BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

Transcriptie

1 BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL PBGZ 12 / PBSD 9 Coördinatie, kwaliteit en voorlichting, profielfase Cohort kwartiel 11 INSTROOMVEREISTEN: Om aan deze leereenheid te mogen deelnemen dient de student te voldoen aan de voortgangsregels van een van de MZ niveau 4 opleidingen zoals in de opleidingsgids zijn omschreven. DOELSTELLINGEN: Aan het einde van deze leereenheid kent/weet de student: - Heeft brede kennis van kwaliteitszorgsystemen - Verkent actief mogelijkheden om kennis te vergaren, te delen en samen te ontwikkelen. Aan het einde van deze leereenheid kan de student: - Draagt kennis en expertise begrijpelijk over aan medestudenten. LESUREN: - 9 weken à 2,0 uur = 18,0 uren BENODIGDE LITERATUUR, LICENTIES EN/OF ANDERE MATERIALEN - Traject Welzijn: Profiel Persoonlijk Begeleider gehandicaptenzorg Uitgeverij ThiemeMeulenhoff BV, ISBN Traject Welzijn: WERKBOEK Profiel Persoonlijk Begeleider gehandicaptenzorg Uitgeverij ThiemeMeulenhoff BV, ISBN Traject Welzijn: Profiel Persoonlijk Begeleider specifieke doelgroepen Uitgeverij ThiemeMeulenhoff BV, ISBN Traject Welzijn: WERKBOEK Profiel Persoonlijk Begeleider specifieke doelgroepen Uitgeverij ThiemeMeulenhoff BV, ISBN

2 AFRONDINGSVORMEN: Deze leereenheid maakt onderdeel uit van de toetseenheid: BOL-BGZ / BSD 5. Deze toetseenheid bestaat uit de volgende leereenheden: - BOL PBGZ 12 en 13 - BOL PBSD 9 en 10 Deze leereenheden kennen een gezamenlijke toetsing en worden met één cijfer afgerond. De voorlichting zal voorwaardelijk zijn voor het inleveren van het verslag bij het vak : maatschappelijk vraagstuk. AFRONDINGSCRITERIA: - Minimaal 5,5 HERKANSINGSMOGELIJKHEID: - Als de studentengroep een onvoldoende heeft voor de voorlichtingsopdracht of als een student de opdracht niet heeft kunnen maken dan dient de groep of het individu de opdracht te herkansen door middel van een voorlichtingsfilm. PLANNING EN PROGRAMMA: - Uitleg van het vak - Doornemen presentatieopdracht - Bespreken van de theorie passend bij de thema s Les 1 - Groepjes maken voor de voorlichtingsdag. Les 2 Les 3 Zelfstudie/zelfwerkzaamheid: In groepjes werken aan het voorbereiden en uitwerken van de voorlichting. - Bespreken van de theorie passen bij de thema s van het vak. Zelfstudie/zelfwerkzaamheid: In groepjes werken aan het voorbereiden en uitwerken van de voorlichting - Bespreken van de theorie passen bij de thema s van het vak. Zelfstudie/zelfwerkzaamheid: In groepjes werken aan het voorbereiden en uitwerken van de voorlichting. Les 4 Werken aan de voorlichtingsbijeenkomst met de projectgroep. Les 5 Werken aan de voorlichtingsbijeenkomst met de projectgroep. Les 6 Werken aan de voorlichtingsbijeenkomst met de projectgroep. 2

3 De gehele dinsdag in lesweek 7 (26 maart) staat in het teken van voorlichting geven. Alle derde jaars klassen worden gemixt en verdeeld over 3 lokalen. De verdeling is als volgt: Lokaal 1: de groepen 1 en 2 van alle klassen (begeleidend docent Simone) Lokaal 2: de groepen 3 en 4 van alle klassen (begeleidend docent Ad) Lokaal 3: de groepen 5 en 6 van alle klassen (begeleidend docent Marlot) de voorlichtingsdag staat gepland van en kent de onderstaande planning Les ronde evaluatie ronde evaluatie ronde evaluatie ronde evaluatie pauze ronde evaluatie ronde evaluatie Er wordt van jullie verwacht dat jullie aanwezig zijn om Mensen die te laat zijn komen niet binnen als de eerste voorlichtingsronde is gestart. Les 8 Evaluatie van de voorlichtingsdag, aftekenen van huiswerk, afronden van het vak. Les 9 Toetsweek 3

4 Voorlichtingsopdracht Kwartiel 11 Wat is de opdracht Beroepscontext Jullie gaan in groepjes van voorlichting geven aan leerlingen van de andere derde jaars klassen. Je gaat deze voorlichting geven met studenten die dezelfde afstudeerrichting hebben gekozen als jij. Samen met je je groep kies je een onderwerp dat aansluit bij de afstudeerrichting die je hebt gekozen. Het onderwerp of het thema mag je zelf kiezen maar zal moeten worden afgestemd met de docent. Daarnaast sluit het onderwerp aan bij het maatschappelijke vraagstuk wat je onderzoekt. Het werkveld van de (persoonlijk) begeleider gehandicaptenzorg en specifieke doelgroepen. Wat leer je door de opdracht Waar voer je de opdracht uit? Hoe voer je de opdracht uit? - Draagt kennis en expertise begrijpelijk over aan medestudenten. - Je verdiept je in onderwerpen die een relevantie hebben voor het werkveld en de MZ derde jaars student. - Je stemt werkzaamheden af en werkt samen in groepsverband. De opdracht voer je uit in lesweek 7 op het aventus. De planning van de voorlichtingen zal worden gedaan door de vakdocent. Voorbereiding Je maakt samen met je groepje een voorlichting van een half uur over een thema dat aansluit bij je afstudeerrichting. Je mag een powerpoint of prezi maken bij de voorlichting maar je mag ook kiezen voor een andere mooie werkvorm waarbij je actief aan de slag gaat met de deelnemers. Het is belangrijk dat er 6 groepen worden gevorm in jullie klas. Het kunnen niet meer of minder groepen worden. Opdracht 1. Oriëntatie Je gaat op school een voorlichting geven over een specifiek onderwerp passen bij je afstudeerrichting en het maatschappelijke vraagstuk. Dit onderwerp bepaal jij met je groepje. Maak de onderstaande vragen en breng de uitkomsten mee naar 1) Welke kennis en vaardigheden mis jij nog of wordt er naar jou idee gemist in het derde jaar van MZ 2) Over welk onderwerp willen jullie graag voorlichting geven? 3) Leg uit waarom juist dit onderwerp jullie aanspreekt 4) Wat zou de meerwaarde van het geven van voorlichting over dit onderwerp zijn. 4

5 Opdracht 2. Verdiepen in het onderwerp Je hebt gekozen voor een onderwerp waarover je voorlichting gaat geven op jou stageplek. Nu is het belangrijk dat jullie je gaan verdiepen in dit onderwerp. 1) Jullie hebben onderzocht wat de meerwaarde van het geven van voorlichting over dit onderwerp dat betrekking heeft op jouw afstudeerrichting. 2) Verzamel informatie die gaat over het onderwerp en past bij de behoefte van derde jaars MZ ers 3) Na het verzamelen van de informatie ga je deze informatie analyseren. 4) Welke informatie is echt bruikbaar en vooral ook betrouwbaar? 5) Selecteer de informatie die je wilt overbrengen tijdens je voorlichting Opdracht 3. Uitvoering In lesweek 7 gaan jullie de voorlichting geven. Alle derde jaars klassen zullen worden gemixt en gaan de voorlichting bijwonen. De voorlichting duurt een half uur. Aansluitend zal de docent samen met de deelnemers de evaluatie doen. De docent maakt een planning voor de dag. Op die voorlichtingsdag zul je zelf ook deelnemen aan 6 andere voorlichtingen. Alle andere lessen zullen die dag worden uitgeroosterd. De voorlichtingsdag zal van 9 tot duren. Je maakt samen met je groepje een samenvatting van een half A4 over het onderwerp van de voorlichting en levert deze in lesweek 4 in zodat de docent kan zorgen dat jullie allen op voorhand een planning en overzicht krijgen van de voorlichtingsdag en de onderwerpen die aan bod komen. Je krijgt feedback van je medestudenten en een beoordeling van de docent. Deze uitvoering en een voldoende beoordeling zijn voorwaardelijk voor het inleveren van het verslag over het maatschappelijke vraagstuk. 5

6 beoordeling Beoordeling In de bijgevoegde rubric kun je zien waar je op wordt beoordeeld. De beoordeling is opgebouwd uit presentatievaardigheden, de opbouw van je voorlichting en de inhoudelijke context. Voorwaarden voor een beoordeling zijn, dat de voorlichting 30 minuten duurt. Voldoet de presentatie hier niet aan, dan zal er geen beoordeling plaatsvinden en zal je de presentatie moeten herkansen. De herkansing zal moeten worden aangeleverd op een film in de bufferweek aansluitend aan de periode. Gewenst resultaat Je hebt geleerd om de informatie te bundelen in een overzichtelijke voorlichting Je hebt je presentatievaardigheden geoefend door te presenteren aan een groep collega-studenten. 6

7 Voorlichting : Groep : Beoordelingscriteria De taakverdeling in de groep is duidelijk en de taken zijn evenredig verdeeld. 2 De houding van de studenten tijdens de presentatie is goed. Denkt aan contact met de groep en stemgebruik. 3 Er is concreet beschreven waarom de leerlingen vanuit eigen perspectief heeft gekozen voor dit onderwerp. 4 Er is beschreven welke informatie relevant is m.b.t. het gekozen onderwerp. 5 Er is gebruik gemaakt van relevante en betrouwbare bronnen. 6 Het doel van de voorlichting is beschreven. 7 De vorm is passend bij het doel van de voorlichting. 8 Er is gebruik gemaakt van literatuur ter onderbouwing van de gemaakte keuzes. 9 Er wordt geëvalueerd op de voorbereiding van de voorlichting. 10 Er is geëvalueerd op wat er minder goed ging tijdens de voorlichting en wat de leerling de volgende keer anders zou doen 11 De tijdsduur van de presentatie is zoals afgesproken. 7

8 De taakverdeling is niet evenredig. 2 Er wordt veel voorgelezen van een papier. Er wordt weinig de groep in gekeken en het stemgebruik is zacht en of snel. 1 Er is niet beschreven waarom de student heeft gekozen voor het onderwerp 2 Er wordt niet benoemd welke informatie relevant is 3 Er worden geen bronnen genoemd 4 Het doel van de voorlichting wordt niet genoemd. 5 De vorm van de voorlichting sluit niet aan bij de voorlichting. De taakverdeling is evenredig. Er wordt voorgelezen maar er is ook contact met de groep. Stemgebruik is wisselend. Er is beschreven waarom de student heeft gekozen voor het onderwerp Er wordt benoemd welke informatie relevant is vanuit de voorlichting Er worden bronnen genoemd. Het doel van de voorlichting wordt genoemd. De vorm van de voorlichting sluit aan bij de voorlichting De taakverdeling is evenredig en alle studenten doen ook in de actieve werkvorm evenveel. De voorlichting vindt plaats zonder dat studenten gebruik maken van notities en of aantekeningen. Studenten spreken duidelijk en rustig en kijken de groep in. Er is beschreven waarom de student heeft gekozen voor het onderwerp en noemt voorbeelden vanuit de praktijk of vanuit de opgedane kennis waarom dit onderwerp van toegevoegde waarde is. Er wordt aangegeven welke informatie relevant is. De student geeft voorbeelden en maakt een link met kwaliteitszorg en geeft voorbeelden vanuit de praktijk. Er worden bronnen genoemd en er wordt een verbinding gelegd met het werkveld Het doel van de voorlichting wordt genoemd en er is een toelichting van het nut van het doel en de bruikbaarheid van de informatie. De vorm van de voorlichting sluit aan bij de informatie en er wordt onderbouwd waarom deze vorm aansluit. 8

9 6 Er wordt geen literaruur gebruikt tijdens de voorlichting. 7 Er wordt niet geëvalueerd op de voorbereiding van de voorlichting. 8 De presentatie is meer dan 10 minuten te kort. Er wordt literatuur gebruikt tijdens de voorlichting. Er wordt geëvalueerd op de voorbereiding van de voorlichting. De presentatie is meer dan 5 minuten te kort. Er wordt literatuur gebruikt tijdens de voorlichting. De literatuur sluit aan bij de voorlichting, de relevante ervan is duidelijk en kan op Er wordt geëvalueerd op de voorbereiding van de voorlichting d.m.v. voorbeelden. Er worden tips en tops genoemd. De presentatie duur tussen de 25 en 35 minuten. 9