Eribuline-mesylaat is een synthetisch analogon van

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Eribuline-mesylaat is een synthetisch analogon van"

Transcriptie

1 BOM Commissie BOM bepaalt klinische plaats van eribuline bij MBC en ipilimumab bij MM De commissie BOM oordeelde onlangs, naar aanleiding van in The Lancet gepubliceerde resultaten van de EMBRACE-studie, over de klinische plaats van eribuline bij het gemetastaseerd mammacarcinoom. Ook bogen de commissieleden zich over de klinische plaats van ipilimumab als tweedelijns behandeling van het gemetastaseerd melanoom. Eribuline bij gemetastaseerd mammacarcinoom Eribuline-mesylaat is een synthetisch analogon van halichondrine B een stof verkregen uit de zeespons Halichondria okodai. Eribuline remt de groei van microtubuli, maar op een andere wijze dan taxaan. In fase-ien -II-studies bleek eribuline actief te zijn bij patiënten met een gemetastaseerd mammacarcinoom die al met meerdere lijnen chemotherapie waren behandeld. In twee fase-ii-studies met respectievelijk 103 en 299 patiënten was het responspercentage achtereenvolgens 11,5 en 9,3 procent. EMBRACE-studie Naar aanleiding van deze responspercentages in de fase-iistudies werd de EMBRACE-studie gestart. In deze fase-iiistudie (gerandomiseerd, multicentrum en open label) werd eribuline vergeleken met de behandeling van keuze van de behandelend arts (TPC = treatment of physician s choice). Patiënten van 18 jaar en ouder met een histologisch bevestigd gemetastaseerd mammacarcinoom, meetbare of evalueerbare ziekte na 2 of meer lijnen chemotherapie (inclusief een antracycline en een taxaan) met progressie binnen 6 maanden na de laatste lijn werden geïncludeerd in de studie bij een ECOG-performancescore 0-2, adequate nier-, lever- NVMO-commissie BOM De commissie ter Beoordeling van Oncologische Middelen (BOM) is in oktober 1999 door het NVMO-bestuur ingesteld met de opdracht de klinische waarde van nieuwe geregistreerde geneesmiddelen, behandelmethoden en behandelindicaties op het gebied van de medische oncologie te beoordelen, met het doel te komen tot een betere landelijke afstemming binnen de beroepsgroep aangaande het toepassen van nieuwe en vaak kostbare geneesmiddelen in de oncologische praktijk. De commissie BOM beoordeelt een nieuw oncologisch middel wanneer er ten minste één wetenschappelijke publicatie over resultaten van een gerandomiseerde fase-iii-studie beschikbaar is, wanneer het middel in Europa is geregistreerd (European Medicines Agency) en bij voorkeur wanneer beoordeling door de Commissie Farmaceutische Hulp (CFH) van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) heeft plaatsgevonden. De leden van de commissie BOM komen in principe zes keer per jaar bijeen. De commissie plaatst haar adviezen op de NVMO-website ( en publiceert ze in het tijdschrift Medische Oncologie. Alle reeds gepubliceerde adviezen zijn in pdf-formaat online te raadplegen en downloaden via online archief op de NVMO-website. De commissie BOM communiceert in principe niet met producenten van geneesmiddelen over gepubliceerde adviezen. Leden commissie BOM Dr. J.M. (Martijn) Kerst, internist-hematoloog/oncoloog, NKI-AVL Ziekenhuis, Amsterdam (voorzitter commissie BOM) Dr. F.A.L.M. (Ferry) Eskens, internist-oncoloog, Erasmus MC, Rotterdam (secretaris commissie BOM en bestuurslid NVMO) Prof. dr. A.J. (Hans) Gelderblom, internist-oncoloog, LUMC, Leiden (bestuurslid NVMO) Prof. dr. H.J. (Henk-Jan) Guchelaar, ziekenhuisapotheker en klinisch farmacoloog, LUMC, Leiden Dr. ir. J.J.M. (Koos) van der Hoeven, internist-oncoloog, Medisch Centrum Alkmaar (voorzitter NVMO) Dr. J.F.M. (Hans) Pruijt, internist-hematoloog/oncoloog, Jeroen Bosch Ziekenhuis, s-hertogenbosch Prof. dr. E.F. (Egbert) Smit, longarts, VUMC, Amsterdam (namens NVALT) Dr. ir. H. (Harm) van Tinteren, statisticus, NKI-AVL Ziekenhuis, Amsterdam Prof. dr. H.M.W. (Henk) Verheul, internist-oncoloog, VUMC, Amsterdam B.E.P.J. (Birgit) Vriens, internist-oncoloog, Maastricht UMC Dr. P.O. (Els) Witteveen, internist-oncoloog, UMC Utrecht Dr. A.N.M. (Machteld) Wymenga, internist-oncoloog, Medisch Spectrum Twente, Enschede (bestuurslid NVMO) De commissie BOM wordt ambtelijk ondersteund door T. (Thijs) van Vegchel; adviseur richtlijnen van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL), locatie Amsterdam. Correspondentie commissie BOM: f.eskens@erasmusmc.nl. 28 Medische Oncologie nummer 6 december 2011

2 RUBRIEK BOM en beenmergfunctie, en een levensverwachting van ten minste 3 maanden. Zij mochten niet eerder zijn behandeld met eribuline, geen andere studiemedicatie binnen 4 weken en geen chemotherapie, endocriene therapie of immunotherapie binnen 3 weken voorafgaand aan de inclusie hebben gehad. Aanwezigheid van bekende hersenmetastasen en neuropathie hoger dan graad 2 waren exclusiecriteria. Stratificatie vond plaats op grond van regio (regio 1: Noord- Amerika, West-Europa, Australië; regio 2: Oost-Europa; regio 3: Zuid-Amerika en Zuid-Afrika), wel of geen voorafgaande behandeling met capecitabine en HER2-status. Patiënten werden 2:1 gerandomiseerd tussen eribuline 1,4 mg/m 2 i.v. in 2 tot 5 minuten op dag 1 en 8 van een 3-wekelijks schema of TPC. De behandeling werd voortgezet tot progressie, onacceptabele toxiciteit, keuze van patiënt of arts om te stoppen of non-compliantie. Het primaire eindpunt van de studie was de totale overleving. De secundaire eindpunten waren progressievrije overleving (PFS), responspercentage en reponsduur. In 2 jaar tijd werden 762 patiënten gerandomiseerd (508 eribuline en 254 TPC); 73 procent had naast een antracycline en een taxaan ook capecitabine gebruikt. Meer dan de helft van de patiënten had 4 of meer lijnen chemotherapie gehad. Van de patiënten had 16 procent een HER2-positief carcinoom; 19 procent was triple negative. De keuze van de behandelaar in de controle-arm was in 25 procent vinorelbine, 19 procent gemcitabine, 18 procent capecitabine, 15 procent (opnieuw) een taxaan, 10 procent (opnieuw) een antracycline, 10 procent andere chemotherapie en in 4 procent endocriene therapie. De mediane duur van de behandeling met eribuline was 3,9 maanden (0,7-16,3 maanden) en van TPC 2,1 maanden (0,03-21,2 maanden). De behandeling met eribuline werd bij 6 procent van de patiënten onderbroken, bij 49 procent uitgesteld en in 29 procent van de patiënten moest de dosis worden aangepast. Bij de patiënten in de TPC-arm, waar de behandelaar had gekozen voor chemotherapie, waren deze percentages vergelijkbaar. De mediane overleving in de eribuline-arm was 13,1 maanden, in de TPC-arm 10,6 maanden (HR: 0,81; 95% CI: 0,66-0,99; P = 0,041). De 1-jaarsoverleving in de eribulinearm was 53,9 procent en in de TPC-arm 43,7 procent. Een geplande subsetanalyse toonde het grootste verschil in overleving in regio 1 (Noord-Amerika, West-Europa en Australië): 13,1 maanden in de eribuline-arm versus 10,1 maanden in de TPC-arm (HR: 0,72; p = 0,041). Voor regio 2 en regio 3 was de HR respectievelijk 1,09 en 0,91. De mediane progressievrije overleving was 3,7 maanden in de eribuline-arm en 2,2 maanden in de TPC-arm (HR: 0,87; 95% CI: 0,71-1,05; p = 0,137). Het responspercentage in de eribuline-arm was 12 procent; in de TPC-arm was dit 5 procent (p = 0,002). Clinical benefit (CR + PR + stabiele ziekte gedurende minstens 6 maanden) werd gezien bij 23 procent van de patiënten in de eribuline-arm (TPC-arm: 17 procent). De meest voorkomende bijwerkingen in beide groepen waren vermoeidheid en leukopenie. Een ernstige bijwerking die resulteerde in een onderbreking van de behandeling werd gezien bij 25 procent van de patiënten in de eribulinearm en 26 procent in de TPC-arm. De belangrijkste bijwerkingen graad 3 en 4 die vaker werden gezien bij eribuline waren neutropenie (45 procent), leukopenie (14 procent) en perifere neuropathie (8 procent). Febriele neutropenie werd gezien bij 5 procent van de patiënten met eribuline (TPC-arm: 2 procent). Haaruitval trad op bij 45 procent van de patiënten met eribuline (TPC-arm: 10 procent). Bespreking Behandeling met eribuline geeft een winst in overleving ten opzichte van TPC van 2,5 maanden bij patiënten met een gemetastaseerd mammacarcinoom die 2 of meer eerdere lijnen chemotherapie (inclusief een antracycline, een taxaan en bij 73 procent capecitabine) hebben gehad. Een update van de overlevingsgegevens op verzoek van de Europese en Amerikaanse registratieautoriteiten na 589 (in plaats van 386) sterfgevallen bevestigde het verschil in overleving. Het objectieve responspercentage bedraagt 12 procent (clinical benefit: 23 procent). De belangrijkste bijwerkingen zijn febriele neutropenie, neuropathie en haaruitval. Gegevens over kwaliteit van leven bij gebruik van erbuline zijn nog niet gepubliceerd. Conclusie Behandeling met erbuline is een goede optie voor de patiënt met gemetastaseerd mammacarcinoom die 2 of meer lijnen chemotherapie heeft gehad (inclusief een antracycline en een taxaan). De bijwerkingen zijn vergelijkbaar met andere cytotoxische middelen die als derde of hogere lijn kunnen worden ingezet. De aanvraag voor vergoeding van eribuline is ingediend bij het College voor Zorgverzekeringen (CVZ). De aangevraagde vergoeding per vial van 2 ml is 400 euro. Uitgaande van een lichaamsoppervlak van 1,8 m 2 zou de prijs per cyclus van 3 weken met een gift op dag 1 en 8 uitkomen op euro. De mediane behandelduur in de EMBRACE-studie is 5 cycli (= euro). Referentie eribuline 1. Cortes J, O Shaughnessy J, Loesch D, et al. Eribulin monotherapy versus treatment of physicain s choise in patients with metastatic breast cancer (EMBRACE): a phase 3 open-label randomised study. Lancet 2011;377(9769): Medische Oncologie nummer 6 december

3 RUBRIEK BOM Palliatief respons > 20% 12% tijd tot progressie > 6 weken 3,7 vs 2,2 mnd (HR: 0,87; 95% CI: 0,71-1,05) ± overleving > 6 weken 13,1 vs 10,6 mnd (HR: 0,81; 95% CI: 0,66-0,99) + overleving op 1 jaar 53,9% vs 43,7% + Bijwerkingen lethaal < 5% 4% + acuut, ernstig < 25% 25% ± chronisch beperkend onbekend? Kwaliteit van leven QoL-analyse nog niet bekend? impact klinisch > 5 dagen + Level of evidence 1 fase-iii-studie euro per 3 weken Tabel 1. Paskwil-criteria afgezet tegenover resultaten EMBRACE-studie. Ipilimumab als tweedelijns behandeling van het gemetastaseerd melanoom Patiënten met een gemetastaseerd melanoom hebben een slechte prognose, met een mediane overleving van 8 tot 18 maanden en een 2-jaarsoverleving van 10 tot 20 procent. Behandeling met dacarbazine geeft een responsepercentage van circa 10 procent, met een mediane overleving van circa 6 tot 8 maanden. Hoge doses interleukine-2 geeft in geselecteerde patiënten een responspercentage van circa 15 procent, met in zeldzame gevallen (circa 6 procent) een langdurige complete remissie. Recentelijk is ipilimumab geregistreerd voor de tweedelijns behandeling van het gemetastaseerd melanoom. Blokkade CTLA-4 Bij signaalfase 1 van T-celactivering wordt een (tumor) antigeen in het MHC-complex van de antigeenpresenterende cel (APC) herkend door de T-celreceptor. Hierna treedt in signaalfase 2 verdere activering van de T-cel op door middel van binding van CD28 aan CD80/CD86 op de APC. In deze tweede fase komt cytotoxic T-lymphocyte-associated antigen 4 (CTLA-4) (CD 152) tot expressie op de geactiveerde T-cel, dat een competitieve binding aangaat met CD80/CD86. Hierdoor wordt de T-celrespons gemitigeerd. CTLA-4 is derhalve te beschouwen als een immunologisch checkpoint dat voor downregulatie van de T-celactivering zorgt. Ipilimumab is een humaan monoklonaal antilichaam (IgG1) dat CTLA-4 blokkeert en zodoende de antitumorrespons versterkt. Studieresultaten ipilimumab In fase-ii-studies toonde ipilimumab activiteit bij patiënten met gemetastaseerd melanoom [1]. Daarnaast waren er aanwijzingen dat ipilimumab de werking van kankervaccins zou kunnen versterken [2]. Eén van deze vaccins betreft het HLA-A*0201-gerestricteerde peptideglycoproteïne-100 (gp100). Monotherapie met gp100 geeft op zichzelf geen antitumoractiviteit [3]. De gedachte bij de te bespreken fase-iii-studie was dat de combinatie van gp100-vaccinatie met ipilimumab wel werkzaam zou kunnen zijn. Gezien bovenstaande werd een behandeling met gp100 als actieve controle gebruikt. Medische Oncologie nummer 6 december

4 RUBRIEK BOM Hodi et al [4] verrichtten een internationale fase-iii-studie (multicentrum, dubbelblind en gerandomiseerd), met ook Nederlandse inbreng van patiënten, met HLA-A*0201- positief, niet-operabel stadium III of IV melanoom en een eerdere systemische behandeling. Patiënten werden in een ratio van 3:1:1 gerandomiseerd voor behandeling met: 1. ipilimumab, 3 mg/kg i.v. plus gp100-peptidevaccin s.c.; 2. ipilimumab plus placebovaccin; 3. gp100 plus placebo-infuus. De behandeling bestond uit 4 kuren die elke 3 weken werden gegeven. Bij progressie in de inductiefase mochten de patiënten doorgaan met de 4 behandelingen. Patiënten die progressie hadden na een aanvankelijke respons op de behandeling of stabiele ziekte gedurende minimaal 3 maanden na afloop van de behandeling kwamen in aanmerking voor re-inductie met het oorspronkelijke behandelschema. De gp100-peptidevaccininjecties (s.c.) werden direct na een 90 minuten durend i.v. infuus met ipilimumab of placebo toegediend. Het aanvankelijke primaire eindpunt van de studie was overall respons. Gezien de resultaten van andere op dat moment lopende studies met ipilimumab werd het primaire eindpunt veranderd naar overall survival (OS). Hierbij werd ipilimumab plus gp100 vergeleken met gp100 alleen. Secundaire eindpunten waren vergelijking van OS tussen de beide ipilimumab-armen, overall respons, responsduur en progressievrije overleving. Subgroepanalyses werden verricht op 5 van tevoren vastgestelde groepen: stadium metastasen (M0, M1a, M1b en M1c), wel of geen eerdere interleukine- 2-therapie, normaal versus verhoogd LDH, leeftijd (< 65 dan wel 65 jaar) en geslacht. Tumorevaluatie vond plaats, indien er geen sprake was van vroege klinische progressie en minimaal SD of beter, op week 12 en vervolgens op week 16 en 24 en daarna elke 3 maanden. Na aanpassing van het primaire eindpunt naar OS werd uitgegaan van een toename in mediane overleving van 8,6 naar 10,8 maanden (HR: 0,796) tussen de groepen ipilimumab alleen en gp100 alleen. Een posthoc-poweranalyse liet zien dat bij 219 events op een totaal van 273 gerandomiseerde patiënten de vergelijking 80 procent power had om een verschil aan te tonen. In totaal werden 676 patiënten in de studie geïncludeerd: 403 ipilimumab plus gp100 (ipi-gp100), 137 ipilimumab-monotherapie (ipi) en 136 gp100-monotherapie (gp100). Er waren in totaal 82 patiënten met metastasen in het centraal zenuwstelsel (CZS). Analyse vond plaats op basis van intention to treat. In totaal ontving 60 procent van de patiënten in de ipi-gp100-groep, 64,2 procent van de patiënten in de ipi-groep en 57,4 procent van de patiënten in de gp100-groep alle 4 geplande behandelingen. De voornaamste reden om de behandeling eerder te staken was ziekteprogressie. Er waren geen relevante verschillen in de patiëntenkenmerken tussen de 3 groepen. Opvallend was dat het merendeel van de patiënten stadium M1b (18 procent) of M1c (71 procent) hadden. 37 procent had een verhoogd LDH. 23 procent was eerder behandeld met interleukine-2. De mediane overleving bedroeg 10,0 maanden (95% CI: 8,5-11,5) in de ipi-gp100 groep en 6,4 maanden in de gp100- groep (95% CI: 5,5-8,7) (HR: 0,68; p < 0,001). De mediane overleving in de ipi-groep bedroeg 10,1 maanden (95% CI: 8,0-13,8) (HR 0,66 in vergelijking tot de gp100-groep). Er was geen verschil in OS tussen beide ipilimumab-groepen. De 1-jaarsoverleving bedroeg 43,6 procent in de ipi-gp100- groep, 45,6 procent in de ipi-groep en 25,3 procent in de gp100-groep. De 2-jaarsoverleving bedroeg respectievelijk 21,6 procent, 23,5 procent en 13,7 procent. Het effect van ipilimumab was onafhankelijk van leeftijd, geslacht, LDH-niveau, stadium of gebruik van interleukine-2 vooraf. Het percentage patiënten dat progressievrij was na 12 weken was gelijk in de 3 groepen en bedroeg achtereenvolgens 49,1 procent, 57,7 procent en 48,5 procent. De mediane progressievrije overleving was met 2,8 maanden gelijk in de 3 groepen. Er was slechts een beperkt aantal patiënten met een objectieve respons (5,7 procent in de ipi-gp100-groep, 10,9 procent in de ipi-groep en 1,5 procent in de gp100-groep). Opvallend was dat bij patiënten met een respons deze langdurig aanhield bij 9 van de 15 patiënten in de ipi-groep (60 procent) en bij 4 van de 23 patiënten in de ipi-gp100-groep (17,4 procent). Dit is overigens in totaal ongeveer 3 procent van alle met ipilimumab behandelde patiënten. Het aantal patiënten dat, na een eerdere respons of stabiele ziekte, na hernieuwde progressie re-inductie kreeg met ipilimumab, was klein (31 van de 540 patiënten; 5,7 procent). Opvallend hierbij was dat het merendeel van deze patiënten wederom een respons of stabiele ziekte had (21 van de 31 patiënten; 68 procent). De belangrijkste bijwerkingen waren immuungerelateerd en traden op bij circa 60 procent van de patiënten behandeld met ipilimumab en in 32 procent in de groep behandeld met gp100. Graad 3-4 immuungerelateerde toxiciteit trad op bij 10 tot 15 procent van de patiënten in de beide ipilimumabgroepen en bij 3 procent in de gp100-groep. De mediane tijd tot herstel van toxiciteit graad 2-4 was 6,3 weken (95% CI: 4,3-8,4) in de ipi-gp100 groep, 4,9 weken (95% CI: 3,1-6,4) in de ipi-groep en 3,1 weken (95% CI: 1,1-not reached) in de gp100-groep. Na toediening van corticosteroïden trad er een sneller herstel op (2,0 in plaats van 6,3 weken). De meest voorkomende bijwerkingen waren, naast dermatologische reacties, gastrointestinale symptomen zoals diarrree en colitis (circa 30 procent all grades). Er overleden 14 patiënten gerelateerd aan de behandeling (2,1 procent), waarvan 7 geassocieerd met immuungerelateerde toxiciteit. Bespreking ipilimumab Deze fase-iii-studie laat zien dat ipilimumab, alleen of in combinatie met gp100, een statistisch significante en klinisch relevante verlenging van de overleving geeft van 3,6 maanden. Het betrof hierbij patiënten met een HLA-A*0201-positief stadium III of IV melanoom en een eerdere systemische behandeling. Meer dan 70 procent had stadium M1c (aanwezigheid viscerale metastasen) en circa 38 procent een verhoogd LDH beide geassocieerd met een zeer slechte prognose. De patiënten Medische Oncologie nummer 6 december

5 BOM waren allen nog in een heel goede conditie (ECOG-score 0 of 1). De gevonden resultaten bevestigen de resultaten van een eerdere fase-ii-studie, waarbij ook relatief hoge 1- en 2-jaarsoverlevingspercentages werden gezien van 39 en 24 procent [1]. In de huidige studie waren de 1- en 2-jaarsoverleving in de met ipilimumab behandelde groepen gemiddeld ongeveer 45 en 23 procent. Hoewel slechts 6 tot 10 procent van de met ipilimumab behandelde patiënten een respons toonde, was het opvallend dat deze in met name de groep patiënten behandeld met ipilimumab alleen bij een deel van deze patiënten meer dan 2 jaar aanhield. Voorspellende factoren voor deze gunstige groep werden niet gevonden. CTLA-4-blokkade is onafhankelijk van de HLA-status gezien het feit dat eerdere klinische studies geen verschil lieten zien in de respons tussen HLA-A*0201-positieve en -negatieve patiënten [5]. Discussiepunt blijft het gebruik van gp100-vaccinatie als controlegroep en in combinatie met ipilimumab. Voor zover te beoordelen gaf toevoeging van gp100 aan ipilimumab een geringe, niet-significante afname van de mediane overleving en 1- en 2-jaarsoverleving in vergelijking met ipilimumab alleen. Gezien bovenstaande kan ipilimumabmonotherapie daarom worden beschouwd als nieuwe standaard voor tweedelijns behandeling van patiënten met een stadium III of IV melanoom. Niet onbelangrijk is de soms ernstige (10 tot 15 procent) immuungerelateerde toxiciteit. Naast met name diarree, colitis en dermatitis worden ook zeldzamere bijwerkingen gezien, zoals hypofysitis, die moeten worden herkend en zo mogelijk behandeld. Om die reden lijkt het verstandig om op dit moment ipilimumab alleen te geven in die centra die voldoende patiënten hebben om voldoende ervaring op te bouwen om met deze bijwerkingen te kunnen omgaan. Conclusie Bij fitte patiënten met een gemetastaseerd melanoom die progressief zijn na eerdere systemische behandeling heeft tweedelijns behandeling met ipilimumabmonotherapie een aangetoonde mediane overlevingswinst van 3,6 maanden. Er is een kleine groep patiënten (circa 10 procent) met langdurig voordeel. Men dient zich te realiseren dat de behandeling met ipilimumab gepaard kan gaan met ernstige immuungerelateerde toxiciteit. Derhalve is het verstandig om ipilimumab alleen te geven in die centra die voldoende patiënten hebben om voldoende ervaring op te bouwen om met deze bijwerkingen te kunnen omgaan. De kosten voor 4 behandelingen bedragen euro. Ongeveer 60 procent van alle patiënten krijgt 4 behandelingen; ook bij tussentijdse progressie, omdat er soms nog laat een respons kan optreden. Status Ipilimumab is nog niet beoordeeld door de Commissie Farmaceutische Hulp (CFH) van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) en heeft derhalve nog geen plaats op de lijst dure geneesmiddelen. Palliatief respons > 20% 5,7-10,9% vs 1,5% responsduur > 6 weken indien respons: vaak langdurig + tijd tot progressie > 6 weken 2,76 vs 2,76 maanden overleving > 6 weken 10,1 vs 6,4 mnd (HR: 0,66; 95% CI: 0,55-0,85; p < 0,001) + overleving op 1 jaar ± 44,6% vs 25,3% + overleving op 2 jaar ± 22,6% vs 13,7% + Bijwerkingen lethaal < 5% 2,1% + acuut, ernstig < 25% 10-15% + chronisch beperkend onbekend? Kwaliteit van leven QoL-analyse niet verricht impact klinisch > 5 dagen + Level of evidence 1 fase-iii-studie + ± euro voor 4 behandelingen Tabel 1. Paskwil-criteria afgezet tegenover studieresultaten ipilimumab ± gp100 versus gp100-controle. Medische Oncologie nummer 6 december

6 BOM Referenties ipilimumab 1. Wolchok JD, Neyens B, Linette G, et al. Ipilumumab monotherapy in patients with pretreated advanced melanoma: a randomized, double blind, multicentre, phase 2, dose ranging study. Lancet Oncol 2010;11(2): Agarwala SS. Novel immunotherapies as potential therpaeutic partners for traditional or targeted agents: cytotoxic T-lymphocyte antigen-4 blockade in advanced melanoma. Melanoma Res 2010;20(1): Rosenberg SA, Yang JC, Restifo NP. Cancer immunotherapy: moving beyond current vaccines. Nat Med 2004;10(9): Hodi FS, O Day SJ, McDermott DF, et al. Improved survival with ipilimumab in patients with metastatic melanoma. N Engl J Med 2010;363(8): Downey SG, Klapper JA, Smith FO, et al. Prognostic factors related to clinical response in patients with metastatic melanoma treated by CTL-associated antigen-4 blockade. Clin Cancer Res 2007;13(22 pt 1): Medische Oncologie nummer 6 december

BOM. Pembrolizumab als monotherapie bij niet-resectabel of gemetastaseerd melanoom

BOM. Pembrolizumab als monotherapie bij niet-resectabel of gemetastaseerd melanoom 49 Pembrolizumab als monotherapie bij niet-resectabel of gemetastaseerd melanoom Introductie De behandeling van niet-resectabel of gemetastaseerd (gevorderd) melanoom is in de laatste 5 jaar sterk verbeterd

Nadere informatie

BOM. Nivolumab gecombineerd met ipilimumab bij nietresectabel of gemetastaseerd melanoom

BOM. Nivolumab gecombineerd met ipilimumab bij nietresectabel of gemetastaseerd melanoom 43 Nivolumab gecombineerd met ipilimumab bij nietresectabel of gemetastaseerd melanoom Inleiding De behandeling van niet-resectabel of gemetastaseerd (gevorderd) melanoom is in de laatste 5 jaar sterk

Nadere informatie

Ontwikkelingen en behandelmogelijkheden bij de patiënt met oesofagus- of maagcarcinoom. 17-9-2015 dr. Marije Slingerland, internist-oncoloog

Ontwikkelingen en behandelmogelijkheden bij de patiënt met oesofagus- of maagcarcinoom. 17-9-2015 dr. Marije Slingerland, internist-oncoloog Ontwikkelingen en behandelmogelijkheden bij de patiënt met oesofagus- of maagcarcinoom 17-9-2015 dr. Marije Slingerland, internist-oncoloog Doelgerichte therapie bij het lokaal gevorderd en gemetastaseerd

Nadere informatie

De behandelmogelijkheden van castraatrefractair

De behandelmogelijkheden van castraatrefractair Commissie BOM oordeelt over cabazitaxel bij CRPC en everolimus en sunitinib bij PNET De commissie BOM bepaalde onlangs de plaats van cabazitaxel bij castraatrefractair prostaatcarcinoom (CRPC). Naar aanleiding

Nadere informatie

OLIJFdag 3 oktober 2015

OLIJFdag 3 oktober 2015 OLIJFdag 3 oktober 2015 Nieuwe behandelingen bij eierstokkanker Els Witteveen Internist-oncoloog Huidige en nieuwe inzichten Intraperitoneale toediening Toevoeging van bevacizumab Dose dense toediening

Nadere informatie

Wel of Niet starten?

Wel of Niet starten? Chemotherapie in de palliatieve setting van het pancreascarcinoom Wel of Niet starten? Dick Richel AMC / MST 3 e Verpleegkundig Congres 10 januari 2014 Pancreascarcinoom feiten Incidentie in Nederland

Nadere informatie

Immunotherapie bij ouderen: maakt lee4ijd uit?

Immunotherapie bij ouderen: maakt lee4ijd uit? Immunotherapie bij ouderen: maakt lee4ijd uit? Ellen Kapiteijn en Simon Mooijaart LUMC 1 NOVEMBER 2017 Casus Dhr T, 1934: vitaal, WHO 1 Amaurosis fugax, presbyacusis, BPH 2005: Melanoom rechts temporaal

Nadere informatie

Twee nieuwe adviezen commissie BOM

Twee nieuwe adviezen commissie BOM Twee nieuwe adviezen commissie BOM De commissie BOM stelde recentelijk een advies op over trastuzumab beyond progression bij HER2-positief mammacarcinoom. Ook keken commissieleden naar de plaats van cetuximab

Nadere informatie

Behandeling op maat. Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk. Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG

Behandeling op maat. Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk. Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG Behandeling op maat Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk C.P. Schröder internist oncoloog Mammacarcinoom en targeted therapy

Nadere informatie

Geneesmiddelen tegen kanker, duur(zaam)?

Geneesmiddelen tegen kanker, duur(zaam)? Geneesmiddelen tegen kanker, duur(zaam)? voorjaarssymposium verpleegkundig specialisten oncologie, 24 maart 2016 Doorn Prof. dr. ir. Koos van der Hoeven Hoofd Afdeling Medische Oncologie Disclosure belangen

Nadere informatie

Significante Fase III Studies in de Oncologie Wat betekent dit voor de practicus?

Significante Fase III Studies in de Oncologie Wat betekent dit voor de practicus? Significante Fase III Studies in de Oncologie Wat betekent dit voor de practicus? Dr. L. Dirix Medische Oncologie Behandeling van vaste tumoren Adjuverende therapie Uitgezaaide ziekte Gerandomizeerd onderzoek

Nadere informatie

Lage tractus digestivus. Lieke Simkens Internist-oncoloog Máxima Medisch Centrum

Lage tractus digestivus. Lieke Simkens Internist-oncoloog Máxima Medisch Centrum Lage tractus digestivus Lieke Simkens Internist-oncoloog Máxima Medisch Centrum Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld

Nadere informatie

PALLIATIEVE (CHEMO)THERAPIE JA OF NEE?

PALLIATIEVE (CHEMO)THERAPIE JA OF NEE? PALLIATIEVE (CHEMO)THERAPIE JA OF NEE? Astrid Demandt Internist-hematoloog OMC 10 November 2011 CHEMOTHERAPIE/ TARGETED THERAPY Curatief (Neo)-adjuvant Palliatief: geen locale therapie mogelijk of gemetastaseerde

Nadere informatie

Samenvatting 129. Samenvatting

Samenvatting 129. Samenvatting Samenvatting 128 Samenvatting 129 Samenvatting Het mammacarcinoom is de meest voorkomende maligniteit bij vrouwen, met wereldwijd een jaarlijkse incidentie van 1,67 miljoen. De prognose van patiënten met

Nadere informatie

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting CHAPTER XII Nederlandse Samenvatting Dit proefschrift behelst een aantal klinische en translationele studies met betrekking tot de behandeling van het primair operabel mammacarcinoom. Zowel aspecten van

Nadere informatie

10 e Post O.N.S. Meeting. Els Meuleman Verpleegkundig specialist oncologie Slingeland Ziekenhuis Doetinchem

10 e Post O.N.S. Meeting. Els Meuleman Verpleegkundig specialist oncologie Slingeland Ziekenhuis Doetinchem 10 e Post O.N.S. Meeting Els Meuleman Verpleegkundig specialist oncologie Slingeland Ziekenhuis Doetinchem Breast cancer update Update behandelopties bij hormoongevoeligheid Update behandelopties bij Her

Nadere informatie

Melanoom: kantekekeningen

Melanoom: kantekekeningen Melanoom: kantekekeningen Prof. Dr. Pol Specenier, MD, PhD Kliniekhoofd Medische Oncologie UZA pol.specenier@uza.be Kanttekeningen Melanoom is meer dan stadium IV Welke therapie eerst en waarom? Wanneer

Nadere informatie

Pancreascarcinoom en kansen voor de toekomst

Pancreascarcinoom en kansen voor de toekomst 18 mei 2006 Jaarbeurs Utrecht Pancreascarcinoom en kansen voor de toekomst Jan Ouwerkerk Research Coördinator Oncologie Leids Universitair Medisch Centrum Pancreas Carcinoom Incidencie: 33.730 nieuwe patiënten

Nadere informatie

Commissie BOM beoordeelt drie middelen

Commissie BOM beoordeelt drie middelen Commissie BOM beoordeelt drie middelen De commissie BOM beoordeelde onlangs cetuximab bij het gemetastaseerd colorectaal carcinoom, oxaliplatine als adjuvante behandeling bij het coloncarcinoom en fulvestrant

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum --- --- 10 februari 2012. Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer ZA/2012010215 mw. J.E. de Boer (020) 797 85 23

Uw brief van Uw kenmerk Datum --- --- 10 februari 2012. Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer ZA/2012010215 mw. J.E. de Boer (020) 797 85 23 De Nederlandse Zorgautoriteit NZa T.a.v. mr. drs. T.W. Langejan Postbus 3017 3502 GA Utrecht Uw brief van Uw kenmerk Datum --- --- 10 februari 2012 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer ZA/2012010215

Nadere informatie

Oncologische zorg bij ouderen

Oncologische zorg bij ouderen Oncologische zorg bij ouderen Balanceren tussen over- en onderbehandeling Johanneke Portielje, HagaZiekenhuis Kring ouderenzorg AMC & partners 12 juni 2013 mamma carcinoom

Nadere informatie

Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom. M. van der Sangen, radiotherapeut

Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom. M. van der Sangen, radiotherapeut Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom M. van der Sangen, radiotherapeut Borstkanker in perspectief Borstkanker in Nederland Nieuwe borstkankers per jaar: 15.000 Metastasen bij diagnose: 750 (5%)

Nadere informatie

Prognostische factoren in patiënten met 1-3 positieve okselklieren; MammaPrint en Adjuvant! online

Prognostische factoren in patiënten met 1-3 positieve okselklieren; MammaPrint en Adjuvant! online Prognostische factoren in patiënten met 1-3 positieve okselklieren; MammaPrint en Adjuvant! online 3 de Mammacongres Harderwijk Stella Mook Radiotherapeut i.o. Prognostische waarde LN status LN status

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Analyse van chromosomale afwijkingen in gastrointestinale tumoren In het ontstaan van kanker spelen vele moleculaire processen een rol. Deze processen worden in gang gezet door

Nadere informatie

REPOSIT (Melanoom) / melanoom

REPOSIT (Melanoom) / melanoom REPOSIT (Melanoom) / melanoom Onderzoek voor patiënten met een uitgezaaid melanoom die behandeld worden met het combinatiemiddel vemurafenib en cobimetinib. Onderzocht wordt of met behulp van beeldvorming

Nadere informatie

Multipel myeloom 2012

Multipel myeloom 2012 Multipel myeloom 2012 Op weg naar genezing? Prof. Dr. R Schots MYELOOMKLINIEK UZ Brussel Mijlpalen in de geschiedenis 1969 2008 1996 Mijlpalen in de behandeling van multipel myeloom Autologe stamceltransplantatie

Nadere informatie

Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie

Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie Annemie Rutten Medische Oncologie AZ St. Augustinus Maligne melanoma 10% van alle huidkankers, maar meest agressieve. Incidentie van maligne melanoma neemt

Nadere informatie

M studie (Longkanker) / luchtpijp & longkanker

M studie (Longkanker) / luchtpijp & longkanker M14-361-studie (Longkanker) / luchtpijp & longkanker Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met vergevorderde kleincellige longkanker die behandeld worden met carboplatine en etoposide (standaardbehandeling).

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Melanoom (DMTR) DMTR 2015 [2015.4.ZIN besluit verwerkt; 05-11- 2015]

Factsheet Indicatoren Melanoom (DMTR) DMTR 2015 [2015.4.ZIN besluit verwerkt; 05-11- 2015] Factsheet Indicatoren Melanoom (DMTR) DMTR [.4.ZIN besluit verwerkt; 0511] Beschrijving Indicatoren Registratie gestart: Medio 2013 Naar aanleiding van eerder gemaakte afspraken vindt de behandeling van

Nadere informatie

Immuuntherapie: resultaten tot nu toe bij patiënten met een longcarcinoom Willemijn Theelen

Immuuntherapie: resultaten tot nu toe bij patiënten met een longcarcinoom Willemijn Theelen Immuuntherapie: resultaten tot nu toe bij patiënten met een longcarcinoom 15-06-2017 Willemijn Theelen w.theelen@nki.nl Risicofactoren Longcarcinoom Roken in 90% de oorzaak Passief roken : 1,2-1,3 x verhoogd

Nadere informatie

Informatie verstrekt onder het gezag van het FAGG

Informatie verstrekt onder het gezag van het FAGG Een Direct Healthcare Professional Communication (DHPC) is een schrijven dat naar de gezondheidszorgbeoefenaars wordt gezonden door de farmaceutische firma s, om hen te informeren over mogelijke risico

Nadere informatie

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam Bloedafname CAIRO5 Een gerandomiseerde fase 3 studie naar behandelingsstrategieën voor patiënten met dikke darmkanker met metastasen in alleen de lever, welke (nog) niet in aanmerking komen voor chirurgische

Nadere informatie

Farmacologie van de monoklonale anti-stoffen in de oncologie

Farmacologie van de monoklonale anti-stoffen in de oncologie Farmacologie van de monoklonale anti-stoffen in de oncologie Bart van den Bemt Apotheker/klinisch farmacoloog, Sint Maartenskliniek/RadboudUMC Annemarie Thijs internist/klinisch farmacoloog/ oncoloog (io)

Nadere informatie

JACOB (Slokdarmkanker, maagkanker) / maagkanker, slokdarmkanker

JACOB (Slokdarmkanker, maagkanker) / maagkanker, slokdarmkanker JACOB (Slokdarmkanker, maagkanker) / maagkanker, slokdarmkanker Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met uitgezaaide kanker van de maag of maag-slokdarm-overgang. Onderzocht wordt of het

Nadere informatie

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam

Bloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam Bloedafname CAIRO5 Een gerandomiseerde fase 3 studie naar behandelingsstrategieën voor patiënten met dikke darmkanker met metastasen in alleen de lever, welke (nog) niet in aanmerking komen voor chirurgische

Nadere informatie

13-17 maart Programma

13-17 maart Programma 13-17 maart 2016 Programma ZONDAG 13 MAART 2016 18:45 19:15 Pubquiz Chemo gerelateerde onderwerpen Targeted therapies Immunotherapie Chirurgie Pathologie MAANDAG 14 MAART 2016 Tijd Lezingen Spreker(s)

Nadere informatie

Nadia Haj Mohammad Internist-oncoloog The Netherlands

Nadia Haj Mohammad Internist-oncoloog The Netherlands Maagcarcinoom Nadia Haj Mohammad Internist-oncoloog The Netherlands Inhoud Therapie Systemisch Gericht op klachten Nieuwe ontwikkelingen/toekomst Epidemiologie Verschil Europa en Noord-Amerika vs Azië,

Nadere informatie

Geïndividualiseerde behandeling van oudere patiënten met borstkanker. Dr. N.A. de Glas

Geïndividualiseerde behandeling van oudere patiënten met borstkanker. Dr. N.A. de Glas Young Investigator Award 2018 Geïndividualiseerde behandeling van oudere patiënten met borstkanker Dr. N.A. de Glas AIOS Interne geneeskunde & Postdoc geriatrische oncologie LUMC Geen (potentiële) belangenverstengeling

Nadere informatie

Behandelingsmogelijkheden en trials bij het oesophagus- en maagcarcinoom M. Wumkes, Medische Oncologie VUmc

Behandelingsmogelijkheden en trials bij het oesophagus- en maagcarcinoom M. Wumkes, Medische Oncologie VUmc Behandelingsmogelijkheden en trials bij het oesophagus- en maagcarcinoom 2017 M. Wumkes, 21-09-2017 Medische Oncologie VUmc 1 Te bespreken Standaardbehandeling Studiebehandeling Ontwikkeling nieuwe medicijnen

Nadere informatie

Borstkanker behandeling bij ouderen: One size fits all? Nienke de Glas AIOS Interne geneeskunde & Postdoc geriatrische oncologie

Borstkanker behandeling bij ouderen: One size fits all? Nienke de Glas AIOS Interne geneeskunde & Postdoc geriatrische oncologie Borstkanker behandeling bij ouderen: One size fits all? Nienke de Glas AIOS Interne geneeskunde & Postdoc geriatrische oncologie Borstkanker bij ouderen ~ 40% van pa?ënten is 65+ bij diagnose 2 IKNL: www.cijfersoverkanker.nl

Nadere informatie

Gynaecologisch-oncologische Studies. Gynaecongres 11 november Focus Radiotherapie. R.A. Nout Radiotherapeut-Oncoloog Namens LPRGT

Gynaecologisch-oncologische Studies. Gynaecongres 11 november Focus Radiotherapie. R.A. Nout Radiotherapeut-Oncoloog Namens LPRGT Gynaecologisch-oncologische Studies Gynaecongres 11 november 2010 Focus Radiotherapie R.A. Nout Radiotherapeut-Oncoloog Namens LPRGT Overzicht: Focus Radiotherapie Cervix Lopend EORTC Embrace Nieuw Outback

Nadere informatie

BOM. PARP-remmers als onderhoudsbehandeling bij gerecidiveerd platinumgevoelig epitheliaal ovariumcarcinoom

BOM. PARP-remmers als onderhoudsbehandeling bij gerecidiveerd platinumgevoelig epitheliaal ovariumcarcinoom PARP-remmers als onderhoudsbehandeling bij gerecidiveerd platinumgevoelig epitheliaal ovariumcarcinoom Introductie De behandeling van het gerecidiveerd platinumgevoelig epitheliaal ovariumcarcinoom bestaat

Nadere informatie

Nieuwe ontwikkelingen binnen de GE Oncologie: wordt de behandeling te duur? Hanneke Wilmink Internist- oncoloog

Nieuwe ontwikkelingen binnen de GE Oncologie: wordt de behandeling te duur? Hanneke Wilmink Internist- oncoloog Nieuwe ontwikkelingen binnen de GE Oncologie: wordt de behandeling te duur? Hanneke Wilmink Internist- oncoloog Kosten kanker behandeling 2011 NL: 100.600 nieuwe gevallen kanker Vooral op oudere leedijd

Nadere informatie

Uitgezaaid melanoom, wat nu?

Uitgezaaid melanoom, wat nu? Uitgezaaid melanoom, wat nu? U hebt een melanoom in het stadium III of stadium IV. Wat kunt u verwachten? Waar moet u op letten? Welke behandelingen zijn mogelijk? Deze folder geeft u informatie zodat

Nadere informatie

Ontwikkelingen longkanker en maligne mesothelioom

Ontwikkelingen longkanker en maligne mesothelioom Ontwikkelingen longkanker en maligne mesothelioom Wat is de stand van zaken Frank Jacobs sept 2017 Disclosures Frank Jacobs (potentiële) belangenverstrengeling geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante

Nadere informatie

DISCLOSURE BELANGEN SPREKER

DISCLOSURE BELANGEN SPREKER DISCLOSURE BELANGEN SPREKER Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties Sponsoring of onderzoeksgeld Aandeelhouder Adviseur Venture partner BMS, MSD Neon Therapeutics Adaptive, Amgen, Neon Therapeutics,

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Melanoom (DMTR) 2016

Factsheet Indicatoren Melanoom (DMTR) 2016 Factsheet Indicatoren Melanoom (DMTR) 2016 Registratie gestart: Medio 2013 Beschrijving Indicatoren Naar aanleiding van eerder gemaakte afspraken vindt de behandeling van patiënten met een laag stadium

Nadere informatie

Wanneer geen chemo? Sabine Linn Internist-oncoloog NKI-AVL

Wanneer geen chemo? Sabine Linn Internist-oncoloog NKI-AVL Wanneer geen chemo? Sabine Linn Internist-oncoloog NKI-AVL Wanneer geen chemo? Als de patiënt al genezen is na locoregionale behandeling Prognostische factoren Als er geen extra overlevingswinst optreedt

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse samenvatting Longkanker is een ziekte waaraan jaarlijks in Nederland ongeveer evenveel mensen overlijden als borst-, prostaat- en darmkanker bij elkaar. Ondanks de

Nadere informatie

Update sarcomen inclusief GIST Jan Keizer symposium 2017

Update sarcomen inclusief GIST Jan Keizer symposium 2017 Update sarcomen inclusief GIST Jan Keizer symposium 2017 Hans Gelderblom 1 Jan Keizer symposium 2017 Conflict of interest Geen persoonlijke financiële banden LUMC ontvangt wel onderzoeksgeld van diverse

Nadere informatie

Dr. Ester Siemerink, internist-oncoloog, medisch manager oncologie ANGST

Dr. Ester Siemerink, internist-oncoloog, medisch manager oncologie ANGST Dr. Ester Siemerink, internist-oncoloog, medisch manager oncologie ANGST Het kan helpen om de feiten te kennen; (na)controles en meer Disclosure Belangen Spreker Geen (potentiële) belangenverstengeling

Nadere informatie

Zwangerschap en een Her2/Neu positief Mammacarcinoom. 4 e Nascholingsdag Targeted Therapy, 8 april 2010. Casus

Zwangerschap en een Her2/Neu positief Mammacarcinoom. 4 e Nascholingsdag Targeted Therapy, 8 april 2010. Casus Zwangerschap en een Her2/Neu positief Mammacarcinoom Jan Willem de Groot Carolien Schröder 4 e Nascholingsdag Targeted Therapy, 8 april 200 Casus 33-jarige vrouw 7 weken gemelli-zwangerschap Palpabele

Nadere informatie

Leven met kanker Nieuwste ontwikkelingen in de behandeling bij longkanker. Judith Herder 2017

Leven met kanker Nieuwste ontwikkelingen in de behandeling bij longkanker. Judith Herder 2017 Leven met kanker Nieuwste ontwikkelingen in de behandeling bij longkanker Judith Herder 2017 Deze presentatie Enkele feiten over kanker Wat is longkanker nou eigenlijk? Behandeling bij uitgezaaid longkanker

Nadere informatie

De systemische behandelmogelijkheden van het heldercellig

De systemische behandelmogelijkheden van het heldercellig BOM Commissie BOM bepaalt plaats van pazopanib bij RCC en cetuximab bij CRC De commissie BOM boog zich recentelijk over de klinische plaats van pazopanib bij lokaal gevorderd of gemetastaseerd (vergevorderd)

Nadere informatie

Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC?

Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC? Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC? Nina Bijker, radiotherapeut AMC BBB symposium 7 september 2017 No conflict of interest Focus op postmastectomie radiotherapie (PMRT)

Nadere informatie

Adjuvant!! Online ~ Wanneer helpt het en wanneer niet?

Adjuvant!! Online ~ Wanneer helpt het en wanneer niet? Adjuvant!! Online ~ Wanneer helpt het en wanneer niet? Stella Mook NKI symposium Amsterdam, Oktober 2009 www.adjuvantonline.com Informatie Input Natural Mortality Tx benefit Breast Cancer Mortality Huidige

Nadere informatie

vragen Zorgverlener Veel gestelde

vragen Zorgverlener Veel gestelde concentraat voor oplossing voor infusie Zorgverlener Veel gestelde vragen YERVOY is geïndiceerd voor de behandeling van (inoperabel of gemetastaseerd) melanoom in een gevorderd stadium bij volwassenen.

Nadere informatie

Het imagen van tumor heterogeniteit bij een patiënte met borstkanker: FEScinerend

Het imagen van tumor heterogeniteit bij een patiënte met borstkanker: FEScinerend Het imagen van tumor heterogeniteit bij een patiënte met borstkanker: FEScinerend Lemonitsa Mammatas, internist-oncoloog in opleiding NVMO Nascholing Targeted Therapy, 31 maart 2015 Geen belangenverstrengeling

Nadere informatie

Adjuvante systeemtherapie Patiënte: DM type 2

Adjuvante systeemtherapie Patiënte: DM type 2 Take home messages Een 59 jarige vrouw met mammacarcinoom en diabetes. An Reyners Internist-oncoloog UMCG Kankerbehandeling: houd rekening met bijwerkingen op korte en langere termijn Stem af wie waarvoor

Nadere informatie

Gebruik van prognostische en predictieve factoren bij de behandeling van het colorectaal carcinoom GIOCA congres 2017

Gebruik van prognostische en predictieve factoren bij de behandeling van het colorectaal carcinoom GIOCA congres 2017 Gebruik van prognostische en predictieve factoren bij de behandeling van het colorectaal carcinoom GIOCA congres 2017 Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam Colorectaal carcinoom Vroeger

Nadere informatie

Immunotherapie: nieuwe behandeloptie bij gemetastaseerd longkanker. Jeske Staal-van den Brekel, longarts

Immunotherapie: nieuwe behandeloptie bij gemetastaseerd longkanker. Jeske Staal-van den Brekel, longarts . Immunotherapie: nieuwe behandeloptie bij gemetastaseerd longkanker Jeske Staal-van den Brekel, longarts Survival (%) Overall survival in NSCLC: Evolution over time First-line treatment of advanced NSCLC

Nadere informatie

TRIPLE NEGATIEF BORSTKANKER. Nieuwe ontwikkelingen en onderzoek. Rianne Oosterkamp, internist-oncoloog Medisch Centrum Haaglanden

TRIPLE NEGATIEF BORSTKANKER. Nieuwe ontwikkelingen en onderzoek. Rianne Oosterkamp, internist-oncoloog Medisch Centrum Haaglanden TRIPLE NEGATIEF BORSTKANKER Nieuwe ontwikkelingen en onderzoek Rianne Oosterkamp, internist-oncoloog Medisch Centrum Haaglanden Triple negatief borstkanker TNBC Geen ER Geen PR Geen HER2 (Nog) geen target

Nadere informatie

(Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom. Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam

(Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom. Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam (Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam Adjuvante chemotherapie bij rectumcarcinoom in Nederland Geloof Gewoonte Evidence-based medicine

Nadere informatie

Nieuwe middelen voor sarcomen

Nieuwe middelen voor sarcomen Nieuwe middelen voor sarcomen Anneke Westermann, internist-oncoloog AMC Amsterdam Contactdag Sarcomen 26 mei 2018 Vooruitgang behandeling wekedelensarcoom Vooruitgang behandeling botsarcoom Chemotherapie

Nadere informatie

Risico minimalisatie materiaal betreffende Keytruda (pembrolizumab) voor voorschrijvende artsen. KEYTRUDA (pembrolizumab)

Risico minimalisatie materiaal betreffende Keytruda (pembrolizumab) voor voorschrijvende artsen. KEYTRUDA (pembrolizumab) Risico minimalisatie materiaal betreffende Keytruda (pembrolizumab) voor voorschrijvende artsen KEYTRUDA (pembrolizumab) 1 Risico minimalisatie materiaal betreffende Keytruda (pembrolizumab) voor voorschrijvende

Nadere informatie

SAMENVATTING EN CONCLUSIES

SAMENVATTING EN CONCLUSIES SAMENVATTING EN CONCLUSIES De afgelopen 10 jaar hebben de taxanen paclitaxel (Taxol ) en docetaxel (Taxotere ) een belangrijke plaats verworven in de chemotherapeutische behandeling van kanker. Beide geneesmiddelen

Nadere informatie

SAMEN VERDER NA KANKER TRANSMURALE ONCOLOGISCHE NAZORG

SAMEN VERDER NA KANKER TRANSMURALE ONCOLOGISCHE NAZORG SAMEN VERDER NA KANKER TRANSMURALE ONCOLOGISCHE NAZORG Wat is het beste voor de patiënt? Carla M.L. van Herpen, internist-oncoloog 14-10-2014 Nazorg en controle na kanker EXPERTISE Wat wil de patiënt?

Nadere informatie

Uitgezaaid melanoom Wat nu?

Uitgezaaid melanoom Wat nu? Uitgezaaid melanoom Wat nu? Uitgezaaid melanoom, wat nu? Stadium III melanoom U hebt een melanoom in het stadium III of stadium IV. Wat kunt u verwachten? Waar moet u op letten? Welke behandelingen zijn

Nadere informatie

Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister

Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister 6. Kankerregistratie 1. Formulieren Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister Zie bijlage 3 en 4 Handleiding voor het invullen van de formulieren van de Stichting

Nadere informatie

1 MONTELUKAST p.o. 10 mg 1 DEXAMETHASON iv 20 mg bolus 1 PARACETAMOL p.o mg. 1 CLEMASTINE iv 2 mg bolus

1 MONTELUKAST p.o. 10 mg 1 DEXAMETHASON iv 20 mg bolus 1 PARACETAMOL p.o mg. 1 CLEMASTINE iv 2 mg bolus In studieverband :.. Buiten studieverband:.. MDS00 ARM B: Kuur Therapielijst\ aftekenlijst\aanvraag cytostatica Patiëntsticker: Datum aanvraag Afdeling -NAT: 04 Gefaxt naar apotheek Ja/Nee Lengte (cm)

Nadere informatie

Samenvatting. vatting

Samenvatting. vatting Samenvatting vatting Dit proefschrift gaat over de toepassing van ATP infusen in de palliatieve thuiszorg. De palliatieve fase begint op het moment dat genezing van kanker niet of niet langer mogelijk

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Centraal in dit proefschrift staat de minimaal invasieve slokdarmresectie als behandeloptie voor het slokdarmcarcinoom. In hoofdstuk 2 en 3 belichten wij in twee overzichtsartikelen de in de literatuur

Nadere informatie

Nieuwe middelen in de oncologie

Nieuwe middelen in de oncologie Nieuwe middelen in de oncologie Ed Wiltink, ziekenhuisapotheker/klinisch farmacoloog Nieuwe middelen in de oncologie longziekten melanoom ovarium mamma hemato-oncologie nivolumab nivolumab olaparib palbociclib

Nadere informatie

Melanoom Systeemtherapie up-to-date

Melanoom Systeemtherapie up-to-date Melanoom Systeemtherapie up-to-date Jan Willem de Groot Licht aan het einde van de tunnel? Systeemtherapie voor melanoom Chemotherapie Targeted therapy (doelgerichte therapie) Immunotherapie pembrolizumab/

Nadere informatie

Bijwerkingen en kwaliteit van leven tijdens behandeling met Tyrosine Kinase Remmers en Immunotherapie

Bijwerkingen en kwaliteit van leven tijdens behandeling met Tyrosine Kinase Remmers en Immunotherapie Bijwerkingen en kwaliteit van leven tijdens behandeling met Tyrosine Kinase Remmers en Immunotherapie Marion Zimmerman Verpleegkundig specialist longkanker Onderwerpen Tki s, Immunotherpie, voor wie? Bijwerkingen

Nadere informatie

Medicamenteuze behandeling van botmetastasen. Aafke Meerveld-Eggink, Internist-oncoloog i.o.

Medicamenteuze behandeling van botmetastasen. Aafke Meerveld-Eggink, Internist-oncoloog i.o. Medicamenteuze behandeling van botmetastasen Aafke Meerveld-Eggink, Internist-oncoloog i.o. Normale bothuishouding poc = voorloper osteoclast OC = osteoclast pob = voorloper osteoblast OB = osteoblast

Nadere informatie

Zijn distress en ziektestatus gerelateerd aan lichamelijke en emotionele problemen bij vrouwen met ovariumkanker?*

Zijn distress en ziektestatus gerelateerd aan lichamelijke en emotionele problemen bij vrouwen met ovariumkanker?* Zijn distress en ziektestatus gerelateerd aan lichamelijke en emotionele problemen bij vrouwen met ovariumkanker?* Floor Ploos van Amstel, RN, MSc, verpleegkundig expert, afd. Medische Oncologie Maaike

Nadere informatie

Voorwaarden. Wordt er geloot? Nee. Bij dit onderzoek speelt loting geen rol.

Voorwaarden. Wordt er geloot? Nee. Bij dit onderzoek speelt loting geen rol. PSCT 19 (Leukemie, ALL, AML, Multipel Myeloom, CLL, MDS, Hodgkin Lymfoom, Non-Hodgkin lymfoom) / acute lymfatische leukemie, acute myeloïde leukemie, chronische lymfatische leukemie, hodgkinlymfoom, leukemie

Nadere informatie

Ontwikkelingen immuuntherapie. C. Steendam C. van der Leest

Ontwikkelingen immuuntherapie. C. Steendam C. van der Leest Ontwikkelingen immuuntherapie C. Steendam C. van der Leest Inhoud Het immuunsysteem De kanker immuniteit cyclus Checkpoint remmers Niet-kleincellige longkanker Kleincellige longkanker (SCLC) Longvlieskanker

Nadere informatie

Standpunt Toepassing HIPEC (Hypertherme Intraperitoneale Chemotherapie) bij behandeling van het ovariumcarcinoom

Standpunt Toepassing HIPEC (Hypertherme Intraperitoneale Chemotherapie) bij behandeling van het ovariumcarcinoom Standpunt Toepassing HIPEC (Hypertherme Intraperitoneale Chemotherapie) bij behandeling van het ovariumcarcinoom Utrecht, 14 maart 2018 1 Achtergrond In Nederland krijgen jaarlijks ongeveer 1.300 vrouwen

Nadere informatie

Gemetastaseerd mammacarcinoom. Jolien Tol, internist- oncoloog Jeroen Bosch ziekenhuis

Gemetastaseerd mammacarcinoom. Jolien Tol, internist- oncoloog Jeroen Bosch ziekenhuis Gemetastaseerd mammacarcinoom Jolien Tol, internist- oncoloog Jeroen Bosch ziekenhuis 19 maart 2018 Inhoud o Cijfers over borstkanker o Verschillende behandelmogelijkheden o casus o quiz Cijfers over borstkanker

Nadere informatie

IMMUNOTHERAPIE BIJ LONGTUMOREN

IMMUNOTHERAPIE BIJ LONGTUMOREN IMMUNOTHERAPIE BIJ LONGTUMOREN HET GLAS IS NIET LANGER LEEG Paul Germonpré Pneumoloog Oncoloog geintegreerd Kankercentrum Gent Klinische Studiedienst Oncologie Disclaimer In the past I received unrestricted

Nadere informatie

vrijdag 16 december 2016

vrijdag 16 december 2016 September 2016 Op vrijdag 16 december 2016, van 12u-17u, zal de tweede plenaire NVALT studiedag plaatsvinden in het Beatrixgebouw in Utrecht. Programma en uitnodiging krijgt u binnenkort. 2 e lijn centrale

Nadere informatie

Nut en noodzaak van CZS profylaxe bij DLBCL in rituximab tijdperk

Nut en noodzaak van CZS profylaxe bij DLBCL in rituximab tijdperk Nut en noodzaak van CZS profylaxe bij DLBCL in rituximab tijdperk Moderator P.J. Lugtenburg speaker Jeanette Doorduijn Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg

Nadere informatie

Pembrolizumab als monotherapie bereikte een algehele responsrate van 25 procent bij reeds zwaar behandelde patiënten

Pembrolizumab als monotherapie bereikte een algehele responsrate van 25 procent bij reeds zwaar behandelde patiënten Persbericht Perscontact: Marleen Vanheel Communications Projects Manager, MSD marleen_vanheel@merck.com GSM: 0475 63 64 16 Nieuwe bevindingen tonen duurzame anti-tumoractiviteit met pembrolizumab, de anti-pd-1-behandeling

Nadere informatie

Systeemtherapie bij erfelijke borstkanker (BRCA mutatie) Hans Wildiers Medisch oncoloog, UZLeuven, MBC

Systeemtherapie bij erfelijke borstkanker (BRCA mutatie) Hans Wildiers Medisch oncoloog, UZLeuven, MBC Systeemtherapie bij erfelijke borstkanker (BRCA mutatie) Hans Wildiers Medisch oncoloog, UZLeuven, MBC Wat is er speciaal aan BRCAm borstkanker? - BRCA = tumor suppresor gen - Zorgt voor herstel van double

Nadere informatie

Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET

Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET F.J. van Oost 1, J.J.M. van der Hoeven 2,3, O.S. Hoekstra 3, A.C. Voogd 1,4, J.W.W. Coebergh

Nadere informatie

Micrometastasen helpen je echt niet voor de indicatie voor aanvullende chemotherapie TEGEN: debat AvL 3 november 2010. Vivianne Tjan-Heijnen

Micrometastasen helpen je echt niet voor de indicatie voor aanvullende chemotherapie TEGEN: debat AvL 3 november 2010. Vivianne Tjan-Heijnen Micrometastasen helpen je echt niet voor de indicatie voor aanvullende chemotherapie TEGEN: debat AvL 3 november 2010 Vivianne Tjan-Heijnen Met dank voor de uitnodiging Faculty name 2 Faculty name 3 NABON

Nadere informatie

EORTC GCG (eierstokkanker) / eierstokkanker

EORTC GCG (eierstokkanker) / eierstokkanker EORTC 55092-GCG (eierstokkanker) / eierstokkanker Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met eierstokkanker waarbij de kanker weer is toegenomen binnen 6 maanden na de voorgaande chemotherapie.

Nadere informatie

TO CONTINUE OR NOT TO CONTINUE. Hersteld van een eerste psychose: doorgaan of stoppen met antipsychotica?

TO CONTINUE OR NOT TO CONTINUE. Hersteld van een eerste psychose: doorgaan of stoppen met antipsychotica? HAMLETT* TO CONTINUE OR NOT TO CONTINUE Hersteld van een eerste psychose: doorgaan of stoppen met antipsychotica? Prof. dr. Iris Sommer Dr. Marieke Begemann * Handling Antipsychotic Medication: Long-term

Nadere informatie

Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn. Hans Nortier 24-01-2013

Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn. Hans Nortier 24-01-2013 Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn Hans Nortier Nazorg Nazorg is een essentieel onderdeel van individuele patiëntenzorg na behandeling voor kanker Nazorg behelst voorlichting, begeleiding, ingaan

Nadere informatie

HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie

HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met acute leukemie (acute myeloïde leukemie (AML) of myelodysplasie (MDS) type RAEB of RAEB-t) die

Nadere informatie

Monique Bos Internist-oncoloog ErasmusMC KLINISCH ONDERZOEK BIJ PATIËNTEN MET GEMETASTASEERDE BORSTKANKER IN NEDERLAND

Monique Bos Internist-oncoloog ErasmusMC KLINISCH ONDERZOEK BIJ PATIËNTEN MET GEMETASTASEERDE BORSTKANKER IN NEDERLAND Monique Bos Internist-oncoloog ErasmusMC KLINISCH ONDERZOEK BIJ PATIËNTEN MET GEMETASTASEERDE BORSTKANKER IN NEDERLAND Disclosures: none Borstkanker komt veel voor in Nederland Niet iedereen krijgt uitzaaiingen

Nadere informatie

1 DEXAMETHASON iv 20 mg bolus 1 PARACETAMOL p.o mg. 1 CLEMASTINE iv 2 mg bolus. 01: a. RR, pols, temp b. 200 b. c.

1 DEXAMETHASON iv 20 mg bolus 1 PARACETAMOL p.o mg. 1 CLEMASTINE iv 2 mg bolus. 01: a. RR, pols, temp b. 200 b. c. In studieverband :.. Buiten studieverband:.. MDS00 ARM B: Kuur Therapielijst\ aftekenlijst\aanvraag cytostatica Patiëntsticker: Datum aanvraag Afdeling -NAT: 04 Gefaxt naar apotheek Ja/Nee Lengte (cm)

Nadere informatie

Avastin wordt in combinatie met andere middelen tegen kanker gebruikt voor de behandeling van volwassenen met de volgende vormen van kanker:

Avastin wordt in combinatie met andere middelen tegen kanker gebruikt voor de behandeling van volwassenen met de volgende vormen van kanker: EMA/175824/2015 EMEA/H/C/000582 EPAR-samenvatting voor het publiek bevacizumab Dit document is een samenvatting van het Europees openbaar beoordelingsrapport (EPAR) voor. Het geeft uitleg over de aanpak

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35283 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35283 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35283 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Charehbili, Ayoub Title: Optimising preoperative systemic therapy for breast cancer

Nadere informatie

Prof.dr. Epie Boven Medisch oncoloog

Prof.dr. Epie Boven Medisch oncoloog Prof.dr. Epie Boven Medisch oncoloog Nieuwe antikanker medicijnen, hoge kosten Waarom ontsporen cellen in ons lichaam? De normale cel bevat 46 chromosomen, ook wel DNA genoemd - het DNA vormt ons genetisch

Nadere informatie

Behandelingen bij longkanker. inclusief klinische studie immuuntherapie

Behandelingen bij longkanker. inclusief klinische studie immuuntherapie Behandelingen bij longkanker inclusief klinische studie immuuntherapie 1 Longkanker Longkanker is niet één ziekte: er bestaan meerdere vormen van longkanker. In deze brochure bespreken we de twee meest

Nadere informatie