FUNCTIEBOEK GOMARUS SCHOLENGEMEENSCHAP FUNCTIE-INFORMATIE Functienaam Directeur onderwijs Codering GOM13-102 Organisatie Gomarus Scholengemeenschap Onderdeel Directie Salarisschaal 14 Indelingsniveau Ve FUWASYS-advies 14 - Ve Werkterrein Management > Directie/bestuur Activiteiten Beleid voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren Coördinatie van activiteiten en processen Kenmerkscores 55544 44444 44 44 Somscore 59 Uitvoerder W.L. van Peski Datum 18 november 2011 Gomarus-versie 2019-02-12 FUNCTIEBESCHRIJVING Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen de Gomarus Scholengemeenschap, een onderwijsinstelling voor voortgezet onderwijs voor vmbo, havo en atheneum op reformatorische grondslag. De functionaris werkt vanuit de Reformatorische identiteit van de school zoals zij in de grondslag en doelstelling wordt beschreven. Dit leidt tot een herkenbaar handelen vanuit Gods Woord. De Gomarus Scholengemeenschap kent een Raad van Toezicht en een College van Bestuur (hierna: CvB). Onder het eenhoofdige CvB, de voorzitter, ressorteert een driehoofdig directieteam. Het directieteam fungeert als een resultaatverantwoordelijke eenheid op basis van een delegatiemodel met aanvullende ruimte voor mandaten, verstrekt door het CvB. Onder het eenhoofdige College, de voorzitter, ressorteert een driehoofdige directie, die bestaat uit twee directeuren onderwijs en een directeur bedrijfsvoering. De directeuren onderwijs hebben beiden een leidinggevende rol naar een beleidseenheid, te weten de hele school. Hun taakverdeling is grofweg: 1
1. Verantwoordelijk voor de opbrengstgerichte resultaten langs de hiërarchische lijn; 2. Verantwoordelijkheid voor de inhoud van het onderwijs langs de lijn van vernieuwing en kwaliteit; Beide functionarissen (directeuren onderwijs) werken vanuit de zelfde functiebeschrijving vanwege hun gedeelde verantwoordelijkheid en hun onderlinge vervangbaarheid. De nadere uitwerking van de taakverdeling is ondergebracht in het directiestatuut. Deze functiebeschrijving bevat de punten 4 en 5 die voor de ene (1) of voor de andere (2) variant van directeur onderwijs. De directeur bedrijfsvoering heeft de verantwoordelijkheid voor de beheersprocessen in ruime zin maar is ook deskundige op de vakgebieden. Hij heeft de bijzondere taak van controller en legt hierover zelfstandig verantwoording af aan het CvB. Het functioneren van het directieteam als orgaan, intern en in de relatie tot het CvB, liggen vast in het besturingsreglement op basis van het Policy Governancemodel (Carver). Het CvB kan mandaat verstrekken voor besluitvorming binnen kaders door het Directieteam (als afzonderlijk orgaan), ingeval van zaken die geen externe werking hebben. Werkzaamheden 1. Verricht beleidsontwikkelende en beleidsadviserende werkzaamheden, door: - het verrichten van (omgevings)analyses en het mede op basis daarvan bijdragen aan het strategisch beleid en vertalen van strategische noties naar het schoolbeleid, alsmede het toetsen en verdedigen daarvan; - het gevraagd en ongevraagd adviseren van het CvB over beleid en beleidsontwikkeling de gehele school en het onderwijs aangaande; - het leveren van een bijdrage aan de totstandkoming van de (meerjaren)begroting en het jaarverslag; - het actief (doen) vertalen van externe ontwikkelingen en verschijnselen (vraag) in de onderwijskundige koers van de school (aanbod); - het initiëren en opstarten van projecten en activiteiten in het kader van onderwijsverbeterend en -vernieuwend beleid; - het initiëren en ontwikkelen van hoofdlijnen voor het opzetten en bewaken van de uitvoering van beleid; - het vertalen van het centrale beleid naar algemene beleidsuitgangspunten en kaders op team- en sectieniveau en concrete onderwijsprogrammering. 2.Participeert in het directieteam, door: - het participeren in de beraadslagingen; - het mede voorbereiden en afwerken van de beraadslagingen; - het onder mandaat van het CvB zelfstandig nemen van besluiten binnen het DT; - het vervangen van elkaar en het CvB indien bij afwezigheid, het optreden niet kan worden afgewacht; - het namens de directie (schoolleiding) participeren in werving en selectietrajecten. 2
3.Geeft leiding aan medewerkers, door: - het actief uitvoeren van het personeelsbeleid, teneinde de organisatie doelstellingen te realiseren; - het bewaken en bevorderen van de identiteit en cultuur van het team; - het hanteren van de p-instrumenten, (waaronder de functionerings-, beoordelingsgesprekken en ontwikkelgesprekken); - het toepassen van meetinstrumentarium om de ontwikkeling te begeleiden en te meten; - het opstellen van de kaders voor personeelsontwikkeling(splannen) en het planmatig voeren van ontwikkel, functionerings- en beoordelingsgesprekken; - het creëren van een prettig werkklimaat, waarin medewerkers zich uitgedaagd en gestimuleerd voelen. 4. Geeft leiding aan een specifieke beleidsdeel van de organisatie, te weten de onderwijskundige opbrengsten, door: - het, op basis van het strategisch jaarplan en binnen de vastgestelde kaders, opstellen van resultaatafspraken met de teamleiders ten aanzien van hun verantwoordelijkheden in de hen toegewezen resultaatgebieden; - het sturen op de (afgesproken) resultaten van de beleidseenheden en werkeenheden, i.c. de teamleiders; - het verantwoordelijk zijn voor de totstandkoming en monitoring van tactisch / operationele werkplannen en programma s van toetsing binnen de teams en de vakgroepen en de afstemming tussen die plannen; - het opstellen van periodieke rapportages in het kader van het intern toezicht en de brede verantwoordingsplicht; 5. Geeft leiding aan een specifieke beleidsdeel van de organisatie, te weten de deskundigheid, alsmede het ontwikkelend en vernieuwend vermogen van organisatie en medewerkers, door: - het actief (doen) bijdragen aan onderwijsontwikkelingen op nationaal niveau; - het permanent scannen van de maatschappelijke en onderwijskundige omgeving op relevante ontwikkelingen en het toetsen daarvan op bruikbaarheid voor de school; - het initiëren en sturen van projecten en activiteiten in het kader van de afstemming van het onderwijsaanbod op politiek-bestuurlijke en maatschappelijke ontwikkelingen met regionale of nationale reikwijdte - het voorbereiden, ontwikkelen, implementeren en evalueren van het schoolbrede onderwijsbeleid; - het in overleg vaststellen van de systematiek van de kwaliteitszorg en het toezien op de uitvoering daarvan; - het deelnemen aan in- en externe advies- en overlegorganen aangaande het onderwijs binnen de school; 3
- het voorzitten en leiden van het team- vakgroepoverleg (teamleiders en vakgroepleiders); - het opstellen van periodieke verantwoordingsrapportages. 6. Vertegenwoordigt de school, door: - het vertegenwoordigen van de school in interne en externe overlegsituaties o.a. de MR, schoolbesturen en desgewenst en bij afwezigheid van het CvB in het overleg met de lokale overheid; - het actief onderhouden van contacten met andere onderwijs- en onderwijsgerelateerde instellingen; - het actief onderhouden van contacten en voeren van overleg met vertegenwoordigers van politiek, bestuur en maatschappelijke instellingen; - het opbouwen en onderhouden van overige, voor de school relevante, contacten en netwerken. 7. Draagt zorg voor de organisatorische inrichting van de school, door: - het vertalen van de onderwijsprogrammering naar een organisatorische inrichting van de vakgroepen en teams; - het bewaken van de onderwijskundige en organisatorische integratie van de verschillende teams en vakgroepen; 8. Draagt zorg voor de eigen ontwikkeling, mede in het belang van de ontwikkeling van de school, door: - het op peil houden van de voor het beroep vereiste bekwaamheden en deze zo nodig uitbreiden; - het deelnemen aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; - het zich op de hoogte houden van de ontwikkelingen op het vakgebied en bestuderen van relevante vakliteratuur; - het actief binnen de organisatie overbrengen van relevante, nieuw vergaarde informatie. Speelruimte (kader, verantwoordelijkheden en bevoegdheden) - verricht werkzaamheden binnen de wet- en regelgeving voor het voortgezet onderwijs en het vigerende beleid binnen de scholengemeenschap; - legt verantwoording af aan het CvB en het directieteam inzake de kwaliteiten en opbrengsten van het onderwijs; - neemt beslissingen bij het inrichten van onderwijs en organisatie en het aansturen van medewerkers ten behoeve van de kwaliteit van het onderwijs en de opbrengsten daarvan. 4
Kennis en vaardigheden - brede kennis van-, en inzicht in maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot het onderwijs; - gespecialiseerde kennis van, en inzicht in, de ontwikkelingen binnen het onderwijs; - kennis van (beleids)ontwikkelingen op personeelsgebied en de daarop van toepassing zijnde wet- en regelgeving en van de relaties daarvan met andere beleidsterreinen; - kennis van en inzicht in maatschappelijke ontwikkelingen in relatie tot het personeelsbeleid van de school; - inzicht in de doelstellingen en taken van en de functies binnen de school; - vaardig in het ontwikkelen, uitdragen en verdedigen van nieuw beleid; - vaardig in omgaan met tegengestelde belangen en in het ontwikkelen van draagvlak voor nieuwe ideeën, onderwijsprogrammeringen etc. binnen de school en daarbuiten; - vaardig in communicatieve processen en gebruik van gesprekstechnieken; - vaardig in het leidinggeven aan professionals in een veranderende omgeving; - vaardig in het hanteren van p-instrumenten; - vaardig in het omgaan met tegengestelde belangen en in het ontwikkelen van draagvlak voor nieuwe ideeën en beleidslijnen. Contacten - met het CvB om het beleid en de belangen van de school te verdedigen, nieuwe ontwikkelingen uit te dragen en adviezen te verstrekken; - met de collega-directeuren over het ontwikkelde en te ontwikkelen beleid om dit te bespreken en af te stemmen; - met medewerkers om de consequenties van onderwijskundig beleid te vertalen en de uitvoering ervan af te stemmen; - met de teamleiders cq. vakgroepleiders en overige leidinggevenden, om draagvlak voor de implementatie van het beleid te verkrijgen; - met leerlingen en ouders over zaken die het niveau van de teamleiders overstijgen om informatie over te dragen, zaken af te stemmen en te onderhandelen; - met derden om de school te vertegenwoordigen. 5