Nieuwe orale anticoagulantia bij atriumfibrilleren

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nieuwe orale anticoagulantia bij atriumfibrilleren"

Transcriptie

1 Stand van zaken Nieuwe orale anticoagulantia bij atriumfibrilleren De visie van de neuroloog Ewoud J. van Dijk, Peter J. Koudstaal, Yvo B.W.E.M. Roos, Paul J. Brouwers en L. Jaap Kappelle* KLINISCHE PRAKTIJK In recente gerandomiseerde studies gaven nieuwe orale anticoagulantia (dabigatran, rivaroxaban en apixaban) bij patiënten met atriumfibrilleren een vergelijkbare of betere bescherming tegen herseninfarcten dan vitamine K-antagonisten (VKA). Ook veroorzaakten nieuwe orale anticoagulantia aanzienlijk minder intracraniële bloedingen. Deze resultaten worden ook gevonden bij patiënten met een hoog risico op complicaties, zoals na een eerder herseninfarct of bij een leeftijd > 75 jaar. Het is onbekend of dit eveneens geldt in de vroege fase na een herseninfarct of bij een bloeddruk > 180/110 mmhg. Monitoren van het antistollingseffect is niet meer nodig met nieuwe orale anticoagulantia. Dit is makkelijker voor de gebruiker, maar geeft minder inzicht in de therapietrouw. Er is geen noodzaak om patiënten die goed reageren op VKA in te stellen op nieuwe anticoagulantia. Bij problemen met het gebruik van VKA of bij een nieuwe indicatie kunnen de nieuwe middelen overwogen worden. Praktische zaken zoals interactie met andere medicatie, therapietrouw, couperen bij bloeding, monitoren van het antistollingseffect en asymptomatische verslechterende nierfunctie, moeten verder worden onderzocht. *Namens de Nederlandse Neurovasculaire Werkgroep van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie. UMC St Radboud, afd. Neurologie, Nijmegen. Dr. E.J. van Dijk, neuroloog. Erasmus MC, afd. Neurologie, Rotterdam. Prof.dr. P.J. Koudstaal, neuroloog. AMC, afd. Neurologie, Amsterdam. Dr. Y.B.W.E.M. Roos, neuroloog. Medisch Spectrum Twente, afd. Neurologie, Enschede. Dr. P.J. Brouwers, neuroloog. UMC Utrecht, afd. Neurologie, Utrecht. Prof.dr. L.J. Kappelle, neuroloog. Contactpersoon: dr. E.J. van Dijk neuro.umcn.nl). De medicamenteuze behandeling van patiënten met atriumfibrilleren is in belangrijke mate gericht op preventie van herseninfarcten. Naast medicatie om de hartfrequentie te reguleren worden antitrombotica ingezet. De keuze tussen trombocytenaggregatieremmers en orale anticoagulantia in de vorm van vitamine K-antagonisten (VKA) is afhankelijk van zowel het risico op een herseninfarct als op een bloedingscomplicatie, waarbij intracraniële bloedingen het meest gevreesd worden. De effectiviteit en veiligheid van een groep nieuwe orale anticoagulantia, bestaande uit dabigatran, rivaroxaban en apixaban, werd in de afgelopen jaren onderzocht bij patiënten met atriumfibrilleren en is recent vanuit verschillende disciplines in het Tijdschrift besproken. 1,2 In dit artikel geven we vanuit neurologisch perspectief onze visie op de nieuwe orale anticoagulantia bij patiënten met atriumfibrilleren. We zochten in PubMed naar artikelen over bovenstaande 3 nieuwe orale anticoagulantia in combinatie met de zoektermen atrial fibrillation, intracranial hemorrhage of stroke. Ook bekeken we artikelen die refereerden aan 1 van de 3 gerandomiseerde studies waarin deze middelen werden vergeleken met VKA bij patiënten met atriumfibrilleren. 3-5 Risico s en indicaties Atriumfibrilleren is verantwoordelijk voor 15-25% van de herseninfarcten. 6 Zowel chronisch als paroxysmaal atriumfibrilleren geven een 3-5 maal verhoogd risico op een herseninfarct. De kans op een herseninfarct bij atrium- NED TIJDSCHR GENEESKD. 2012;156:A5283 1

2 KLINISCHE PRAKTIJK fibrilleren is afhankelijk van meerdere factoren. Een veel gebruikte methode om deze kans te schatten is de CHADS 2 -score, waarbij punten worden toegekend aan verschillende factoren: congestive heart failure (1 punt), hypertension (1 punt), age (> 75: 1 punt), diabetes (1 punt) en symptomatic cerebral emboli (2 punten). Het jaarlijkse risico op een herseninfarct varieert van 2% bij een CHADS 2 -score van 0 tot 18% bij een maximale CHADS 2 -score van 6. 7 Recent werden aan deze score de factoren perifeer arterieel vaatlijden (1 punt), leeftijdscategorie jaar (1 punt) en vrouwelijk geslacht (1 punt) toegevoegd (CHA 2 DS 2 VASc). 8 VKA (acenocoumarol, fenprocoumon en warfarine) zijn zeer effectief in het voorkómen van een 1e herseninfarct bij patiënten met atriumfibrilleren. De relatieve risicoreductie ten opzichte van placebo is 60-70%, terwijl dit voor acetylsalicylzuur slechts 20-25% is. 9 De European atrial fibrillation trial (EAFT) toonde vergelijkbare relatieve risicoreducties bij patiënten die recent een TIA of een klein herseninfarct doormaakten. 10 Daarom adviseren internationale en Nederlandse richtlijnen acetylsalicylzuur alleen bij een heel laag risico op een herseninfarct (CHADS 2 -score: 0). Bij een licht verhoogd risico (CHADS 2 -score: 1) wordt acetylsalicylzuur of een VKA geadviseerd en bij een CHADS 2 -score 2 een VKA. 11,12 Gebruik van VKA gaat gepaard met een jaarlijks risico op ernstige bloedingen van 2-5%, terwijl dit bij een lage dosis acetylsalicylzuur < 1% is. 13,14 Een ernstige bloeding kan variëren van elke bloeding die leidt tot een duidelijke Hbdaling (> 1,25 mmol/l) tot intracerebrale bloedingen met een mortaliteit van > 50%. 15 Het risico op een bloeding bij het gebruik van VKA wordt door verschillende factoren TABEL 1 Risicofactoren voor bloedingen samenhangend met gebruik van vitamine K-antagonisten 13 soort bloeding alle bloedingen intracraniële bloedingen risicofactoren co-morbiditeit (hypertensie, nierfunctiestoornissen, leverfunctiestoornissen, hartfalen) hogere leeftijd (> 65 jaar) overmatig alcohol- en drugsgebruik variabele INR en INR > 3,5 gebrekkige therapietrouw eerdere bloeding en hemorragische diathese (zoals trombopenie) co-medicatie (zoals acetylsalicylzuur, clopidogrel en NSAID s) frequent vallen eerder herseninfarct of hersenbloeding wittestofafwijkingen en micro-bloedingen op CT of MRI bepaald (tabel 1). 16 Ondanks de superieure effectiviteit van VKA ten opzichte van acetylsalicylzuur wordt toch frequent voor de laatste gekozen, waarschijnlijk uit angst voor bloedingscomplicaties. 17 Mogelijk spelen noodzakelijke intensieve controles, interacties met medicatie en voeding, en geschatte hoge risico s bij kwetsbare patiënten hierbij ook een rol. Nieuwe orale anticoagulantia De nieuwe orale anticoagulantia grijpen in tegenstelling tot VKA slechts aan op 1 punt in de stollingscascade. Dabigatran is een directe factor II(trombine)-remmer en rivaroxaban en apixaban zijn geactiveerde factor X-remmers (tabel 2). Dabigatran in de dosering 150 mg 2 dd was beter in het beschermen tegen beroertes (herseninfarct en intracerebrale bloeding) en systemische embolieën dan warfarine (streef-inr: 2-3), terwijl het niet méér ernstige bloedingen veroorzaakte (tabel 3). 5 Bij de lagere dosering (110 mg 2 dd) trad er een vergelijkbaar aantal beroertes en systemische embolieën op als met warfarine, maar was het aantal bloedingscomplicaties lager. Dabigatran werd onderzocht bij patiënten met atriumfibrilleren en een relatief laag risico op een beroerte. Apixaban 5 mg 2 dd werd in een vergelijkbare populatie onderzocht en was beter dan warfarine in zowel het voorkómen van beroertes en systemische embolieën als van bloedingscomplicaties. 4 Rivaroxaban 20 mg 1 dd werd onderzocht bij patiënten met een hoger risico op een herseninfarct dan de patiënten bij wie dabigatran en apixaban werden onderzocht. 3 Het bleek net niet beter te beschermen dan warfarine volgens de gebruikelijke intention-to-treat -analyse, maar bij patiënten die daadwerkelijk de medicatie gebruikten (per-protocol-analyse) was rivaroxaban wel beter in het voorkómen van beroertes en systemische embolieën. Opvallend is dat bij alle 3 de middelen het risico op de gevreesde intracraniële bloedingen aanzienlijk lager was dan bij warfarine. Een meta-analyse toont dat dit risico de helft is ten opzichte van VKA (oddsratio: 0,49; 95%- BI: 0,36-0,66). 18 Er zijn geen studies gedaan waarin de 3 middelen onderling werden vergeleken. Een 4e studie vergeleek het preventieve effect van apixaban met dat van acetylsalicylzuur, bij patiënten met atriumfibrilleren die geen VKA konden gebruiken. 19 Deze studie werd vroegtijdig gestopt, omdat apixaban beter beschermde tegen beroertes en systemische embolieën zonder dat het meer ernstige bloedingen veroorzaakte. De contra-indicaties voor het gebruik van VKA waren divers en vaak onduidelijk. Dit bemoeilijkt het vertalen van de resultaten naar de dagelijkse praktijk. 2 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2012;156:A5283

3 Secundaire preventie In vooraf bepaalde subgroepanalyses is voor alle 3 de nieuwe orale anticoagulantia gekeken naar de patiënten die reeds eerder een TIA of herseninfarct hadden doorgemaakt De relatieve risicoreductie voor zowel beroertes en systemische embolieën als voor het optreden van ernstige bloedingen verschilde niet tussen deelnemers met en zonder voorgeschiedenis van een herseninfarct of TIA. Opvallend is het lage jaarlijkse percentage recidiefherseninfarcten in de warfarine-arm van de 3 nieuwe studies (2,8-3,0% per jaar) ten opzichte van eerdere studies, zoals het EAFT-onderzoek (4,0% per jaar). 10,20,21,23 In deze laatste trial werden alle patiënten binnen 3 maanden na een TIA of niet-invaliderend herseninfarct gerandomiseerd, terwijl in de studies met de nieuwe orale anticoagulantia de meerderheid van de patiënten werd geïncludeerd meer dan 1 jaar na TIA of herseninfarct. Een ander probleem dat de interpretatie van de resultaten van de studies met de nieuwe orale anticoagulantia bemoeilijkt, is dat de diagnose TIA of herseninfarct in de voorgeschiedenis niet gecontroleerd werd door een neuroloog, terwijl we weten dat het stellen van deze diagnose moeilijk kan zijn en deskundigheid vereist. Verder konden de patiënten niet worden gerandomiseerd gedurende de eerste 7-14 dagen na een TIA of niet-invaliderend herseninfarct, terwijl dat de periode is waarin de neurologen tegenwoordig meestal de patiënten zien op hun TIA-poli. Op dit moment weten we dus niet helemaal zeker of het veilig is om patiënten met een TIA of nietinvaliderend herseninfarct te behandelen met de nieuwe orale anticoagulantia in de eerste weken na het ontstaan van de verschijnselen. Kwetsbare patiënten Oudere patiënten met atriumfibrilleren hebben naast een verhoogd risico op herseninfarcten een hoger risico op bloedingscomplicaties bij gebruik van VKA. Door frequenter vallen en aanwezige cerebrale microangiopathie of amyloïdangiopathie is het risico op intracraniële bloedingscomplicaties sterk verhoogd. 24 De effectiviteit van de nieuwe orale anticoagulantia in het voorkómen van herseninfarcten was voor patiënten jonger en ouder dan 75 jaar gelijk; ook hadden beide groepen een lager percentage intracraniële bloedingen. 25 Opvallend was dat het risico op gastro-intestinale bloedingen hoger was bij patiënten ouder dan 75 jaar bij gebruik van dabigatran dan bij gebruik van warfarine. Bij de factor Xa-remmers werd dit verhoogde risico niet gezien. Patiënten met een recente maag-darmbloeding, onbehandelde hypertensie (bloeddruk: > 180/100 mmhg), een verhoogde bloedingsdiathese of een intracraniële bloeding in de voorgeschiedenis werden uitgesloten van de studies naar de nieuwe orale anticoagulantia. Voor deze groep patiënten weten we daarom nog onvoldoende over de effectiviteit en veiligheid van nieuwe orale anticoagulantia. Optimaal dagelijks gebruik In de warfarine-arm van de studies was de INR gemiddeld in 55-64% van de tijd binnen het therapeutische venster (streef-inr: 2-3). Ten opzichte van patiënten die VKA gebruikten en goed waren ingesteld (dat wil zeggen: ze hadden > 73% van de tijd een INR binnen het therapeutische venster) was dabigatran 150 mg 2 dd niet effectiever in het voorkómen van herseninfarcten; wel veroorzaakte dabigatran minder intracerebrale bloedingen. 26 KLINISCHE PRAKTIJK TABEL 2 Overzicht van de eigenschappen van de nieuwe orale anticoagulantia eigenschap middel dabigatran rivaroxaban apixaban soort directe selectieve trombineremmer directe selectieve factor Xa-remmer directe selectieve factor Xa-remmer piekspiegel 1-3 h 2-4 h 1-3 h halfwaardetijd h 7-11 h 8-14 h plasma-eiwit binding 35% 90-95% 85% CYP450-metabolisering niet circa 33% circa 15% uitscheiding 85% urine 6% feces 66% urine 33% feces 25% urine 55% feces interacties* P-glycoproteïne CYP3A4 P-glycoproteïne CYP3A4 * Interacties kan plaatsvinden met CYP3A4 en P-glycoproteïne remmers (ketoconazol, verapamil, amiodarone, quinidine, clarithromycine, itraconazol, hiv-proteaseremmers, ciclosporine en tacrolimus) en met CYP3A4 en P-glycoproteïne inductoren (rifampicine, fenytoïne, carbamazepine, fenobarbital en sint-janskruid). NED TIJDSCHR GENEESKD. 2012;156:A5283 3

4 KLINISCHE PRAKTIJK De Nederlandse deelnemers aan de studie hadden gemiddeld gedurende 70% van de tijd een INR binnen het therapeutische venster. Het gebruiksgemak van de nieuwe middelen met een dagelijkse vaste dosering zonder noodzaak van INRcontroles is een praktisch voordeel voor patiënten. INRcontroles geven wel een signaal als de medicatie niet of niet goed werd ingenomen. Gebrekkige therapietrouw van nieuwe orale anticoagulantia is daarom een bedreiging voor de externe validiteit van de studies, zeker bij patiënten met een TIA of herseninfarct van wie bekend is dat ze vaak cognitieve problemen hebben. Complicaties en bijzondere situaties Zowel dabigatran als rivaroxaban worden grotendeels renaal geklaard, waardoor interactie met medicatie die door enzym cytochroom P450 wordt omgezet, beperkt is (zie tabel 3). Een slechtere nierfunctie leidt echter wel tot hogere spiegels, waardoor de dosis aangepast moet worden. Controle is daarom vooraf maar ook tijdens gebruik noodzakelijk, zeker bij dehydratie en de start van andere medicatie die de nierfunctie kan beïnvloeden. De belangrijkste reden van bloedingscomplicaties bij gebruik van nieuwe orale anticoagulantia buiten de studies was een slechte nierfunctie. 27 Het bepalen van het effect van nieuwe orale anticoagulantia op de stolling bij een individuele patiënt is slechts beperkt mogelijk. Bij patiënten met een indicatie voor trombolyse bij een acuut herseninfarct, een indicatie voor een spoedoperatie, bij patiënten met een intracraniële bloeding of bij twijfel aan therapietrouw is hier wel behoefte aan. Een niet-afwijkende geactiveerde partiële tromboplastinetijd (APTT) of trombinetijd (TT) sluit een relevant antistollingseffect door dabigatran uit. Hetzelfde geldt voor de protrombinetijd (PT) bij de factor Xa-remmers. Echter bij verlengde waardes is er geen betrouwbaar verband met het antistollingseffect van deze middelen. 28,29 Het gelijktijdig gebruik van acetylsalicylzuur verhoogde het risico op bloedingen bij zowel gebruikers van nieuwe orale anticoagulantia als van VKA. Terughoudendheid met het combineren van deze antitrombotica is daarom geboden. De snelle biologische beschikbaarheid en korte halfwaar- TABEL 3 Overzicht van de studies naar de nieuwe orale anticoagulantia bij patiënten met atriumfibrilleren studiekenmerken studie RE-LY 15 * ROCKET-AF 17 ARISTOTLE 16 AVERROES 18 interventie dabigatran 110 mg vs. dabigatran 150 mg vs. rivaroxaban 20 mg vs. apixaban 5 mg vs. n leeftijd in jaren; gemiddelde CHADS 2 -score gemiddelde % > 1 voorgeschiedenis eerder TIA of herseninfarct; % eerder myocardinfarct; % complicaties absoluut risico in % per jaar beroerte en SE ernstige bloeding intracraniële bloeding relatief risico (95%-BI) beroerte en SE ernstige bloeding intracraniële bloeding 1,5 vs. 1,7 2,7 vs. 3,4 0,2 vs. 0,7 0,91 (0,74-1,11) 0,80 (0,69-0,93) 0,31 (0,20-0,47) 2, ,9 vs. 1,7 3,1 vs. 3,4 0,3 vs. 0,7 0,66 (0,53-0,82) 0,93 (0,81-1,09) 0,40 (0,27-0,60) 3, ,1 vs. 2,4 3,6 vs. 3,4 0,5 vs. 0,7 0,88 (0,75-1,03) 1,04 (0,90-1,20) 0,67 (0,47-0,93) 2, ,3 vs. 1,6 2,1 vs. 3,1 0,3 vs. 0,8 0,79 (0,66-0,95) 0,69 (0,60-0,80) 0,42 (0,30-0,58) apixaban 5 mg vs. acetylsalicylzuur 2, onbekend 1,6 vs. 3,7 1,4 vs. 1,2 0,4 vs. 0,4 0,45 (0,32-0,62) 1,13 (0,74-1,75) 0,85 (0,38-1,90) AR = absolute risico in % per jaar; RR = relatieve risico; SE = systemische emboli * Deze studie heeft 3 armen: dabigatran 110 mg 2 dd, dabigatran 150 mg 2 dd en warfarine. Omdat het aantal patiënten en de patiëntkenmerken niet goed uit te splitsen zijn, worden deze gegevens voor de gehele studie weergegeven. De streef-inr bij warfarine was 2-3. Studie werd voortijdig afgebroken. De CHADS 2 -score is als volgt opgebouwd: congestive heart failure (1 punt), hypertension (1 punt), age (> 75 = 1 punt), diabetes (1 punt) en symptomatic cerebral emboli (2 punten). 4 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2012;156:A5283

5 detijd van de nieuwe orale anticoagulantia maken overbrugging met laagmoleculair-gewichtheparine tijdens de opstartfase of een tijdelijke onderbreking overbodig. Het nadeel is dat bij het overslaan van 1 of 2 giften het bloed van de patiënt al snel niet meer afdoende ontstold is. Op dit moment is er nog geen direct antidotum voor de nieuwe orale anticoagulantia. Diverse mogelijkheden zijn geopperd, zoals protrombinecomplex-concentraat, fresh frozen plasma (FFP) en geactiveerd factor VII, maar de effectiviteit is niet getest bij patiënten met een bloedingscomplicatie. 28,29 Echter, de prognose van intracraniële bloedingen bij gebruik van VKA is ondanks wel beschikbare antidota slecht. 15 Zoals met alle nieuwe geneesmiddelen is er slechts beperkte klinische ervaring, waardoor onverwachte bijwerkingen pas na registratie en op langere termijn bekend worden. Het licht verhoogde risico van dabigatran en rivaroxaban op gastro-intestinale bloedingen verdient in deze context extra aandacht. Leerpunten Atriumfibrilleren is verantwoordelijk voor 15-25% van de herseninfarcten. Bij patiënten met atriumfibrilleren geven vitamine K-antagonisten (VKA) een relatieve risicoreductie op herseninfarcten van 60-70% ten opzichte van placebo, terwijl dit voor acetylsalicylzuur slechts 20-25% is. Het gebruik van VKA bij atriumfibrilleren gaat gepaard met een risico op een ernstige bloedingscomplicatie van 2-5% per jaar. Nieuwe orale anticoagulantia geven onder gecontroleerde omstandigheden bij patiënten met atriumfibrilleren vergelijkbare of betere bescherming tegen herseninfarcten en veroorzaken aanzienlijk minder intracraniële bloedingscomplicaties dan VKA. Dit geldt ook voor patiënten met een eerder herseninfarct of TIA, het is echter onbekend of starten van deze middelen ook veilig is in de acute fase na een herseninfarct. Een verschil tussen de beschermende werking van dabigatran, rivaroxaban of apixaban is niet onderzocht. KLINISCHE PRAKTIJK Vitamine K-antagonisten of nieuwe orale anticoagulantia? Grote, goed uitgevoerde studies tonen onafhankelijk van elkaar dat de 3 nieuwe orale anticoagulantia beter of gelijk te zijn aan VKA in het voorkómen van beroertes en systemische embolieën bij patiënten met atriumfibrilleren, terwijl ze aanzienlijk minder intracraniële bloedingscomplicaties veroorzaken. Patiënten hoeven niet gecontroleerd te worden door de trombosediensten en de nieuwe orale anticoagulantia hebben minder interacties met andere geneesmiddelen en voeding. Op het eerste gezicht lijken deze nieuwe medicijnen daarom eerste keuze. De belangrijkste vraag is echter of de effectiviteit en veiligheid vergelijkbaar zijn onder minder gecontroleerde omstandigheden buiten de studies. Hierbij speelt met name de therapietrouw een essentiële rol. Aangezien de nieuwe orale anticoagulantia duurder in aanschaf zijn dan de bekende VKA, zullen ze in de dagelijkse praktijk alleen kosteneffectief zijn als ze ook dan resulteren in betere preventie en veiligheid en een verminderde noodzaak tot controles. Patiënten die reeds een VKA gebruiken en die adequate en stabiele INR-waarden hebben, zullen beperkt baat hebben bij een nieuwe groep orale anticoagulantia. Naar onze mening is het niet nodig om deze patiënten in te stellen op een ander medicament. Indien de INR sterk fluctueert, moet gezocht worden naar de oorzaak; bij slechte therapietrouw zijn de nieuwe orale anticoagulantia geen oplossing. Bij patiënten met atriumfibrilleren de novo, bij patiënten met bekende atriumfibrilleren maar alleen acetylsalicylzuurgebruik en bij patiënten met een recidief herseninfarct onder VKA-gebruik kunnen de nieuwe orale anticoagulantia overwogen worden. Bij patiënten met een verhoogd bloedingsrisico, maagklachten, slechte nierfunctie of een bijkomende indicatie voor VKA, zoals een mechanische hartklep, dient men terughoudend te zijn met de nieuwe orale anticoagulantia en eventueel de dosering aan te passen. Er is nog onduidelijkheid over de effectiviteit en veiligheid van de nieuwe orale anticoagulantia bij patiënten met een recent herseninfarct of TIA en bij patiënten met een verhoogd risico op intracraniële bloedingen. Ook zijn er een aantal praktische zaken met betrekking tot monitoring en couperen waar duidelijkheid over moet komen. Een gefundeerde voorkeur voor 1 van de nieuwe orale anticoagulantia is er niet. Bij patiënten met een contraindicatie voor VKA is apixaban effectiever dan acetylsalicylzuur. Dat dabigatran en rivaroxaban in dat geval een vergelijkbaar effect hebben, is aannemelijk maar niet aangetoond. Dabigatran en rivaroxaban zijn inmiddels geregistreerd voor behandeling van patiënten met atriumfibrilleren. Uitsluitsel over opname in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem wordt dit jaar verwacht. Conclusie De mogelijkheden van de nieuwe orale anticoagulantia, bestaande uit dabigatran, rivaroxaban en apixaban, lijken veelbelovend. Gezien de potentieel ernstige bijwerkingen, de kosten, het ontbreken van ervaring en de onbekende langetermijneffecten is monitoring van de effectiviteit, veiligheid en doelmatigheid in de dagelijkse praktijk met een fase IV-studie noodzakelijk. Idealiter wordt hieraan een programma gekoppeld om de therapietrouw te monitoren en te optimaliseren. NED TIJDSCHR GENEESKD. 2012;156:A5283 5

6 KLINISCHE PRAKTIJK Belangenconflict: De werkgever van E.J. van Dijk ontving financiële vergoeding van Boehringer Ingelheim voor consultancy-werkzaamheden en voor het geven van lezingen. P.J. Koudstaal ontving royalty s voor het boek Neurologie. L.J. Kappelle en P.J. Brouwers ontvingen financiële vergoeding van Boehringer Ingelheim en Bayer Health Care voor het ontwikkelen van onderwijspresentaties het geven van lezingen en consultancy-werkzaamheden. Financiële ondersteuning voor dit artikel: geen gemeld. Aanvaard op 2 augustus 2012 Citeer als: Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A5283 > Meer op Literatuur 1 Leebeek FW, Kamphuisen PW. Nieuwe orale anticoagulantia in Nederland. Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:A Verheugt F. Nieuwe antitrombotica bij atriumfibrilleren. Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A Patel MR, Mahaffey KW, Garg J, et al. Rivaroxaban versus warfarin in nonvalvular atrial fibrillation. N Engl J Med. 2011;365: Granger CB, Alexander JH, McMurray JJ, et al. Apixaban versus warfarin in patients with atrial fibrillation. N Engl J Med. 2011;365: Connolly SJ, Ezekowitz MD, Yusuf S, et al. Dabigatran versus warfarin in patients with atrial fibrillation. N Engl J Med. 2009;361: Marini C, De Santis F, Sacco S, et al. Contribution of atrial fibrillation to incidence and outcome of ischemic stroke: results from a population-based study. Stroke. 2005;36: Gage BF, Waterman AD, Shannon W, Boechler M, Rich MW, Radford MJ. Validation of clinical classification schemes for predicting stroke: results from the National Registry of Atrial Fibrillation. JAMA. 2001;285: Lip GY, Halperin JL. Improving stroke risk stratification in atrial fibrillation. Am J Med. 2010;123: Hart RG, Pearce LA, Aguilar MI. Meta-analysis: antithrombotic therapy to prevent stroke in patients who have nonvalvular atrial fibrillation. Ann Intern Med. 2007;146: Secondary prevention in non-rheumatic atrial fibrillation after transient ischaemic attack or minor stroke. EAFT (European Atrial Fibrillation Trial) Study Group. Lancet. 1993;342: Goldstein LB, Bushnell CD, Adams RJ, et al. Guidelines for the primary prevention of stroke: a guideline for healthcare professionals from the American Heart Association/American Stroke Association. Stroke. 2011;42: Opstelten W, Boode BS, Heeringa J, Rutten FH, Goudswaard AN. Samenvatting van de standaard Atriumfibrilleren (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap. Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A Schulman S, Beyth RJ, Kearon C, Levine MN. Hemorrhagic complications of anticoagulant and thrombolytic treatment: American College of Chest Physicians Evidence-Based Clinical Practice Guidelines (8th Edition). Chest. 2008;133:257S-98S. 14 Baigent C, Blackwell L, Collins R, et al. Aspirin in the primary and secondary prevention of vascular disease: collaborative meta-analysis of individual participant data from randomised trials. Lancet. 2009;373: Rosand J, Eckman MH, Knudsen KA, Singer DE, Greenberg SM. The effect of warfarin and intensity of anticoagulation on outcome of intracerebral hemorrhage. Arch Intern Med. 2004;164: Loewen P, Dahri K. Risk of bleeding with oral anticoagulants: an updated systematic review and performance analysis of clinical prediction rules. Ann Hematol. 2011;90: Willemsen RTA, Pisters R, Crijns HJGM, De Wit AAM. Implementatie van antitrombotische behandeling bij atriumfibrilleren. Huisarts Wet. 2011;54: Miller CS, Grandi SM, Shimony A, Filion KB, Eisenberg MJ. Meta-Analysis of Efficacy and Safety of New Oral Anticoagulants (Dabigatran, Rivaroxaban, Apixaban) Versus Warfarin in Patients With Atrial Fibrillation. Am J Cardiol. 2012;110: Connolly SJ, Eikelboom J, Joyner C, et al. Apixaban in patients with atrial fibrillation. N Engl J Med. 2011;364: Diener HC, Connolly SJ, Ezekowitz MD, et al. Dabigatran compared with warfarin in patients with atrial fibrillation and previous transient ischaemic attack or stroke: a subgroup analysis of the RE-LY trial. Lancet Neurol. 2010;9: Hankey GJ, Patel MR, Stevens SR, et al. Rivaroxaban compared with warfarin in patients with atrial fibrillation and previous stroke or transient ischaemic attack: a subgroup analysis of ROCKET AF. Lancet Neurol. 2012;11: Diener HC, Eikelboom J, Connolly SJ, et al. Apixaban versus aspirin in patients with atrial fibrillation and previous stroke or transient ischaemic attack: a predefined subgroup analysis from AVERROES, a randomised trial. Lancet Neurol. 2012;11: Easton JD, Lopes RD, Bahit MC, et al. Apixaban compared with warfarin in patients with atrial fibrillation and previous stroke or transient ischaemic attack: a subgroup analysis of the ARISTOTLE trial. Lancet Neurol. 2012;11: Gorter JW. Major bleeding during anticoagulation after cerebral ischemia: patterns and risk factors. Stroke Prevention In Reversible Ischemia Trial (SPIRIT). European Atrial Fibrillation Trial (EAFT) study groups. Neurology. 1999;53: Eikelboom JW, Wallentin L, Connolly SJ, et al. Risk of bleeding with 2 doses of dabigatran compared with warfarin in older and younger patients with atrial fibrillation: an analysis of the randomized evaluation of long-term anticoagulant therapy (RE-LY) trial. Circulation. 2011;123: Wallentin L, Yusuf S, Ezekowitz MD, et al. Efficacy and safety of dabigatran compared with warfarin at different levels of international normalised ratio control for stroke prevention in atrial fibrillation: an analysis of the RE-LY trial. Lancet. 2010;376: Harper P, Young L, Merriman E. Bleeding risk with dabigatran in the frail elderly. N Engl J Med. 2012;366: Eerenberg ES, Kamphuisen PW, Sijpkens MK, Meijers JC, Buller HR, Levi M. Reversal of Rivaroxaban and Dabigatran by Prothrombin Complex Concentrate A Randomized, Placebo-Controlled, Crossover Study in Healthy Subjects. Circulation. 2011;124: Zhou W, Schwarting S, Illanes S, et al. Hemostatic therapy in experimental intracerebral hemorrhage associated with the direct thrombin inhibitor dabigatran. Stroke. 2011;42: NED TIJDSCHR GENEESKD. 2012;156:A5283

NOAC s. Bossche Samenscholingsdagen 2014 N. Péquériaux Laboratoriumarts/Medisch leider trombosedienst M. Jacobs Cardioloog

NOAC s. Bossche Samenscholingsdagen 2014 N. Péquériaux Laboratoriumarts/Medisch leider trombosedienst M. Jacobs Cardioloog NOAC s Bossche Samenscholingsdagen 2014 N. Péquériaux Laboratoriumarts/Medisch leider trombosedienst M. Jacobs Cardioloog Antistollingsmedicatie Toegepast ter preventie en behandeling van arteriële en

Nadere informatie

Antistolling bij de oudere patiënt met atriumfibrilleren. Dr Robert G Tieleman Martini Ziekenhuis UMCG

Antistolling bij de oudere patiënt met atriumfibrilleren. Dr Robert G Tieleman Martini Ziekenhuis UMCG Antistolling bij de oudere patiënt met atriumfibrilleren Dr Robert G Tieleman Martini Ziekenhuis UMCG Epidemiologie van atriumfibrilleren (AF) Meest voorkomende ritmestoornis in de westerse wereld Gemiddeld

Nadere informatie

Vernieuwingen in stroke preventie in atrium fibrilleren. Joep Hufman, Medical Scientific Liason

Vernieuwingen in stroke preventie in atrium fibrilleren. Joep Hufman, Medical Scientific Liason Vernieuwingen in stroke preventie in atrium fibrilleren Joep Hufman, Medical Scientific Liason Agenda/ Content Atrium fibrilleren & Stollingscascade Heden Toekomst Discussie Atrium fibrilleren en Stollingscascade

Nadere informatie

PRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten

PRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten PRO De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten Prof. dr. Saskia Middeldorp, internist Afdeling Vasculaire Geneeskunde Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Wat zegt de NHG standaard

Nadere informatie

Bloedingen onder antitrombotische medicatie

Bloedingen onder antitrombotische medicatie Bloedingen onder antitrombotische medicatie Timing van herstarten Marieke Gimbel, arts-onderzoeker cardiologie 06-11-2018 Disclosure belangen spreker Marieke Gimbel - St. Antonius ziekenhuis Geen (potentiële)

Nadere informatie

Atriumfibrilleren & NOAC s. Dionne van Kessel

Atriumfibrilleren & NOAC s. Dionne van Kessel Atriumfibrilleren & NOAC s Dionne van Kessel S Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of

Nadere informatie

Geneesmiddelen die de stolling beïnvloeden bij atrium fibrilleren

Geneesmiddelen die de stolling beïnvloeden bij atrium fibrilleren 27-10-2016 Geneesmiddelen die de stolling beïnvloeden bij atrium fibrilleren Wobbe Hospes, ziekenhuisapotheker Agenda Waarom en wanneer antistolling? Stollingscascade en aangrijpingspunten geneesmiddelen

Nadere informatie

NOAC en coronairlijden. Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016

NOAC en coronairlijden. Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016 NOAC en coronairlijden Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016 Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties Geen

Nadere informatie

Zorgpad Atriumfibrilleren (AF)

Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Highlights Ziekenhuizen 2017 Hans Ros, ziekenhuisapotheker Inhoud Wat is AF? Hoe ontstaat een CVA (beroerte)? Behandeling AF: 4 peilers Orale antistolling 1 2016 ESC Guidelines

Nadere informatie

NOACs in de dagelijkse praktijk. Menno Huisman Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden m.v.huisman@lumc.nl

NOACs in de dagelijkse praktijk. Menno Huisman Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden m.v.huisman@lumc.nl NOACs in de dagelijkse praktijk Menno Huisman Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden m.v.huisman@lumc.nl Belangen Voordrachten tijdens wetenschappelijke verenigingen ondersteund door farma; honoraria

Nadere informatie

Voorkamerfibrillatie: ontstolling anno Frank Provenier

Voorkamerfibrillatie: ontstolling anno Frank Provenier Voorkamerfibrillatie: ontstolling anno 2014 Frank Provenier 26/4/2012 Voorkamerfibrillatie, definitie eerste episode voorkamerfibrillatie paroxysmale voorkamerfibrillatie persisterende voorkamerfibrillatie

Nadere informatie

Atriumfibrilleren in de 2e lijn

Atriumfibrilleren in de 2e lijn Atriumfibrilleren in de 2e lijn Robert Tieleman Martini Ziekenhuis Inhoud Waarom werkt de cardioloog mee aan ketenzorg AF? Uitgangspunt van AF behandeling Antistolling, wie doet wat? Ritme controle in

Nadere informatie

Antistollingstherapie. Boezemfibrilleren. Charles Kirchhof Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp

Antistollingstherapie. Boezemfibrilleren. Charles Kirchhof Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp Antistollingstherapie Boezemfibrilleren Charles Kirchhof Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp ESC Guidelines 2010 ESC Guidelines 2010 Do: 1.Preventie van AF gerelateerde complicaties 2.Optimale veiligheid van

Nadere informatie

casuistiek: bloedingscomplicaties bij het gebruik van de nieuwe generaties antistollingsmiddelen

casuistiek: bloedingscomplicaties bij het gebruik van de nieuwe generaties antistollingsmiddelen casuistiek: bloedingscomplicaties bij het gebruik van de nieuwe generaties antistollingsmiddelen Dr. Marieke JHA Kruip Internist- hematoloog Erasmus MC inhoud casus indica>es nieuwe orale middelen risico

Nadere informatie

Nieuwe Orale Anticoagulantia (NOACs)

Nieuwe Orale Anticoagulantia (NOACs) Nieuwe Orale Anticoagulantia (NOACs) Regionaal Formularium Zwolle Daphne Bertholee, ziekenhuisapotheker i.o. Douwe van der Meer, coördinator Regionaal Formularium Zwolle FTO 15 oktober 2013 Isala Inleiding

Nadere informatie

kwetsbaar en oud: wat doet de huisarts met AF? WDH Rijnstate 28 maart 2017 sander van doorn huisarts, phd student

kwetsbaar en oud: wat doet de huisarts met AF? WDH Rijnstate 28 maart 2017 sander van doorn huisarts, phd student kwetsbaar en oud: wat doet de huisarts met AF? WDH Rijnstate 28 maart 2017 sander van doorn huisarts, phd student inhoud atrium fibrilleren: kwetsbaar en oud nhg standpunt anticoagulantia 2016 lacunes:

Nadere informatie

Voorkamerfibrillatie: heeft edoxaban een meerwaarde boven warfarine?

Voorkamerfibrillatie: heeft edoxaban een meerwaarde boven warfarine? Voorkamerfibrillatie: heeft edoxaban een meerwaarde boven warfarine? Giugliano RP, Ruff CT, Braunwald E, et al; ENGAGE AF-TIMI 48 Investigators. Edoxaban versus warfarin in patients with atrial fibrillation.

Nadere informatie

Preventie van CVA: Zijn NOACS altijd superieur. Stand van zaken klinische trials met NOACS bij VKF

Preventie van CVA: Zijn NOACS altijd superieur. Stand van zaken klinische trials met NOACS bij VKF Preventie van CVA: Zijn NOACs Altijd Superieur? Preventie van CVA: Zijn NOACS altijd superieur Stand van zaken klinische trials met NOACS bij VKF o Superioriteit versus warfarine o Superioriteit versus

Nadere informatie

FRAIL-AF studie Switchen van anticoagulatietherapie bij kwetsbare ouderen met atriumfibrilleren

FRAIL-AF studie Switchen van anticoagulatietherapie bij kwetsbare ouderen met atriumfibrilleren FRAIL-AF studie Switchen van anticoagulatietherapie bij kwetsbare ouderen met atriumfibrilleren Linda Joosten, arts-onderzoeker WDH Arnhem, 28 maart 2017 Inhoud Casus en inleiding FRAIL-AF studie Vraagstelling

Nadere informatie

Atriumfibrilleren anno Drs LJ Gerhards Martinin Ziekenhuis Groningen

Atriumfibrilleren anno Drs LJ Gerhards Martinin Ziekenhuis Groningen Atriumfibrilleren anno 2014 Drs LJ Gerhards Martinin Ziekenhuis Groningen Onderwerpen Epidemiologie Atriumfibrillerren (AF ) Indeling AF Behandeling AF - rate versus ritme therapie - ontstolling anno 2104

Nadere informatie

DOACs in 15 dia s Transmuraal Trombose Expertise Centrum Groningen

DOACs in 15 dia s Transmuraal Trombose Expertise Centrum Groningen DOACs in 15 dia s - 2018 - Transmuraal Trombose Expertise Centrum Groningen Wat zijn DOACs? DOACs zijn bloedverdunners: Directe Orale Anti Coagulantia Die worden gebruikt bij atriumfibrilleren (AF) en

Nadere informatie

Indicatie antistolling. NOAC/DOAC Is de praktijk net zo verwarrend als de naam.? Indicaties VKA in NL Wat gebruikten we. Het stollingsmechanisme

Indicatie antistolling. NOAC/DOAC Is de praktijk net zo verwarrend als de naam.? Indicaties VKA in NL Wat gebruikten we. Het stollingsmechanisme Indicatie antistolling NOAC/DOAC Is de praktijk net zo verwarrend als de naam.? Behandeling DVT/ longembolie Atriumfibrilleren Mechanische hartklep Arterieel vaatlijden Hartfalen met kamerdilatatie ( alleen

Nadere informatie

Voortgezette behandeling van longembolie in 2016 visie van de 1.5 lijn Menno Huisman. Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden

Voortgezette behandeling van longembolie in 2016 visie van de 1.5 lijn Menno Huisman. Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden Voortgezette behandeling van longembolie in 2016 visie van de 1.5 lijn Menno Huisman Afdeling Trombose en Hemostase LUMC Leiden Traditionele behandeling van VTE UFH LMWH Fondap. Vitamin-K antagonists Vitamin-K

Nadere informatie

Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108

Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108 Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 04-03-2014 Doel Verlagen

Nadere informatie

NOAC s: Antistolling bij atriumfibrilleren

NOAC s: Antistolling bij atriumfibrilleren NOAC s: Antistolling bij atriumfibrilleren Uitgangspunten Handige websites NHG standaard Atriumfibrilleren M79 European Society of Cardiology Atrial Fibrillation (ESC) Leidraad begeleide introductie NOAC

Nadere informatie

Directe orale antistollingsmiddelen. Pieter Willem Kamphuisen Internist vasculair geneeskundige Hoogleraar vasculaire geneeskunde

Directe orale antistollingsmiddelen. Pieter Willem Kamphuisen Internist vasculair geneeskundige Hoogleraar vasculaire geneeskunde Directe orale antistollingsmiddelen Pieter Willem Kamphuisen Internist vasculair geneeskundige Hoogleraar vasculaire geneeskunde Kerngetallen Gebruikers orale antistolling Nederland 350.000 patiënten acenocoumarol

Nadere informatie

Nieuwe antitrombotica bij atriumfibrilleren

Nieuwe antitrombotica bij atriumfibrilleren Stand van zaken Nieuwe antitrombotica bij atriumfibrilleren Freek Verheugt Gerelateerd artikel: Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2572 Het herseninfarct is de ernstigste complicatie van atriumfibrilleren.

Nadere informatie

Stolling en antistolling. Esther Kragten, arts trombose en trombofilie

Stolling en antistolling. Esther Kragten, arts trombose en trombofilie Stolling en antistolling Esther Kragten, arts trombose en trombofilie Inhoud Antistolling peri-operatief onderbreken continueren Risico op trombose Arterieel Veneus Risico op bloeding: Peri-operatief Nabloeding

Nadere informatie

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG 0530.2015107627 Zorginstituut Nederland Pakket Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding voor de adviesvraag

Samenvatting. Aanleiding voor de adviesvraag Samenvatting Aanleiding voor de adviesvraag Op dit moment zijn bijna 400.000 mensen in Nederland aangewezen op behandeling met antistollingsmiddelen van het type vitamine K-antagonist (VKA). Hoewel zeer

Nadere informatie

Content. AF & Nierfalen: Epidemiologie. AF & Nierfalen: Epidemiologie. Disclosures: Epidemiologie: AF en Nierfalen. AF en Nierfalen: kip of ei?

Content. AF & Nierfalen: Epidemiologie. AF & Nierfalen: Epidemiologie. Disclosures: Epidemiologie: AF en Nierfalen. AF en Nierfalen: kip of ei? Disclosures: Zeg eens A. Over Atrium fibrilleren en Antistolling in ESRD Geen Marjolijn van Buren Internist-Nefroloog Content Epidemiologie: en Nierfalen & Nierfalen: Epidemiologie whites ARIC study Atheroslerosis

Nadere informatie

Herstart antistolling na bloeding. Karina Meijer internist-hematoloog UMCG

Herstart antistolling na bloeding. Karina Meijer internist-hematoloog UMCG Herstart antistolling na bloeding Karina Meijer internist-hematoloog UMCG 020318 Disclosures Onderzoeksgeld van Bayer en Pfizer (voor hemofiliegerelateerde projecten), van Sanquin voor PCC studie Speaker

Nadere informatie

Protocol: NOACs bij boezemfibrilleren en hartfalen

Protocol: NOACs bij boezemfibrilleren en hartfalen Protocol: NOACs bij boezemfibrilleren en hartfalen Indicaties: Boezemfibrilleren met CHADSVASC2 score 2 bij hartfalen door zowel HFREF (hartfalen door systolische dysfunctie) als bij HFPEF (hartfalen door

Nadere informatie

NOAC s: New Oral Anticoagulants

NOAC s: New Oral Anticoagulants NOAC Safety protocol NOAC s: New Oral Anticoagulants Willem Bax, Internist-nefroloog-vasculair geneeskundige Namens Werkgroep NOAC s Werkgroep safety protocol NOAC s Matthijs Westerman, Internist Hematoloog

Nadere informatie

Voorkom bloedingen. de achtergrond van antistollingsmiddelen, interacties en risicofactoren. Eindhoven, 19 juni 2014

Voorkom bloedingen. de achtergrond van antistollingsmiddelen, interacties en risicofactoren. Eindhoven, 19 juni 2014 Voorkom bloedingen de achtergrond van antistollingsmiddelen, interacties en risicofactoren Eindhoven, 19 juni 2014 dr. M.R. Nijziel, internist-hematoloog Indeling stollingssysteem oude antistollingsmiddelen

Nadere informatie

NOAC bij niet-valvulair AF. Visie cardiologie

NOAC bij niet-valvulair AF. Visie cardiologie NOAC bij niet-valvulair AF Visie cardiologie Boezemfibrilleren Nadelen Meestal versneld ritme Geen optimale bloedstroom Verlies van boezemcontractie Pompfunctiestoorniss en 2 Trombus in hartoor Screening

Nadere informatie

Atriumfibrilleren. Programma. Atriumfibrilleren 1-11-2012. UFO 1 november 2012 Tom Schalekamp

Atriumfibrilleren. Programma. Atriumfibrilleren 1-11-2012. UFO 1 november 2012 Tom Schalekamp Atriumfibrilleren UFO 1 november 2012 Tom Schalekamp Programma Definitie, indeling, risico s Pathofysiologie Farmacotherapie atriumfibrilleren Ritmecontrole Frequentiecontrole Diverse middelen afzonderlijk

Nadere informatie

Combinatietherapie van TARs en NOACs

Combinatietherapie van TARs en NOACs NECF nascholing 27-9-2016 Combinatietherapie van TARs en NOACs Margreet Warlé-van Herwaarden, openbaar apotheker, Groesbeek Harvey Fijn, cardioloog i.o., CWZ Inhoud Inleiding (dilemma en gevolgen combineren,

Nadere informatie

Farmacokinetiek en dynamiek

Farmacokinetiek en dynamiek Farmacokinetiek en dynamiek Het toepassen van informatie uit het farmacotherapeutisch kompas Douwe van der Meer Ziekenhuisapotheker 20-03-2018 Wie schrijf het Kompas? VWS ZI Verzekeraars Wat is de bron?

Nadere informatie

Nieuwe anticoagulantia in de praktijk De evidence in vogelvlucht en interactieve casuïstiek

Nieuwe anticoagulantia in de praktijk De evidence in vogelvlucht en interactieve casuïstiek Nieuwe anticoagulantia in de praktijk De evidence in vogelvlucht en interactieve casuïstiek Dr. P.W. Kamphuisen - internist Universitair Medisch Centrum Groningen Nieuwe orale antistollingsmiddelen in

Nadere informatie

HF & AF: Antistolling

HF & AF: Antistolling HF & AF: Antistolling Ron Pisters Cardioloog - Rijnstate ziekenhuis, Arnhem Nationale Hartfalendag 2017, Zeist Disclosure belangen spreker (potentiële) Belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk

Nadere informatie

Factor Xa remmers en directe trombine remmers. (nieuwe orale anticoagulantia, NOAC) bij kwetsbare

Factor Xa remmers en directe trombine remmers. (nieuwe orale anticoagulantia, NOAC) bij kwetsbare Factor Xa remmers en directe trombine remmers (nieuwe orale anticoagulantia, NOAC) bij kwetsbare ouderen? Standpunt van de Werkgroep Klinische Gerontofarmacologie (WKGF) van de Nederlandse Vereniging van

Nadere informatie

Trombocytenaggregatieremmers bij de secundaire preventie na een herseninfarct/tia.

Trombocytenaggregatieremmers bij de secundaire preventie na een herseninfarct/tia. Trombocytenaggregatieremmers bij de secundaire preventie na een herseninfarct/tia. Farmacologische aspecten clopidogrel Ralf Stemkens Ziekenhuisapotheker i.o. 27 september 2016 Inleiding Na herseninfarct/tia:

Nadere informatie

Stand van zaken antistolling 2017

Stand van zaken antistolling 2017 Stand van zaken antistolling 2017 Karina Meijer internist-hematoloog UMCG Transmuraal Trombose Expertise Centrum Groningen Disclosures Lokale PI voor Einstein (rivaroxaban), Resonate (dabigatran), Hokusai

Nadere informatie

Antistollingstherapie wacht grote doorbraak. door Marc de Leeuw

Antistollingstherapie wacht grote doorbraak. door Marc de Leeuw Antistollingstherapie wacht grote doorbraak Nog geen antidotum voor dabigatran door Marc de Leeuw - 09-03-2012 De nieuwe orale antistollingsmiddelen lijken aan de vooravond te staan van een grote doorbraak.

Nadere informatie

Atriumfibrilleren, thrombose en nieuwe antistollingsmiddelen

Atriumfibrilleren, thrombose en nieuwe antistollingsmiddelen Prevalentie (%) Jaarlijks CVA risico (%) Percentage patienten (%) Fatal strokes (%) 21-11-214 Atriumfibrilleren, thrombose en nieuwe antistollingsmiddelen Ewout-Jan van den Bos Cardioloog Albert Schweitzer

Nadere informatie

Maagbescherming bij NSAID-gebruik 107

Maagbescherming bij NSAID-gebruik 107 Maagbescherming bij NSAID-gebruik 107 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 29-05-2013 Doel Verlagen van

Nadere informatie

Atriumfibrilleren en het ischemisch CVA. Hands on!!! Dr Robert G Tieleman Martini Ziekenhuis Groningen

Atriumfibrilleren en het ischemisch CVA. Hands on!!! Dr Robert G Tieleman Martini Ziekenhuis Groningen Atriumfibrilleren en het ischemisch CVA Hands on!!! Dr Robert G Tieleman Martini Ziekenhuis Groningen CVA en Atriumfibrilleren: de feiten CVA is de belangrijkste complicatie van AF AF is geassocieerd met

Nadere informatie

Wat is nieuw in Antistollingswereld?

Wat is nieuw in Antistollingswereld? Wat is nieuw in Antistollingswereld? Peter Verhamme Bloedings- en vaatziekten UZ Leuven NOACs/DOACs - Antistolling bij VKF: Waarom we NOACs verkiezen! - Peri-operatief beleid 1 Nieuwe orale anticoagulantia

Nadere informatie

Pradaxa Dr. W.H. Roemer

Pradaxa Dr. W.H. Roemer CVA PREVENTIE BIJ ATRIUMFIBRILLEREN Pradaxa Dr. W.H. Roemer 1 DABIGATRAN ETEXILAAT Het orale pro-drug wordt omgezet in dabigatran, een reversibele directe trombineremmer (DTI). Therapeutische plasmaspiegel

Nadere informatie

Antistolling: Oh FAQ!

Antistolling: Oh FAQ! Antistolling: Oh FAQ! FTTO 5 februari 2014 Sponsoren www.astrazeneca.nl www.bayer.nl www.boehringer-ingelheim.nl www.pfizer.nl 1 Programma 17.30 uur Ontvangst met broodjes en gelegenheid om stands te bezoeken

Nadere informatie

NOAC S E N D E H U I S A R T S.

NOAC S E N D E H U I S A R T S. NOAC S EN DE HUISARTS. NOAC/ DOAC/ NOAC? CADO/DOCA/NOCA/CANO/ONAC/ACDO? NOAC = New oral anticoagulant DOAC = Direct oral anticoagulant t Nieuwe is er wel vanaf, werken direct NOAC = Non vitamin K

Nadere informatie

Barnidipine C08CA12, december Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie.

Barnidipine C08CA12, december Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie. Barnidipine C08CA12, december 2017 Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie. Standpunt Ephor In het rapport over de calciumantagonisten van april 2013 wordt barnidipine door

Nadere informatie

Scholingsset. Connect Atriumfibrilleren

Scholingsset. Connect Atriumfibrilleren Scholingsset Connect Atriumfibrilleren Versie 171129 Paul Smits, Huug van Duijn, Erik van Duin kaderhuisartsen hart- en vaatziekten disclosure dia van de sprekers (potentiële) belangenverstrengeling voor

Nadere informatie

Boezemfibrilleren bij ouderen

Boezemfibrilleren bij ouderen Boezemfibrilleren bij ouderen Thema Jong tot Oud CarVasZ 20 november 2015 Cyril Camaro, cardioloog Programma: boezemfibrilleren 1. is een ziekte van de oudere patiënt! 3. een casus uit de praktijk Probleemstelling,

Nadere informatie

Antistolling in de Amsterdamse regio

Antistolling in de Amsterdamse regio Farmacotherapeutisch Overleg Antistolling in de Amsterdamse regio Wie doet wat in een tijd vol verandering? Ontwikkeld door Michiel Coppens, Trombose en Antistolling Expertisecentrum AMC, i.s.m. Ilona

Nadere informatie

FTO: het gebruik van (N)OAC s in de eerste lijn

FTO: het gebruik van (N)OAC s in de eerste lijn FTO: het gebruik van (N)OAC s in de eerste lijn Publicatiedatum: maart 2019 1 Casus: mevrouw AF Hart 79 jaar Mevrouw komt op uw spreekuur voor controle van haar bloeddruk Anamnese: Sinds enkele maanden

Nadere informatie

Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB

Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren Ontbreken van relatie tussen sinusknoop activiteit en ventriculaire activiteit Elektrische activatie uit meerdere

Nadere informatie

TIA/ herseninfarct van spoed- naar ketenzorg

TIA/ herseninfarct van spoed- naar ketenzorg TIA/ herseninfarct van spoed- naar ketenzorg neurologie Folkert Hoekstra, huisarts Renske van den Berg-Vos, neuroloog ACUTE FASE stroke ketenzorg START CHRONISCHE FASE 3 NHG standaard beroerte nieuwe standaard

Nadere informatie

Antitrombotisch beleid. Karina Meijer ochtendrapport Interne Geneeskunde

Antitrombotisch beleid. Karina Meijer ochtendrapport Interne Geneeskunde Antitrombotisch beleid Karina Meijer ochtendrapport Interne Geneeskunde 300616 Achtergrond Initiatief door NIV, geschreven door multidisciplinaire werkgroep internisten, huisartsen, orthopeden, longartsen,

Nadere informatie

Farmacotherapeutisch rapport rivaroxaban (Xarelto ) bij de indicatie Preventie van CVA en systemische embolie bij patiënten met nonvalvulair atriumfibrilleren 5 10 15 20 Geneesmiddel. Rivaroxaban (Xarelto

Nadere informatie

Patiënten met een intracraniële bloeding onder de nieuwe orale anticoagulantia: aanwijzingen voor de praktijk

Patiënten met een intracraniële bloeding onder de nieuwe orale anticoagulantia: aanwijzingen voor de praktijk Neurochirurgie Patiënten met een intracraniële bloeding onder de nieuwe orale anticoagulantia: aanwijzingen voor de praktijk Patients with an intracranial hemorrhage who are treated with the new oral anticoagulants:

Nadere informatie

Secundaire preventie na een TIA/CVA

Secundaire preventie na een TIA/CVA Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 31 januari 2018 van de registratiehouders die volgens de consultatieprocedure kunnen reageren. Secundaire preventie

Nadere informatie

NOAC s versus klassieke OAC s. Is het pleit beslecht?! Dr. Geert Valgaeren Cardiologie. NOAC s versus klassieke OAC s 1

NOAC s versus klassieke OAC s. Is het pleit beslecht?! Dr. Geert Valgaeren Cardiologie. NOAC s versus klassieke OAC s 1 18-02-2017 NOAC s versus klassieke OAC s Is het pleit beslecht?! Dr. Geert Valgaeren Cardiologie 1 2 Warfarine bij atriale fibrillatie 3 Atriale fibrillatie (paroxysmaal = permanent = flutter): risico

Nadere informatie

MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB

MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB B. J. Snel AIOS anesthesiologie Rowland MJ, Hadjipavlou G. Delayed cerebral ischemia after subarachnoid haemorrage: looking beyond vasospasm. Br J

Nadere informatie

Gender differences in heart disease. Dr Danny Schoors

Gender differences in heart disease. Dr Danny Schoors Gender differences in heart disease Dr Danny Schoors Women are meant to be loved, not to be understood Oscar Wilde (1854-1900) 2 05/01/16 Inleiding Cardiovasculaire ziekte 7 tot 10 jaar later dan bij mannen

Nadere informatie

Persbericht. Boehringer Ingelheim Persbericht pagina 1 van 8. * Randomized Comparison of the Effects of Two Doses of Dabigatran Etexilate on

Persbericht. Boehringer Ingelheim Persbericht pagina 1 van 8. * Randomized Comparison of the Effects of Two Doses of Dabigatran Etexilate on RELY-ABLE : Uitzonderlijke langetermijn gegevens bekrachtigen veiligheidsprofiel en aanhoudende effectiviteit van Pradaxa om beroertes te voorkomen bij AF De eerste langetermijnresultaten van de RELY-ABLE

Nadere informatie

'Ongenuanceerde berichtgeving kan dodelijk zijn!'

'Ongenuanceerde berichtgeving kan dodelijk zijn!' 'Ongenuanceerde berichtgeving kan dodelijk zijn!' De eerste patiënten hebben zich al gemeld: ik heb mijn dabigatran maar niet meer ingenomen, want je krijgt er een maagbloeding van. Misschien is ongenuanceerde

Nadere informatie

Aanpak van CVA. Robin Lemmens

Aanpak van CVA. Robin Lemmens Aanpak van CVA Robin Lemmens 25-4-2018 Casus 81 jarige man Risicofactoren: Hypertensie, diabetes Plotse hemiplegie rechts en spraakstoornis om 19u Volgende stap? 1. Huisarts laten komen 2. 112 bellen 3.

Nadere informatie

Waarom komen hersenbloedingen minder voor bij NOACs dan bij VKA?

Waarom komen hersenbloedingen minder voor bij NOACs dan bij VKA? Waarom komen hersenbloedingen minder voor bij NOACs dan bij VKA? Ewoud van Dijk, neuroloog 9 e Na5onaal Trombose Congres 2015 Disclosure Financiële ondersteuning: Subsidie van ZON- MW (GGG) voor onderzoek

Nadere informatie

Dosis: de aanbevolen dosis is 60mg 1dd. Bij ouderen is geen dosisaanpassing vereist. Gebruiksgemak: eenmaal daagse dosis. Fijnmalen is toegestaan.

Dosis: de aanbevolen dosis is 60mg 1dd. Bij ouderen is geen dosisaanpassing vereist. Gebruiksgemak: eenmaal daagse dosis. Fijnmalen is toegestaan. Edoxaban B01AF03, januari 2019 Indicatie Edoxaban is geregistreerd voor de preventie van een cerebrovasculair accident (CVA) en systemische embolie bij volwassen patiënten met non valvulair atriumfibrilleren

Nadere informatie

Perioperatief beleid t.a.v anticoagulantia de nieuwste inzichten. Felix van der Meer Afdeling Trombose en Hemostase Trombosedienst Leiden

Perioperatief beleid t.a.v anticoagulantia de nieuwste inzichten. Felix van der Meer Afdeling Trombose en Hemostase Trombosedienst Leiden Perioperatief beleid t.a.v anticoagulantia de nieuwste inzichten Felix van der Meer Afdeling Trombose en Hemostase Trombosedienst Leiden Anticoagulantia Vitamine K antagonisten (VKA) Trombocytenaggregatieremmers

Nadere informatie

Samenvatting van de standaard Atriumfibrilleren (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap

Samenvatting van de standaard Atriumfibrilleren (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap richtlijnen Samenvatting van de standaard Atriumfibrilleren (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap Wim Opstelten, Bep S.P. Boode, Jan Heeringa, Frans H. Rutten en A.N. (Lex) Goudswaard

Nadere informatie

Ervaring: edoxaban is bij een zeer groot aantal ouderen in RCTs bestudeerd.

Ervaring: edoxaban is bij een zeer groot aantal ouderen in RCTs bestudeerd. Edoxaban B01AF03, december 2017 Indicatie Profylaxe en therapie van trombo-embolische aandoeningen. Standpunt Ephor In het rapport over de geneesmiddelengroep van augustus 2016 wordt edoxaban door Ephor

Nadere informatie

Journal Scan. Vitamine C voor CMT1a: een zuur verhaal

Journal Scan. Vitamine C voor CMT1a: een zuur verhaal Vitamine C voor CMT1a: een zuur verhaal Bron: Burns J, Ouvrier RA, Yiu EM, Joseph PD, Kornberg AJ, Fahey MC, et al. Ascorbic acid for Charcot- Marie-Tooth disease type 1A in children: a randomised, double-blind,

Nadere informatie

Antistolling: Kunt u het bijhouden?

Antistolling: Kunt u het bijhouden? Antistolling: Kunt u het bijhouden? Trombocytenaggregatieremming anno 2016 Sander Damen, arts-onderzoeker cardiologie Cyril Camaro, cardioloog 27-09-2016 Inhoud Achtergrond trombocytenaggregatieremming

Nadere informatie

Gids voor voorschrijvers

Gids voor voorschrijvers Gids voor voorschrijvers De risico-minimalisatie materialen voor LIXIANA (edoxaban), zijn beoordeeld door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Deze materialen beschrijven aanbevelingen

Nadere informatie

Perioperatief antistollingsbeleid UMCG. Samenvatting

Perioperatief antistollingsbeleid UMCG. Samenvatting 1 2 Perioperatief antistollingsbeleid UMCG Samenvatting Patiënten ingesteld op antistollingsmiddelen hebben bij continuatie van de antistolling een verhoogde kans op bloedverlies en bij het staken van

Nadere informatie

Antistolling in de Amsterdamse regio

Antistolling in de Amsterdamse regio Antistolling in de Amsterdamse regio Wie doet wat in een tijd vol verandering? Dr. Michiel Coppens Internist-Vasculaire Geneeskunde Congres Integrale Medicatiezorg 31.10.2017 1 Nieuwe Non-VKA Directe Orale

Nadere informatie

Boezemfibrilleren en antistolling: consequenties voor de kwetsbare bejaarde

Boezemfibrilleren en antistolling: consequenties voor de kwetsbare bejaarde Boezemfibrilleren en antistolling: consequenties voor de kwetsbare bejaarde Dr. T.A. Simmers, cardioloog Verenso, 25-11-2011 De mythe van de vallende bejaarde Dr. T.A. Simmers, cardioloog Verenso, 25-11-2011

Nadere informatie

NOACs: de dagelijkse praktijk binnen de cardiologie

NOACs: de dagelijkse praktijk binnen de cardiologie NOACs: de dagelijkse praktijk binnen de cardiologie Dr. Eric A. Dubois, cardioloog Thoraxcentrum Erasmus MC Nationale Antistollingsdag 1 oktober 2015 Casus 1 59 jarige man, bekend met portale hypertensie

Nadere informatie

Cardiovasculaire medicatie en kwetsbaarheid

Cardiovasculaire medicatie en kwetsbaarheid Cardiovasculaire medicatie en kwetsbaarheid Martin van Leen Specialist ouderengeneeskunde Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk

Nadere informatie

Antistolling bij ouderen met atriumfibrilleren: Een verstandige keus?

Antistolling bij ouderen met atriumfibrilleren: Een verstandige keus? Antistolling bij ouderen met atriumfibrilleren: Een verstandige keus? Dr M a r t i n E.W. H e m e l s P ro j e c t l e i d e r N V VC C o n n e c t AF Co-principal i n v e s t i gato r D u t c h A F C

Nadere informatie

Antistolling in de Amsterdamse regio

Antistolling in de Amsterdamse regio Antistolling in de Amsterdamse regio Wie doet wat in een tijd vol verandering? Dr. Michiel Coppens Internist-Vasculaire Geneeskunde Congres Integrale Medicatiezorg 31.10.2017 Nieuwe Non-VKA Directe Orale

Nadere informatie

Time is brain J.M.P. Rovers, Clinic Allemaal Transmuraal,

Time is brain J.M.P. Rovers, Clinic Allemaal Transmuraal, Time is brain Getallen, waar doen we het voor Prevalentie en incidentie beroerte Sterfte NL / Lokaal Prevalentie en incidentie, NL 2015 437.100 mensen met een beroerte 53.800 nieuwe TIA patiënten 41.300

Nadere informatie

Hoe coupeer je anticoagulantia?

Hoe coupeer je anticoagulantia? Hoe coupeer je anticoagulantia? COIG klinische farmacologie 18-6-2019 Jenneke Leentjens, internist-vasculair geneeskundige klinisch farmacoloog DISCLOSURE BELANGEN (potentiële) belangenverstrengeling Voor

Nadere informatie

De nieuwe orale anticoagulantia

De nieuwe orale anticoagulantia De nieuwe orale anticoagulantia Dr Tom Vydt o AZ Sint-Maarten (Mechelen & Duffel) o Hanswijkstraat, Mechelen Coumarines o o o Afgeleide van dicoumarol (stof voorkomend in rotte klaver => bloedingen bij

Nadere informatie

Antistolling: stand van zaken. R.F.J. Schop, internist-hematoloog P.P.P.H. van den Homberg, huisarts, GC Krimpen

Antistolling: stand van zaken. R.F.J. Schop, internist-hematoloog P.P.P.H. van den Homberg, huisarts, GC Krimpen Antistolling: stand van zaken R.F.J. Schop, internist-hematoloog P.P.P.H. van den Homberg, huisarts, GC Krimpen Epidemiologie Landelijke afspraken Directe orale anti-coagulantia: DOAC s 10-4-2017 Voettekst

Nadere informatie

Trombosezorg in het DOACtijdperk. nationale antistollingsdag 4 oktober 2017 sander van doorn

Trombosezorg in het DOACtijdperk. nationale antistollingsdag 4 oktober 2017 sander van doorn Trombosezorg in het DOACtijdperk nationale antistollingsdag 4 oktober 2017 sander van doorn Disclosure potential conflicts of interest Geen (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk

Nadere informatie

Perioperatief beleid. van patiënten behandeld met bloedverdunners

Perioperatief beleid. van patiënten behandeld met bloedverdunners Perioperatief beleid van patiënten behandeld met bloedverdunners Perioperatief beleid van patiënten behandeld met plaatjesremmers Aspirine en/of ADP receptor inhibitor (Plavix of clopidogrel, Efient of

Nadere informatie

Werkafspraak Nieuwe Orale anticoagulantia (NOAC)

Werkafspraak Nieuwe Orale anticoagulantia (NOAC) Werkafspraak Nieuwe Orale anticoagulantia (NOAC) Datum richtlijn Datum herziening 15 augustus 2013 februari 2014 Inhoudsopgave ALGEMEEN TRANSMURALE WERKAFSPRAKEN APIXABAN RIVAROXABAN DABIGATRAN BELEID

Nadere informatie

Persbericht. ESC Congress 2014 Hot Line Sessie: Pradaxa toont gunstig effect op nierfunctie vergeleken met warfarine

Persbericht. ESC Congress 2014 Hot Line Sessie: Pradaxa toont gunstig effect op nierfunctie vergeleken met warfarine BE/PRA-141770 09/2014 ESC Congress 2014 Hot Line Sessie: Pradaxa toont gunstig effect op nierfunctie vergeleken met warfarine RE-LY subanalyse toont aan dat behandeling met Pradaxa in de loop van de tijd

Nadere informatie

Antitrombotica tijdens de peri-operatieve fase. Dr. Dirk Verleyen Cardioloog AZ St-Lucas Brugge

Antitrombotica tijdens de peri-operatieve fase. Dr. Dirk Verleyen Cardioloog AZ St-Lucas Brugge Antitrombotica tijdens de peri-operatieve fase Dr. Dirk Verleyen Cardioloog AZ St-Lucas Brugge Hemostase Anticoagulantia / anti-aggregantia: allebei bloedverdunners PRIMARY AGGREGATION Platelet Aggregation

Nadere informatie

Lipiden behandelen bij de oudere patiënt: starten, stoppen of doorgaan?

Lipiden behandelen bij de oudere patiënt: starten, stoppen of doorgaan? Lipiden behandelen bij de oudere patiënt: starten, stoppen of doorgaan? Dr. Mike Peters Internist VU medisch centrum Amsterdam mjl.peters@vumc.nl Ouderen passen niet in een richtlijn 1. Dhr S, 89 jaar,

Nadere informatie

CVVH & Antistolling Directe trombine remmers. Ashley De Bie Dekker 31 januari 2019

CVVH & Antistolling Directe trombine remmers. Ashley De Bie Dekker 31 januari 2019 CVVH & Antistolling Directe trombine remmers Ashley De Bie Dekker 31 januari 2019 Casus; 74-jarige man Overname: Second opinion tav weaning difficulty na gecompliceerd beloop AVR mechano Voorgeschiedenis:

Nadere informatie

Scholingsset. Connect Atriumfibrilleren

Scholingsset. Connect Atriumfibrilleren Scholingsset Connect Atriumfibrilleren Versie 180613 Paul Smits, Huug van Duijn, Erik van Duin kaderhuisartsen hart- en vaatziekten disclosure dia van de sprekers (potentiële) belangenverstrengeling voor

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 14 februari 2013 Farma februari 2013

Uw brief van Uw kenmerk Datum 14 februari 2013 Farma februari 2013 Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 0350 500 EJ s Gravenhage Uw brief van Uw kenmerk Datum 14 februari 013 Farma-315693 5 februari 013 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

CHAPTER 9. Samenvatting

CHAPTER 9. Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting Samenvatting 143 Samenvatting Ondanks dat de kwaliteit van de antistollingsbehandeling met vitamine K antagonisten door de jaren heen is verbeterd, bestaat er nog steeds het risico

Nadere informatie

Antitrombotica. Nederlands Vasculair Forum Melvin Lafeber. AIOS Interne (Vasculaire/Klinische Farmacologie)

Antitrombotica. Nederlands Vasculair Forum Melvin Lafeber. AIOS Interne (Vasculaire/Klinische Farmacologie) Antitrombotica Nederlands Vasculair Forum 2017 Melvin Lafeber AIOS Interne (Vasculaire/Klinische Farmacologie) DISCLOSURES AIOS Interne Geneeskunde Consulent BENU apotheken Nederland Redactiecommissie

Nadere informatie

Evidence-based case report:

Evidence-based case report: Evidence-based case report: Orale antistolling bij oudere patiënten en het risico op intracraniële bloedingen M. Grammata, S. Visser, M.C.A Smit, namens Me-doc / Correspondentie: m.smit@me-doc.nl Casus

Nadere informatie