Zin en onzin van scherp instellen glucosegehalte

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Zin en onzin van scherp instellen glucosegehalte"

Transcriptie

1 Beschouwing Zin en onzin van scherp instellen glucosegehalte Guy Rutten 1 Samenvatting De afgelopen vijf jaar zijn onze inzichten over de effecten van hyperglykemiebehandeling aanmerkelijk veranderd. Intensieve verlaging van het HbA1c verlaagt de sterfte niet, wel de kans op microvasculaire complicaties (die overigens pas in de loop van heel wat jaren ontstaan). Het blijft twijfelachtig of er een gunstig effect is op niet-fatale hartinfarcten. En intensivering van de behandeling leidt wel tot significant meer hypo s. Volgens recente internationale richtlijnen is het daarom raadzaam om bij het instellen van de glucosewaarden behalve met levensverwachting, psychosociale factoren en comorbiditeit ook rekening te houden met het risico op hypo s, de diabetesduur, het al bestaan van hart- en vaatziekten en de kosten van behandeling. De nieuwe NHG-Standaard Diabetes mellitus zal dat ook gaan doen. Voor sommige patiënten met diabetes type 2 zullen we daarom ons beleid moeten bijstellen. Inleiding Patiënten met diabetes type 2 die in de huisartsenpraktijk worden behandeld, hebben in Nederland in vergelijking met andere Europese landen gemiddeld het laagste HbA1c, namelijk ongeveer 6,7%.1 Iedereen lijkt daar tevreden mee. Toch betekent dit waarschijnlijk dat in een aantal gevallen de behandeling van de diabetes doorschiet. In dit artikel ga ik in op de zin en onzin van de behandeling van hyperglykemie, de situatie ten tijde van het verschijnen van de vorige NHG-Standaard Diabetes mellitus in 2006 en de ontwikkelingen die ertoe hebben geleid dat de tijd van iedereen onder de 7% nu echt voorbij is. Omwille van de leesbaarheid en de vergelijkbaarheid van de onderzoeken zal ik voor HbA1c-waarden percentages gebruiken in plaats van mmol/mol-waarden. Tot slot geef ik vier voorbeelden waarin het scherp instellen van het glucosegehalte naar mijn mening onzin is. De 7%-norm Is het wel zinvol om hoge bloedglucosewaarden te behandelen? Omdat dit onduidelijk was, startte in 1977 de United Kingdom Prospective Diabetes Study (UKPDS). Tussen 1977 en 1997 volgden deze onderzoekers gemiddeld 10 jaar lang mensen (gemiddelde leeftijd 53 jaar) met een pas ontdekte diabetes. De ene helft kreeg een behandeling met sulfonylureumderivaten en/of insuline, de andere groep aanvankelijk alleen een dieet (later kreeg een deel van hen toch ook tabletten). In de eerste groep was het HbA1c gemiddeld over 10 jaar 7%, in de tweede groep 7,9%: een HbA1c-verschil van 0,9%. Van de 7%-groep werden in 10 jaar 41 van de patiënten geconfronteerd met een met diabetes samenhangend eindpunt : plotse dood, dood door hypo- of hyperglykemie, (niet-) fataal hartinfarct, angina pectoris, hartfalen, nierschade, amputatie of retinopathie. In de voornamelijk met dieet behandelde groep kregen meer personen te maken met een dergelijk ongunstig eindpunt: 46 mensen. Dit verschil was significant, dus echt het effect van de behandeling. Het aantal sterfgevallen daalde overigens niet door de intensievere behandeling. De grootste winst behaalde men bij de microvasculaire complicaties. In de met sulfonylureumderivaten en/of insuline behandelde groep hadden slechts 8,6 op de (let op: niet 100!) patiënten last van hetzij retinopathie waarvoor laserbehandeling nodig was, hetzij van een glasvochtbloeding, hetzij van nierfalen, tegenover 11,4 per in de andere groep: een relatieve risicodaling van maar liefst 25%. Daarnaast verdeelde UKPDS ook nog patiënten met een BMI hoger dan 30 in 3 groepen: de eerste groep werd behandeld met metformine, de tweede met sulfonylureumderivaten en/of insuline, en de derde groep kreeg niet-intensieve behandeling. In de metforminegroep daalde het risico op enig met diabetes samenhangend eindpunt in vergelijking met de derde groep significant van 40,1 naar 29,8 per Ook het totale sterfterisico daalde significant door de behandeling met metformine. In 1998 werden de resultaten van de UKPDS gepubliceerd. 2,3 Twee kanttekeningen daarbij: (1) de gunstige 13

2 De kern Het verlagen van een te hoog glucosegehalte verlaagt de kans op vooral microvasculaire complicaties. Tot voor kort adviseerden richtlijnen om bij iedere patiënt met diabetes type 2 te streven naar een HbA1c < 7% (53 mmol/mol). Sinds 2008 is er steeds meer bewijs gekomen dat het verlagen van het HbA1c tot < 7% lang niet in alle gevallen zinvol is. Bij iedere patiënt met diabetes type 2 moeten we zorgvuldig en goed beredeneerd vaststellen wat de streefwaarde voor het HbA1c is. Zeker met insulinebehandeling lijkt meer terughoudendheid op zijn plaats dan nu in veel Nederlandse huisartsenpraktijken het geval is. werking van de behandeling op de complicaties kwam pas aan het licht na ongeveer 4 jaar, en (2): over 10 jaar gemeten was er geen verschil in macrovasculaire complicaties (hartinfarct, CVA, perifeer vaatlijden) in het HbA1c-traject tussen 7 en 8%. Iedere procent HbA1c-daling leidde over een periode van 10 jaar tot 37% minder microvasculaire complicaties. 4 Voor de praktijk leidt dus 0,4% HbA1cdaling over een periode van 5 jaar tot ongeveer 7% minder microvasculaire complicaties. Op basis van de UKPDS-resultaten noemde de NHG-Standaard in 1999 een HbA1c < 7% goed, een waarde tussen 7 en 8,5% aanvaardbaar en een waarde > 8,5% slecht. 5 NHG-Standaard 2006 In de periode tussen 1999 en 2006 ontstond door een aantal onderzoeken op het gebied van bloeddruk- en cholesterolbehandeling het idee dat ook voor hyperglykemie gold: hoe lager hoe beter. Toch waren daar voor hyperglykemie geen aanwijzingen voor, want in de periode werden geen relevante onderzoeksresultaten gepubliceerd. De tijdgeest leidde ertoe dat in de NHG-Standaard Diabetes mellitus van 2006 alleen de streefwaarde < 7% werd genoemd, met daarbij wel de belangrijke opmerking dat de huisarts bij ouderen de streefwaarden kan bijstellen afhankelijk van de levensverwachting van de patiënt, de comorbiditeit en het psychosociale functioneren. 6 Vanaf 2008 De afgelopen vijf jaar zijn onze inzichten over de effecten van hyperglykemiebehandeling aanmerkelijk veranderd. Daarvoor zijn vijf grote trials verantwoordelijk, naast een groot observationeel onderzoek en twee meta-analyses. Het begon met de zogeheten post-trialmonitoring van de mensen die aan de UKPDS hadden deelgenomen. Na afloop van de trial werden alle deelnemers in de periode gewoon behandeld door hun huisarts of internist, hetgeen ertoe leidde dat het gemiddelde verschil in HbA1c van 0,9% (zie onder De 7%-norm ) binnen 1 jaar was verdwenen. Met andere woorden: de in de UKPDS met sulfonylureumderivaten en/of insuline behandelde groep had in de daarop volgende 10 jaar hetzelfde HbA1c als de oorspronkelijk met vooral dieet behandelde groep. Toch bleek in 2007 dat de gunstige effecten van de sulfonylureumderivaten-insulinegroep behouden waren gebleven. Sterker nog: gunstige effecten van de behandeling die in 1997 nog niet significant waren (minder hartinfarcten, minder sterfte) waren dat in 2007 wel. We zien dus ondanks het snelle verlies van de HbA1c-winst een na-ijlende daling van het risico op microvasculaire complicaties en het ontstaan van risicoreductie op hartinfarct en mortaliteit. 7 Internationaal is hieruit de conclusie getrokken dat het streven naar een HbA1c < 7% in de eerste 10 jaar van de behandeling zinvol is. Onderzoekers van het ADDITION-onderzoek volgden ruim 5 jaar in 343 huisartsenpraktijken in Denemarken, Engeland en Nederland patiënten bij wie door screening diabetes type 2 was ontdekt. Het bleek dat ook met gewone zorg (in Nederland dus volgens de NHG-Standaard) 5 jaar na het stellen van de diagnose het gros van de patiënten een HbA1c < 7% kon bereiken, bij veel mensen zelfs met alleen leefstijladviezen. 8 In 2008 werd de diabeteswereld opgeschrikt door het na 3,5 jaar voortijdig stoppen van de ACCORD-trial (Action to Control Cardiovascular Risk in Diabetes). In dit Amerikaanse onderzoek werd behandeling met als streefwaarde een HbA1c < 6% vergeleken met gewone behandeling met als streefwaarde een HbA1c tussen 7 en 7,9%. Bij de start van het onderzoek hadden de deelnemers al 10 jaar diabetes (zie tabel 1). Toen in de intensief behandelde groep oversterfte ontstond, werd het onderzoek afgebroken. 9 Daarna zijn verschillende onderzoeken gedaan naar de mogelijke oorzaken van de oversterfte. Waren de thiazolidinedionen de oorzaak? Of het door de intensivering fors toegenomen aantal hypo s? Of was de snelheid van de intensivering de oorzaak, of de gewichtsstijging? Een sluitend antwoord is niet gegeven. Maar de illusie van hoe lager, hoe beter was definitief verstoord. Kort daarna werden ook de 14

3 Tabel 1 Drie grote diabetestrials: kenmerken deelnemers bij start; insulinetherapie en hypo s Kenmerk ACCORD ADVANCE VADT Aantal deelnemers Gemiddelde leeftijd Duur diabetes (jaren) ,5 Man/vrouw 39/61 42/58 97/3 Hart- en vaatziekte (%) BMI HbA1c% (mediaan) 8,1 7,2 9,4 Albij de start insulinetherapie (%) 35 1,5 52 Insuline bij einde onderzoek (%, interventie/controlegroep) 77 /55 40 /24 89 / 74 Deelnemers met minstens 1 ernstige hypo (%, interv./contr.) 16,2 /5,1 2,7/ 1,5 21,2 / 9,9 resultaten van twee andere trials gepubliceerd, de ADVANCE-trial (Action in Diabetes and Vascular Disease) en de VADT-trial (Veterans Affairs Diabetes Trial). Ook in deze onderzoeken hadden de deelnemers al lang diabetes. ADVANCE-trial, uitgevoerd in onder andere Australië en Europa, is het best vergelijkbaar met de situatie in de Nederlandse huisartsenpraktijk, met bij het begin van het onderzoek een HbA1c van 7,2% en maar weinig mensen behandeld met insuline (zie tabel 1). Behandeling met als streefwaarde een HbA1c < 6,5% waarbij na 5 jaar de helft van de deelnemers een HbA1c van 6,3% had tegenover 7% in de gewone zorg, leidde niet tot minder micro- of macrovasculaire complicaties. 10 In de VADT werden Amerikaanse oorlogsveteranen die al lang een slecht gereguleerde diabetes hadden, in 2 groepen verdeeld met als doel een verschil in HbA1c van minstens 1,5% te creëren en tegelijkertijd alle andere risicofactoren, inclusief roken en bewegen, te optimaliseren. Dat lukte buitengewoon goed. Na 5 jaar had de helft van de deelnemers in de intensief behandelde groep een HbA1c van 6,9% en in de minder intensief behandelde groep was het mediane HbA1c 8,5%. Alle andere cardiovasculaire risicofactoren waren werkelijk geweldig onder controle, met andere woorden: beide groepen verschilden alleen in het HbA1c. Na ruim 5,5 jaar maakte dat echter geen enkel verschil in het primaire eindpunt: een combinatie van dood, hartinfarct, CVA, hartfalen, amputatie, revascularisatie). 11 Volgend op deze grootschalige trials werden in 2010 gegevens gepubliceerd uit de grote Engelse database met gegevens uit duizenden huisartsenpraktijken. Over de periode werden 2 grote cohorten van patiënten met diabetes type 2 gevormd: een groep van bijna mensen bij wie de behandeling was geïntensiveerd van monotherapie naar behandeling met 2 soorten bloedglucoseverlagende tabletten en een tweede groep van patiënten die insuline waren gaan gebruiken. Rekening houdend met hun leeftijd, geslacht, rookgedrag, bloeddruk, cholesterolgehalte, algemene gezondheid en behandelperiode, werd onderzocht of het gemiddelde HbA1c over een aantal jaren samenhing met sterfte. Een HbA1c van 7,5% gaf het laagste risico op overlijden. Het risico op overlijden was in de groep met het laagste HbA1c (6,4-6,6%) 1,5 keer zo hoog en in de groep met het hoogste HbA1c (10,1-11,2%) 1,8 maal zo hoog. Het sterfterisico van insulinegebruikers ten opzichte van mensen die alleen tabletten gebruikten was 1,5 keer zo groot. 12 Tot slot werden in 2011 twee meta-analyses gepubliceerd waarin de resultaten van alle bovengenoemde trials en ook nog een aantal kleinere onderzoeken werden gebundeld. Conclusie: verlaging van het HbA1c verlaagt de sterfte niet, verlaagt wel de kans op microvasculaire complicaties (die overigens pas in de loop van heel wat jaren ontstaan) en het blijft twijfelachtig of er een gunstig effect is op niet-fatale hartinfarcten. Intensivering van de behandeling leidt wel tot significant meer hypo s. 13,14 Onzinnig scherp instellen Als je naar deze onderzoeken kijkt, zou je lang niet meer bij iedereen moeten streven naar een HbA1c < 7,0%. Onze jaarverslagen en kwaliteitsindicatoren zullen moeten veranderen; gemiddelden per praktijk zeggen niets meer. Maar natuurlijk moeten we ook niet naar het andere uiterste doorschieten. Maatwerk is het devies. Bij mensen die nog genoeg levensjaren voor de boeg hebben om complicaties te ontwikkelen, moeten we zeker vasthouden aan een HbA1c < 7%. Let op: die 15

4 streefwaarde moet je dan wel vanaf de eerste dag van de diagnose hanteren bij behandeling. Maar bij iemand bij wie bijvoorbeeld pas met 78 jaar blijkt dat hij diabetes heeft, weegt het nadeel van de bijwerkingen van de behandeling soms niet op tegen het voordeel van het verlagen van de kans op langetermijncomplicaties. De nieuwe NHG-Standaard Diabetes mellitus die dit jaar verschijnt, zal concrete richtlijnen geven. Maar voor het zover is kunnen we er al voor zorgen dat de praktijk van onzinnig scherp instellen afneemt. Daarom geef ik vier voorbeelden. Basaal-bolusregime De meest intensieve behandeling van het glucosegehalte is natuurlijk het zogeheten basaal-bolusregime: 1 langwerkende insuline-injectie en daarnaast bij 1, 2 of 3 maaltijden ook nog bijspuiten. Bij sommige patiënten lijkt er niet aan te ontkomen. Hoeveel het HbA1c daarmee daalt, is uit onderzoek nauwelijks of niet bekend: het bewijs voor zo n behandeling is erg mager. 14 De kans op hypo s is groter dan bij welke behandeling ook, de impact op het dagelijks leven eveneens. Toch zijn er patiënten met diabetes type 2 van ruim boven de 70 jaar met al 10 jaar diabetes, die ondanks eenmaal daags insuline een HbA1c van ongeveer 7,5% hebben en die dan overgezet worden op een basaal-bolusregime. Onzin. Leeftijd Steeds meer huisartsenpraktijken slagen erin mensen met diabetes in een vroeg stadium op te sporen door systematische casefinding, zoals de NHG-Standaard Diabetes mellitus al sinds 1999 adviseert. Dat is uitstekend, want in het beginstadium van de ziekte is het behandelen van een hoog glucosegehalte zinvol. Er zijn ook praktijken die bij mensen van 80 jaar en ouder glucosegehaltes bepalen, diabetes vaststellen en vervolgens bij nuchtere waarden tussen 7 en 10 mmol/l tabletten gaan voorschrijven. Onzin. Op die leeftijd is het voorkomen van klachten voldoende. Klachten van hyperglykemie treden bij glucosewaarden onder de 10 niet op. Tijdelijk Het scherp instellen van het glucose met het oog op het voorkomen van complicaties is langetermijnwerk. Als patiënten een prednisonstootkuur krijgen, vliegt het glucosegehalte tijdelijk omhoog. Dat moeten we frequent controleren, want erg hoge glucosewaarden leiden tot klachten. Maar een paar dagen glucosegehaltes van mmol/l zijn niet schadelijk. Meteen maar viermaal daags insuline? Onzin. Stabiel Er zijn heel wat patiënten in de huisartsenpraktijk met HbA1c-percentages tussen 7 en 7,5%. Een tablet erbij om het HbA1c te verlagen vinden mensen meestal geen probleem. Natuurlijk moeten we altijd afwegen of dat zinvol is. Dat geldt des te sterker als we insuline gaan voorschrijven. Iemand is 73 jaar, heeft al een aantal jaren diabetes, de maximale dosering van bloedglucoseverlagende tabletten en een stabiel HbA1c van 7,2%. Insuline gaan voorschrijven? Onzin. Conclusie De afgelopen jaren is steeds duidelijker geworden dat streven naar een HbA1c < 7% niet voor iedereen zinvol is. Recente internationale richtlijnen raden daarom aan om bij het instellen van de glucosewaarden behalve met levensverwachting, psychosociale factoren en comorbiditeit (net zoals de NHG-Standaard uit 2006) ook rekening te houden met het risico op hypo s, de diabetesduur, het al bestaan van hart- en vaatziekten en de kosten van behandeling. 15 De nieuwe NHG-Standaard zal dat ook gaan doen. Maar ook voordat die gepubliceerd wordt, is het waarschijnlijk al zinvol dat je het beleid bij sommige patiënten met diabetes type 2 al bespreekt met de huisarts en waar nodig bijstelt. Literatuur 1 Stone MA, Charpentier G, Doggen G, Rutten GE, et al. Quality of care of people with type 2 diabetes in eight European countries: Findings from the Guideline Adherence to Enhance Care (GUIDANCE) study. Diab Care 2013, in press. 2 UK Prospective Diabetes Study Group. Intensive bloodglucose control with sulphonylureas or insulin compared with conventional treatment and risk of complications in patients with type 2 diabetes (UKPDS 33). Lancet 1998;352; UK Prospective Diabetes Study Group. Effect of intensive bloodglucose control with metformin on complication in overweight patients with type 2 diabetes (UKPDS 34). Lancet 1998;352: Stratton IM, Adler AI, Neil HA, Matthews DR, et al. Association of glycaemia with macrovascular and microvascular complications of type 2 diabetes (UKPDS 35): prospective observational study. BMJ 2000;321: Rutten GE, Verhoeven S, Heine RJ, de Grauw WJC, Cromme PVM, Reenders K, et al. NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 (Eerste herziening). Huisarts Wet 1999;42: Rutten GEHM, De Grauw WJC, Nijpels G, Goudswaard AN, Uitewaal PJM, Van der Does FEE, et al. NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 (Tweede herziening). 7 Holman R, Sanjoy P, Bethel A, Mattews D, et al. 10-Year followup of intensive glucose control in type 2 diabetes. N Eng J Med 2008;359: Griffin SJ, Borch-Johnsen K, Davies M, Rutten GE, et al. Effect of early intensive multifactorial therapy on 5-yearcardiovascular outcomes in individuals with type 2 diabetes detected by screening (ADDITION Europe). Lancet 2011;378: The ACCORD Study Group. Effects of intensive blood glucose lowering in type 2 diabetes. N Eng J Med 2008;358:

5 10 The ADVANCE Collaborative Group. Intensive blood glucose control and vascular outcomes in patients with type 2 diabetes. N Eng J Med 2008;358: Duckworth W, Abreira C, Moritz T, Reda D, et al. Intensive glucose control and complications in American veterans with type 2 diabetes. N Eng J Med 2009;360: Currie CJ, Peters J, Aodan T, Evans M, et al. Survival as function of HbA1c in people with type 2 diabetes: A retrospective cohort study. Lancet 2010;375: Boussageon R, Bejan-Angoulvant T, Saadatian-Elahi M, Lafont S, et al. Effect of intensive glucose lowering treatment on all cause mortality, cardiovascular death, and microvascular events in type 2 diabetes: Meta-analysis of randomised controlled trials. BMJ 2011;343:d Hemmingsen B, Lund S, Gluud C, Vaag A, et al. Intensive glycaemic control for patients with type 2 diabetes: Systematic review with meta-analysis and trila sequential analysis of randomised clinical trials. BMJ 2011;343:d Van Avendonk MJP, Rutten GEHM. Insulin therapy in type 2 diabetes: What is the evidence? Diabetes Obes Metab 2009; 11; Inzuccchi SE, Bergenstahl RM, Buse JB, Diamant M, et al. Management of hyperglycaemia in type 2 diabetes: A patientcentered approach. Position statement of the American Diabetes Association (ADA) and the European Association for the Study of Diabetes (EASD). Diabetologia 2012; 55: Auteursgegevens UMC Utrecht, afdeling Huisartsgeneeskunde, Julius Centrum, Postbus 85500, 3508 GA Utrecht: prof.dr. Guy Rutten, huisarts, hoogleraar diabetologie en voorzitter DiHAG. Correspondentie: G.E.H.M.Rutten@umcutrecht.nl 17

Overbehandeling Nieuwe behandeling Bloeddrukbehandeling. Sterfte en HbA1c. ACCORD-studie. HbA1c en gezondheidstoestand

Overbehandeling Nieuwe behandeling Bloeddrukbehandeling. Sterfte en HbA1c. ACCORD-studie. HbA1c en gezondheidstoestand Overbehandeling Nieuwe behandeling Bloeddrukbehandeling Is de NHG-Standaard nog up-to-date? MONITORING VAN ONDERBEHANDELING! Simon Verhoeven en Daniel Tavenier MAAR HOE ZIT HET MET OVERBEHANDELING? Sterfte

Nadere informatie

Doel behandeling bij DM: verhinderen/vertragen complicaties. Haffner, NEJM 1998 UKPDS. T2DM, HbA1c, en HVZ 12-7-2011

Doel behandeling bij DM: verhinderen/vertragen complicaties. Haffner, NEJM 1998 UKPDS. T2DM, HbA1c, en HVZ 12-7-2011 Doel behandeling bij DM: verhinderen/vertragen complicaties Haffner, NEJM 998 microvasculaire afwijkingen nefropathie retinopathie neuropathie macrovasculaire afwijkingen coronaire hartziekten cerebrovasculaire

Nadere informatie

Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren

Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren Huisarts, lid DiHAG Senior-onderzoeker Diabetes kenniscentrum Disclosure Geen conflicts of interest De toekomst!!! >25% = >75 jaar Karakteristieken ouderen

Nadere informatie

Zorg op maat voor diabetes mellitus type 2

Zorg op maat voor diabetes mellitus type 2 Onderzoek Zorg op maat voor diabetes mellitus type 2 Anne Meike Boels, Rimke Vos, Guy Rutten, Bertien Hart Inleiding Methode De NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 raadt aan om bij het behandelen van

Nadere informatie

JA! Voor optimale preventie van cardiovasculaire eindpunten dient gestreefd te worden naar HbA1c <53 mmol/mol (<7.0%)

JA! Voor optimale preventie van cardiovasculaire eindpunten dient gestreefd te worden naar HbA1c <53 mmol/mol (<7.0%) Voor optimale preventie van cardiovasculaire eindpunten dient gestreefd te worden naar HbA1c

Nadere informatie

Update NHG standaard Diabetes mellitus type 2

Update NHG standaard Diabetes mellitus type 2 Update NHG standaard Diabetes mellitus type 2 20 en 22 juni 2017 Mw. dr. H. E. Hart, huisarts en kaderhuisarts diabetes Leidsche Rijn Julius Gezondheidscentra Voorzitter DiHAG Stap 1 Metformine Metformine

Nadere informatie

HbA1c streefwaarden. ADVANCE trial. Uitkomsten ADVANCE. Uitkomsten ADVANCE

HbA1c streefwaarden. ADVANCE trial. Uitkomsten ADVANCE. Uitkomsten ADVANCE 1 Dr. Frits In de nieuwe diabetesstandaard wordt rekening gehouden met leeftijd en duur van de diabetes. Maakt het nog uit of iemand een macrovasculaire complicatie heeft (minder streng doel?) of microvasculaire

Nadere informatie

Basaal Plus. Wat te doen als langwerkende insuline toegevoegd aan orale medicatie niet meer afdoende is? Duodagen april 2011

Basaal Plus. Wat te doen als langwerkende insuline toegevoegd aan orale medicatie niet meer afdoende is? Duodagen april 2011 Basaal Plus Wat te doen als langwerkende insuline toegevoegd aan orale medicatie niet meer afdoende is? Duodagen april 2011 2 Toetsvragen Bij Insuline Resistentie bestaat er een afname in vrije vetzuur

Nadere informatie

Cardiovasculair Risicomanagement bij DM2

Cardiovasculair Risicomanagement bij DM2 Cardiovasculair Risicomanagement bij DM2 Guy Rutten Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde DiHAG Sterrencursus 2009 Relevantie Van de mensen met DM 2 sterft 50-70% aan

Nadere informatie

De nieuwe NHG standaard Diabetes Mellitus type 2

De nieuwe NHG standaard Diabetes Mellitus type 2 De nieuwe NHG standaard Diabetes Mellitus type 2 F. Holleman Belangenverstrengeling Academisch prestige: AMC Adviesraden: sanofi, Eli Lilly Onderzoekssponsoring: MSD Alle (neven)inkomsten afkomstig van

Nadere informatie

Betere controle van uw diabetes type 2

Betere controle van uw diabetes type 2 MiniMed voor TYPE Betere controle van uw diabetes type 2 met de MiniMed insulinepomp, nu klinisch bewezen 1 DIABETES Is het voor u een uitdaging om uw glucose met dagelijkse injecties onder controle te

Nadere informatie

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij patiënten met type 2 diabetes? A. Huidige richtlijn CVRM is achterhaald

Nadere informatie

Streefwaarden naar leeftijd: zowel de glucose, de bloeddruk als de lipiden?

Streefwaarden naar leeftijd: zowel de glucose, de bloeddruk als de lipiden? Streefwaarden naar leeftijd: zowel de glucose, de bloeddruk als de lipiden? F. Holleman Langerhansdagen 2013 Streefwaarden naar leeftijd: zowel de glucose, de bloeddruk als de lipiden? F. Holleman Langerhansdagen

Nadere informatie

Het belang van een goede cardiometabole instelling - maar wel op maat

Het belang van een goede cardiometabole instelling - maar wel op maat Het belang van een goede cardiometabole instelling - maar wel op maat Prof. dr. Guy Rutten Nascholing zorggroep. Urk, 17 mei 2017 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst

Nadere informatie

Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline?

Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline? Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline? Joost Hoekstra, internist, AMC Potentiële belangenverstrengeling Klinische Diabetologie AMC ontvangt sponsoring van cq doet projecten met

Nadere informatie

Workshop voor apothekers en huisartsen. (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij

Workshop voor apothekers en huisartsen. (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij Workshop voor apothekers en huisartsen (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij Diabetes Mellitus type 2 Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen l

Nadere informatie

Wat te doen als orale medicatie en 1 dd langwerkend insuline faalt? BASAAL PLUS insulinetherapie bij diabetes mellitus type 2

Wat te doen als orale medicatie en 1 dd langwerkend insuline faalt? BASAAL PLUS insulinetherapie bij diabetes mellitus type 2 Wat te doen als orale medicatie en 1 dd langwerkend insuline faalt? BASAAL PLUS insulinetherapie bij diabetes mellitus type 2 Inhoud Wat is het belang van intensieve glucose regulatie? Wat zeggen de richtlijnen

Nadere informatie

Prediabetes : ontwikkelt iedereen diabetes? Wie screenen en hoe? C. De Block Endocrinologie-Diabetologie Voorzitter Diabetes Liga

Prediabetes : ontwikkelt iedereen diabetes? Wie screenen en hoe? C. De Block Endocrinologie-Diabetologie Voorzitter Diabetes Liga Prediabetes : ontwikkelt iedereen diabetes? Wie screenen en hoe? C. De Block Endocrinologie-Diabetologie Voorzitter Diabetes Liga Inhoudsweergave Wie is at risk & Diagnose Prevalentie Klinisch belang van

Nadere informatie

Landelijk Diabetes Congres Diabetes bij ouderen Dr Majon Muller Internist-ouderengeneeskunde

Landelijk Diabetes Congres Diabetes bij ouderen Dr Majon Muller Internist-ouderengeneeskunde Landelijk Diabetes Congres 2016 Diabetes bij ouderen Dr Majon Muller Internist-ouderengeneeskunde Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven

Nadere informatie

Scherpe behandeling of kan het ook wat minder?

Scherpe behandeling of kan het ook wat minder? 20-06-2011 Over wie hebben we het? Scherpe behandeling of kan het ook wat minder? Langerhansdagen 2011 Frits Holleman Internist-Endocrinoloog Academisch Medisch Centrum Amsterd Effect diabetes op risico

Nadere informatie

Diabetes care in old age 2013

Diabetes care in old age 2013 Diabetes care in old age 2013 dr. K.J.J. (Hans) van Hateren Introductie De prevalentie van diabetes mellitus is hoog en neemt in de komende jaren alleen maar toe Twee decennia geleden werd nog voorspeld

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 121 Nederlandse samenvatting Patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) hebben een verhoogd risico op de ontwikkeling van microvasculaire en macrovasculaire complicaties. Echter,

Nadere informatie

Diabetes strikt behandelen is zinnig én noodzakelijk

Diabetes strikt behandelen is zinnig én noodzakelijk Discussie Diabetes strikt behandelen is zinnig én noodzakelijk GEHM Rutten, WJC de Grauw, K Reenders, namens de Diabetes Huisartsen Advies Groep Inleiding Een mooi, provocatief artikel was het, de kritiek

Nadere informatie

Psychische klachten als co-morbiditeit bij diabetes

Psychische klachten als co-morbiditeit bij diabetes Psychische klachten als co-morbiditeit bij diabetes Pearson Plein is een initiatief van Pearson. Pearson heeft jarenlange ervaring als educatieve uitgever van wetenschappelijk onderbouwde psychologische

Nadere informatie

Landelijk Diabetes Congres 2016

Landelijk Diabetes Congres 2016 Landelijk Diabetes Congres 2016 Insuline Pompen, zelfcontrole en sensoren, need to know Thomas van Bemmel, Internist Gelre Ziekenhuis Apeldoorn Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling zie hieronder

Nadere informatie

Nascholing Synchroon 23 nov 2017

Nascholing Synchroon 23 nov 2017 Nascholing Synchroon 23 nov 2017 Voordat we echt beginnen. Telefoon bij de hand? Ga naar kahoot.it of open de app (indien gedownload) Voer gamepin in Voer nickname in Klaar voor de start! A Een nest grombelbeertjes

Nadere informatie

WAT IS HYPOGLYKEMIE? 1.1 Inleiding 11 INLEIDING

WAT IS HYPOGLYKEMIE? 1.1 Inleiding 11 INLEIDING HYPOGLEKEMIE_BINNENWERK_48 x 20 (A5) 4-4 3--2 0:2 Pagina WAT IS HYPOGLYKEMIE?. Inleiding Philip Cryer, een vooraanstaand Amerikaans diabetoloog, heeft aangetoond en beschreven dat hypoglykemie de belangrijkste

Nadere informatie

D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e

D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e 1 2 Schematische weergave van de glucose homeostase en de effecten van endogeen insuline. De bloedglucose concentratie wordt voor een belangrijk deel gereguleerd door de glucose-output van de lever. Meer

Nadere informatie

De stap na gliclazide. Insuline? Nee!

De stap na gliclazide. Insuline? Nee! NHG Standaard Diabetes 2013 De stap na gliclazide. Insuline? Nee! Mw. dr. H.E.Hart, Huisarts en kaderarts diabetes Leidsche Rijn Julius Gezondheidscentra, Julius Centrum UMC Utrecht 21 en 23 juni 2016

Nadere informatie

Diabetes en kanker: nieuwe inzichten

Diabetes en kanker: nieuwe inzichten Diabetes en kanker: nieuwe inzichten Joost B.L.Hoekstra internist AMC 11-10-2012 Potentiële belangenverstrengeling Klinische Diabetologie AMC ontvangt sponsoring van cq doet projecten met diverse farmaceutische

Nadere informatie

Thema Zorg op maat uur Opening en terugblik vorig jaar uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk

Thema Zorg op maat uur Opening en terugblik vorig jaar uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk Thema Zorg op maat Programma 16.30 uur Opening en terugblik vorig jaar 16.35 uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk 17:00 uur Van jaarcontrole naar jaargesprek diabetes Guy Rutten, Professor Diabetologie

Nadere informatie

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1)

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) Nederlandse Diabetes Federatie 033-4480845 info@diabetesfederatie.nl Stationsplein 139 3818 LE Amersfoort Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) De

Nadere informatie

Voetproblemen bij Diabetespatiënten Situering en Screening. Dr. Greet Peeters Endocrinoloog ZNA Jan Palfijn

Voetproblemen bij Diabetespatiënten Situering en Screening. Dr. Greet Peeters Endocrinoloog ZNA Jan Palfijn Voetproblemen bij Diabetespatiënten Situering en Screening Dr. Greet Peeters Endocrinoloog ZNA Jan Palfijn Voetproblemen bij Diabetespatiënten Enkele weetjes Pathofysiologie Preventie Elke dag krijgen

Nadere informatie

In eerste instantie vangt de pancreas deze insulineresistentie

In eerste instantie vangt de pancreas deze insulineresistentie 1 2 Schematische weergave van de processen die een rol spelen bij het ontwikkelen van hyperglycemie bij diabetes mellitus type 2. Door nog onvoldoende verklaarde endocriene en inflammatoire veranderingen

Nadere informatie

hfdst 1 ps 11-09-1997 11:17 Pagina 8 SAMENVATTING

hfdst 1 ps 11-09-1997 11:17 Pagina 8 SAMENVATTING hfdst 1 ps 11-09-1997 11:17 Pagina 8 SAMENVATTING hfdst 1 ps 11-09-1997 11:17 Pagina 9 Niet-insuline-afhankelijke diabetes mellitus (NIADM) is een chronische ziekte die een belangrijke oorzaak vormt van

Nadere informatie

CHAPTER 9. Samenvatting

CHAPTER 9. Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting Chapter 9 Advanced glycation endproducts (AGEs) ontstaan via chemische reacties waarbij er versuikering en oxidatie optreedt van o.a. eiwitten en vetten, waarbij vaak een onomkeerbare

Nadere informatie

Diabetes Mellitus en Beweging

Diabetes Mellitus en Beweging Diabetes Mellitus en Beweging Doelen 0Refresher 0Patient Education 0Exercise and DM Wat betekent het? 0 Diabetes: Door(heen) gaan 0 Mellitus: Honing/Zoet Wat is het? 0 Groep van stoornissen met hyperglycemieën

Nadere informatie

De vingerprikloze sensor: wat is waar? 1. Deze wordt nooit vergoed 2. Deze wordt alleen vergoed als patiënt vier maal daags spuit en dus frequent glucose meet 3. Deze wordt alleen vergoed bij hypoglykemie

Nadere informatie

Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2.

Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2. Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2. Nederlandse Diabetes Federatie 033-4480845 info@diabetesfederatie.nl Stationsplein 139 3818 LE Amersfoort

Nadere informatie

Geneesmiddelenoverzicht

Geneesmiddelenoverzicht Referenties 1.Van Bruggen JAR, Gorter KJ, Rutten GEHM. Delen en de le - geren zijn geen panacee voor betere diabeteszorg. Huis arts Wet 2006; 49(12):598-605. 2.RIVM. Rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning

Nadere informatie

Benchmark Diabetes Nellie Jans Marijke Overkamp Jan Tillemans Karin Willemsen (per 1 april a.s.)

Benchmark Diabetes Nellie Jans Marijke Overkamp Jan Tillemans Karin Willemsen (per 1 april a.s.) Benchmark Diabetes 2015 Uw Nellie Jans Marijke Overkamp Jan Tillemans Karin Willemsen (per 1 april a.s.) Zorgstraat Diabetes benchmarkuitkomsten 2015 DM (ook vergeleken met CVRM) lipiden kort nieuws zorgstraat

Nadere informatie

Bloeddruk: hoe lager hoe beter?

Bloeddruk: hoe lager hoe beter? Bloeddruk: hoe lager hoe beter? Zijn de SPRINT en andere studies van nut voor met name de oudere type 2 patiënten? Dr. K.J.J. (Hans) van Hateren Huisarts & onderzoeker Geen Conflicts of interest Number

Nadere informatie

Conflicts of Interest. Nieuwe versus oude behandelstrategieën: aanbevelingen voor de huisarts

Conflicts of Interest. Nieuwe versus oude behandelstrategieën: aanbevelingen voor de huisarts Nieuwe versus oude behandelstrategieën: aanbevelingen voor de huisarts Dr. ST (Bas) Houweling, kaderhuisarts Langerhans lid NHG-standaardcommissie DM2 Nieuwe behandelstrategieën met oude middelen: aanbevelingen

Nadere informatie

Behandeling type 2 diabetes in 2011

Behandeling type 2 diabetes in 2011 mul$disciplinair symposium 1/10/2011 Behandeling type 2 diabetes in 2011 Dr. Katrin Mortelmans Casus man 54 jaar Ø Medische voorgeschiedenis: diabetes type 2 sinds 2006, arteriële hypertensie, maagulcera

Nadere informatie

Transmurale werkafspraak GLP-1-receptoragonisten

Transmurale werkafspraak GLP-1-receptoragonisten Transmurale werkafspraak GLP-1-receptoragonisten Inleiding De vierde herziening van de NHG-standaard Diabetes Mellitus type 2 (T2DM) van juli 2018 betreft de paragraaf Bloedglucoseverlagende middelen en

Nadere informatie

% Slechter! Nieuwe langwerkende insulines. Wat is een goed basaal insuline? STEMSYSTEEM. Wat is een goed basaal insuline?

% Slechter! Nieuwe langwerkende insulines. Wat is een goed basaal insuline? STEMSYSTEEM. Wat is een goed basaal insuline? Nieuwe langwerkende insulines Na het uitkomen van de laatste NHG-Standaard zijn er 3 nieuwe langwerkende insulines op de markt gekomen. Daarnaast hebben we nog de oude NPH insuline en de oude detemir en

Nadere informatie

18-10-2012. EASD en ADA richtlijnen 2012: een goede basis voor de nieuwe Nederlandse Standaard? Dr. Paul Bouter

18-10-2012. EASD en ADA richtlijnen 2012: een goede basis voor de nieuwe Nederlandse Standaard? Dr. Paul Bouter EASD en ADA richtlijnen 2012: een goede basis voor de nieuwe Nederlandse Standaard? Dr. Paul Bouter 1 Samenvatting adviezen ADA/EASD 2008 consensus Bereiken en behouden normoglykemie (HbA1c < 7%) Initieel

Nadere informatie

De nieuwe NHG DM2 standaard, wat is er veranderd?

De nieuwe NHG DM2 standaard, wat is er veranderd? De nieuwe NHG DM2 standaard, wat is er veranderd? Alle veranderingen in de nieuwe NHG DM2 standaard zijn aangegeven in rood. Streefwaardes HbA1c : Nu met een ondergrens Leeftijd

Nadere informatie

D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e

D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e 1 2 Schematische weergave van de glucosehomeostase en de effecten van endogeen insuline. De bloedglucose concentratie wordt voor een belangrijk deel gereguleerd door de glucose-output van de lever. Meer

Nadere informatie

Diabetescafe 23-4-2014 Fokke Meima kaderhuisarts diabetes

Diabetescafe 23-4-2014 Fokke Meima kaderhuisarts diabetes Diabetescafe 23-4-2014 Fokke Meima kaderhuisarts diabetes Inventarisatie vragen Vetweefsel (grote adipocyten) ontstekingsfactoren (TNF, IL-6, etc) adiponectine inflammatie INSULINE Insuline effect Insuline

Nadere informatie

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 2)

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 2) Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 2) Nederlandse Diabetes Federatie 033-4480845 info@diabetesfederatie.nl Stationsplein 139 3818 LE Amersfoort Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 2) De

Nadere informatie

Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Tussen uur en uur en uur en uur

Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Tussen uur en uur en uur en uur DIABETES DAGBOEK E I G E N A A R D I A B E T E S D A G B O E K Naam Adres Contactpersoon Telefoon E-mail O V E R L E G Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Naam huisarts

Nadere informatie

Internistisch perspectief

Internistisch perspectief Management van diabetes & ACS Internistisch perspectief Max Nieuwdorp Academisch Medisch Centrum Amsterd Diabetes en hart en vaatziekten ~65% van alle sterfgevallen bij DM als gevolg van HVZ Dood door

Nadere informatie

Zorgprotocol Diabetes Mellitus type 2 Nieuw format 2019

Zorgprotocol Diabetes Mellitus type 2 Nieuw format 2019 Zorgprotocol Diabetes Mellitus type 2 Nieuw format 2019 Zorgprotocol Diabetes Mellitus type 2 - HZD 1 van 15 1. In- en exclusiecriteria... 3 1.1 Inclusiecriteria... 3 1.2 Exclusiecriteria... 3 1.3 Diabetes

Nadere informatie

Screening Diabetische Retinopathie bij Diabetes mellitus type 2. Daniel Tavenier, kaderhuisarts diabetes 17 mei 2011

Screening Diabetische Retinopathie bij Diabetes mellitus type 2. Daniel Tavenier, kaderhuisarts diabetes 17 mei 2011 Screening Diabetische Retinopathie bij Diabetes mellitus type 2 Daniel Tavenier, kaderhuisarts diabetes 17 mei 2011 Diabetische retinopathie Microvasculaire pathologie van de retina. Teken van andere microvasculaire

Nadere informatie

minerva Glycemie en vasculaire complicaties bij diabetes type 2: UKPDS 35 minerva kort

minerva Glycemie en vasculaire complicaties bij diabetes type 2: UKPDS 35 minerva kort kort Miverva kort biedt u korte commentaren op publicaties die door de redactie van Minerva zijn geselecteerd. Interessante en voor huisartsen relevante studies die niet direct in een ruimer kader kunnen

Nadere informatie

Diabetes mellitus type 2: een nieuwe aanpak

Diabetes mellitus type 2: een nieuwe aanpak 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M01 van maart 2006 (tweede herziening). In de herziene versie van de NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 ((tweede herziening

Nadere informatie

Nieuwe standaard DM Wat is Nieuw??? Alle veranderingen in de nieuwe standaard zijn in het rood aangegeven.

Nieuwe standaard DM Wat is Nieuw??? Alle veranderingen in de nieuwe standaard zijn in het rood aangegeven. Nieuwe standaard DM2 2018 Wat is Nieuw??? Alle veranderingen in de nieuwe standaard zijn in het rood aangegeven. Streefwaardes HbA1C Streefwaardes HbA1C Nu ook een ondergrens Leeftijd

Nadere informatie

Samenvatting van de standaard Diabetes mellitus type 2 (tweede herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap

Samenvatting van de standaard Diabetes mellitus type 2 (tweede herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap voor de praktijk Samenvatting van de standaard Diabetes mellitus type 2 (tweede herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap M.Bouma, G.E.H.M.Rutten, W.J.C.de Grauw, Tj.Wiersma en A.N.Goudswaard

Nadere informatie

Klinische implicaties van de EVOLVE studie

Klinische implicaties van de EVOLVE studie ASN Review 2012 Klinische implicaties van de EVOLVE studie Marc Vervloet, internist-nefroloog VU medisch centrum Associatie PTH met mortaliteit Kalantar-Zadeh, Kidney Int 2007 Welke evidence? Associatie

Nadere informatie

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek Achtergrond Het Klinefelter syndroom(ks): Genetisch kenmerk extra X-chromosoom:

Nadere informatie

De nieuwe NHG diabetes-standaard: de patiënt centraal. EADV-regiobijscholing najaar 2013: Diabetes Mellitus & Vrouwen

De nieuwe NHG diabetes-standaard: de patiënt centraal. EADV-regiobijscholing najaar 2013: Diabetes Mellitus & Vrouwen De nieuwe NHG diabetes-standaard: de patiënt centraal Epidemiologie RIVM rapport april 2013: 800.000 mensen diabetes (1 jan 2011) 87.000 nieuwe patiënten per jaar erbij 90% Type 2 25% niet gediagnosticeerd

Nadere informatie

(On)zin van diabetes behandeling bij ouderen

(On)zin van diabetes behandeling bij ouderen symposium 11/10/14 (On)zin van diabetes behandeling bij ouderen Dr. K. Mortelmans Endocrinologie RZ HHart Leuven Belang Toenemende prevalentie type 2 diabetes Wijzigende levensgewoonte Vergrijzing Meer

Nadere informatie

DIABETES MELLITUS TYPE 2 PROTOCOL CELLO

DIABETES MELLITUS TYPE 2 PROTOCOL CELLO DIABETES MELLITUS TYPE 2 PROTOCOL CELLO Leiden November 2010 Mw. M. van Mierlo, praktijkverpleegkundige Mw. C. Gieskes, diabetesverpleegkundige Inhoudsopgave Inleiding 1. Werktraject bij CELLO voor patiënten

Nadere informatie

Individueel Zorgplan Cardiometabool

Individueel Zorgplan Cardiometabool Individueel Zorgplan Cardiometabool Vasculair Centrum Naam: Geboortedatum: Patiëntnummer: Vasculair centrum Rijnstate Het Rijnstate Vasculair Centrum is een kennis- en behandelcentrum voor patiënten met

Nadere informatie

Algemene benadering van een patiënt met diabetische retinopathie. Bart Van der Schueren IG Endocrinologie

Algemene benadering van een patiënt met diabetische retinopathie. Bart Van der Schueren IG Endocrinologie Algemene benadering van een patiënt met diabetische retinopathie. Bart Van der Schueren IG Endocrinologie Disclaimer No Conflicts of Interest Member of the Committee for Medicinal Products for Human Use

Nadere informatie

20 jaar SMART: wat is het laatste nieuws? Hart- en Vaatdag 22 juni 2019

20 jaar SMART: wat is het laatste nieuws? Hart- en Vaatdag 22 juni 2019 20 jaar SMART: wat is het laatste nieuws? Hart- en Vaatdag 22 juni 2019 Deelnemers aan de UCC-SMART studie (n = 13.466) Mannen: 8749 Vrouwen: 4717 Diagnose bij de start van UCC-SMART Aantal jaren gevolgd

Nadere informatie

Staken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie

Staken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie Staken antihypertensiva bij ouderen Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie 2 Vragen Zou u antihypertensiva staken bij een geriatrische patiënt met hypertensie en een

Nadere informatie

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich.

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich. Bijlage 1: samenwerkingsafspraken diëtisten binnen DBC CVRM GHC Uitgangspunten Cardio Vasculair Risico Management (CVRM) staat voor de diagnostiek, behandeling en follow-up van risicofactoren voor hart-

Nadere informatie

D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e N R. 6

D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e N R. 6 1 2 D i a b e t e s e d u c at i e s e r v i c e N R. 6 1 3 4 Schematische weergave van de processen die een rol spelen bij het ontwikkelen van hyperglycemie bij diabetes mellitus type 2. Door nog onvoldoende

Nadere informatie

Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk

Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk ELLEN BANIERINK ANIOS INTERNE GENEESKUNDE 06-12-2016 Inhoud Aanleiding Vorming onderzoeksvoorstel Het onderzoek Praktisch gezien Planning Verloop Problemen

Nadere informatie

Diabetes en hart- en vaatziekten. CVRM nieuwe stijl. Nieuwe richtlijn CVRM 2011 14-6-2013. Risicostratificatie. Wanneer risicostratificatie?

Diabetes en hart- en vaatziekten. CVRM nieuwe stijl. Nieuwe richtlijn CVRM 2011 14-6-2013. Risicostratificatie. Wanneer risicostratificatie? Diabetes en hart- en vaatziekten CVRM nieuwe stijl ~65% van alle sterfgevallen bij DM als gevolg van HVZ CVRM bij diabetes mellitus Karin Kaasjager Langerhansdagen 2013 Dood door HVZ 2- to 4-verhoogd Cardiovasculaire

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift richt zich op statinetherapie in type 2 diabetespatiënten; hiervan zijn verschillende aspecten onderzocht. In Deel I worden de effecten van statines op LDLcholesterol en cardiovasculaire

Nadere informatie

HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN

HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN HET EFFECT VAN DE CVRM ZORGSTRAAT OP DE BLOEDDRUK EN HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN IN DE HUISARTSENPRAKTIJK Berdien Oosterveld Begeleiding: Job van der Palen Peter van der Lugt Mirella Nijmeijer Wetenschapsavond

Nadere informatie

Checklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen

Checklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen Uitneembaar katern, handig om mee te nemen Hoofdstuk 2 Zorgverleners bij diabetes type 2 21 Checklists Dit uitneembare katern bevat checklists over controles die bij goede zorg horen; tips voor communicatie

Nadere informatie

4.4 Behandeling met insuline

4.4 Behandeling met insuline 4.4 Behandeling met insuline De behandeling en begeleiding van insuline wordt uitgevoerd door huisarts, praktijkverpleegkundige of praktijkondersteuner die bevoegd en bekwaam zijn. Bevoegd door: basiscursus

Nadere informatie

PRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten

PRO. De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten PRO De afwachtende houding t.o.v. NOACs in Nederland schaadt patiënten Prof. dr. Saskia Middeldorp, internist Afdeling Vasculaire Geneeskunde Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Wat zegt de NHG standaard

Nadere informatie

Veneus plasma Normaal Glucose nuchter (mmol/l) < 6.1 Glucose niet nuchter (mmol/l) < 7.8 Impaired fasting glucose Glucose nuchter (mmol/l) 6.1 en < 7.0 (IFG) én (gestoord nuchter glucose) Glucose niet

Nadere informatie

Diabetes mellitus. De behandeling van diabetes mellitus

Diabetes mellitus. De behandeling van diabetes mellitus Diabetes mellitus Diabetes mellitus (suikerziekte) is een ziekte van de stofwisseling; hierbij zit er te veel glucose in het bloed Dat kan twee oorzaken hebben: bil type 1 diabetes maakt het lichaam niet

Nadere informatie

Samenvatting Hoofdstuk 2

Samenvatting Hoofdstuk 2 CHAPTER 10 Nederlandse Samenvatting Samenvatting De aandoening diabetes mellitus wordt gekenmerkt door een chronisch verhoogd glucosegehalte in het bloed, oftewel hyperglykemie. Karakteriserend voor patiënten

Nadere informatie

Diabetes. D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9. D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8. D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6

Diabetes. D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9. D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8. D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6 Diabetes uw praktijk alle praktijke n D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9 D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8 D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6 D6 HbA1c bepaald 70,9 70,5 D36 HbA1c < 53 81,3

Nadere informatie

Inhoud. 2.5 De comateuze patiënt 22 2.6 Herhalen van receptuur voor bloedglucoseverlagende

Inhoud. 2.5 De comateuze patiënt 22 2.6 Herhalen van receptuur voor bloedglucoseverlagende Inhoud 1 Inleiding 7 11 Ontregelde diabetes mellitus en de werkwijze op de huisartsenpost 7 12 Contact op de huisartsenpost: verschillende patiënten, verschillende artsen 9 2 Hulpvragen rond diabetes mellitus

Nadere informatie

Opportunistic targeted screening for for type type 2 2 diabetes in in primary care care

Opportunistic targeted screening for for type type 2 2 diabetes in in primary care care Opportunistic targeted screening for for type type 2 2 diabetes in in primary care care The The Diabscreen study study Erwin Erwin P. Klein P. Klein Woolthuis 142 Samenvatting Dit proefschrift richt zich

Nadere informatie

Stoppen of doorgaan met een sulfonylureumderivaat in combinatie met insuline glargine bij diabetes type 2 patiënten in de huisartspraktijk?

Stoppen of doorgaan met een sulfonylureumderivaat in combinatie met insuline glargine bij diabetes type 2 patiënten in de huisartspraktijk? Patiënteninformatie Stoppen of doorgaan met een sulfonylureumderivaat in combinatie met insuline glargine bij diabetes type 2 patiënten in de huisartspraktijk? Geachte heer/mevrouw, Hartelijk dank voor

Nadere informatie

Preventie in de spreekkamer met U-Prevent

Preventie in de spreekkamer met U-Prevent Preventie in de spreekkamer met U-Prevent Symposium Circulatory Health 30-11-2018 Jannick A.N. Dorresteijn Fellow vasculaire geneeskunde klinisch epidemioloog J.A.N.Dorresteijn2@umcutrecht.nl Hoe doet

Nadere informatie

Behandeling Type 1 diabetes. Diabetes mellitus in vogelvlucht. Nieuwe ontwikkelingen in de. Behandeling van diabetes. Chronische behandeling diabetes

Behandeling Type 1 diabetes. Diabetes mellitus in vogelvlucht. Nieuwe ontwikkelingen in de. Behandeling van diabetes. Chronische behandeling diabetes Diabetes mellitus in vogelvlucht Nieuwe ontwikkelingen in de behandeling van Diabetes Aantal diabetespatiënten wereldwijd in 2012 ca. 371 miljoen In 2025: 6% van de wereldbevolking Jaarlijks ca. 72.000

Nadere informatie

18-7-2011. Overzicht. Laboratoriumonderzoek bij de. NHG-Standaard -1. NHG-Standaard - 2. NHG-Standaard - 4. NHG-Standaard - 3

18-7-2011. Overzicht. Laboratoriumonderzoek bij de. NHG-Standaard -1. NHG-Standaard - 2. NHG-Standaard - 4. NHG-Standaard - 3 Overzicht Laboratoriumonderzoek bij de behandeling van type 2 DM. 1. Wat zegt de NHG-Standaard 2006? 2. Prof. Dr. Guy Rutten, huisarts en voorzitter DiHAG 3.Conclusies 7 e Langerhans symposium 14 / 16

Nadere informatie

Workshop voor apothekers en huisartsen. Altijd een statine bij hart- en. t Voorbeeld

Workshop voor apothekers en huisartsen. Altijd een statine bij hart- en. t Voorbeeld Workshop voor apothekers en huisartsen Altijd een statine bij hart- en vaatziekten en type-2-diabetes? t Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen en inleiding Presentatie ti

Nadere informatie

DiHAG-statement voetzorg. Inleiding

DiHAG-statement voetzorg. Inleiding DiHAG-statement voetzorg Secretariaat: p/a Nederlands Huisartsen Genootschap Mercatorlaan 1200 Postbus 3231 3502 GE Utrecht Tel. 030 2823500 Fax 030 2823501 E-mail: dihag@nhg.org www.dihag.nl KvK: 41261381

Nadere informatie

Waarom multidisciplinaire zorg voor diabetes patienten. Dr Ann Verhaegen Endocrinoloog UZA / ZNA Jan palfijn Ere voorzitter Diabetes Liga

Waarom multidisciplinaire zorg voor diabetes patienten. Dr Ann Verhaegen Endocrinoloog UZA / ZNA Jan palfijn Ere voorzitter Diabetes Liga Waarom multidisciplinaire zorg voor diabetes patienten Dr Ann Verhaegen Endocrinoloog UZA / ZNA Jan palfijn Ere voorzitter Diabetes Liga Goede glycemie controle complicaties % Incidence per 1000 patient

Nadere informatie

Oud en anders Cardiovasculair risicomanagement bij ouderen: wat te doen of te laten?

Oud en anders Cardiovasculair risicomanagement bij ouderen: wat te doen of te laten? Oud en anders Cardiovasculair risicomanagement bij ouderen: wat te doen of te laten? Luc Harms, huisarts Susan Pruijsen, huisarts Stijn Konings, internist-nefroloog Els Lambooij, internist-ouderengeneeskunde

Nadere informatie

Onderwerpen. Het HbA1c: Oud en Nieuw. Het HbA1c 24-2-2011. Het HbA1c is bij diabetespatiënten die dialyseren niet altijd betrouwbaar.

Onderwerpen. Het HbA1c: Oud en Nieuw. Het HbA1c 24-2-2011. Het HbA1c is bij diabetespatiënten die dialyseren niet altijd betrouwbaar. Dialyse Document Diabetes De vertaalslag naar de praktijk: Inge Dempsey Admiraal De Ruyter Ziekenhuis, Goes en Karin Dekker Maasstad Ziekenhuis, Rotterdam. Onderwerpen Het HbA1c Diabeteseducatie, Hypoglycemie

Nadere informatie

NHG-Standaard. Richtlijnen diagnostiek

NHG-Standaard. Richtlijnen diagnostiek Richtlijnen diagnostiek Opsporing In Nederland is in 2003 bij ongeveer 600.000 mensen diabetes mellitus vastgesteld, wat neerkomt op een prevalentie van 36 mannen/1000 en 39 vrouwen/1000.15 De incidentie

Nadere informatie

Wat iedere zorgverlener moet weten. Recent nieuws uit de diabeteswereld. Prof. Em. Dr. Raoul Rottiers. Endocrinoloog UZGent

Wat iedere zorgverlener moet weten. Recent nieuws uit de diabeteswereld. Prof. Em. Dr. Raoul Rottiers. Endocrinoloog UZGent Wat iedere zorgverlener moet weten Recent nieuws uit de diabeteswereld Prof. Em. Dr. Raoul Rottiers Endocrinoloog UZGent 13 Diabetessymposium Gent, 9.11.2010 AHS / NVKVV Diagnosecriteria 1 Criteria voor

Nadere informatie

Richtlijn screening op diabetes type 2 goedgekeurd door ALV op 17 september 2015

Richtlijn screening op diabetes type 2 goedgekeurd door ALV op 17 september 2015 Richtlijn screening op diabetes type 2 goedgekeurd door ALV op 17 september 2015 VSG2267-1 - Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 Inhoudsopgave Inleiding 3 Algemeen 3 Meting en nauwkeurigheid 3 Interpretatie

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Diabetes mellitus en zwangerschap. Begeleiding in het Refaja ziekenhuis

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Diabetes mellitus en zwangerschap. Begeleiding in het Refaja ziekenhuis Diabetes mellitus en zwangerschap Begeleiding in het Refaja ziekenhuis DIABETES MELLITUS EN ZWANGERSCHAP BEGELEIDING IN HET REFAJA ZIEKENHUIS INLEIDING U heeft diabetes en bent zwanger of wilt zwanger

Nadere informatie

Persoonsgerichte zorg: noodzakelijk en haalbaar

Persoonsgerichte zorg: noodzakelijk en haalbaar Persoonsgerichte zorg: noodzakelijk en haalbaar Prof. Guy Rutten, UMC Utrecht, Julius Centrum, afd. Huisartsgeneeskunde Spiegelbijeenkomst Urk, 23 mei 2018 Disclosure Guy Rutten (UMCU) ontving van Sanofi

Nadere informatie

Samenvatting R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9

Samenvatting R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 SAMENVATTING 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 134 Type 2 diabetes is een veel voorkomende ziekte die een grote impact heeft op zowel degene waarbij

Nadere informatie

"Nieuwe orale behandelstrategieen voor type 2 diabetes: de toepassing naderbij?"

Nieuwe orale behandelstrategieen voor type 2 diabetes: de toepassing naderbij? "Nieuwe orale behandelstrategieen voor type 2 diabetes: de toepassing naderbij?" Louis Lieverse Wat is diabetes mellitus type 2? Een progressieve metabole ziekte gekenmerkt door: Insuline resistentie Type

Nadere informatie

Diabetes mellitus 2. Clara Peters, huisarts Mea de Vent, praktijkondersteuner

Diabetes mellitus 2. Clara Peters, huisarts Mea de Vent, praktijkondersteuner 1 Diabetes mellitus 2 Clara Peters, huisarts Mea de Vent, praktijkondersteuner 2 Inhoud Epidemiologie Diagnostiek en behandeling in de diabetesketenzorg in Nederland Wat doet de praktijkondersteuner binnen

Nadere informatie