Verkeersonderzoek buitengebied. Evaluatie GVVP maatregelen

Transcriptie

1 Verkeersonderzoek buitengebied Evaluatie GVVP maatregelen Opdrachtgever: Projectnummer: Gemeente Brummen 9X0347 A1

2 Colosseum 3 Postbus AA ENSCHEDE +31 (0) (0) info@enschede.royalhaskoning.com Arnhem Telefoon Fax Internet KvK Documenttitel Status Projectnaam Datum Projectnummer Opdrachtgever Referentie Verkeersonderzoek buitengebied Evaluatie GVVP maatregelen Definitief rapport Verkeersonderzoek buitengebied gemeente Brummen 9X0347.A1 Gemeente Brummen Auteur(s) Collegiale toets Datum/paraaf Vrijgegeven door Datum/paraaf ing. Lars Smelter, ing. Rudy Fokkert ing. Rudy Fokkert ing. Rudy Fokkert Pagina 2

3 Hoofdstuk 1 Inleiding Pagina 3

4 1. Aanleiding en doel In de zomer van 2012 zijn de in het GVVP voorgenomen verkeersmaatregelen in het buitengebied van de gemeente Brummen geëffectueerd in een pilot. De Rhienderensestraat, Vosstraat, Windheuvelstraat, Blaarweg, Breestraat en Weg over t Hontsveld zijn voor het doorgaande verkeer afgesloten. Ter voorbereiding op deze pilot is een onderzoek uitgevoerd naar de aard en omvang van het sluipverkeer in het buitengebied. Dit onderzoek is opgeleverd in juni 2012 (rapport Verkeersonderzoek buitengebied met kenmerk 9X0347.A0/R003/LSME/Ensc), in dit rapport is alle achtergrondinformatie over de pilot, locaties van maatregelen, meetlocaties en meetwijzen na te lezen. De gemeente Brummen heeft Royal HaskoningDHV gevraagd om de effecten van de pilot in kaart te brengen. Hiertoe is in december 2012 opnieuw een herkomst- en bestemmingsonderzoek (aan de hand van kentekenregistratie) en doorsnedetellingen op diverse wegvakken uitgevoerd. Met de evaluatiemeting kunnen alle effecten van de afsluitingen één op één vergeleken worden met de situatie voorafgaand aan de pilot. Het voorliggende rapport presenteert een overzicht van de uitgevoerde evaluatiemetingen en beschrijft de kwantitatieve effecten van de genomen maatregelen. De kwalitatieve effecten worden niet in ogenschouw genomen. De analyse daarvan voert de gemeente Brummen zelf uit, waarbij onder andere het advies van de bezwarencommissie meegenomen wordt. Figuur 1.1: Pilot afgesloten wegen Pagina 4

5 Hoofdstuk 2. Evaluatiemeting: tellingen en HB-onderzoek Pagina 5

6 2.1 Locaties doorsnede tellingen op wegvakken Tijdens de nul- en evaluatiemeting zijn op diverse wegvakken de intensiteiten gemeten, zogenaamde doorsnede tellingen. Met het resultaat van deze doorsnede tellingen is gedurende een hele week per uur van de dag zichtbaar hoeveel verkeer gebruik maakt van een bepaald wegvak. De nulmeting heeft plaatsgevonden van zaterdag 10 december tot en met zondag 18 december De resultaten van deze meting zijn bijgevoegd aan het rapport Verkeersonderzoek buitengebied uit juni De evaluatiemeting heeft plaatsgevonden van zaterdag 24 november tot en met zondag 2 december De resultaten van deze meting zijn bijgevoegd in bijlage 1. Figuur 2.1: Locaties telpunten op wegvakken Pagina 6

7 2.2 Intensiteiten op wegvakken, evaluatiemeting 2012 In het onderstaande overzicht zijn van de evaluatiemeting per wegvak de etmaalintensiteiten weergegeven voor de gemiddelde werkdag en spitsperioden. Alle overige onderzoeksresultaten van de evaluatiemeting zijn opgenomen in bijlage 1. Tabel 2.1: Intensiteiten op wegvakken, evaluatiemeting 2012 Locatie Wegvak Gemiddelde werkdag Ochtendspits (7:00-9:00) Percentage ochtendspits Avondspits (16:00-18:00) Percentage avondspits E1 Knoevenoordstraat Stouwstraat - Heimeriete % 79 16% E2 Rhienderensestraat Stouwstraat - Heimeriete % 89 18% E3 Dorpsstraat Hallseweg - Domineeskamp % % E3N In noordelijke richting % % E3Z In zuidelijke richting % 98 14% E4 Voorsterweg Vosstraat - Kaniestraat % % E5 Vosstraat Voorsterweg - Kikvorsenstraat % % E6 Langedijk Mestweg - Hallsedijk % % E7 Blaarweg Langedijk - Oude Zutphenseweg % 26 10% E8 Hallsedijk Stobbeweg - Hiembergweg % % E9 Voorstondensestraat Voorsterweg - Haarweg % % E10 Windheuvelstraat Voorsterweg - Stoeveweg % % E11 Voorsterweg Tondensestraat - Windheuvelstraat % % E12 Hoevesteeg Voorsterweg - Haarweg % % E13 Weg Over 't Hontsveld Plagweg - Blindeweg % % E14 Breestraat Blekenbrinkweg - Brederietweg % 83 18% E15 Eerbeekseweg (N787) Hammelerweg - Lichtenbeltweg % % E16 Voorsterweg Voorstondensestraat - Windheuvelstraat % % E17 Voorsterweg Voorstondensestraat - Vosstraat % % Voor een toelichting op de splitsing van de Dorpsstraat in verkeer in noordelijke en zuidelijke richting zie pagina 9. Pagina 7

8 2.3 Intensiteiten op wegvakken, nulmeting 2011 In het onderstaande overzicht zijn van de nulmeting per doorsnede de etmaalintensiteiten weergegeven voor de gemiddelde werkdag en spitsperioden. Tabel 2.2: Intensiteiten op wegvakken, nulmeting Locatie Wegvak Gemiddelde werkdag Ochtendspits (7:00-9:00) Percentage ochtendspits Avondspits (16:00-18:00) Percentage avondspits E1 Knoevenoordstraat Stouwstraat - Heimeriete % 74 18% E2 Rhienderensestraat Stouwstraat - Heimeriete % % E3* Dorpsstraat Hallseweg Domineeskamp % % E3N In noordelijke richting % 18 20% E3Z In zuidelijke richting (maatgevend) % 86 16% E4 Voorsterweg Vosstraat - Kaniestraat % % E5 Vosstraat Voorsterweg - Kikvorsenstraat % % E6 Langedijk Mestweg - Hallsedijk % % E7 Blaarweg Langedijk - Oude Zutphenseweg % 39 18% E8** Hallsedijk Stobbeweg - Hiembergweg E9 Voorstondensestraat Voorsterweg - Haarweg % % E10 Windheuvelstraat Voorsterweg - Stoeveweg % % E11 Voorsterweg Tondensestraat - Windheuvelstraat % % E12 Hoevesteeg Voorsterweg - Haarweg % % E13 Weg Over 't Hontsveld Plagweg - Blindeweg % % E14 Breestraat Blekenbrinkweg - Brederietweg % % E15 Eerbeekseweg (N787) Hammelerweg - Lichtenbeltweg % % E16*** Voorsterweg Voorstondensestraat - Windheuvelstraat E17*** Voorsterweg Voorstondensestraat - Vosstraat Voor een toelichting op de splitsing van de Dorpsstraat in verkeer in noordelijke en zuidelijke richting zie pagina 9. Pagina 8

9 2.3 Intensiteiten op wegvakken, nulmeting 2011 * In de noordelijke richting zijn in 2011 op de Dorpsstraat zeer weinig voertuigen gemeten in vergelijking met de verkeersstroom in zuidelijke richting in 2011 en de verkeerstromen in beide richtingen in de evaluatiemeting in Om deze omissie zichtbaar te maken zijn de verkeersstromen op de Dorpsstraat opgesplitst. De verdere analyse van de gegevens voor de telling uit 2011 is gebaseerd op de verkeerstroom in zuidelijke richting. Om uitspraken te kunnen doen over het (veranderende) verkeersbeeld op de Dorpsstraat is de nulmeting uit 2011 daarom gecorrigeerd. Dit is gedaan door de totale verkeersstroom te laten bestaan uit twee maal de hoeveelheid verkeer in zuidelijke richting. Uit de meting in 2012 blijkt dat deze twee verkeersstromen ongeveer gelijkwaardig zijn en deze correctie voor de analyse voldoet. ** Van locatie E8 Hallsedijk zijn geen resultaten gemeten doordat de telslangen waren vernield. *** Gegevens uit aanvullende (handmatige) verkeerstelling tijdens de spitsperiode dinsdag 13 maart (zie hoofdstuk 4.2 van rapport Verkeersonderzoek buitengebied, 6 juni 2012). Pagina 9

10 2.4 Verschillen intensiteiten evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 In onderstaande tabel zijn de verschillen in intensiteiten weergegeven tussen de nulmeting en de evaluatiemeting. Een positieve waarde in de tabel betekent een toename van verkeer in de situatie in 2012 met maatregelen in het buitengebied in vergelijking met de situatie in 2011 zonder deze maatregelen. Deze intensiteiten zijn in figuur 2.2 op kaart weergegeven. Tabel 2.3: Verschiltabel intensiteiten op wegvakken evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Locatie Wegvak Gemiddelde werkdag Verschil (percentage) Ochtendspits (7:00-9:00) Percentage ochtendspits Avondspits (16:00-18:00) Percentage avondspits E1 Knoevenoordstraat Stouwstraat - Heimeriete 91 22% 19 37% 5 7% E2 Rhienderensestraat Stouwstraat - Heimeriete % % % E3 Dorpsstraat Hallseweg Domineeskamp % 25 15% 53 31% E4 Voorsterweg Vosstraat Kaniestraat 41 3% 67 33% 33 12% E5 Vosstraat Voorsterweg Kikvorsenstraat % % % E6 Langedijk Mestweg - Hallsedijk % % % E7 Blaarweg Langedijk - Oude Zutphenseweg 37 17% 7 18% % E8* Hallsedijk Stobbeweg - Hiembergweg E9 Voorstondensestraat Voorsterweg - Haarweg 75 11% 9 6% -14-9% E10 Windheuvelstraat Voorsterweg - Stoeveweg % % % E11 Voorsterweg Tondensestraat - Windheuvelstraat % % % E12 Hoevesteeg Voorsterweg - Haarweg -4 0% % -7-4% E13 Weg Over 't Hontsveld Plagweg - Blindeweg % % % E14 Breestraat Blekenbrinkweg - Brederietweg % % % E15 Eerbeekseweg (N787) Hammelerweg - Lichtenbeltweg 134 2% 62 7% 32 3% E16 Voorsterweg Voorstondensestraat - Windheuvelstraat % % E17 Voorsterweg Voorstondensestraat - Vosstraat % 1 0% * Van locatie E8 Hallsedijk is geen vergelijking mogelijk in verband met het ontbreken van gegevens uit Pagina 10

11 2.4 Verschillen intensiteiten evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Begrenzing onderzoeksgebied % Toe of afname verkeer na de plaatsing van de borden in absolute aantallen en percentages % % -4 0% % % % % % % % % % % % Figuur 2.2: Verschillen etmaalintensiteit op wegvakken (gemiddelde werkdag) tussen evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Pagina 11

12 2.5 Registratiepunten herkomst/bestemmingsonderzoek Zowel voor als na de invoering van de pilot is in het buitengebied een herkomst- en bestemmingsonderzoek (H/B-onderzoek) uitgevoerd. Bij een dergelijk onderzoek is door middel van kentekenregistratie te bepalen of een voertuig een herkomst of bestemming heeft in het buitengebied, of dat het doorgaand verkeer betreft. Hierdoor wordt inzicht verkregen in de hoeveelheid verkeer dat geen relatie heeft met het buitengebied, maar wel gebruik maakt van de wegen in dit gebied. De nulmeting heeft plaatsgevonden op dinsdag 13 december 2011 gedurende de ochtendspits (6:30 9:30 uur) en de avondspits (15:30 18:30 uur). De evaluatiemeting heeft plaatsgevonden op dinsdag 27 november 2012 in de ochtendspits (6:30 9:30 uur) en de avondspits (15:30 18:30 uur). Figuur 2.3: Registratiepunten herkomst/bestemmingsonderzoek Pagina 12

13 2.6 Resultaten herkomst/bestemmingsonderzoek evaluatiemeting 2012 De belangrijkste resultaten van het H/B-onderzoek van de evaluatiemeting zijn in onderstaande tabel opgenomen. In bijlage 1 zijn alle overige onderzoeksresultaten opgenomen. Tabel 2.4: Resultaten H/B-onderzoek evaluatiemeting 2012 Naar Van Wegvak K1 K2 K3 K4 K5 K6 K7 K8 K9 K10 K11 K12 Bestemming Totaal doorgaand K1 Hallseweg Gravenstraat - Breestraat K2 Diederikweg Heuvelderweg - Breestraat K3 Breestraat Rijksweg (N345) - Meeuwenbergweg K4 Emperweg Weg naar Voorst (N345) - Ganzekolk K5 Tondensestraat (Weg naar Voorst (N345) - Tondense Enkpad K6 Baankstraat Oude Kanonsdijk - Molenweg K7 Zutphensestraat Wapsumsestraat (N345) - Kleine Vosstraat K8 Kwazenboschweg Ijsselgouw (N348) - Zutphensestraat K9 Knoevenoordstraat (Eerbeekseweg (N787) - Heimeriete K10 Hallseweg Apeldoornseweg - Rhienderensestraat (op brug) K11 Voorstondensestraat Apeldoornseweg - Lendeweg (op brug) K12 Langedijk Apeldoornseweg - Boerenstraat (op brug) Herkomst Totaal Totaal doorgaand Totaal Pagina 13

14 2.7 Resultaten herkomst/bestemmingsonderzoek nulmeting 2011 De belangrijkste resultaten van het H/B-onderzoek van de nulmeting zijn in onderstaande tabel opgenomen. Tabel 2.5: Resultaten H/B-onderzoek nulmeting 2011 Naar Totaal Van Wegvak K1 K2 K3 K4 K5 K6 K7 K8 K9 K10 K11 K12 Bestemming Totaal doorgaand K1 Hallseweg Gravenstraat - Breestraat K2 Diederikweg Heuvelderweg - Breestraat K3 Breestraat Rijksweg (N345) - Meeuwenbergweg K4 Emperweg Weg naar Voorst (N345) - Ganzekolk K5 Tondensestraat (Weg naar Voorst (N345) - Tondense Enkpad K6 Baankstraat Oude Kanonsdijk - Molenweg K7 Zutphensestraat Wapsumsestraat (N345) - Kleine Vosstraat K8 Kwazenboschweg Ijsselgouw (N348) - Zutphensestraat K9 Knoevenoordstraat (Eerbeekseweg (N787) - Heimeriete K10 Hallseweg Apeldoornseweg - Rhienderensestraat (op brug) K11 Voorstondensestraat Apeldoornseweg - Lendeweg (op brug) K12 Langedijk Apeldoornseweg - Boerenstraat (op brug) Herkomst Totaal Totaal doorgaand Pagina 14

15 2.8 Verschiltabel herkomst/bestemmingsonderzoek evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 In onderstaande tabel zijn de verschillen weergegeven tussen het H/B-onderzoek van de nulmeting en evaluatiemeting. Een positieve waarde in de tabel betekent een toename van verkeer in de situatie in 2012 met maatregelen in het buitengebied in vergelijking met de situatie in 2011 zonder deze maatregelen. Tabel 2.6: Verschiltabel H/B-onderzoek evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Naar Van Wegvak K1 K2 K3 K4 K5 K6 K7 K8 K9 K10 K11 K12 Bestemming Totaal doorgaand K1 Hallseweg Gravenstraat - Breestraat K2 Diederikweg Heuvelderweg - Breestraat K3 Breestraat Rijksweg (N345) - Meeuwenbergweg K4 Emperweg Weg naar Voorst (N345) - Ganzekolk K5 Tondensestraat (Weg naar Voorst (N345) - Tondense Enkpad K6 Baankstraat Oude Kanonsdijk - Molenweg K7 Zutphensestraat Wapsumsestraat (N345) - Kleine Vosstraat K8 Kwazenboschweg Ijsselgouw (N348) - Zutphensestraat K9 Knoevenoordstraat (Eerbeekseweg (N787) - Heimeriete K10 Hallseweg Apeldoornseweg - Rhienderensestraat (op brug) K11 Voorstondensestraat Apeldoornseweg - Lendeweg (op brug) K12 Langedijk Apeldoornseweg - Boerenstraat (op brug) Herkomst Totaal Totaal doorgaand Totaal Pagina 15

16 Hoofdstuk 3 Analyse Pagina 16

17 3.1 Kwantitatieve analyse verschillen intensiteiten op wegvakken evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 In hoofdstuk 2.4 zijn de verschillen gepresenteerd van de evaluatiemeting in 2012 ten opzichte van de nulmeting in In de afbeelding hiernaast zijn deze verschillen op etmaalbasis (gemiddelde werkdag) weergegeven. Uit de verschillen valt op te maken dat de intensiteiten op de Rhienderensestraat, Vosstraat en Windheuvelstraat met meer dan 200 voertuigen per werkdag zijn afgenomen. Ook op andere wegen zoals de Breestraat, Weg over t Hontsveld, Voorsterweg en de Langedijk is een afname van verkeer te zien. Op enkele andere wegen is een toename van het verkeer waarneembaar. De grootste toename bevindt zich op de Dorpsstraat in Hall, waar ruim 350 voertuigen per werkdag meer zijn geregistreerd. Ook op de Knoevenoordstraat, Voorstondensestraat en Eerbeekseweg N 787 is een toename te zien. Figuur 3.1: Verschillen etmaalintensiteit op wegvakken (gemiddelde werkdag) tussen evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Pagina 17

18 3.2 Kwantitatieve analyse verschillen herkomst/bestemmingsonderzoek evaluatiemeting 2012 met nulmeting 2011 In hoofdstuk 2.8 zijn de verschillen gepresenteerd van de evaluatiemeting in 2012 ten opzichte van de nulmeting in In de staafgrafieken hiernaast zijn deze verschillen te zien op de relaties die het meest door sluipverkeer gebruikt werden. Het totaal aandeel doorgaand verkeer door het buitengebied van de gemeente Brummen bedroeg in 2011 tijdens de meting 1157 voertuigen. In 2012 is dit aandeel doorgaand verkeer afgenomen met 338 voertuigen tot 819 voertuigen, een afname van 29%. Tabel 3.1: Meest gebruikte doorgaande routes nulmeting 2011 Heen Terug Totaal Emperweg (K4) <-> Diederikweg (K2) Kwazenboschweg (K8) <-> Hallseweg (K10) Diederikweg (K2) <-> Breestraat (K3) Hallseweg (K1) <-> Zutphensestraat (K7) Zutphensestraat (K7) <-> Hallseweg (K10) Zutphensestraat (K7) <-> Langedijk (K12) Baankstraat (K6) <-> Hallsweg (K10) Tondensestraat (K5) <-> Langdedijk (K12) Hallseweg (K1) <-> Kwazenboschweg (K8) T OT AAL TOTAAL DOORGAAND VERKEER IN HET BUITENGEBIED 1157 Tabel 3.2: Meest gebruikte doorgaande routes evaluatiemeting 2012 Heen Terug Totaal Emperweg (K4) <-> Diederikweg (K2) Kwazenboschweg (K8) <-> Hallseweg (K10) Diederikweg (K2) <-> Breestraat (K3) Hallseweg (K1) <-> Zutphensestraat (K7) Zutphensestraat (K7) <-> Hallseweg (K10) Tondensestraat (K5) <-> Langdedijk (K12) Hallseweg (K1) <-> Kwazenboschweg (K8) Zutphensestraat (K7) <-> Langedijk (K12) Baankstraat (K6) <-> Hallsweg (K10) TOTAAL TOTAAL DOORGAAND VERKEER IN HET BUITENGEBIED 819 Figuur 3.2: Registratiepunten herkomst/bestemmingsonderzoek Pagina 18

19 3.2 Kwantitatieve analyse verschillen herkomst/bestemmingsonderzoek evaluatiemeting 2012 met nulmeting 2011 De afname van het doorgaande verkeer is grotendeels zichtbaar op de relaties K4 K2, K8 K10, K2 K3 en K1 K7, zie ook de staafgrafiek hiernaast. De afnames van het sluipverkeer hangen met name samen met de afsluitingen op de Breestraat, Weg Over t Hontsveld, Windheuvelstraat, Vosstraat en Rhienderensestraat. Tabel 3.3: Verschiltabel meest gebruikte doorgaande routes Heen Terug Totaal Emperweg (K4) <-> Diederikweg (K2) Kwazenboschweg (K8) <-> Hallseweg (K10) Diederikweg (K2) <-> Breestraat (K3) Hallseweg (K1) <-> Zutphensestraat (K7) Zutphensestraat (K7) <-> Hallseweg (K10) Tondensestraat (K5) <-> Langdedijk (K12) Hallseweg (K1) <-> Kwazenboschweg (K8) Zutphensestraat (K7) <-> Langedijk (K12) Baankstraat (K6) <-> Hallsweg (K10) TOTAAL Figuur 3.3: Relaties met grootste afname sluipverkeer Pagina 19

20 3.3 Kwantitatieve analyse relaties door het buitengebied Uit de voorgaande analyse blijkt dat het totaal aandeel doorgaand verkeer in het buitengebied van de gemeente Brummen door de maatregelen is afgenomen. Wanneer men de belangrijkste relaties van sluipverkeer door het buitengebied beziet, dan zijn daaruit de volgende punten op te merken: Relatie Empe (paars): Verkeer richting Apeldoorn / A1 dat de N 345 bij Voorst mijdt maakte gebruikt van de Breestraat of Emperweg / Weg Over t Hontsveld. Op deze relaties is een afname van 185 voertuigen sluipverkeer waarneembaar ten opzichte van de situatie in 2011 (gedurende de spitsperioden), een afname van circa 54%. Deze afname is te danken aan de combinatie van afsluiting van de Breestraat en Weg over t Hontsveld. Relatie oost-west (oranje): Verkeer richting Apeldoorn-Zuid en de A50 dat ook de N 345 bij Voorst mijdt maakte gebruik van diverse wegen in het buitengebied, hoofdzakelijk de Voorstondensestraat, Vosstraat en Rhienderensestraat. Nu de Windheuvelstraat en Vosstraat zijn afgesloten voor doorgaand verkeer is op deze relaties een afname waarneembaar van 144 voertuigen sluipverkeer ten opzichte van de situatie in 2011 (gedurende de spitsperioden), een afname van circa 39%. Figuur 3.4: Belangrijkste doorgaande relaties buitengebied Voor een gedetailleerd overzicht van de belangrijkste relaties voor doorgaand verkeer zie hoofdstuk 6.2 van het Verkeersonderzoek buitengebied. Pagina 20

21 3.3 Kwantitatieve analyse relaties door het buitengebied Relatie divers (blauw): Verkeer dat gebruikt maakt van de provinciale wegen N 345 / N 348 aan de oostzijde van het buitengebied en de Apeldoornseweg / N 789 aan de westzijde van het buitengebied. Voor dit verkeer, dat gebruik maakt van diverse wegen in het buitengebied, is niet zozeer een netto afname zichtbaar van het sluipverkeer als wel een beperkte verschuiving in de verkeersstromen. Op de relaties K1 K7 en K6 K10 is een lichte afname van sluipverkeer te zien (41 voertuigen), maar op de relaties K1 K8 en K5 K12 is een lichte stijging te zien van sluipverkeer (38 voertuigen). De netto afname is dus vrijwel nul. Relatie oost-noord (rood): Deze relatie bestaat uit sluipverkeer dat het knooppunt N 345 Kanonsdijk in Hoven wil mijden. Dit verkeer maakt gebruikt van de route Windheuvelstraat Voorsterweg. Op basis van het herkomst- en bestemmingsonderzoek is het niet mogelijk om deze relatie aan te tonen, daarvoor zijn extra registratiepunten nodig. Wel is op basis van de aanvullende tellingen (kruispuntstromen in 2011 en doorsnedetellingen in 2012) te zien dat deze relatie in ieder geval in de avondspits aanwezig is. Worden de twee tellingen vergeleken, dan is een een afname van 141 voertuigen ten opzichte van de situatie in 2011 (gedurende de spitsperioden) te zien, een afname van circa 39%. Figuur 3.4: Belangrijkste doorgaande relaties buitengebied Voor een gedetailleerd overzicht van de belangrijkste relaties voor doorgaand verkeer zie hoofdstuk 6.2 van het Verkeersonderzoek buitengebied. Pagina 21

22 3.4 Kwantitatieve analyse pilotlocaties (1) Hieronder is een overzicht gegeven van de veranderingen van de intensiteit op de pilotlocaties, waarbij de situatie tijdens de evaluatiemeting in 2012 wordt vergeleken met de nulmeting in De aantallen betreffen intensiteiten van het gemotoriseerde verkeer over een gemiddelde werkdag. De mutaties betreffen een toe- of afname van al het verkeer, zowel intern, extern als sluipverkeer. Breestraat: Een afname van 86 voertuigen, circa 16%. Weg over t Hontsveld: Een afname van 142 voertuigen, circa 18%. Breestraat Emperweg Windheuvelstraat: Een afname van 250 voertuigen, circa 17%. Blaarweg: Een toename van 37 voertuigen, circa 17%. Vosstraat: Een afname van 215 voertuigen, circa 26%. Blaarweg Vosstraat Windheuvelstraat Rhienderensestraat: Een afname van 264 voertuigen, circa 35%. Rhienderensestraat Figuur 3.5: Pilot afgesloten wegen Pagina 22

23 3.4 Kwantitatieve analyse pilotlocaties (2) Uit de detailverkeersgegevens (zie bijlage 1) van de pilotlocaties is op te maken dat de afname van de verkeersintensiteit voor een belangrijk deel toegeschreven wordt aan de spitsuren. Dit effect is te zien in de afgebeelde grafieken met het intensiteitsverloop over de gemiddelde werkdag voor motorvoertuigen. De afnames van de verkeersintensiteit zijn vooral geconcentreerd rondom de spitsuren, hoewel dit niet voor alle locaties geldt. Op basis van deze informatie kan overwogen worden om de werkingssfeer afsluitingen te beperken tot de spitsuren (periode en Grafiek 3.1: Intensiteitsverloop en verschil voor de Breestraat Grafiek 3.2: Intensiteitsverloop en verschil voor de Weg over t Hontsveld Pagina 23

24 3.4 Kwantitatieve analyse pilotlocaties (3) Grafiek 3.3: Intensiteitsverloop en verschil voor de Windheuvelstraat Grafiek 3.5: Intensiteitsverloop en verschil voor de Vosstraat Grafiek 3.4: Intensiteitsverloop en verschil voor de Blaarweg Grafiek 3.6: Intensiteitsverloop en verschil voor de Rhienderensestraat Pagina 24

25 3.5 Kwantitatieve analyse overige locaties (1) Dorpsstraat: Op de Vosstraat is de verkeersintensiteit met circa 26% gedaald van 833 naar 618 voertuigen per etmaal. Op de Dorpsstraat in Hall is echter een stijging van de intensiteit te zien, deze nam toe van naar voertuigen, een stijging van circa 37%. Deze toename op de Dorpsstraat is niet te verklaren uit een verschuiving van sluipverkeer door afgesloten wegen. Immers, de intensiteit op de oost-west relatie (oranje, zie H3.3) nam tussen alle registratiepunten af, de intensiteit op de blauwe relaties (zie H3.3) bleef netto ongeveer gelijk. De toename bestaat waarschijnlijk uit meer intern en/of meer extern verkeer. Van (al dan niet bewuste) beïnvloeding van de meting lijkt geen sprake te zijn, het verloop van de intensiteit over de dag en week ziet er logisch uit. Blaarweg: De toename van verkeer op de Blaarweg (van 214 in 2011 naar 251 in 2012, circa 17%) valt extra op. Op dit wegvak is een geslotenverklaring ingevoerd. Zie ook volgende pagina. Figuur 3.6: Verschillen etmaalintensiteit op wegvakken (gemiddelde werkdag) tussen evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Pagina 25

26 3.5 Kwantitatieve analyse overige locaties (2) Voorsterweg (zuid) / Voorstondensestraat / Blaarweg: Op deze drie wegen is een lichte toename van de verkeersintensiteit te zien. De relaties tussen de registratiepunten K7/K8 - K10/K11/K12 laten een totale afname van 135 voertuigen sluipverkeer tijdens de spitsperioden zien. De toename van intensiteit is ook hier niet te verklaren uit een verschuiving van sluipverkeer in het gebied. Ook op deze locaties lijkt de toename verklaard te moeten worden uit een toename in intern en/of extern verkeer. Knoevenoordstraat / Eerbeekseweg: Op de Rhienderensestraat is een geslotenverklaring ingesteld. Ten gevolge hiervan is een verschuiving te zien van verkeer dat in plaats van de Rhienderensestraat gebruikt maakt van de Eerbeekseweg N 787 en de Knoevenoordstraat. Figuur 3.6: Verschillen etmaalintensiteit op wegvakken (gemiddelde werkdag) tussen evaluatiemeting 2012 en nulmeting 2011 Pagina 26

27 Hoofdstuk 4 Conclusies en aanbevelingen Pagina 27

28 4.1 Conclusies (1) In het Gemeentelijk Verkeer- en VervoerPlan (GVVP) is het voornemen benoemd om de overlast die ervaren wordt ten gevolge van het sluipverkeer tegen te gaan door een aantal wegen in het buitengebied af te sluiten voor doorgaand verkeer. Het betrof de Rhienderensestraat, Blaarweg, Vosstraat en Voorsterweg. Uit het vooronderzoek Verkeersonderzoek buitengebied uit juni 2012 is gebleken dat een afsluiting op de Windheuvelstraat een bijdrage kan leveren aan het terugbrengen van het sluipverkeer in het buitengebied, ter ondersteuning aan de afsluitingen op de Blaarweg en Vosstraat. Uit het vooronderzoek Verkeersonderzoek buitengebied is tevens gebleken dat ter hoogte van Empe, tussen de N 348 en de N 789 ook twee duidelijke sluiproutes aanwezig waren. Daarom is besloten om de Weg Over t Hontsveld en de Breestraat toe te voegen aan de pilotlocaties. Toegevoegd aan de pilot Niet in pilot Toegevoegd aan de pilot Het totaal aandeel doorgaand verkeer door het buitengebied bedroeg in 2011 tijdens de meting voertuigen. In 2012 is dit aandeel doorgaand verkeer met 338 voertuigen afgenomen tot 819 voertuigen, een afname van 29%. Figuur 4.1: Pilot afgesloten wegen Pagina 28

29 4.1 Conclusies (2) Het afsluiten van de Rhienderensestraat voor sluipverkeer heeft gezorgd voor de verwachte daling van het totale verkeersaanbod op deze weg. De verkeersintensiteit is gedaald met circa 35% (-264 voertuigen). Het afsluiten van de Blaarweg voor sluipverkeer heeft niet gezorgd voor de verwachte daling van het totale verkeersaanbod op deze weg. De verkeersintensiteit is gestegen met circa 17% (+37 voertuigen). Het afsluiten van de Vosstraat voor sluipverkeer heeft gezorgd voor de verwachte daling van het totale verkeersaanbod op deze weg. De verkeersintensiteit is gedaald met circa 26% (-215 voertuigen). Het afsluiten van de Windheuvelstraat heeft geleid tot een afname van de verkeersintensiteit op diverse wegen in het buitengebied. Op de Windheuvelstraat zelf is de verkeersintensiteit gedaald met circa 17% (-250 voertuigen). Door de combinatie met afsluiting van de Vosstraat is het sluipverkeer in het buitengebied afgenomen. Toegevoegd aan de pilot Niet in pilot Toegevoegd aan de pilot Het afsluiten van de Breestraat en Emperweg heeft effect op het terugbrengen van de verkeersintensiteit in de kern Empe en het achterliggende buitengebied. De afname van sluipverkeer betreft totaal circa 54%, voor de Breestraat een afname van circa 16% (-86 voertuigen), voor de Emperweg een afname van circa 18% (142 voertuigen). Figuur 4.1: Pilot afgesloten wegen Pagina 29

30 4.2 Aanbevelingen (1) De intensiteit op de Blaarweg is toegenomen, ondanks het instellen van een verbod voor doorgaand verkeer. Handhaving van dit verbod kan de stijging van de intensiteit ongedaan maken, en waarschijnlijk tot een aanzienlijke daling van de intensiteit bewerkstelligen. Regelmatige monitoring van de ontwikkeling van de intensiteit verdient aanbeveling. De intensiteit op de Knoevenoordstraat is ten gevolge van de afsluiting van de Rhienderensestraat toegenomen met circa 22%. Gezien de absolute intensiteit op deze weg (circa 500 voertuigen op een gemiddelde werkdag) hoeft de toename geen knelpunt te vormen. Het monitoren van de ontwikkeling van de intensiteit in de toekomst verdient aanbeveling. Op de Voorsterweg (zuid) en Voorstondensestraat is een toename van verkeersintensiteit te zien, hoewel in omvang beperkt. Deze toename is niet vanuit het verkeersonderzoek te relateren aan een toename in sluipverkeer. Gelet op de afsluiting van de Windheuvelstraat is het mogelijk dat meer (intern en/of extern) verkeer gebruik maakt van de route Zutphensestraat Kleine Vosstraat of verkeer dat een relatie heeft met de Knoevenoordstraat (sluipverkeer). Pagina 30

31 4.2 Aanbevelingen (2) Een mogelijke verplaatsing van verkeer naar de Kleine Vosstraat kan zorgen voor veiligheidsknelpunten ter plaatse. Uiteraard geldt dit ook voor andere locaties in het buitengebied waar de intensiteiten zijn toegenomen. Het monitoren van de ontwikkeling van intensiteit op deze locaties en het eventueel voorkomen van veiligheidsknelpunten verdient aanbeveling. Hoewel er op diverse relaties en op diverse wegen in het buitengebied een duidelijke afname te zien is van het sluipverkeer blijft er nog sluipverkeer aanwezig. Een duidelijk voorbeeld hiervan is de relatie ter hoogte van Empe waar er een significante afname van het sluipverkeer is waargenomen, maar waar ook nog altijd een aandeel sluipverkeer blijft rijden, ondanks het ingestelde verbod. Het verdient daarom aanbeveling om in overleg met de Politie (en/of buitengewoon opsporingsambtenaar afspraken te maken over de handhaving van de maatregelen. Een effectieve handhaving hoeft niet veel tijd in beslag te nemen, als het maar wel plaatsvindt (bijvoorbeeld door middel van prikacties). Het belang van het naleven van de maatregel wordt zo op straat duidelijk gecommuniceerd naar de weggebruiker. De subjectieve (gevoel van) pakkans wordt vergroot, met als gewenst effect gedrag conform de verkeersregels. Succesvolle handhaving is in dat geval af te meten aan een verdere afname van het aandeel sluipverkeer in het buitengebied. Pagina 31

32 4.2 Aanbevelingen (3) Op de Dorpsstraat in Hall is een stijging van de intensiteit te zien, deze nam toe van in 2011 naar voertuigen in 2012, een stijging van circa 37%. Deze toename op de Dorpsstraat is niet te verklaren uit een verschuiving van sluipverkeer door afgesloten wegen. Hoewel het waarschijnlijk is dat er tijdens de meting in 2012 meer intern en/of extern verkeer is gemeten is dat niet met zekerheid af te leiden uit dit onderzoek. Monitoring van de ontwikkeling van de verkeersintensiteit in de kern Hall verdient daarom aanbeveling. Maak de wegafsluitingen aan de rand van het gebied kenbaar, door het plaatsen van vooraankondigingsborden. Dit geeft weggebruikers tijdig de kans om een alternatieve route te nemen. Uit de detailverkeersgegevens van de pilotlocaties is op te maken dat de afname van de verkeersintensiteit voor een belangrijk deel toegeschreven wordt aan de spitsuren. De afnames van de verkeersintensiteit zijn vooral geconcentreerd rondom de spitsuren. Indien gewenst kan overwogen worden om de werkingssfeer van de afsluitingen te beperken tot de spitsuren (periode en Pagina 32

33 Bijlagen Pagina 33

34 Bijlage 1: Resultaten veldonderzoek Dufec Pagina 34