Gemeente Meppel kern Meppel

Transcriptie

1 Gemeente Meppe kern Meppe I&O Research, 2010

2 Datum: September 2010 Kenmerk: Ekoop10/348 Status: Definitief

3 Coofon Opdrachtgever Gemeente Meppe Tite rapport Koopstromenonderzoek 2010 Deerapportage Gemeente Meppe kern Meppe Kenmerk Ekoop10/348 Datum pubicatie September 2010 Projectteam I&O Research Ruud Esseink Gerben Huijgen Thijs Lenderink Projectomschrijving Onderzoek naar het koopgedrag in de provincie Overijsse en deen van Drenthe en Gederand Trefwoorden Koopstromenonderzoek, consumentengedrag, draagvak, bezoekmotief en beoordeing winkegebieden

4 Beangrijkste resutaten Waar doen inwoners van Meppe hun aankopen en hoe heeft dit koopgedrag zich de afgeopen jaren ontwikked? Hoe waarderen consumenten de winkevoorzieningen in Meppe en waarom kiest men voor dit winkegebied? Dit rapport brengt het koopgedrag voor Meppe in beed. De rapportage maakt onderdee uit van het koopstromenonderzoek dat eke vijf jaar wordt uitgevoerd in Oost-Nederand. Het onderzoek is uitgevoerd door midde van een teefonische en onine enquête onder zo n consumenten in 38 gemeenten. Aan de peiing hebben 400 huishoudens uit Meppe deegenomen. Het onderzoek is uitgevoerd door I&O Research. Sterkere toevoeiing dageijkse artikeen Het aandee inwoners dat dageijkse artikeen koopt in Meppe is sinds 2005 nagenoeg geijk gebeven. De meeste inwoners doen dageijks of enkee maen per week boodschappen in Meppe. Opvaend is het groeiende aandee kanten uit de regio dat de dageijkse artikeen in Meppe koopt. Dit aandee is sinds 2005 gestegen met 36 procent. Het totae draagvak in de dageijkse sector van Meppe bedraagt en is sinds 2005 met 8 procent gestegen ( kanten). In vergeijking met kernen met een vergeijkbaar inwonerta is het aanta kanten voor dageijkse artikeen in Meppe reatief hoog. Kedingbranche evert meeste draagvak in De positie van de niet-dageijkse sector in Meppe is de afgeopen jaren icht achteruit gegaan; steeds meer inwoners doen sinds 2005 de niet-dageijkse aankopen buiten Meppe en iets minder regiobezoekers komen hiervoor naar Meppe. Met name de kedingbranche in Meppe aat sinds 2005 een daend aanta kanten zien (-7 procent). De boemen, panten en tuinartikeenbranche is sinds 2005 verantwoordeijk voor de grootste reatieve toevoeiing van kanten naar Meppe (+23 procent). Het totae aanta kanten in de niet-dageijkse sector van Meppe bedraagt en is sinds 2005 met 6 procent gedaad ( kanten). In vergeijking met kernen met een vergeijkbaar inwonerta is het aanta kanten voor nietdageijkse artikeen in Meppe reatief hoog. Het draagvak voor niet-dageijkse artikegroepen is, op woninginrichting na, voor ae productgroepen hoger dan het gemiddede van kernen met geijke omvang. Bezoekersmotieven inwoners en regiobezoekers verschien De drie beangrijkste redenen voor inwoners om dageijks boodschappen in Meppe te kopen zijn: nabijheid, bereikbaarheid en parkeergeegenheid. Voor regiobezoekers zijn het aanta winkes, de nabijheid en het aanbod van bepaade winkes de beangrijkste motieven. As het om winkeen gaat dan bijken motieven as het aanta winkes en de sfeer een grotere ro te speen bij bezoekers dan bij inwoners. Voor aatstgenoemde groep tet de bereikbaarheid meer mee. De winkevoorzieningen worden positief gewaardeerd. Het minst positief zijn zowe inwoners as regiobezoekers over de parkeermogeijkheden voor de auto. Toch scoort dit aspect we een vodoende. Tussen 2000 en 2005 nam de waardering voor winkevoorzieningen op geen van de ondervraagde aspecten toe. Deze trend heeft zich sinds 2005 niet voortgezet.

5 In de periode beef de waardering aeen voor inrichting van de winkestraten en parkeermogeijkheden voor de auto stabie. Op de overige aspecten nam de waardering toe. Regematig bezoek aan warenmarkt; aankopen via internet en bezoek koopzondagen minder frequent Circa een kwart van de inwoners van Meppe bestet tenminste één keer per maand iets via het internet. De bezoekfrequentie aan een warenmarkt igt hoger. Ongeveer vier op de tien inwoners bezoeken ten minste één keer per maand een warenmarkt. De meeste inwoners bezoeken dan de markt in Meppe zef. De meerderheid van de inwoners van Meppe bezoekt nooit een koopzondag. Eén op de tien inwoners bezoekt regematig (minstens één keer per twee maanden) een koopzondag. Het grootste dee gaat dan naar Meppe.

6 Inhoud 1. Ineiding Aaneiding Opbouw van het rapport 2 2. Huidige koopstromen Ineiding Koopkrachtbinding en -toevoeiing Herkomst vreemde koopkracht Koopkrachtafvoeiing 7 3. De ontwikkeing van de koopstromen Ineiding Ontwikkeing koopkracht Ontwikkeingen herkomst draagvak Vergeijking van het draagvak Ineiding Regionae concurrentiekracht van Meppe Beoordeing en bezoekmotief consument Ineiding Beoordeing winkegebied Meppe Bezoekmotief winkegebied Overige aspecten van het koopgedrag van inwoners van Meppe 21

7 Meppe 1 Ineiding

8 1. Ineiding 1.1 Aaneiding De zesde in een reeks Het consumentengedrag wordt steeds diffuser. Consumenten doen hun boodschappen veea dicht bij huis, maar dicht bij huis kan ook de grote discountsupermarkt in een aangrenzende paats zijn. Voor het meer recreatieve winkebezoek wordt minder vaak het winkecentrum in de eigen woonpaats bezocht, centra van andere paatsen hebben vaak meer aantrekkingskracht. Daarnaast speet internet een groeiende ro in de aan- en verkoop van producten. Maar ook demografische ontwikkeingen as bevokingskrimp en vergrijzing en ruimteijke ontwikkeingen (woningbouw en infrastructuur) veroorzaken veranderingen in het aankoopgedrag van consumenten. Dit zijn aemaa ontwikkeingen die winkecentra en binnensteden raken. Koopstromenonderzoek brengt het koopgedrag van consumenten in beed, waarmee inzicht wordt verkregen in het functioneren van winkecentra en aankooppaatsen. Tussen 1986 en 2005 hebben de provincie Overijsse en de Kamers van Koophande Oost- Nederand en Zuid-Drenthe in samenwerking met de gemeenten eke vijf jaar een koopstromenonderzoek aten uitvoeren. Deze reeks wordt in 2010 aangevud met nieuw onderzoek naar het koopgedrag van consumenten in Overijsse en deen van Drenthe en Gederand. In totaa hebben 38 gemeenten deegenomen aan het onderzoek en zijn zo n consumenten geïnterviewd. Afbeeding 1.1 Het onderzoeksgebied. 1

9 Kracht van het koopstromenonderzoek Koopstromenonderzoek geeft inzicht in het koopgedrag van consumenten. Doordat in Oost- Nederand koopstromenonderzoek vijfjaarijks paatsvindt, biedt het onderzoek ook mogeijkheden om veranderingen in het draagvak voor winkevoorzieningen in kaart te brengen. Hiermee kan het functioneren van winkegebieden gemonitord worden. Het vijfjaarijkse koopstromenonderzoek vormt een basis voor de ontwikkeing of herijking van detaihandesbeeid. Bovendien kunnen de uitkomsten van koopstromenonderzoek input everen voor city- of regiomarketing (waarvoor komen bezoekers we of niet?) en een meer integraa eisure- of vrijetijdsbeeid. Winkeen vormt tensotte na sporten de meest beoefende vorm van vrijetijdsbesteding. Doe van het onderzoek Het Koopstromenonderzoek Oost-Nederand 2010 stet zich het beantwoorden van onderstaande onderzoeksvragen ten doe: Wat zijn de kenmerken van het ruimteijk koopgedrag in Oost-Nederand en hoe heeft dit zich in de afgeopen vijf jaar ontwikked (kwantitatief)? Weke motieven zijn bepaend voor het koopgedrag, in het agemeen en specifiek per aankoopocatie, en hoe heeft dit zich ontwikked (kwaitatief)? De dataverzameing heeft in de periode februari tot en met mei 2010 paatsgevonden. Het gedrag en de mening van consumenten is in kaart gebracht met behup van de traditionee koopstromenonderzoekmethodiek, waarbij consumenten gevraagd is naar de paats waar zij artikegroepen kopen. Deze wordt aangevud met een kwaitatief dee, waarbij aanvuende vragen zijn gested over winkegedrag (bijvoorbeed bezoekfrequentie en waardering meest bezochte aankooppaatsen, marktbezoek en webwinkeen). De opzet van het onderzoek suit aan bij de vorige metingen van het koopstromenonderzoek. De enquêtes zijn zowe teefonisch as via internet afgenomen. In totaa hebben huishoudens deegenomen aan het onderzoek. In Meppe zijn in totaa 400 huishoudens ondervraagd. 1.2 Opbouw van het rapport In het rapport worden achtereenvogens de vogende onderdeen besproken: Hoofdstuk 2: De huidige koopstromen Dit hoofdstuk presenteert de koopkrachtbinding en -toevoeiing voor Meppe in Deze koopstromen geven inzicht in de mate waarin de consument zich op het winkeaanbod in deze kern oriënteert en weke positie Meppe inneemt in de regio. Hoofdstuk 2 heeft een kwantitatief karakter. Hoofdstuk 3: De ontwikkeing van de koopstromen Hoofdstuk 3 voorziet in een vergeijking van de onderzoeksresutaten uit 2010 met die van Resutaat is een trendanayse, waarmee een beed ontstaat van de dynamiek in het consumentengedrag. Dit hoofdstuk is, net as hoofdstuk 2, voornameijk kwantitatief van inhoud. Hoofdstuk 4: Vergeijking van het draagvak Om meer inzicht te krijgen in de verzorgingspositie en - kracht vergeijken we het draagvak. Hoofdstuk 4 presenteert grafieken met daarin het draagvak per artikegroep van Meppe vergeeken met het draagvak van omiggende en vergeijkbare paatsen. 2

10 Hoofdstuk 5: Beoordeing en bezoekmotief consument Dit hoofdstuk bespreekt de mening van huishoudens over onder andere het aanta winkes, de bereikbaarheid, de veiigheid en de kwaiteit van winkes van het winkegebied dat zij het vaakst bezoeken. Ook bevat hoofdstuk 5 het antwoord op de vraag waarom huishoudens voor een bepaad winkegebied kiezen. Zodoende is dit onderdee van het rapport kwaitatief van aard. In de bijagen is onder meer een begrippenijst opgenomen (bijage 2) en is ook meer te ezen over de onderzoeksopzet- en uitvoering, en de vergeijkbaarheid met eerdere edities van het koopstromenonderzoek (bijage 3). Naast ae kernrapportage voor de deenemende gemeenten is eveneens een hoofdrapport samengested. Dit rapport en aanvuende informatie over het koopstromenonderzoek kunt u vinden op de website 3

11 Meppe 2 Huidige koopstromen 4

12 1. Huidige koopstromen 1.1 Ineiding Dit hoofdstuk beschrijft het koopgedrag van de consument in Meppe. Hierbij worden de aankopen onderscheiden naar dageijkse en niet-dageijkse artikeen. Deze aatste categorie bestaat uit de onderstaande artikegroepen: keding; schoenen; woninginrichting; huishoudeijke artikeen; eectro; doe-het-zefartikeen; boemen, panten en tuinartikeen. In dit hoofdstuk speet het begrip draagvak een beangrijke ro. Het draagvak is het totaa aanta kanten van een bepaade aankooppaats, in dit geva Meppe. Het draagvak is de optesom van het aanta kanten uit Meppe zef en het aanta kanten van buiten Meppe. Deze eerste groep vormt de koopkrachtbinding, wat de mate waarin inwoners van Meppe hun aankopen doen in winkes die in Meppe gevestigd zijn, weergeeft. Het andere gedeete van het draagvak bestaat uit koopkrachttoevoeiing, die wordt gedefinieerd as de mate waarin inwoners uit andere paatsen aankopen doen in Meppe. De omvang en samensteing van het draagvak komt in paragraaf 2.2 aan bod. Paragraaf 2.3 gaat nader in op de herkomst van het draagvak, in beed gebracht met behup van een aanta kaartbeeden. Dit hoofdstuk suit in paragraaf 2.4 af met de koopkrachtafvoeiing: de mate waarin inwoners van Meppe artikeen kopen in winkes buiten de kern. De omvang van Meppe is bepaad aan de hand van het postcodegebied Het inwonerta bedroeg op 1 januari (CBS 2010). In 2005 was dit , dus dit betekent een bevokingstoename van bijna vijf procent. 1.2 Koopkrachtbinding en -toevoeiing Tabe 2.1 presenteert de koopkrachtbinding voor Meppe. Het totaa aanta kanten, oftewe het draagvak, voor dageijkse artikeen in Meppe bedraagt kanten. Het draagvak voor nietdageijkse artikeen is hoger, nameijk kanten. Negen op de tien inwoners uit Meppe kopen dageijkse artikeen in eigen kern. Voor de nietdageijkse artikeen is dit onder 68 procent van de Meppeers het geva. Het zijn voora de aanbieders van doe-het-zef artikeen, boemen, panten en tuinartikeen en huishoudeijke artikeen die de meeste inwoners aan zich weten te binden. Het draagvak in Meppe is opgebouwd uit eigen inwoners en inwoners van buitenaf. Het aandee inwoners uit andere kernen voor dageijkse artikeen bedraagt 30 procent. Het aandee inwoners van buitenaf voor niet-dageijkse artikeen is groter, nameijk 56 procent. 5

13 De absoute toevoeiing igt met het hoogst bij schoenen. Reatief gezien hebben inwoners van buitenaf in de kedingbranche het grootste aandee. Tabe 2.1 Draagvakopbouw, per artikegroep, Meppe (2010). binding toevoeiing artikegroep draagvak absouut % 1) absouut 2) % oriëntatie-index dageijks % % 130 niet-dageijks % % keding % % schoenen % % woninginrichting % % huishoudeijke artikeen % % eectro % % doe-het-zef % % boemen, panten en tuinartikeen % % 171 1) mate waarin de bevoking in de eigen paats koopt, uitgedrukt as percentage van het aanta inwoners 2) mate waarin Meppe kanten uit andere paatsen aantrekt, uitgedrukt as percentage van het draagvak In tabe 2.1 is ook de oriëntatie-index opgenomen. Een oriëntatie-index van 100 of groter geeft aan dat de omvang van het draagvak groter is dan het inwonerta van de betreffende kern. Dit is bij ae artikegroepen het geva. Dit betekent dat ae productgroepen in Meppe niet aeen eigen inwoners aan zich binden maar ook inwoners van buitenaf aantrekken. De schoenenbranche heeft met 191 de hoogste oriëntatie-index. Artikeen voor woninginrichting komen niet hoger dan Herkomst vreemde koopkracht Het aandee inwoners van buitenaf dat dageijkse artikeen aanschaft in Meppe is, zoas hierboven naar voren komt, 30 procent. Voor de niet-dageijkse artikeen is dit iets hoger, nameijk 56 procent. De herkomst vreemde draagkracht voor dageijkse artikeen wordt het meest (aandee 5-10 procent) door De Woden en Steenwijkerand bepaad. Maar ook inwoners van Staphorst, Westerved en Zwartewaterand en overige kernen binnen gemeente Meppe hebben ieder een aandee van 2 tot 5 procent in het draagvak voor dageijkse artikeen (figuur 2.1). Wanneer wordt ingezoomd op de niet-dageijkse artikeen wordt duideijk dat dezefde paatsen as bij de dageijkse artikeen een groot aandee hebben in het draagvak voor niet-dageijkse artikeen (figuur 2.2). De absoute toevoeiing van schoenen is met kanten het hoogst. Consumenten die schoenen in Meppe komen kopen zijn voora afkomstig uit Steenwijkerand, Staphorst en De Woden (figuur 2.3). As het gaat over boemen, panten en tuinartikeen dan hebben inwoners uit Steenwijkerand het grootste aandee in vreemde koopkracht; zij bepaen meer dan 10 procent van het draagvak (figuur 2.4). 6

14 Figuur 2.1 Figuur 2.2 Herkomst draagvak dageijkse artikeen. Herkomst draagvak niet-dageijkse artikeen. Figuur 2.3 Figuur 2.4 Herkomst draagvak schoenen. Herkomst draagvak boemen. 1.4 Koopkrachtafvoeiing Circa één op de tien inwoners (9 procent) van Meppe schaft dageijkse artikeen in andere paatsen aan. Voor de niet-dageijkse artikeen is dit aandee hoger, nameijk 32 procent. De artikegroepen waarvan de koopkrachtbinding het aagst is en waarvoor de meeste inwoners dus naar paatsen buiten Meppe gaan, zijn woninginrichtingartikeen, keding, schoenen en eectro artikeen. In figuur 2.5 is te zien dat inwoners van Meppe voor dageijkse artikeen ook naar Staphorst gaan. Voor niet-dageijkse artikeen wijken de meeste inwoners uit naar Zwoe (figuur 2.6). 7

15 In figuur 2.7 en 2.8 is de afvoeiing in de woninginrichtingartikeen en kedingbranche zichtbaar gemaakt. Zo koopt 47 procent van de inwoners woninginrichtingartikeen in een andere paats. Voor deze artikeen gedt dat deze voornameijk in Weststeingwerf, Zwoe en Groningen worden gekocht. Daarnaast voeit 2 tot 5 procent van de inwoners hiervoor af naar Staphorst, De Woden en Hoogeveen. Keding wordt door 43 procent van de inwoners buiten Meppe aangeschaft. Dit doet men met name in Zwoe. Daarnaast trekt 5 tot 10 procent voor het kopen van keding naar De Woden, Hoogeveen en Groningen. Figuur 2.5 Figuur 2.6 Afvoeiing draagvak dageijkse artikeen. Afvoeiing draagvak niet-dageijkse artikeen. Figuur 2.7 Figuur 2.8 Afvoeiing draagvak woninginrichting. Afvoeiing draagvak keding. 8

16 Meppe 3 De ontwikkeing van de koopstromen 9

17 1. De ontwikkeing van de koopstromen 1.1 Ineiding In het vorige hoofdstuk is versag gedaan van de huidige kooporiëntatie op Meppe, asmede de oriëntatie van inwoners van Meppe op andere aankooppaatsen. Inwoners van Meppe kopen dageijkse boodschappen voora in de eigen kern. Niet-dageijkse artikeen worden door een derde van de inwoners buiten de kern gekocht dit gedt met name voor woninginrichting, keding, schoenen en eectro. In dit hoofdstuk worden de huidige koopstromen waar mogeijk - vergeeken met de resutaten uit 2005 en 2000 en worden zodoende de beangrijkste ontwikkeingen in beed gebracht. Paragraaf 3.2 beschrijft de beangrijkste ontwikkeingen in koopkrachtbinding- en toevoeiing, waarna paragraaf 3.3 aandacht besteedt aan de veranderingen in de herkomst van het draagvak, wederom weergegeven in kaartbeeden. 1.2 Ontwikkeing koopkracht In tabe 3.1 worden de absoute en procentuee veranderingen van het draagvak, de koopkrachtbinding en de toevoeiing weergegeven in de periode Hieruit bijkt dat het totaa aanta kanten dat dageijkse artikeen koopt in Meppe, in vergeijking met 2005, is toegenomen met Deze toename wordt niet door eigen inwoners veroorzaakt maar door een grote stijging in toevoeiing van inwoners uit andere paatsen. Het totaa aanta kanten van niet-dageijkse artikeen is afgeopen vijf jaar met gedaad. De daing is voora zichtbaar onder eigen inwoners. Deze daing gedt overigens niet voor woninginrichting, huishoudeijke artikeen en boemen, panten en tuinartikeen. De grootste daing in de niet-dageijkse artikeen doet zich voor bij de kedingartikeen en schoenen: afgeopen vijf jaar nam het draagvak met respectieveijk en kanten af. Tabe 3.1 Ontwikkeing draagvak, binding en toevoeiing, per artikegroep, Meppe ( ). draagvak binding toevoeiing artikegroep totaa % absouut % absouut % dageijkse artikeen % % % niet-dageijkse artikeen % % % - keding % % % - schoenen % % % - woninginrichting % 200 1% % - huishoudeijke artikeen % % % - eectro % % 800 4% - doe-het-zef % % 0 0% - boemen, panten en tuinartikeen % % % 10

18 Tabe 3.2 en tabe 3.3 presenteren de ontwikkeing van de koopkrachtbinding- en toevoeiing voor de afgeopen tien jaar. De uitkomsten voor 2010 worden respectieveijk vergeeken met 2005 en met De koopkrachtbinding van dageijkse artikeen is in vergeijking met 2000 met 3 procent gestegen. Deze stijging heeft zich voorgedaan tussen waarna de koopkrachtbinding zich min of meer stabiiseert. In vergeijking met 2005 is de koopkrachtbinding van dageijkse artikeen in afgeopen vijf jaar hee icht gedaad. De koopkrachtbinding van niet-dageijkse artikeen is, in vergeijking met 2000, met drie procent gedaad. Oftewe minder inwoners uit Meppe hebben niet-dageijkse artikeen gekocht in eigen woonpaats. In vergeijking met respectieveijk 2000 en 2005 is de koopkrachtbinding aeen bij de woninginrichting en boemen, panten en tuinartikeen gestegen. De kedingartikeen hebben in vergeijking met 2000 we meer inwoners aan zich weten te binden, maar niet meer in die mate as in De eectro artikeengroep heeft afgeopen tien jaar te maken gehad met de grootste daing van het kanten uit Meppe. Tabe 3.2 Koopkrachtbinding, per artikegroep, Meppe (2000, 2005 en 2010). 1 artikegroep % ontw dageijkse artikeen % niet-dageijkse artikeen % - keding % - schoenen % - woninginrichting % - huishoudeijke artikeen % - eectro % - doe-het-zef % - boemen, panten en tuinartikeen % De toevoeiing van inwoners uit andere paatsen voor dageijkse artikeen is na de afname in 2005 weer terug op het niveau van Dit terwij de toevoeiing in vergeijking met 2000 geijk bijft. De toevoeiing voor niet-dageijkse artikeen daat in afgeopen vijf jaar icht maar er is sprake van een toename in vergeijking met De toevoeiing daat in vergeijking met 2000 het meest bij de kedingartikeen gevogd door de eectronische artikeen. De woninginrichtingbranche had de grootste reatieve en absoute toename van koopkrachttoevoeiing. 1 In 2000 zijn 'doe-het-zef' en 'boemen, panten en tuinartikeen' samengenomen. Daarom presenteren we voor deze twee branches de ontwikkeing

19 Tabe 3.3 Koopkrachttoevoeiing, per artikegroep, Meppe (2000, 2005 en 2010). artikegroep % ontw dageijkse artikeen % niet-dageijkse artikeen % - keding % - schoenen % - woninginrichting % - huishoudeijke artikeen % - eectro % - doe-het-zef % - boemen, panten en tuinartikeen % 1.3 Ontwikkeingen herkomst draagvak De vorige paragraaf iet zien dat het draagvak voor winkevoorzieningen in Meppe zich in de periode heeft veranderd. Interessant is te zien vanuit weke omiggende gemeenten zich een verandering in de oriëntatie op Meppe heeft voorgedaan. De grootste verandering in kantoriëntatie op Meppe voor dageijkse artikeen zien we in Staphorst; het aanta kanten uit dit gebied dat de dageijkse boodschappen in Meppe doet, is met kanten afgenomen. Bij de niet-dageijkse artikeen doet dezefde ontwikkeing zich voor in Westerved. Daarentegen is het aanta kanten uit Steenwijkerand dat voor niet-dageijkse artikeen naar Meppe komt met kanten toegenomen. Figuur 3.1 Figuur 3.2 Verandering oriëntatie dageijkse artikeen. Verandering oriëntatie niet-dageijkse artikeen. 12

20 Meppe 4 Vergeijking van het draagvak 13

21 1. Vergeijking van het draagvak 1.1 Ineiding Dit hoofdstuk vergeijkt het draagvak van Meppe met het draagvak van een aanta paatsen die nabijgeegen en/of qua omvang en structuur vergeijkbaar zijn met Meppe. Naast een vierta referentiepaatsen positioneren we Meppe ook ten opzichte van het gemiddede van kernen van vergeijkbare omvang. Zodoende ontstaat inzicht in de positie die Meppe momentee inneemt as het gaat om de regionae concurrentiekracht. 1.2 Regionae concurrentiekracht van Meppe De figuren 4.1 tot en met 4.9 presenteren voor eke artikegroep de vergeijking van het draagvak. Door de omvang van het draagvak per branche te reateren aan het inwonerta corrigeren we voor verschien in de bevokingsomvang van paatsen. We hanteren hierbij het aanta kanten per inwoners. Dit kengeta aat zien of een kern in verhouding tot de omvang van de kern reatief vee of weinig kanten aan zich weet te binden. Bij vergeijking van Meppe met de andere referentiepaatsen vat op dat het aanta kanten per inwoners voor de dageijkse artikeen in vergeijking met de nabijgeegen gemeente Zwoe en de vergeijkbare gemeente Kampen in Meppe hoger is. Daarentegen scoort het draagvak van dageijkse artikeen we iets minder goed in vergeijking met Steenwijkerand en Hoogeveen. Het aanta kanten per inwoners scoort in Meppe op bijna ae niet-dageijkse artikegroepen hoger dan het gemiddede van kernen met inwoners tussen de en Enke het draagvak voor de artikegroep woninginrichting igt iets beneden dit gemiddede. Figuur 4.1 Figuur 4.2 Vergeijking draagvak dageijkse artikeen. Vergeijking draagvak niet-dageijkse artikeen. Meppe Meppe Steenwijk Steenwijk Zwoe Zwoe Hoogeveen Hoogeveen Kampen Kampen kernen inwoners kernen inwoners Figuur 4.3 Figuur 4.4 Vergeijking draagvak keding. Vergeijking draagvak schoenen. Meppe Meppe Steenwijk Steenwijk Zwoe Zwoe Hoogeveen Hoogeveen Kampen Kampen kernen inwoners kernen inwoners

22 Figuur 4.5 Figuur 4.6 Vergeijking draagvak huishoudeijke artikeen. Vergeijking draagvak woninginrichting. Meppe Meppe Steenwijk Steenwijk Zwoe Zwoe Hoogeveen Hoogeveen Kampen Kampen kernen inwoners kernen inwoners Figuur 4.7 Figuur 4.8 Vergeijking draagvak eectro. Vergeijking draagvak doe-het-zef. Meppe Meppe Steenwijk Steenwijk Zwoe Zwoe Hoogeveen Hoogeveen Kampen Kampen kernen inwoners kernen inwoners Figuur 4.9 Vergeijking draagvak boemen, panten en tuinartikeen. Meppe Steenwijk Zwoe Hoogeveen Kampen kernen inwoners

23 Meppe 5 Beoordeing en bezoekmotief consument 16

24 1. Beoordeing en bezoekmotief consument 1.1 Ineiding Zoas in de ineiding van deze rapportage a werd genoemd, bevat dit onderzoek ook een onderdee dat kwaitatief van opzet is. Voor het in kaart brengen van het functioneren van winkegebieden en aankooppaatsen is het ook van beang zicht te hebben op aanvuende aspecten zoas beoordeing, bezoekmotief en gedrag. Hoe kanten het winkegebied beoordeen dat ze het meest bezoeken, komt aan bod in paragraaf 5.2. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen inwoners (afkomstig uit Meppe) en regiobezoekers (afkomstig uit de omiggende paatsen). In deze paragraaf is ook ruimte gemaakt voor de veranderingen in het consumentenoordee ten opzichte van In paragraaf 5.3 worden de beangrijkste bezoekmotieven van inwoners en regiobezoekers (bezoekers uit andere veea omiggende paatsen) gepresenteerd. Tot sot gaat de aatste paragraaf van dit hoofdstuk in op andere aankoopocaties dan winkes, nameijk de warenmarkt en het internet. Ook wordt duideijk in weke mate inwoners van Meppe winkes op koopzondag bezoeken. 1.2 Beoordeing winkegebied Meppe Aan kanten die voor hun dageijkse boodschappen of voor het winkeen het vaakst naar Meppe gaan, is gevraagd om het winkegebied van Meppe te beoordeen op de onderstaande negen criteria: het aanta winkes; de kwaiteit van de winkes; het aanbod van daghoreca; de inrichting en de aankeding van het winkegebied; de sfeer/gezeigheid; de veiigheid van de winkeomgeving; de bereikbaarheid van het winkegebied; de parkeermogeijkheden voor de auto; de staingsmogeijkheden voor de fiets. Tabe 5.1 presenteert de waardering voor de winkevoorzieningen in Meppe waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen inwoners en regiobezoekers. De meeste winkevoorzieningen in Meppe worden met een ruim vodoende gewaardeerd. Het minst positief zijn inwoners en regiobezoekers over de parkeermogeijkheden voor auto s. Desaniettemin scoort dit aspect onder beide groepen we vodoende. Regiobezoekers zijn in vergeijking met de inwoners positiever over het aanbod van de winkes en daghoreca. Daarentegen scoren de veiigheid, bereikbaarheid en de parkeermogeijkheden voor de fiets beter onder inwoners. 17

25 Figuur 5.1 Waardering winkevoorzieningen Meppe, uitgespitst naar inwoners en regiobezoekers. Bereikbaarheid van het winkecentrum Aanbod van daghoreca Inrichting/aankeding winkestraten Parkeermogeijkheden fiets Parkeermogeijkheden auto Veiigheid winkeomgeving Sfeer/ambiance De kwaiteit van de winkes Het aanta winkes inwoners regiobezoekers In vergeijking met andere referentiekernen van geijke omvang, scoort Meppe beter as het gaat om aanbod van daghoreca en sfeer/ambiance. Meppe scoort ager in vergeijking met de referentiekernen op parkeermogeijkheden voor auto s en fietsen. Voor de overige aspecten zijn geen noemenswaardige verschien. Figuur 5.2 Vergeijking waardering winkevoorzieningen Meppe, met gemiddede waardering keine kernen. Bereikbaarheid van het winkecentrum Aanbod van daghoreca Inrichting/aankeding winkestraten Parkeermogeijkheden fiets Parkeermogeijkheden auto Veiigheid winkeomgeving Sfeer/ambiance De kwaiteit van de winkes Het aanta winkes Meppe referentiekernen Figuur 5.3 presenteert de ontwikkeing van de waardering van winkevoorzieningen in Meppe voor de afgeopen tien jaar. Tussen 2000 en 2005 is de waardering voor ae aspecten gedaad of geijk gebeven. Deze trend zette zich de afgeopen vijf jaar niet door; de waardering beef stabie of nam toe. Dit aatste gedt met name voor parkeermogeijkheden voor fietsers, de bereikbaarheid, de veiigheid en voor het aanta winkes. 18

26 Figuur 5.3 Vergeijking waardering winkevoorzieningen Meppe (2000, 2005 en 2010). Bereikbaarheid van het winkecentrum Aanbod van daghoreca Inrichting/aankeding winkestraten Parkeermogeijkheden fiets Parkeermogeijkheden auto Veiigheid winkeomgeving Sfeer/ambiance De kwaiteit van de winkes Het aanta winkes Bezoekmotief winkegebied Tabe 5.1 presenteert de beangrijkste redenen van consumenten waarom zij in Meppe de dageijkse boodschappen doen dan we hier winkeen, uitgespitst naar inwoners en regiobezoekers. Driekwart van de inwoners koopt dageijkse boodschappen in Meppe vanwege de nabijheid. Dit motief speet voor drie op de tien regiobezoekers een ro. Andere beangrijke redenen onder regiobezoekers om voor dageijkse boodschappen naar Meppe te komen zijn: de veeheid aan winkes, het aanbod van bepaade winkes en de age prijs. Verder hechten regiobewoners iets meer beang aan de sfeer in Meppe dan eigen inwoners. De drie beangrijkste redenen voor eigen inwoners zijn: nabijheid/afstand, bereikbaarheid en parkeergeegenheid. As het om winkeen gaat dan komen zowe inwoners as regiobewoners met name vanwege de nabijheid in Meppe winkeen. Motieven as het aanta winkes en de sfeer bijken een grotere ro te speen bij regiobewoners dan bij inwoners in de overweging om in Meppe te gaan winkeen. Voor de inwoners tet de bereikbaarheid iets meer mee. 19

27 Tabe 5.1 Bezoekmotief Meppe, uitgespitst naar inwoners en regiobezoekers. dageijkse boodschappen winkeen motief inwoners regiobezoekers inwoners regiobezoekers Nabijheid / afstand 73% 31% 74% 49% Gewoonte 15% 8% 19% 12% Bepaade winkes / producten 24% 31% 20% 23% Veeheid winkes 12% 34% 31% 44% Lage prijs 12% 28% 6% 3% Kwaiteit winkeaanbod 13% 11% 14% 12% Bereikbaarheid 17% 17% 26% 18% Parkeergeegenheid 17% 18% 5% 16% Sfeer 3% 12% 21% 27% Overig 5% 8% 7% 10% In figuur 5.4 en 5.5 is de frequentie waarmee consumenten het winkegebied van Meppe bezoeken opgenomen, uitgespitst naar kanten uit Meppe en kanten uit de regio. Hieruit bijkt dat ruim zeven op de tien kanten uit Meppe minimaa enkee maen per week dageijkse boodschappen kopen. Voor kanten uit de regio is dit een stuk ager; 27 procent brengt tenminste enkee maen per week een bezoek aan Meppe voor dageijkse benodigdheden. Figuur 5.4 Bezoekfrequentie Meppe voor dageijkse boodschappen, uitgespitst naar inwoners en regiobezoekers. regiobezoekers 3% 24% 73% inwoners 11% 61% 29% 0% 25% 50% 75% 100% dageijks enkee maen per week 1 keer per week of minder Bijna tweederde (64 procent) van de inwoners winket minimaa één keer per week in Meppe. Onder de inwoners winket 7 procent minder dan één keer per maand in eigen woonpaats. Van ae regiobezoekers brengen bijna acht op de tien bezoekers minimaa ééns per maand een winkebezoek aan Meppe waarvan 23 procent minstens één keer per week angskomt. 20

28 Figuur 5.5 Bezoekfrequentie Meppe voor winkeen, uitgespitst naar inwoners en regiobezoekers. regiobezoekers 23% 55% 22% inwoners 64% 29% 7% 0% 25% 50% 75% 100% minimaa 1 keer per week 1-2 keer per maand minder dan 1 keer per maand 1.4 Overige aspecten van het koopgedrag van inwoners van Meppe Behave winkeen en boodschappen doen in winkegebieden zijn ook de warenmarkt en het internet beangrijke aankoopocaties. De respondenten hebben hierover vragen beantwoord en de resutaten zijn weergegeven in figuur 5.6. Het uitgangspunt is de Meppese consument, de figuur geeft informatie over de frequentie waarmee inwoners van Meppe een warenmarkt (in Meppe of eders) bezoeken en artikeen op internet kopen. Respectieveijk 63 en 57 procent bezoekt we eens een warenmark of koopt we eens een artike via internet. As het om internetaankopen gaat dan doet 4 procent dit minstens één keer per week. Een bezoek aan een warenmarkt vindt frequenter paats; twee op de tien inwoners bezoekt minstens één keer per week een markt. Figuur 5.6 Bezoekfrequentie warenmarkt en frequentie aankopen via internet, inwoners Meppe. warenmarkt 22% 19% 22% 37% internet 4% 21% 33% 43% 0% 25% 50% 75% 100% minimaa 1 keer per week 1-2 keer per maand minder dan 1 keer per maand nooit Ruim vier op de tien inwoners van Meppe gaat regematig (minstens 1 keer per maand) naar de markt. Het grootste dee bezoekt dan de markt in de eigen woonpaats. Negen procent gaat naar andere paatsen toe om een markt te bezoeken (zie tabe 5.2). 21

29 Tabe 5.2 Marktoriëntatie inwoners Meppe, naar gemeenten. gemeente % Meppe 91% overig 9% Figuur 5.7 presenteert de frequentie waarmee inwoners van Meppe koopzondagen bezoeken. Dit kunnen koopzondagen in Meppe zef zijn, maar ook in andere paatsen. De meerderheid van de inwoners (57 procent) bezoekt nooit een koopzondag. Eén op de tien inwoners bezoekt regematig een koopzondag; 4 procent besteedt minimaa één keer per maand op zondag tijd aan winkeen, 6 procent doet dit eens per twee maanden. Figuur 5.7 Bezoekfrequentie koopzondag, inwoners Meppe. koopzondag 4% 6% 33% 57% 0% 25% 50% 75% 100% minimaa 1 keer per maand 1 keer per 2 maanden minder dan 1 keer per 2 maanden nooit De meeste inwoners maken beperkt of geen gebruik van de koopzondag. De inwoners die er we gebruik van maken gaan voornameijk naar de eigen woonpaats Meppe. Daarnaast gaat 13 procent we eens op koopzondag in Zwoe winkeen (zie tabe 5.3). Tabe 5.3 Koopzondagoriëntatie inwoners Meppe, naar gemeenten. gemeente % Meppe 77% Zwoe 13% Overig 10% 22

30 Bijage 1 Begeeidingscommissie Net as voorgaande jaren is voor deze editie van het Koopstromenonderzoek een begeeidingscommissie in het even geroepen. De beangrijkste taken van de begeeidingscommissie zijn het bewaken van de voortgang van het project, het fungeren as kankbord voor het onderzoeksteam en het meebepaen van de opbouw van de onderzoeksrapportage. In 2010 maken onderstaande personen dee uit van de begeeidingscommissie: Mevrouw K. Ligthart Kaaverink Mevrouw J. Ehorst De heer R.J. Siepe Mevrouw A. van Oss - Meijerink De heer E.J.H. Caassen De heer R. van Oosterhout De heer M. Eenbroek De heer J. Jansen De heer R. Mos De heer T. ten Vergert De heer J. Bosma Gemeente Enschede Gemeente Ameo Gemeente Ermeo Gemeente Odenzaa Gemeente Hoogeveen Gemeente Zwoe Provincie Overijsse Kamer van Koophande Oost-Nederand Kamer van Koophande Oost-Nederand Kamer van Koophande Oost-Nederand Kamer van Koophande Noord-Nederand 23

31 Bijage 2 Begrippenijst Begrip Aankooppaats Afvoeiing (koopkrachtafvoeiing) Omschrijving Paats waar men koopt. Er zijn verschiende soorten aankooppaatsen, waarnaar onderscheid gemaakt kan worden (stadscentrum, wijkwinkecentrum) en die de gemeente zef aanwijst. Bij meer aankooppaatsen is sprake van aankoopocaties. De mate waarin de bevoking buiten de eigen woonpaats koopt. Wordt in dit onderzoek uitgedrukt as percentage van de totae koopstroom vanuit een woonpaats. Artikegroepen (Regio-)bezoeker Binding (koopkrachtbinding) Draagvak Inkopen doen Kant In dit rapport wordt het onderscheid gemaakt tussen dageijkse en niet-dageijkse artikeen. Dageijkse artikeen: evensmiddeen, drogisterij artikeen, acohoische dranken, tabak, schoonmaakartikeen. Niet-dageijkse artikeen: keding, schoenen, woninginrichting, huishoudeijke artikeen, doe-het-zef, eectro en boemen, panten en tuinartikeen. De inwoners die niet woonachtig zijn in de bebouwde kom van een gemeente (dit kunnen dus inwoners van andere deen van de gemeente zijn of inwoners van andere gemeenten). De mate waarin de bevoking in de eigen woonpaats koopt. Wordt in dit onderzoek uitgedrukt as percentage van de totae koopstroom vanuit een woonpaats. Het totae aanta kanten van een aankooppaats, en daarmee de som van de kanten uit binding en kanten uit toevoeiing. Het doegericht kopen van producten die niet dageijks nodig zijn (teevisie, schoenen, dvd s). Synoniem voor een standaardconsument (zie: standaard consument ). 24

32 Kooporiëntatie Koopstroom Oriëntatie-index Standaardconsument Koopstromen tussen paats van herkomst en aankooppaats. De mate waarin men in een aankooppaats bepaade artikeen koopt, naar herkomst. De verhouding van het draagvak ten opzichte van het aanta inwoners van een paats. Rekeneenheid voor een denkbeedige consument die zijn bestedingen voor 100 procent in een winkecentrum verricht. Het daadwerkeijke aanta consumenten igt vee maen hoger. Toevoeiing (koopkrachttoevoeiing) Winkeen De mate waarin een aankooppaats koopstromen aantrekt vanuit een andere paats. Wordt in dit onderzoek uitgedrukt as percentage van het totae draagvak en uitgespitst naar herkomst. Rondopen in een winkegebied en een groot aanta winkes bezoeken. Het doen van aankopen is niet de beangrijkste activiteit en de consument neemt geen boodschappenijst mee. 25

33 Bijage 3 Onderzoeksmethode Methoden Het Koopstromenonderzoek 2010 bestaat uit een kwantitatief gedeete en een kwaitatief gedeete. Hieronder wordt voor beide onderdeen kort weergegeven weke methoden zijn toegepast voor het in kaart brengen van de koopstromen (kwantitatief) en de bezoekmotieven (kwaitatief). Kwantitatief: koopstromen De wijze waarop de koopstromen in kaart zijn gebracht is identiek aan de methode die in voorgaande jaren is toegepast. Hierdoor is vergeijking met vorige edities van het koopstromenonderzoek mogeijk. Aan ae respondenten is gevraagd naar de paatsen waar men bepaade artikeen koopt, waarbij het inmiddes bekende onderscheid is gemaakt naar dageijkse en niet-dageijkse artikeen. In totaa is naar twee aankooppaatsen gevraagd. Verantwoording gehanteerde onderzoeksmethode Bij het koopstromenonderzoek staat het (regionae) koopgedrag van consumenten centraa. Het koopgedrag is bepaad door midde van een enquête onder inwoners van het onderzoeksgebied. De vragenijst die in het onderzoek is gebruikt, suit aan bij de eerdere edities van het koopstromenonderzoek in Oost-Nederand. De vragen over het ruimteijk koopgedrag zijn in 1995, 2000 en 2010 identiek, maar wijken we af van die van 2005 as het gaat om de vraag naar aankooppaatsen. Hieronder wordt toegeicht wat de verschien zijn en weke gevogen dat heeft voor de vergeijkbaarheid van onderzoeksresutaten. In 2010, 2000 en 1995 is gevraagd naar de paats waar men doorgaans iets koopt. De vraagsteing uidt dan bijvoorbeed voor de kedingbranche: Waar koopt u doorgaans uw keding? En waar koopt u ook we eens keding? Op basis van een verdeing in de bestedingen worden de eerst genoemde en de tweede genoemde aankooppaats in verhouding meegenomen in de berekening van het aanta standaardconsumenten (kanten). In 2005 is het koopgedrag van de respondenten bepaad door te vragen naar de aatste aankooppaats - Waar heeft u het aatst keding gekocht? Het vragen naar de aatste aankooppaats brengt grotendees hetzefde koopgedrag in kaart as het vragen naar de meest bezochte aankooppaatsen. De meest bezochte aankooppaats is veea de aatst bezochte aankooppaats. Dit gedt met name voor de branches met hoogfrequente, routinematige aankopen, zoas de dageijkse sector. Echter gedt dat doordat in 2005 naar één (aatste) aankooppaats is gevraagd, deze cijfers in een aanta gevaen in een reatief hogere binding en minder toevoeiing resuteren (immers, de respondent heeft niet de kans gekregen een tweede aankooppaats te noemen). Doordat in 2010 naar twee aankooppaatsen is gevraagd, is er waarschijnijk meer regionae spreiding in het aankoopgedrag gemeten. Doordat de methodes niet gehee identiek zijn, dienen de cijfers uit 2010 met enige voorzichtigheid vergeeken te worden met de cijfers uit De richting van de draagvakontwikkeing (een pus of een min) kan goed worden bepaad, de exacte omvang van de ontwikkeing, zoas beschreven in hoofdstuk 3, is meer indicatief. Kwaitatief: bezoekmotieven en waardering winkegebieden Dit onderdee geeft inzicht in de mening van consumenten. Net as bij het kwantitatieve gedeete is naar de twee meest beangrijke aankooppaatsen gevraagd. 26

34 Per paats is gevraagd naar het bezoekmotief: waarom koopt de consument juist hier zijn artikeen? Ook is aan de respondent gevraagd een oordee te geven over een aanta aspecten (o.a. bereikbaarheid, sfeer, veiigheid et cetera) van twee van de meest bezochte paatsen. Vedwerk De dataverzameing heeft in de periode februari tot en met mei 2010 paatsgevonden in de vorm van teefonische enquêtes en webenquêtes. Ook is gebruik gemaakt van internetpanes. Deze internetpanes betreffen het andeijke PaneCix en bestaande okae internetpanes van verschiende gemeenten (o.a. Hof van Twente, Enschede en Odenzaa). Om tot vodoende vaide uitspraken te komen is een minimae responsgrootte van 200 per kern/gemeente aangehouden. In de subregionae gemeenten zijn minstens 400 consumenten geënquêteerd en in de regionaa verzorgende gemeenten 800 consumenten. Deze omvang garandeert een betrouwbaarheidpercentage van meer dan 90 bij een onnauwkeurigheid van 5%. Bij steekproefonderzoek zijn dit acceptabee foutenmarges. Tabe 1 Aanta enquêtes per gemeente. soort kern grootte gemeente/kern aanta okaa verzorgend < inwoners 200 subregionaa verzorgend inwoners 400 regionaa verzorgend > inwoners 800 Het totaa aanta gedig afgenomen enquêtes in het onderzoeksgebied bedraagt Omdat koopgedrag niet ophoudt bij gemeentegrenzen zijn in het direct omiggende randgebied (eerste schi gemeenten en Duits grensgebied) enquêtes afgenomen om ook de toevoeiing vanuit omiggende paatsen te kunnen bepaen. Daarmee komt het totaa aanta gedig afgenomen enquêtes uit op In totaa is 55 procent van de enquêtes teefonisch afgenomen en 45 procent via internet. Bepaing bebouwde kom aankooppaats De anayses in deze rapportage zijn gedaan op het niveau van een aankooppaats. Hiermee wordt bedoed de bebouwde kom en niet de gehee gemeente. Eén gemeente kan dus meerdere aankooppaatsen hebben en dus meerdere rapportages ontvangen. Door de afbakening van het onderzoek op aankooppaats-niveau is een hedere operationaisatie van de betreffende aankooppaats noodzakeijk. Deze operationaisatie is gedaan op basis van postcodegebieden. Voor Meppe gedt dat de omvang is bepaad aan de hand van het postcodegebied Het inwonerta bedroeg op 1 januari In 2005 was dit , en dit betekent een bevokingstoename van 4,9 procent. Draagvakomvang en draagvakopbouw Voor het bepaen van de draagvakomvang van Meppe is bovengenoemde afbakening niet noodzakeijk. Immers, het totaa van het draagvak wordt bepaad door binding (kanten uit Meppe zef) en toevoeiing (kanten uit andere paatsen). Het aanta inwoners van de kern is daarom niet van beang. 2 Dit is incusief gemeenteijke ophogingen van het aanta af te nemen enquêtes (bijvoorbeed om op wijkniveau uitspraken te kunnen doen). 27

35 Het aanta inwoners (en daarmee de afbakening) daarentegen, is we van invoed op de draagvakopbouw. Naarmate de bebouwde kom enger wordt afgebakend, neemt het aandee toevoeiing toe en het aandee binding af. Andersom zorgt een ruime afbakening er juist voor dat het aandee toevoeiing keiner en de binding groter is. Het draagvak (de omvang) is bepaad aan de hand van de koopstromen die gegenereerd worden door inwoners van het onderzoeksgebied (zie afbeeding 1, ineiding). Koopstromen afkomstig van consumenten woonachtig buiten het onderzoeksgebied (toeristen en recreanten) zijn buiten beschouwing geaten. Voor de toevoeiing van koopkracht uit het randgebied van het onderzoeksgebied (eerste schi gemeenten en Duits grensgebied) zijn extra enquêtes afgenomen in de betreffende randgebieden. Er is geen correctie aangebracht voor koopkrachtafvoeiing as gevog van vakantiebestedingen door consumenten uit het onderzoeksgebied. Een voorbeed Voor Meppe zijn voornameijk twee begrippen interessant: de okae koopkracht en het totae draagvak. De okae koopkracht bestaat uit een aandee binding en een aandee afvoeiing en geeft informatie over het aandee van de bevoking dat voor een bepaad artike winkes in de eigen kern bezoekt en wek aandee naar een andere paats gaat. Dit is schematisch weergegeven in figuur 1. Figuur 1 Voorbeed opbouw okae koopkracht en draagvakomvang. 150% Toevoeiing Afvoeiing Binding 54% 100% 12% 50% 88% 88% 0% Lokae kopers Ae kopers (okaa en regionaa) Het totae draagvak is ook een beangrijke indicator van de koopstromen in Meppe. Het totae draagvak bestaat uit een aandee binding en een aandee toevoeiing en geeft informatie over het aandee van het totaa aanta kanten dat afkomstig is uit Meppe en wek aandee afkomstig is uit andere paatsen. De binding wordt net as voor de berekening van de okae koopkracht - uitgedrukt as percentage van de bevoking en de toevoeiing as percentage van het totae draagvak. Hierdoor za het totaa niet sommeren tot 100 procent. 28

36 Bijage 4 Binding en toevoeiing Tabe 1 Tabe 2 Binding en toevoeiing dageijkse sector. Binding en toevoeiing niet-dageijkse sector. Kern % Kern % Meppe 70% Meppe 44% overig Meppe 4% overig Meppe 6% Steenwijkerand 7% Steenwijkerand 13% De Woden 6% De Woden 11% Westerved 4% Staphorst 10% Staphorst 4% Westerved 8% Zwartewaterand 3% Zwartewaterand 5% overig 1% overig 4% Tabe 3 Binding en toevoeiing keding. Tabe 4 Binding en toevoeiing schoenen. Kern % Kern % Meppe 35% Meppe 38% overig Meppe 5% overig Meppe 5% Steenwijkerand 16% Steenwijkerand 14% Staphorst 12% Staphorst 12% De Woden 11% De Woden 11% Westerved 8% Westerved 9% Zwartewaterand 7% Zwartewaterand 6% Dafsen 1% Dafsen 1% overig 4% overig 3% 29

37 Tabe 5 Tabe 6 Binding en toevoeiing woninginrichting. Binding en toevoeiing huishoudeijke artikeen. Kern % Meppe 45% Steenwijkerand 13% De Woden 11% Westerved 9% Staphorst 8% overig Meppe 6% Zwartewaterand 4% overig 4% Kern % Meppe 47% overig Meppe 7% Steenwijkerand 12% De Woden 10% Westerved 9% Staphorst 7% Zwartewaterand 5% overig 2% Tabe 7 Tabe 8 Binding en toevoeiing eectro. Binding en toevoeiing doe-het-zef. Kern % Kern % Meppe 49% overig Meppe 7% De Woden 12% Steenwijkerand 10% Staphorst 10% Westerved 6% Zwartewaterand 4% overig 1% Meppe 55% overig Meppe 7% De Woden 11% Steenwijkerand 8% Staphorst 7% Westerved 7% Zwartewaterand 3% overig 1% Tabe 9 Binding en toevoeiing boemen, panten en tuinartikeen. Kern % Meppe 52% overig Meppe 5% Steenwijkerand 13% De Woden 8% Staphorst 8% Westerved 6% Zwartewaterand 4% overig 4% 30

38 Bijage 5 Binding en afvoeiing Tabe 1 Tabe 2 Binding en afvoeiing dageijkse sector. Binding en afvoeiing niet-dageijkse sector. Kern % Kern % Meppe 91% Meppe 68% Staphorst 3% Zwoe 10% overig 6% Groningen 2% Staphorst 2% Hoogeveen 2% overig 15% Tabe 3 Binding en afvoeiing keding. Tabe 4 Binding en afvoeiing schoenen. Kern % Kern % Meppe 57% Meppe 72% Zwoe 17% Zwoe 12% Hoogeveen 4% Hoogeveen 3% De Woden 3% overig 13% Groningen 2% overig 16% Tabe 5 Tabe 6 Binding en afvoeiing woninginrichting. Binding en afvoeiing huishoudeijke artikeen. Kern % Kern % Meppe 53% Meppe 82% Zwoe 7% Zwoe 7% Weststeingwerf 7% Groningen 3% Groningen 7% Staphorst 2% De Woden 3% overig 7% Hoogeveen 2% Staphorst 2% overig 19% 31

39 Tabe 7 Binding en afvoeiing eectro. Tabe 8 Binding en afvoeiing doe-het-zef. Kern % Kern % Meppe 72% Meppe 89% Zwoe 12% Staphorst 6% overig 16% overig 5% Tabe 9 Binding en afvoeiing boemen, panten en tuinartikeen. Kern % Meppe 89% Staphorst 5% overig 6% 32