Nederlandstalige Samenvatting
|
|
- Karen Meijer
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Nederlandstalige Samenvatting Systemen van onderling gekoppelde oscillatoren zijn alomtegenwoordig in de natuur. Voorbeelden hiervan omvatten congregaties van flikkerende vuurvliegjes en het synchrone kloppen van pacemakercellen in het hart. Interessante ingenieurstoepassingen zijn antennegroeperingen, die b.v. in draadloze communicatie worden gebruikt, en rijen van gekoppelde Josephsonjuncties, die o.a. in hersenscanners en atmosferische pollutiecontrole worden toegepast. De gemeenschappelijke kenmerken van de bovengenoemde systemen worden adequaat gemodelleerd door het Kuramotomodel. Dit model is gebaseerd op twee vereenvoudigende veronderstellingen: Elke oscillator wordt beschreven door een scalaire dynamica op de eenheidscirkel. De evolutie van elke oscillator kan dan gevisualiseerd worden als een punt dat op de eenheidscirkel beweegt. Een oscillatie komt overeen met een rotatie over 2π op de cirkel. De interactie tussen oscillatoren is zwak. Deze veronderstellingen laten een eenvoudig model toe dat alle kenmerken van het originele systeem behoudt. Het Kuramotomodel dient als uitgangspunt van dit proefschrift. We voeren een wiskundige analyse van twee types eindige netwerken van interagerende oscillatoren uit: globale koppeling: elke oscillator is aan alle andere oscillatoren in het netwerk gekoppeld, unidirectionele ringkoppeling: de oscillatoren worden gekoppeld in een ring; elke oscillator beïnvloedt precies één andere oscillator en de koppelingen zijn hetzij allemaal in wijzerzin, hetzij allemaal in tegenwijzerzin gericht.
2 x Nederlandstalige Samenvatting Globale koppeling In de literatuur is de analyse van oneindige netwerken (of populaties) van globaal gekoppelde oscillatoren goed gekend. Oneindige netwerken vertonen partiële synchronisatie: één groep oscillatoren fasevergrendelt (d.w.z. alle oscillatoren van de groep oscilleren aan dezelfde frequentie met constante onderlinge faseverschillen), terwijl de faseverschillen tussen de oscillatoren van de resterende groep variëren in de tijd. De stabiliteitseigenschappen van partiële synchronisatie zijn tot op heden niet mathematisch aangetoond. Dit brengt ons ertoe om de eindige tegenhanger van het oneindige globaal gekoppelde netwerk te onderzoeken. Ten eerste zijn netwerken die uit een eindig aantal interagerende deelsystemen bestaan belangrijker om te bestuderen aangezien alle netwerken in de reële wereld eindig zijn. Ten tweede brengt onze analyse kwalitatieve verschillen en gelijkenissen tussen eindige en oneindige oscillatornetwerken naar voren. Alvorens met de analyse van eindige oscillatornetwerken van start te gaan, bekijken we eerst lineair interagerende scalaire systemen (ook agenten genoemd) waarbij we de interconnectietopologie vrij laten: ẋ i = ω i + j N i (x j x i ), i N {1,..., N}, (1) waarbij x i, ω i Ê, i N en met N i de verzameling agenten die de i-de agent rechtstreeks beïnvloeden. Dit type netwerken vertoont toestandsvergrendeling: x i (t) x j (t) = c ij Ê, t Ê, i, j N. De interconnecties tussen de agenten kunnen voorgesteld worden d.m.v. een geöriënteerde graf waarvan de knopen de agenten voorstellen, en de takken de interacties zijn. We bewijzen het volgende theorema: Theorema 1. Elke begintoestand van systeem (1) convergeert naar een toestandsvergrendelde oplossing als en slechts als het netwerk een globaal achterwaarts bereikbare knoop bezit. Een netwerk bezit een globaal achterwaarts bereikbare knoop als men vanuit deze knoop alle andere knopen langs takken van het netwerk kan bereiken. Verder dient opgemerkt dat het geïnterconnecteerde lineaire systeem (1) een translatiesymmetrie bezit die zich onder andere manifesteert in een nuleigenwaarde in de systeemmatrix. Deze nuleigenwaarde is structureel en heeft geen invloed op de stabiliteit van het systeem: als alle overige eigenwaarden een negatief reëel deel bezitten is het systeem asymptotisch stabiel. Dat systeem (1) deze eigenschap bezit, wordt aangetoond in Hoofdstuk 4. De vergelijkingen die een eindig globaal gekoppeld oscillatornetwerk beschrijven, zijn θ i = ω i + K N N sin(θ j θ i ), i N, (2) j=1
3 xi waarbij θ i S 1 Ê mod 2π de fase en ω i Ê de natuurlijke frequentie van de i-de oscillator is. De parameter K 0 wordt de koppelsterkte genoemd. We starten de analyse van (2) met een behandeling van eindige populaties van globaal gekoppelde identieke oscillatoren. We bekomen een karakterisering van de fasevergrendelde oplossingen door gebruik te maken van het concept complexe ordeparameter. Wanneer de fase van elke oscillator door een punt op de eenheidscirkel in het complexe vlak wordt voorgesteld, is de complexe ordeparameter eenvoudigweg het zwaartepunt van alle fases. Theorema 2. Elke fasevergrendelde oplossing van systeem (2) met identieke oscillatoren behoort tot de klasse van elementaire oplossingen (d.i. het faseverschil tussen elk paar oscillatoren neemt de waarde nul of π aan), of de amplitude van de overeenkomstige ordeparameter is nul. Deze twee voorwaarden sluiten elkaar niet uit: er bestaan elementaire oplossingen met een amplitude van de ordeparameter gelijk aan nul. De stabiliteit van het systeem wordt bepaald door gebruik te maken van de gradiëntstructuur van het systeem. We bewijzen dat elke begintoestand die zich niet op de stabiele manifold van één van de instabiele evenwichtspunten bevindt, naar de oorsprong van het systeem convergeert. Dit impliceert dat de gesynchroniseerde oplossing (d.i. alle faseverschillen gelijk aan nul) bijna-overal-asymptotisch stabiel is. Vervolgens bekijken we het geval waarbij de natuurlijke frequenties van de oscillatoren niet identiek zijn. In tegenstelling tot het identieke geval, waar fasevergrendeling een stabiel gedrag is voor alle koppelsterktes verschillend van nul, bestaat fasevergrendeling niet onder een kritieke waarde K T van de koppelsterkte. We stellen een algoritme op om de waarde van K T te berekenen en geven een nodige en voldoende voorwaarde voor het bestaan van fasevergrendeling. De constante amplitude r van de ordeparameter, die met een bepaalde fasevergendelde oplossing overeenkomt, voldoet aan een consistentievoorwaarde: r = 1 N ( ) 2 ωj ω m ± 1, (3) N Kr j=1 waarbij ω m de gemiddelde natuurlijke frequentie voorstelt. Uitdrukking (3) stelt een verzameling van 2 N vergelijkingen voor: elke term in de sommatie kan zowel met een plus- als een minteken voorkomen. Elk van deze vergelijkingen wordt apart beschouwd om een of meerdere oplossingen r te bepalen. Ons belangrijkste resultaat is de totstandbrenging van stabiliteit van elke fasevergrendelde oplossing voor algemene frequentiedistributies: Theorema 3. Als de amplitude r voldoet aan (3) met mintekens bij sommige termen, dan is de overeenkomstige fasevergrendelde oplossing van (2) lokaal instabiel
4 xii Nederlandstalige Samenvatting in de veranderlijken θ i, i N. Theorema 4. De fasevergrendelde oplossing van (2) waarvan r voldoet aan (3) met enkel plustekens, is lokaal asymptotisch stabiel als en slechts als aan de volgende extra voorwaarde is voldaan: N j=1 1 2( ωj ωm Kr ) 2 1 ( ωj ωm Kr ) 2 > 0. Wanneer de koppelsterkte groter is dan K T is er één lokaal stabiele fasevergrendelde oplossing aanwezig in het systeem. In de limiet K, convergeren de faseverschillen van deze oplossing naar nul, wat tot synchronisatie van de populatie leidt. Als de koppelsterkte waarden aanneemt die kleiner zijn dan K T, maar groter dan een drempelwaarde K P, vertoont een globaal gekoppeld netwerk partiële meevoering: sommige oscillatoren voeren elkaar mee, d.i. hun onderlinge faseverschil is begrensd, en de resterende oscillatoren gedragen zich ongekoppeld. De volgende resultaten over partiële meevoering worden verkregen voor het drie-oscillatornetwerk: Theorema 5. De aanvang van partiële meevoering K P van een drie-oscillatornetwerk voldoet aan K P (1.5 ω, ω], met ω = min W, waarbij W = {ω ij ω ij = ω i ω j, i j}. Theorema 6. Bewijs van het bestaan van partiële meevoering: zij ω 1 < ω 2 < ω 3 en ω 2 ω 1 = min W. Als K > 4.065(ω 2 ω 1 ), dan is θ 2 θ 1 begrensd. Theorema 7. Als de natuurlijke frequenties voldoen aan ω 1 = ω 2, dan bestaan er oplossingen met (θ 2 θ 1 )(t) = 0, t Ê en deze oplossingen zijn lokaal stabiel. Unidirectionele ringkoppeling De vergelijkingen die unidirectionele ring-gekoppelde oscillatornetwerken beschrijven, zijn θ i = ω i + K sin(θ i+1 θ i ), i N, met θ N+1 θ 1 en K > 0. Analoog aan het geval van globale koppeling, maken we een onderscheid tussen ringen van identieke oscillatoren en ringen van niet-identieke oscillatoren. Voor ringen van identieke oscillatoren bepalen we alle fasevergrendelde oplossingen expliciet. Elke fasevergrendelde oplossing behoort tot precies één van de volgende klassen: de klasse van de lopende-golfoplossingen, d.i. gelijke faseverschillen tussen opeenvolgende oscillatoren,
5 xiii de klasse van elementaire oplossingen, de gesynchroniseerde oplossing. Fasevergendeling doet zich voor als stabiel gedrag voor elke koppelsterkte verschillend van nul. Ringen van niet-identieke oscillatoren bezitten pas fasevergrendelde oplossingen voor koppelsterktes boven een kritieke waarde, die we opnieuw aanduiden met K T. We construeren een algoritme dat alle fasevergrendelde oplossingen bepaalt. In tegenstelling tot globale koppeling worden deze niet verkregen via een consistentievoorwaarde op de amplitude van de ordeparameter, maar via een consistentievoorwaarde op de groepssnelheid Ω van de fasevergrendelde oplossing. Zodra de waarde van Ω gekend is, kunnen de overeenkomstige faseverschillen gemakkelijk berekend worden. We voeren een stabiliteitsanalyse uit die alle fasevergrendelde oplossingen in klassen onderverdeelt. Elke klasse heeft haar specifieke stabiliteitseigenschappen. De stabiliteitseigenschappen worden bepaald door middel van een nieuwe uitbreiding van de stelling van Gershgorin. Definieer de faseverschillen φ i (θ i θ i 1 ), i = 2,...,N en φ 1 (θ 1 θ N ). Gebruik makend van deze definitie, worden de stabiliteitsresultaten samengevat in Tabel 1. De stabiliteitsanalyse toont aan dat verscheidene lokaal stabiele fase- Tabel 1: Samenvatting van de stabiliteitstheorema s. Fasevergrendelde oplossing met Stabiliteit geen faseverschillen [π/2,3π/2] stabiel één faseverschil (π/2, 3π/2) en P N Q N j=1 k=1, k j cos φ k > 0 stabiel één faseverschil (π/2, 3π/2) en P N Q N j=1 k=1, k j cos φ k < 0 instabiel twee of meer faseverschillen (π/2, 3π/2) en P N Q N j=1 k=1, k j cos φ k 0 stabiel één of meer faseverschillen (π/2, 3π/2) en identieke oscillatoren instabiel vergendelde oplossingen gelijktijdig aanwezig kunnen zijn in de toestandsruimte van het systeem. Dit geldt voor zowel identieke als niet-identieke oscillatoren. Merk op dat in het geval van globale koppeling er slechts één stabiele fasevergrendelde oplossing aanwezig was voor K > K T. In het geval van identieke oscillatoren duiden we deze coëxistentie expliciet aan: voor elke strikt positieve koppelsterkte, bestaan er stabiele lopendegolfoplossingen samen met de stabiele gesynchroniseerde oplossing. Welk gedrag het systeem vertoont, hangt af van de begintoestand. Zelfregeling van voertuigpelotons Geïnspireerd door de resultaten verkregen in de unidirectionele ring van gekoppelde oscillatoren, beslissen we om deze interconnectietopologie op het onderzoeksdomein van voertuigpelotons toe te passen. Een voertuigpeloton
6 xiv Nederlandstalige Samenvatting is een lint van voertuigen dat zich aan een constante snelheid met constante tussenafstanden tussen opeenvolgende voertuigen voortbeweegt. We bestuderen verscheidene controlestrategieën voor linten van voertuigen resulterend in een voertuigpeloton. Alle strategieën hebben een zelforganizerende eigenschap gemeenschappelijk; geen enkel voertuig fungeert als leider of aanvoerder van de groep voertuigen. De koppelstructuren die we bekijken zijn uni - of bidirectionele ringkoppelingen. In de unidirectionele ring meet elk voertuig de afstand met zijn directe voorbuur en het eerste voertuig in het lint ontvangt informatie over de positie van het laatste voertuig. In het bidirectionele geval ontvangt elk voertuig informatie over de positie van zowel voor- als achterbuur; het eerste en laatste voertuig wisselen informatie over hun posities uit en brengen zo een ringsstructuur op het controleniveau tot stand. We bewijzen dat het resulterende gedrag van deze systemen een voertuigpeloton is. In het geval van de unidirectionele ringkoppeling wordt het systeem beschreven door ẍ i + pẋ i = ω i + K(x i 1 x i L i ), i N, (4) waar x i de positie van het i-de voertuig is, p 0 een parameter is die de wrijvingscoëfficiënt per eenheidsmassa vertegenwoordigt, K > 0 de koppelsterkte is en ω i > 0, L 1 0, L i 0, i = 2,...,N reële constanten zijn. De massa van elk voertuig is gelijkgesteld aan één. We bewijzen het volgende theorema: Theorema 8. Het systeem (4) is asymptotisch stabiel voor voldoend kleine koppelsterktes, namelijk K < p 2 2 cos 2 (π/n). Het concept van lintstabiliteit van een peloton wordt besproken en toegepast op de voorgestelde interconnectie. Een lint van voertuigen wordt lintstabiel genoemd wanneer storingen verkleinen wanneer ze zich door het lint voertuigen voortplanten. We presenteren enkele simulaties die erop wijzen dat het systeem zich met betrekking tot lintstabiliteit goed gedraagt. Voor bidirectionele ringkoppeling tonen we aan dat het peloton stabiel is als de waarden van de koppelsterkte in voorwaartse en achterwaartse richting voldoende dicht bij elkaar liggen. Dit leidt o.a. tot een sneller uitstervend overgangsverschijnsel. Verder bezit het peleton een gewenst gedrag bij pannes. Veronderstel dat er een defect bij een van de voertuigen optreedt; dit voertuig krijgt een ondergrens op zijn snelheid opgelegd die groter is dan de evenwichtsnelheid van het peleton. Simulaties tonen aan dat het peloton zich aan dit defect aanpast door aan de snelheid van het falende voertuig te rijden, zonder dat dit met botsingen gepaard gaat. Het peleton vertoont een gelijkaardig gedrag wanneer een van de voertuigen een bovengrens op zijn snelheid bezit en de evenwichtsnelheid van het peleton niet kan aannemen. Het peleton past zich aan deze zwakste schakel aan.
PROJECT 1: Kinematics of a four-bar mechanism
KINEMATICA EN DYNAMICA VAN MECHANISMEN PROJECT 1: Kinematics of a four-bar mechanism Lien De Dijn en Celine Carbonez 3 e bachelor in de Ingenieurswetenschappen: Werktuigkunde-Elektrotechniek Prof. Dr.
Examen Complexe Analyse (September 2008)
Examen Complexe Analyse (September 2008) De examenvragen vind je op het einde van dit documentje. Omdat het hier over weinig studenten gaat, heb ik geen puntenverdeling meegegeven. Vraag. Je had eerst
Opgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban
Opgaven Functies en Reeksen E.P. van den Ban c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Augustus 2014 1 Opgaven bij Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Zij f : R n R partieel differentieerbaar naar iedere variabele
Technische Universiteit Delft. ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW2030 Vrijdag 30 januari 2015,
Technische Universiteit Delft Faculteit EWI ANTWOORDEN van Tentamen Gewone differentiaalvergelijkingen, TW23 Vrijdag 3 januari 25, 4.-7. Dit tentamen bestaat uit 6 opgaven. Alle antwoorden dienen beargumenteerd
Hoofdstuk 9: Niet-lineaire differentiaalvergelijkingen en stabiliteit
Hoofdstuk 9: Niet-lineaire differentiaalvergelijkingen en stabiliteit Hoewel we reeds vele methoden gezien hebben om allerlei typen differentiaalvergelijkingen op te lossen, zijn er toch nog veel differentiaalvergelijkingen
Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen
Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Maandag 4 januari 216, 1: - 13: uur 1. Beschouw voor t > de inhomogene singuliere tweede orde vergelijking, t 2 ẍ + 4tẋ + 2x = f(t, (1 waarin f
maplev 2010/9/8 17:01 page 349 #351
maplev 00/9/8 7:0 page 49 5 Module Stabiliteit van evenwichten Onderwerp Voorkennis Expressies Bibliotheken Zie ook Stabiliteit van evenwichten van gewone differentiaalvergelijkingen. Gewone differentiaalvergelijkingen
Examenvragen Hogere Wiskunde I
1 Examenvragen Hogere Wiskunde I Vraag 1. Zij a R willekeurig. Gegeven is dat voor alle r, s Q geldt dat a r+s = a r a s. Bewijs dat voor alle x, y R geldt dat a x+y = a x a y. Vraag 2. Gegeven 2 functies
Bespreking van het examen Complexe Analyse (tweede zittijd)
Bespreking van het examen Complexe Analyse (tweede zittijd) Bekijk ook de bespreking van het examen van de eerste zittijd (op Toledo). Het valt hier op dat de scores op sommige vragen wel heel slecht zijn.
2 n 1. OPGAVEN 1 Hoeveel cijfers heeft het grootste bekende Mersenne-priemgetal? Met dit getal vult men 320 krantenpagina s.
Hoofdstuk 1 Getallenleer 1.1 Priemgetallen 1.1.1 Definitie en eigenschappen Een priemgetal is een natuurlijk getal groter dan 1 dat slechts deelbaar is door 1 en door zichzelf. Om technische redenen wordt
Je mag Zorich deel I en II gebruiken, maar geen ander hulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmachine etc.)!
Tentamen Analyse II. Najaar 6 (.1.7) Toelicting: Je mag Zoric deel I en II gebruiken, maar geen ander ulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmacine etc.)! Als je bekende stellingen gebruikt
Getallenleer Inleiding op codeertheorie. Cursus voor de vrije ruimte
Getallenleer Inleiding op codeertheorie Liliane Van Maldeghem Hendrik Van Maldeghem Cursus voor de vrije ruimte 2 Hoofdstuk 1 Getallenleer 1.1 Priemgetallen 1.1.1 Definitie en eigenschappen Een priemgetal
Sinds de jaren 70 zijn wetenschappers bezorgd om de vervuiling van onze oceanen door allerhande plastiek afval. De laatste 10 jaar loopt het echt uit
Sinds de jaren 70 zijn wetenschappers bezorgd om de vervuiling van onze oceanen door allerhande plastiek afval. De laatste 10 jaar loopt het echt uit de hand en wetenschappers schatten dat er jaarlijks
Overzicht Fourier-theorie
B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van
TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN
TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D020. Datum: Vrijdag 26 maart 2004. Tijd: 14.00 17.00 uur. Plaats: MA 1.41 Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf
168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN
168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 5.7 Vraagstukken Vraagstuk 5.7.1 Beschouw de differentiaalvergelijking d2 y d 2 = 2 y. (i) Schrijf y = a k k. Geef een recurrente betrekking voor de coëfficienten a
Biofysische Scheikunde: NMR-Spectroscopie
De Scalaire Koppeling Vrije Universiteit Brussel 13 maart 2012 Outline 1 De Invloed van Andere Kernen 2 Outline 1 De Invloed van Andere Kernen 2 Opnieuw Ethanol (1) Met een nauwkeuriger NMR-instrument
Polynomen. + 5x + 5 \ 3 x 1 = S(x) 2x x. 3x x 3x 2 + 2
Lesbrief 3 Polynomen 1 Polynomen van één variabele Elke functie van de vorm P () = a n n + a n 1 n 1 + + a 1 + a 0, (a n 0), heet een polynoom of veelterm in de variabele. Het getal n heet de graad van
Opgaven Inleiding Analyse
Opgaven Inleiding Analyse E.P. van den Ban Limieten en continuïteit Opgave. (a) Bewijs direct uit de definitie van iet dat y 0 y = 0. (b) Bewijs y 0 y 3 = 0 uit de definitie van iet. (c) Bewijs y 0 y 3
x(t + T ) = x(t) Voorbeeld 1. Beschouw het niet-lineaire autonome stelsel . (1) y x + y y(x 2 + y 2 )
97 Periodieke oplossingen en limit ccles We beschouwen weer autonome stelsels van de vorm x (t) = f(x(t)), waarbij het rechterlid dus niet expliciet van t afhangt We gaan onderzoeken wanneer er periodieke
Bewerkingen met krachten
21 Bewerkingen met krachten Opgeloste Vraagstukken 2.1. Bepaal het moment van de kracht van 2N uir Fig. 2-3 rond het punt O. Laat de loodrechte OD neer vanuit O op de rechte waarlangs de kracht van 2N
2.1 Twee gekoppelde oscillatoren zonder aandrijving
Hoofdstuk Twee gekoppelde oscillatoren.1 Twee gekoppelde oscillatoren zonder aandrijving We beschouwen als voorbeeld van een systeem van puntmassa s die gekoppeld zijn aan elkaar en aan twee vaste wanden
Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde. vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30. Auditorium L.00.07
Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30 Auditorium L.00.07 Geef uw antwoorden in volledige, goed lopende zinnen. Het examen bestaat uit 5 vragen.
Antwoorden. 1. Rekenen met complexe getallen
1. Rekenen met complexe getallen 1.1 a. 9 b. 9 c. 16 d. i e. 1 1. a. 1 b. 3 c. 1 d. 4 3 e. 3 4 1.3 a. 3 i b. 3 i c. i d. 5 i e. 15 i 1.4 a. 33 i b. 7 i c. 4 3 i d. 3 5 i e. 5 3 i 1.5 a. 1 ± i b. ± i c.
Examen Kansrekening en Wiskundige Statistiek: oplossingen
Examen Kansrekening en Wiskundige Statistiek: oplossingen S. Vansteelandt Academiejaar 006-007 1. Een team van onderzoekers wil nagaan of een bepaald geneesmiddel Triptan meer effectief is dan aspirine
Modellen en Simulatie Recursies
Utrecht, 3 mei 3 Modellen en Simulatie Recursies Program Management voorbeeld (affien) Economisch voorbeeld (affien) Rupsen-wespen (niet lineair) Niet-lineaire modellen, evenwicht, stabiliteit Gerard Sleijpen
5 Eenvoudige complexe functies
5 Eenvoudige complexe functies Bij complexe functies is zowel het domein als het beeld een deelverzameling van. Toch kan men in eenvoudige gevallen het domein en het beeld in één vlak weergeven. 5.1 Functies
Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22138 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Upadhyaya, Nitin Title: Solitary waves and fluctuations in fragile matter Issue
6 Complexe getallen. 6.1 Definitie WIS6 1
WIS6 1 6 Complexe getallen 6.1 Definitie Rekenen met paren De vergelijking x 2 + 1 = 0 heeft geen oplossing in de verzameling R der reële getallen (vierkantsvergelijking met negatieve discriminant). We
Uitwerking Tentamen Klassieke Mechanica I Dinsdag 10 juni 2003
Uitwerking Tentamen Klassieke Mechanica I Dinsdag juni 3 OPGAE : de horizontale slinger θ T = mg cosθ mg m mg tanθ mg a) Op de massa werken twee krachten, namelijk de zwaartekracht, ter grootte mg, en
Uitwerkingen van het Tentamen Moleculaire Simulaties - 8C Januari uur
Uitwerkingen van het Tentamen Moleculaire Simulaties - 8C030 25 Januari 2007-4.00-7.00 uur Vier algemene opmerkingen: Het tentamen bestaat uit 6 opgaven verdeeld over 3 pagina s. Op pagina 3 staat voor
Zomercursus Wiskunde. Module 1 Algebraïsch rekenen (versie 22 augustus 2011)
Katholieke Universiteit Leuven September 011 Module 1 Algebraïsch rekenen (versie augustus 011) Inhoudsopgave 1 Rekenen met haakjes 1.1 Uitwerken van haakjes en ontbinden in factoren............. 1. De
Hoofdstuk 3 Het wortellijnendiagram
Hoofdstuk 3 Het wortellijnendiagram 3. nleiding Het transiënt gedrag van een systeem wordt bepaald door de ligging van de wortels van de karakteristieke vergelijking (of door de polen van het gesloten
Tussentoets Analyse 2. Natuur- en sterrenkunde.
Tussentoets Analyse 2. Natuur- en sterrenkunde. Dinsdag 9 maart 2010, 9.00-11.00. Het gebruik van een rekenmachine is toegestaan. Motiveer elk antwoord dat je geeft d.m.v. een berekening of redenering.
CTB1002 deel 1 - Lineaire algebra 1
CTB1002 deel 1 - Lineaire algebra 1 College 1 11 februari 2014 1 Even voorstellen Theresia van Essen Docent bij Technische Wiskunde Aanwezig op maandag en donderdag EWI 04.130 j.t.vanessen@tudelft.nl Slides
Tentamen Modellen en Simulatie (WISB134)
Tentamen Modellen en Simulatie (WISB4) Vrijdag, 7 april 5, :-6:, Educatorium Gamma Zaal Schrijf op elk vel dat je inlevert je naam en op het eerste vel je studentnummer en het totaal aantal ingeleverde
WISB134 Modellen & Simulatie. Lecture 5 - Scalaire recursies (deel 2)
WISB134 Modellen & Simulatie Lecture 5 - Scalaire recursies (deel 2) Overzicht van ModSim Meeste aandacht (t/m 1 apr.) Basisbegrippen dynamische modellen Definities recursies, DVs, numerieke methoden Oplossingen
4051CALC1Y Calculus 1
4051CALC1Y Calculus 1 College 23 23 oktober 2014 1 Programma Vanmiddag Trillingen (8.7) 2 Herhaling 2 e orde homogene lineaire differentiaal vergelijking De algemene oplossing voor ay + by + cy = 0 wordt
Examen G0O17D Wiskunde II (6sp) maandag 10 juni 2013, 8:30-12:30 uur
Examen GO7D Wiskunde II (6sp maandag juni 3, 8:3-:3 uur Bachelor Biochemie & Biotechnologie Bachelor hemie, Bachelor Geologie Schakelprogramma Master Biochemie & Biotechnologie en Schakelprogramma Master
Enkele bedenkingen bij het examen Complexe Analyse
Enkele bedenkingen bij het examen Complexe Analyse De examenvragen vind je op het einde van dit documentje. Eerst een paar algemene opmerkingen. Vele antwoorden zijn slordig opgeschreven wat het lezen
1 Limiet van een rij Het begrip rij Bepaling van een rij Expliciet voorschrift Recursief voorschrift 3
HOOFDSTUK 6: RIJEN 1 Limiet van een rij 2 1.1 Het begrip rij 2 1.2 Bepaling van een rij 2 1.2.1 Expliciet voorschrift 2 1.2.2 Recursief voorschrift 3 1.2.3 Andere gevallen 3 1.2.4 Rijen met de grafische
Ter Leering ende Vermaeck
Ter Leering ende Vermaeck 15 december 2011 1 Caleidoscoop 1. Geef een relatie op Z die niet reflexief of symmetrisch is, maar wel transitief. 2. Geef een relatie op Z die niet symmetrisch is, maar wel
Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010
Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010 Hier volgt een bespreking van het examen van Complexe Analyse op 18 juni. De bedoeling is je de mogelijkheid te geven na te kijken wat je goed en wat je minder
Regeltechniek. Les 6: Het wortellijnendiagram. Prof. dr. ir. Toon van Waterschoot
Regeltechniek Les 6: Het wortellijnendiagram Prof. dr. ir. Toon van Waterschoot Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen ESAT Departement Elektrotechniek KU Leuven, Belgium Regeltechniek: Vakinhoud
Modellen en Simulatie Recursies
Utrecht, 13 mei 2013 Modellen en Simulatie Recursies Gerard Sleijpen Department of Mathematics http://www.staff.science.uu.nl/ sleij101/ N n : aantal individuen eind tijdvak n. Aanname [Malthus, 1798]:
TW2040: Complexe Functietheorie
TW2040: Complexe Functietheorie week 4.10, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 23 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 46 Outline 1 2 3 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie
Kwantummechanica HOVO cursus. Jo van den Brand Lecture 4: 13 oktober 2016
Kwantummechanica HOVO cursus Jo van den Brand Lecture 4: 13 oktober 2016 Copyright (C) VU University Amsterdam 2016 Overzicht Algemene informatie Jo van den Brand Email: jo@nikhef.nl 0620 539 484 / 020
Complexe eigenwaarden
Complexe eigenwaarden Tot nu toe hebben we alleen reële getallen toegelaten als eigenwaarden van een matrix Het is echter vrij eenvoudig om de definitie uit te breiden tot de complexe getallen Een consequentie
Appendix B: Complexe getallen met Cabri Geometry II 1
Appendix B: Complexe getallen met Cabri Geometry II 1 1. Macro s in Cabri Indien een constructie geregeld uitgevoerd moet worden, is het interessant deze constructie op te slaan in een macro. Het definiëren
Examen G0O17E Wiskunde II (3sp) maandag 10 juni 2013, 8:30-11:30 uur. Bachelor Geografie en Bachelor Informatica
Examen GO7E Wiskunde II (3sp maandag juni 3, 8:3-:3 uur Bachelor Geografie en Bachelor Informatica Auditorium De Molen: A D Auditorium MTM3: E-Se Auditorium MTM39: Sh-Z Naam: Studierichting: Naam assistent:
Zomercursus Wiskunde. Module 10 De afgeleide functie: Rekenregels en Toepassingen (versie 22 augustus 2011)
Katholieke Universiteit Leuven September 2011 Module 10 De afgeleide functie: Rekenregels en Toepassingen (versie 22 augustus 2011) Inhoudsopgave 1 Definitie Betekenis van de afgeleide 1 2 Standaardafgeleiden
IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni Nummer vragenreeks: 1
IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni 206 Nummer vragenreeks: IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica 29 juni 206 - reeks - p. /0 Oefening Welke studierichting wil je graag volgen? (vraag
IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 2018: algemene feedback
IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica september 8 - reeks - p. IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 8: algemene feedback Positionering ten opzichte van andere deelnemers In totaal namen
1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen
1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING Veel fysische systemen, van groot tot klein, mechanisch en elektrisch, kunnen trillingen uitvoeren. Daarom is in de natuurkunde het bestuderen van trillingen van groot
12. Uitwerkingen van de opgaven
12. Uitwerkingen van de opgaven 12.1. Uitwerkingen opgaven van hoofdstuk 3 Opgave 3.1 3,87 0,152 641, 2 Bereken met behulp van Maxima: 2,13 7,29 78 0,62 45 (%i1) 3.87*0.152*641.2/(2.13*7.29*78*0.62*45);
Hoofdstuk 7: METING VAN DE FREQUENTIE- NAUWKEURIGHEID
Hoofdstuk 7: METING VAN DE FREQUENTIE- NAUWKEURIGHEID 7.1. Inleiding In dit hoofdstuk zullen we enkele methoden bespreken voor het bepalen van de nauwkeurigheid van de door ons te distribueren frequentiestandaard.
Appendix Inversie bekeken vanuit een complex standpunt
Bijlage bij Inversie Appendix Inversie bekeken vanuit een complex standpunt In dee paragraaf gaan we op een andere manier kijken naar inversie. We doen dat met behulp van de complexe getallen. We veronderstellen
Schriftelijk examen: theorie en oefeningen Fysica: elektromagnetisme
Schriftelijk eamen: theorie en oefeningen 2010-2011 Naam en studierichting: Aantal afgegeven bladen, deze opgavebladen niet meegerekend: Gebruik voor elke nieuwe vraag een nieuw blad. Zet op elk blad de
TW2040: Complexe Functietheorie
TW2040: Complexe Functietheorie week 4.9, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 13 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 41 Outline III.6 The Residue Theorem 1 III.6 The
Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008
Katholieke Universiteit Leuven September 008 Algebraïsch rekenen (versie 7 juni 008) Inleiding In deze module worden een aantal basisrekentechnieken herhaald. De nadruk ligt vooral op het symbolisch rekenen.
Digitale systemen. Hoofdstuk 6. 6.1 De digitale regelaar
Hoofdstuk 6 Digitale systemen Doelstellingen 1. Weten dat digitale systemen andere stabiliteitsvoorwaarden hebben In deze tijd van digitalisatie is het gebruik van computers in regelkringen alom.denk maar
Kies voor i een willekeurige index tussen 1 en r. Neem het inproduct van v i met de relatie. We krijgen
Hoofdstuk 95 Orthogonaliteit 95. Orthonormale basis Definitie 95.. Een r-tal niet-triviale vectoren v,..., v r R n heet een orthogonaal stelsel als v i v j = 0 voor elk paar i, j met i j. Het stelsel heet
Aanvullingen bij Hoofdstuk 8
Aanvullingen bij Hoofdstuk 8 8.5 Definities voor matrices De begrippen eigenwaarde eigenvector eigenruimte karakteristieke veelterm en diagonaliseerbaar worden ook gebruikt voor vierkante matrices los
TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN
TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D. Datum: Donderdag 8 juli 4. Tijd: 14. 17. uur. Plaats: MA 1.44/1.46 Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf je
Monitoraatssessie Wiskunde
Monitoraatssessie Wiskunde 1 Overzicht van de cursus Er zijn drie grote blokken, telkens voorafgegaan door de rekentechnieken die voor dat deel nodig zullen zijn. Exponentiële en logaritmische functies;
UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica
UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking tentamen Functies van één veranderlijke (5260) op donderdag 25 oktober 2007, 9.00 2.00 uur. De uitwerkingen van de opgaven
Summary in Dutch 179
Samenvatting Een belangrijke reden voor het uitvoeren van marktonderzoek is het proberen te achterhalen wat de wensen en ideeën van consumenten zijn met betrekking tot een produkt. De conjuncte analyse
Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39637 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Smit, Laurens Title: Steady-state analysis of large scale systems : the successive
3 De duale vectorruimte
3 De duale vectorruimte We brengen de volgende definitie in de herinnering. Definitie 3.1 (hom K (V, W )) Gegeven twee vectorruimtes (V, K) en (W, K) over K noteren we de verzameling van alle lineaire
Morenaments Ornamenten met symmetrie. Werkblad vooraf met begeleidende tekst en oplossingen
Morenaments Ornamenten met symmetrie Fien Aelter, Liesje Knaepen en Kristien Vanhuyse, studenten SLO wiskunde KU Leuven Werkblad vooraf met begeleidende tekst en oplossingen Dit werklad is een voorbereiding
Meet- en Regeltechniek
Meet- en egeltechniek Les 5: Het wortellijnendiagram Prof. dr. ir. Toon van Waterschoot Faculteit ndustriële ngenieurswetenschappen ESAT Departement Elektrotechniek KU Leuven, Belgium Meet- en egeltechniek:
D-Day. 4 juni Joost Hulshof
D-Day 4 juni 2010 Joost Hulshof 1 2 Realistisch rekenen/nlt tip 2 multiple scale mathematical modelling 3 dynamica wiskunde toepassingen 4 dynamica wiskunde toepassingen 4 dynamica wiskunde (onderwijs)
A = b c. (b) Bereken de oppervlakte van het parallellogram dat opgespannen wordt door b en c. Voor welke p is deze oppervlakte minimaal?
Oplossing Tussentijdse toets Wiskunde II Vraag Zij A de matrix met kolomvectoren met p een vast reëel getal A = a b c a =, b =, c = p a Voor welke p R zijn de vectoren lineair afhankelijk? b Bereken de
Beschouw allereerst het eenvoudig geval van een superpositie van twee harmonische golven die samen een amplitude gemoduleerde golf vormen:
60 Hoofdstuk 8 Modulaties en golfpakketten Met een lopende harmonische golf kan geen informatie overgebracht worden. Teneinde toch een boodschap te versturen met behulp van een harmonische golf dient deze
OPLOSSINGEN PROEFEXAMEN LINEAIRE ALGEBRA donderdag 18 november 2010
OPLOSSINGEN PROEFEXAMEN LINEAIRE ALGEBRA donderdag 18 november 2010 1. Zij V een vectorruimte en A = {v 1,..., v m } een deelverzameling van m vectoren uit V die voortbrengend is voor V, m.a.w. V = A.
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE Afdeling Kwantitatieve Economie Lineaire Algebra, tentamen Uitwerkingen vrijdag 4 januari 0, 9 uur Gebruik van een formuleblad of rekenmachine is niet toegestaan. De
Formuleblad Wisselstromen
Formuleblad Wisselstromen Algemeen Ueff = U max (bij harmonisch variërende spanning) Ieff = I max (bij harmonisch variërende stroom) P = U I cos(φ) gem eff eff U Z = I Z V = Z + Z + (serieschakeling) Z3
. Maak zelf een ruwe schets van f met A = 2, ω = 6π en ϕ = π 6. De som van twee trigonometrische polynomen is weer een trigonometrisch polynoom
8. Fouriertheorie Periodieke functies. Veel verschijnselen en processen hebben een periodiek karakter. Na een zekere tijd, de periode, komt hetzelfde patroon terug. Denk maar aan draaiende of heen en weer
TW2040: Complexe Functietheorie
TW2040: Complexe Functietheorie week 4.1, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 21 april, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 32 Outline 1 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie
Tentamen Calculus 2 25 januari 2010, 9:00-12:00 uur
Tentamen Calculus 5 januari 00, 9:00 -:00 uur Je mag geen rekenapparaat gebruiken. De opgaven t.e.m. 6 tellen allemaal even zwaar. Vermeld op elk papier dat je inlevert je naam en je studentnummer. Geef
Geleid herontdekken van de golffunctie
Geleid herontdekken van de golffunctie Nascholingscursus Quantumwereld Lodewijk Koopman lkoopman@dds.nl januari-maart 2013 1 Dubbel-spleet experiment Er wordt wel eens gezegd dat elektronen interfereren.
Steeds betere benadering voor het getal π
Wiskunde & Onderwijs 38ste jaargang (2012 Steeds betere benadering voor het getal π Koen De Naeghel Samenvatting. We bespreken een oplossing voor de (veralgemeende opgave Noot 4 uit Wiskunde & Onderwijs
M1 Wiskundig taalgebruik en notaties
M1 Wiskundig taalgebruik en notaties Verzamelingenleer Verzameling = aantal objecten samengebracht tot een geheel - Lege verzameling = verzameling die geen elementen bevat A = - Singleton verzameling =
, met ω de hoekfrequentie en
Opgave 1. a) De brekingsindex van een stof, n, wordt gegeven door: A n = 1 +, ω ω, met ω de hoekfrequentie en ( ω ω) + γ ω, A en γ zijn constantes. Geef uitdrukkingen voor de fasesnelheid en de groepssnelheid
Per nieuwe hoofdvraag een nieuwe bladzijde gebruiken. De vragen hoeven niet in de juiste volgorde te worden opgelost.
SBC AMDG Ma 13/12/04 klas : 5WEWI8 5GRWI8 Van Hijfte D. toegelaten : grafisch rekentoestel Examen Wiskunde deel I (90p) Per nieuwe hoofdvraag een nieuwe bladzijde gebruiken. De vragen hoeven niet in de
Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle.
De n-de term van de numerieke rij (t n ) (met n = 0,, 2,...) is het rekenkundig gemiddelde van zijn twee voorgangers. (a) Bepaal het Z-beeld F van deze numerieke rij en het bijhorende convergentiegebied.
dx; (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [0, a]: dx te berekenen.(oef cursus) Gegeven is de bepaalde integraal I n = π
Analyse. (i) Bereken A = π sin d; +cos 2 (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [, a]: a f()d = a f(a )d (iii) Gebruik (i) en (ii) om de integraal J = π sin d te berekenen.(oef +cos 2 cursus)
Opgaven Inleiding Analyse
Opgaven Inleiding Analyse E.P. van den Ban Limieten en continuïteit Opgave. (a) Bewijs direct uit de definitie van limiet dat lim y 0 y = 0. (b) Bewijs lim y 0 y 3 = 0 uit de definitie van limiet. (c)
Vectoranalyse voor TG
college 11 collegejaar college build slides Vandaag : : : : 17-18 11 23 oktober 2017 35 De sterrennacht Vincent van Gogh, 1889 1 2 3 4 5 Verband met de stelling van n 1 VA intro ection 16.7 Definitie Equation
Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft:
Determinanten Invoeren van het begrip determinant Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { a x + b y = c a 2 a 2 x + b 2 y = c 2 a Dit levert op: { a a 2 x
Juli geel Fysica Vraag 1
Fysica Vraag 1 Een rode en een zwarte sportwagen bevinden zich op een rechte weg. Om de posities van de wagens te beschrijven, wordt een x-as gebruikt die parallel aan de weg georiënteerd is. Op het ogenblik
8.1 Rekenen met complexe getallen [1]
8.1 Rekenen met complexe getallen [1] Natuurlijke getallen: Dit zijn alle positieve gehele getallen en nul. 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6,... Het symbool voor de natuurlijke getallen is Gehele getallen: Dit zijn
f : z z 2 + c. x n = 1 2 z n dan krijgen we z n+1 = z 2 n + a 2 a2 4 De parameter c correspondeert dus met a middels c = a 2 a2 4
Juliaverzamelingen en de Mandelbrotverzameling In de eerste twee colleges hebben we gezien hoe het itereren van een eenvoudige afbeelding tot ingewikkelde verschijnselen leidt. Nu gaan we dit soort afbeeldingen
Inleiding Analyse. Opgaven. E.P. van den Ban. c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Voorjaar 2003, herzien
Inleiding Analyse Opgaven E.P. van den Ban c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Voorjaar 2003, herzien 0 1 1 Limieten en continuïteit Opgave 1.1 (a) Bewijs direct uit de definitie van limiet dat
Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen
Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen Vakgroep Differentiaalvergelijkingen 1995, 2001, 2002 1 Eerste orde golf-vergelijking De vergelijking au x + u t = 0, u = u(x, t), a ɛ IR (1.1) beschrijft
TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER
TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER Cursusjaar 2009 / 2010 2 Inhoudsopgave 1 FOURIERANALYSE 5 1.1 INLEIDING............................... 5 1.2 FOURIERREEKSEN.......................... 5 1.3 CONSEQUENTIES
Complexe e-macht en complexe polynomen
Aanvulling Complexe e-macht en complexe polynomen Dit stuk is een uitbreiding van Appendix I, Complex Numbers De complexe e-macht wordt ingevoerd en het onderwerp polynomen wordt in samenhang met nulpunten
HERTENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN
HERTENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D00. Datum: vrijdag 3 juni 008. Tijd: 09:00-:00. Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf je naam en studentnummer
P (X n+1 = j X n = i, X n 1,..., X 0 ) = P (X n+1 = j X n = i). P (X n+1 = j X n = i) MARKOV KETENS. Definitie van Markov keten:
Definitie van Markov keten: MARKOV KETENS Een stochastisch proces {X n, n 0} met toestandsruimte S heet een discrete-tijd Markov keten (DTMC) als voor alle i en j in S geldt P (X n+ = j X n = i, X n,...,
Technische Universiteit Eindhoven Tentamen Thermische Fysica II 3NB januari 2013, uur
Technische Universiteit Eindhoven Tentamen Thermische Fysica II 3NB65 23 januari 2013, 1400-1700 uur Het tentamen bestaat uit drie, de hele stof omvattende opgaven, onderverdeeld in 15 deelopgaven die