEF TOETSEN DOCENT EEN FEEDBACK INSTRUMENT VOOR DOCENTEN EEN FEEDBACK INSTRUMENT VOOR DOCENTEN CHRISTEL WOLTERINCK C.H.D.WOLTERINCK@UTWENTE.NL CHRISTEL C.H.D.WOLTERINCK@UTWENTE.NL

Nadere informatie

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën: > Categorieën De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën: 1 > Poten, vleugels, vinnen 2 > Leren en werken 3 > Aarde, water,

Nadere informatie

Wie ben jij & wie ben ik?

Wie ben jij & wie ben ik? Docentenhandleiding Wie ben jij & wie ben ik? Groep 6 t/m 8 Beste docent, Wat leuk dat u met uw groep binnenkort naar Museum Catharijneconvent komt om deel te nemen aan het programma Wie ben jij & wie

Nadere informatie

David Kolb en de leerstijlen

David Kolb en de leerstijlen Hoezo leerstijlen? David Kolb en de leerstijlen De toepassing van de leerstijlen theorie van Kolb, het leerproces en de vier leerstijlen, kan bij leren en scholing activerend werken. Iedereen die wil leren

Nadere informatie

primair onderwijs groep 4 en 8 samen Mijn verhaal van Brabant docentenhandleiding

primair onderwijs groep 4 en 8 samen Mijn verhaal van Brabant docentenhandleiding primair onderwijs groep 4 en 8 samen Mijn verhaal van Brabant docentenhandleiding Inhoud Een doorlopende leerlijn erfgoededucatie 3 Leerdoelen 6 Voorbereiding op het museumbezoek 7 De museumles Mijn verhaal

Nadere informatie

Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering Samenvatting Lessenserie Dataverzameling

Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering Samenvatting Lessenserie Dataverzameling ONTWERPRAPPORT Naam auteur(s) Sarah Schouten, MA Vakgebied CKV Titel Het Actief en Affectief Toepassen van Kunsttheoretische Kennis op Verschillende Nieuwe Voorbeelden in de Kunst Onderwerp Het toepassen

Nadere informatie

Pourquoi Pourquoi Pas?? Onderzoek naar de beste manier om met de huidige leergang om te gaan binnen de sectie.

Pourquoi Pourquoi Pas?? Onderzoek naar de beste manier om met de huidige leergang om te gaan binnen de sectie. PROFIELPRODUCT 1 Naam auteur Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Carl Webb Frans Pourquoi Pourquoi Pas?? Onderzoek naar de beste manier om met de huidige leergang om te

Nadere informatie

Het is een wonder! Onderwijsprogramma over de Heilig Bloedprocessie van Boxtel groep 5-6 en groep 7-8 primair onderwijs.

Het is een wonder! Onderwijsprogramma over de Heilig Bloedprocessie van Boxtel groep 5-6 en groep 7-8 primair onderwijs. Het is een wonder! Onderwijsprogramma over de Heilig Bloedprocessie van Boxtel groep 5-6 en groep 7-8 primair onderwijs Beknopte versie 1 Inhoudsopgave Doelgroep... 2 Algemene leerdoelen...2 Opzet van

Nadere informatie

Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming

Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming PAPER 5 Evaluatie Naam: Luuk Schoenmakers Vakgebied: Management & Organisatie Titel: Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen

Nadere informatie

SECTORWERKSTUK 2013-2014

SECTORWERKSTUK 2013-2014 SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,

Nadere informatie

Literatuurgeschiedenis, middeleeuwen, belevingswereld, expertmethode, thematische benadering, integrale benadering

Literatuurgeschiedenis, middeleeuwen, belevingswereld, expertmethode, thematische benadering, integrale benadering Pagina 1 van 5 Paper 4 Ontwerprapport Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie Hees, W. van MA Nederlands Van dichten comt mi cleine bate:

Nadere informatie

Het leren van de uitspraak van onbekende klanken van Arabische letters. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Het leren van de uitspraak van onbekende klanken van Arabische letters. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam ONTWERPONDERZOEK - PAPER 3 ONDERZOEKSINSTRUMENTEN Naam auteur M.H.J. (Mariska) Verbeek-Keizer MA Vakgebied Arabisch Titel صوت العربية / Arabisch De klank van het Onderwerp Het leren van de uitspraak van

Nadere informatie

Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering

Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering Student Graziella de Guytenaere (studentnummer: 0409170) Docent Abdul A. Rezaei Vakdidacticus Datum: 05 juli 2012, Amsterdam 1 Inhoudsopgave Blz. Inleiding 3 1. Samenvatting

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam. Schrijven, herschrijven, schrijfonderwijs, feedback geven, feedback ontvangen

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam. Schrijven, herschrijven, schrijfonderwijs, feedback geven, feedback ontvangen Naam auteur Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Inge van de Wiel Nederlands Peerfeedback in het schrijfproces Schrijfonderwijs Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Doelgroep Gymnasium

Nadere informatie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie ONTWERPRAPPORT Naam auteur Elles Lelieveld Vakgebied Economie Titel De juiste stappen, een onderzoek naar de problemen en oplossingen van opgaven over het boxenstelsel Onderwerp Het aanleren van een stappenplan

Nadere informatie

Achtergrondinformatie Leerstijlen en Werkvormen

Achtergrondinformatie Leerstijlen en Werkvormen Achtergrondinformatie Leerstijlen en Werkvormen Marjoleine Hanegraaf (NMI bv) & Frans van Alebeek (PPO-AGV), december 2013 Het benutten van bodembiodiversiteit vraagt om vakmanschap van de teler. Er is

Nadere informatie

Culturele hoofdstad van Europa

Culturele hoofdstad van Europa Expertisecentrum Kunsttheorie www.expertisecentrum-kunsttheorie.nl. Het initiatief Het Europese Parlement roept jaarlijks 1 of 2 Europese steden uit tot culturele hoofdstad. Het is bedoeld om zowel de

Nadere informatie

Activerende didactiek

Activerende didactiek Activerende didactiek De verantwoording voor de lessenserie De activerende didactiek zorgt ervoor dat leerlingen actiever en zelfstandiger bezig zijn met leren, het laat leerlingen effectiever leren. De

Nadere informatie

Evelien Engele, Demy Olijhoek en Eelco Vijzelaar. Nederlands, Maatschappijleer en Scheikunde

Evelien Engele, Demy Olijhoek en Eelco Vijzelaar. Nederlands, Maatschappijleer en Scheikunde Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie Evelien Engele, Demy Olijhoek en Eelco Vijzelaar Nederlands, Maatschappijleer en Scheikunde

Nadere informatie

Profiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie

Profiel Product Verantwoording. LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding. Management & Organisatie Opdracht: Profiel Product Verantwoording LOB (Loopbaan oriëntatie en begeleiding) Leraren Opleiding Management & Organisatie Naam auteur(s) Vakgebied Bart Deelen M&O Student nr 10761799 Titel Onderwerp

Nadere informatie

Educatie voor het VO in het Nationaal Park Zuid-Kennemerland. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Educatie voor het VO in het Nationaal Park Zuid-Kennemerland. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam VOORBLAD PROFIELPRODUCT Naam auteur(s) M.L.I. Pouw Vakgebied Aardrijkskunde Titel Onderwerp Educatie voor het VO in het Nationaal Park Zuid-Kennemerland Profiel Cultuur- en erfgoededucatie Opleiding Interfacultaire

Nadere informatie

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen.

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen. Bonaventuracollege Leiden Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen. Advies voor docenten Sanne Macleane 2015 Inhoudsopgave Inleiding... 3 De opbouwende leerlijn van het zelfstandig

Nadere informatie

0. LESVOORBEREIDING. Bij kennis verwerven en integreren

0. LESVOORBEREIDING. Bij kennis verwerven en integreren LESMODEL DIRECTE INSTRUCTIE Gebaseerd op: Ebbens e.a., Effectief leren in de les; R.J. Marzano, W. Miedema, Leren in vijf dimensies. Zie ook: www.histopia.nl docenten lesmodel (Bas van der Meijden). 0.

Nadere informatie

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Zelfstandig werken Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Visie Leerlinggericht: gericht op de mogelijkheden van

Nadere informatie

Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk

Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding In de lesbrieven van het thema Aan het werk hebben jullie

Nadere informatie

1. Denken-delen-uitwisselen

1. Denken-delen-uitwisselen Vijf basiswerkvormen voor activerend leren 1. Denken-delen-uitwisselen 2. Check-in-duo s 3. Genummerde-hoofden-tezamen 4. Experts 5. Drie-stappen-interview 1. Denken-delen-uitwisselen - De docent stelt

Nadere informatie

Motivatie verhogen door activerende leertaken en het vergroten van de leerlingbetrokkenheid

Motivatie verhogen door activerende leertaken en het vergroten van de leerlingbetrokkenheid Motivatie verhogen door activerende leertaken en het vergroten van de leerlingbetrokkenheid Sleuteltermen: Motivatie, activerend, betrokkenheid, Ontwerponderzoek Paper 1+2+3 24 maart 2015 Vakgebied Natuurkunde

Nadere informatie

Ontwerponderzoek Paper 1 Ontwerpplan

Ontwerponderzoek Paper 1 Ontwerpplan Ontwerponderzoek Paper 1 Ontwerpplan Student Graziella de Guytenaere (studentnummer: 0409170) Docenten Abdul A. Rezaei Vakdidacticus Jannet P. van Drie Onderwijskundige Femke Boesenkool - Onderwijskundige

Nadere informatie

PROFIELPRODUCT - VERANTWOORDING

PROFIELPRODUCT - VERANTWOORDING PROFIELPRODUCT - VERANTWOORDING Naam auteur(s) Hofstee, R.H. MSc of Economics Vakgebied Algemene Economie Titel Vakgroepwerkplan Open Schoolgemeenschap Bijlmer Economie (3 H/V) Onderwerp Leerplan Profiel

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam. Literatuur, leeservaring, dialogisch leren, kwestie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam. Literatuur, leeservaring, dialogisch leren, kwestie Iris Hoogendoorn 5617596 Schoolvak Nederlands Ontwerponderzoek paper 3: onderzoeksopzet Ontwerprapport Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Bibliografische referentie

Nadere informatie

Paper 4: Uitvoeringsfase. Management & Organisatie

Paper 4: Uitvoeringsfase. Management & Organisatie Paper 4: Uitvoeringsfase Naam auteur L. A. Molijn MSc. Vakgebied Management & Organisatie Titel Geld & Rente Onderwerp Enkelvoudige & Samengestelde interest Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen,

Nadere informatie

Docentenhandleiding PO Schoolkamp

Docentenhandleiding PO Schoolkamp Docentenhandleiding PO Schoolkamp Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 2 Wat maakt deze opdracht 21 e eeuws?... 1 2.1 Lesdoelstellingen... 2 2.2 Leerdoelen... 2 3 Opzet van de opdracht... 2 3.1 Indeling van

Nadere informatie

LESSENSERIE 4: CKV-NL Recensie schrijven Lesplannen

LESSENSERIE 4: CKV-NL Recensie schrijven Lesplannen LESSENSERIE 4: CKV-NL Recensie schrijven Lesplannen Algemene gegevens Docent Evah den Boer School Helen Parkhurst Titel lessenserie Recensie schrijven CKV/NETL Klas (en niveau) 4 vwo Aantal leerlingen

Nadere informatie

Introduceren thema Wereldgodsdiensten. het dagelijks leven. Startopdracht. Wereldgodsdiensten. Thema: Wereldgodsdiensten.

Introduceren thema Wereldgodsdiensten. het dagelijks leven. Startopdracht. Wereldgodsdiensten. Thema: Wereldgodsdiensten. Aardrijkskunde Wereldgodsdiensten Omschrijving van de opdracht: Introductie Thema: Wereldgodsdiensten Binnen dit thema staan de volgende hogere orde denkvragen centraal: 1. Wat zou er gebeuren als een

Nadere informatie

Onderzoek doen 1. Algemene start

Onderzoek doen 1. Algemene start Onderzoek doen 1. Algemene start 1 Waar ga je onderzoek naar doen? Wat wil je dus te weten komen? Begin datum + tijd Klaar datum + tijd Oriënteren Voorbereiden Schrijf op: 1. Ik ga een onderzoek naar 2.

Nadere informatie

Ontwerponderzoek Paper 3: Onderzoeksplan

Ontwerponderzoek Paper 3: Onderzoeksplan Ontwerponderzoek Paper 3: Onderzoeksplan Naam auteur(s) Vakgebied Titel A. Sturm, drs. Management & Organisatie Stappenplan als oplossingsstrategie voor vraagstukken hypothecaire leningen Onderwerp Probleem

Nadere informatie

Samen opbrengstgericht werken = vakmanschap versterken!

Samen opbrengstgericht werken = vakmanschap versterken! Samen opbrengstgericht werken = vakmanschap versterken! Over de rol van de kwaliteitszorgmedewerker binnen OGW Juliette Vermaas Opdracht 1: Inventarisatie 1. Wat is volgens jou kenmerkend voor OGW? Kies

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur(s) Nijenhuis, N Vakgebied Natuurkunde Titel Wiskunde bij Natuurkunde: de afgeleide Onderwerp Wiskunde natuurkunde transfer Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie ONTWERPRAPPORT Naam auteur Elles Lelieveld Vakgebied Economie Titel De juiste stappen, een onderzoek naar de problemen en oplossingen van opgaven over het boxenstelsel Onderwerp Het aanleren van een stappenplan

Nadere informatie

Een geslaagde activiteit

Een geslaagde activiteit Een geslaagde activiteit Toelichting: Een geslaagde activiteit Voor Quest 4 heb ik een handleiding gemaakt met daarbij de bijpassend schema. Om het voor de leerkrachten overzichtelijk te maken heb ik gebruik

Nadere informatie

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren 1. Inleiding Een mobiele telefoon; niet meer weg te denken uit de broekzak van elke scholier. In deze opdracht kijken de leerlingen naar een

Nadere informatie

Driestar lesschema Pabo 1 2014-2015

Driestar lesschema Pabo 1 2014-2015 Driestar lesschema Pabo 1 2014-201 Gegevens opleiding Naam Sandra Kögeler van Helden Klas D1B Dag- of deeltijdopleiding Deeltijd Slb er L. van Hartingsveldt Periode 4 Gegevens stageschool Code Kri Naam

Nadere informatie

Wie ben jij & wie ben ik? Docentenhandleiding Groep 6 t/m 8

Wie ben jij & wie ben ik? Docentenhandleiding Groep 6 t/m 8 Docentenhandleiding Groep 6 t/m 8 1 Utrecht, 2017 Beste docent(e), Wat leuk dat u met uw groep binnenkort naar Museum Catharijneconvent komt om deel te nemen aan het programma Dit programma speelt zich

Nadere informatie

Werkwijzen ervaringsgerichte evaluatie 1. Open evaluatieverhaal 2. Gestructureerde evaluatievragen

Werkwijzen ervaringsgerichte evaluatie 1. Open evaluatieverhaal 2. Gestructureerde evaluatievragen Werkwijzen ervaringsgerichte evaluatie Het ervaringsgericht evalueren gebeurt bij voorkeur door een gesprek in een groep. Mensen vertellen hun verhaal over het van tevoren vastgestelde evaluatieonderwerp.

Nadere informatie

Ontwerpprincipes. Figuur 1: 21 e -eeuwse vaardigheden

Ontwerpprincipes. Figuur 1: 21 e -eeuwse vaardigheden Ontwerpprincipes In dit onderzoek staat het probleemoplossend vermogen van basisschoolleerlingen bij natuur- en technieklessen centraal. Daarbij komen in dit onderzoek de volgende ontwerpprincipes aan

Nadere informatie

Lesgroep 31 studenten die na de theorie worden opgedeeld in 4 groepen Lokaal A. 1.31, A. 1.32, A en A

Lesgroep 31 studenten die na de theorie worden opgedeeld in 4 groepen Lokaal A. 1.31, A. 1.32, A en A LVF2: 4C-ID model 0. Algemene gegevens Naam cursisten Tamara Lust, Manon Kessels, Mirna Roozen, Sybren Mulder Naam hoofddocent Tamara Lust Namen begeleiders Manon Kessels, Mirna Roozen, Sybren Mulder Datum

Nadere informatie

Door de stage en de theorie ontwikkel ik mij beroepsmatig. Op mijn stage vraag ik veel aan mijn stagebegeleidster.

Door de stage en de theorie ontwikkel ik mij beroepsmatig. Op mijn stage vraag ik veel aan mijn stagebegeleidster. Fontys Hogeschool voor de kunsten STAGE WERKPLAN ACADEMIE VOOR BEELDENDE VORMING Student: Mariska Gerritsen Studentnummer: 2173355 Jaar: 4 Dt Stageschool: Heerbeeck College Stagebegeleider: S. van Driel

Nadere informatie

Vocabulaireverwerving Frans: motivatie en leerstrategieën Onderwerp Vocabulaireverwerving in Havo 3

Vocabulaireverwerving Frans: motivatie en leerstrategieën Onderwerp Vocabulaireverwerving in Havo 3 Naam auteur Vakgebied Marlieke Joanne Gevaerts Frans Titel Vocabulaireverwerving Frans: motivatie en leerstrategieën Onderwerp Vocabulaireverwerving in Havo 3 Opleiding Doelgroep Havo 3 Sleuteltermen Links

Nadere informatie

Hoe kan je effectief leervaardigheden trainen op basis van het RTTI model?

Hoe kan je effectief leervaardigheden trainen op basis van het RTTI model? Hoe kan je effectief leervaardigheden trainen op basis van het RTTI model? Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Profiel Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie Studentnummer

Nadere informatie

INHOUD DE TIJDSWINKEL. groep 3-4 HOE MENSEN IN VERSCHILLENDE TIJDEN LEVEN

INHOUD DE TIJDSWINKEL. groep 3-4 HOE MENSEN IN VERSCHILLENDE TIJDEN LEVEN ERFGOEDEDUCATIE Het zinvol beleven van het erfgoed is een centraal begrip in de didactiek voor erfgoededucatie. Het werken met het erfgoed wordt gestuurd door het stellen van betekenisvolle vragen. De

Nadere informatie

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen Pre-Academisch Onderwijs Ontwikkelingslijnen en leerdoelen LEERDOELEN PER ONTWIKKELINGSLIJN Ontwikkelingslijn 1: De leerling ontwikkelt een wetenschappelijke houding 1.1 De leerling ontwikkelt een kritische

Nadere informatie

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Effectief leren

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Effectief leren Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn 2015-2016 Stageopdracht Effectief leren 1 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Werken aan competenties... 3 Praktijkopdracht Effectief leren... 3 Bijlage 1: Beoordelingsformulier...

Nadere informatie

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren?

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren? Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren? w 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 1 X 2 X X 3 X X X 4 X X X X 5 X X X X X 6 X X X X X X 7 X X X X X X X 8 X X X X X X X X ö 1. D e n k e n D e

Nadere informatie

Ontwerponderzoek Paper 3 Onderzoeksinstrumenten

Ontwerponderzoek Paper 3 Onderzoeksinstrumenten Ontwerponderzoek Paper 3 Onderzoeksinstrumenten Student Graziella de Guytenaere (studentnummer: 0409170) Docenten Abdul A. Rezaei Vakdidacticus Jannet P. van Drie Onderwijskundige Femke Boesenkool - Onderwijskundige

Nadere informatie

Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1

Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1 Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1 Verslag door J. 875 woorden 26 oktober 2016 5,5 1 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Lesvoorbereiding Verantwoording (waarom ga je dit doen) Beginsituatie

Nadere informatie

Project Check de Stadsvergroening Handleiding en opzet

Project Check de Stadsvergroening Handleiding en opzet Project Check de Stadsvergroening Handleiding en opzet Contents Introductie... 2 Waarom doen jullie mee?... 2 Meten is weten... 2 Opbouw van deze handleiding... 2 Module opbouw... 3 Lesaanpak... 3 Lesopbouw...

Nadere informatie

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding Helmond, 16 juni 2016 Puck Lamers Master Onderwijswetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen drs. Monique van der Heijden dr. Jeannette Geldens Kempelonderzoekscentrum

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag

Nadere informatie

Leeromgeving en organisatie

Leeromgeving en organisatie Leeromgeving en organisatie Lesdoel Ik kan een les voorbereiden a.d.h.v. het lesplanformulier van Geerligs. Hoe word ik een goede leraar? Kunst of kunde? Kun je het leren: Ja/Nee Wat doe je hier dan nog?

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Feedforward en beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase studiejaar 2014-2015 VT-DT Feedforwardformulier afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren Ada van Dalen Wat is W&T? W&T is je eigen leven W&T: geen vak maar een benadering De commissie wil onderstrepen dat wetenschap en technologie in haar ogen géén

Nadere informatie

Oriëntatie: Samen Scholen Beeldende Kunsteducatie. Helma Molenaars en Grada Buren.

Oriëntatie: Samen Scholen Beeldende Kunsteducatie. Helma Molenaars en Grada Buren. Oriëntatie: Het doel van deze lessenserie is: bestaande foto s zoeken met een eigen verhaal erbij. Dan gaan jullie mensen deze fotoserie voorleggen en vragen welk verhaal zij erin zien. Tot slot gaan jullie

Nadere informatie

Realisatiefase fase 5

Realisatiefase fase 5 Realisatiefase fase 5 Dit is de tweede doe-fase. Tijdens de realisatiefase voeren jullie de ontwerpen uit om het product te realiseren. Tijdens de voorbereidingsfase hebben jullie alles wat jullie nodig

Nadere informatie

Hoe is de definitieve vragenlijst Kwaliteitsgarantie Economische Vakken tot stand gekomen?

Hoe is de definitieve vragenlijst Kwaliteitsgarantie Economische Vakken tot stand gekomen? Vragenlijst Kwaliteitsgarantie economische vakken Hoe is de definitieve vragenlijst Kwaliteitsgarantie Economische Vakken tot stand gekomen? De definitieve vragenlijst voor economie is (in tijdsvolgorde

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Voorlezen en vertellen - ROC 4. Voorlezen en vertellen ROC 4

Voorlezen en vertellen - ROC 4. Voorlezen en vertellen ROC 4 Voorlezen en vertellen ROC 4 135 136 Voorlezen en vertellen - ROC 4 1. Interactief voorlezen Waar gaat het over? Tijdens je stage heb je vast wel eens een juf zien voorlezen aan de klas. Tijdens het voorlezen

Nadere informatie

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8 MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8 Inleiding In groep 7 of 8 komen leerlingen vaak voor de tweede keer met hun klas naar het van Abbemuseum. Bij het eerste bezoek, in groep 5 of 6, hebben ze

Nadere informatie

Annette Koops: Een dialoog in de klas

Annette Koops: Een dialoog in de klas Annette Koops: Een dialoog in de klas Als ondersteuning bij het houden van een dialoog vindt u hier een compilatie aan van Spreken is zilver, luisteren is goud : een handleiding voor het houden van een

Nadere informatie

Opdrachtgever en begeleider: Dhr. J. Schilder, sectievoorzitter economie & M&O op het Baken Park Lyceum te Almere

Opdrachtgever en begeleider: Dhr. J. Schilder, sectievoorzitter economie & M&O op het Baken Park Lyceum te Almere Paper 1 Opdrachtgever en begeleider: Dhr. J. Schilder, sectievoorzitter economie & M&O op het Baken Park Lyceum te Almere Plan van aanpak profielproduct Inleiding Leerlingen die het vak M&O hebben gekozen

Nadere informatie

De lamp. Copyright Vakcollege Groep B.V. 2011. Alle rechten voorbehouden.

De lamp. Copyright Vakcollege Groep B.V. 2011. Alle rechten voorbehouden. De lamp Copyright Vakcollege Groep B.V. 2011. Alle rechten voorbehouden. De lamp Met lampen is het als met schoenen; ze zijn vanzelfsprekend en je ziet ze overal. Pas als de stroom een keer uitvalt, merk

Nadere informatie

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL Type 1: De Docent Ik weet perfect waar ik mee bezig ben. Met mijn strakke planning zien we alle vooropgestelde leerstof, met tijd voor een herhalingsles voor elke grote toets. Er zijn duidelijke afspraken

Nadere informatie

Persoonlijk Ontwikkelingsplan Yosri Zijlstra

Persoonlijk Ontwikkelingsplan Yosri Zijlstra Persoonlijk Ontwikkelingsplan Yosri Zijlstra 1. Artistiek competent De kunstvakdocent kan als kunstenaar met een eigen visie artistiek werk creëren en het artistieke proces inclusief een breed scala aan

Nadere informatie

Reflectieverslag mondeling presenteren

Reflectieverslag mondeling presenteren Reflectieverslag mondeling presenteren Naam: Registratienummer: 900723514080 Opleiding: BBN Groepsdocente: Marjan Wink Periode: 2 Jaar: 2008 Inleiding In dit reflectieverslag zal ik evalueren wat ik tijdens

Nadere informatie

GELOVEN IN DE WERELD LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS TOT ZIENS IN 0NS MUSEUM! GELOVEN IN DE WERELD PAG > 1

GELOVEN IN DE WERELD LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS TOT ZIENS IN 0NS MUSEUM! GELOVEN IN DE WERELD PAG > 1 PAG > 1 GELOVEN IN DE WERELD VOORTGEZET ONDERWIJS LESBRIEF WAAR GELOOF JIJ IN? Overal in de wereld geloven mensen. Ze geloven in goden, natuurkrachten, voorouders of geloven juist dat dit allemaal niet

Nadere informatie

Boekwerk. Voorstel voor een project omschrijving. 1.1 Doelstelling

Boekwerk. Voorstel voor een project omschrijving. 1.1 Doelstelling Boekwerk Voorstel voor een project omschrijving 1.1 Doelstelling Het doel van het te ontwikkelen lespakket Boekwerk is leerlingen op een nieuwe manier bezig te laten zijn met taal, boeken en vakinhoud.

Nadere informatie

Christel Wolterinck (Marianum en Universiteit Twente), Kim Schildkamp (Universiteit Twente), Wilma Kippers (Universiteit Twente)

Christel Wolterinck (Marianum en Universiteit Twente), Kim Schildkamp (Universiteit Twente), Wilma Kippers (Universiteit Twente) Vragenlijst formatief toetsen - Docent Deze vragenlijst is ontwikkeld door de Universiteit Twente op basis van bestaande vragenlijsten* en heeft als doel te onderzoeken in welke mate de docenten en leerlingen

Nadere informatie

Docentenhandleiding Anke Veenstra Algemene economie & Bedrijfseconomie Kennisbasis BE 03-04-2013

Docentenhandleiding Anke Veenstra Algemene economie & Bedrijfseconomie Kennisbasis BE 03-04-2013 Docentenhandleiding Anke Veenstra Algemene economie & Bedrijfseconomie Kennisbasis BE 03-04-2013 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Les 1... 4 Les 2... 7 Les 3... 10 Les 4... 13 Les 5... 15 Beoordeling... 17

Nadere informatie