Monitorgegevens. voorschools. gemeente Steenwijkerland

Transcriptie

1 Monitorgegevens voorschools gemeente Steenwijkerland Steenwijk, augustus Magriet Pothast IJsselgroep 1

2 INHOUDSOPGAVE Pagina Inleiding 3 1. Zijn er meer doelgroeppeuters bereikt in ? Meetmoment schooljaar : uit GOA monitor Deelname Vroegschools (meetmoment schooljaar ) Deelname Voorschools (meetmoment schooljaar ) Meetmoment oktober Deelname Vroegschools (meetmoment oktober 2008) Deelname Voorschools (meetmoment oktober januari 2009) Conclusie meetmoment in vergelijking meetmoment (GOA monitor). 2. Hoeveel peuters nemen er deel aan de voorschoolse voorzieningen en 5 hoeveel doelgroeppeuters er bereikt worden d.m.v. VVE programma s? 2.1 Deelname voorschoolse instellingen Stichting Peuterspeelzalen Steenwijkerland Kinderdagverblijven Steenwijkerland Het bereik van alle peuters Deelname peuters aan erkende VVE programma s: Het werkelijk doelgroepbereik 6 3. Conclusies 6 Bijlage aantallen 7 2

3 Inleiding Het gaat erom meer zicht te krijgen in twee resultaatverwachtingen vermeld in het Activiteiten jaarplan VVE-OAB : Het doel is om inzicht te krijgen of er nu meer doelgroeppeuters bereikt worden dan in Resultaatverwachting 1 Het aantal doelgroepkinderen dat in de voorschoolse periode extra tutoring krijgt in het kader van een erkend VVE-programma is toegenomen van 21% (meting 2006) naar 30% (einde schooljaar ). De meting van 2006 is gebaseerd op de gewichtenregeling van het basisonderwijs (GOA-monitor). In vergelijking daarmee wordt nu een poging gedaan per op dezelfde wijze de beschikbare gegevens te vergelijken met die van 2006 om te kijken of er vooruitgang is geboekt d.w.z.: zijn er meer doelgroeppeuters bereikt in de gemeente. Resultaatverwachting 5 Er nemen meer kinderen deel aan de voorschoolse voorzieningen in St. Jansklooster en Vollenhove. Er is een gemeentelijk voorschools registratiepunt georganiseerd. Het doel is om in beeld te brengen hoeveel peuters er deelnemen aan de voorschoolse voorzieningen en hoeveel doelgroeppeuters er bereikt worden d.m.v. VVE-programma s. Het gaat erom enerzijds het aantal verwachte doelgroeppeuters in kaart te brengen op basis van de gewichtenregeling en anderzijds de werkelijke doelgroeppeuters naar VVE-programma s te leiden. Deze aantallen moeten dan een 100% bereik opleveren. 1. Zijn er meer doelgroeppeuters bereikt in ? 1.1 Meetmoment schooljaar : uit de GOA monitor Deelname Vroegschools (meetmoment schooljaar ) Op basis van de telgegevens leerlingen van is het aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar bij elkaar geteld (aannemende dat het daarbij om de groepen 1 en 2 basisonderwijs gaat). Het aantal 4- en 5-jarigen in het basisonderwijs van Steenwijkerland bedraagt 1177 kinderen. Om te komen tot een schatting van het aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar is gekeken naar het totale aantal doelgroepkinderen (weging 1,25 en 1,9) in het basisonderwijs. Dit aantal is 792. In totaal zijn er 4345 kinderen in het basisonderwijs in Steenwijkerland. Het percentage doelgroepleerlingen in het basisonderwijs is dan 18,2 %. Dit percentage is gehanteerd voor de berekening van het aantal 4- en 5-jarige doelgroepkinderen. Uitgaande van een totaal aan 4- en 5- jarige kinderen van 1177 bedraagt het aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar 214. In de VVE-scholen 1 gaat het om en 5-jarigen. Op basis van de doelgroeppercentages per school gaat het dan om 55 doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar. Dat is 25% van het totale aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar Deelname Voorschools (meetmoment schooljaar ) Het aantal 2- en 3-jarigen in Steenwijkerland per 1 januari 2006 bedraagt Uitgaande van de veronderstelling dat het percentage achterstandskinderen in deze groep gelijk is aan het percentage in het basisonderwijs 18,2% - zijn daarvan 190 te beschouwen als 1 We zijn uitgegaan van De Kleine Kamp, Emmaschool, Willem Alexander en Johan Friso. 3

4 doelgroepkinderen. Het peuterwerk bereikte per circa 800 kinderen. Dit is ruim 75% van het totale aantal kinderen in de leeftijd van 2 en 3 jaar. 30 doelgroeppeuters hebben deelgenomen aan het VVE-programma met twee extra dagdelen. Dat is 15% van de totale groep doelgroepkinderen en 21% van de doelgroepkinderen, die een peuterspeelzaal bezochten. Er zijn geen gegevens beschikbaar van andere jaren. Gezien het feit dat het aanbod van VVEprogramma s in wijken met de meeste achterstandskinderen in de GOA-periode is toegenomen en daarmee het aantal deelnemende kinderen, kan gesteld worden dat de doelstelling is gerealiseerd. (uit de GOA monitor ). N.b Met de kanttekening dat deze cijfers uit 2006 aannames zijn omdat er in 2006 geen goede registratie was en het meetmoment van de verschillende instellingen niet eenduidig was. Tevens zijn ook peuters vanaf 2 jaar, die per nog op de wachtlijst stonden, meegeteld. 1.2 Meetmoment oktober Deelname Vroegschools (meetmoment oktober 2008). Op basis van de telgegevens leerlingen van is het aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar bij elkaar geteld (aannemende dat het daarbij om de groepen 1 en 2 basisonderwijs gaat). Het aantal 4- en 5-jarigen in het basisonderwijs van Steenwijkerland bedraagt 1050 kinderen. Om te komen tot een schatting van het aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar is gekeken naar het totale aantal doelgroepkinderen (weging 0,25 0,7-0,9-0,3 en 1,2) in het basisonderwijs. Het aantal gewichten leerlingen is 455. In totaal zijn er 4566 kinderen in het basisonderwijs in Steenwijkerland. Het percentage doelgroepleerlingen in het basisonderwijs is dan afgerond naar boven 10%. Dit percentage is gehanteerd voor de berekening van het aantal 4- en 5- jarige doelgroepkinderen. Uitgaande van een totaal aan 4- en 5-jarige kinderen van 1050 bedraagt het aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar 105. In de VVE-scholen 2 gaat het om en 5-jarigen. Op basis van de doelgroeppercentages per school gaat het dan om 23 doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar. Dat is 22% van het totale aantal doelgroepkinderen in de leeftijd van 4 en 5 jaar Deelname Voorschools (meetmoment oktober januari 2009). Het aantal 2- en 3-jarigen in Steenwijkerland per 1 januari 2009 bedraagt 962. Uitgaande van de veronderstelling dat het percentage achterstandskinderen in deze groep gelijk is aan het percentage in het basisonderwijs 10% - zijn daarvan 96 te beschouwen als doelgroepkinderen. Het peuterwerk bereikte per peuters (geplaatst, exclusief 142 op wachtlijst). Dit is 53 % van het totaal aantal kinderen in de leeftijd van 2 en 3 jaar. 30 doelgroeppeuters hebben deelgenomen aan het VVE-programma met twee extra dagdelen. Dat is ruim 30% van de totale groep doelgroepkinderen en 58% van de doelgroepkinderen, die een peuterspeelzaal bezochten (Neem 10% zie BAO van 508 = een doelgroepomvang van 51 peuters) Conclusie meetmoment in vergelijking met meetmoment 2006 (GOA monitor). Als je naar de percentages kijkt, lijkt het alsof er inderdaad een toename is geweest in het bereik van de doelgroeppeuters in de gemeente het is immers van 21% naar 30% gestegen. En de peuterspeelzalen hebben meer dan de helft van de doelgroeppeuters bereikt. 2 We zijn uitgegaan van De Kleine Kamp, Emmaschool, Willem Alexander en Johan Friso. 4

5 De conclusies kloppen echter niet omdat het aantal bereikte doelgroeppeuters per nog gelijk is gebleven (30). Overigens is de oorzaak daarvan dat de invoering van een erkend VVEprogramma inclusief uitbreiding met 2 dagdelen een hoge investering vraagt. Tevens is het aantal deelnemende peuters in de afgelopen twee jaar behoorlijk teruggelopen. Zo krijg je wel een hoger percentage, maar dat zegt helemaal niets over het doelgroepbereik. Ook is de gewichtenregeling aangescherpt, waardoor er minder gewichtenkinderen zijn. Factoren waardoor deze cijfers sterk worden beïnvloed: - de basis voor de berekening van de gewichtenregeling is aangescherpt waardoor het doelgroeppercentage drastisch is afgenomen in de gemeente (van 18% naar 10%). - het totaal aantal peuters in de hele gemeente is teruggelopen. - deelnamecijfers peuterspeelzaal (SPS) is eveneens drastisch teruggelopen (van 800 naar 508). Verder zijn de aantallen peuters, die per deelnamen aan de peuterspeelzalen aan de hoge kant (zie hoofdstuk 1.1.2). Wel kun je zeggen dat het peuterspeelzaalwerk de meeste doelgroeppeuters bereikt (58%), maar er wordt nog een groot deel niet bereikt. Zijn die in de kinderopvang of thuis te vinden? Dan zit er ook ruis in het omzetten van gegevens van de gewichtenregeling van de basisscholen naar de 2 4-jarigen. Zorggroep ONL is april 2008 gestart met het registreren van het berekende gewicht van het kind. Van alle nieuwe (1 maand) kinderen wordt het gewicht éénmalig bij het afwerken van de consultatiebureauafspraak geregistreerd. Daarnaast van alle andere kinderen die het consultatiebureau bezoeken ook éénmalig. We registreren t/m 2 jaar het gewicht van het kind. Kinderen van 3 jaar of ouder niet. Het gaat dus om een éénmalige berekening van het gewicht, zoals ook uitgelegd staat in de richtlijn van het ministerie. Het uitgangspunt is hierbij dat een kind bij aanmelding op school (opnieuw) gewogen wordt. Ook tussentijdse veranderingen in opleidingsniveau van de ouder(s) of gezinssituatie worden niet meegenomen, in die zin dat het kind dan een ander gewicht toegekend krijgt (dit is conform landelijke richtlijn). De gegevens van de gewichtenregeling worden in de gemeente NOP gebruikt om te matchen met de peuterspeelzalen. De invoering ervan verloopt geleidelijk en na 2 jaar (april 2010) zijn alle jonge kinderen geregistreerd. Deze gewichtentellingen kunnen dan gebruikt worden om na te gaan om hoeveel doelgroepkinderen van 0-4 jaar het gaat. 2. Hoeveel peuters nemen er deel aan de voorschoolse voorzieningen en hoeveel doelgroeppeuters worden er bereikt d.m.v. VVE-programma s? 2.1 Deelname voorschoolse instellingen Stichting Peuterspeelzalen Steenwijkerland. De peuterspeelzalen werken met erkende VVE-programma s in VVE-locaties. De peuterspeelzalen bereiken totaal aantal peuters: 508 Deelname peuters aan VVE: 58 Doelgroep peuters VVE (2 extra dagdelen+tutor): Kinderdagverblijven Steenwijkerland. De kinderdagverblijven op 1 kinderdagverblijf na werken met een erkend VVE-programma, maar zijn daar nog niet allemaal in geschoold. Totaal aantal peuters is (excl. peuters van 3 KDV s die ook Psp.zaal bezoeken): 312 Aantal peuters, dat deelneemt aan erkend VVE programma: 183 Aantal doelgroep peuters, die deelnemen aan erkend VVE programma 9 5

6 2.1.3 Het bereik van alle peuters. Het aantal 2- en 3-jarigen in Steenwijkerland per 1 januari 2009 bedraagt 962. Het aantal 2- en 3-jarigen die de kinderdagverblijven en peuterspeelzalen samen bereiken zijn: 820. Blijven er 142 peuters over die nog niet in beeld zijn. Er kan nog een enkele dubbeling inzitten van peuters die zowel deelnamen aan een peuterspeelzaal als ook aan een kinderdagverblijf. Toch zullen het ongeveer 140 peuters zijn, waarvan niet bekend is waar zij aan deelnemen. Deze peuters nemen deel aan een gastouderopvang of zijn de hele week thuis. Het zou goed zijn om te bekijken of het nodig is om voor deze peuters/ouders gemeentebreed een toeleidingsactie op te zetten Deelname peuters aan erkende VVE-programma s: Peuters, die gemeentebreed deelnemen aan erkend VVE-piramide: 241 Dit is een behoorlijke toename van het werken met erkende VVE-programma s in de gemeente. De nieuwe VVE-locaties zijn nog niet meegeteld! Schooljaar vindt er uitbreiding plaats met 4 locaties Het werkelijk doelgroepbereik: SPS en de kinderdagverblijven bereiken samen 39 doelgroeppeuters. De verwachting is dat er in het schooljaar 2009/2010 beduidend meer doelgroeppeuters worden bereikt omdat dan de VVE-programma s op 4 VVE-locaties in worden gevoerd. 3. Conclusies De vergelijking van het meetmoment met het meetmoment 2006 (GOAmonitor) is niet te trekken door vele gewijzigde factoren (zie 1.3) De gewichtenregeling kan wel gebruikt worden om een schatting te maken van het verwachte aantal doelgroeppeuters dus voor beleidsdoelen nl. 10 % van het totaal aantal peuters in de gemeente is doelgroep en in VVE locaties - d.w.z. waar veel gewichten kinderen zijn - is het percentage 22%. Het is betrouwbaarder dat Zorggroep ONL de gewichten gaat leveren per Het peuterspeelzaalwerk bereikt de meeste doelgroeppeuters. De deelname voorschoolse instellingen is in beeld gebracht en toeleidingsactiviteiten lijken gewenst. De deelname van peuters aan erkende VVE programma s is toegenomen omdat ook de kinderdagverblijven in grote mate gebruik maken van erkende VVE-programma s. Het doelgroepbereik van 39 peuters is nog te laag. De verwachting is dat op basis van de gewichtenregeling er toch minimaal een doelgroeppercentage van 10% peuters zou zijn. Dan gaat het om 96 potentiële doelpeuters, maar dat percentage zal in de praktijk hoger nog zijn nl. tussen de 10 en 22%. SPS signaleert ook meer doelgroeppeuters. Door de uitbreiding van VVE-locaties zal het doelgroepbereik schooljaar 2009/2010 omhoog gaan. 6

7 BIJLAGE: SPS: Totaal aantal peuters: 508 peuters Deelname VVE Startblokken en Piramide: 58 peuters Doelgroep VVE (2 extra dagdelen + tutor): 30 peuters Ukkie: Totaal aantal peuters (eveneens Piramide) 29 peuters Deelname aantal 3 jarigen Piramide 17 peuters Doelgroep Piramide 3 jarigen: 7 peuters Wildebras/Speelwerk: Totaal aantal peuters Steenwijkerland: 111 peuters Deelname peuters VVE piramide (Dierenrijk en Giethoorn) 48 peuters Nog geen doelgroep peuters. Jabadoe: Totaal aantal peuters: 58 peuters Deelname peuters VVE Startblokken 49 peuters Doelgroep VVE peuters: 2 peuters Woldkasteel Totaal aantal peuters (excl. peuters die ook Psp.zaal bezoeken): 18 peuters Deelname VVE Puk en Ko peuters 18 peuters Geen doelgroep peuters. De kindervilla: Totaal aantal peuters (excl. 4 peuters die ook Psp.zaal bezoeken): 51 peuters Deelname VVE Startblokken peuters 51 peuters Geen doelgroep peuters. N.b. Volgens ons eigen systeem maken momenteel geen doelgroeppeuters gebruik van VVE. (Doelgroep VVE peuters: 6/7 peuters) Accrete alle locaties: Totaal aantal peuters (excl.5 peuters die ook Psp.zaal bezoeken): 45 peuters Geen deelname VVE. Geen doelgroep peuters. 7