PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS flexibel traject

Transcriptie

1 PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS LAGER ONDERWIJS flexibel traject LESONTWERP Naam Ingrid Ghyselinck UC Leuven Limburg Departement Lerarenopleiding Professioneel gerichte bachelor in het onderwijs- flexibel traject lager onderwijs Campus Heverlee Hertogstraat Heverlee Tel Fax Studietrajectbegeleider Hilde van Dael Mentor Sophie Roosens Feedback op lesvoorbereiding in orde kleine aanpassingen nodig te herwerken en opnieuw indienen Aanvraag materiaal en voortaken. Vul de gevraagde informatie in school Blokbos - Lot leergebied Godsdienst klas en leerjaar 6S onderdeel Vuur aantal leerlingen 17 lesonderwerp Verkenning van Vuur datum (data) 15 april 2016 lestijden van tot van tot SITUERING IN EINDTERMEN EN/OF LEERPLANNEN Vink aan. Gemeenschapsonderwijs (georganiseerd door de Vlaamse Gemeenschap) Gesubsidieerd Officieel Onderwijs (georganiseerd door de steden, gemeenten of provincies) Gesubsidieerd Vrij Onderwijs (georganiseerd op privé-initiatief bijv. katholiek, joods, methode, ) Privéscholen (niet erkend door de overheid bijv. Europese en internationale scholen) Noteer en geef een nummer. Doelen Kinderen komen vanuit meerzinnige ervaringen met het element vuur de rijke betekenis ervan op het spoor. K Eigen ervaringen en ervaringen van anderen in verband met vuur in verschillende situaties bespreken vuur in de keuken, haardvuur, kampvuur, vuur van de smeltoven, brand, vulkaan, kaarslicht, fakkeltocht. K Aan deze ervaringen uiteenlopende betekenissen koppelen, zoals bvb warmte, gezelligheid, licht, bedreiging, onmacht, vernietiging, loutering, zuivering, 2. BEGINSITUATIE Algemene beginsituatie zie infowijzer Specifieke beginsituatie relevant voor deze les. Wat moeten de lln. kennen en kunnen om de lesdoelen te bereiken? Op welke manier kregen de lln. dit reeds aangereikt? Individuele beginsituatie van kind(eren) m.b.t. deze les 1 Differentiatievorm begeleiding instructie materiaal moeilijkheidsgraad 2 begeleiding instructie materiaal moeilijkheidsgraad 3 15 april Godsdienst vuur verkennen.docx 1/5 uur uur

2 begeleiding instructie materiaal moeilijkheidsgraad 3. BRONNEN Welke handleidingen, naslagwerken, websites, bestaande praktijkvoorbeelden, heb je geraadpleegd om deze les voor te bereiden? Formuleer volgens de APA-methode. Land in Zicht Handleiding 5 uitgeverij Plantyn https// https// Sterren aan de hemel Handleiding 6 Uitgeverij Averbode TOV Handleiding 6 Uitgeverij Pelckmans Tuin van Heden Handleiding 6 Van In Land in zicht Handleiding 6 - Uitgeverij Plantyn 15 april Godsdienst vuur verkennen.docx 2/5

3 4. Bordschema Welke kernwoorden, schema s, geheugensteuntjes, bied je aan ter visuele ondersteuning? Welke borden zijn beschikbaar? (krijtbord, magneetbord, ) Indien je een digibord gebruikt, druk je het bordplan af. WARMTE LICHT GEZELLIGHEID BEDREIGING VERNIETIGING ZUIVERING ONMACHT Tussen twee vuren zitten Iemand het vuur aan de schenen leggen. Vuur en vlam spuwen Het vuur uit zijn sloffen lopen. Voor iemand door het vuur gaan. Met vuur spelen. 15 april Godsdienst vuur verkennen.docx 3/5

4 TIJD DOELEN Wat wil je dat de leerlingen kennen/kunnen aan het einde van deze les/lesfase? Noteer in observeerbaar gedrag. Vermeld het nummer van het leerplandoel (voor instroom én uitstroom deel 1). Noteer het differentiatiedoel indien je in een lesfase differentieert. LEERPROCESBEGELEIDING (lesgang, leerinhoud, instructie, vraagstelling, verwachte antwoorden) WERKVORM MEDIA/MATERIAAL/ORGANISATIE KLASSCHIKKING Basisdoel De leerlingen kunnen associaties maken met vuur. Basisdoel De leerlingen kunnen vuur aan verschillende betekenissen koppelen. We beginnen met een gebed. De les begint met een filmpje over hoe mensen in de prehistorie vuur maakten. Vuur is heel belangrijk in het leven. We zouden heel wat dingen niet kunnen zonder vuur. Noteren waar je aan denkt bij het woord vuur Het thema deze les en de volgende lessen is vuur. De leerlingen gaan per vijf rond een groot leeg blad staan. Op het blad staat alleen het woord VUUR. De leerlingen schrijven op het blad alles waarbij ze aan denken bij het woord vuur. Dat kunnen samenstellingen zijn met vuur maar ook linken met vuur zoals warmte, fakkel, energie, brandweer. Een aantal leerlingen zijn anderstalig, misschien kennen ze het wel het woord vuur in een andere taal? De leerlingen doen dit zonder een woord te zeggen. Ze kunnen op het papier reageren op wat hun medeleerlingen hebben geschreven door er een ander woord aan te linken. Video vuur maken 3 grote lege werkbladen, 15 stiften verkennen De leerlingen schrijven gedurende vijf minuten in stilte. Daarna schuiven ze door naar de tafel van de volgende groep. Ze kunnen lezen wat de andere groep heeft geschreven en eventueel aanvullen. Ze doen dit gedurende twee minuten. Nadien worden de verschillende woorden besproken - Wie wil iets meer vertellen bij een bepaald woord? - Wat roepen deze woorden bij jou op? - Zijn er woorden die je aan elkaar kunt linken? - Welke gevolgen kan vuur met zich meebrengen? - Kun je hiervan een voorbeeld geven? - Wanneer is de mens onmachtig ten opzichte van vuur? - Waar is het vuur zuiverend? Aan vuur kan je verschillende betekenissen geven zoals warmte, licht, gezellgheid, bedreiging, vernietiging, zuivering, onmacht. 20 De leerlingen gaan op het blad op zoek naar de woorden waaraan dezelfde betekenis gegeven kan worden (de woorden staan op het bord) en omcirkelen die met dezelfde kleur. 15 april Godsdienst vuur verkennen.docx 4/5

5 Verdiepen 13 Basisdoel De leerlingen kunnen hun eigen positieve en negatieve ervaringen met vuur weergeven. Verwoorden van positieve en negatieve ervaringen met vuur Iedereen heeft al eens iets meegemaakt met vuur zowel positief als negatief. Dat kan iets groot zijn, maar ook iets heel kleins zoals je vingers verbrandt bij een kampvuur. De leerkracht vertelt twee persoonlijke situaties (positief als negatief) met vuur en geeft er een betekenis aan zoals warmte, bedreiging,.. - Wat heb jij al meegemaakt met vuur? De leerlingen mogen op een blad een negatieve en positieve ervaring met vuur noteren. Ze schrijven er een betekenis bij. De leerlingen mogen hun positieve en negatieve ervaring vertellen aan de klas. Ondertussen kleven ze hun ervaring op een groot blad waar ze een grote vlam rond tekenen. Groot blad vlam Elke leerling leeg blad verwerking lesovergang 12 Basisdoel De leerlingen kennen de betekenis van enkele spreekwoorden met vuur. Opzoeken van de betekenis van spreekwoorden met vuur. Er zijn een aantal spreekwoorden met vuur. We zullen er enkele bespreken. Op het bord staan zes spreekwoorden met vuur. - Tussen twee vuren zitten - Iemand het vuur aan de schenen leggen. - Vuur en vlam spuwen - Het vuur uit zijn sloffen lopen. - Voor iemand door het vuur gaan. - Met vuur spelen. Enkele leerlingen mogen de letterlijke betekenis uitbeelden. Kennen de leerlingen ook de figuurlijke betekenis? De leerlingen gaan in een woordenboek op zoek naar de betekenis. Kunnen de leerlingen ook een concreet voorbeeld geven? Bvb Tussen twee vuren zitten twee vrienden maken ruzie en jij moet partij kiezen. Met vuur spelen afkijken, op een straat een andere auto inhalen terwijl er een tegenligger afkomt. Wat vond je leuk aan deze les? Wat ga je onthouden? woordenboeken 15 april Godsdienst vuur verkennen.docx 5/5