BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Transcriptie

1 BESLUIT Besuit van de directeur-generaa van de Nederandse mededingingsautoriteit as bedoed in artike 37, eerste id, van de Mededingingswet. Zaak nr: 1356/VBA - Hobaho Nummer: 1356/24 I. MELDING 1. Op 25 mei 1999 heeft de directeur-generaa van de Nederandse mededingingsautoriteit een meding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artike 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeed dat Verenigde Boemveiingen Aasmeer B.A. voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artike 27, onder b, van de Mededingingswet, over Hobaho Horti Groep B.V. Van de meding is mededeing gedaan in Staatscourant 98 van 27 mei Naar aaneiding van de mededeing in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. Ambtshave zijn vragen gested aan verschiende marktpartijen. II. PARTIJEN 2. Verenigde Boemveiingen Aasmeer B.A. (hierna: VBA) is een coperatieve vereniging naar Nederands recht. De eden van de coperatie zijn circa boemen- en pantenkwekers. VBA is actief op het gebied van de veiing van en bemiddeing in boemkwekerijproducten voor haar eden en voor derden.3. Hobaho Horti Groep B.V. is een besoten vennootschap naar Nederands recht. Tot de Hobaho groep behoren Hortiresearch B.V., Heemstaete B.V., Hobaho Horti Products B.V., Hobaho Breeders Rights Internationa N.V. en Koehuis Lisse B.V.. Hobaho is actief op het gebied van de hande in boemboen en aanverwante activiteiten. III. DE GEMELDE OPERATIE 4 De gemede operatie zoas uiteengezet in de door partijen as vervog op de meding overgeegde koopovereenkomst van 28 mei 1999 (hierna: de Overeenkomst) behest de overname van ae activiteiten van de Hobaho-groep met uitzondering van het onroerend goed geegen te 't Zand door VBA. De Hobaho groep heeft intussen de over te dragen activiteiten en ondernemingen ingebracht in haar dochteronderneming Koehuis Lisse B.V. en vervogens de naam van deze dochter gewijzigd in Hobaho Horti Groep B.V. (hierna: Hobaho). De naam van de verkopende onderneming is vervogens veranderd in Lisse Centrum Beheer B.V..

2 IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT 5. De gemede operatie is een concentratie in de zin van artike 27, onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 4 omschreven transactie eidt er toe dat VBA uitsuitende zeggenschap za verkrijgen over Hobaho. 6. Betrokken ondernemingen, in de zin van het Besuit vaststeing formuieren Mededingingswet (Staatscourant 1 van 2 januari 1998), zijn VBA en Hobaho. 7. Uit de bij de meding ter beschikking gestede omzetgegevens bijkt dat de gemede concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregede concentratietoezicht vat. V. BEOORDELING A. Reevante markten Reevante productmarkten 8. VBA is actief op het gebied van de veiing van en bemiddeing in boemkwekerijproducten, terwij Hobaho bezig is met de veiing van en bemiddeing in boemboen. Vogens partijen behoren deze activiteiten tot verschiende markten die sechts in ondering verband staan doordat zij ekaar indirect opvogen in de bedrijfskoom[1]. [1] Uit boemboen worden boboemen geteed. 9. Vogens een door partijen overgeegd schema van de boemboen- en boboemenketen in 1997[2] wordt circa 80% van de boemboenteet in Nederand verhanded via veiingen die uitsuitend actief zijn op het gebied van boemboen. Afnemers van deze veiingen zijn voora groothandes (80%) en boboementeers (20%). De groothande verkoopt vervogens 95% van de boemboen aan buitenandse afnemers, de rest gaat naar de binnenandse detaihande en de binnenandse boboementeers. In totaa gaat op basis van deze cijfers rond 23% van de boemboenteet naar Nederandse boboementeers. [2] Bron: CBS 10. Boboementeers behoren tot de everanciers van de boemenveiingen. Boboemen maken echter sechts 16% uit van de boemen en panten die door Nederandse boemenveiingen worden verhanded. Op deze boemenveiingen worden geen boemboen verhanded. 11. Ondervraagde concurrenten en afnemers bevestigen dat sprake is van afzonderijke markten voor de veiing en bemiddeing van boemboen enerzijds en boemkwekerijproducten anderzijds. 12. Uit het bovenstaande en geet op de verschiende aard van de producten, de verschiende everanciers en het feit dat geen enkee veiing zowe boemboen as boemkwekerijproducten verhandet, kan worden geconcudeerd dat op dit moment afzonderijke markten bestaan voor de veiing in en bemiddeing van boemboen enerzijds en boemkwekerijproducten anderzijds.

3 Reevante geografische markten 13. Partijen hebben er met betrekking tot de geografische reikwijdte van hun activiteiten op gewezen dat de door VBA en Hobaho aangeboden producten afkomstig zijn uit Nederand, uit andere EG idstaten en uit derde anden. Dit gedt vogens de meding ook voor hun afnemers. Uit het eerder genoemde door partijen overgeegde schema bijkt echter dat everanciers van boboemen in Nederand gevestigd zijn en dat de afnemers van beide partijen binnenandse groothandes of boboementeers zijn[3]. In de onderhavige zaak kan in het midden bijven of de markten voor de veiing van en bemiddeing in boemboen enerzijds en boemkwekerijproducten anderzijds nationaa zijn of ruimer, omdat de uiteindeijke beoordeing hierdoor niet wordt benvoed (zie hierna punt 15 e.v.). [3] zie noot 2. B. Gevogen van de concentratie 14. De concentratie za niet eiden tot een samenvoeging en daardoor vergroting van de bestaande marktaandeen. Weiswaar hebben partijen op de markten voor de veiing van boemboen c.q. boemkwekerijproducten ieder een beangrijke positie, maar op beide markten zijn naast partijen beangrijke concurrenten aanwezig. Naast Hobaho zijn er twee andere veiingen in boemboen, te weten CNB en Cebeco. Via Hobaho wordt 36%, via CNB 47% en via Cebeco 17% van ae via veiingen verhandede boemboen verhanded. VBA is met een marktaandee van 45% de grootste veiing voor boemkwekerijproducten in Nederand. Daarnaast heeft Boemenveiing Hoand een marktaandee van 38%, Boemenveiing Fora een marktaandee van 11% en zijn er nog enkee keinere veiingen[4]. [4] Bron: CBS. 15. As zou worden uitgegaan van een geografisch ruimere markt dan Nederand, dan zouden de marktaandeen van partijen op hun respectieveijke markten beduidend keiner zijn, omdat zij hun veiingactiviteiten uitsuitend in Nederand uitoefenen. 16. Hoewe geen sprake is van samenvoeging van marktaandeen, kan de concentratie de positie van VBA op beide genoemde markten toch in zekere zin versterken. Desgevraagd is door partijen aangegeven dat zij verwachten dat de voorgenomen concentratie za kunnen bijdragen tot een betere samenwerking tussen de boemboenteers en het bemiddeingsbureau van de VBA, "Marketing & Verkoop Aasmeer"(MVA), waardoor uitbreiding van het assortiment mogeijk zou zijn en sneer aan de wensen van de eindconsument tegemoet gekomen zou kunnen worden. Ook zou uitbreiding van het eectronische verkoopsysteem van VBA ("Fower Access") met het aanbod van Hobaho mogeijk zijn. Er bestaan geen voornemens tot integratie van de veiingen zef. Ook door enkee concurrenten is erop gewezen dat de voorgenomen concentratie we een versterking kan betekenen van de positie van VBA, omdat VBA met boemboen een breder pakket aan haar kanten zou kunnen aanbieden dan haar concurrenten omdat de bij VBA/Hobaho aangesoten teers zouden kunnen profiteren van de integratie binnen de keten. 17. Ondanks het feit dat verwacht mag worden dat de concentratie voor VBA/Hobaho deze positieve effecten za hebben, is het niet aannemeijk dat daardoor haar positie op beide genoemde markten zodanig zou worden

4 versterkt dat gevreesd zou moeten worden voor het ontstaan of versterken van een machtspositie (zie hierboven punt 14). In dit verband moet tevens bedacht worden dat het grootste dee van de door de veiingen voor boemkwekerijproducten verhandede producten niet uit de boboementeet voortkomt (zie hierboven punt 10). 18. Omdat er, zoas aangegeven, op de markten voor de veiing in en bemiddeing van boemboen enerzijds en boemkwekerijproducten anderzijds vodoende concurrentie aanwezig is (zie boven punt 15 e.v.), is er geen reden om aan te nemen dat op deze markten een economische machtspositie zou kunnen ontstaan of worden versterkt. VI. NEVENRESTRICTIES 19. Partijen hebben verzocht om het non-concurrentiebeding as opgenomen in artike 12.1 van de Overeenkomst as nevenrestrictie aan te merken. Krachtens genoemd artike is het Lisse Centrum Beheer B.V. en [haar directe en indirecte aandeehouders] asmede hun 'Verbonden partijen' (groepsvennootschappen asmede echtgenoten boed- en aanverwanten tot en met de tweede graad, met uitzondering van keinkinderen) verboden om gedurende vijf jaar na de Leveringsdatum direct of indirect met Hobaho te concurreren en om personen in dienst te nemen die in een periode van 5 jaar voordien in dienst zijn geweest bij de Hobaho groep. 20. Een non-concurrentiebeding kan as nevenrestrictie bij een concentratie worden beschouwd, indien het voor de overdracht van de voe waarde van de over te dragen bedrijfsactiviteiten noodzakeijk is dat de overnemer tot op zekere hoogte beschermd wordt tegen een concurrerend handeen van de verkoper. Met partijen kan worden aangenomen dat het concurrentiebeding bedoed in punt 20 niet verder gaat dan noodzakeijk voor de verwezenijking van de concentratie, voor zover het betrekking heeft op de verkopers, te weten Lisse Centrum Beheer B.V. en [haar directe en indirecte aandeehouders] asmede de aan hun verbonden ondernemingen; het betrekking heeft op de huidige activiteiten van de overgedragen onderneming; het in geografische zin niet een ruimer gebied omvat dan het gebied waarop Hobaho actief is; en het sechts betrekking heeft op actieve werving van Hobahomedewerkers door de verkopers. VI. CONCLUSIE 21. Na onderzoek van deze meding is de directeur-generaa van de Nederandse mededingingsautoriteit tot de concusie gekomen dat de gemede operatie binnen de werkingssfeer vat van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregede concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat as gevog van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevog heeft dat een daadwerkeijke mededinging op de Nederandse markt of een dee daarvan op

5 significante wijze wordt beemmerd. 22. Geet op het bovenstaande deet de directeur-generaa van de Nederandse mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de meding betrekking heeft geen vergunning is vereist. 23. Geet op de overwegingen 19 en 20 is de directeur-generaa van oordee dat, voor zover de in punt 19 omschreven causues overeenkomsten vormen as bedoed in artike 6 van de Mededingingswet, dat artike ingevoge artike 10 van de Mededingingswet niet gedt voor deze overeenkomsten, voor zover deze niet verder gaan dan in punt 20 is aangegeven. Datum: w.g. A.W. Kist Directeur-generaa van de Nederandse mededingingsautoriteit Tegen dit besuit kan degene, wiens beang rechtstreeks bij dit besuit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besuit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam. Aan de inhoud van deze pagina's kunt u geen rechten ontenen.