Evaluatie straatcoaches 2014

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Evaluatie straatcoaches 2014"

Transcriptie

1 Evaluatie straatcoaches 2014 Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Juli 2014

2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding Aanleiding en doel Inhoud Aanpak Afbakening van het gebied Bronnen Leeswijzer Jeugd en veiligheid Jongerenoverlast in s-hertogenbosch Jeugd en veiligheid in Oost Jeugd en veiligheid in Hambaken Jeugd en veiligheid in West Werkzaamheden straatcoaches Aantal registraties per gebied Aantal registraties per jaar Werktijden Contacten met personen en instanties Activiteiten van de straatcoaches Wijkbewoners over de straatcoaches Jongerenoverlast Bekendheid straatcoaches Contact met de straatcoaches Effecten van de inzet Straatcoaches versus politie Eigen doelgroep Algemeen oordeel straatcoaches

4 5. Professionals over de straatcoaches Inzet van de straatcoaches Aansturing PPS Wijkgericht werken Werkzaamheden straatcoaches Aanpak jongerenoverlast Eigen doelgroep Imago straatcoaches Persoonlijke groei Effecten van de inzet Contact met de straatcoaches Samenwerking Informatie-uitwisseling Algemeen oordeel straatcoaches Toekomst van de straatcoaches Conclusies en aanbevelingen...45 Bijlage 1: Wijk/buurtindeling...51 Bijlage 2: Bedrijfsprocessensysteem (BVH)

5 1. Inleiding 1.1 Aanleiding en doel Sinds maart 2010 worden er in de gebieden Oost, Hambaken en West straatcoaches ingezet. In totaal werken er zes straatcoaches in de drie gebieden om het handhavingsgat tussen de politie en Stadstoezicht enerzijds en de jongerenwerkers en buurtvaders anderzijds op te vullen. Meer concreet is de volgende doelstelling aan de straatcoaches verbonden: Het doel van de inzet van straatcoaches is het terugdringen van de overlast en criminaliteit veroorzaakt door met name jongeren. Straatcoaches leveren een bijdrage aan de openbare orde door het houden van toezicht in de openbare ruimte. Met name op plekken waar jongeren samenkomen. Ze spreken jongeren aan op overlastgevend gedrag en bewoners op gedrag en houding. Dit gebeurt veelal in de gebieden waar men veelvuldig overlast ervaart door vaak samenscholende jeugd. De bedoeling hiervan is dat problemen worden voorkomen of opgelost voordat ze escaleren. Straatcoaches werken samen en overleggen met de in de gebieden aanwezige organisaties die zich ook bezighouden met dergelijke problematiek. PPS Investment Protection B.V. (kortweg PPS) heeft een eigen opleidingstraject ontwikkeld, specifiek voor scholing van straatcoaches. Daarnaast heeft PPS een eigen visie met betrekking tot de effectiviteit van de inzet van straatcoaches welke wezenlijk afwijkt van de tot op heden gehanteerde norm 1. De straatcoaches gaan steeds rond uur s middags de straat op het moment dat de overlast doorgaans begint en zijn tot laat in de avond aanwezig. Altijd in duo s, in herkenbare zwarte jacks met straatcoach erop. Ook hebben ze witte mountainbikes, waarmee ze snel door brandgangen kunnen fietsen. Het zijn beslist geen watjes, zegt burgemeester Rombouts. Ze vullen het gat op tussen burgers, jongerenwerk, politie en toezichthouders. Iedere burger heeft in principe het recht om een andere burger op heterdaad aan te houden. Deze mannen gaan dat ook echt doen. 2 Het bijzondere aan het straatcoachproject in s-hertogenbosch is dat de straatcoaches afkomstig zijn uit de gebieden waar ze werken en van allochtone afkomst zijn. De straatcoaches zijn bekend met de straatcultuur. Hierdoor leggen zij mogelijk sneller contact met (allochtone) jongeren in de wijk. De straatcoaches worden door de gemeente ingehuurd bij PPS. PPS heeft de straatcoaches opgeleid en verzorgt de dagelijkse aansturing van de straatcoaches; de gemeente bepaalt waar de straatcoaches werkzaam dienen te zijn (informatie gestuurd). Afspraak is dat PPS periodiek bij de gemeente verslag doet van haar bevindingen en uitgevoerde activiteiten. Na het eerste jaar werken met straatcoaches heeft Bureau Beke voor de gemeente s-hertogenbosch de inzet voor straatcoaches geëvalueerd (juli 2011). In het voorjaar van 2014 is de inzet van straatcoaches opnieuw geëvalueerd. Deze keer is de evaluatie uitgevoerd door de afdeling Onderzoek en Statistiek van de gemeente s-hertogenbosch. 1 Bron: website PPS. 2 Bron: website gemeente s-hertogenbosch (1 juli 2014). 5

6 1.2 Inhoud In de evaluatie is enerzijds onderzocht wat de activiteiten van de straatcoaches zijn en anderzijds wat het effect is van de inzet van de straatcoaches. De volgende (onderzoeks)vragen komen in de evaluatie aan bod: 1. Wat is het aantal en de aard van de activiteiten van de straatcoaches, zoals contacten met jongeren, 12-minners, doorverwijzingen en meldingen aan politie en Stadstoezicht? 2. Heeft de inzet van straatcoaches het beoogde effect in de ogen van jongeren, bewoners en professionals? 3. In welke mate leveren de specifieke uitgangspunten van het project allochtone komaf en afkomstig uit de eigen buurt een positieve of negatieve bijdrage? 4. Hoe verloopt de samenwerking (inclusief informatie-uitwisseling) tussen de straatcoaches, wijkprofessionals en gemeente? 5. Welke andere neveneffecten heeft het straatcoachproject? 6. Welke aanbevelingen zijn mogelijk ten aanzien van het straatcoachproject? 1.3 Aanpak In het onderzoek is gebruik gemaakt van verschillende informatiebronnen. Om ontwikkelingen zichtbaar te maken worden de resultaten waar mogelijk vergeleken met de eerste evaluatie naar de straatcoaches Afbakening van het gebied De straatcoaches zijn actief in de gebieden Oost, Hambaken en West. De problematiek, inzet en effectiviteit van de inzet van straatcoaches kan verschillen per gebied. De informatie is daarom zo veel mogelijk uitgesplitst naar deze drie gebieden, zodat ook de effecten van de straatcoaches per gebied zichtbaar worden. In bijlage 1 is de gebiedsindeling in een kaart gepresenteerd. De straatcoaches zijn in de volgende gebieden actief: Gebied Oost Gebied Hambaken Gebied West Grevelingen Hambaken Boschveld Aawijk zuid Sprookjesbuurt Deuteren Aawijk noord Muziekinstrumentenbuurt Schutskamp Graafsebuurt zuid Edelstenenbuurt Kruiskamp Graafsebuurt noord In 2014 is het werkgebied van de straatcoaches uitgebreid met de Gestelse Buurt (gebied Oost) en Maaspoort (gebied Hambaken). Omdat de straatcoaches hier pas recent werken, zijn deze twee gebieden niet meegenomen in deze evaluatie Bronnen Voor de evaluatie worden verschillende bronnen gebruikt. Dit zijn: Registraties PPS Registraties politie Enquête wijkprofessionals Groepsinterviews met professionals Bewonersonderzoek Jongerenonderzoek Veiligheidsmonitor Op de volgende pagina volgt een beschrijving van de gebruikte bronnen. 6

7 Registraties PPS De straatcoaches houden registraties bij van hun activiteiten op straat. Die kunnen betrekking hebben op het contact met jongeren tot het helpen oversteken van ouderen. PPS verzamelt die registraties ten behoeve van de urenverantwoording aan de gemeente. In deze analyse zijn de registraties meegenomen van maart 2010 tot en met april Met deze gegevens wordt een beeld geschetst van de aard en frequentie van de activiteiten in de drie gebieden waar de straatcoaches werken (Oost, Hambaken en West) 3. Registraties politie De politiecijfers beschrijven de incidenten die plaatsvinden in de gebieden Oost, Hambaken en West. Als referentie is gekeken naar de cijfers van de totale gemeente. Uit het bedrijfsprocessensysteem (BVH) van de politie zijn de volgende delicten en overlastvormen bekeken: Jongerenoverlast Mishandeling Vernieling Bedreiging Alcohol- en drugsoverlast Openlijk geweld Drugshandel In bijlage 2 is een overzicht opgenomen van incidentsoorten die worden gerekend tot bovengenoemde delicten en overlastvormen. Bij de interpretatie van de politiecijfers dient rekening te worden gehouden met de mate waarin incidenten gerelateerd kunnen worden aan jongeren. Voor de delicten wordt er ingezoomd op de verdachten. Bij hoeveel incidenten zijn er verdachten in beeld? En hoe oud zijn de verdachten? In 2009 is het bedrijfsprocessensysteem bij de politie ingevoerd. De ontwikkelingen van de politiecijfers worden vanaf 2009 beschreven. Door de cijfers vanaf 2009 mee te nemen, wordt ook de situatie van vóór de invoering van de straatcoaches (2010) inzichtelijk. Enquête wijkprofessionals Om de ervaringen van de wijkprofessionals met de straatcoaches inzichtelijk te maken, is in overleg met de gemeentelijke afdeling Openbare Orde en Veiligheid (OOV) een lijst van professionals opgesteld die te maken (kunnen) hebben gehad met straatcoaches. Dit betreft onder andere de leden van de wijkteams. Aan hen is een gestuurd met het verzoek digitaal een enquête in te vullen. Na ongeveer anderhalve week is een herinneringsmail gestuurd. 72 professionals hebben een verzoek gehad om digitaal een enquête in te vullen over de straatcoaches. 37 procent van de professionals heeft de vragenlijst volledig ingevuld. Groepsinterviews professionals Met enkele wijkprofessionals 4 zijn interviews gehouden die onder andere ingaan op de samenwerking tussen instanties en de straatcoaches, de werkwijze van de straatcoaches en (mogelijke) effecten van de inzet van straatcoaches. Er hebben in totaal vijf groepsinterviews plaatsgevonden. Per gebied is een groepsinterview georganiseerd met wijkprofessionals (met vertegenwoordigers van de politie, gemeente en stichting Divers). Daarnaast heeft er ook een interview met leidinggevenden van PPS plaatsgevonden, en een interview met de straatcoaches zelf. 3 De analyses hebben betrekking op hetgeen dat wordt geregistreerd. Activiteiten die niet worden geregistreerd kunnen niet worden meegenomen in de evaluatie. 4 De wijkprofessionals hebben eerst een (digitale) enquête ontvangen over de straatcoaches. Met een selectie van de wijkprofessionals zijn groepsinterviews gehouden. 7

8 Bewonersonderzoek De bekendheid met en tevredenheid over de straatcoaches is middels een bewonersonderzoek nader onderzocht. Door het bureau Veldwerk Optimaal is telefonisch een korte vragenlijst afgenomen bij volwassen bewoners uit de drie verschillende gebieden. Er is getracht representativiteit naar etniciteit per gebied na te streven. In totaal zijn er 318 personen geënquêteerd in de leeftijd van 20 tot en met 89 jaar oud. Van hen waren 258 personen bekend met het fenomeen straatcoaches. Het aantal respondenten is groot genoeg om per gebied betrouwbare uitspraken te kunnen doen. Jongerenonderzoek Via het telefonisch enquêteren zijn ook jongeren benaderd. Aan de respondenten is gevraagd of men ook (thuiswonende) kinderen heeft in de leeftijd van jaar. Aan hen is gevraagd of men bekend is met de straatcoaches, of men contact heeft gehad met een straatcoach en hoe ze dat contact beoordelen. Daarnaast bezochten interviewers van Veldwerk Optimaal de hotspots van jongeren in de drie gebieden om de enquête over de straatcoaches bij jongeren af te nemen. In totaal zijn 143 jongeren geënquêteerd. Van hen waren 88 jongeren bekend met het fenomeen straatcoaches. Tabel 1: Respons bewonersonderzoek en jongerenonderzoek per gebied Oost Hambaken West Totaal Bewoners Bekend met straatcoaches Jongeren Bekend met straatcoaches Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches Veiligheidsmonitor In de vragenlijst Veiligheidsmonitor (2013) zijn verschillende vragen opgenomen over jeugdoverlast en criminaliteit en onveiligheidsgevoelens. Op het niveau van de wijken / aandachtsgebieden waar de straatcoaches actief zijn, wordt ingezoomd op de ontwikkelingen 5 op de volgende onderwerpen: In de buurt zijn goede voorzieningen voor jongeren Hoe vaak komt in uw buurt voor...? o Overlast door groepen jongeren o Jeugdcriminaliteit Hoe vaak voelt u zich onveilig in uw eigen buurt? Hoe vaak voelt u zich onveilig op plekken waar groepen jongeren rondhangen? 1.4 Leeswijzer De volgende onderwerpen komen in dit rapport aan de orde: Jeugd en veiligheid Werkzaamheden straatcoaches Wijkbewoners (jongeren en volwassenen) over de straatcoaches Professionals over de straatcoaches Conclusies en aanbevelingen. Per hoofdstuk wordt ingegaan op de huidige situatie, en indien mogelijk op de ontwikkelingen sinds De resultaten worden zowel in de tekst als met afbeeldingen gepresenteerd. Afbeeldingen worden gepresenteerd als meer dan 50 respondenten de vraag hebben beantwoord (per subgroep). Als minder respondenten een vraag hebben beantwoord, worden de resultaten alleen (globaal) in de tekst besproken 6. Bij elke afbeelding wordt in de titel het aantal respondenten genoemd wat de vraag heeft beantwoord (n). 5 Over de ontwikkelingen over de tijd is een significantietoets uitgevoerd. Met deze toets kan met een betrouwbaarheid van 90% gezegd worden dat de genoemde verschillen bestaan. 6 Dit wordt gedaan vanwege de betrouwbaarheid van de resultaten. Hoe minder respondenten een vraag hebben beantwoord, hoe voorzichtiger uitkomsten geïnterpreteerd dienen te worden. De resultaten zijn dan eerder indicatief dan representatief. 8

9 2. Jeugd en veiligheid Dit hoofdstuk gaat in op de aan jeugd gerelateerde veiligheidsthema s voor de gemeente s-hertogenbosch en voor de gebieden Oost, Hambaken en West. Hierbij wordt gebruik gemaakt van politiecijfers en belevingscijfers uit de Veiligheidsmonitor. Eén van de doelen van het straatcoachproject is het terugdringen van criminaliteit en overlast. Gekeken wordt of zich trends voordoen in de periode dat de straatcoaches werkzaam zijn in de drie gebieden. Echter, eventuele trends zijn niet één op één toe te schrijven aan de inzet van de straatcoaches. Er zijn meer professionals actief in de wijken die hier invloed op kunnen hebben, zoals de inzet van wijkagenten, Stadstoezicht en jongerenwerkers. 2.1 Jongerenoverlast in s-hertogenbosch Tussen 2009 en 2011 nam de jongerenoverlast af van circa naar incidenten. Vervolgens is het aantal incidenten ongeveer hetzelfde gebleven. Ten opzichte van vijf jaar geleden is de jongerenoverlast in de gehele gemeente met 16 procent afgenomen. Als we inzoomen op de drie gebieden waar de straatcoaches actief zijn, dan blijkt dat het aantal incidenten in deze gebieden sterker is gedaald dan gemiddeld in de gemeente. In Hambaken (-50%) en Oost (-53%) is het aantal incidenten van jongerenoverlast tussen 2009 en 2013 gehalveerd. In West zijn er 35 procent minder incidenten van jongerenoverlast dan vijf jaar geleden. De afname van de jongerenoverlast in deze drie gebieden verklaart volledig de afname van de jongerenoverlast in de totale gemeente. In de rest van de gemeente is het aantal incidenten van jongerenoverlast de afgelopen vijf jaar ongeveer hetzelfde gebleven 7. Er is echter niet onderzocht of er sprake is van een waterbedeffect; veroorzaken de jongeren uit de drie gebieden nu overlast in andere delen van de gemeente? Afbeelding 1: Aantal incidenten van jongerenoverlast per inwoners Oost Hambaken West 's-hertogenbosch Bron: BVH Locaties van jongerenoverlast In 2013 was het aantal geregistreerde incidenten van jongerenoverlast het hoogst in de wijken Maaspoort, West, Noord, Graafsepoort, Zuidoost en de Binnenstad. In al deze wijken waren in 2013 meer dan 100 incidenten van jongerenoverlast per wijk. Binnen deze wijken is er een concentratie van jongerenoverlast in de buurten Maasdal, Abdijenbuurt (Maaspoort), Kruiskamp, Schutskamp (West), De Rompert (Noord), Hinthamerpoort, Hintham zuid (Graafsepoort), Aawijk zuid (Zuidoost), Binnenstad centrum en Binnenstad oost (Binnenstad). Ook in de buurt Sparrenburg (Rosmalen zuid) zijn relatief veel incidenten van jongerenoverlast. 7 Wel zijn er verschuivingen van de jongerenoverlast in de onderliggende buurten. 9

10 Afbeelding 2: Aantal incidenten van jongerenoverlast Bron: BVH 10

11 Tijdstippen van jongerenoverlast Het aantal incidenten van jongerenoverlast is hoger met mooi weer; in de zomermaanden is het aantal incidenten van jongerenoverlast het hoogst. Verder is het aantal incidenten relatief hoog in de weekenden. In 2013 was het aantal incidenten van jongerenoverlast het hoogst op de zaterdag, gevolgd door de zondag en de vrijdag. Op een doorsnee dag begint de jongerenoverlast s-middags en s avonds vinden de meeste incidenten van jongerenoverlast plaats. Afbeelding 3: Aantal incidenten van jongerenoverlast in s-hertogenbosch per maand jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec Bron: BVH Afbeelding 4: Aantal incidenten van jongerenoverlast in s-hertogenbosch per dag van de week Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag Bron: BVH Afbeelding 5: Aantal incidenten van jongerenoverlast in s-hertogenbosch per uur van de dag Bron: BVH 11

12 2.2 Jeugd en veiligheid in Oost Er is een aantal delicten en overlastsituaties waarvan het plegen ervan veelal aan jongeren wordt toegeschreven. Dit zijn vernieling, mishandeling, bedreiging, openlijk geweld, alcohol- en drugsoverlast en drugshandel. In deze paragraaf wordt gekeken welke trends zich voordoen in deze delicten en overlastsituaties, en in hoeverre jongeren hiervoor verantwoordelijk zijn. In alle wijken van s-hertogenbosch is het aantal vernielingen de afgelopen jaren afgenomen, gemiddeld met 42 procent. In Oost is het aantal vernielingen de afgelopen vijf jaar gehalveerd. Bij slechts een klein deel van deze incidenten is een verdachte in beeld. Van deze verdachte is twee derde jonger dan 25 jaar. Het aantal geweldsincidenten is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd in s-hertogenbosch. Onder geweldsdelicten rekenen we bedreiging, openlijk geweld en mishandeling. Ook in Oost zijn er geen noemenswaardige veranderingen. Niet bij alle delicten zijn verdachten in beeld. Van de verdachten van openlijk geweld was bijna de helft jonger dan 25 jaar. Bij de bedreigingen (20%) en mishandelingen (36%) ligt het aantal jonge verdachten lager. Het aantal incidenten van drugshandel is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd in s-hertogenbosch. Ook in Oost zijn er geen noemenswaardige veranderingen. In de afgelopen vijf jaar was bij 43 procent van de incidenten een verdachte in beeld. Drie kwart van de verdachten was 25 jaar of ouder. Afbeelding 6: Aantal incidenten per delict-/overlastsoort per inwoners in Oost Jongerenoverlast Vernieling Mishandeling Bedreiging Openlijk geweld Alcohol- en drugsoverlast Drugshandel Bron: BVH Tabel 4: Aandeel verdachten per delict in Oost in de periode % delicten met verdachte(n) in beeld % verdachten 0-24 jaar Bedreiging 40% 20% Openlijk geweld 64% 48% Mishandeling 20% 36% Vernieling 9% 64% Drugshandel 43% 26% Bron: BVH 12

13 De volgende resultaten gaan over de mening en ervaringen van inwoners over jeugd en veiligheid. Deze gegevens zijn niet beschikbaar voor het gebied Oost, maar wel voor de wijken Zuidoost en Graafsepoort. Het gebied Oost ligt gedeeltelijk in beide wijken (zie bijlage 1). Voorzieningen voor jongeren in de buurt De tevredenheid over goede speelplekken voor jongeren neemt toe in s-hertogenbosch. Tussen 2010 en 2013 steeg het aantal mensen dat vindt dat er goede speelplekken voor jongeren zijn in de buurt van 23 procent naar 31 procent. In de wijk Zuidoost steeg dit aandeel in dezelfde periode van 16 procent naar 21 procent 8 en in de Graafsepoort van 22 procent naar 32 procent. Jongerenoverlast en jeugdcriminaliteit in de buurt In 2013 ervaarde 14 procent van de inwoners van s-hertogenbosch vaak overlast van groepen jongeren in de buurt. In de wijken Zuidoost en Graafsepoort was dit respectievelijk 16 procent en 17 procent. Er hebben zich de afgelopen jaren geen noemenswaardige ontwikkelingen voorgedaan. Het aantal mensen dat aangeeft dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt is tussen 2010 en 2013 in s-hertogenbosch afgenomen van acht procent naar vijf procent. Ook inwoners van de wijk Zuidoost lijken minder jeugdcriminaliteit in de buurt te ervaren. In 2013 gaf acht procent aan dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt. In 2010 was dit nog 11 procent 9. In de wijk Graafsepoort geeft zeven procent van de inwoners aan dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt. Uit de Jeugdanalyse Oost-Brabant blijkt dat er in Oost geen jeugdgroepen zijn (mei 2014). Onveilig voelen in de buurt In s-hertogenbosch voelt drie procent van de inwoners zich vaak onveilig in de eigen buurt. In de wijk Zuidoost voelt vier procent van de inwoners zich vaak onveilig in de eigen buurt en in de wijk Graafsepoort twee procent. Dit is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd. Wel geven iets minder mensen aan zich vaak onveilig te voelen op plekken waar groepen jongeren rondhangen. Tussen 2011 en 2013 daalde dit in s-hertogenbosch van 14 procent naar 11 procent. Ook in de wijken Zuidoost en Graafsepoort lijkt er een lichte afname zichtbaar. In Zuidoost daalde dit aandeel tussen 2011 en 2013 van 16 procent naar 12 procent, en in de Graafsepoort van 12 procent naar 9 procent 10. Afbeelding 7: Buurtproblemen en onveiligheidsgevoelens in Zuidoost en Graafsepoort c) % vaak onveilig voelen op plekken waar a) % vaak jongerenoverlast in de buurt (n=280/294) b) % vaak jeugdcriminaliteit in de buurt (n=282/291) groepen jongeren rondhangen (n=282/285) 40% 40% 40% 30% 30% 30% 20% 20% 20% 10% 10% 10% 0% Zuidoost Graafsepoort 's-hertogenbosch Bron: Veiligheidsmonitor 0% Zuidoost Graafsepoort 's-hertogenbosch 0% Zuidoost Graafsepoort 's-hertogenbosch 8 Dit verschil is niet significant. 9 Dit verschil is niet significant. 10 Deze verschillen zijn niet significant. 13

14 2.3 Jeugd en veiligheid in Hambaken In alle wijken van s-hertogenbosch is het aantal vernielingen de afgelopen jaren afgenomen, gemiddeld met 42 procent. In Hambaken is het aantal vernielingen de afgelopen vijf jaar bijna gehalveerd. Bij slechts een klein deel van deze incidenten is een verdachte in beeld. Van deze verdachte is twee derde jonger dan 25 jaar. Het aantal geweldsincidenten is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd in s-hertogenbosch. Onder geweldsdelicten rekenen we bedreiging, openlijk geweld en mishandeling. Ook in Hambaken zijn er geen noemenswaardige veranderingen. Niet bij alle delicten zijn verdachten in beeld. Van de verdachten van openlijk geweld was twee derde jonger dan 25 jaar. Bij de bedreigingen (21%) en mishandelingen (22%) ligt het aantal jonge verdachten lager. Het aantal incidenten van drugshandel is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd in s-hertogenbosch. In de Hambaken is het aantal incidenten tussen 2011 en 2013 met ruim zeventig procent afgenomen. Bij bijna de helft van de incidenten zijn verdachten in beeld. Drie kwart van de verdachten was 25 jaar of ouder. Afbeelding 8: Aantal incidenten per delict-/overlastsoort per inwoners in Hambaken Jongerenoverlast Vernieling Mishandeling Bedreiging Openlijk geweld Alcohol- en drugsoverlast Drugshandel Bron: BVH Tabel 5: Aandeel verdachten per delict in Hambaken in de periode % delicten met verdachte(n) in beeld % verdachten 0-24 jaar Bedreiging 40% 21% Openlijk geweld 83% 65% Mishandeling 19% 22% Vernieling 10% 67% Drugshandel 48% 26% Bron: BVH 14

15 De volgende resultaten gaan over de mening en ervaringen van inwoners over jeugd en veiligheid. Voorzieningen voor jongeren in de buurt De tevredenheid over goede speelplekken voor jongeren is toegenomen in s-hertogenbosch. Tussen 2010 en 2013 steeg het aantal mensen dat vindt dat er goede speelplekken voor jongeren zijn in de buurt van 23 procent naar 31 procent. In de Hambaken steeg dit aandeel in dezelfde periode van 18 procent naar 29 procent. Jongerenoverlast en jeugdcriminaliteit in de buurt In 2013 ervaarde 14 procent van de inwoners van s-hertogenbosch vaak overlast van groepen jongeren in de buurt. Dit is niet noemenswaardig veranderd sinds In de Hambaken daalde de ervaren jongerenoverlast tussen 2010 en 2013 van 37 procent naar 28 procent 11. Het aantal mensen dat aangeeft dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt is tussen 2010 en 2013 in s-hertogenbosch afgenomen van 8 procent naar 5 procent. Ook inwoners van de Hambaken ervaren minder jeugdcriminaliteit in de buurt. In 2013 gaf 14 procent aan dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt. In 2010 was dit nog 34 procent. Uit de Jeugdanalyse Oost-Brabant blijkt dat er in Hambaken drie jeugdgroepen zijn: één hinderlijke jeugdgroep, één overlastgevende jeugdgroep en één criminele jeugdgroep (mei 2014). Onveilig voelen in de buurt In s-hertogenbosch voelt drie procent van de inwoners zich vaak onveilig in de eigen buurt. In de Hambaken voelen relatief veel mensen zich vaak onveilig in de eigen buurt, namelijk elf procent. Dit is ongeveer hetzelfde als in Wel geven iets minder mensen aan zich vaak onveilig te voelen op plekken waar groepen jongeren rondhangen. Tussen 2011 en 2013 daalde dit in s-hertogenbosch van 14 procent naar 11 procent. Ook in de Hambaken lijkt er een lichte afname zichtbaar. Hier is tussen 2010 en 2013 sprake van een daling van 27 procent naar 20 procent 12. Afbeelding 9: Buurtproblemen en onveiligheidsgevoelens in Hambaken c) % vaak onveilig voelen op plekken waar a) % vaak jongerenoverlast in de buurt (n=155) b) % vaak jeugdcriminaliteit in de buurt (n=155) groepen jongeren rondhangen (n=152) 40% 40% 40% 30% 30% 30% 20% 20% 20% 10% 10% 10% 0% % % Hambaken Bron: Veiligheidsmonitor 's-hertogenbosch Hambaken 's-hertogenbosch Hambaken 's-hertogenbosch 11 Dit verschil is niet significant. 12 Dit verschil is niet significant. 15

16 2.4 Jeugd en veiligheid in West In alle wijken van s-hertogenbosch is het aantal vernielingen de afgelopen jaren afgenomen, gemiddeld met 42 procent. In West nam het aantal vernielingen met ruim een derde af. Bij slechts een klein deel van deze incidenten is een verdachte in beeld. Van deze verdachte is twee derde jonger dan 25 jaar. Het aantal geweldsincidenten is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd in s-hertogenbosch. Onder geweldsdelicten rekenen we bedreiging, openlijk geweld en mishandeling. In West is het aantal geweldsincidenten echter met ongeveer een vijfde toegenomen. Niet bij alle delicten zijn verdachten in beeld. Van de verdachten van openlijk geweld was ruim drie kwart jonger dan 25 jaar. Bij de bedreigingen (18%) en mishandelingen (27%) ligt het aantal jonge verdachten lager. Het aantal incidenten van drugshandel is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd in s-hertogenbosch. In West is het aantal incidenten van drugshandel iets toegenomen. In de afgelopen vijf jaar was bij 45 procent van de incidenten een verdachte in beeld. Ruim vier op de vijf verdachten was 25 jaar of ouder. Afbeelding 10: Aantal incidenten per delict-/overlastsoort per inwoners in West Jongerenoverlast Vernieling Mishandeling Bedreiging Openlijk geweld Alcohol- en drugsoverlast Bron: BVH Drugshandel Tabel 6: Aandeel verdachten per delict in West in de periode % delicten met verdachte(n) in beeld % verdachten 0-24 jaar Bedreiging 42% 18% Openlijk geweld 46% 78% Mishandeling 18% 27% Vernieling 9% 69% Drugshandel 45% 17% Bron: BVH 16

17 De volgende resultaten gaan over de mening en ervaringen van inwoners over jeugd en veiligheid. Deze gegevens zijn niet beschikbaar voor het gebied West, maar wel voor de wijk West. Het gebied West ligt gedeeltelijk in de wijk West (zie bijlage 1). Voorzieningen voor jongeren in de buurt De tevredenheid over goede speelplekken voor jongeren is toegenomen in s-hertogenbosch. Tussen 2010 en 2013 steeg het aantal mensen dat vindt dat er goede speelplekken voor jongeren zijn in de buurt van 23 procent naar 31 procent. In de wijk West steeg dit aandeel in dezelfde periode van 20 procent naar 28 procent. Jongerenoverlast en jeugdcriminaliteit in de buurt In 2013 ervaarde 14 procent van de inwoners van s-hertogenbosch vaak overlast van groepen jongeren in de buurt. In de wijk West geeft twintig procent van de inwoners dit aan. Er hebben zich de afgelopen jaren geen noemenswaardige ontwikkelingen voorgedaan. Het aantal mensen dat aangeeft dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt is tussen 2010 en 2013 in s-hertogenbosch afgenomen van acht procent naar vijf procent Ook inwoners van de wijk West ervaren minder jeugdcriminaliteit in de buurt. In 2013 gaf acht procent aan dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt. In 2010 was dit nog 13 procent. Wel geven inwoners van de buurt Schutskamp relatief vaak aan dat jeugdcriminaliteit vaak voorkomt in de buurt. In 2013 gaf 15 procent van de inwoners van deze buurt aan dat dit vaak voorkomt in hun buurt. Uit de Jeugdanalyse Oost-Brabant blijkt dat er in West drie jeugdgroepen zijn: twee hinderlijke jeugdgroepen en één criminele jeugdgroep (mei 2014). Onveilig voelen in de buurt In s-hertogenbosch voelt drie procent van de inwoners zich vaak onveilig in de eigen buurt. In de wijk West voelt vijf procent van de inwoners zich vaak onveilig in de eigen buurt. Dit is de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd. Wel geven iets minder mensen aan zich vaak onveilig te voelen op plekken waar groepen jongeren rondhangen. Tussen 2011 en 2013 daalde dit in s-hertogenbosch van 14 procent naar 11 procent. Ook inwoners van de wijk West voelen zich minder vaak onveilig op plekken waar groepen jongeren rondhangen. In 2013 gaf 13 procent aan zich daar vaak onveilig te voelen. In 2010 was dit nog 18 procent 13. Afbeelding 11: Buurtproblemen en onveiligheidsgevoelens in West c) % vaak onveilig voelen op plekken waar a) % vaak jongerenoverlast in de buurt (n=649) b) % vaak jeugdcriminaliteit in de buurt (n=643) groepen jongeren rondhangen (n=645) 40% 40% 40% 30% 30% 30% 20% 20% 20% 10% 10% 10% 0% % % West Bron: Veiligheidsmonitor 's-hertogenbosch West 's-hertogenbosch West 's-hertogenbosch 13 Dit verschil is niet significant. 17

18 18

19 3. Werkzaamheden straatcoaches De straatcoaches houden registraties bij van hun activiteiten op straat. Die kunnen betrekking hebben op het contact met jongeren tot het helpen oversteken van ouderen. PPS verzamelt die registraties ten behoeve van de urenverantwoording aan de gemeente. Aan de hand van deze registraties wordt in dit hoofdstuk een beeld geschetst van de aard en frequentie van de activiteiten van de straatcoaches. 3.1 Aantal registraties per gebied De straatcoaches houden registraties bij van hun activiteiten op straat. In de periode maart 2010 tot en met half april 2014 hebben de straatcoaches in totaal activiteiten geregistreerd. De meeste registraties hebben betrekking op het gebied de Hambaken. Afbeelding 12: Het aantal registraties van de activiteiten van de straatcoaches per gebied (maart 2010-april 2014) Oost Hambaken West Bron: Registraties PPS 3.2 Aantal registraties per jaar Tussen 2011 en 2012 nam het totaal aantal registraties sterk toe van naar Vooral het aantal registraties in de Hambaken is in 2012 sterk toegenomen. Na een piek in 2012 nam het totaal aantal registraties in 2013 af met 26 procent. De straatcoaches zijn door bezuinigingen in 2013 minder uren per week gaan werken. Het verschil in het aantal registraties tussen Hambaken enerzijds en Oost en West anderzijds is na 2012 weer kleiner geworden. Afbeelding 13: Het aantal registraties van de activiteiten van de straatcoaches per jaar (maart 2010-april 2014) Bron: Registraties PPS Oost Hambaken West 19

20 3.3 Werktijden De straatcoaches zijn werkzaam op alle dagen van de week. In het gebied de Hambaken is het aantal registraties het hoogst op vrijdag en zaterdag. In West registreren de straatcoaches op vrijdag de meeste activiteiten, en op donderdag de minste. In Oost blijft het aantal registraties doordeweeks redelijk stabiel, maar is het aantal registraties op zondag wat lager. Afbeelding 14: Het aantal registraties van de activiteiten van de straatcoaches per dag van de week (maart 2010-april 2014) Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag Bron: Registraties PPS De werkdag van de straatcoaches begint meestal om uur s middags, en eindigt doorgaans om s avonds. Indien nodig worden de straatcoaches op een vroeger of later tijdstip ingezet. In totaal registreren de straatcoaches de meeste activiteiten tussen uur en uur. Er is een kleine dip om uur. De drie gebieden verschillen in kleine mate van elkaar. Zo begint in Oost de piektijd pas om uur en in de Hambaken eindigt die pas om uur. Afbeelding 15: Het aantal registraties van de activiteiten van de straatcoaches per uur van de dag (maart 2010-april 2014) Oost Hambaken West Bron: Registraties PPS Oost Hambaken West 20

21 3.4 Contacten met personen en instanties Afbeelding 16: Het aandeel contacten van de straatcoaches met personen en instanties (maart 2010-april 2014) 75% 50% 25% 0% Jongeren 12-minners Ouders / Familie Wijkbewoner Ondernemer Instantie Jongeren en derden School Niet van toepassing Bron: Registraties PPS Jongeren De straatcoaches hebben het meeste contact met de jongeren op straat. Het gaat hierbij om contact met jongeren zonder een melding van een persoon of instantie. Het aandeel geregistreerde contacten tussen de straatcoaches en jongeren is ten opzichte van de beginperiode sterk afgenomen. Zes op de tien contacten met de jongeren heeft betrekking op (mogelijke) overlast. De straatcoaches signaleren op eigen initiatief overlast door jongeren. Het gaat dan veelal om rondhangen op straat; soms in combinatie met lawaai en/of rommel. Bij drie op de tien contacten is er geen sprake van overlast, maar voeren de straatcoaches met de jongeren een sociaal gesprek. Dit varieert van een algemeen praatje over de situatie in de wijk, tot een gesprek om de jongeren te motiveren voor school of werk. Ten slotte zijn er nog contacten (één op de tien) waarbij de straatcoaches jongeren op straat treffen, maar zij er geen gesprek mee voeren en geen overlast signaleren om uur in de Hambaken We hebben gesproken met zes jongeren van Marokkaanse afkomst uit de wijk. Leeftijden waren van 18 / 22 jaar. We hebben het gehad over school. Twee van de jongeren was bezig met een HBO opleiding. We hebben geprobeerd om de andere jongens ook te motiveren. Ook hebben we aangegeven dat we willen meehelpen. Voor de rest hebben we aangegeven dat ze niet te luidruchtig moeten zijn en niet te lang moeten hangen. Jongeren en derden Onder de categorie Jongeren en derden vallen alle registraties waarbij de straatcoaches door een derde, zoals een wijkbewoner of wijkagent, een melding krijgt over overlast door jongeren. Het aandeel geregistreerde contacten in deze categorie is de afgelopen jaren tevens afgenomen om in West In het X sprak een bejaarde Nederlandse man ons aan, hij is een bewoner van de eerste flat achter X. De man vertelde ons dat er tussen en uur een groep Nederlandse jongens hangen bij de garagedeuren in de hoek naast X. We vertelden de meneer dat we deze melding al eerder hebben gekregen en dat we elke avond 2 tot 3 keer komen kijken en niemand zien maar dat we er wel toezicht op blijven houden. Op kantoor moeten we bespreken of dit wel overlast is want ze staan daar niet laat in de avond. De tijden dat ze er staan is tussen 17.00uur en 19.00uur. 21

22 Wijkbewoners en ondernemers Daar staat tegenover dat de straatcoaches vanaf 2013 meer contacten hebben geregistreerd met de wijkbewoners en ondernemers. De straatcoaches leggen bijvoorbeeld een huisbezoek af naar aanleiding van een melding in het verleden. Ervaart de wijkbewoner op dit moment nog overlast? Het contact met de wijkbewoner of ondernemer kan ook betrekking hebben op een algemeen praatje over de situatie in de wijk om in de Hambaken Bij X hebben we met een bewoner gesproken. We hebben gevraagd of hij last had van jongeren in de avond. Hij vertelde dat hij weinig last had. De jongens moeten geen troep daar maken. We hebben ook verteld dat we de jongeren ook aanspreken en waarschuwen dat ze hun moeten gedragen en geen troep moeten maken om in Oost We zijn de X binnen gegaan voor een gesprekje met X. Ze gaven aan dat jongeren de laatste tijd voor overlast zorgen omdat ze auto s, huizen en de winkel bekogelen met eieren. X gaf ook aan dat de Marokkaanse jongeren die vroeger voor overlast zorgden veel rustiger zijn geworden sinds de straatcoaches op straat zijn. De incidenten zouden meestal rond 20:00 uur voorkomen. We hebben aangegeven dat wij in de buurt zouden zijn vandaag om de jongeren op heterdaad te betrappen. Instanties Het aandeel contacten met instanties (politie, jongerenwerk of Stadstoezicht) is de afgelopen jaren vrijwel stabiel gebleven. Van alle instanties hebben de straatcoaches het meeste contact met de wijkagent. Zij vragen de wijkagent bijvoorbeeld naar de bijzonderheden in de wijk, en wisselen indien nodig informatie uit om in West We zijn teruggebeld door wijkagent X. We vroegen of hij bijzonderheden voor ons had. Hij zei dat we de vaste rondes moeten meenemen. Hij gaf aan dat het op X weer wat drukker begint te worden en dat jongeren een grote mond hebben tegenover de bewoners. Hierbuiten vroeg hij of we signalen hadden gehoord over het incident X. We hebben aangegeven dat we geen signaal hebben gehad. Wel hebben we aangegeven dat we hem op de hoogte zullen stellen als we wat meer weten over het incident. Overig Met 12-minners, scholen en ouders en/of familie van de overlastgevende jongeren hebben de straatcoaches het minste contact. Het aandeel contacten met de ouders/familie en scholen is iets toegenomen ten opzichte van de beginperiode om in Oost We komen bekende Marokkaanse jongens tegen. Het zijn jongens van de oudere generatie. We hebben gesproken met de jongens over hoe het gaat in de wijk en hoe het gesteld is met hun broertjes. Die vallen namelijk binnen onze doelgroep en bezorgden eerst overlast. Een van de jongens vertelde dat het erg goed gaat met zijn broertje en dat hij nu terug op school zit om zijn MBO af te maken. Onder de categorie niet van toepassing vallen alle registraties waarbij de straatcoaches geen enkel contact hebben gehad met personen of instanties. Tijdens het surveilleren was het rustig in de wijk en troffen zij geen bijzonderheden aan. Deze categorie is tot en met 2013 opvallend toegenomen van tot en met in Oost In en rond de langs gefietste buurten was het bijzonder rustig. Dit komt mede dankzij het mooie weer en de vakantieperiode. Bovendien is het Ramadan waarvoor veel mensen overdag weinig activiteiten verrichten. 22

23 3.5 Activiteiten van de straatcoaches De straatcoaches registreren hun activiteiten op straat door deze te beschrijven in een kort verhaal. Vanaf november 2012 tot en met april 2014 wordt naast een tekstuele beschrijving extra informatie geregistreerd over verschillende onderwerpen (zie afbeelding 17). Hieruit blijkt dat de straatcoaches een relatief groot deel van hun tijd besteden aan het voeren van investeringsgesprekken met jongeren. Het aandeel meldingen dat door de straatcoaches is doorgezet naar een partner, of het aantal verwijzingen naar andere partners is relatief laag. Echter, niet alleen de straatcoaches zetten meldingen door, ook medewerkers van de gemeente (OOV) en politie zetten meldingen door naar aanleiding van de registraties. Ook is het niet in alle gevallen nodig een melding door te zetten naar een partner. Afbeelding 17: Het aandeel activiteiten van de straatcoaches (november 2012-april 2014) Investeringsgesprekken jongeren 43% Aangesproken op gedrag Meldingen gekregen van politie / diversen 14% 14% Jeugdoverlast tot 18 jaar Weggestuurd betreffende gedrag 10% 9% Jeugdoverlast boven 18 jaar 6% Meldingen doorgezet naar partner Verwijzingen andere partners 2% 1% 0% 10% 20% 30% 40% 50% Bron: Registraties PPS 23

24 24

25 4. Wijkbewoners over de straatcoaches Aan de wijkbewoners van de gebieden Oost, Hambaken en West zijn vragen gesteld over de straatcoaches. Inwoners (jongeren en volwassenen) van deze drie gebieden zijn gebeld en aan hen zijn enkele vragen voorgelegd over de straatcoaches. Aanvullend zijn op straat enquêtes afgenomen onder jongeren in de drie gebieden. De resultaten worden apart gepresenteerd voor de jongeren en de volwassenen. 4.1 Jongerenoverlast Aan de volwassen wijkbewoners van de gebieden Oost, Hambaken en West is gevraagd hoe vaak overlast van groepen jongeren voorkomt in hun buurt. 45 procent van de volwassenen ervaart vaak (12%) of soms (33%) overlast van groepen jongeren. Hierbij worden weinig verschillen gevonden voor de verschillende gebieden. Meer vrouwen (13%) dan mannen (9%) ervaren vaak overlast van groepen jongeren in de buurt. Ook ervaart men meer jongerenoverlast naarmate men ouder is, en ervaren autochtonen meer jongerenoverlast dan allochtonen. Afbeelding 18: Hoe vaak komt overlast van groepen jongeren voor in uw buurt? (n=318) 50% 40% 33% 33% 34% 33% 30% 20% 10% 13% 12% 11% 12% 0% Oost Hambaken West Totaal Vaak Soms Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches Aan de volwassenen die wel eens overlast ervaren van groepen jongeren in de buurt, is gevraagd welk soort overlast men ervaart. Bijna de helft van hen geeft aan dat ze lawaai/geluidsoverlast ervaren (45%). Ook rondhangen (37%) en rommel op straat (28%) worden veel genoemd. Andere overlast die wordt ervaren zijn brutaal gedrag (9%), voetballende/basketballende jeugd (ballen tegen garages, muren, auto s) (8%), baldadigheid (8%) en (poging tot) vernieling/vandalisme, zoals het bekrassen van auto s (8%). Aan de volwassenen die wel eens jongerenoverlast ervaren, is gevraagd of ze het afgelopen jaar wel eens melding hebben gemaakt van de jongerenoverlast. Bijna een kwart van hen heeft dit het afgelopen jaar gedaan (24%). Hiervan meldde ruim tachtig procent dit bij de politie. Een enkeling meldde de jongerenoverlast bij het buurtcentrum, wijkmanager/-coördinator, gemeente of Stadstoezicht. 25

26 Afbeelding 19: Kunt u aangeven welk soort overlast u van groepen jongeren ervaart? (n=142) Geluidsoverlast 45% Rondhangen 37% Rommel op straat 28% Brutaal gedrag Voetballende / basketballende jeugd Verkeers- en parkeeroverlast Baldadigheid Vernieling/vandalisme 9% 8% 8% 8% 8% Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches 4.2 Bekendheid straatcoaches Ongeveer tachtig procent van de volwassen wijkbewoners van de drie gebieden waar de straatcoaches werkzaam zijn, hebben wel eens gehoord van de straatcoaches. De straatcoaches zijn het bekendst in Oost (85%), gevolgd door Hambaken (80%) en West (79%). Mensen met thuiswonende kinderen (88%) hebben vaker gehoord van de straatcoaches dan mensen zonder thuiswonende kinderen (78%). Ook mensen die wel eens jongerenoverlast ervaren zijn redelijk bekend met de straatcoaches. Van alle respondenten die wel eens jongerenoverlast ervaren heeft 85 procent gehoord van de straatcoaches. Minder jongeren (12-21 jaar) dan volwassenen geven aan wel eens van de straatcoaches te hebben gehoord. Van de jongeren heeft ruim zestig procent wel eens gehoord van de straatcoaches. In de gebieden Hambaken en West is twee derde van de jongeren bekend met de straatcoaches. In Oost zijn de straatcoaches iets minder bekend onder de jeugd (56%). De bekendheid van de straatcoaches is de afgelopen jaren toegenomen. In 2011 was nog maar 53 procent van de respondenten (bewoners, jongeren en ondernemers) bekend met het fenomeen straatcoach. Afbeelding 20: Heeft u wel eens gehoord van de straatcoaches? (n=318/143) 0% 10% 20% 30% 40% 50% Oost 56% 85% Hambaken West 67% 66% 80% 79% Totaal 62% 81% 0% 25% 50% 75% 100% Volwassenen Jongeren Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches De resultaten van de volgende onderwerpen gaan over de groep mensen die wel eens van de straatcoaches hebben gehoord. 26

27 Van de volwassenen die wel eens hebben gehoord van de straatcoaches, heeft ongeveer zestig procent de straatcoaches wel eens gezien. Wel zijn er verschillen per gebied. Ongeveer drie kwart van de volwassenen uit Hambaken heeft de straatcoaches wel eens gezien, tegen een kleine zestig procent van de volwassenen uit Oost en West. Mensen met thuiswonende kinderen (73%) hebben vaker de straatcoaches wel eens gezien dan mensen zonder thuiswonende kinderen (56%). Van de jongeren die wel eens hebben gehoord van de straatcoaches, heeft 93 procent de straatcoaches wel eens gezien. In Oost hadden minder jongeren wel eens gehoord van de straatcoaches, maar van de jongeren die wel eens van de straatcoaches gehoord hebben, heeft bijna iedereen de straatcoaches wel eens gezien. Afbeelding 21: Heeft u de straatcoaches wel eens gezien? (n=258) Oost 56% Hambaken 74% West 57% Totaal 62% 0% 25% 50% 75% 100% Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches Aan de personen die de straatcoaches wel eens hebben gezien is gevraagd hoe vaak men de straatcoach over het algemeen ziet. Volwassenen uit Hambaken zien de straatcoaches het vaakst. In dit gebied ziet 31 procent de straatcoaches één of meer keer per week. In Oost (20%) en in West (18%) zien minder volwassenen de straatcoaches minimaal wekelijks aan het werk. Gemiddeld ziet de helft van de volwassenen de straatcoaches minimaal één keer per maand. Bijna drie kwart van de jongeren ziet de straatcoaches minimaal één keer per maand (73%). Een derde ziet de straatcoaches wekelijks (34%). Jongeren uit de Hambaken en West zien de straatcoaches vaker dan jongeren uit Oost. Afbeelding 22: Hoe vaak ziet u de straatcoaches over het algemeen? (n=159) Oost 6% 14% 16% 31% 31% Hambaken 24% 7% 33% 25% 11% West 4% 15% 27% 27% 25% Totaal 11% 12% 26% 28% 22% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% meerdere keren per week meerdere keren per maand, maar niet wekelijks (bijna) nooit Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches een keer per week minder dan 1 keer per maand weet niet/geen mening 27

28 4.3 Contact met de straatcoaches Volwassenen Van de volwassen wijkbewoners die de straatcoaches wel eens hebben gezien, geeft een kwart aan dat zijzelf (22%) of iemand anders uit het huishouden (3%) het afgelopen jaar contact hebben gehad met de straatcoaches. Inwoners van de gebieden West en Hambaken geven vaker aan contact te hebben gehad met een straatcoach dan inwoners van Oost. Het contact ging over overlast van (rondhangende) jongeren en andere zaken die in de buurt spelen (speeltuin, trottoir, zwerfvuil, algemene informatie over de buurt). Ook had een aantal bewoners belangstelling voor het werk en de taken van de straatcoach, of wilde men een (algemeen) praatje maken met de straatcoach. Ruim tachtig procent is tevreden over het contact met de straatcoach. Men is hier tevreden over omdat de overlast is afgenomen, het probleem is opgelost, het veiligheidsgevoel is toegenomen en omdat men tevreden is over de wijze waarop de straatcoach communiceert met jongeren en buurtgenoten. Ook geven enkelen aan dat de straatcoaches hun werk goed doen, ze het positief vinden dat de straatcoaches van allochtone afkomst zijn (dat spreekt meer aan) en de politie werk uit handen nemen. Vijf procent is ontevreden over het contact met de straatcoaches. Ze zijn hier ontevreden over omdat zij vinden dat de straatcoaches actief zijn op de verkeerde plekken/locaties. De overige mensen zijn neutraal of hebben geen mening. Afbeelding 23: Heeft u wel eens contact gehad met een straatcoach? a) Volwassen (n=159) b) Jongeren (n=82) Oost 8% Ja, alleen ik zelf 43% Hambaken 27% Alleen mijn vrienden 11% West 29% Ik en mijn vrienden 16% Totaal 22% Nee 30% 0% 25% 50% 75% 100% 0% 25% 50% 75% Ja, ikzelf Ja, iemand anders uit mijn huishouden Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches Bron: Jongerenonderzoek straatcoaches Jongeren Van de jongeren die de straatcoaches wel eens hebben gezien, geeft zeventig procent aan dat zijzelf en/of hun vrienden wel eens contact hebben gehad met de straatcoaches. Meer jongeren uit West geven aan contact te hebben gehad met een straatcoach dan jongeren uit Hambaken en Oost. Afbeelding 24: Op welke manier heb je of hebben je vrienden contact gehad met de straatcoach? (n=57) (Meerdere antwoorden mogelijk) Aangesproken voor een praatje 70% Aangesproken op (overlastgevend) gedrag 25% In contact gebracht met instanties In contact gebracht met omwonenden In contact gebracht met winkeliers Anders 4% 4% 0% 4% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Bron: Jongerenonderzoek straatcoaches 28

29 Afbeelding 25: Waarop heeft de straatcoach jou/je vrienden aangesproken? (n=57) (Meerdere antwoorden mogelijk) Ergens anders gaan staan/hangen 33% Niet te luidruchtig zijn Opruimen van gemaakte rotzooi Wijzen op activiteiten voor de jeugd 16% 19% 19% Motiveren voor school/studie(prestaties) Wijzen op gevolgen drank/drugsgebruik Anders Weet niet 2% 0% 9% 12% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Bron: Jongerenonderzoek straatcoaches Aan de jongeren die zelf en/of hun vrienden contact hebben gehad met de straatcoaches is gevraagd op welke manier en waarover ze contact hebben gehad met de straatcoach. Zeventig procent is door de straatcoach aangesproken voor een praatje en een kwart is aangesproken op zijn/haar (overlastgevende) gedrag. Een enkeling is in contact gebracht met omwonenden of met instanties (bv. jongerenwerk, verslavingszorg). Een derde van de jongeren werd door de straatcoaches gevraagd ergens anders te gaan staan/hangen. Bijna één op de vijf jongeren werd gevraagd om gemaakte rotzooi op te ruimen (19%), om niet te luidruchtig te zijn (19%) of werd gewezen op activiteiten in de buurt die worden georganiseerd voor de jeugd (16%). Een enkeling maakte gewoon een praatje met de straatcoaches of werd door de straatcoaches gemotiveerd voor school/studie. Ook vroeg een jongere de hulp van de straatcoaches in verband met het helpen van een gepeste vriend. Aan de jongeren is gevraagd wat ze er van vinden dat de straatcoaches jongeren aanspreken op hun gedrag. Twee derde vindt dit terecht. Echter 28 procent snapt het probleem niet en volgens twee procent gaat het de straatcoaches niks aan. Ruim de helft van de jongeren geeft aan altijd te doen wat de straatcoach hen vraagt of aan te nemen wat de straatcoach zegt. Iets minder dan de helft doet dit soms. Een enkeling geeft aan (bijna) nooit te doen wat de straatcoach zegt. Aan de jongeren die niet altijd doen wat de straatcoach hen vraagt, is gevraagd wat hiervoor de reden is. Ongeveer veertig procent snapt het probleem niet en eveneens veertig procent is het niet met de straatcoach eens. Een enkeling geeft aan hier niet naar te luisteren, doordat ze met hun vrienden mee doen, of dat ze de straatcoach niet goed genoeg kennen om iets van hem aan te nemen. Afbeelding 26: Wat vind je er van dat de straatcoach je aanspreekt op je gedrag? (n=57) Afbeelding 27: Doe je wat de straatcoach je vraagt of neem je aan wat de straatcoach zegt? (n=57) Dat vind ik terecht 65% Ja, altijd 53% Ik snap het probleem niet 28% Soms 46% Het gaat hem niks aan 2% Weet niet 5% Nee, (bijna) nooit 2% 0% 25% 50% 75% 100% 0% 25% 50% 75% 100% Bron: Jongerenonderzoek straatcoaches Bron: Jongerenonderzoek straatcoaches 29

30 Vrijwel alle jongeren geven aan dat de straatcoaches geen contact hebben gezocht met hun ouders. Slechts vijf procent van de jongeren geeft aan dat de straatcoaches dit wel hebben gedaan. Dit betrof jongeren van jaar oud. Over het algemeen is drie kwart van de jongeren tevreden tot zeer tevreden over het contact met de straatcoaches. Ze zijn hierover tevreden omdat de straatcoach hen aansprak op hun gedrag, de straatcoach hen verwees naar activiteiten in het buurthuis, de straatcoach goed/ook maar hun werk doen, de straatcoaches helpen, correct handelen en niet streng zijn. Een op de vijf jongeren is niet tevreden, maar ook niet ontevreden over het contact. Zij vinden dat ze niets verkeerd deden, hebben het gevoel dat er te veel op hen wordt gelet of dat het de straatcoach niets aan gaat. Niemand gaf aan ontevreden te zijn over het contact met de straatcoaches. Zeven procent weet het niet of heeft hierover geen mening. In Oost zijn iets meer jongeren tevreden over het contact met de straatcoaches dan in Hambaken en West. Afbeelding 28: Hoe tevreden ben je over het contact met de straatcoaches? (n=57) Jongeren 11% 63% 19% 7% 0% 20% 40% 60% 80% 100% zeer tevreden tevreden niet tevreden, niet ontevreden ontevreden zeer ontevreden weet niet/geen mening Bron: Jongerenonderzoek straatcoaches 4.4 Effecten van de inzet Aan de wijkbewoners is gevraagd of de straatcoaches bijdragen aan het afnemen van de jongerenoverlast in de buurt. Volgens 53 procent van de volwassenen en 67 procent van de jongeren is door de straatcoaches de overlast van groepen jongeren in de buurt afgenomen. Echter twaalf procent van de volwassenen en zes procent van de jongeren is het hier niet mee eens. Afbeelding 29: Door de straatcoaches is de overlast van groepen jongeren in de buurt afgenomen (n=159/82) Volwassenen 13% 40% 18% 11% 17% Jongeren 15% 52% 20% 6% 7% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% helemaal mee eens mee eens niet eens, niet oneens mee oneens helemaal mee oneens weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches Afbeelding 30: De straatcoaches hebben een positief effect op de veiligheid in de buurt (n=159/82) Volwassenen 20% 52% 9% 6% 11% Jongeren 17% 50% 28% 4% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% helemaal mee eens mee eens niet eens, niet oneens mee oneens helemaal mee oneens weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches 30

31 Bijna drie kwart van de volwassenen en twee derde van de jongeren vindt dat de straatcoaches een positief effect hebben op de veiligheid in de buurt. Daarentegen vindt acht procent van de volwassenen en één procent van de jongeren dat de straatcoaches hier geen positief effect op hebben. Mensen zijn nu positiever over de effecten van de straatcoaches dan in Toen gaf ongeveer de helft van de respondenten (bewoners, jongeren en ondernemers) aan dat de overlast in de wijk door de straatcoaches is afgenomen en dat de leefbaarheid en veiligheid in de wijk door de inzet van de straatcoaches is toegenomen. 4.5 Straatcoaches versus politie Zestig procent van de volwassenen en 67 procent van de jongeren vindt dat de straatcoaches de politie werk uit handen nemen. Verder vindt twee derde van de volwassenen en bijna tachtig procent van de jongeren de straatcoaches toegankelijker dan de politie. Ongeveer één op de tien volwassenen is het echter oneens met de stellingen dat de straatcoaches de politie werk uit handen nemen (14%) en dat ze toegankelijker zijn dan de politie (11%). Van de jongeren is een enkeling het niet met de stellingen eens. Het aantal personen dat vindt dat de straatcoaches de politie werk uit handen neemt en dat de straatcoaches toegankelijker zijn dan de politie is ten opzichte van 2011 toegenomen. In 2011 vond ongeveer de helft van de respondenten (bewoners, jongeren en ondernemers) dat de straatcoaches de politie werk uit handen nam. Ongeveer zestig procent vond de straatcoaches toegankelijker dan de politie. De overige respondenten vonden dit niet. Afbeelding 31: De straatcoaches nemen de politie werk uit handen (n=159/82) Volwassenen 17% 43% 15% 11% 11% Jongeren 18% 49% 23% 7% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% helemaal mee eens mee eens niet eens, niet oneens mee oneens helemaal mee oneens weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches Afbeelding 32: De straatcoaches zijn toegankelijker dan de politie (n=159/82) Volwassenen 22% 45% 11% 9% 12% Jongeren 23% 56% 20% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% helemaal mee eens mee eens niet eens, niet oneens mee oneens helemaal mee oneens weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches 31

32 4.6 Eigen doelgroep De inzet van de straatcoaches kent twee belangrijke uitgangspunten: de straatcoaches moeten uit een van de drie gebieden waar zij worden ingezet afkomstig zijn en zij moeten hebben behoord tot de doelgroep (jongeren die overlast veroorzaakten). Ruim drie kwart van de volwassenen (77%) en jongeren (79%) vindt het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen wijk komen. Bijna drie kwart van de volwassenen (74%) en jongeren (71%) vindt het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen doelgroep komen. Overigens vindt niet iedereen dit een voordeel. Zes procent van de volwassenen en twee procent van de jongeren vindt het geen voordeel dat de straatcoaches uit de eigen wijk komen. Ook vindt negen procent van de volwassenen het geen voordeel dat de straatcoaches uit de eigen doelgroep komen. In 2011 vond ruim tachtig procent van de respondenten (bewoners, jongeren en ondernemers) het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen wijk en doelgroep komen 14. Echter, bijna twintig procent vond dit geen voordeel. Afbeelding 33: Het is een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen wijk komen (n=159/82) Volwassenen 31% 45% 13% 6% 4% Jongeren 23% 56% 17% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% helemaal mee eens mee eens niet eens, niet oneens mee oneens helemaal mee oneens weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches Afbeelding 34: Het is een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen doelgroep komen (n=159/82) Volwassenen 35% 40% 13% 6% 4% Jongeren 24% 46% 26% 4% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% helemaal mee eens mee eens niet eens, niet oneens mee oneens helemaal mee oneens weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches 14 In 2011 konden stellingen alleen beantwoord worden met eens of oneens. Men kon niet neutraal antwoorden of met weet niet/geen mening. Dit was in 2014 wel mogelijk. 32

33 4.7 Algemeen oordeel straatcoaches Over het algemeen zijn de meeste wijkbewoners positief tot zeer positief over de straatcoaches. Gemiddeld 86 procent van de volwassenen staat in het algemeen (zeer) positief tegenover de straatcoaches. Volwassenen uit West zijn iets positiever dan volwassenen uit Hambaken. Gemiddeld staat vier procent van de volwassenen negatief tegenover de straatcoaches. De overige mensen staan neutraal tegenover de straatcoaches, weten het niet of hebben geen mening. Van de jongeren staat ruim drie kwart positief tot zeer positief tegenover de straatcoaches. Geen van de jongeren staat negatief tegenover de straatcoaches. Minder dan een kwart van de jongeren staat neutraal tegenover de straatcoaches, weten het niet of hebben geen mening. Afbeelding 35: Hoe staat u in het algemeen tegenover de straatcoaches? (n=159/82) Oost 16% 69% 8% 2% Volwassenen Hambaken West 25% 31% 53% 64% 11% 7% 4% Totaal 25% 62% 9% 3% Jongeren 9% 68% 20% 4% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% zeer positief positief neutraal negatief zeer negatief weet niet/geen mening Bron: Bewonersonderzoek straatcoaches, Jongerenonderzoek straatcoaches 33

34 34

35 5. Professionals over de straatcoaches Niet alleen bewoners en jongeren hebben ervaringen met de straatcoaches, maar ook de professionals in de wijk. Aan de wijkprofessionals is een vragenlijst voorgelegd over de straatcoaches. Op één uitzondering na hebben alle wijkprofessionals die de vragenlijst hebben ingevuld wel eens gehoord van de straatcoaches 15. Met enkele wijkprofessionals (o.a. wijkmanagers, wijkagenten en jongerenwerkers) zijn interviews gehouden die onder andere ingaan op de samenwerking tussen instanties en de straatcoaches, de werkwijze van de straatcoaches en (mogelijke) effecten van de inzet van straatcoaches. Ook hebben interviews plaatsgevonden met de straatcoaches zelf en leidinggevenden van PPS. De input van de professionals komt in dit hoofdstuk aan bod. 5.1 Inzet van de straatcoaches Aan de wijkprofessionals is gevraagd wat volgens hen het doel is van de inzet van de straatcoaches. Het meest genoemd werd het verminderen van de (jongeren)overlast in de wijk, het aanspreken/bijsturen van (overlastgevend) gedrag van de jeugd, het (vroeg)signaleren van (jeugd)problematiek en het zichtbaar aanwezig zijn in de wijk (toezicht houden). Ook vinden de professionals de straatcoaches een goede aanvulling op de werkzaamheden van de politie en/of jongerenwerk. Verder noemden enkele professionals dat de straatcoaches contact moeten maken en onderhouden met de jeugd in de wijk, indien nodig jeugd moeten toeleiden/verwijzen naar hulpverlening en informatie moeten vastleggen/delen met professionals over de (jeugd)problematiek in de wijk. Enkele nevendoelen die werden genoemd zijn het vergroten van de veiligheidsgevoelens in de wijk en de binding tussen wijkbewoners bevorderen. Voor enkele wijkprofessionals is het precieze doel van de inzet van de straatcoaches onduidelijk. Daarnaast is aan de wijkprofessionals gevraagd wat de straatcoaches volgens hen doen. De meeste professionals noemden dat de straatcoaches jeugd en andere mensen in de wijk direct aanspreken op hun (overlastgevende) gedrag en waar nodig bijsturen of corrigeren (bv. wegsturen). Verder noemden veel wijkprofessionals het dagelijks aanwezig zijn in de wijk om toezicht te houden/surveilleren, het contact maken en onderhouden met de jeugd in de wijk en het vertrouwen winnen van de jeugd. Verder werd door enkele wijkprofessionals genoemd dat de straatcoaches problemen vroegtijdig signaleren, problemen bij andere partijen melden, de binding tussen wijkbewoners bevorderen en jeugd met andere partijen verbinden. Wel heeft één wijkprofessional vraagtekens bij het doorpakken van incidenten; in hoeverre worden de ouders van de jongeren consequent betrokken bij het oplossen van het probleem? Enkele wijkprofessionals geven aan dat de werkzaamheden van de straatcoaches voor hen onduidelijk zijn, omdat ze er zelf niet tot nauwelijks mee samenwerken. Afbeelding 36: Wat is het doel van de inzet van straatcoaches? Bron: Enquête wijkprofessionals procent van de professionals heeft de vragenlijst volledig ingevuld. Mogelijk heeft een deel van de aangeschreven professionals de vragenlijst niet ingevuld omdat ze niet gehoord hebben van de straatcoaches of niet (precies) weten wat de straatcoaches doen. 35

36 5.2 Aansturing PPS De leidinggevenden van PPS geven aan dat zij in overleg met gemeente en politie een vaste lijst met hotspots hebben vastgesteld. Elke maand wordt de lijst met hotspots doorgenomen en geactualiseerd met politie, gemeente en handhaving/toezicht. De straatcoaches gaan verplicht alle hotspots af en melden of er wel of geen bijzonderheden zijn. Na de dienst of de dag erna schrijven de straatcoaches een dagrapportage. PPS stuurt deze periodiek naar de gemeente. De gemeente zet vervolgens signalen uit naar bijvoorbeeld de wijkmanager of politie. Volgens de leidinggevenden van PPS worden door de rapportages en het maandelijks overleg zaken goed opgepakt en uitgezet. PPS kiest er bewust voor om de straatcoaches niet aan te laten sluiten bij overleggen, zodat ze volop inzetbaar zijn op straat. 5.3 Wijkgericht werken De straatcoaches zijn sinds het begin van het straatcoachproject actief in de gebieden Oost, Hambaken en West. De leidinggevenden van PPS geven aan dat het werkgebied groter is geworden. We komen niet alleen in de drie geijkte wijken, maar ook in de Gestelse buurt, Maaspoort en Muntel/Vliert. We worden steeds belangrijker. Maar we hebben maar een beperkt aantal uren. Er wordt soms te snel gedacht: dat kan de straatcoach wel doen. Het budget is de afgelopen anderhalf jaar gehalveerd. We hebben hierdoor minder straatcoaches in dienst, maar ons werkgebied is vergroot. De straatcoaches hebben in principe eigen wijken, maar volgens hen ligt het draagvlak in alle wijken. Tegenwoordig pakken ze elke dienst twee of drie wijken. Er wordt extra geïnvesteerd in de wijken waar op dat moment iets aan de hand is. Doordat de straatcoaches er nu extra wijken bij hebben gekregen en ze meerdere wijken in één dienst lopen, zijn de straatcoaches wel minder zichtbaar in de wijk. Aan de straatcoaches is gevraagd of ze het idee hebben dat ze nog wel iedereen kennen als ze per werkdag in meerdere wijken moeten werken. Ja, natuurlijk. Die band hebben we in de loop van de jaren opgebouwd. Het contact is niet afstandelijk, maar respectvol, daarvoor kende je ze al. Het is een win-win situatie eigenlijk. Die jongens ken je al heel je leven, als iemand die uit je eigen buurt komt zegt: dit mag niet, dan werkt dat beter. Wel zijn de straatcoaches bang dat hun zichtbaarheid minder wordt nu zij met minder uren in meer wijken worden ingezet. Uit de vragenlijst blijkt dat ruim de helft van de wijkprofessionals vindt dat de straatcoaches zichtbaar aanwezig zijn in de wijk. Ongeveer veertig procent vindt dat de straatcoaches probleemoplossend werken. Circa twintig procent is het niet eens met beide stellingen. De overige wijkprofessionals antwoorden neutraal, weet het niet of heeft geen mening. De wijkprofessionals geven aan dat ze de straatcoaches steeds minder zien in de wijken. Dit komt volgens hen doordat het aantal uren waarop de straatcoaches werken is teruggebracht, en het aantal wijken waar de straatcoach wordt ingezet is uitgebreid. In het begin van het straatcoachproject zag je de straatcoaches dagelijks in de wijk. Nu heb ik geen zicht meer hoe vaak zij per week in de wijk aanwezig zijn. Hierdoor zien de wijkprofessionals de straatcoaches ook steeds minder bij de hangplekken. Dit is jammer want de straatcoaches moeten investeren in de band met de jongeren. De wijkprofessionals geven aan doordat de straatcoaches nu meer in elkaars gebieden werken er ook minder betrokkenheid is. Men heeft meer affiniteit met de wijk waar men zelf uit afkomstig is. Volgens de wijkprofessionals van West en Oost krijgt de Hambaken het meeste aandacht van de straatcoaches. Hierdoor komen de straatcoaches volgens hen te weinig in hun gebieden. Met name wijkprofessionals uit Boschveld geven aan dat ze de straatcoaches erg weinig te zien. Niet alleen zien de wijkprofessionals de straatcoaches minder, ook het contact met de straatcoaches wordt nu anders beoordeeld. Het contact was in het begin veel intenser. De professionals stellen een vast gezicht/contactpersoon voor een wijk erg op prijs. 36

37 5.4 Werkzaamheden straatcoaches Volgens de leidinggevenden van PPS hebben ze een duidelijke slag gemaakt van acceptatie naar volledig functioneel werkzaam zijn. Doordat we nu een aantal jaren actief zijn hebben de straatcoaches een preventief effect op de jongeren. De jongeren leerden een paar jaar geleden de straatcoach kennen, en de straatcoach is nu in het straatbeeld geaccepteerd. Hierdoor kunnen we jongeren gemakkelijker bereiken. De straatcoaches geven aan dat de jongeren naar hun luisteren. Naar een politieagent luisteren jongeren slechts met een half oor. De jongeren luisteren beter naar ons als we vertellen dat iemand last van hun heeft. Ze begrijpen dat we dit voor hun bestwil doen. Als het nodig is gaan de straatcoaches bij de ouders van de jongeren langs. PPS: Een belangrijk aspect wat lastig is voor andere instanties is het aanspreken van ouders achter de voordeur. De straatcoaches komen uit de wijk zelf en hebben een breed sociaal netwerk. Het is voor hen gemakkelijker om mensen aan te spreken. Ook komen straatcoaches uit de doelgroep, waardoor zij zich gemakkelijker kunnen verplaatsen en inleven in de problematiek. Volgens de helft van de wijkprofessionals durven de straatcoaches jongeren aan te spreken op hun gedrag en volgens veertig procent hebben de straatcoaches een goed contact met de jongeren. Een enkeling is het hier niet mee eens en de rest antwoord neutraal of heeft geen mening. In de interviews geven de meeste wijkprofessionals aan dat (de meeste) jongeren wel naar de straatcoaches luisteren. Een wijkprofessional geeft aan dat de straatcoaches de jongeren in het gareel houden, onder andere doordat ze contact onderhouden met de ouders. Ook geeft een wijkagent aan dat jongeren op straatcoaches anders reageren dan op politie. Als de politie ergens arriveert, rennen de meeste jongeren weg. Als de straatcoaches ergens komen is dit niet het geval. Echter, als je straatcoaches meer bevoegdheden gaat geven of strenger laat optreden loop je het risico dat jongeren ook weer gaan wegrennen voor de straatcoaches. Er moet hiervoor een juiste middenweg worden gekozen. Voor een andere wijkagent zijn de straatcoaches belangrijke oren en ogen in de wijk. Wel blijft volgens de wijkprofessionals de jongerenoverlast op bepaalde hotspots terugkomen. De straatcoaches spreken de jongeren aan en sturen ze weg, maar deze of andere jongeren komen vaak weer naar deze plekken terug. De straatcoaches geven aan dat ze niet alleen de jongerenoverlast aanpakken. We helpen bijvoorbeeld ook als jongeren geen werk hebben. Dan sturen we ze naar bepaalde instanties. We proberen de jongeren verder te helpen, te motiveren, dat ze op school moeten blijven, een stageplek moeten zoeken, of iets binnen hun eigen netwerk. We slaan een brug tussen de jongeren en instanties. Ze weten vaak niet welke instanties er zijn voor hun probleem, laat staan hoe ze er moeten komen. Hier helpen we hen mee. Ook algemene klachten komen bij ons terecht. We zijn een soort aanspreekpunt in de wijk. Als we van een bewoner horen dat er afval niet is opgehaald, dan gaan wij er achter aan. Deze zaken schrijven we op en geven we door aan de gemeente. 5.5 Aanpak jongerenoverlast Volgens ongeveer de helft van de wijkprofessionals voegt de straatcoach iets toe aan het oplossen van het probleem van de jongerenoverlast in relatie tot hun eigen werkveld. Zij geven aan dat de straatcoaches contact leggen met (moeilijk bereikbare) jeugd en het vertrouwen winnen van de jeugd. Ook wordt er minder jongerenoverlast ervaren en heeft men meer inzicht in wat er speelt in de wijk op het gebied van jongerenoverlast. Enkele wijkprofessionals geven aan dat de inzet van de straatcoaches een goede aanvulling is op de politie en jongerenwerk; het handhavingsgat wordt volgens hen opgevuld en de straatcoaches werken op andere tijden dan de jongerenwerkers. Ongeveer tien procent van de wijkprofessionals geeft aan dat de straatcoaches niets toevoegen aan het oplossen van de jongerenoverlast in relatie tot hun eigen werkveld. Zij vinden dit omdat er geen afstemming is met andere professionals en er onvoldoende diepgang is om een verschil te kunnen maken. Ook geeft een enkeling aan dat de straatcoaches niet serieus worden genomen door de jeugd, en overlastsituaties niet worden opgelost, hooguit verplaatst. 37

38 Ongeveer veertig procent van de wijkprofessionals heeft geen mening of weet het niet. Dit komt met name doordat ze niet goed bekend zijn met het straatcoachproject of de samenwerking/afstemming/ gezamenlijke aanpak wordt gemist. In de interviews geven sommige wijkprofessionals aan dat de straatcoaches alleen de hotspots van jongerenoverlast afgaan. Andere wijkprofessionals zijn het hier niet mee eens. Als je een vraag neerlegt bij de straatcoaches dan komen ze en lossen ze het op. Ze zijn een paar extra handen in de wijk wanneer andere professionals niet aan het werk zijn. De wijkprofessionals geven aan dat je met alleen het aanspreken/wegsturen van jongeren problemen niet oplost. Het probleem waarom de jongeren op straat rondhangen moet worden aangepakt. Is er bijvoorbeeld sprake van armoede of huiselijk geweld? Als straatcoaches deze signalen doorgeven aan de wijkteams, dan kunnen deze signalen worden opgepakt en ook het achterliggende probleem van de jongerenoverlast worden verholpen. Dan kunnen er vervolgstappen worden gezet. Geen enkele professional kan het hele probleem in zijn eentje verhelpen, maar samen kun je dit wel integraal aanpakken. 5.6 Eigen doelgroep PPS heeft gezocht naar straatcoaches die zelf komen uit de gemeente s-hertogenbosch en die veel mensen kennen in de gebieden waar de straatcoaches worden ingezet. Zij hebben veel informatie over de wijk, haar bewoners en problematiek en kunnen mensen gemakkelijk(er) bereiken. We zijn (deels) gaan werven in de doelgroep, jongeren die overlast veroorzaakten. Niet alle straatcoaches behoorden tot de doelgroep. Componenten van een straatcoach zijn bijvoorbeeld maatschappelijk aanzien, maatschappelijke positie, sport of geloofsbeleving. We hebben zelf een opleidingstraject voor de straatcoaches ontwikkeld. We hebben de lat behoorlijk hoog gelegd voor de geworven straatcoaches. Een gedeelte van hen heeft het hele traject doorlopen en een certificaat behaald. De straatcoaches vinden het een voordeel dat ze uit dezelfde wijken en uit de doelgroep afkomstig zijn. Je kent elkaar. Daarom ga je respectvol met elkaar om. Die jongens zien een bekend gezicht, iemand die ze al jarenlang kennen. We hebben dezelfde cultuur en kennen de jongens van kleins af aan. Je luistert eerder naar mensen die ouder zijn en die je kennen, dan valt het kwartje pas. De straatcoaches geven aan dat er uitzonderingen bij zitten, waar meer in geïnvesteerd moet worden. De straatcoaches vinden het een groot voordeel dat ze al veel connecties hebben in de wijken. Tegen een buitenstaander zouden ze zeggen: wie ben jij dan die wat tegen ons zegt. Ruim veertig procent van de wijkprofessionals vindt het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen wijk afkomstig zijn. Ongeveer de helft vindt het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen doelgroep komen. Ongeveer tien procent is het hier mee oneens. De overige wijkprofessionals antwoorden neutraal, weet het niet of heeft geen mening. Het is volgens de wijkprofessionals een voordeel dat de meeste straatcoaches van allochtone afkomst zijn. Je kent elkaar en er is sprake van wederzijds respect. De straatcoach kent de cultuur, de ouders en heeft een groot netwerk. Echter, dit brengt volgens de wijkprofessionals ook nadelen met zich mee. Omdat je de jongeren en hun families kent kan het ook moeilijk zijn om bepaalde informatie met bijvoorbeeld de politie te delen. De meeste straatcoaches behoren tot de Marokkaanse gemeenschap en dat blijft. De gemeenschap heeft verwachtingen van hen. Hierdoor blijft het voor hen moeilijk om namen te delen met andere professionals, omdat dit gevolgen heeft voor hun privéleven. De straatcoaches geven aan dat ze professioneel genoeg zijn om met dergelijke situaties om te gaan. Dat de straatcoaches niet meer allemaal uit de eigen wijk afkomstig zijn wordt door de wijkprofessionals minder belangrijk gevonden. Belangrijker is dat de straatcoaches aansluiten op de straatcultuur, dat ze een bepaalde status hebben, bijvoorbeeld vanuit een vechtsportverleden. Ook doordat de straatcoaches een straatverleden hebben, kunnen ze uitdragen dat het ook anders kan, omdat ze daar zelf het voorbeeld van zijn. Wel zijn alle straatcoaches bekend met s-hertogenbosch, en dit wordt wel belangrijk gevonden door de professionals. 38

39 5.7 Imago straatcoaches Circa twintig procent van de professionals geeft aan dat ze positieve geluiden horen van bewoners over de straatcoaches. Eveneens twintig procent van de professionals geeft aan dat ze het oneens zijn met de stelling dat ze positieve geluiden horen over de straatcoaches van bewoners. Ongeveer tien procent is het oneens met de stelling dat ze positieve geluiden horen over de straatcoaches van jongeren. De overige professionals antwoorden neutraal, weet het niet of heeft geen mening. De straatcoaches geven aan dat hun imago onder de jeugd goed is. We hebben een voorbeeldfunctie. Het is zeldzaam dat jongeren ons respectloos behandelen. Wij behandelen hen ook op een normale manier. Maar volgens sommige wijkprofessionals mogen de straatcoaches iets meer doen aan hun imago. Soms heb ik het gevoel dat ze meer vrienden zijn, dan echt de jongeren corrigeren. Dit is ook een beeld dat volgens enkele wijkprofessionals bij burgers heerst. Straatcoaches spreken met jongeren en sturen ze niet altijd meteen weg. Dit kan onbegrip oproepen bij bewoners. Echter niet alle wijkprofessionals zijn het hier mee eens. De straatcoaches kunnen een praatje maken met de jeugd, maar als het nodig is pakken ze de jeugd ook aan. Op bewoners kan het mogelijk anders overkomen, maar dit geldt ook voor het werk van de politie. Soms doen de jongeren niets verkeerd en hoeven ze ook niet weg, maar de tolerantiegrens van bewoners ligt soms anders. Een professional heeft twijfels of alle straatcoaches wel zwaar genoeg zijn voor hun functie. Jongeren moeten wel iets van hun aannemen. Voor sommige straatcoaches hebben jongeren respect, voor andere niet. PPS zou hierop meer mogen investeren in de straatcoaches. 5.8 Persoonlijke groei Volgens PPS zijn de (voormalig) straatcoaches in de loop der tijd gegroeid. Vooraf werd je verdrietig bij het lezen van hun cv. Er is in hun leven structuur aangebracht. Ze hebben het gevoel dat er in hen wordt geïnvesteerd. Ze krijgen verantwoordelijkheid en nemen initiatief. Ze stappen gemakkelijker over drempels heen. Ze hebben allemaal diploma s op beveiligingsgebied gehaald. Sommige zijn doorgegroeid en weggegaan. Enkele voormalig straatcoaches zijn verder gestroomd naar nieuwe banen. Zo werkt er een voormalig straatcoach nu als jongerenopbouwwerker, zijn er twee een eigen bedrijf begonnen en hebben twee anderen een leidinggevende functie bij een bedrijf. PPS geeft aan dat de meeste (voormalig) straatcoaches veel hebben geleerd en opgepakt. Ook de huidige straatcoaches geven aan dat ze persoonlijk groeien door het werk. Het maakt je een beter mens, je wordt rustiger, je leert meer geduld te hebben en je ontwikkelt verantwoordelijkheidsgevoel." Een wijkprofessional geeft aan dat de straatcoaches mensen zijn met een verleden. Zij hebben door het straatcoachproject de kans gekregen om door te groeien. Een kans die ze anders waarschijnlijk niet hadden gekregen. 5.9 Effecten van de inzet Dertig procent van de wijkprofessionals geeft aan dat door de straatcoaches de overlast van groepen jongeren in de buurt is afgenomen. Tien procent is het hier echter niet mee eens. De helft van de wijkprofessionals geeft aan dat de straatcoaches een positief effect hebben op de veiligheid in de buurt. Een kleine vijf procent is het hier niet mee eens. De overige professionals antwoorden neutraal, weet het niet of heeft geen mening. 39

40 Aan de wijkprofessionals is gevraagd welke effecten zij zien van de inzet van de straatcoaches. De helft van de professionals ziet positieve effecten. Zij geven aan dat de overlast in de wijk is verminderd, mensen ander gedrag vertonen en er een beter beeld is van wat er gebeurt in de wijk (omdat de straatcoaches de wijken en jongeren kennen). Ook wordt aangegeven dat de leefbaarheid en veiligheid(sgevoelens) in de buurt verbeterd zijn en jongeren respect hebben voor de straatcoaches en naar hen luisteren. Andere effecten die zijn genoemd zijn dat bewoners de gemeentelijke inzet zien (meer vertrouwen in het optreden van de overheid), signalen (vroegtijdig) worden opgepakt en verzoeken van professionals worden uitgevoerd. Deze effecten worden bereikt doordat de straatcoaches dagelijks zichtbaar aanwezig (en bereikbaar) zijn in de wijk. Ook wordt dit volgens enkele professionals bereikt doordat de straatcoaches samenwerken met partners (korte lijntjes / informatie uitwisselen / vertrouwen), de taal van de jeugd spreken en de jeugd aanspreken op (overlastgevend) gedrag. De andere helft van de wijkprofessionals ziet weinig tot geen effect van de inzet van de straatcoaches, vindt het lastig te zeggen of weet niet wat het effect van de inzet van straatcoaches is. In de interviews geven enkele wijkprofessionals aan dat zij bang zijn dat het effect van de straatcoaches afneemt. De straatcoaches moeten een steeds groter gebied voor hun rekening nemen. Volgens enkele wijkprofessionals is het dan ook belangrijk om keuzes te maken; waar zet je de straatcoaches wel of niet in? 5.10 Contact met de straatcoaches Ruim de helft van de wijkprofessionals heeft zelf wel eens contact met de straatcoaches. Bij ongeveer een vijfde van de wijkprofessionals verloopt het contact met de straatcoaches niet met hen, maar via een collega. Het merendeel van de wijkprofessionals had contact met de straatcoaches over het doorgeven of uitwisselen van informatie, overlastplekken of overlastsituaties. Een enkeling had contact met de straatcoaches in verband met kennismaking, werkzaamheden/afstemming met de straatcoaches of voor een algemeen praatje. Ongeveer veertig procent is tevreden tot zeer tevreden over het contact met de straatcoaches. Ze zijn hier tevreden over omdat de straatcoaches benaderbaar/bereikbaar zijn en direct inzetbaar. Ongeveer twintig procent is ontevreden over het contact met de straatcoaches. Ze zijn hier ontevreden over doordat ze weinig tot geen contact/samenwerking hebben met de straatcoaches. Zij zouden het fijn vinden om meer contact met de straatcoaches te hebben; af en toe een update van de stand van zaken. Ook geeft een professional aan dat het contact vaak loopt via een leidinggevende van PPS, wat de communicatie niet bevordert doordat je dan de korte lijntjes mist. De overige wijkprofessionals zijn neutraal, weten het niet of hebben geen mening. Dit komt doordat er weinig tot geen afstemming is tussen de wijkprofessionals en de straatcoaches of de straatcoaches te weinig concrete informatie uitwisselen met de professionals. Verder hebben enkele wijkprofessionals onvoldoende beeld van wat de straatcoaches doen en hoe dit zich verhoudt tot andere instanties, vinden ze dat de rapportages van de straatcoaches te laat verschijnen of hebben ze al enige tijd geen rapportage meer ontvangen. Ook hebben enkele wijkprofessionals het idee dat de overlast niet wordt opgelost of verminderd, hooguit verplaatst. In de interviews beoordelen de wijkprofessionals de contacten met de individuele straatcoaches als goed. Maar over het algemeen kan het (onderhouden van) contact beter volgens de wijkprofessionals. Ze vinden het contact nu vaak eenzijdig. Ze geven bijvoorbeeld aan de straatcoaches door waar ze in de wijk op moeten letten, of welke locaties ze moeten bezoeken. Dit wordt ook meteen door de straatcoaches opgepakt. Maar de professionals ontvangen hier naderhand soms geen terugkoppeling over. Ook stellen de wijkprofessionals het op prijs wanneer de straatcoaches zelf meer informatie doorgeven. 40

41 De meeste wijkagenten geven aan dat ze wekelijks contact hebben met de straatcoaches. De jongerenwerkers geven aan over het algemeen minder contact te hebben met de straatcoaches. Zij geven aan dat de straatcoaches zelf weinig initiatief nemen tot het leggen van contact; zij moeten zelf contact opnemen met de straatcoaches. Professionals die weinig tot geen contact hebben met de straatcoaches, geven aan zelf ook weinig moeite te doen om het contact te leggen. Ook de straatcoaches geven aan dat het contact met sommige professionals (met name jongerenwerk) minder goed loopt. De wijkprofessionals willen graag meer het liefst op een vast moment telefonisch of persoonlijk contact. Er is behoefte aan een regelmatige update. Per mail of telefoon kan snel ingespeeld worden op wat er speelt in een wijk. Dit voorziet meer in de behoefte van professionals dan de rapportages die de gemeente en politie nu vierwekelijks ontvangen. Niet alle wijkprofessionals zijn bekend met alle straatcoaches. Een idee dat werd aangedragen is een soort smoelenboek, met foto, naam, telefoonnummer en (hoofd)wijk van de straatcoaches. Zo weten alle professionals welke straatcoaches er in de wijken rondlopen Samenwerking Ongeveer twintig procent van de wijkprofessionals vinden dat de straatcoaches goed samenwerken met de politie en met andere partners. Een kleine tien procent vindt niet dat de straatcoaches goed samenwerken met de politie en ongeveer twintig procent beoordeelt de samenwerking met andere partners niet goed. De overige wijkprofessionals antwoorden neutraal, weet het niet of heeft geen mening. Zo n twintig procent vindt de samenwerking tussen de straatcoaches en hun organisatie goed. Dertig procent is het hier echter niet mee eens. De wijkprofessionals weten dat het een bewuste keuze is dat de straatcoaches niet aansluiten bij overleggen. Maar ze vinden het de moeite waard om dit toch te doen. De straatcoaches hoeven niet structureel deel te nemen aan de overleggen, maar het zou voor de wijkprofessionals al veel betekenen als de straatcoaches af en toe (een deel van) een overleg bijwonen. Dit moet volgens de professionals dan wel door een straatcoach zelf gebeuren en niet door een leidinggevende; de straatcoach is namelijk de oren en ogen van een wijk. Een andere optie in plaats van het aansluiten bij overleggen is een aantal keer per jaar samen met elkaar in gesprek te gaan. Wat gaat goed en wat kan beter? Enkele professionals zouden het op prijs stellen als de straatcoaches hun ronde af en toe zouden starten vanaf het wijkplein. Er is dan ook de mogelijkheid voor professionals en straatcoaches om kort bij te praten. Maar dit is ook moeilijk doordat de professionals en straatcoaches andere werktijden hebben. Sommige professionals zien ook in de toekomst samenwerking met de straatcoaches niet van de grond komen. Dit komt omdat ze het contact als eenzijdig beoordelen (je moet zelf contact opnemen met de coaches). Dit vinden ze wel jammer, omdat je wel elkaars verlengstuk bent Informatie-uitwisseling Slechts tien procent van de wijkprofessionals is het eens met de stelling dat de straatcoaches informatie uitwisselen met andere belanghebbenden. Ruim veertig procent is het oneens met deze stelling. De overige wijkprofessionals antwoorden neutraal, weet het niet of heeft geen mening. In de interviews beoordelen de wijkprofessionals de informatie-uitwisseling als onvoldoende. Enkele medewerkers van de gemeente en de politie ontvangen de rapportages van de straatcoaches. Deze ontvangen zij elke vier tot zes weken. Dit is volgens wijkprofessionals te laat om direct op situaties in te spelen. Hierdoor hebben de rapportages volgens hen weinig meerwaarde. De rapportages zijn op deze manier meer verslaglegging dan dat ze een informatiefunctie hebben. 41

42 Ook beoordelen de wijkprofessionals de rapportages als onvoldoende gedetailleerd; er worden te weinig personen en concrete locaties genoemd in de rapportages. De werkzaamheden moeten concreter geformuleerd worden. Wie hebben de straatcoaches precies aangesproken? Is er terugkoppeling naar de ouders geweest? Wie is er verder op de hoogte gebracht van een situatie? Dit blijft volgens de professionals onduidelijk. Ook is onduidelijk waarom er een onderscheid is in wie wel en niet de rapportages ontvangt. Waarom mogen wijkmanagers en wijkagenten de rapportages wel inzien en andere professionals niet? Hoe vertrouwelijk is de informatie dan? We hebben allemaal een beroepscode. Dit werkt ook frustrerend bij professionals die de verslagen niet mogen inzien. Zo zijn er toch geen lijntjes met elkaar? De wijkprofessionals vinden dat de straatcoaches informatie over personen moeten kunnen delen met andere professionals. Zij vinden dat professionals de professionaliteit (moeten) hebben om informatie zorgvuldig met elkaar te delen. De professionals geven aan dat zij bijvoorbeeld informatie met elkaar delen in de wijknetwerken. Het vertrouwen moet er zijn om informatie met de politie en andere professionals uit te wisselen. Om beter in te kunnen spelen op situaties is het volgens de wijkprofessionals belangrijk dat er meer direct/rechtstreeks contact is met de straatcoaches. Zo kunnen de situaties integraal aangepakt worden. De gemeentelijke afdeling Openbare Orde en Veiligheid (OOV) geeft aan dat er bij spoedgevallen altijd sprake is van informatie-uitwisseling tussen de straatcoaches en OOV/politie. Ook vindt er dan afstemming plaats over wat er moet gebeuren. De afdeling OOV is officieel eigenaar van de informatie van de straatcoaches. Op hun verzoek delen de straatcoaches de namen van personen en locaties. De afdeling OOV bepaalt vervolgens of het nodig is deze informatie met andere partners te delen. Niet de straatcoaches, maar de afdeling OOV heeft de beslissingsbevoegdheid tot het delen van informatie. De afdeling OOV vindt het uit privacyoverwegingen ongewenst om informatie over personen op voorhand te delen Algemeen oordeel straatcoaches Ongeveer zestig procent van de wijkprofessionals staat in het algemeen positief tot zeer positief tegenover de straatcoaches. Een kleine vijf procent staat negatief tegenover de straatcoaches. De rest staat er neutraal tegenover of weet het niet. Aan de wijkprofessionals is gevraagd wat zij goed vinden aan het straatcoachproject. Positief vinden zij dat de straatcoaches dagelijks zichtbaar aanwezig zijn op straat (wijkgericht werken), laagdrempelig/benaderbaar zijn, uit de eigen doelgroep komen en een voorbeeldfunctie hebben. Volgens enkele wijkprofessionals zijn de straatcoaches herkenbaar, dragen autoriteit uit, pakken signalen op, zijn flexibel, snel inzetbaar en hebben ze een pro-actieve instelling. Verschillende wijkprofessionals geven aan dat de achtergrond van de straatcoaches een groot voordeel is: de straatcoaches zijn bekend met de jongerencultuur en hebben goed contact met de jongeren in de wijk. De jongeren luisteren volgens hen ook naar de straatcoaches. Volgens enkele professionals dragen de straatcoaches ook bij aan de leefbaarheid en veiligheid in de wijk. Afbeelding 37: Wat vindt u goed aan het straatcoachproject? Bron: Enquête wijkprofessionals 42

43 Ook zijn de wijkprofessionals te spreken over de werktijden van de straatcoaches. De straatcoaches werken ook s avonds en in de weekenden; op de momenten waarop de jongerenoverlast doorgaans speelt. De straatcoaches zijn s avonds in de wijk als jongerenwerk doorgaans niet aan het werk is. Een professional geeft aan dat de straatcoaches ook in staat zijn bij escalaties de boel te sussen. De wijkprofessionals is ook gevraagd wat volgens hen verbeterd kan worden aan het straatcoachproject. Hierbij geeft bijna zestig procent aan dat de samenwerking met partners beter kan: (meer tools voor) informatie uitwisselen, afstemmen en terugkoppelen. Andere verbeterpunten die worden genoemd zijn het meer zichtbaar aanwezig zijn in de wijk, meer contact met wijkbewoners en meer oplossingsgericht werken. Ook vinden enkele professionals dat de straatcoaches de jeugd meer mogen corrigeren en vaker de ouders van de jeugd mogen aanspreken/betrekken. Ook willen enkele professionals de straatcoaches meer bevoegdheden geven, zodat zij meer/eerder kunnen ingrijpen. Een aantal wijkprofessionals is bang dat de straatcoaches er steeds meer werkgebieden bij krijgen. Dit gaat ten koste van de zichtbaarheid van de straatcoaches per gebied. Het lopen van meerdere wijken door een koppel straatcoaches wordt als weinig effectief gezien. Door het fietsen tussen de wijken gaat veel tijd verloren en hierdoor is men niet zichtbaar in de wijken. Het werkgebied is nu te groot. Op de huidige manier heeft het project volgens sommige wijkprofessionals weinig meerwaarde. Ook de leidinggevenden van PPS geven aan dat dit een punt van zorg is. Het aantal meldingen en aanvragen neemt toe. De gebieden worden groter, terwijl er minder budget is. Hierdoor worden we minder zichtbaar in de wijk. Een wijkprofessional vraagt zich af waarom het dienstverband van de straatcoaches via een commerciële partij verloopt en niet via de gemeente. Andere professionals vinden dat er teveel wisselingen zijn van straatcoaches. Er zou volgens hen een minimum contractduur moeten komen van één jaar. De doorstroom van straatcoaches moet volgens de professionals beperkt worden. De professionals willen meer vaste gezichten in de wijk. Dat de straatcoaches weg gaan vinden de professionals begrijpelijk omdat de werktijden niet aantrekkelijk zijn. Door het bieden van een toekomst kan het werk misschien aantrekkelijker worden gemaakt. Een wijkprofessional geeft aan dat het goed zou zijn de straatcoaches een stukje agogische opleiding aan te bieden. Nu blijven de straatcoaches op hetzelfde level hangen. Het is belangrijk dat ze leren hoe ze met anderen (ouders, professionals) in gesprek moeten. Sommige straatcoaches zijn verlegen en kunnen zich onder professionals niet goed uitdrukken. Dit kunnen ze leren. Ook bied je hen dan toekomstperspectief. Ook kan volgens een professional de aansturing van de straatcoaches door PPS beter. Afbeelding 38: Wat zou er volgens u verbeterd kunnen worden aan het straatcoachproject? Bron: Enquête wijkprofessionals 43

44 5.14 Toekomst van de straatcoaches Volgens zestig procent van de wijkprofessionals is het gewenst om de straatcoaches ook in de toekomst in te blijven zetten. Zij vinden het project een goede aanvulling op andere netwerkpartners en vinden dat het project helpt bij een preventieve aanpak / (vroeg)signaleren van problemen. Een blijvende zichtbaarheid in de wijk is gewenst, om zo ook de veiligheid(sgevoelens) in de wijk te versterken. De straatcoaches leggen (actief) contact met de jeugd, spreken de taal van de jeugd en bouwen een vertrouwensband met hun op en dit kost tijd. Problemen worden zoveel mogelijk vanuit de eigen kracht / in de eigen straat opgelost. Jongerenoverlast is een probleem dat blijft bestaan en volgens sommigen zal het weer toenemen als het project zou stoppen. Eén wijkprofessional geeft aan dat het belangrijk is het project voort te zetten, mits er een goede samenwerking en betere aansturing komt. Volgens een enkeling is het niet gewenst om de straatcoaches ook in de toekomst in te blijven zetten. De overige wijkprofessionals weten het niet of hebben geen mening. Volgens enkele wijkprofessionals zijn de effecten van het project naar hun mening onvoldoende. Er wordt wel meerwaarde in het project gezien als er meer coöperatief wordt samengewerkt. Volgens enkele wijkprofessionals moeten ook andere professionals in staat zijn de werkzaamheden van straatcoaches over te nemen, zoals het uitbreiden van ambulant jongerenwerk. Maar andere wijkprofessionals, zowel jongerenwerk als politie, vinden de straatcoaches wel van meerwaarde. Volgens een jongerenwerker zijn de straatcoaches nodig zolang ambulant jongerenwerk/ wijkteamleden maar weinig s avonds en weekenden werken. Er is bij veel andere professionals te veel een negen tot vijf mentaliteit. En dit terwijl de jongerenoverlast pas doorgaans na vijven begint. 44

45 6. Conclusies en aanbevelingen In dit laatste hoofdstuk volgen de conclusies en aanbevelingen. In dit evaluatieonderzoek is gebruik gemaakt van verschillende informatiebronnen die bij elkaar genomen antwoord geven op de gestelde onderzoeksvragen. Hieruit vloeien enkele aanbevelingen voort. Het doel van de inzet van de straatcoaches is het terugbrengen van overlast en criminaliteit veroorzaakt door met name jongeren. Hierin lijken de straatcoaches geslaagd. In de gebieden waar de straatcoaches werken is het aantal incidenten van jongerenoverlast sterker teruggelopen dan gemiddeld in de gemeente. Een delict dat veelal aan jongeren wordt toegeschreven zijn vernielingen. Ook dit is in de drie gebieden maar ook in de rest van de gemeente de afgelopen vijf jaar sterk teruggelopen. Echter, deze positieve trends kunnen niet één op één worden toegeschreven aan het straatcoachproject. Er zijn meer professionals actief in de drie wijken die hier invloed op kunnen hebben, zoals wijkagenten, Stadstoezicht en jongerenwerkers. De bekendheid van de straatcoaches onder de wijkbewoners is de afgelopen jaren gegroeid. Ook zijn de wijkbewoners positief over de effecten van de straatcoaches. Bijna negen op de tien volwassenen en drie kwart van de jongeren staan in het algemeen positief tegenover de straatcoaches. Bij de wijkprofessionals is dit ongeveer zestig procent. De wijkprofessionals zijn over het algemeen minder tevreden over de straatcoaches dan de wijkbewoners. Dit komt met name door een gebrek aan contact, samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de straatcoaches en de wijkprofessionals. De volgende onderzoeksvragen kunnen naar aanleiding van deze evaluatie beantwoord worden: 1. Wat is het aantal en de aard van de activiteiten van de straatcoaches, zoals contacten met jongeren, 12-minners, doorverwijzingen en meldingen aan politie en Stadstoezicht? 2. Heeft de inzet van straatcoaches het beoogde effect in de ogen van jongeren, bewoners en professionals? 3. In welke mate leveren de specifieke uitgangspunten van het project allochtone komaf en afkomstig uit de eigen buurt een positieve of negatieve bijdrage? 4. Hoe verloopt de samenwerking (inclusief informatie-uitwisseling) tussen de straatcoaches, wijkprofessionals en gemeente? 5. Welke andere neveneffecten heeft het straatcoachproject? 6. Welke aanbevelingen zijn mogelijk ten aanzien van het straatcoachproject? Hieronder worden aan de hand van de onderzoeksvragen de conclusies besproken. 1. Wat is het aantal en de aard van de activiteiten van de straatcoaches? De zes straatcoaches werken alle dagen van de week. Doorgaans beginnen ze om uur s-middags tot uur s-avonds. Dagelijks worden tussen en uur de meeste activiteiten geregistreerd, met als topdagen de vrijdag en zaterdag. In de loop van de tijd nam het aantal registraties door de straatcoaches toe. Tussen 2011 en 2012 steeg het aantal registraties met ongeveer tachtig procent. Vooral het aantal registraties in de Hambaken steeg in Na een piek in 2012 nam het aantal registraties in 2013 met ongeveer een kwart af. Het verschil in het aantal registraties tussen Hambaken enerzijds en Oost en West anderzijds is na 2012 weer kleiner geworden. De straatcoaches hebben het meeste contact met de jongeren op straat. Zes op de tien contacten met jongeren heeft betrekking op (mogelijke) overlast. Bij drie op de tien contacten met jongeren betreft een sociaal gesprek; dit varieert van een algemeen praatje tot het motiveren van jongeren voor school of werk. Daarnaast hebben de straatcoaches in toenemende mate contact met wijkbewoners en ondernemers. 45

46 Het thuisbrengen van kinderen die s avonds laat nog op straat zijn en het toeleiden van jongeren naar de hulpverlening komt weinig voor in de registraties. De registraties van PPS vormen echter een beperkt beeld van hetgeen de straatcoaches in werkelijkheid doen gedurende de uren die zij in de gebieden zijn, omdat niet alle activiteiten (kunnen) worden geregistreerd. 2. Heeft de inzet van straatcoaches het beoogde effect in de ogen van jongeren, bewoners en professionals? De resultaten wijzen op een positief effect van de inzet van de straatcoaches. De bekendheid van de straatcoaches onder de wijkbewoners is tussen 2011 en 2014 toegenomen van circa vijftig naar tachtig procent. Van de jongeren en volwassenen die contact hebben gehad met de straatcoaches is de grote meerderheid hier tevreden over. Ruim de helft van de volwassenen en twee derde van de jongeren geeft aan dat door de straatcoaches de overlast van groepen jongeren in de buurt is afgenomen. Daarnaast geeft drie kwart van de volwassenen en twee derde van de jongeren aan dat de straatcoaches een positief effect hebben op de veiligheid in de buurt. Wijkprofessionals zijn het hier minder vaak mee eens. Een kleiner deel van de professionals geeft aan dat de straatcoaches een positief effect hebben op de jongerenoverlast (circa 30%) en veiligheid in de buurt (circa 50%). 3. In welke mate leveren de specifieke uitgangspunten van het project een positieve of negatieve bijdrage? De inzet van de straatcoaches kent twee belangrijke uitgangspunten: de straatcoaches moeten afkomstig zijn uit de gebieden waarin zij werken en zij moeten hebben behoord tot de doelgroep (jongeren die overlast veroorzaakten). Ruim drie kwart van de wijkbewoners (volwassenen en jongeren) en ruim veertig procent van de wijkprofessionals vindt het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen wijk komen. Bijna drie kwart van de wijkbewoners en de helft van de wijkprofessionals vindt het een voordeel dat de straatcoaches uit de eigen doelgroep komen. De wijkprofessionals vinden het een voordeel dat de straatcoaches van allochtone afkomst zijn. Dit is volgens hen een voordeel vanwege het netwerk (bekend met de jongeren en hun ouders) dat de straatcoaches hebben en dat ze bekend zijn met de straat- en jongerencultuur. Dit kan echter ook problemen opleveren volgens enkele wijkprofessionals; het kan lastig zijn om informatie te delen over mensen die je goed kent. Dat de straatcoaches uit de eigen wijk afkomstig zijn vinden de wijkprofessionals minder belangrijk. Belangrijker vinden zij dat de straatcoaches bekend zijn met de straatcultuur, waardoor zij gemakkelijker aansluiting vinden bij de jongeren. Wel vinden de professionals het belangrijk dat de straatcoaches afkomstig zijn uit s-hertogenbosch. 4. Hoe verloopt de samenwerking (inclusief informatie-uitwisseling) tussen de straatcoaches, wijkprofessionals en gemeente? Het contact, de samenwerking en de informatie-uitwisseling tussen de straatcoaches en de wijkprofessionals wordt over het algemeen beoordeeld als onvoldoende. De straatcoaches hebben wel wekelijks contact met de meeste wijkagenten en in mindere mate met de jongerenwerkers. Ondanks dit contact beoordelen de wijkprofessionals het contact als te eenzijdig; zij geven aan dat de straatcoaches zelf weinig initiatief nemen tot het leggen van contact. 46

47 De wijkprofessionals weten dat het een bewuste keuze is dat de straatcoaches niet aansluiten bij overleggen. Maar ze vinden het de moeite waard dit toch af en toe te doen. Ook willen de professionals graag meer het liefst op een vast moment per , telefonisch of persoonlijk contact. Er is behoefte aan een regelmatige update, bij voorkeur wekelijks. Per of telefoon kan snel ingespeeld worden op wat er speelt in een wijk. De meeste wijkprofessionals zijn ontevreden over de informatie-uitwisseling. Enkele medewerkers van de gemeente en de politie ontvangen de rapportages van de straatcoaches. Deze ontvangen zij elke vier tot zes weken. Dit is volgens wijkprofessionals te laat om direct op situaties in te spelen. Hierdoor hebben de rapportages volgens hen weinig meerwaarde. Ook beoordelen de wijkprofessionals de rapportages als onvoldoende gedetailleerd; er worden te weinig personen en concrete locaties genoemd in de rapportages. De andere professionals ontvangen deze rapportages niet. De wijkprofessionals vinden dat de straatcoaches informatie over personen moeten kunnen delen met andere professionals. Zij vinden dat professionals de professionaliteit (moeten) hebben om informatie zorgvuldig met elkaar te delen. Om beter in te kunnen spelen op situaties is het volgens de wijkprofessionals belangrijk dat er meer direct/rechtstreeks contact is met de straatcoaches. Zo kunnen de situaties integraal aangepakt worden. De gemeentelijke afdeling Openbare Orde en Veiligheid (OOV) geeft aan dat er bij spoedgevallen altijd sprake is van informatie-uitwisseling tussen de straatcoaches en OOV/politie. Ook vindt er dan afstemming plaats over wat er moet gebeuren. De afdeling OOV is officieel eigenaar van de informatie van de straatcoaches. Op hun verzoek delen de straatcoaches de namen van personen en locaties. De afdeling OOV bepaalt vervolgens of het nodig is deze informatie met andere partners te delen. Niet de straatcoaches, maar de afdeling OOV heeft de beslissingsbevoegdheid tot het delen van informatie. De afdeling OOV vindt het uit privacy-overwegingen ongewenst om informatie over personen op voorhand te delen. 5. Welke andere neveneffecten heeft het straatcoachproject? Volgens de leidinggevenden van PPS zijn de (voormalig) straatcoaches in de loop der tijd gegroeid. Ze geven aan dat er in de straatcoaches wordt geïnvesteerd, dat ze verantwoordelijkheid krijgen en initiatief nemen. De straatcoaches hebben allemaal diploma s behaald op beveiligingsgebied. Enkele voormalig straatcoaches zijn verder gestroomd naar nieuwe banen. Zo werkt er een voormalig straatcoach nu als jongerenopbouwwerker, zijn er twee een eigen bedrijf begonnen en hebben twee anderen een leidinggevende functie bij een bedrijf. PPS geeft aan dat de meeste (voormalig) straatcoaches veel hebben geleerd en opgepakt. Ook de huidige straatcoaches geven aan dat ze persoonlijk groeien door het werk. Ze geven aan dat ze door het werk rustiger zijn geworden, meer verantwoordelijkheidsgevoel hebben ontwikkeld en hebben geleerd meer geduld te hebben. De straatcoaches geven aan dat ze een voorbeeldfunctie zijn voor andere jongeren in de wijk. 6. Welke aanbevelingen zijn mogelijk ten aanzien van het straatcoachproject? Werkgebied straatcoaches Het aantal uren waarop de straatcoaches worden ingezet is teruggebracht, terwijl het werkgebied van de straatcoaches groter is geworden. Naast dat de straatcoaches worden ingezet in de gebieden Oost, Hambaken en West, worden de straatcoaches nu ook ingezet in de bijvoorbeeld de Gestelse Buurt, Muntel/Vliert en Maaspoort. Zowel de wijkprofessionals als de straatcoaches en de leidinggevenden van PPS geven aan dat dit een punt van zorg is; doordat het werkgebied nu groter is, zijn de straatcoaches minder zichtbaar in de wijken. Het is belangrijk om prioriteiten te stellen. Is het belangrijker om toezicht te houden op jongeren op de op dat moment geldende hotspots in een breed aantal wijken? Of moet de nadruk liggen op een intensieve wijkgerichte aanpak, waarbij de straatcoaches zichtbaar zijn in een beperkt aantal wijken? 47

48 Samenwerking Er moet geïnvesteerd worden in een beter contact en samenwerking tussen de straatcoaches en de wijkprofessionals. Een basis voor goede samenwerking is vertrouwen. Een eerste stap in het vergroten van het vertrouwen kan het organiseren van een bijeenkomst zijn. Tijdens deze bijeenkomst kunnen de straatcoaches en de wijkprofessionals met elkaar in gesprek. De straatcoaches kunnen nogmaals toelichten wat hun werk precies inhoudt, en samen kan gezocht worden naar mogelijkheden om de samenwerking te verbeteren. Laat de bijeenkomst leiden door een (externe) procesbegeleider. Een procesgebeleider heeft zelf geen belangen, anders dan de groep begeleiden en helder te krijgen hoe de situatie nu is en van daaruit een gewenste beweging in te zetten. Wijze van registeren Momenteel worden de activiteiten van de straatcoaches geregistreerd in Word-rapporten. In deze rapporten zijn doorgaans de activiteiten van de straatcoaches van een maand weergegeven. Omdat de rapporten in Word worden opgesteld is het moeilijk om ontwikkelingen op een bepaalde locatie of omtrent een persoon na te gaan. Om dit meer inzichtelijk en doorzoekbaar te maken kan beter gekozen worden voor registratiesoftware. Hierdoor wordt het doorzoeken van informatie gemakkelijker. Het is dan voor de eigenaar van de informatie bijvoorbeeld gemakkelijk na te gaan waar en wanneer problemen met een bepaald persoon hebben voorgedaan. Hierdoor wordt verantwoording over gemaakte afspraken beter mogelijk. Bij de in gebruik name van een dergelijk systeem is vooraf een goede training essentieel om goed met het systeem te kunnen werken. Na in gebruik name van het registratiesysteem gaat deze wijze van registreren waarschijnlijk niet ten koste van de tijd die de straatcoaches op straat aanwezig zijn. Het is aan te bevelen aan te sluiten bij registratiesystemen die ook door andere netwerkpartners worden gebruikt. Een voorbeeld hiervan is het registratiesysteem KeDo. Dit systeem wordt onder andere gebruikt door de wijkteams. Afbeelding 39: Belang informatie-uitwisseling Informatie-uitwisseling bij aanpak (jeugd)problematiek De straatcoaches worden onder andere ingezet om het handhavingsgat tussen politie en Stadstoezicht enerzijds en jongerenwerkers en Politie buurtvaders anderzijds op te vullen. Dit gat wordt nu ten dele opgevuld door de werkzaamheden die de straatcoaches verrichten en de directe effecten die ze hiermee bereiken. Maar om jeugdproblematiek optimaal aan te pakken moet ook ingezet worden op de indirecte effecten. Hierbij is het belangrijk in te zetten op de keten rondom jeugdproblematiek. Om jeugdproblematiek gericht aan te kunnen pakken moet men weten waar problemen zich voordoen en wat de oorzaken zijn. Andere partners Jongerenwerk Hiervoor is informatie-uitwisseling tussen partners van belang. Straatcoaches Privacy Een veelgenoemd probleem is het borgen van de privacy van personen. Via regelgeving van de Wet bescherming persoonsgegevens is informatie-uitwisseling toegestaan als de veiligheid in het geding is (en Wet politiegegevens bij uitwisseling van politie-informatie). Een manier om de privacy van betrokkenen te borgen is door te werken met andere software en autorisaties. 48

49 Informatieplein De gemeente is bezig met het oprichten van een informatieplein. Hierin wordt informatie van verschillende professionals gedeeld. De instanties kunnen alleen verticaal kijken; ze kunnen alleen de informatie van de eigen organisatie zien. Geautoriseerde personen van het informatieplein kunnen horizontaal kijken; zij kunnen de informatie zien die bij de verschillende instanties bekend is. Bij onregelmatigheden (bv. een persoon die bij meerdere instanties is geregistreerd), kan worden gekozen voor het delen van informatie met instanties die betrokken zijn bij een bepaald soort problematiek. Het informatieplein is nu nog in oprichting. In eerste instantie zal het informatieplein ingericht worden op de verschillende afdelingen/informatiestromen binnen de gemeente. De bedoeling is dat vervolgens het informatieplein wordt uitgebouwd met informatie van andere instanties. Ook de registraties van de straatcoaches kunnen opgenomen worden in het informatieplein. Via deze werkwijze kan veiligheidsproblematiek optimaal en integraal aangepakt worden. Afbeelding 40: Inrichting informatieplein Instantie A Instantie B Instantie C Instantie D Informatieplein (alleen geautoriseerde personen) Andere aanbevelingen gedaan door wijkprofessionals Wekelijks contact tussen de straatcoaches en wijkprofessionals via , telefoon of persoonlijk, bij voorkeur op een vast moment Investeer in de straatcoaches door het aanbieden van een agogische opleiding Maak een smoelenboek met foto, naam, telefoonnummer en (hoofd)wijk van de straatcoaches 49

50 50

51 Bijlage 1: Wijk/buurtindeling 51

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019 Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 19 JUNI 19 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Toezichthouders in de wijk

Toezichthouders in de wijk Toezichthouders in de wijk Hoe ervaren inwoners uit Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Zwijndrecht de aanwezigheid van Toezichthouders? Inhoud: 1 Conclusies 2 Bekendheid 3 Effect 4 Waardering taken Hondengerelateerde

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Buurtrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de buurt? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Hoe leefbaar en veilig is de Es? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede

Nadere informatie

Buurtenquête hostel Leidsche Maan

Buurtenquête hostel Leidsche Maan Buurtenquête hostel Leidsche Maan tussenmeting 2013 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht (GG&GD) DIMENSUS beleidsonderzoek April 2013 Projectnummer 527 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 2017

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 2017 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 7 Elke vier maanden verzamelen wij informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid in de gemeente. Deze monitor bestaat uit drie onderdelen

Nadere informatie

Evaluatie preventieadviezen

Evaluatie preventieadviezen Evaluatie preventieadviezen Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek November 2017 Samenvatting In de eerste zes maanden van 2017 zijn er door de politie 234 (pogingen tot) woninginbraak

Nadere informatie

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING : COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam: St. Jansstraat

Nadere informatie

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20 Januari 2016 Vrijdag 1-jan 6:44 8:50 11:41 12:44 14:55 16:41 18:45 Zaterdag 2-jan 6:44 8:50 11:41 12:45 14:56 16:42 18:46 Zondag 3-jan 6:44 8:50 11:42 12:45 14:57 16:43 18:47 Maandag 4-jan 6:44 8:49 11:42

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid Groningen september tot december 18 JANUARI 19 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Hoe leefbaar en veilig is? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen

Nadere informatie

Ervaren overlast door omwonenden en parkbezoekers van het Wilhelminapark

Ervaren overlast door omwonenden en parkbezoekers van het Wilhelminapark Ervaren overlast door omwonenden en parkbezoekers van het Wilhelminapark Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl

Nadere informatie

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013 Politie Eenheid Fact sheet nummer 4 februari 213 Veiligheidsmonitor -Amstelland 28-212 Deze fact sheet brengt de veiligheid in de regio -Amstelland tussen 28 en 212 in kaart. blijkt op verschillende indicatoren

Nadere informatie

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud

Nadere informatie

Overlast park Lepelenburg

Overlast park Lepelenburg Overlast park Lepelenburg 1-meting oktober 2014 www.onderzoek.utrecht.nl Colofon Uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl in opdracht

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 OKTOBER 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte

Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte Juni 2018 Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Samenvatting In het najaar van 2017 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek

Nadere informatie

Ontwikkeling wijken en buurten op zich

Ontwikkeling wijken en buurten op zich Ontwikkeling wijken en buurten op zich In deze bijlage presenteren we hoe wijken en buurten zich in 2018 hebben ontwikkeld ten opzichte van 2016. Per aspect, thema en totaalscore. Het verschil met de 14

Nadere informatie

Dienstverlening Realisatie en Beheer Openbare Ruimte

Dienstverlening Realisatie en Beheer Openbare Ruimte Dienstverlening Realisatie en Beheer Openbare Ruimte Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Februari 2016 Samenvatting In het najaar van 2015 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek

Nadere informatie

Coffeeshop in de buurt

Coffeeshop in de buurt Coffeeshop in de buurt De herhalingsmeting: ervaringen van direct omwonenden in 2013 Dordrecht telt van oudsher acht coffeeshops gelegen in de Binnenstad. De gemeente Dordrecht zet zich in om overlast

Nadere informatie

Wijkpleinen en KOO. Februari 2019, Afdeling Onderzoek & Statistiek. 1. Inleiding

Wijkpleinen en KOO. Februari 2019, Afdeling Onderzoek & Statistiek. 1. Inleiding Wijkpleinen en KOO Februari 2019, Afdeling Onderzoek & Statistiek 1. Inleiding In deze notitie staan cijfers over de bekendheid en het gebruik van de wijkpleinen in s-hertogenbosch. En cijfers over de

Nadere informatie

Politiemonitor Bevolking Uitkomsten voor Leiden

Politiemonitor Bevolking Uitkomsten voor Leiden Politiemonitor Bevolking Uitkomsten voor Leiden Colofon Serie Statistiek /12 Gemeente Leiden Concernstaf BOA (Beleidsinformatie, Onderzoek en Advies) Postadres: Postbus 9100, 2300 PC Leiden Bezoekadres:

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Eval uat i e Camer at oezi cht Gouda Ei ndr appor t Samenvatting en conclusies De gemeente Gouda is begin 2004 een proef gestart met cameratoezicht in de openbare ruimte op diverse locaties in de gemeente.

Nadere informatie

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek Straatintimidatie Amsterdam Factsheet 201 Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Directie Openbare Orde en Veiligheid Projectnummer: 11 Beek, Eliza van der Smeets, Harry Bezoekadres: Oudezijds

Nadere informatie

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden Veiligheidsmonitor 2008, gemeente 1 Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 In deze bijlage worden de uitkomsten van de monitor weergegeven in tabellen. Van de volgende gebieden worden cijfers gepresenteerd:

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2015

Interactief bestuur. Omnibus 2015 Interactief bestuur Omnibus 2015 O&S April 2016 Samenvatting In september/oktober 2015 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s- Hertogenbosch een omnibusonderzoek gehouden. In dit

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 18 Elke vier maanden verzamelen wij informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid in de gemeente. Deze monitor bestaat uit drie

Nadere informatie

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen RESULTATEN GEMEENTE OSS 2011 Soort onderzoek : Enquêteonderzoek bevolking 15+ Opdrachtgever : Stadsbeleid Maatschappelijke Ontwikkeling Opdrachtnemer : Team O&S,

Nadere informatie

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt?

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? VEILIGHEIDSMONITOR-WIJKPEILING ALMERE 2017 Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? 23 mei 2018 Meer weten over uw eigen wijk? Ga naar www.wijkmonitoralmere.nl 1. INTRODUCTIE

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is het? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 2018

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 2018 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 18 Elke vier maanden verzamelen wij informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid in de gemeente. Deze monitor bestaat uit drie

Nadere informatie

Onderzoek. Kind en Opvoeding jaar

Onderzoek. Kind en Opvoeding jaar Onderzoek Kind en Opvoeding 0-17 jaar Inhoudsopgave 1. Ontwikkeling en gezondheid 4 2. Zorgen over kind 8 3. Hulp en ondersteuning bij de opvoeding 11 4. Roken en alcohol 16 5. Sport en bewegen 18 Onderzoek

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Veiligheid-

Stadsmonitor. -thema Veiligheid- Stadsmonitor -thema Veiligheid- Modules Vermogensdelicten 2 Geweld 4 Vernieling en overlast 6 Verdachten 8 Onveiligheidsgevoelens 9 Preventie 11 Oordeel over functioneren politie en gemeente m.b.t. veiligheid

Nadere informatie

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid is het tol van verschillende ontwikkelingen, met een gerenoveerd Energiehuis en de komst van een bioscoop met parkeergarage. In

Nadere informatie

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-015 1 maart 2012 9.30 uur Gevoelens van onveiligheid iets verminderd Minder Nederlanders voelen zich onveilig Slachtofferschap veel voorkomende criminaliteit

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief Nr. :

Raadsinformatiebrief Nr. : Raadsinformatiebrief Nr. : Reg.nr. : 12. 0642 B&W verg. : 12 juni 2012 Onderwerp: Evaluatie project Veilig Uitgaan 1) Status In het licht van de actieve informatieplicht informeren wij U over de stand

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte-

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte- Stadsmonitor -thema Openbare Ruimte- Modules Samenvatting 1 Beeldkwaliteit stad 2 Beeld van openbare ruimte in buurt 4 Onderhoud openbare ruimte 10 Bronnen 19 Datum: februari 2016 Gemeente Nijmegen Onderzoek

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor Gemeente Leiden Resultaten per stadsdeel en in de tijd Mediad Rotterdam, maart 2011 Veiligheidsmonitor, Gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de Veiligheidsmonitor

Nadere informatie

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2014

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2014 Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2014 Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal januari 2015 In 2014 registreerde de politie voor Amersfoort 9.134 misdrijven. Ten opzichte van een jaar eerder

Nadere informatie

ONDERZOEK VEILIGHEID. Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei GfK 2014 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei

ONDERZOEK VEILIGHEID. Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei GfK 2014 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei ONDERZOEK VEILIGHEID Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei 14 GfK 14 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei 14 1 Inhoudsopgave 1. Samenvatting. Onderzoeksresultaten Voorvallen en misdrijven Veiligheid

Nadere informatie

Presentatie commissie veiligheid gem. Emmen. 15 maart 2012

Presentatie commissie veiligheid gem. Emmen. 15 maart 2012 Presentatie commissie veiligheid gem. Emmen 15 maart 2012 Werkwijze basiseenheid Emmen Vanaf 23 mei 2011 Emmen 1 basiseenheid Emmen verdeelt in 5 gebieden met daaraan gekoppeld wijkagenten en agenten voor

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is het Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

Veiligheid kernthema: maatschappelijk evenwicht & veiligheid

Veiligheid kernthema: maatschappelijk evenwicht & veiligheid Veiligheid kernthema: De criminaliteitscijfers en de slachtoffercijfers laten over het algemeen een positief beeld zien voor Utrecht in. Ook de aangiftebereidheid van Utrechters is relatief hoog (29%).

Nadere informatie

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009 Gemeentelijke Dienstverlening Omnibus 2009 Afdeling O&S Februari 2009 2 Samenvatting Inwoners vinden dat de gemeente haar dienstverlening heeft verbeterd De inwoners van s-hertogenbosch beoordelen de gemeentelijke

Nadere informatie

Geen werk voor watjes. Een evaluatieonderzoek naar de inzet van straatcoaches in Den Bosch

Geen werk voor watjes. Een evaluatieonderzoek naar de inzet van straatcoaches in Den Bosch Geen werk voor watjes Een evaluatieonderzoek naar de inzet van straatcoaches in Den Bosch Geen werk voor watjes Een evaluatieonderzoek naar de inzet van straatcoaches in Den Bosch Anton van Wijk m.m.v.

Nadere informatie

Drie jaar Taskforce Overlast

Drie jaar Taskforce Overlast Drie jaar Taskforce Overlast Duidelijke afname van ervaren overlast Centrum en Sinds 2010 werkt de gemeente Dordrecht met de Taskforce Overlast in de openbare ruimte aan het terugdringen van de overlast

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie

In dit hoofdstuk worden de cijfers beschreven op de volgende niveaus:

In dit hoofdstuk worden de cijfers beschreven op de volgende niveaus: Politiecijfers Dit hoofdstuk bevat politiecijfers van het gebied waarin de horeca zich vooral concentreert, namelijk het stadscentrum en de Flevoweg in Harderwijk. Het betreffen cijfers over opgenomen

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week t/m week Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week t/m week Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers Rapport monitor Opvang asielzoekers week 52 2016 t/m week 13 2017 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 13 april 2017 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting

Nadere informatie

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2013

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2013 Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2013 Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal januari 2014 In 2013 registreerde de politie voor Amersfoort 10.249 misdrijven. Het aantal misdrijven is sinds

Nadere informatie

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers.

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers. WijkWijzer 2011 De tien Utrechtse wijken in cijfers www.onderzoek.utrecht.nl Inleiding Voor u ligt de WijkWijzer 2011; een bron aan informatie over de tien Utrechtse wijken. Aan de hand van vijf belangrijke

Nadere informatie

Veiligheid I.V ERMOGENSDELICTEN. Vooraf In dit hoofdstuk schetsen we in grote lijnen de ontwikkelingen

Veiligheid I.V ERMOGENSDELICTEN. Vooraf In dit hoofdstuk schetsen we in grote lijnen de ontwikkelingen Na een daling van de onveiligheidsgevoelens onder Nijmegenaren in de periode 2001 2009 is er nu sprake van een lichte toename. Ook de trend, dat steeds minder Nijmegenaren onveiligheid als een met voorrang

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost

Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost B. Bieleman R. Mennes M. Sijtstra MONITOR VERPLAATSING COFFEESHOP AMSTERDAM-OOST September INTRAVAL Groningen-Rotterdam INHOUDSOPGAVE Pagina Hoofdstuk Inleiding.

Nadere informatie

Buurtprofiel: Nazareth hoofdstuk 5

Buurtprofiel: Nazareth hoofdstuk 5 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal, Dorien de Bruijn 23 mei 2014 Vanaf 1997 is de Amersfoortse Stadspeiling elke twee jaar voor een belangrijk deel

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR DE ERVAREN JEUGDOVERLAST IN EN NABIJ WINKELCENTRUM MAKADO

ONDERZOEK NAAR DE ERVAREN JEUGDOVERLAST IN EN NABIJ WINKELCENTRUM MAKADO ONDERZOEK NAAR DE ERVAREN JEUGDOVERLAST IN EN NABIJ WINKELCENTRUM MAKADO Voorjaar 2013 omslag D.indd 2 17-06-13 13:43 Onderzoek naar de ervaren jeugdoverlast in en nabij winkelcentrum Voorjaar 2013 1 In

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2014

Veiligheidsmonitor 2014 Veiligheidsmonitor 2014 O&S april 2014 Samenvatting s-hertogenbosch wordt steeds veiliger. De doelstelling van de coalitie voor het jaar 2014, geformuleerd in 2010, wordt in bijna alle wijken al gehaald.

Nadere informatie

Sportparticipatie Volwassenen

Sportparticipatie Volwassenen Sportparticipatie 2014 Volwassenen Onderzoek & Statistiek Februari 2015 2 Samenvatting In het najaar van 2014 is de sportparticipatie van de volwassen inwoners van de gemeente s- Hertogenbosch onderzocht.

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill.

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. secondant #2 april 2009 7 Geweldsdelicten tussen - Daling van geweld komt niet uit de verf Crimi-trends

Nadere informatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente Deventer Karen Teunissen April 2006 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Bekendheid en betrokkenheid 4 Samenvatting 8 Hoofdstuk 2 Communicatie 9 Samenvatting 12

Nadere informatie

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid Resultaten gemeentebeleidsmonitor 217 Veiligheid en leefbaarheid 1. Inleiding Om de twee jaar wordt er een onderzoek, de zogeheten gemeentebeleidsmonitor, uitgevoerd onder de inwoners naar verschillende

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 28 t/m 39. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 28 t/m 39. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 28 t/m 39 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 29 september 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting

Nadere informatie

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast 5. CONCLUSIES In dit afsluitende hoofdstuk worden de belangrijkste conclusies besproken. Achtereenvolgens komen de overlast, de criminaliteit en de veiligheidsbeleving aan bod. Aan de 56 buurtbewoners

Nadere informatie

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2017) Gemeente Leiden vergeleken met Nederland en Grotestedenbeleid G32. Leefbaarheid in de buurt

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2017) Gemeente Leiden vergeleken met Nederland en Grotestedenbeleid G32. Leefbaarheid in de buurt Gemeente Leiden Nederland en Grotestedenbeleid G32 Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2017) Gemeente Leiden vergeleken met Nederland en Grotestedenbeleid G32 Leefbaarheid in de buurt Landelijke

Nadere informatie

Veiligheid en burgerparticipatie

Veiligheid en burgerparticipatie Veiligheid en burgerparticipatie Afdeling Onderzoek & Statistiek, december 2018 Iedereen vindt prettig wonen belangrijk. Dat begint bij een veilig huis, een veilige straat en een veilige buurt. Daar dragen

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 40 t/m 51. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 40 t/m 51. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 40 t/m 51 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 27 december 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

Hoofdstuk 23 Discriminatie

Hoofdstuk 23 Discriminatie Hoofdstuk 23 Discriminatie Samenvatting Van de zes voorgelegde vormen van discriminatie komt volgens Leidenaren discriminatie op basis van afkomst het meest voor en discriminatie op basis van sekse het

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF BURGERPANEL OVERSCHIE

NIEUWSBRIEF BURGERPANEL OVERSCHIE NIEUWSBRIEF BURGERPANEL OVERSCHIE Woonoverlast en Skaeve Huse November 2015 1. Inleiding 1.1 Respons en weging Deze nieuwsbrief beschrijft de resultaten van een peiling over woonoverlast en Skaeve Huse

Nadere informatie

Persbericht. Criminaliteit nauwelijks gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Criminaliteit nauwelijks gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11018 1 maart 2011 9.30 uur Criminaliteit nauwelijks gedaald www.cbs.nl Lichte afname slachtoffers veel voorkomende criminaliteit Gevoelens van veiligheid

Nadere informatie

Misdrijven en opsporing

Misdrijven en opsporing 4 Misdrijven en opsporing R.J. Kessels en W.T. Vissers In 2015 registreerde de politie 960.000 misdrijven, 4,6% minder dan in 2014. Sinds 2007 is de geregistreerde criminaliteit met ruim een kwart afgenomen.

Nadere informatie

Openingstijden Stadskantoor. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Openingstijden Stadskantoor. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch Openingstijden Stadskantoor Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek April 2013 2 Samenvatting De afdeling Burgerzaken wil graag weten of de huidige openingstijden van het

Nadere informatie

Leefbaarheid en overlast in buurt

Leefbaarheid en overlast in buurt 2013 Leefbaarheid en overlast in buurt Gemeente (2013): Scherpenzeel vergeleken met Regionale eenheid Oost-Nederland Landelijke conclusies Leefbaarheid buurt Zeven op de tien Nederlanders vinden leefbaarheid

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2012

Veiligheidsmonitor 2012 Veiligheidsmonitor 2012 O&S april 2012 Samenvatting De veiligheidsmonitor verschijnt eens per jaar en is het belangrijkste meetinstrument voor de veiligheid in s-hertogenbosch. In de veiligheidsmonitor

Nadere informatie

Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden

Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden De gemeente Dordrecht zet zich in om overlast in het algemeen, en van coffeeshops in het bijzonder, te verminderen. Dordrecht telt in totaal acht

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Veiligheid-

Stadsmonitor. -thema Veiligheid- Stadsmonitor -thema Veiligheid- Modules Samenvatting 1 Vermogensdelicten 2 Geweldsdelicten 5 Vernieling en overlast 7 Verdachten 10 Onveiligheidsgevoelens 11 Preventie 13 Oordeel over functioneren politie

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2017

Interactief bestuur. Omnibus 2017 Interactief bestuur Omnibus 2017 Afdeling Onderzoek & Statistiek Januari 2018 Samenvatting In het najaar van 2017 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s-hertogenbosch weer het tweejaarlijks

Nadere informatie

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015)

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015) Gemeente (2015) Castricum Noord-Holland-Noord, Nederland Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015) Gemeente (2015) Castricum vergeleken met Politieregio Noord-Holland-Noord en Nederland Leefbaarheid

Nadere informatie

Slachtoffers van woninginbraak

Slachtoffers van woninginbraak 1 Slachtoffers van woninginbraak Fact sheet juli 2015 Woninginbraak behoort tot High Impact Crime, wat wil zeggen dat het een grote impact heeft en slachtoffers persoonlijk raakt. In de regio Amsterdam-Amstelland

Nadere informatie

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Eén van de prioriteiten van de gemeente is het aanpakken van overlast, onder andere van verslaafde dak- en thuislozen. Het uiteindelijke

Nadere informatie

Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast

Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast Samenvatting Twee derde van alle Leidenaren geeft aan bij hen in de buurt overlast van meeuwen te hebben. Vergeleken met voorgaande jaren is vooral het aandeel bewoners dat

Nadere informatie

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011 Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 28-211 Deze notitie brengt op basis van de Amsterdamse Veiligheidsmonitor de leefbaarheid en veiligheid in de regio Amsterdam-Amstelland tussen 28 en 211

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen september-december 2015

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen september-december 2015 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen september-december 215 Deze publicatie is uitgegeven door Onderzoek en Statistiek Groningen februari 216 In dit rapport worden politiestatistieken en resultaten

Nadere informatie

Sportparticipatie Jongeren Jongeren jaar Tabellenboek

Sportparticipatie Jongeren Jongeren jaar Tabellenboek Sportparticipatie Jongeren Jongeren 18-24 jaar Tabellenboek Onderzoek & Statistiek Juli 2013 Wat staat er in het tabellenboek? Het tabellenboek presenteert de zogenaamde rechte tellingen. Het betreft de

Nadere informatie

Verkeer en vervoer. Omnibus 2015

Verkeer en vervoer. Omnibus 2015 Verkeer en vervoer Omnibus Afdeling Onderzoek & Statistiek Januari 2016 2 Inleiding In het najaar van is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s-hertogenbosch een omnibusonderzoek gehouden.

Nadere informatie

Openingstijden Stadswinkels 2008

Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2008 In opdracht van Publiekszaken afdeling Beleid

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2009

Interactief bestuur. Omnibus 2009 Interactief bestuur Omnibus 2009 O&S Januari 2010 2 Kort samengevat Najaar 2009 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek een omnibusonderzoek gehouden. In dit onderzoek is de bewoners van de gemeente

Nadere informatie

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017 Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl

Nadere informatie

12 VEILIGHEID IN HAARLEM EN BUURTBELEVING

12 VEILIGHEID IN HAARLEM EN BUURTBELEVING VEILIGHEID IN HAARLEM EN BUURTBELEVING Graag zouden we nog een aantal aanvullende vragen willen stellen over hoe u de veiligheid in Haarlem ervaart. In hoeverre vindt u Haarlem een veilige stad? In hoeverre

Nadere informatie

ONTWIKKELING JEUGDOVERLAST

ONTWIKKELING JEUGDOVERLAST ONTWIKKELING JEUGDOVERLAST ONTWIKKELING JEUGDOVERLAST IN DE 22 GEMEENTEN VAN HET SAMENWERKINGSVERBAND AANPAK MAROKKAANS- NEDERLANDSE RISICOJONGEREN Deelrapportage gemeente Eindhoven Colofon Van Montfoort/INTRAVAL

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden Veiligheidsmonitor 20 Gemeente Woerden Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Gemeente Woerden DIMENSUS beleidsonderzoek April 202 Projectnummer 475 Samenvatting 3 Inleiding. Leefbaarheid van de buurt 3.

Nadere informatie

Gemeenten + Wijken Index

Gemeenten + Wijken Index Gemeenten + Wijken Index '-' betekent minder dan 50 antwoorden 2012 2013 2014 2015 2016 Gemeente Leiden ( + = positief verschil; - = negatief verschil) verschil 2013-2016 verschil 2014-2016 verschil 2015-2016

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 8 t/m 11. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 8 t/m 11. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 8 t/m 11 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 18 maart 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie