Uitwerkingen Onderdeel 1: Corporate Finance (20 punten) Opgave 1 Dit is onjuist. BW II titel 9 regelt de jaarrekening zoals bedoeld voor het maatschappelijk verkeer. Het inzichtvereiste staat voorop en niet de grondslag voor belastingheffing. Uitwerking vraag 2 Ebit 360 Belasting * EBIT -144 NOPAT 216 Nopat 216 Afschrijving 80 Mutatie voorzieningen 50 Overige correcties 0 Netto kasstroom op winstbasis 346 Mutaties netto operationeel Werkkapitaal Voorraden -50 Debiteuren e.a. -170 Crediteuren e.a. -13 Netto kasstroom op operatiebasis 113 Investeringen in i.v.a. Investeringen in m.v.a. -800 Investeringen in f.v.a. Vrije kasstroom (onderneming) -687 De kandidaat betrekt de volgende aspecten in het antwoord: 1. de mutatie langlopende schuld (450) 2. de netto rente (-48) 3. het betaalde dividend (-40) Uitwerking vraag 4 De netto kasstroom op winstbasis is 346. De netto rente en verplichte aflossing is 48 + verplichte aflossing De DSCR = 346/ (48 + verplichte aflossing) Als norm wordt minimaal 1,25 tot 1,5 aangehouden Inzicht in de verplichte aflossing is noodzakelijk. Een verdere analyse van de DSCR in relatie tot toekomstige vervangingsinvesteringen en het dividendbeleid is nodig. Verder dient de mutatie in de voorzieningen geanalyseerd te worden en moet er gecorrigeerd worden voor eenmalige resultaten. 14-9-2012 Pagina 1 van 8
Ter bepaling van de solvabiliteit dient de contante waarde van de toekomstige leasebetalingen bij de schulden te worden opgeteld alvorens de solvabiliteit te berekenen. De contante waarde van de leaseverplichting is bijvoorbeeld bij 8%: 1.996. De solvabiliteit is dan 828/(2990 + 1996). 17% is te laag. Opgave 2 Uitwerking vraag 2 Uitwerking vraag 4 Bepaal voor Arch de lengte van de cash conversion cycle in maanden. Voorraadtermijn 20/60 * 12 maanden = 4 maanden Debiteurentermijn 20/80 * 12 maanden = 3 maanden Crediteurentermijn 5/60 * 12 maanden = 1 maandag De cash conversion cycle = 6 maanden De kandidaat mag ook uitwerken o.b.v. gemiddelde termijnen en evt. correcties aanbrengen u.h.v. b.t.w. Wat is de omvang van de financieringsbehoefte uit hoofde van de verwachte investering in het werkkapitaal? De voorraden stijgen met 5 mln, de debiteuren stijgen met 5 mln en de crediteuren stijgen met 1,25 mln. De financieringsbehoefte is dus 8,75 mln. Bepaal hoe lang de cash conversion cycle moet worden om het benodigde vermogen vrij te maken. Voorraadtermijn 20/75 * 12 maanden = 3,2 maanden Debiteurentermijn 20/100 * 12 maanden = 2,4 maanden Crediteurentermijn 5/75 * 12 maanden = 0,8 maand De cash conversion cycle = 4,8 maanden De kandidaat mag ook uitwerken o.b.v. gemiddelde termijnen. Als eerste neemt de manager de stockcycle onder de loep. Noem 5 manieren waarop een handelsonderneming haar stockcycle zou kunnen verkorten. De kandidaat beschrijft 5 manieren waardoor de stockcycle verkort kan worden. Arch heeft een positief operationeel netto werkkapitaal. Beschrijf in maximaal 50 woorden hoe de kostenvoet van het werkkapitaal bepaald kan worden. De kostenvoet van het werkkapitaal wordt bepaald door de gewogen gemiddelde kostenvoet (WACC) te bepalen. Dit is het gewogen gemiddelde van de rendementseisen van de vermogensverschaffers: ev/tv * Ke + vv/tv * Kv * (1 b) 14-9-2012 Pagina 2 van 8
Onderdeel 2: Working Capital Management/Liquiditeiten-beheer (30 punten) Opgave 1 Uitwerking vraag 2 De omloopsnelheid is (omdat de inkoopwaarde van de omzet ontbreekt): omzet / gemiddelde voorraad = 50 / 30 = 1,67 (1,7). De opslagduur van Stalen Meubelen is: gemiddelde voorraad / omzet x 360 dagen = 30 / 50 x 360 dagen = 216 dagen. De prestatie van Stalen Meubelen is 16 dagen slechter dan Steel Design. De uitbreiding van voorraden is een investering in werkkapitaal wat impliceert dat hier sprake is van een negatieve (operationele) kasstroom. Uitwerking vraag 4 De opslagduur wordt: 30.000.000 4.000.000 = 26.000.000 x 360 dagen = 50.000.000 50.000.000 187,2 dagen (188 dagen). De opslagduur was 216 dagen. Dus een verkorting van: 216 188 = 28 dagen. (4 punten) Verlenging van de crediteurentermijn, verkorting van de debiteurentermijn, old line factoring, lease, sale en leaseback, forfai(te)ring en/of desinvesteren vaste activa. Opgave 2 Uitwerking vraag 2 Liquiditeitsbegroting registreert ontvangsten en uitgaven. Resultatenbegroting registreert opbrengsten en kosten. Liquiditeitsbegroting registreert financiële feiten op moment van betaling. Resultatenbegroting registreert financiële feiten op moment van ontstaan. Bij een krediettermijn van leveranciers van één maand worden in de maanden april tot en met juni de goederen betaald die in de maanden maart tot en met mei zijn ingekocht. Betaald in april 350.000,-; Betaald in mei 260.000,-; Betaald in juni 420.000,-. Dat de goederen gemiddeld één maand in het magazijn liggen opgeslagen, betekent dat de goederen die in januari zijn ingekocht in februari worden verkocht, de inkopen van februari in maart worden verkocht, de inkopen van maart in april worden verkocht etc. Bij het bepalen van de omzet moet wel steeds rekening worden gehouden met de winstopslag van 30%. 14-9-2012 Pagina 3 van 8
Omzetten februari 1,3 x 300.000,- = 390.000,- maart 1,3 x 400.000,- = 520.000,- april 1,3 x 350.000,- = 455.000,- mei 1,3 x 260.000,- = 338.000,- juni 1,3 x 420.000,- = 546.000,- Twee maanden krediet voor de afnemers betekent dat de betaling twee maanden na het moment van de verkoop plaats vindt. Ontvangen in april de verkopen van februari 390.000,-; ontvangen in mei de verkopen van maart 520.000,-; ontvangen in juni de verkopen van april 455.000,-. Uitwerking vraag 4 Liquiditeitsbegroting: 1 oktober: rentebetaling 9% x 3 mlj = - 270.000 1 oktober: aflossing - 200.000 Resultatenbegroting: Jan sept. 9/12 x 9% x 3 mlj = - 202.500 Okt dec. 3/12 x 9% x 2,8 mlj = - 63.000 14-9-2012 Pagina 4 van 8
Onderdeel 3: Credit Management (20 punten) a b Uitwerking vraag 2a Uitwerking vraag 2b Uitwerking vraag 2c Uitwerking vraag 4a Uitwerking vraag 4b a b Sommatie versturen, Telefonische incasso, haalbaarheidsanalyse, verhaalbaarheidsanalyse en kostenanalyse. (minimaal 2 antwoorden goed is 1 punt en meer dan twee is 2 punt) Om te beoordelen of er bijvoorbeeld sprake is van eigendomsvoorbehoud, keuze rechter, incassofee, arbitrage etc. (minimaal 2 antwoorden goed is 1 punt en meer dan twee is 2 punt) Het verschil is dat executoriaal beslag gericht is om over te gaan tot verkoop van de goederen. Conservatoir beslag is erop gericht het goed te bewaren alvorens een vonnis duidelijk maakt wat er met het goed moet gebeuren. (1 punt) Nee (1 punt) Alle beslagen komen te vervallen. (1 punt) De pandhouder is separatist en kan zijn rechten uitoefenen alsof er geen faillissement was. De gewone schuldeiser moet zijn vordering bij de curator indienen. Hij is concurrent schuldeiser. (pandhouder goed is 1 punt en allebei goed is De schuldeisers kunnen zich op het vermogen van Piet en Miep verhalen. Hij kan toegang krijgen tot de WSNP mits aan de voorwaarden is voldaan. Vordering ter incasso overdragen, conservatoir beslag, faillissement aanvragen, procedure starten. (1 punt per goed antwoord) Ja, op basis van een onrechtmatige daad. ( 1 punt voor positief antwoord en 1 punt voor onr. daad.) 14-9-2012 Pagina 5 van 8
Onderdeel 4: Factoring Management (30 punten) Uitwerking vraag 2a Uitwerking vraag 2b in het antwoord dienen een aantal kernbegrippen terug te komen zoals: B2B activiteiten, afgeronde prestatie, hoge groei, verpandingsverboden, recht van retour, internationale leveringsvoorwaarden, garantie. Per kernbegrip kan een punt worden toegekend waarbij aftrek voor niet noemen B2B (-/- 1 punt) en afgeronde prestatie (-/- 1 punt). (6 punten) Verlengd eigendomsvoorbehoud verlengd eigendomsvoorbehoud speelt voornamelijk bij leveranciers uit Duitsland en de UK. Bij leveringen uit Azië is veelal sprake van leveringen op basis van documentair krediet/incasso en speelt meestal geen verlengd eigendomsvoorbehoud. Moet uiteindelijk blijken uit de beoordeling van de leveringsovereenkomsten met leveranciers a b Uitwerking vraag 4 financieringspercentage, afwijking verzekeringslimieten, kredietplafond, langere financieringstermijn dan 30 dagen na verval (per goed antwoord 1 punt, met maximum van 2) voor: groeifinanciering, hogere financiering, minder focus op financials, betere focus op debiteurenbeheer na: operationeel beslag, imago, kosten Punt toekennen bij minimaal 2 argumenten voor goed en punt toekennen bij minimaal 2 argumenten tegen goed. Punten als volgt toe te kennen: overzichtelijke berekening in kredietruimteoverzicht (1 punt), de inhoudingen 90+, contra, concentratie en bonussen elk 1 punt (bij juiste bedrag). Alles goed extra punt, (6 punten) 14-9-2012 Pagina 6 van 8
Alternatief I: Debiteurensaldo 4.300.000 Af: inhoudingen Vervallen posten (>90) 100.000 Contra (Aldi, 20K -/- 5K reeds in 90+) 15.000 Concentratie (BCC, 160K -/- 10K reeds in 90+) 150.000 Totaal inhoudingen 265.000- Geschoond debiteurensaldo 4.035.000 Bevoorschottingspercentage 85% Bruto faciliteit 3.429.750 Af: reserveringen Bonussen 200.000 Totaal reserveringen 200.000- Netto factoring faciliteit 3.229.750 Huidig financieringssaldo - Beschikbaar (tekort) 3.229.750 Alternatief II: Debiteurensaldo 4.300.000 Af: inhoudingen Vervallen posten (>90) 100.000 Contra (Hoekstra) 15.000 Concentratie 150.000 Bonussen 200.000 Totaal inhoudingen 465.000- Geschoond debiteurensaldo 3.835.000 Bevoorschottingspercentage 85% Bruto faciliteit 3.259.750 Af: reserveringen - Totaal reserveringen - Netto factoring faciliteit 3.259.750 Huidig financieringssaldo - Beschikbaar (tekort) 3.259.750 14-9-2012 Pagina 7 van 8
Punten worden toegekend: consistent overnemen saldi 30-06-2012 vanuit vraag 4, 1 punt en per goede mutatie 1 punt. Alles goed extra punt (6 punten) Bruto debiteurensaldo Geschoond debiteurensaldo Netto faciliteit Financieringssaldo Saldo lijst 30-06-2012 4.300.000 4.035.000 3.229.750 - A. Verpandingsborderel 1.500.000 1.450.000 1.232.500 - Omzetprovisie hierover - - - 1.500 B. Betalingen incassorekening 1.750.000-1.700.000-1.445.000-1.750.000- C. Bevoorschotting - - - 4.000.000 Kosten hierover - - - 100 D. Rechtstreekse betalingen 150.000-150.000-127.500- - Saldo eind juli 2012 3.900.000 3.635.000 2.889.750 2.251.600 Uitwerking vraag 6 verpanding openbaar maken (notificeren), debiteurenbeheer overnemen, verlagen financieringspercentage, aanpassen financieringsbeleid limieten (verzekerings- of interne limieten), verlagen concentratiepercentage, aanleverfrequentie verhogen, frequentie saldobevestigingen verhogen, verhogen pricing Per genoemde (goede) maatregel kan een punt worden toegekend. (4 punten) 14-9-2012 Pagina 8 van 8