Accenten blok 10 10 7 = 7 = 7 = 7 = 7 = 7 = 1 minder. de helft. 1 meer 1 meer. 1 minder



Vergelijkbare documenten
Reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. Rekenrijk. Handleiding. Derde editie. Ceciel Borghouts Nicole Bus. Noordhoff Uitgevers

= = = = = = = = = = = =

Hoe plan je een grote taak?

Deze les krijgen de leerlingen een introductie over ongelijke breuken. Dit met name gericht op het vergelijken met een bemiddelende grootheid.

les 1 1 Welke breuk is het grootst? 2 Hoe kun je een meter veterdrop in zes gelijke stukken verdelen? Hoe vergelijk je de breuken?

Werkkaarten GIGO 1184 Elektriciteit Set

Rekenregels van machten

10 Les 1. 1 Hoe groot is het verschil in hoogte? Welke sommen passen hierbij? Hoe reken je? 2 Hoeveel nog sparen? Hoe reken je?

aantal stroken van euro

Voorbereidende opgaven Kerstvakantiecursus

Kennismaken. Wie zitten er bij jou in de klas? 4. Welke afspraken maak jij met je klas? 8

Praktische Opdracht Lineair Programmeren V5

Hoeveel betaal je in totaal? Hoe kun je dat bedrag narekenen? Hoe bereken je het bedrag dat je van de 20 euro terug krijgt?

= = = = = = = =

2 Reken uit. 3 Maak er rekentaal van. Probeer het in één sprong. Denk aan de getallenlijn = = = = = =

De supermarkt. a Welk karretje heeft de duurste boodschappen? Leg uit waarom je dat denkt. b Hoeveel klanten nog tot de 1000ste klant? Reken uit.

Hoofdstuk 0: algebraïsche formules

Voorbereidende opgaven Stoomcursus

6.0 INTRO. 1 a Bekijk de sommen hiernaast en ga na of ze kloppen = = = = = 2...

Reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. Rekenrijk. Handleiding. Derde editie. Ceciel Borghouts Nicole Bus. Noordhoff Uitgevers

Het kwadraat van een tweeterm a+b. (a+b)²

Opdrachten bij hoofdstuk 2

3 Vul in Kijk goed op welke plaats het cijfer staat. aantal stroken van Hoeveel euro s? Vier briefjes van 100 is 400 euro. 50 euro.

Hoe maak je een huiswerkplanning?

Voorbereidende opgaven Stoomcursus

In dit hoofdstuk introduceren we de hoofdrolspelers van het college: eindige automaten.

Een feestmaal. Naam: -Ken jij nog een ander speciaal feest? Typ of schrijf het hier. a

opdrachtenboek groep 6

Praktische opdracht Optimaliseren van verpakkingen Inleidende opgaven

Het reëel getal b is een derdewortel van het reëel getal a c. Een getal en zijn derdewortel hebben hetzelfde toestandsteken.

Lucht in je longen. Streep de foute woorden door. Hoe komt lucht in je longen? Zet een cirkel om de dieren met longen.

INTERVIEWEN 1 SITUATIE

m Taak 1 Weet je het nog? m s8r antwoord: antwoord: antwoord:... antwoord * il I

Pak jouw passer en maak de afstand tussen de passerpunten 3 cm.

naam blad : 37 = 299 : 23 = 882 : 63 = 364 : 26 = : 47 = : 43 = 47 kan keer van af kan keer van af 47 = =

Voorbereidende opgaven Examencursus

Lijn, lijnstuk, punt. Verkennen. Uitleg. Opgave 1

Werkblad TI-83: Over de hoofdstelling van de integraalrekening

1a Een hoeveelheid stof kan maar op één manier veranderen. Hoe?

rekenboek 6a lessen

Opgave 1. Waarom kun je bij het Noorden twee getallen neerzetten? Geldt dit ook voor andere windrichtingen? Hoeveel graden hoort er bij het Oosten?

Je gaat naar de winkel en koopt 4 pakken melk van 1,40 per stuk.

2 Maak vast aan de getallenlijn Welke getallen horen bij de streepjes? a

Hoofdstuk 2: Bewerkingen in R

opgaven formele structuren procesalgebra

3 Reken uit (met cijferen of kolomsgewijs) = = = = = = 4 Van verhaal naar rekentaal

De oppervlakte van de rechthoek uit de vorige opgave hangt van dezelfde variabelen af.

Formeel Denken. Herfst Contents

Wat doen we met de vuile was?

Gehele getallen: vermenigvuldiging en deling

Hoofdstuk 4 : Ongelijkheden

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1:

Les 1. 2 Maak vast aan de getallenlijn. a Waar liggen de getallen ongeveer? b Welke schatting past het best bij de som?

lesboek groep 6 blok 1

6 116 = 696. som: = som: = som: = zo groot één 0 erbij = = 7 600

DOEL: Weten wat de gevolgen en risico s kunnen zijn van het plaatsen van (persoonlijke) informatie op internet.

Boek 2, hoofdstuk 7, allerlei formules..

1 Uw secretaresse vraagt u wie u voor deze sessie wilt uitnodigen. Aan welke mensen denkt u?

De tijdens de training aangeboden ski-imitaties gebruiken we zowel als middel maar ook als doel.

1.3 Wortels. x x 36 6 = x = 1.5 Breuken. teller teller noemer noemer. Delen: vermenigvuldig met het omgekeerde.

Getallenverzamelingen

Natuurlijke getallen op een getallenas en in een assenstelsel

Inhoudsopgave LES 1: NAAR SCHOOL LES 2: VRIJE TIJD LES 3: THUIS LES 4: NEDERLAND LES 5: TOEKOMST 126

Zelfstudie practicum 1

Handig rekenen met eigenschappen G ( ) + (3 19) = 6 (6 + 14) + (5 + 55) = 80 ( ) + ( ) = 11

Moderne wiskunde: berekenen zwaartepunt vwo B

handleiding groep 8 blok 1

3 Snijpunten. Verkennen. Uitleg

KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN SUBFACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN HUB HANDELSWETENSCHAPPEN

Verschil zal er zijn hv bovenbouw WERKBLAD

JOB-monitor 2016 Vragenlijst

100 sin(α) kn. 3,0 m. De horizontale en verticale componenten van de kracht van 100 kn worden in dit voorbeeld bepaald:

fonts: achtergrond PostScript Fonts op computers?

Inhoud. Inleiding 5. 1 Handgereedschappen Verbindingen Elektrische techniek Pompen Verbrandingsmotoren 138

wedstrijden, dus totaal 1 n ( n 1)

Hoofdstuk 8 Beslissen onder risico en onzekerheid

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Donderdag 20 mei uur

rekenboek 5a taken

Ontleden? Leuk! Inleiding. Opzet van deze lesbrief. Door Henk Jongsma, hoofdauteur Op Niveau tweede fase

ja, studentaccount is groter dan standaard account en nog steeds gratis. Wel moet je mail adres van school en website van school invoeren ter controle

Opgave 1 Stel je eens een getal voor, bijvoorbeeld: 504,76. a b c

Noordhoff Uitgevers bv

Examen VWO. wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

C 1 C 2 C 3. C 4 Vul aan tot 1 l. les 1 en blok 4. Hoeveel heb je nodig van elk gewicht? Kijk goed naar het voorbeeld.

rekenboek 8a taken

Verschil zal er zijn mvbo bovenbouw WERKBLAD

De standaard oppervlaktemaat is de vierkante meter. Die is afgeleid van de standaard lengtemaat, de meter.

Handreiking voor zij-instroom in de zuivelindustrie

REKENEN MACHTEN MET. 5N4p EEBII 2013 GGHM

OP GETAL EN RUIMTE KUN JE REKENEN

De formule van het opslagpercentage voor alle producten luidt:

Merkwaardige producten en ontbinden in factoren

naam werkboek groep 5

Handleiding voor het maken van Papierarchitectuur, PA.

1.0 Voorkennis. Voorbeeld 1:

Hoofdstuk 2 DE STELLING VAN PYTHAGORAS

MEETKUNDE 2 Lengte - afstand - hoeken

GBK Leden profiel beheer

Transcriptie:

Accenten lok 0 0 De leerlingen leren het optellen vnf een tienvoud in één sprong, ijv. 0. 0 7 de helft minder 7 Bij het rekenen met geld leren de leerlingen edrgen ls,98 fronden. 7 7 minder meer meer 7 7 In dit lok komt de constructie vn de tfel vn 7 n de orde. We geruiken de strtegieën verduelen, hlveren, één keer meer en één keer minder. Bij het klokkijken gn we in dit lok nr de minuten. 0 9 De leerlingen oefenen lle tfels (ehlve de tfel vn 7) vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën. Zo komen ze tot memoriseren. 8

Overzicht lok 0 Les Mterilen kopieerlden Extr t/m met tfelsommen (vn t/m 9 0) met op de chterknt de ntwoorden 8 reclmefolders vn een supermrkt (nmk)geld Les Blokdoelen Wt ging ern voorf Wt komt ern Rekenen t/m 00: optellen met opgven ls 0 in één sprong optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen (wrij eerst de tienvouden ijgeteld worden en dn de eenheden), ijv. 8 : 8 8 0 of 8 8 en Vermenigvuldigen: constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder oefenen vn lle tfels (ehlve de tfel vn 7) vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren memoriseren vn lle tfelproducten, onder ndere d.m.v. oefenspellen 8 Geld: fronden ij edrgen ls,98 8 Tijd: klokkijken met minuten tijdsduur eplen tussen twee tijdstippen met minuten Rekenen t/m 00: het rijgen op de getllenlijn is een herhling vn lok 9 Vermenigvuldigen: constructie vn de tfel vn 8 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder (lok 7) oefenen vn de tfels vn,, 8 en 9 vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën (nkerpunten zijn, en 0 ) (lok 9) memoriseren vn de tfels vn, en (lok 9) Geld: riefjes vn, 0, 0 en 0 euro en hun onderlinge relties gepst etlen met riefjes en munten (lok ) Tijd: tijdsduur eplen tussen twee tijdstippen met hele uren, hlve uren en kwrtieren (lok 9) Rekenen t/m 00, vristrtegieën ij optellen: rijgen lngs een rond getl, ijv. 9 7: 9 0 7 (eerst nr het ronde getl, dn de rest erij. Dit in fwijking vn het rijgen tot nu toe, wrij steeds eerst de tienvouden ijgeteld worden en dn de eenheden) Vermenigvuldigen: memoriseren vn lle tfels vn vermenigvuldiging met de ndruk op de nog niet geleerde tfelproducten (lok ) Geld: gepst etlen, terugkrijgen (groep, lok ) Tijd: klokkijken met minuten tijdsduur in minuten (groep, lok ) 8

0 Les Lesinhoud Voorf : 8 9 Optellen: 0 0 0 7 8 0 0 0 7 97 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 7 70 0 70 80 0 80 7 0 0 0 Lesdoelen Rekenen t/m 00: optellen vn opgven ls 0 in één sprong optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen (wrij eerst de tienvouden ijgeteld worden en dn de eenheden), ijv. 8 : 8 8 0 of 8 8. Idem ij ftrekken Mterilen Geen 0 les sommen ls 0 in één sprong Hoeveel kost het smen? Ell koopt het koffiezetpprt en nog één ding. 0 les Hoe reken je op de lege getllenlijn? w lz. Proeer het in één sprong. Denk Reken n uit de getllenlijn. 0 Proeer het in één sprong. 0 0 0 Denk n de getllenlijn. 70 70 8 0 0 7 0 7 0 8 0 80 80 0 0 7 0 0 0 0 70 0 7 Mk er rekentl vn 0 7 w lz. Bedenk eerst de vrg. Mk er rekentl vn Nienke leest ldzijden verder. c Bij een regenui komt er nog mm ij. w lz. Proeer Reken het uitmet twee sprongen. Proeer het met twee sprongen. 0 0 in in Proeer drie sprongen: het met twee sprongen. 0 0 8 0 80 0 0 in drie sprongen: 707 8 0 7 8 0 8 0 0 7 0 in in twee sprongen: 0 7 0 8 0 8 7 0 in twee sprongen: 8 8 8 7 7 8 7 8 8 7 7 7 7 9 8 8 7 7 8 7 8 7 9 8 7 9 8 7 8 8 7 8 8 8 Vn pltje nr rekentl 8 8 8 8 w lz. Vn pltje nr rekentl Bedenk eerst de vrg. Bedenk Vn pltje eerst de nr vrg. rekentl Bedenk eerst de vrg. Verschillende sommen, zelfde ntwoord Verschillende sommen, zelfde ntwoord w lz. Verschillende sommen, zelfde ntwoord 7 7 7 7_WBB_B0.indd -8-09 9: 7_WBB_B0.indd -8-09 9: 99_LBB_B0.indd 0-0-09 :8 99_LBB_B0.indd 7 0-0-09 :9 Ik moet nog 7 km. Kijktips Aiz moet nog km. d Kn de leerling in één sprong optellen vnf een tienvoud? (sommen ls 0 ) Kn de leerling een som ls 7 in mximl drie sprongen uitrekenen (tienvouden in één sprong, eenheden in één of twee sprongen, vi het tienvoud)? 7_WBB_B0.indd -8-09 9: 8

Leseschrijving Hoeveel kost het smen? Optellen vn opgven ls 0 in één sprong In lok wordt een vristrtegie ngeoden: rijgen lngs een rond getl. De sommen uit deze les zijn een voorereiding drop. In deze les wordt geoefend met het optellen vnf een rond getl in één sprong. Niet lle leerlingen kunnen dit in één sprong. Bied het wel n lle leerlingen n. Wnneer het niet lukt in één sprong, dn kunnen ze de sommen gewoon in twee sprongen uitrekenen. Stimuleer in dt gevl wel om de tienvouden er in één sprong ij te doen. Verschillende sommen, zelfde ntwoord (WB; ezelsoor) Optellen, eigen productie Welk getl neem je eerst? Hoeveel moet erij? Steeds smen 7 (). Afronding vn de les Bespreek opgve. Welke som he je gemkt? Hoe he je gerekend? Kun je het op een getllenlijn lten zien? Mogelijke vrgen ij de prtplt: Wt kosten het koffiezetpprt en de krultng smen? (0 ) Hoe reken je? (eerst 0 erij, dn of ineens erij) Lt mr zien op de getllenlijn. Bespreek zo ook wt ndere cominties vn rtikelen. (WB) Optellen vn opgven ls 0 in één sprong Bespreek enkele sommen. Hoe reken je? Weet je het meteen? De leerlingen die het niet meteen weten, mogen het in twee sprongen uitrekenen op de getllenlijn (eerst de tienvouden, dn de rest). Mk er rekentl vn (WB) Optellen vn opgven ls 0 in één sprong in context Bedenk eerst de vrg. Welke som pst drij? Schrijf de som op en reken uit. Je mg een getllenlijn geruiken. (WB) Optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen De elngrijkste winst kn worden geoekt wnneer de tienvouden in één sprong erij of erf gn. De eenheden mogen in twee sprongen (vi het tienvoud) of in één sprong. Vn pltje nr rekentl (WB) Optellen en ftrekken in context Bedenk eerst de vrg. Welke som hoort drij? Schrijf de som op en reken uit. Je mg een getllenlijn geruiken. Bij kunnen de leerlingen nvullen: l 8 gefietst, hoe ver moet ik nog? De hele fstnd is. Dus nvullen vn 8 : erij. Je mkt dn een optel 8. Je kunt ook ftrekken: vn de km he ik er l 8 gefietst. Die hoef ik niet meer. Hoeveel nog wel? 8. Hoe redeneren en rekenen de leerlingen? Lt eide mnieren n de orde komen. les op lz. 9 8

0 Les Lesinhoud Voorf Hoofdrekenen: 7 8 7 7 7 8 8 7 8 8 7 7 8 7 7 7 9 9 9 9 9 0 is 8 en... is en... is en... is en... Tfels: Kies uit de tfel vn, of. In welke tfel of tfels zit:, 7,,,,, 0, 8, 0, 9? Vermenigvuldigen: constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder oefenen vn lle tfels (ehlve de tfel vn 7) vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieen en zo komen tot memoriseren Mterilen Geen les Lesdoelen Splitsen: is en... is en... is 8 en... is en... tfel vn 7 Hoeveel dgen duurt de vkntie? w lz. Hoeveel dgen duurt het nog? w lz. Ik g over vier weken op vkntie. Sofie Ik g over twee weken op vkntie. dgen weken 8 weken Ik g over negen weken op vkntie. Vincent 0 0 op & om weken les les dgen José Hoeveel dgen duurt de vkntie? Hoeveel dgen duurt de vkntie? nm ntl dgen ntl weken ntl dgen iets meer dn weken ntl weken José Sofie iets meer dn weken Je mg de getllenlijn geruiken. 0 0 Vul op /in om Detfel tfel vn7.7. Vul in vn De 7 Detfel vn 7. w lz. 0 7 7 meer het duele 7 meer 7 het duele 0 7 7 de helft 7 het duele Kijktips minder meer 7 7 minder dgen c dgen c dgen Kn iedere leerling de tfel vn 7 dgen construeren? dgen op de getllenlijn Doe het in twee sprongen. 0 70 0 9 meer 7 7 meer 7 Ik g over driehet nog? Hoeveel dgen duurt weken op vkntie. Ik g over drie weken op vkntie. Ik g over zeven weken op vkntie. Ik g over zeven dgen weken op vkntie. Ik g over vijf weken op vkntie. Ik g over vijf weken op vkntie. 7 meer 7 7 minder 7 Hoeveel dgen duurt het nog? minder de helft 7 7 het duele 99_LBB_B0.indd 8 0 Vul in w lz. 7 Vincent Frits 8 Sofie Vincent Frits op / om w lz. 7 Geruik één keer meer of één keer minder. Frits José nm w lz. 7 0 0 70 0 90 7 w lz. 7 9 7 Ik g over cht weken op vkntie. Ik g over cht 0-0-09 weken op vkntie. d dgen d dgen : 99_LBB_B0.indd 9 Kn iedereen de strtegieën goed toepssen? Weet de leerling welke strtegie e dgen hij wnneer toepst? e dgen Ik g over zes weken op vkntie. Ik g over zes weken op vkntie. 7_WBB_B0.indd -8-09 9: 7_WBB_B0.indd -8-09 9: 0-0-09 : Kn iedereen de sommen uit de tfels uitrekenen n de hnd vn nkerpunten? 8 87_HLB_Blok 0.indd 8-0- :

Leseschrijving Hoeveel dgen duurt de vkntie? (WB) Constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder De ltste tfel die wordt ngeoden is de tfel vn 7. Door verwisseling (commuttieve eigenschp) kunnen de leerlingen veel ntwoorden herleiden. Besteed toch de nodige tijd n het opouwen vn deze tfel op de vste mnier. De tfel vn 7 is geen duele vn een nder (zols de tfel vn het duele is vn die vn ). Het ligt ook niet dicht ij een mkkelijk getl (zols de 9 in de uurt vn de 0). Veel leerlingen heen er hierdoor moeite mee. De npk is gelijk n die vn de ndere tfels: het duele nemen, de helft, meer of minder. Mogelijke vrgen ij de prtplt: Hoeveel weken duurde je ltste vkntie? Hoeveel dgen ws dt? En de volgende vkntie (de leerlingen gn zo vermenigvuldigen met 7)? Hoe lng duurt één week? (7 dgen) En twee weken? (het duele, dgen) Welke som pst drij? ( 7 ) En het duele drvn? Hoe lng is dt? ( weken, 8 dgen) Welke mnier geruik je? (verduelen: je verduelt de weken, vier weken, dus de som wordt 7 en je verduelt de dgen, dus 8) José lijft dgen weg. Hoeveel weken is dt? (iets meer dn ) 7 (WB) Optellen vn opgven ls 0 in één sprong Hoe reken je? Kun je het in één sprong? Je mg een getllenlijn geruiken. op de getllenlijn (WB) Aftrekken vnf een tienvoud op de lege getllenlijn in twee sprongen Bij ftrekken hoeven de leerlingen niet in één sprong te rekenen. Stimuleer wel om de tienvouden in één sprong en de eenheden in één sprong te mken. Bedenk keersommen (WB; ezelsoor ) De tfel vn 7 in context Welke keersommen kun je erij edenken? Afronding vn de les Wt heen we deze les over de tfel vn 7 geleerd? (opouw volgens het vste schem en we heen geleerd dt je keersommen uit de tfel vn 7 ijn ltijd kunt vinden met de verwisseleigenschp) Wnneer kun je de verwisseleigenschp niet geruiken? (niet ij 7 7) Hoe onthoud je 7 7 9? (de leerlingen edenken ieder voor zich een mnier om 7 7 9 nooit meer te vergeten) Vrg de komende dgen f en toe nr 7 7. Vul in (WB) Constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder Bouw de tfel n de hnd vn de strtegieën. Herhl de uitleg wr nodig. Het schem is inmiddels ekend. Wr egin je? ( 7) Hoeveel? () Wt stt er ij de pijl? (ijv. meer) Welke som hoort drij? ( 7) Welke mnier zie je nog meer? (het duele en minder en de helft) Schrijf mr op welke sommen erij horen en reken uit. Hoeveel dgen duurt het nog? (WB) De tfel vn 7 in context Welke keersommen horen ij de wolkjes? Hoe reken je? (WB) Oefenen vn de tfels vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Weet je de vetgedrukte som ineens? Hoe reken je de ndere sommen uit? les en op lz. 9-9 87

0 Les Lesinhoud 0 9 8 7 8 Voorf Rekendictee: 0 0 0 9 8 7 8 0 9 8 7 8 0 : 70 80 9 0 00 Lesdoelen Vermenigvuldigen: oefenen vn lle tfels vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Mterilen 0 les kopieerlden Extr t/m met tfelsommen (vn t/m 9 0) met op de chterknt de ntwoorden 00 0 7 0 8 0 memoriseren vn lle tfels Welke tfelsommen ken je l? w lz. Vn pltje nr rekentl w lz. Vn pltje nr rekentl Vn pltje nr rekentl Bedenk eerst de vrg. Bedenk eerst de vrg. 0 les 8 87 7 98 9 79 89 78 7 9 7 7 97 8 9 8 7 9 8 9 Zoek de hulpsom 9 88 hulpsom Zoek de Bedenk zelf meer sommen met 9. 0 8 Bedenk zelf meer sommen met. 8 c Bedenk zelf meer sommen met. 9 9 9 9 d 7 Bedenk zelf meer sommen met 8. Bedenk zelf meer sommen met 7. 8 8 7 7 8 8 7 7 99_LBB_B0.indd 0 Kent de leerling l een flink ntl tfelsommen uit het hoofd (ineens weten)? 7_WBB_B0.indd w lz. 8 8 8 8 0-0-09 : Kijktips d d Verschillende keersommen, zelfde ntwoord Verschillende keersommen, zelfde ntwoord Verschillende keersommen, zelfde ntwoord 8 7 Bedenk zelf meer sommen met 9. 87 c c 9 0 w lz. 9 8de keersommen Oefen 7 Welke vind je nog moeilijk? Welke tfelsommen ken je l? 7_WBB_B0.indd 8-09-09 : 7_WBB_B0.indd 8-09-09 : 99_LBB_B0.indd 0-0-09 : Kiest de leerling de juiste strtegie om een vn de ndere sommen uit te rekenen? Pst hij de strtegie goed toe? -8-09 9: 88 87_HLB_Blok 0.indd 88-0- :

Leseschrijving Welke tfelsommen ken je l? (WB) Inventristie tfelkennis Het is de edoeling dt de leerlingen steeds meer sommen uit het hoofd kennen (ineens weten). De ndere sommen rekenen ze uit vnuit een nkerpunt m..v. een vn de strtegieën. Mogelijke vrgen ij de prtplt: Welke sommen weet je ineens? Schrijf die eerst op. Welke som g je uitrekenen? Welke hulpsom geruik je drij? Welke strtegie? Zoek de hulpsom (WB) Oefenen vn lle tfels vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Welke hulpsom komt er in het wolkje? Bedenk ndere sommen die op dezelfde mnier gn. 8 en 7 zijn sommen, wr eigenlijk geen hulpsom ij hoort. Die moet je gewoon vk oefenen. Evt. kun je ij 8 7 denken n 7 8 en dn het duele, mr dt is l lstig. Of: vnuit 0 7 en dn minder en nog een keer minder: 70 7, 7. Ook niet eenvoudig. Ook ij 7 is er niet zo heel eenvoudig een hulpsom te vinden. Verwisselen is een optie: 7 en dn vnuit 7. Oefen de keersommen Memoriseren vn lle tfels Net ls ij het optellen en ftrekken in groep moeten ook de keersommen gememoriseerd worden. In deze opgve trinen de leerlingen de tfels in spelvorm. Hiervoor heen ze de somkrtjes vn het hulpld nodig. Er zijn hulplden met de sommen vn t/m 0 0. Het ntwoord stt op de chterzijde. Voor de leerlingen die nog sturing nodig heen ij het kiezen vn de juiste strtegie, zijn er hulplden wr ehlve de keersom ook de hulpsom is vermeld. Ook hier stt het ntwoord op de chterknt. Als u elke leerling een doosje geeft om deze sommen in te ewren, kn er dgelijks mee geoefend worden. Geef een korte uitleg vn de mogelijke spelen. Hiern gn de leerlingen zelf (lleen, in twee- en drietllen) n de slg. De ctiviteiten zijn: De leerling werkt lleen. Hij pkt steeds een somkrtje vn de stpel, leest de som, geeft het ntwoord en controleert het ntwoord op de chterknt. Is het goed, dn legt de leerling het krtje op de goed stpel. Is het ntwoord fout, dn komt het op de fout stpel. Als lle krtjes op zijn, wordt de fout stpel nog eens gedn. Een som die drie keer goed gt, kn n de knt, die hoeft niet meer in het doosje. Twee leerlingen tegenover elkr. De ene leerling heeft een stpeltje krtjes met sommen. Hij pkt steeds een krtje en leest de som. De ndere leerling schrijft de ntwoorden op een ldje. N 0 sommen nkijken (de krtjes er weer even ij pkken). Als het ntwoord goed is, zet de eerste leerling een krul door het goede ntwoord. Is het ntwoord fout, dn smen het goede ntwoord edenken. Dn vn rol wisselen. Een opdrcht voor een drietl. Twee leerlingen zitten nst elkr. Een leerling dr tegenover pkt een krtje vn de stpel en legt het krtje voor het tweetl op tfel. Wie het ntwoord het eerst weet, mg het krtje heen. De leerlingen controleren smen het ntwoord op de chterknt. Nespreken: Hoe gingen de ctiviteiten? Met wie he je smengewerkt? Wt ging goed? Wt ws moeilijk? Wt zijn de lstige sommen? Noteer deze op het ord voor de fronding. Vn pltje nr rekentl (WB) De tfels in context Bedenk eerst de vrg. Welke som hoort drij? ( 8) Schrijf de som op en reken uit. Verschillende keersommen, zelfde ntwoord (WB, onderste helft is ezelsoor) Eigen productie tfels Kun je keersommen edenken wr (8,, 8) uitkomt? Afronding vn de les Breng de lstige sommen uit opgve onder de ndcht. Zijn er l een pr die je ineens weet? Hoe reken je de ndere sommen uit? 89 les 7 op lz. 9

0 Les 8 Lesinhoud Tfels: Kies uit de tfel vn, of 8. In welke tfel of tfels zit: 8, 0, 0, 7,, 8, 8,,, 0? Voorf Anvullen tot het volgende tienvoud: 79... 80 9...... 8...... 8...... 9...... 98...... Geld: Deel enkele reclmefolders uit en lt leerlingen de prijs vn verschillende rtikelen opzoeken. Werk in tweetllen, de één zoekt iets op, de nder noteert de prijs. Steeds wisselen. Geef drn de opdrcht om iets op te zoeken wt ijn (, 0) kost. 99...... 88...... 98...... 0 les 8 Lesdoelen Geld: fronden ij edrgen ls,98 Tijd: tijdsduur eplen tussen twee tijdstippen met minuten klokkijken met minuten Mterilen reclmefolders vn een supermrkt (nmk)geld geldrekenen met fronden tijdsduur in minuten Hoeveel kost het? Hoeveel minuten moet je wchten? w lz. 7 De trein vertrekt om vier over cht. Hoeveel minuten moet je wchten? Hoeveel minuten moet je wchten? De trein vertrekt om vier over cht. De trein vertrekt om vier over cht. 0 0 les 8 minuten wchten. Wt vlt op ij de prijzen? Kies drie rtikelen. Hoeveel kosten die smen ongeveer? c Kies twee rtikelen. Reken hndig Hoeveel moet je etlen? les minuten wchten. 8 Reken hndig Brigitte koopt drie likjes col. Hoeveel kost het ongeveer? Brigitte koopt drie likjes col. Hoeveel kost het ongeveer? Teken de wijzers in de klok Teken de wijzers in de klok Schrijf ook de tijd op. w lz. 7 Hoe lt is het? w lz. Reken hndig Hoe lt is het? Hoe lt is het? c c Hoeveel kost het ongeveer? d d Remy koopt vijf ussen siroop. Hoeveel kost het ongeveer? Remy koopt vijf ussen siroop. w lz. Hoe lt lt is Hoe is het? het? Hoe lt is het? w lz. 7 deeen wijzers de klok Teken Steeds kwrtierinlter. Schrijf ook de tijd op. Steeds een kwrtier lter. 7 Noordhoff Uitgevers v 7 7 uur 7_WBB_B0.indd 99_LBB_B0.indd 7 uur vijf minuten lter. Steeds Steeds vijf minuten lter. Kijktips uur Kunnen de leerlingen edrgen uur fronden nr het dichtstijzijnde ronde edrg? 7_WBB_B0.indd 7_WBB_B0.indd 0-0-09 : 7_WBB_B0.indd 99_LBB_B0.indd 7 7 Kn iedereen vertellen hoeveel dt te veel is? Lukt het optellen vn edrgen ls,99 door f te ronden en dn het verschil er lter f te trekken? -8-09 9:7-8-09 9:7-8-09 9:7-8-09 9:7: 0-0-09 Lukt het flezen vn de klok met minuten? Kn de leerling eplen hoeveel minuten iets duurt? 90 87_HLB_Blok 0.indd 90-0- :

Leseschrijving Hoeveel kost het? (WB) Geld: fronden ij edrgen ls,98 Bespreek de prtplt in het leerlingenoek. De leerlingen moeten in deze opgve winkelprijzen fronden om de te etlen edrgen mkkelijk te kunnen schtten. Er wordt gescht, fgerond (ij : wt kost het ongeveer? Dus nog niet fronden volgens officiële frondingsregels) en er wordt precies gerekend (ij c: wt kost dt?). Bendruk dit verschil. Mogelijke vrgen ij de prtplt: Wt zie je op deze prtplt? (verschillende soorten drinken) Wt vlt je op n de prijzen? (veel eindigt op 98 of 99) Zie je vk vn dit soort prijzen in de winkel? Wt stt er in de folders (zie Voorf)? De winkelier mkt zulke prijzen, omdt het ij,98 lijkt lsof iets euro en nog wt kost. Mr het is ijn euro. Kies drie rtikelen. Hoeveel kost dt ongeveer? Hoe reken je? (eerst fronden, het kost ijn... en dn optellen) Wt moet je etlen? Hoe reken je? (De leerlingen kunnen dit soort edrgen niet door rijgen of cijferen optellen. Mk geruik vn de fgeronde edrgen. Heeft iemnd een ndere suggestie? Bijv. per product kijken wt het verschil is en die kleine edrgen smen nemen) Hoeveel is het meer dn het precieze edrg? Hoe lt is het? (WB) Tijdsduur in minuten Tel de minuten precies. Schrijf de tijd op. Hoe lt is het? (WB; ezelsoor) Klokkijken met minuten Schrijf op hoe lt het is. Afronding vn de les Werk in viertllen. Een leerling zoekt in de reclmefolders vn de supermrkt twee producten uit met een prijs, die je mkkelijk kunt fronden. De tweede leerling mkt er een som vn. De derde leerling scht hoeveel het ongeveer kost. Leerling vier rekent uit hoeveel dt meer is dn het precieze edrg. Eventueel ook met drie producten. Reken hndig (WB) Geld: fronden ij edrgen ls,98 Wt kosten drie likjes ongeveer? (ze zijn 8 cent, dus ongeveer 0 cent per stuk) Hoe reken je? ( 0 cent is 90 cent) Hoeveel meer is dt dn wt je precies moet etlen? ( cent is cent) En hoeveel kosten vijf flessen siroop ongeveer? Hoe reken je? Teken de wijzers in de klok (WB) Tijdsduur in minuten Hoe lt is het? En over een hlf uur? En nog een hlf uur lter? Stel dit soort vrgen ook met kwrtier en met minuten. Hoeveel minuten moet je wchten? (WB) Klokkijken met minuten; tijdsduur in minuten Hoe lt is het? Wnneer vertrekt de trein? De leerlingen hoeven de digitle tijd nog niet f te kunnen lezen. De tekst oven de feelding vertelt de vertrektijd: vier over cht. Hoe lng duurt dt nog? Hoeveel minuten? les 9 en 0 op lz. 9 9

0 Les,,, 7, 9 en 0 7 Les Weet je nog? Optellen vn opgven ls 0 in één sprong Weet je het meteen? Je mg het tekenen. Als het niet lukt, reken het dn in twee sprongen uit. Optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen op de getllenlijn. Lukt het om de tienvouden in één sprong erij (erf) te doen? Dit is de elngrijkste verkorting. De sprong over het tienvoud mg in twee sprongen. Wnneer het in één sprong lukt is dt ntuurlijk prim, mr dt is niet noodzkelijk. Vn verhl nr rekentl Optellen en ftrekken in context Welke som hoort ij het verhl? Schrijf de som op en reken uit. Lukt het in twee of drie sprongen? Vn pltje nr rekentl Optellen in context Welke som hoort ij het pltje? Schrijf de som op en reken uit. Lukt het in twee of drie sprongen? (uit 9.) Optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen Steeds twee sommen die ij elkr horen. Kun je de ovenste vn de twee in één sprong? Mk ij elk pltje twee keersommen (uit 8.) Commuttieve eigenschp ij vermenigvuldigen Welke keersommen pssen erij? Denk n verwisselen. Hoeveel euro? (uit.8) Geld: geldedrgen smenstellen Hoeveel geld ligt er? Tel hndig. Les Weet je nog? Constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder Begin ij 0 7. Welke som kun je drn uitrekenen? Hoe doe je dt? (9 7, minder; of 7, de helft) Hoe lng lijven ze? De tfel vn 7 in context Hoe lng duurt één week? (7 dgen) Hoeveel weken is dgen? Hoe reken je? 7 Commuttieve eigenschp ij de tfel vn 7 geruiken Steeds twee sommen. Denk n verwisselen. Vn pltje nr rekentl (uit 8.) De tfel vn in context Bedenk eerst de vrg. Welke som hoort drij? Teken de wijzers in de klok (uit 7.8) Tijd: klokkijken op de nloge klok in uren, hlve uren, kwrtieren en minuten Wr komen de wijzers? Vn verhl nr rekentl (uit.) De tfel vn en in context Bedenk eerst de vrg. Welke som hoort drij? (uit 9.) Oefenen vn de tfel vn 9 vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Welke mnier? Schrijf op en reken uit. Les Optellen vn opgven ls 0 in één sprong Weet je het meteen? Je mg het tekenen. Als het niet lukt, reken het dn in twee sprongen uit. Mk er rekentl vn Optellen op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen in context Welke som hoort ij het pltje? Hoeveel dgen nog? De tfel vn 7 in context Eén week is 7 dgen. Welke keersom geruik je? (uit 7.) Aftrekken met tienvoudoverschrijding op de lege getllenlijn Welke sprongen? Teken het mr op de getllenlijn. Hoeveel kost het? (uit.) Oefenen vn de tfel vn vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Geruik verduelen, meer en minder. Steeds 0 erij en erf (uit 9.) Sprongen vn 0 verder en sprongen vn terug Steeds eerst 0 erij, drn erf. Hoeveel doe je er eigenlijk ij? (9) Welke tfel is het? (tfel vn 9) 9

7 7 Zet in volgorde vn licht nr zwr (uit 8.8) Vergelijken vn gewichten Welke envelop is het lichtst (weegt het minst)? En welke is het zwrst (weegt het meest)? Les 7 Weet je nog? Oefenen vn de tfels vn, en 8 vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Welke som weet je meteen? Hoe reken je de ndere uit? Hoe heet die mnier? op jouw mnier Memoriseren vn de tfels Welke som weet je meteen? Mk die eerst. Pk dn een ndere kleur pen en mk de ndere sommen. Bedenk er twee keersommen ij Eigen producties ij vermenigvuldigen Welke keersommen pssen ij het getl ovenn? Rekenfiguurtje: welke keersommen pssen ij 9? (7 7 en 9) (uit.) Optellen met tienvoudoverschrijding Rekenen vi het tienvoud. Je mg de getllenlijn geruiken. Wt hoort ij elkr? (uit 9.8) Het koppelen vn een ouwplt n een muts Welke muts kun je mken vn de ouwplt? (uit 8.) Aftrekken op de lege getllenlijn op de getllenlijn in twee of drie sprongen. Vn verhl nr rekentl Vermenigvuldigen in context Welke som hoort ij het verhl? Les 9 Hoeveel kost het smen ongeveer? Geld: fronden ij edrgen ls,98 Mg je schtten? (j, er stt ongeveer) Hoe doe je dt? (je rondt de prijs f, het is ijn...) Wissel het geld op meer mnieren Euromunten en hun onderlinge wrdeverhoudingen Wt is evenveel? Schrijf ij elke munt hoeveel je ervn nodig het om C te krijgen. Teken de wijzers in de klok Tijdsduur in minuten Hoe lt is het? En over een hlf uur? En nog een hlf uur lter? Ook met kwrtier. 7 Hoe lt is het? Klokkijken met minuten Hoe lt is het? Op de minuut nuwkeurig. (uit 9.) Aftrekken op de lege getllenlijn. Je mg de getllenlijn geruiken. (uit 8.) Oefenen vn de tfel vn vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren Weet je de ovenste sommen meteen? Welke mnier geruik je om de ndere sommen uit te rekenen? Trek om twee getllen een lijn (uit 7.) Optellen en ftrekken t/m 00 Zoek twee getllen die smen 7 (8) zijn. Les 0 Optellen vn opgven ls 0 in één sprong Weet je het meteen? Je mg het tekenen. Lukt het niet in één sprong, reken het dn in twee sprongen uit. Optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen. Je mg rekenen op de getllenlijn. Mk er rekentl vn Optellen en ftrekken in context Je fietst 7 km. Welke som hoort ij het pltje? Schrijf de som op en reken uit. Hoeveel dgen lijven ze? De tfel vn 7 in context Eén week is 7 dgen. Welke som hoort erij? Teken de wijzers in de klok Tijdsduur in minuten Hoe lt is het? En over een kwrtier? En nog een kwrtier lter? Ook met minuten. Hoe lt is het? Klokkijken met minuten Hoe lt is het? Op de minuut nuwkeurig. 9

0 Toets Blokdoelen Blokdoelen Les Toetsopgve Weeropgve Rekenen t/m 00: optellen met opgven ls 0 in één sprong optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen (wrij eerst de tienvouden ijgeteld worden en dn de eenheden), ijv. 8 : 8 8 0 of 8 8, idem ij ftrekken en t/m 7 Vermenigvuldigen: constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder oefenen vn lle tfels (ehlve de tfel vn 7) vnuit nkerpunten m..v. de geleerde strtegieën en zo komen tot memoriseren en 8 en 9 0 t/m Geld: fronden ij edrgen ls,98 Tijd: tijdsduur eplen tussen twee tijdstippen met minuten 8 8 geen geen Schriftelijk 0 Toets ld Antwoorden nm Rekendictee Les en Weeropgve 0 t/m 0 8 8 0 0 0 0 0 8 9 8 Les Weeropgve 0 7 0 9 0 7 87 0 8 78 0 7 7 0 8 0 0 9 Les Weeropgve t/m 0 0 7 7 7 c 8 7 7 8 7 0 0 8 88 9 d 8 9 7 90 8 7 8 90 Les Weeropgve t/m 7 0 9 c 7 9 7 7 7 0 8 d 7 7 8 8 7 7 0 0 7 8 Rekenrijk Noordhoff Uitgevers v 9

Beslissingsregels Opgve Dignose en Hulp Weer (voldoende) Meer (goed) Bijehorende Weeropgve > fout of fout 0 of fout 0 t/m > fout fout 0 fout > fout fout 0 fout, en > fout fout 0 fout t/m 7 > fout fout 0 fout 8 en 9 en 7 > fout fout 0 of fout Mondeling Rekendictee Lees de volgende sommen voor. Wcht n elke som seconden en g dn verder met de volgende. Vertel de leerlingen voorf duidelijk wr ze de ntwoorden moeten noteren en of ze vn oven nr eneden moeten werken, of vn links nr rechts. 0 0 8 0 0 7 0 Toets ld Antwoorden nm Vul in 8 8 8 0 9 8 0 8 7 7 9 7 7 7 7 9 7 8 8 7 7 Les Weeropgve 8 en 9 Teken de wijzers in de klok Schrijf ook de tijd op. Steeds tien minuten lter. Les 8 Weeropgve uur 0 over 0 voor hlf hlf Steeds vijf minuten lter. 7 uur over 7 0 over 7 kwrt over 7 7 Hoe lt is het? c Rekenrijk Noordhoff Uitgevers v 0 voor voor d 0 over over Les 8 Geen Weeropgve 0 over hlf 9 over hlf 0 voor hlf 0 8 voor hlf 0 9

0 Dignose Mterilen lege getllenlijnen sommendoosje met keersommen (hulplden @@ uit les ) undeltjes vn 7 potloden met een elstiekje erom klokken Dignose per doel Rekenen t/m 00 Kn de leerling opgven ls 0 in één sprong uitrekenen? Dit is voorereiding op de vristrtegie rijgen lngs een rond getl die in lok n de orde komt. Niet lle leerlingen hoeven die strtegie te kunnen toepssen, mr ze kunnen er veel profijt vn heen ls het wel lukt. Het is de moeite wrd ndcht te esteden n deze voorereidende stp. Schrijf enkele sommen uit toetsopgve op een krtje. Hoe reken je? Als de leerling niet weet hoe hij de sommen moet uitrekenen, stel dn voor om het op een getllenlijn te proeren. Welk getl zet je eerst neer? Juist, het ronde getl, dr kun je mkkelijk ij optellen. Als het niet lukt, zet dn zelf de eerste term neer. En wt doe je dn? (het ndere getl erij) Teken het mr. Wr kom je uit? Als de leerling eerst de tienvouden erij doet en drn de eenheden, vrg dn of hij dt ook in één sprong kn doen. Als de leerling de som zonder uw suggestie l uit zichzelf op een getllenlijn tekent en dit in één sprong doet, vrg dn of hij dit ook kn zonder de getllenlijn te geruiken. Kun je het ook voor je zien? Proeer het eens zonder op de getllenlijn te tekenen. Mk mr ooggeren met je vinger in de lucht. Kijktips Zet de leerling het strtgetl goed op de lijn? Kn de leerling de npk verwoorden? Kn de leerling het getl er in één sprong ij doen? Als dit niet lukt, gt het dn wel in twee sprongen? (de tienvouden in één sprong en de eenheden in één sprong) Als dit ook niet lukt, kn hij dit dn wel door de tienvouden er in sprongen vn tien ij te doen? Kn de leerling optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen (wrij eerst de tienvouden ijgeteld worden en dn de eenheden)? Zet enkele sommen vn toetsopgve en op ppier. Lees de som eens voor. Teken de som mr op de getllenlijn. Hoe doe je dt? Vrg zo nodig: welk getl zet je eerst op de lijn? En wt doe je dn? Als het niet lukt, zet dn zelf de eerste term neer. Wnneer de leerling sprongen vn 0 en mkt: kun je het ook met grotere sprongen? Doe het mr hrdop en teken het op de getllenlijn. Kijktips Kn de leerling de sommen op de lijn tekenen met en zonder gegeven eerste term? Lukt het de tienvouden er in één keer ij te doen of f te hlen? Weet de leerling dn ook meteen wr hij uitkomt, of moet hij dt chterf nog tellend eplen? Kn de leerling de eenheden er in mximl twee stppen ij optellen of vn ftrekken (vi het tienvoud)? Wnneer dt niet lukt, kn de leerling de sommen wel oplossen door sprongen vn 0 en vn te mken? Vermenigvuldigen Geruikt de leerling de hulpstrtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder ij de tfel vn 7 op de juiste mnier? Neem toetsopgve ls uitgngspunt voor het gesprek. Sommen uit de tfel vn 7. Welke weet je meteen? Hoe reken je de ndere keersommen uit? Hoe noem je die mnier? Lt zo lle sommen uit de tfel vn 7 n od komen. Kijktips Welke hulpstrtegieën geruikt de leerling (verduelen, hlveren, meer, minder)? Welke strtegieën kn de leerling enoemen? Is de kennis vn het rekenen t/m 00 toereikend? Mkt de leerling geruik vn de verwisseleigenschp ij het uitrekenen vn moeilijke sommen? 9

Zijn de tfels vn vermenigvuldiging gememoriseerd? Zet enkele sommen vn de eerste toetsopgve (in de hndleiding) op ppier. Welke som weet je meteen? Zeg het ntwoord mr. Welke som reken je uit? Hoe doe je dt? Welke hulpsom geruik je? Hoe noem je die mnier? Kijktips Kijktips Weet de leerling hoeveel minuten er tussen twee streepjes (die ij de uren stn) zitten? Kn de leerling de klok steeds (0, ) minuten verder zetten? Kn de leerling eplen hoeveel tijd er zit tussen twee momenten? Kent de leerling de nkerpunten vn lle tfels (, 0 en )? Kent de leerling ook l ndere sommen uit het hoofd? Kn de leerling de sommen die het nog niet uit het hoofd weet, uitrekenen m..v. een vn de strtegieën? Welke strtegieën geruikt de leerling (het duele, de helft, meer, minder)? Welke strtegieën kn de leerling enoemen? Is de kennis vn het rekenen t/m 00 toereikend? Tijd Kn de leerling klokkijken in minuten en/of de tijdsduur in minuten eplen? Zet een klok op drie uur. Hoe lt is het? Zet de klok op over. Wr stt de grote wijzer? Hoe lt is het nu? Zet de klok op 0 over, 7 over, over. Vrg steeds: hoe lt is het? Hoe zie je dt? Herhl dit met voor, 0 voor, voor, 8 voor. Lt de leerling de klok op uur, over, over, 7 over zetten. Zet zelf de klok op 8 uur, over 8, over 8, over 8. Vrg steeds: hoe lt is het? Hoe zie je dt? Zet de klok op 8 uur. En nu minuten lter. Hoe lt is het dn? Wr stn de wijzers? En nog eens minuten lter? Wr stn de wijzers? Hoe lt is het? Hoe lt is het weer minuten lter? Zet de wijzers mr goed. Herhl dit met 0 minuten en met een kwrtier. Neem een tweede klok. Zet één klok op uur en de ndere op over drie. Het is nu drie uur. De trein vertrekt om over drie. Hoe lng duurt dt nog? Ook met ndere tijden, ijv.: over en 0 over ; uur en 0 over ; uur en over ; voor 7 en 7 uur; 0 voor 8 en voor 8. 97

0 Hulp Hulp per doel Rekenen t/m 00 De leerling kn opgven ls 0 niet in één sprong uitrekenen Oefen eerst sommen ls 0 0, 0 0, 0 0, 0 0, enz. Hoe reken je? (nr nlogie vn het rekenen t/m 0: 0 0 uitrekenen nr nlogie vn of in gedchten sprongen vn 0 mken) 0 0: denk n de getllenlijn. Spring vnf 0 0 verder. Hoeveel sprongen vn 0? Mk grote ogen in de lucht en zeg de tussenstnden mr hrdop. Wr kom je uit? Doe hetzelfde met: 70 0 0 0 0 0 De tussenntwoorden steeds zchter lten zeggen. Proeer de ogen nu in gedchten te mken. Als dit vlot gt: sommen vn het type 0 9, 0 7, 0, enz. Dit soort sommen zl, ls het goed is, geen prolemen opleveren. Mr lt even een pr sommen mken (mondeling). Dn de eindvorm: 0 7, 0 7, enz. Eerst proeren in twee stppen: de tienvouden en dn de rest erij. Doe mr. De leerlingen mogen est de tussenstp (tienvouden erij) even hrdop zeggen. Als het mr vlot gt. Weer eerst met ooggeren in de lucht en de tussenstnden hrdop zeggen. Steeds zchter de tussenstnden zeggen. Uiteindelijk de ooggeren in gedchten mken en geen tussenntwoorden meer zeggen. Hulplden lok 0, opgve en De leerling heeft moeite met optellen en ftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen (wrij eerst de tienvouden ijgeteld worden en dn de eenheden) De hulp ij dit onderdeel is exct hetzelfde ls ij lok 9. Om niet terug te hoeven lderen wordt de hulp hier nogmls weergegeven. De hulp richt zich op het tellen met tienvouden en eenheden met de ndruk op in twee stppen ftrekken vn de eenheden. Oefen mondeling het tellen met sprongen vn 0, zowel voor- ls chteruit. Steeds 0 verder: 0 0, g mr door (tot 00). En nu terug. Nu eginnen ij 0, steeds 0 erij, g door tot 90. En nu weer terug. Doe hetzelfde met sprongen vn 0, zowel heen ls terug. Lt in het egin eventueel de tussenliggende tienvouden zchtjes zeggen. Sommen vn het type 0 en 7 0 Denk n de getllenlijn. Spring 0 vooruit vnf. Hoeveel sprongen vn 0? Mk grote ogen in de lucht en zeg de tussenstnden hrdop. Wr kom je uit? Welke som? Schrijf mr op. Lt de leerlingen zo nodig eerst tekenen op de getllenlijn, gevolgd door het mken vn ooggeren in de lucht. Ook vnf : 0 erij, vnf : 0 erij. Ook ftrekken: vnf 8: 0 erf, vnf : 0 erf enz. In een volgend lesmoment: zeg nu de tussenstnden zchtjes voor jezelf. Je mg wel de ogen in de lucht mken. Vn : 0 erij, vn : 0 erij, vn : 0 erij. Mr ook erf: vn 7: 0 erf, vn 8: 0 erf, vn : 0 erf. In een volgend lesmoment: proeer nu de ogen in gedchten te mken. Sommen vn het type 8 en 7 Denk weer n de getllenlijn. Spring nu vooruit vnf 8. Wnneer de leerling telt in sprongen vn : kun je het ook met grotere sprongen? Hoeveel tot het tienvoud? En hoeveel nu nog? Ook vn : vooruit, vn 8: vooruit, vn 7: 7 vooruit. Ook ftrekken: vn 7: terug. Proeer steeds minder sturende vrgen te stellen. De leerling moet uiteindelijk zichzelf leren sturen en ls volgt leren verwoorden: Ik strt op 7. Eerst erf (oogger) dn en ik ij 70. Dn nog erf en dn kom ik op. Lt de leerlingen zo nodig eerst tekenen op de getllenlijn, gevolgd door het mken vn ooggeren in de lucht. Zo ook met: vnf 8: 7 terug, vnf : 9 terug, vnf : terug. Splitsingen Oefen zo nodig de splitsingen vn de getllen t/m 0. Sommen vn het type 0 Oefen zo nodig prt de sommen vn het type 0, 70, 0, enz. Denk n de 0-vriendjes. Spring vnf 0 terug. Zo nodig: 0, 0 ; 0 7, 0 7; 0, 80. Dus steeds in koppels vn twee sommen oefenen. De reltie met de 0-vriendjes wordt dn sterker. (Terug)tellen met tienvoudoverschrijding Oefen zo nodig het terugtellen met tienvoudoverschrijding. Eerst vooruit. Begin ij 8 (9, 77, 8) en tel een stukje vooruit. Welk getl komt n 9 (9, 9, 89)? Ook terug. Begin ij 8 (,, 7) en tel een stukje terug. Welk getl komt voor 0 (70, 0, 0)? Eindvorm: sommen vn het type 8 en 7 Schrijf de som 8 op. Lees de som voor. Denk mr n de getllenlijn. Wt doe je eerst? (sprongen vn 0) Wr strt je? Wr spring je nrtoe? 98

Wnneer de leerling sprongen vn 0 mkt: kun je het ook met grotere sprongen? En nu verder? J, nog 8 erij, hoe doe je dt? Wr kom je uit? Zeg het mr hrdop en mk ogen in de lucht. Wnneer de leerling de eenheden er één voor één optelt: kun je het ook met grotere sprongen? Hoeveel erij tot het tienvoud? Welk tienvoud? En hoeveel nu nog erij? Doe dit ook met 9, 8, 8 7. Bespreek het ftrekken op dezelfde mnier: eerst de tienvouden erf, dn de eenheden, tot het tienvoud terug en dn de rest erf. Doe dit ook met 7, 8, 7 9. Vrg steeds: wr strt je? Wt doe je eerst? (sprongen vn 0) Wr spring je nrtoe? Proeer grote sprongen te mken. En nu verder? J, nu de eenheden. Hoeveel? Weet je nog wr je ws? Wr kom je uit? Zeg het mr hrdop en mk ogen in de lucht. Ook nu weer steeds minder sturende vrgen stellen. De leerling moet zichzelf leren sturen en het hndelen leren verwoorden. Lt zo nodig steeds eerst tekenen op de getllenlijn, gevolgd door het mken vn ooggeren in de lucht. Zet een ntl sommen op ppier en lt de leerlingen in een groepje werken. De één leest de som op, een nder mkt de som met ooggeren in de lucht en zegt hrdop wt hij doet, een derde tekent de som op de getllenlijn. Steeds rouleren. Hulplden lok 0, opgve t/m Vermenigvuldigen De leerling heeft nog prolemen met de constructie vn de tfel vn 7 met ehulp vn de ekende strtegieën (hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder) Zit het proleem in het rekenen t/m 00, werk dn n de enodigde kennis. Voor de tfel vn 7 is dt: de helft vn 70 het duele vn 7 en vn (eventueel vn 8) 70 7, 7, eventueel 7 7, 7, eventueel 7, 9 7 Lt deze sommen zo nodig tekenen op de getllenlijn. Speelt onvoldoende egrip vn vermenigvuldigen een rol, zie suggesties lok en (hulpkern). Wnneer het proleem zit in de constructie vn de tfel vn 7, g dn terug nr de fse vn concreet hndelen. Werk met groepjes vn 7 potloden (elstiekje erom), stpels vn 7 schriften en dergelijke. We gn potloden tellen om te kijken of er genoeg zijn voor de hele groep. In een pkje zitten er zeven, kijk mr. Hoeveel in twee pkjes? Hoe weet je dt? (tellend, tfels vn 7, tellen met sprongen) Als 7 niet wordt genoemd, dt zelf nreiken en de keersom opschrijven. Dit is mijn mnier. Welke mnier is hndig? G verder met: hoeveel zitten er in tien pkjes? Welke keersom reken je uit? Weet je het meteen 0 7? Wel veel, 70 potloden voor de groep. Zullen we een undeltje wegleggen? Wt ligt er nu? Welke keersom? Alle potloden tellen duurt zo lng. Hoe reken je het hndig uit? Schrijf op: 0 7 70 9 7 Dit noemen we minder. 9 7, dt is nog te veel voor de groep. We doen het nders, ik leg het ene undeltje potloden er weer ij. Zullen we nu eens de helft nemen? Eerst ligt er 0 7 70, nu hl ik de helft weg. Wt ligt er nu? Welke keersom? ( 7) Schrijf op: 0 7 70 7 Dit noemen we de helft. Hoeveel? Kun je het hndig uitrekenen? Nu leg ik er weer een undeltje potloden ij. Welke keersom? Hoeveel potloden? Schrijf op. 7 7 Dit noemen we meer. Nu heen we potloden. Leg jij nu mr eens twee undeltjes potloden neer. Welke keersom? ( 7) Nu nog twee undeltjes erij, welke keersom? Schrijf op: 7 7 Dit noemen we het duele. Kom in een volgend lesmoment kort terug op de undeltjes potloden. 0 7 70. Hoe reken je 9 7 ook lweer hndig uit? Hoe noemen we die mnier? Er wren nog een pr hndige mnieren om keersommen uit te rekenen. Weet je nog vn het duele nemen? Wnneer is dt hndig? En de helft nemen? Proeer steeds minder te sturen, zodt de leerling steeds meer zelf moet verwoorden. Smen in een schem de tfel vn 7 opouwen. Drn doen twee leerlingen dit smen, terwijl u toekijkt. 99

0 Hulp In drietllen: Leerling noemt een som uit de tfel vn 7 (ijv. 9 7). An welke hulpsom denk je? Leerling noemt de hulpsom en de strtegie. Leerling rekent het uit. Speel het spel met sommenkrtjes (lok les ). Mk krtjes met drop de sommen uit de tfel vn 7, zonder ntwoorden. Lt een leerling de krtjes verdelen. Leg het krtje met 7 op tfel. Je mg om de eurt nleggen ls je kunt. Als je nlegt, zeg je het ntwoord en vertel je welke mnier je het geruikt om de keersom hndig uit te rekenen. Wie het eerst de krtjes kwijt is, wint. Hulplden lok 0, opgve en 7 Het memoriseren vn de tfels vn vermenigvuldiging is nog onvoldoende Als de leerling niet voldoende geruikmkt vn de strtegieën, zie dn de suggesties voor hulp in lok. De tfels worden geutomtiseerd door tfelreeksen hrdop op te zeggen en dit vk te herhlen. Dit kn ook met een groepje. Ter ondersteuning kunnen de sommen (zonder ntwoord) op een krt stn. Telkens ls een tfelreeks geutomtiseerd is, deze vervngen door de volgende. Eerste reeks: 0 0 8 0 Tweede reeks: 0 0 8 0 Derde reeks: 0 0 8 8 0 8 Vierde reeks: 0 0 8 0 0 9 7 8 8 Hetzelfde doet u met de tfels vn,, en 0. Algemene tips: Oefen vk en kort, de krcht schuilt in de herhling. Dgelijks meerdere keren kort oefenen heeft meer effect dn één keer lng. Oefen één tfel tegelijk. Ps ls die vlot wordt eheerst, gt u door met de volgende. Stel een keersom vn de dg (week) in. Bijv. 8. Een ntl keer per dg wordt op verschillende momenten en in verschillende situties ndcht esteed n de keersom vn de dg (week). De keersom stt de hele dg (week) op het ord. 00 Wie vertelt een verhl ij de som? Wt kun je erij tekenen? Wie springt het verst op cht keer vier is twee en der tig? (elke lettergreep een stp) De som wordt een wchtwoord, je mg lleen de kls in en uit ls je de som en het ntwoord zegt. Oefen in tweetllen: één leerling noemt de nkersom. De ndere leerling neemt de keersom die je er mkkelijk mee kunt uitrekenen. Eventueel schrijven ze de sommen die ij elkr horen op. N vijf eurten wisselen. Oefen in tweetllen: speel memory. De krtjes met sommen uit de tfel (geel) en de krtjes met de ntwoorden (rood) omgekeerd op tfel leggen. Om de eurt een rood en een geel krtje omdrien. Pst het ntwoord ij de som, dn mg je de krtjes houden. Wie heeft de meeste krtjes? In een lter stdium kunnen de leerlingen memory spelen met twee tfels door elkr. Mk een tfelkrt met drop de tfel vn (,,, 0) en de ntwoorden. Als de leerling de tfel voldoende heeft geoefend, kn in de slotfse de keersom die je meteen weet vn de krt worden fgeknipt of fgeplkt. Die he je niet meer nodig, die weet je nu zelf. Wie heeft de kleinste tfelkrt? Uiteindelijk kn de hele krt weg. Lt elke dg de sommen in het sommendoosje oefenen (zie les voor suggesties). Gt een som telkens goed, dn kn deze uit het doosje. Hulplden lok 0, opgve 8 en 9 Tijd De leerling kn niet klokkijken in minuten en/of de tijdsduur in minuten eplen Bespreek de klok: wt zie je? (wijzers, streepjes, cijfers) Herhl uren (hele ronde), hlve uren (de hlve ronde), kwrtieren (een kwrt vn de ronde). Hoe lng duurt een minuut? Hoe zie je een minuut op de klok? Hoe lng duurt het vn het een grote streepje nr het volgende? ( minuten) Hoe zie je 0 minuten? (ruimte tussen twee grote streepjes) En minuten? Hoe noem je dt? (kwrtier) Hoeveel minuten is een hlf uur? En een uur? Hoeveel kwrtier zit er in een hlf uur, een uur? Werk in tweetllen. De eerste leerling noemt een heel uur. De tweede leerling zet de klok op die tijd. Dn zegt de eerste leerling de tijd n minuten. De ndere leerling zet de klok op die tijd. Steeds minuten lter, tot het volgende uur. Dn wisselen de rollen. Werk in drietllen, leerling één zegt het hele uur, leerling twee zegt hoe lt het een kwrtier eerder (lter) is. Leerling drie zet dit op de klok. Steeds wisselen. Doe hetzelfde in een nder lesmoment met een hlf uur.

Zet de klokken uit toetsopgve 7 op krtjes. Werk in tweetllen. Eén leerling ziet de krtjes, de nder mg er niet op kijken. De leerling met het krtje vertelt hoe lt het is op het krtje. De ndere leerling zet de klok op die tijd. Klopt het, is het gelijk met het krtje? Neem twee klokken. Zet één klok op drie uur, de ndere op kwrt over drie. Het is nu drie uur, de trein vertrekt (film egint) om kwrt over drie. Hoe lng duurt dt nog? Goed zo, minuten of kwrtier. Hoe weet je dt? (er zitten stukjes vn tussen, ) Die hetzelfde met kwrt over 7 en hlf 8, kwrt voor en uur, hlf en kwrt voor vier. Ook met een hlf uur ertussen. Hulplden lok 0, opgve 0 0

0 Weer 0 weer 0 0 0 0 0 0 0 7 0 0 0 0 8 0 0 0 9 0 7 0 8 9 7 9 7 9 8 8 7 7 0 7 9 9 9 7 d 9 7 9 8 9 9 7 7 7 8 9 8 8 7 8 e 7 8 c f 8 Mk ij elk pltje een keersom 7 8 c 7 8 8 8 8 d 8 7 7 7 7 7 0 8 0 0 7 7 7 0 7 0 9 0 7_WBB_B0.indd -0-09 :7 7_WBB_B0.indd -0-09 :0 Opgvenuitleg Optellen vn opgven ls 0 in één sprong. Je mg het tekenen op de lijn. Proeer het in één sprong. Als dt niet lukt, reken het dn in twee sprongen uit. Optellen vn tienvouden Kun je het in één sprong? Je mg een getllenlijn geruiken. Als het niet in één sprong lukt, reken het dn in twee sprongen uit. Optellen met tienvoudoverschrijding Kun je het in één sprong? Je mg een getllenlijn geruiken. Als het niet in één sprong lukt, reken het dn in twee sprongen uit. 7 Aftrekken vn tienvouden Proeer het in één sprong. Je mg een getllenlijn geruiken. Aftrekken met tienvoudoverschrijding Kun je het in één sprong? Je mg een getllenlijn geruiken. Als het niet in één sprong lukt, reken het dn in twee sprongen uit. Aftrekken op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen Hoe reken je? Je mg een getllenlijn geruiken. Proeer de tienvouden in één sprong erf te hlen. Lukt dt? En lukt dt ook met de eenheden? Optellen op de lege getllenlijn in twee of drie sprongen Hoe reken je? Je mg een getllenlijn geruiken. Proeer de tienvouden in één sprong erij te doen. Lukt dt? En lukt dt ook met de eenheden? 0 8 Mk ij elk pltje een keersom Constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, één keer meer en één keer minder Welke som? Hoe reken je? Welke mnier is dt?

0 weer 9 Vul in De tfel vn 7. 7 meer het duele 7 0 7 de helft minder 7 7 het duele 7 meer minder 7 meer 7 7 7 0 Oefen de moeilijke keersommen Geruik de krtjes uit je doosje. 9 8 0 9 9 9 9 9 9 9 8 Teken de wijzers in de klok Schrijf de tijd eronder. Telkens een kwrtier lter. 7_WBB_B0.indd -0-09 :7 9 0 Vul in Constructie vn de tfel vn 7 met de strtegieën hlveren, verduelen, meer en minder Welke som eerst? Hoe g je verder? Welke som hoort ij die mnier? Oefen de moeilijke keersommen Memoriseren vn de tfels Alleen of in tweetllen. Welke sommen weet je ineens? Leg die prt. Welke sommen vind je nog moeilijk? Hoe reken je die uit? Klopt het ntwoord? Leg de som terug in je doosje en pk een nder krtje. Als je lle krtjes gehd het, doe je de sommen uit het doosje nog eens. Weet je er l een pr uit je hoofd? Kijk ij les opgve voor meer spelsuggesties. Memoriseren vn de tfels Welke weet je meteen? Welke reken je uit? Hoe? Met welke hulpsom? Teken de wijzers in de klok Tijdsduur in minuten Hoe lt is het? En over een kwrtier? En nog een kwrtier lter? Memoriseren vn de tfels Welke weet je meteen? Welke reken je uit? Hoe? Met welke hulpsom? 0

0 Meer meer 0 meer, vul lle vkjes in 8 9 8 8 7 7 7 9 9 98 Vul de tfelvierknten verder in 0 0 0 8 7 en 0 0 0 8 8 80 0 0 Verduelen, mk er zelf nog sommen ij Zoek de zin Schrijf de keersommen op met drij de goede letter. 0 x y i 0 0 f n! 0 0 g e r j 0 0 k s o w 0 r 8 8 8 7 Zet lle letters chter elkr. Je krijgt dn de volgende zin: Hoe lng duurt de treinreis? Vn Eindhoven nr Best duurt het minuten. 8 c d Vn Best nr Boxtel duurt het minuten. Vn Boxtel nr Oisterwijk duurt het minuten. Vn Oisterwijk nr Tilurg duurt het minuten. 7_WBB_B0.indd -0-09 :7 7_WBB_B0.indd -0-09 :8 Opgvenuitleg, vul lle vkjes in Welke twee getllen tel je op voor het ntwoord in het vkje linksoven? Zoek zo ook de ndere getllen die je moet optellen. Vul de tfelvierknten verder in Bij elk vkje hoort een som. Schrijf de som op en reken uit. Hoe reken je ij...? Verduelen, mk er zelf nog sommen ij Steeds verduelen, mk de rijen lnger. Zoek de zin Welke keersom weet je meteen? Reken de ndere sommen uit. Wr hoort het ntwoord op de getllenlijn? Welke letter stt dr? Hoe lng duurt de treinreis? Kijk in het spooroekje. Hoe lt vertrekt de trein? Hoe lt komt de trein n? Hoe lng duurt de reis? 0

Zoek de getllen die in lle drie de tfels zitten Even vergelijken:,, 9,,, 8,,,, 8,, 9, 8, 7, c d e In de tfels vn, en 9 zitten de getllen In de tfels vn, en 8 zitten de getllen In de tfels vn, en 8 zitten de getllen In de tfels vn, en 0 zitten de getllen In de tfels vn, en zitten de getllen 7 Hoeveel moeten ze etlen? Jos koopt: twee pkken oerenkool twintig roodjes Hoeveel moet hij ongeveer etlen? Hoeveel moet hij precies etlen? Mes koopt: twee pkjes plingworst twee pkken vl twee kken roomijs Hoeveel moet zij ongeveer etlen? Hoeveel moet zij precies etlen? 8 Hoeveel kost het? Kijk op de folder ij opgve 7. Hoeveel kost één pk oerenkool? Hoeveel kosten tien roodjes? Hoeveel kosten twee pkken? Hoeveel kosten twintig roodjes? En cht pkken? En zestig roodjes? En twintig pkken? En honderd? Noordhoff Uitgevers v 7 7_WBB_B0.indd 7-0-09 : 7 8 Zoek de getllen die in lle drie de tfels zitten Denk n de tfel vn, n de tfel vn en n de tfel vn 9. Welke getllen zitten in lle drie de tfels? Hoeveel moeten ze etlen? Eerst ongeveer. Dn precies. Hoe reken je? Hoeveel kost het? Weet je het precies? Hoe reken je? Noordhoff Uitgevers v 0