gemeente Eindhoven 17R7205 Raadsnummer Inboeknummer 17bst00395 B&W beslisdatum 4 april 2017 Dossiernummer 17.14.651 Raadsvoorstel Zienswijze concept-begroting 2018 Metropoolregio Eindhoven (MRE) Inleiding Hierbij treft u de concept-begroting 2018 aan van de Metropoolregio Eindhoven (MRE). Dit betreft formeel de derde begroting van de MRE en is de laatste in de huidige bestuursperiode. Deze begroting 2018 moet worden gezien als een technische begroting. Immers de uitkomsten van de momenteel nog lopende evaluatie MRE- zijn nog niet bekend en daarom logischerwijs nog niet meegenomen. Mochten de uitkomsten van de evaluatie van de samenwerking in de MRE daartoe aanleiding geven dan zal de begroting, middels een begrotingswijziging hierop worden aangepast. De vier gemeenschappelijke regelingen Veiligheidsregio Brabant Zuidoost, GGD Zuidoost-Brabant, ODZOB en MRE hanteren met ingang van 2018 gezamenlijke financiële kaders, waaronder ook harmonisering van de indexeringsuitgangspunten. De vier voornoemde regelingen hebben de gemeenteraden van het Stedelijk Gebied op 6 april 2017 in de gelegenheid gesteld om informatie in te winnen over hun betreffende begrotingen. Het DB-MRE verzoekt de gemeenteraden om voor 20 mei 2017 te reageren op de conceptbegroting 2018, zodat de zienswijze kan worden meegenomen bij de behandeling van de begroting in de MRE-adviescommissie Financiën van 7 juni 2017. De begroting wordt dan behandeld in het Algemeen Bestuur MRE (AB-MRE) van 21 juni 2017. Middels dit raadsvoorstel wordt een zienswijze aan u voorgelegd. Wettelijke taak Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Onvermijdelijk Deelname aan GR MRE
Doelstelling Zienswijze geven op de concept-begroting 2018 MRE Voorstel 1. In te stemmen met de concept-begroting 2018 MRE met het volgende aandachtspunt: a. Eindhoven roept het DB-MRE op om maximaal te blijven sturen op het minimaliseren van (personele) frictiekosten voor gemeenten; 2. In te stemmen met de concept zienswijze-brief begroting 2018 MRE van uw raad aan het Dagelijks Bestuur van de MRE. Argumenten 1.1 Eindhoven neemt deel aan de Gemeenschappelijke Regeling MRE Op 1 maart 2014 is de Metropoolregio Eindhoven informeel gestart. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Gemeenschappelijke Regeling en de nieuwe Regionale Agenda op 25 februari 2015 is de MRE formeel van start gegaan. De voorliggende conceptbegroting is dan ook de derde begroting van de MRE en de laatste van deze bestuursperiode. Binnen de MRE-organisatie vindt geen uitvoering plaats. Het MRE beperkt de inzet tot het (faciliteren van) strategische afstemming op het niveau van de 21 gemeenten met als inhoudelijke focus de thema s Economie, Ruimte en Mobiliteit. De inwonerbijdrage aan de SRE/MRE is de afgelopen jaren substantieel gedaald van 16,25 in 2010 tot 9,84 in 2018. Ook de gemiddelde bijdrage aan het RHCe is in dezelfde periode behoorlijk gedaald. Zoals gezegd moet deze begroting worden beschouwd als een technische begroting. Eventuele nieuwe inzichten uit de lopende evaluatie van de MRE zijn immers nog niet bekend. De begroting is dan ook opgesteld conform vigerend beleid, c.q. de Regionale Agenda 2015-2018. In deze MRE-begroting zijn vier programma s te onderscheiden waarin de activiteiten en financiële consequenties voor het jaar 2018 zijn uitgewerkt: 1. Programma Metropoolregio Eindhoven. Bestaande uit de deelprogramma s Economie, Fysieke Leefomgeving en Bestuurlijke Samenwerking. Voor de uitvoering van de Regionale Agenda 2015-2018 (met daarin voornoemde 3 thema s) worden in 2018 (net als voorgaande jaren) zes werkplaatsen ingericht: Economische Strategie, inclusief investeringsfondsen; Bedrijventerreinen en Detailhandel; Arbeidsmarkt; Strategie Ruimte; Strategie Mobiliteit en Innovatie; Wonen. 2. Programma Oud-SRE. Hierin is de voorziening Gulbergen ondergebracht. Dit programma is tijdelijk tot aan de overdracht van de nazorg van de stortplaats Gulbergen aan de provincie en helderheid over een nieuw perspectief
(ontwikkelrichting) en governance van Gulbergen. De verwachting is dat dit in de loop van 2018 het geval zal zijn. 3. Programma Historisch Centrum Eindhoven (RHCe). 4. Programma Overhead. Conform de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording zijn de kosten van overhead verantwoord op een apart programma. De financiële bijdrage aan de MRE (minus de Regionaal Historisch Centrum) wordt verrekend op basis van de inwoneraantallen van de deelnemende gemeenten en kan worden onderverdeeld in diverse componenten: Bijdrage regionale opgaven 38% Bijdrage Stimuleringsfonds 36% Bijdrage Brainport Development 26% MRE en aanvullend extra de gemeenten Best, Eindhoven, Helmond en Veldhoven (Campus-samenwerking) dragen de verantwoordelijkheid voor de organisatie en proces van de basisfinanciering Brainport Development. Via de begroting van de MRE worden de financiële middelen voor Brainport Development meerjarig vastgelegd. Deze middelen worden vervolgens op jaarbasis toegekend op basis van een uitgewerkt jaarplan en financiering. De bijdrage aan het RHCe worden naar gelang de specifieke taak verrekend op basis van per gemeente in gebruik zijnde strekkende meter archiefplank (Depotbeheer fysiek en Conserveren), een combinatie van strekkende meter en inwonertal (Toegankelijk maken) of inwonertal (alle overige taken). 1.2 Evaluatie samenwerking in 2017 In de Gemeenschappelijke Regeling is vastgelegd dat het Algemeen Bestuur per 1 januari 2017 het functioneren van de MRE en de samenwerkingsrelatie met het regionaal platform zal evalueren en daarvan vóór 1 juli 2017 verslag zal uitbrengen aan de colleges en de raden van de gemeenten, vergezeld van conclusies en aanbevelingen. Een bestuurlijke werkgroep (met daarin wethouder Seuren) begeleidt deze evaluatie. Aan deze werkgroep neemt ook de Raadstafel21 deel. Als Eindhovense raad hebt u op 16 maart jl. uw inbreng geleverd voor deze evaluatie. Mochten de uitkomst van de evaluatie aanleiding geven tot het aanpassen van de MREbegroting dan zal deze via een begrotingswijziging aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten worden voorgelegd. Kanttekeningen n.v.t. Kosten De voorliggende concept-programmabegroting 2018 is de derde begroting van de Metropoolregio Eindhoven. Bij de samenstelling van de begroting is de inwonersbijdrage geïndexeerd conform besluit algemeen bestuur van 14 december 2016. Ten opzichte
van de begroting 2017 is de inwonersbijdrage gestegen. Deze stijging is te verklaren door a) besloten indexering van 1,34%, en b) de extra inwonersbijdrage ten behoeve van de meerjarenfinanciering Brainport 2017-2020. De stijging als gevolg van de extra inwonerbijdrage Brainport ( b) is reeds verwerkt in onze meerjarenbegroting via de Kadernota 2017. Daarnaast is het aantal inwoners gestegen. De Metropoolregio Eindhoven is een kleine netwerkorganisatie waar geen plaats is voor uitvoerende, projectmatige activiteiten. De enige substantiële kostenpost binnen de organisatie zijn de personele kosten Om de stijging van lonen als gevolg van cao ontwikkelingen en de stijging van pensioenpremies op te vangen, is indexering onontkoombaar. Het snijden in het takenpakket is door het AB-MRE mede in relatie tot de lopende evaluatie - niet als wenselijk alternatief beoordeeld. Aan het door uw raad ingebrachte verzoek om in aanloop naar de MRE-begroting 2018 en verder, zich in te zetten voor kostenreducties zodat verhoogde bijdragen aan bijvoorbeeld Brainport Development uit de eigen begroting van de MRE kunnen worden betaald zonder verhoging van de inwonerbijdrage van de deelnemende gemeenten heeft vanuit diezelfde argumentatie (lopende evaluatie en mogelijk als gevolg daarvan wijzigingen in het takenpakket van de MRE) geen gehoor kunnen krijgen. Op 14 december 2016 is door het AB-MRE besloten tot een indexering van 1,34%. In de opbouw van de primaire begroting 2018 wordt de algemene bijdrage MRE op grond van ongewijzigd beleid geactualiseerd. De af te dragen inwonerbijdrage door de gemeente Eindhoven voor 2018 is daarmee volledig opgenomen in de gemeentelijke begroting. De transformatie van het SRE naar Metropoolregio Eindhoven heeft frictiekosten tot gevolg. Resterende opgave t/m 2020 is 4,06 fte. Er is een reorganisatievoorziening gevormd voor dit risico. Tevens is er een mobiliteitsinstrumentarium ontwikkeld om dit risico te beperken. Bij het bepalen van de hoogte van de voorziening wordt uitgegaan van een jaarlijkse afbouw van 20%. Als de afbouw van de frictiekosten niet gerealiseerd zou worden, ontstaat een tekort in de voorziening en zal een aanvullende storting nodig zijn. Daarnaast is in de voorziening geen rekening gehouden met het aanvullende en nawettelijk gedeelte welke bepaald is in de CAR/ UWO. De voorziening wordt jaarlijks beoordeeld en geactualiseerd om vast te stellen of de voorziening toereikend is om de uitgaven van de reorganisatie te bekostigen. Bij de vaststelling van de jaarrekening 2016 in de AB-MRE vergadering van 21 juni 2017 zal de voorziening op basis van de actualisatie gemuteerd worden. Dit vormt vooralsnog geen risico. Ten opzichte van de Begroting 2017 is het risico m.b.t. de arbitragezaak tussen enerzijds Attero en anderzijds de Brabantse gewesten inzake de garantieplicht van aanlevering van brandbaar restafval weer opgenomen. Na het afwijzen van de claim over de jaren tot 2014 door het Nederlands Arbitrage instituut (NAI) heeft Attero het gerechtshof gevraagd dit vonnis te vernietigen. Behandeling van deze zaak vindt naar verwachting plaats in mei 2017. De Metropoolregio Eindhoven heeft, als contractpartner van de gewesten, van Attero ook een naheffing ontvangen van ruim 2,3 miljoen over het jaar 2015. Ook deze kwestie is inmiddels aanhangig gemaakt bij het NAI. Gezien de eerdere uitspraak van
het NAI verwacht de MRE ook nu een uitspraak in het voordeel van de gewesten. De Gemeente Eindhoven heeft conform contract het afval aangeboden aan Attero. Afhankelijk van de afspraak van het NAI moet worden bezien of nadere actie is geboden. Personeel n.v.t. Communicatie Na besluitvorming door uw raad zal het besluit schriftelijk aan de MRE worden medegedeeld conform de bijgevoegde concept zienswijze-brief. Planning en uitvoering Het DB-MRE heeft verzocht uiterlijk voor 20 mei 2016 te laten weten wat uw zienswijze is ten aanzien van de concept-begroting 2018. Daartoe leggen wij dit voorstel ter besluitvorming voor in uw vergadering van 16 mei. Uw besluit zal per ommegaande door ons aan het DB-MRE worden gecommuniceerd. Evaluatie n.v.t. Bijlage(n) Als bijlage(n) bij dit voorstel behoren: b Aanbiedingsbrief DB-MRE conceptbegroting 2018, d.d. 14 maart 2017. b Concept programmabegroting 2018 MRE. b Concept zienswijze-brief begroting 2018 MRE. De bijlagen worden meegestuurd De bijlagen liggen ter inzage in de leeskamer Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven, M. Wilke, secretaris.
Ontwerp Raadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 april 2017; besluit: 1. In te stemmen met de concept-begroting 2018 MRE met het volgende aandachtspunt: a. Eindhoven roept het DB-MRE op om maximaal te blijven sturen op het minimaliseren van (personele) frictiekosten voor gemeenten; 2. In te stemmen met de concept zienswijze-brief begroting 2018 MRE van uw raad aan het Dagelijks Bestuur van de MRE. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 16 mei 2017 J. Jorritsma, voorzitter. J. Verheugt, griffier.