Myelodysplastisch syndroom (MDS) en juveniele. myelomonocytaire leukemie bij kinderen. Samenvatting
|
|
- Krista Jonker
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 t h e r a p i e Myelodysplastisch syndroom en juveniele myelomonocytaire leukemie bij kinderen Auteurs Trefwoorden A.C.H. de Vries, B. de Moerloose, E.R. van Wering en M.M. van den Heuvel-Eibrink JMML, kinderen, MDS Samenvatting Myelodysplastisch syndroom (MDS) en juveniele myelomonocytaire leukemie (JMML) zijn zeldzame myeloproliferatieve aandoeningen op de kinderleeftijd. Stamceltransplantatie is de enige curatieve behandelingsoptie. Momenteel wordt veel onderzoek verricht naar de pathogenese van deze ziektebeelden, met als doel geneesmiddelen te ontwikkelen die leiden tot een betere overleving en minder toxiciteit. In dit artikel wordt de classificatie, diagnostiek, moleculaire achtergrond en behandeling van MDS en JMML besproken. (Ned Tijdschr Hematol 2009;2:63-70) Inleiding Myelodysplastisch syndroom (MDS) en juveniele myelomonocytaire leukemie (JMML) zijn zeldzame myeloproliferatieve aandoeningen op de kinderleeftijd; zij maken minder dan 5% van de hematologische maligniteiten uit. 1,2 De exacte pathogenese van MDS en JMML is nog niet ontrafeld, echter de laatste jaren wordt toenemend inzicht verkregen in de moleculaire achtergrond van beide ziektebeelden. Het doel van de behandeling van kinderen met MDS en JMML is curatie. In dit artikel zullen we in gaan op de recente ontwikkelingen met betrekking tot de classificatie, diagnostiek, moleculaire achtergrond en de behandelingsopties van MDS en JMML bij kinderen. Myelodysplastisch syndroom Classificatie MDS In 1982 werd een eerste classificatie voor MDS gemaakt door de French American British groep (FAB-classificatie). Deze classificatie, die berustte op de morfologische kenmerken van MDS, was gebaseerd op het percentage blasten in het beenmerg en het perifere bloed, de aanwezigheid van ringsideroblasten in het beenmerg en het absolute aantal monocyten in het perifere bloed. 3 In 2001 werd de WHO-classificatie voor MDS herzien, waarbij zowel morfologische kenmerken als cytogenetische afwijkingen werden meegenomen (zie Tabel 1A). Voor kinderen werd een gemodificeerde classificatie vastgesteld (zie Tabel 1B). 4,5 In 2008 is een nieuwe versie verschenen. 7 Refractaire cytopenie In de gemodificeerde WHO-classificatie voor kinderen wordt de term refractaire cytopenie (RC) aangehouden in tegenstelling tot refractaire anemie bij volwassenen, aangezien op de kinderleeftijd bij diagnose naast de anemie vaak sprake is van multilineaire dysplasie. RC (MDS met minder dan 5% blasten in het perifere bloed en het beenmerg) wordt gevonden in meer dan 50% van de MDS-gevallen op de kinderleeftijd. 9 Het stellen van de diagnose kan moeilijk zijn, omdat dysplasie ook gezien kan worden bij infecties, metabole ziekten en voedingsdeficiënties. Ziektebeelden als fanconianemie, dyskeratosis congenita, paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie (PNH), shwachmansyndroom, amegakaryocytaire trombocytopenie en pancytopenie met radio-ulnaire synostose moeten uitgesloten worden door middel van lichamelijk onderzoek en eventueel aanvullend moleculair genetisch onderzoek. Daarnaast kenmerkt RC bij kinderen zich door een hoge frequentie van celarm beenmerg, waardoor het moeilijk is om dit ziektebeeld van aplastische anemie en congenitaal beenmergfalen te onderscheiden. Momenteel zijn behoudens klonale cytogenetische afwijkingen, geen moleculaire markers voorhanden om de afwijkingen in het beenmerg bij RC te onderscheiden van aplastische anemie. Advanced MDS Bij een blastenpercentage boven de 20% wordt gesproken van refractaire anemie met excess of blasts in transformatie (RAEB-t); bij een blastenpercentage onder de 20% spreekt men van refractaire anemie 63 v o l. 6 nr n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e
2 Tabel 1. Classificatie myelodysplastisch syndroom (MDS). A. WHO-classificatie MDS. 4 - refractaire anemie - refractaire anemie met ringsideroblasten - refractaire cytopenie met multilineaire dysplasie - refractaire anemie met 2-19% blasten in PB of 5-19% in BM - MDS, niet te classificeren - MDS met een geïsoleerde del(5q) B. Gemodificeerde WHO-classificatie: MDS en myeloproliferatieve aandoeningen bij kinderen, gereviseerd in myelodysplastische/myeloproliferatieve aandoeningen - juveniele myelomonocytaire leukemie (JMML) - chronische myelomonocytaire leukemie (CMML) - BCR-ABL-negatieve chronische myeloïde leukemie (Philadelphia chromosoom negatieve CML) myelodysplastisch syndroom (MDS) - refractaire cytopenie (RC): PB <2% blasten, en BM <5% blasten - refractaire anemie met blasten excess (RAEB): PB 2-19% blasten of BM 5-19% blasten - RAEB in transformatie (RAEB-t): PB of BM: 20-29% blasten BM=beenmerg, PB=perifeer bloed. met excess of blasts (RAEB). Bij volwassenen wordt bij een blastenpercentage van 20% gesproken van acute myeloïde leukemie (AML). Bij kinderen zijn geen data die aantonen dat een grens van 20% blasten beter is dan de traditionele 30% om MDS van AML te onderscheiden. Zo is dit ook opgenomen in de pediatrische versie van de WHO-classificatie (zie Tabel 1B). 6 Wanneer het blastenpercentage bij MDS toeneemt tot boven de 30% wordt van myelodysplasiegerelateerde AML gesproken (MDR-AML). 2,4,6 Indien er sprake is van de voor AML-specifieke chromosomale translocaties (t(8;21)(q22;q22), t(15;17) (q22;q12)) of inversie(16)(p13q22)) spreekt men van een de novo AML, zelfs bij een blastenpercentage van minder dan 30%, of bij aanwezigheid van dysplasie. Secundaire MDS Naast primaire MDS kan MDS zich ontwikkelen na een eerdere maligniteit, na behandeling met chemo- en/of radiotherapie, na congenitaalbeenmergfalensyndroom of na aplastische anemie. Deze groep wordt secundaire MDS genoemd. Ook de groep patiënten die een eerstegraads familielid heeft met MDS (familiaire MDS) wordt hiertoe gerekend. 6 Epidemiologie Sinds 1998 worden in een Europees samenwerkingsverband (European Working Group on Childhood MDS (EWOG-MDS)) alle kinderen met MDS geregistreerd (zie Figuur 1 op pagina 65). De jaarlijkse incidentie van MDS bij kinderen in de leeftijd van 0 tot 14 jaar is 1,8 per miljoen kinderen. 6 In de EWOG-MDS-registratie werd in de afgelopen jaren de volgende frequentie van de verschillende subtypes gevonden: 52% RC, 35% RAEB en 13% RAEB-t of MDR-AML. 10 In Nederland vindt de centrale registratie plaats via de Stichting Kinderoncologie Nederland (SKION), waarbij de voorzitter van de MDS-ziektecommissie Nederland als nationale coördinator vertegenwoordigd in de EWOG-MDS. n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 6 nr
3 t h e r a p i e Figuur 1. Deelnemende landen in EWOG-MDS. De landen die participeren in de European Working Group on Childhood MDS (EWOG-MDS) zijn: België, Denemarken, Duitsland, Finland, Italië, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Tsjechië, Zweden en Zwitserland. Diagnostiek De diagnose MDS wordt gesteld op grond van de klinische gegevens, histomorfologische en cytogenetische afwijkingen. Klinische presentatie Patiënten met MDS presenteren zich vaak met algehele malaise, tekenen van anemie en/of trombocytopenie. Soms komen recidiverende infecties voor, samenhangend met leukopenie. Hepatosplenomegalie wordt voornamelijk bij advanced MDS (RAEB, RAEB-t) gevonden. Morfologie De diagnose MDS wordt bevestigd door cytologische en histologische beoordeling van de morfologie van een beenmergaspiraat, een botbiopt en perifeer bloed. Hierbij wordt gelet op dysplasie, ligging van de dysplastische cellen, architectuur van het beenmergbiopt, de celrijkdom, aanwezigheid van ringsideroblasten en myelofibrose. De dysplasie is zichtbaar in tenminste 2 cellijnen. 8 Bij kinderen is het beenmerg in meer dan 50% van de gevallen hypocellulair, wat het onderscheid met aplastische anemie, met name in het geval van een normaal karyotype, moeilijk kan maken. 9 Refractaire anemie met ringsideroblasten komt op de kinderleeftijd vrijwel niet voor. Myelofibrose, een abnormale afzetting van reticuline door beenmergfibroblasten, komt bij kinderen eveneens minder voor dan bij volwassenen en wordt bij kinderen vooral teruggevonden in advanced MDS-patiënten (RAEB of RAEB-t). 11 Cytogenetica Bij ongeveer 50% van de MDS-patiënten wordt een verworven klonale afwijking gevonden door middel van conventionele karyotypering en fluorescentiein-situ-hybridisatie (FISH)-techniek. De frequentie varieert echter binnen de verschillende subtypes. Een normaal karyotype wordt in driekwart van de primaire RC-patiënten gevonden, in een derde van de gevorderde stadia van MDS en in een vijfde van de gevallen van secundaire MDS. Cytogenetische afwijkingen die frequent gevonden werden in de EWOG- MDS-registratie zijn monosomie 7 (10-20%), trisomie 8 (2-5%) en complexe afwijkingen (2-35%). 12 RC met monosomie 7 is geassocieerd met een snellere progressie van ziekte. 9 De relatief gunstige cytogenetische afwijkingen -Y en de chromosomale deletie del(5q), die bij volwassenen regelmatig worden aangetoond, zijn zeer zeldzaam op de kinderleeftijd. 5 Immunofenotypering Bij volwassenen bestaat al enige ervaring met immunofenotypering bij het stellen van de diagnose MDS en het identificeren van prognostische subgroepen, die met de huidige scoringssystemen niet geïdentificeerd worden. 13 Of deze mogelijkheden diagnostische waarde hebben bij kinderen wordt momenteel onderzocht. Tevens kunnen bij MDS PNH-klonen voorkomen; dat wil zeggen hematopoëtische cellen die deficiënt zijn aan glucofosfatidylinositol verankerde eiwitten. Zonder dat er klinische verschijnselen zijn van PNH worden deze PNH-klonen in 10 tot 28% van de volwassenen met MDS gevonden door middel van flowcytometrie. 14,15 Over de frequentie van voorkomen bij kinderen zijn geen gegevens bekend. Momenteel wordt in een prospectieve studie gekeken naar het voorkomen van PNH-klonen bij kinderen met MDS. Therapie In tegenstelling tot bij volwassenen, waarbij behandeling gericht is op levensverlenging en kwaliteit van leven, is curatie het primaire doel bij kinderen. De enige aangetoonde curatieve optie voor MDS op de kinderleeftijd is stamceltransplantie (SCT). Bij RC laat slechts een kleine groep patiënten progressie tot leukemie zien. Het karyotype is de meest belangrijke voorspellende factor voor progressie naar advanced MDS of AML. Indien er sprake is van een monosomie 7 of complex karyotype is de mediane tijd tot progressie minder dan 2 jaar, in tegenstelling tot patiënten met een trisomie 8 en andere karyo- 65 v o l. 6 nr n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e
4 types, die een meer stabiel beloop van het ziektebeeld laten zien. 9 Voor kinderen met RC met een monosomie 7 of complex karyotype, wordt in een vroege fase van de ziekte SCT, met als conditionering busulfan, melfalan en cyclofosfamide, geadviseerd. 10 Momenteel wordt voor de andere RC-patiënten een SCT met gereduceerde intensiteit van de conditionering geadviseerd als er een humaan leukocyt antigeen (HLA)-gematchte donor aanwezig is (7/8 of 8/8 antigenen). 16 De conditionering bestaat in deze gevallen uit thiotepa, fludarabine en antithymocytenglobuline. 10 Indien geen geschikte donor beschikbaar is, kan een afwachtend beleid gevolgd worden, zolang er geen transfusiebehoefte is. Voor RAEB en RAEB-t bestaat de behandeling uit het zo spoedig mogelijk verrichten van een beenmergtransplantatie, na conditionering met busulfan, melfalan en cyclofosfamide. 10 De ziektevrije overleving van patiënten met RC na transplantatie met een gematchte gerelateerde donor is rond de 80% en in de gevallen waarbij gereduceerde conditionering is gegeven is dit eveneens rond de 75%. 17 Voor de patiënten met RAEB en RAEB-t is de ziektevrije overleving rond de 50%. 10 Recent onderzoek heeft aangetoond dat bij MDS evenals bij aplastische anemie in ongeveer 60% van de gevallen auto-immuniteit een rol speelt bij het ontstaan van MDS-RC. 18 De rol van deze auto-immuniteit geeft mogelijkheden voor behandeling met immuunsupressieve therapie, zoals antithymocytenglobuline en steroïden. Momenteel wordt in EWOG-MDS-verband een studie uitgevoerd naar de effectiviteit van immunosuppressieve therapie (cyclosporine A en antithymocytenglobuline) bij RC-patiënten met een hypocellulair beenmerg gecombineerd met een normaal karyotype of trisomie 8, voor wie geen geschikte donor is. De toekomst zal moeten leren of dit in de toekomst een curatieve optie is. Aanwezigheid van PNH-klonen maakt hematopoëtische cellen mogelijk gevoeliger voor de auto-immuniteit. Recentelijk is aangetoond dat eculizumab, een complementinactivator, therapeutisch effect heeft bij patiënten met PNH. Het is nog onbekend of dit een rol kan spelen in de behandeling van MDS-patiënten met PNH-klonen. 19 De bij de volwassenen toegepaste groeifactoren als erytropoëtine worden bij kinderen tot op heden niet gebruikt. Op korte termijn zal gestart worden met een fase I-studie met azacitidine, een DNA-methyltransferase remmer. Bij volwassenen werd aangetoond dat therapie met azacitidine een significant betere overleving geeft ten opzichte van de conventionele behandeling. 20 Juveniele myelomonocytaire leukemie Classificatie JMML is een zeldzame klonale myeloproliferatieve aandoening, die volgens de WHO-classificatie onder de myelodysplastische/myeloproliferatieve ziekten valt. 4 Hiermee zijn voor de kinderleeftijd de in het verleden genoemde termen juveniele chronische myeloïde leukemie (jcmml) en chronische myelomonocytaire leukemie (CMMol) vervallen. 21 Epidemiologie Een gecombineerde populatiestudie in Denemarken en Canada liet een incidentie van JMML van 1,2 per miljoen kinderen in de leeftijd van 0 tot 14 jaar zien. In Groot-Brittannië bedraagt de incidentie 0,6 per miljoen kinderen. 1,22,23 Diagnostiek De diagnose JMML wordt met name gesteld op basis van klinische presentatie. In Tabel 2 op pagina 67 staan de diagnostische criteria voor JMML vermeld, zoals ze door EWOG-MDS zijn vastgesteld, waarbij geldt dat bij initiële presentatie nog geen sprake hoeft te zijn van alle criteria. Met name de splenomegalie kan in de loop van de tijd ontstaan. 10 Klinische presentatie Kinderen presenteren zich op jonge leeftijd (mediane leeftijd 2 jaar) met bleekheid, algehele malaise, koorts, infecties, huidinfiltraten, bloedingen en hoesten. Bij lichamelijk onderzoek wordt meestal een (hepato-) splenomegalie gevonden. Daarnaast kunnen juveniele xanthogranulomen aanwezig zijn. 6,21 Verder komen paraneoplastische fenomenen zoals rash, pleuritis, pericarditis, gewrichtszwellingen en zelfs hemofagocytose voor. 24 Daarnaast is er een associatie met neurofibromatose type 1 (NF1): bij 11% van de kinderen met JMML is er klinisch sprake van NF1. Op jonge leeftijd zijn de stigmata van NF1 soms niet volledig zichtbaar. 25 Tevens komt JMML voor bij kinderen met het syndroom van Noonan (heterozygote kiembaanmutatie in exon 3 van PTPN11). Bij deze kinderen verloopt de ziekte milder en is er kans op spontane regressie, waardoor een afwachtend beleid gerechtvaardigd is bij kinderen in een stabiele situatie. 26 Hematologie In het klassieke geval wordt een leukocytose, anemie, trombocytopenie en een verhoogd hemoglobine F (HbF) gevonden, alsmede een absolute monocytose (>1 x 10 9 /l). Het blastenpercentage in het perifere n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 6 nr
5 t h e r a p i e Tabel 2. Diagnostische criteria juveniele myelomonocytaire leukemie (JMML) klinische en hematologische kenmerken (alle 3 noodzakelijk) - absoluut aantal monocyten in PB >1 x 109/l - 5 % blasten in BM en PB <20% - splenomegalie* 2. oncogenetica (1 parameter voldoende) - somatische mutatie in PTPN11 of RAS - NF1-mutatie of klinische diagnose NF1 - monosomie 7 3. indien geen afwijking aanwezig zoals genoemd onder 2, dan moet voldaan worden aan: - afwezigheid van philadelphiachromosoom (herrangschikking BCR/ABL) + aan 2 van de volgende criteria: - spontane groei of GM-CSF-gevoeligheid - verhoogd HbF voor de leeftijd - myeloïde voorlopers in uitstrijk PB - totaal aantal leukocyten in PB >10 x 10 9 /l - klonale afwijkingen anders dan monosomie 7 Om de diagnose JMML te kunnen stellen zijn alle onder 1 genoemde bevindingen noodzakelijk, gecombineerd met een van de genoemde mutaties onder 2. Indien geen mutaties worden aangetoond, mag er geen herrangschikking van BCR/ABL zijn en moet verder nog aan 2 van de 5 genoemde voorwaarden onder 3 voldaan worden. *hoeft niet aanwezig bij initiële presentatie, ontstaat in de loop van enkele weken. BM=beenmerg, GM-CSF= granulocyte macrophage colony stimulating factor, NF1=neurofibromatosis type 1, PB=perifeer bloed. bloed is minder dan 20% en er worden voorlopers van de monocytaire celreeks gevonden (zie Tabel 2). 10 Voor het stellen van de diagnose is de morfologie van het perifere bloed vaak duidelijker dan het beenmergaspiraat. Beenmergonderzoek wordt aangeraden om te differentiëren van de diagnose AML-M4 (myelomonocytaire leukemie). Bij JMML is het beenmerg meestal hypercellulair met overheersend granulocytaire cellen in alle rijpingsstadia en een blastenpercentage van minder dan 20%. Cytogenetica Cytogenetisch onderzoek vereist de afwezigheid van philadelphiachromosoom of herrangschikking van het BCR/ABL-gen. In 25% van de patiënten met JMML wordt een monosomie 7 gevonden. 10 Moleculaire diagnostiek/pathogenese In 25% van de JMML-patiënten wordt een RASmutatie gevonden Vijftien procent van de JMMLpatiënten heeft een mutatie in het NF1-gen, zonder dat er sprake is van klinische verschijnselen van NF1. 28 Verder is er in ongeveer 35% van de JMMLpatiënten sprake van mutaties in PTPN11, die anders zijn dan de kiembaanmutatie gevonden bij de JMML gerelateerd aan het syndroom van Noonan. 29 In de overige 25% van de gevallen van JMML is tot op heden geen mutatie aangetoond Een gevolg van deze mutaties is activering van het RAS-RAF- MEK-ERK-kinase signaaltransductiepad, wat leidt tot proliferatie (zie Figuur 2). Hierdoor bestaat een extreme gevoeligheid van myeloïde voorlopers voor granulocyte-macrophage colony stimulating factor 67 v o l. 6 nr n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e
6 Aanwijzingen voor de praktijk 1. Myelodysplastisch syndroom (MDS) en juveniele myelomonocytaire leukemie (JMML) zijn zeldzaam (<5% van de hematologische maligniteiten op de kinderleeftijd). 2. Karyotypering (MDS) en moleculaire analyse (JMML) spelen een belangrijke rol bij de diagnostiek. 3. Tot op heden is stamceltransplantatie de enige curatieve optie. 4. In een subgroep van hypocellulaire MDS-type refractaire cytopenie wordt onderzocht of immunosuppressieve therapie een optie is. 5. Moleculair onderzoek naar de pathogenese is noodzakelijk om tot de ontwikkeling van geneesmiddelen te komen, teneinde de overlevingskansen te verbeteren en toxiciteit te verminderen. (GM-CSF). De waarde van de diagnostische GM-CSF hypersensitiviteitstest is afgenomen sinds het ontrafelen van de moleculaire achtergrond. Momenteel is er alleen nog een toegevoegde waarde voor de diagnostiek in de 25% van de gevallen waarbij geen mutatie wordt gevonden. Therapie Voor JMML is SCT de enige curatieve optie. Het ziektebeeld is snel progressief, de mediane overleving zonder SCT is ongeveer een jaar. 21 De ziektevrije overleving van 5 jaar na een SCT met busulfan, cyclofosfamide en melfalan als conditionering ligt rond de 50%. 33 Er bestaat geen verschil in overleving tussen een transplantatie met een gematchte gerelateerde donor en een gematchte niet gerelateerde donor. 33 Graftversus-leukemie speelt een belangrijke rol in het therapeutisch effect van SCT. Er is echter beperkte literatuur die laat zien dat transplantatie van stamcellen verkregen uit navelstrengbloed van een gematchte niet gerelateerde of zelfs van een HLA-identieke broer of zus mogelijk is. 34,35 De kans op een recidief binnen 5 jaar ligt op 35%, waarvan de meeste recidieven vroeg optreden. Risicofactoren voor het optreden van een recidief zijn: leeftijd >4 jaar, het vrouwelijk geslacht, verhoogd HbF en een blastenpercentage boven de 20%. 33 Gemengd donorchimerisme na SCT is voorspellend voor een recidief en een spoedige re-transplantatie kan geïndiceerd zijn. Infusies van donorlymfocyten is niet zinvol gebleken. 36 In geval van een recidief is een kans van 50% op genezing na een tweede transplantatie gerapporteerd. 37 Als JMML-patiënten overlijden voorafgaande aan SCT is dit meestal door progressie van ziekte die zich uit in infiltratie van rijpe leukemische cellen in de longen. Indien er sprake is van een hoge tumorload, die tot klachten leidt, kan voorafgaand aan de transplantatie 6-mercaptopurine (50 mg/m 2 ) in combinatie met lage dosis cytarabine (40 mg/m 2 gedurende 5 dagen) gegeven worden. Bij snelle levensbedreigende progressie kan fludarabine (30 mg/m 2 / dag, op dag 1-5) gecombineerd met cytarabine (2 g/m 2 /dag, dag 1-5) gegeven worden. 10 Het effect van deze medicatie is tijdelijk en resulteert niet in een verbetering van de uiteindelijke overleving. 38 Een GM-CSF-receptor 35% 15% 25% Figuur 2. RAS-signaaltransductiepad. In 75% van de JMMLpatiënten zijn mutaties aangetoond in genen, die een rol spelen in het RAS-signaaltransductiepad. De bekende betrokken genen zijn in zwart aangegeven. GM-CSF bindt normaal aan zijn receptor, induceert dimerisatie van deze receptor en heeft interactie met een complex van eiwitten, die het signaal doorsturen naar RAS. Door mutaties in het RAS-signaaltransductiepad (in het PTPN11-gen, NF1-gen of RAS-gen) is het pad hyperactief en worden continu activerende signalen naar de nucleus gestuurd met continue proliferatie als gevolg. GM-CSF= granulocyte macrophage colony stimulating factor, JMML=juveniele myelomonocytaire leukemie, NF1=neurofibromatosis type 1. n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 6 nr
7 t h e r a p i e gunstig effect van intensieve chemotherapie of miltextirpatie voorafgaande aan transplantatie op de ziektevrije overleving is nooit aangetoond. 33 Isotretnoïne, interferon alpha en farnesyltransferaseremmers hebben mogelijk een tijdelijk effect bij de behandeling van JMML Conclusie MDS en JMML zijn zeldzame ziekten op de kinderleeftijd. Tot op heden is SCT de enige curatieve behandelingsmogelijkheid. Onderzoek naar de pathogenese van beide ziektebeelden zal leiden tot meer inzicht in de ziektebeelden en mogelijk leiden tot nieuwe behandelopties, die betere overlevingskansen geven en leiden tot minder toxiciteit. Referenties 1. Passmore SJ, Chessells JM, Kempski H, Hann IM, Brownbill PA, Stiller CA. Paediatric myelodysplastic syndromes and juvenile myelomonocytic leukaemia in the UK: a population-based study of incidence and survival. Br J Haematol 2003;121: Harris NL, Jaffe ES, Diebold J, Flandrin G, Muller-Hermelink HK, Vardiman J, et al. The World Health Organization classification of neoplasms of the hematopoietic and lymphoid tissues: report of the Clinical Advisory Committee meeting - Airlie House, Virginia, November, Hematol J 2000;1: Bennett JM, Catovsky D, Daniel MT, Flandrin G, Galton DA, Gralnick HR, et al. Proposals for the classification of the myelodysplastic syndromes. Br J Haematol 1982;51: Jaffe ES, Harris NL, Stein H, Vardiman JW, eds. World Health Organization classification of tumours. Pathology and genetics. Tumours of Haematopoietic and Lymphoid tissues: IARC Press, Lyon Hasle H, Baumann I, Bergstrasser E, Fenu S, Fischer A, Kardos G, et al. The International Prognostic Scoring System (IPSS) for childhood myelodysplastic syndrome (MDS) and juvenile myelomonocytic leukemia (JMML). Leukemia 2004;18: Hasle H, Niemeyer CM, Chessells JM, Baumann I, Bennett JM, Kerndrup G, et al. A pediatric approach to the WHO classification of myelodysplastic and myeloproliferative diseases. Leukemia 2003;17: Swerdlow SH, Campo E, Harris NL, Jaffe ES, Pileri SA, Stein H, et al., eds. World Health Organization classification of tumours. Pathology and genetics of tumours of haematopoietic and lymphoid tissues: IARC Press, Lyon Cantu Rajnoldi A, Fenu S, Kerndrup G, Van Wering ER, Niemeyer CM, Baumann I. Evaluation of dysplastic features in myelodysplastic syndromes: experience from the morphology group of the European Working Group of MDS in Childhood (EWOG-MDS). Ann Hematol 2005;84: Kardos G, Baumann I, Passmore SJ, Locatelli F, Hasle H, Schultz KR, et al. Refractory anemia in childhood: a retrospective analysis of 67 patients with particular reference to monosomy 7. Blood 2003;102: EWOG-MDS. Clinical Trial Protocol EWOG-MDS Prospective non-randomized multi-center study for epidemiology and characterization of myelodysplastic syndromes (MDS) and juvenile myelomonocytic leukemia (JMML) in childhood Te raadplegen op: ct2/show/nct (bekeken op 18 februari 2009). 11. Maschek H, Georgii A, Kaloutsi V, Werner M, Bandecar K, Kressel MG, et al. Myelofibrosis in primary myelodysplastic syndromes: a retrospective study of 352 patients. Eur J Haematol 1992;48: Gohring G, Michalova K, Beverloo B, Betts D, Harbott J, Haas O, et al. A complex karyotype but not monosomy 7 is an independent prognostic factor in advanced childhood MDS. Blood 2007;118:723A. 13. Van de Loosdrecht AA, Westers TM, Westra AH, Drager AM, Van der Velden VH, Ossenkoppele GJ. Identification of distinct prognostic subgroups in low- and intermediate-1-risk myelodysplastic syndromes by flow cytometry. Blood 2008;111: Dunn DE, Tanawattanacharoen P, Boccuni P, Nagakura S, Green SW, Kirby MR, et al. Paroxysmal nocturnal hemoglobinuria cells in patients with bone marrow failure syndromes. Ann Inter Med 1999;131: Wang H, Chuhjo T, Yasue S, Omine M, Nakao S. Clinical significance of a minor population of paroxysmal nocturnal hemoglobinuria-type cells in bone marrow failure syndrome. Blood 2002;100: Strahm B, Locatelli F, Bader P, Ehlert K, Kremens B, Zintl F, et al. Reduced intensity conditioning in unrelated donor transplantation for refractory cytopenia in childhood. Bone Marrow Transpl 2007;40: EWOG-MDS. EWOG-MDS RC 06, TCR Vbeta repertoire analysis and PNH clones in children with Refractory Cytopenia (RC). An open non-randomised multi-center prospective study Te raadplegen op: (bekeken op 18 februari 2009). 18. De Vries AC, Langerak AW, Verhaaf B, Niemeyer CM, Stary J, Schmiegelow K, et al. T-cell receptor V beta CDR3 oligoclonality frequently occurs in childhood refractory cytopenia (MDS-RC) and severe aplastic anemia. Leukemia 2008;22: Charneski L, Patel PN. Eculizumab in paroxysmal nocturnal haemoglobinuria. Drugs 2008;68: Fenaux P, Mufti G, Santini V, Finelli C, Giagounidis A, Schoch R, et al. Azacitidine (AZA) treatment prolongs overall survival in higher-risk MDS patients compared with conventional care regimens (CCR): results of the AZA-001 phase III study. Blood 2007;110: abstract Niemeyer CM, Arico M, Basso G, Biondi A, Cantu Rajnoldi A, Creutzig U, et al. Chronic myelomonocytic leukemia in childhood: a retrospective analysis of 110 cases. European Working Group on Myelodysplastic Syndromes in Childhood (EWOG- MDS). Blood 1997;89: Hasle H, Kerndrup G, Jacobsen BB. Childhood myelodysplastic 69 v o l. 6 nr n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e
8 syndrome in Denmark: incidence and predisposing conditions. Leukemia 1995;9: Hasle H, Wadsworth LD, Massing BG, McBride M, Schultz KR. A population-based study of childhood myelodysplastic syndrome in British Columbia, Canada. Br J Haematol 1999;106: Gerritsen A, Lam K, Marion Schneider E, Van den Heuvel- Eibrink MM. An exclusive case of juvenile myelomonocytic leukemia in association with Kikuchi s disease and hemophagocytic lymphohistiocytosis and a review of the literature. Leukemia Research 2006;30: Niemeyer CM, Locatelli F. Chronic myeloproliferative disorders. Childhood Leukemias (ed. by C.H. Pui) 2006: Choong K, Freedman MH, Chitayat D, Kelly EN, Taylor G, Zipursky A. Juvenile myelomonocytic leukemia and Noonan syndrome. J Pediatr Hematol Oncol 1999;21: Flotho C, Valcamonica S, Mach-Pascual S, Schmahl G, Corral L, Ritterbach J, et al. RAS mutations and clonality analysis in children with juvenile myelomonocytic leukemia (JMML). Leukemia. 1999;13: Side LE, Emanuel PD, Taylor B, Franklin J, Thompson P, Castleberry RP, et al. Mutations of the NF1 gene in children with juvenile myelomonocytic leukemia without clinical evidence of neurofibromatosis, type 1. Blood 1998;92: Tartaglia M, Niemeyer CM, Fragale A, Song X, Buechner J, Jung A, et al. Somatic mutations in PTPN11 in juvenile myelomonocytic leukemia, myelodysplastic syndromes and acute myeloid leukemia. Nat Genet 2003;34: De Vries AC, Stam RW, Kratz CP, Zenker M, Niemeyer CM, Van den Heuvel-Eibrink MM. Mutation analysis of the BRAF oncogene in juvenile myelomonocytic leukemia. Haematologica 2007;92: De Vries AC, Stam RW, Schneider P, Niemeyer CM, van Wering ER, Haas OA, et al. Role of mutation independent constitutive activation of FLT3 in juvenile myelomonocytic leukemia. Haematologica 2007;92: Kratz CP, Niemeyer CM, Thomas C, Bauhuber S, Matejas V, Bergstrasser E, et al. Mutation analysis of Son of Sevenless in juvenile myelomonocytic leukemia. Leukemia 2007;21: Locatelli F, Nollke P, Zecca M, Korthof E, Lanino E, Peters C, et al. Hematopoietic stem cell transplantation (HSCT) in children with juvenile myelomonocytic leukemia (JMML): results of the EWOG-MDS/EBMT trial. Blood 2005;105: MacMillan ML, Davies SM, Orchard PJ, Ramsay NK, Wagner JE. Haemopoietic cell transplantation in children with juvenile myelomonocytic leukaemia. Br J Haematol 1998;103: De Vries A, Bredius RGM, Lankester AC, Bierings M, Trebo M, Sedlacek P, et al. HLA-identical umbilical cord blood transplantation from a sibling donor in juvenile myelomonocytic leukemia. Haematologica (accepted for publication). 36. Yoshimi A, Niemeyer CM, Bohmer V, Duffner U, Strahm B, Kreyenberg H, et al. Chimaerism analyses and subsequent immunological intervention after stem cell transplantation in patients with juvenile myelomonocytic leukaemia. Br J Haematol 2005;129: Yoshimi A, Mohamed M, Bierings M, Urban C, Korthof E, Zecca M, et al. Second allogeneic hematopoietic stem cell transplantation (HSCT) results in outcome similar to that of first HSCT for patients with juvenile myelomonocytic leukemia. Leukemia 2007;21: Niemeyer CM, Duffner U, Bender-Götze C, Ebell W, Hasle H, Klingebiel T, et al. AML-type intensive chemotherapy prior to stem cell transplantation does not improve survival in children and primary myelodysplastic syndromes. Blood 2000;96:521a. 39. Emanuel PD, Snyder RC, Wiley T, Gopurala B, Castleberry RP. Inhibition of juvenile myelomonocytic leukemia cell growth in vitro by farnesyltransferase inhibitors. Blood 2000;95: Castleberry RP, Emanuel PD, Zuckerman KS, Cohn S, Strauss L, Byrd RL, et al. A pilot study of isotretinoin in the treatment of juvenile chronic myelogenous leukemia. The New Eng J Med 1994;331: Arico M, Nespoli L, Caselli D, Bonetti F, Porta FA, Burgio GR. Juvenile chronic myeloid leukaemia and alpha-interferon. Eur J Pediatr 1989;148: Ontvangen 23 december 2008, geaccepteerd 9 februari Correspondentieadres Mw. A.C.H. de Vries, kinderoncoloog-hematoloog Erasmus Medisch Centrum, Sophia Kinderziekenhuis Afdeling Kinderoncologie-Hematologie Mw. dr. B. de Moerloose, kinderoncoloog Universitair Ziekenhuis Gent Afdeling Kinderoncologie-Hematologie Mw. dr. E.R. van Wering, hoofd laboratorium Stichting Kinderoncologie Nederland (SKION), Den Haag Mw. dr. M.M. van den Heuvel-Eibrink, kinderoncoloog-hematoloog Erasmus Medisch Centrum, Sophia Kinderziekenhuis Stichting Kinderoncologie Nederland (SKION), Den Haag Afdeling Kinderhemato-Oncologie (kamer Sp 2568) Dr. Molewaterplein GJ Rotterdam Tel.: adres: m.vandenheuvel@erasmusmc.nl Correspondentie graag richten aan de laatste auteur. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. n e d e r l a n d s t i j d s c h r i f t v o o r H E M a t o l o g i e v o l. 6 nr
Juveniele myelomonocytaire leukemie. Andrica de Vries
Juveniele myelomonocytaire leukemie Andrica de Vries CMMol bij kinderen, anders dan bij volwassenen? Andrica de Vries Casus 2 jaar oud meisje Symptomen: moeheid, recidiverende infecties, bleek, hepatosplenomegalie
Nadere informatieMyelodysplastisch syndroom
Myelodysplastisch syndroom Dr. A.H.E. Herbers Hematoloog-Oncoloog 7 februari 2018 Myelodysplastisch syndroom Masterclass 7/2/18 Myelodysplastisch syndroom= MDS Opbouw presentatie: Meeste informatie is
Nadere informatieModule n : workshop BC 202. Title : Dysplasia in MDS. Molecular Biology and Cytometry Course, May , Mol
Module n : workshop BC 202 Title : Dysplasia in MDS Lecturer : Jan Philippé Molecular Biology and Cytometry Course, May 7-8 2009, Mol Myelodysplasie (MDS) Heterogene groep verworven aandoeningen van de
Nadere informatieMyelodysplastisch syndroom
Myelodysplastisch syndroom Regionale richtlijn IKW, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd: 11-02-2002 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Regionale tumorwerkgroep haemato-oncologie Inhoudsopgave Algemeen...1
Nadere informatieAcute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen
Acute myeloïde leukemie Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Normale bloedcelvorming Acute myeloïde leukemie (AML) Klonale proliferatie van immature hematopoëtische
Nadere informatieMyelo-Dysplastisch Syndroom
Myelo-Dysplastisch Syndroom 1938 Refractory anemia, Rhoades 1949 Chronic erythremic myelosis, Dameshek 1963 Smoldering acute leukemia, Rheingold 1973 Pre-leukemic syndrome, Saarni 1982 Myelodysplastic
Nadere informatieHet myelodysplastische syndroom: diagnostiek en risicoanalyse
O V E R Z I C H T S A R T I K E L E N Het myelodysplastische syndroom: diagnostiek en risicoanalyse Auteur Trefwoorden P.W. Wijermans Myelodysplastisch syndroom, WHO-classificatie, IPPS-risicoscore. Samenvatting
Nadere informatieIs er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen
Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Opbouw Casus Bespreking literatuur Hypothesen met betrekking tot casus Voorgeschiedenis: 1957
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nieuwe vooruitzichten in de karakterisering en behandeling van acute myeloïde leukemie Nederlandse samenvatting 134 Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm van bloedkanker, een kwaadaardige aandoening
Nadere informatieWHO classificatie AML RBM 15-januari 2009
WHO classificatie AML 2008 RBM 15-januari 2009 AML > 20% blasten in beenmerg of bloed uitzondering AML met t(8;21), inv(16),t(16;16) of t(15;17) Promonocyten worden bij de blasten gerekend AML with recurrent
Nadere informatieMYELODYSPLASTISCH SYNDROOM. Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)?
MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)? De benaming Myelodysplastisch Syndroom (MDS), ook wel myelodysplasie genoemd, staat voor een groep van beenmergstoornissen waarbij de
Nadere informatieMyelodysplastisch syndroom
Inwendige geneeskunde Myelodysplastisch syndroom www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INW022 / Myelodysplastisch syndroom / 20-07-2013 2 Myelodysplastisch
Nadere informatiePrognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom
Workshop Flowcytometrie in MDS 5 september 2012 Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom Canan Alhan VU Medisch Centrum Cancer Center Amsterdam Klinische prognostische
Nadere informatiePAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE
PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE Henk Wind Afdeling Immunologie Erasmus MC Woerden 30-10-2008 INTRODUCTIE PNH is het gevolg van een klonale expansie van een gemuteerde hematopoëtische stamcel. Klinisch
Nadere informatieKwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten
Radboud University Medical Centre Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten Bert van der Reijden, PhD Laboratorium
Nadere informatiePresentatie Een 24-jarige vrouw presenteert zich met hypermenorrhoea, veel hematomen en bloedneuzen. Haar vorige menstruatie verliep normaal.
CASUS 2 Presentatie Een 24-jarige vrouw presenteert zich met hypermenorrhoea, veel hematomen en bloedneuzen. Haar vorige menstruatie verliep normaal. Lichamelijk onderzoek Bleek, veel hematomen, veel bloed
Nadere informatieEpoëtine +/- hematopoëtische groeifactoren bij myelodysplastische syndromen
Epoëtine +/- hematopoëtische groeifactoren bij myelodysplastische syndromen Toelichting Mede op grond van internationale richtlijnen (Bowen et al., 2003) worden erytropoëse stimulerende groeifactoren (epoëtine-α,
Nadere informatieMyelofibrose, PV en ET. Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands
Myelofibrose, PV en ET Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands plt ery MSC PSC mono neutro eo baso Blympho LSC T lympho MyeloProliferatieve
Nadere informatieMyelodysplasie. Ellen Kramer, Isala Zwolle 7 maart 2013
Myelodysplasie Ellen Kramer, Isala Zwolle 7 maart 2013 WHO, afgrenzing met andere beelden Kenmerken van MDS, algemeen Beenmerg cellulariteit doorgaans toegenomen, soms normocellulair, soms hypocellulair
Nadere informatieINFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS)
INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS) Stichting Contactgroep Leukemie, najaar 2008 De Stichting Contactgroep Leukemie brengt (ex) leukemiepatiënten en hun naasten met lotgenoten in contact, informeert
Nadere informatieToegespitste benadering voor de individuele patiënt met acute myeloïde leukemie
Toegespitste benadering voor de individuele patiënt met acute myeloïde leukemie 4 oktober 2018 Jurjen Versluis j.versluis.1@erasmusmc.nl Klinische Dag NVvH 04 oktober 2018 Disclosure belangen Jurjen Versluis
Nadere informatieDiagnose en classificatie van myelodysplastische syndromen volgens FAB- en WHO-classificatie in het UZ Leuven. Jan Rega 24/05/2011
Diagnose en classificatie van myelodysplastische syndromen volgens FAB- en WHO-classificatie in het UZ Leuven Jan Rega 24/05/2011 Inhoud 1. Definitie 2. Epidemiologie en etiologie 3. Kliniek 4. Diagnostiek
Nadere informatieHematologie: werken in teamverband!
Hematologie: werken in teamverband! Hematologie Zeer intense samenwerking tussen clinicus, klinisch bioloog, anatomopatholoog en cytogeneticus is cruciaal Aan hand van twee casussen willen we het zorgpad
Nadere informatieZin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo
Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo een kwestie van service! 06 januari 2004 Pieter De Schouwer 1 periferie??? Waar is het centrum? 06 januari 2004 Pieter De Schouwer 2 Leuven?
Nadere informatieSamenvatting voor niet ingewijden
Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Hematopoïese Bloedcellen worden in het beenmerg gevormd waar de moedercellen, de zogenaamde stamcellen, zich bevinden. Deze stamcel kan
Nadere informatiePacman eats everything... Marie-José Claessen UMCU
Pacman eats everything... Marie-José Claessen UMCU Casus - presentatie I Casus presentatie I 58- jarige man Voorgeschiedenis o.a.: Oktober - november 2011 Sint Elsewhere : kortademigheid, lymfadenopathie,
Nadere informatieSynergie: cytologie+immunologie+histologie
Synergie: cytologie+immunologie+histologie Grieks: synergia,samenwerking De meeropbrengst die ontstaat bij het samengaan van delen ten opzichte van de som van die delen. Wikepedia Wat is de meeropbrengst
Nadere informatieHoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS?
inhoud Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS? Hoofdstuk 4 : Wat zijn de symptomen van MDS? - anemie - trombopenie - neutropenie Hoofdstuk
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Faaij, Claudia Margaretha Johanna Maria Title: Cellular trafficking in haematological
Nadere informatieAcute megakaryoblasten leukemie
Acute megakaryoblasten leukemie 4 de Hematomorfologie symposium Microscopisch beenmerg onderzoek in de dagelijkse praktijk Rotterdam, 22 maart 2012 Auke Beishuizen Overzicht presentatie Inleiding Casus
Nadere informatieAcute myeloïde leukemie. Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014
Acute myeloïde leukemie Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014 Bloedcelvorming - hematopoiese selfrenewal Multilineage differentiation Acute myeloïde leukemie - AML Normaal beenmerg Bloedarmoede
Nadere informatieTherapie op maat voor patiënt met Acute lymfatische Leukemie. Dr V. de Haas Kinderarts-oncoloog/hematoloog Hoofd SKION laboratorium
Therapie op maat voor patiënt met Acute lymfatische Leukemie Dr V. de Haas Kinderarts-oncoloog/hematoloog Hoofd SKION laboratorium Casus 8-jarig meisje wordt gezien door huisarts - Sinds een week bleek
Nadere informatieHOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie
HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met acute leukemie (acute myeloïde leukemie (AML) of myelodysplasie (MDS) type RAEB of RAEB-t) die
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting In dit proefschrift worden diagnostische en therapeutische aspecten van acute leukemie bij kinderen beschreven, o.a. cyto-immunologische en farmacologische aspecten en allogene
Nadere informatieEen patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie
Thema: Leukemie Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Prof.dr. Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie Samenstelling van onstolbaar gemaakt bloed Bloedcellen
Nadere informatieRichtlijn verworven aplastische anemie
Richtlijn verworven aplastische anemie Stijn Halkes Afdeling hematologie LUMC Subwerkgroep aplastische anemie Nederlandse Vereniging voor Hematologie Belangenverklaring In overeenstemming met de regels
Nadere informatieFlowcytometrie in MDS Marisa Westers
Flowcytometrie in MDS Marisa Westers Amsterdam Standaardisatie van flowcytometrie in MDS 2005 start werkgroep Flow in MDS binnen de Nederlandse Vereniging voor Cytometrie 8 deelnemende laboratoria VU Medisch
Nadere informatieWerkstuk Biologie Het onstaan van chronische myeloide leukemie
Werkstuk Biologie Het onstaan van chronische myeloide leukemie Werkstuk door een scholier 1565 woorden 6 februari 2006 6,3 32 keer beoordeeld Vak Biologie Inleiding: Leukemie is een vorm van kanker, namelijk
Nadere informatieInnovatie in de Hematologie. het belang van onderzoek en toetsing. Prof. Dr. P. Sonneveld Afdeling Hematologie Erasmus MC Rotterdam
Innovatie in de Hematologie het belang van onderzoek en toetsing Prof. Dr. P. Sonneveld Afdeling Hematologie Erasmus MC Rotterdam Hematologie Ziekten van bloed, beenmerg en lymfeklieren Acute en chronische
Nadere informatieRBM terugkommiddag Huishoudelijke mededelingen. 22 juni 2011
RBM terugkommiddag Huishoudelijke mededelingen 22 juni 2011 Huishoudelijke mededelingen Volgende terugkommiddag januari 2012, datum volgt Algemeen mailadres: RBM@erasmusmc.nl Adreswijzigingen of contactpersonen
Nadere informatieModerator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC
MYELOFIBROSE: DILEMMA VAN TRANSPLANTEREN Moderator Dr. B.J. Biemond Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg
Nadere informatieInterpretatie labo-resultaten
Interpretatie labo-resultaten hematologie Sylvia Snauwaert, MD PhD Overzicht A. Trombocytopenie B. Leucocytose Bespreking casussen A. Trombocytopenie Man, 63 jaar, routinebloedafname, asymptomatisch Help
Nadere informatieKlinische Dag. 3 oktober 2013 Disclosure belangen spreker. (potentiële) belangenverstrengeling
Klinische Dag 3 oktober 2013 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen Diagnostiek en behandeling ernstige aplastische anemie bij volwassenen NVvH werkgroep aplastische anemie
Nadere informatieChronische lymfatische leukemie Arnon Kater
Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater http://www.lymmcare.nl/ CLL Epidemiologie Prognostische factoren Biologie en targeted therapy Huidige behandeling en studies CLL: epidemiologie CLL is de meest
Nadere informatiehet myelodysplastisch syndroom
het myelodysplastisch syndroom Arjan A. van de Loosdrecht Department of Hematology VU University Medical Center Cancer Center Amsterdam (CCA) Amsterdam, The Netherlands Oncologie dagen 2014 Ede, Reehorst
Nadere informatieReeks 13 Vergeten Organen Avond 5: Het bloed Prof.dr. Schouten
Reeks 13 Vergeten Organen Avond 5: Het bloed Prof.dr. Schouten Hematologie voor de Dummies Gezondheidsuniversiteit PSC MSC plt ery mono neutro eo baso LSC Blympho T lympho PSC SCF MSC IL3 LSC GM-CSF MPL
Nadere informatieKanker Instituut. Integrale Diagnostiek Hemato-oncologische Laboratoria Erasmus MC Rotterdam. Hematologie Immunologie Klinische Genetica Pathologie
Kanker Instituut Integrale Diagnostiek Hemato-oncologische Laboratoria Erasmus MC Rotterdam Hematologie Immunologie Klinische Genetica Pathologie 2017 Introductie Integrale diagnostiek is van essentieel
Nadere informatieHet myelodysplastisch syndroom: richtlijnen voor diagnostiek 2013
1 Het myelodysplastisch syndroom: richtlijnen voor diagnostiek 2013 Myelodysplastic syndromes: guidelines for diagnosis 2013 A.A. van de Loosdrecht, G. Huls, P. Wijermans, B. Löwenberg, M. Jongen-Lavrencic,
Nadere informatieAML: nieuwe middelen. Moderator Mw. Dr. S. Kersting. Speaker Dr. B.J. Wouters
AML: nieuwe middelen Moderator Mw. Dr. S. Kersting Speaker Dr. B.J. Wouters Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg (IGZ) Naam: B.J. Wouters Organisatie
Nadere informatieKlinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven
Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven Geen (potentiële) belangenverstrengeling Azacitidine, een gekke oorzaak van crazy paving M. Roeven; M. Cruijsen; W. van der Velden, Casus
Nadere informatieMaligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014
Maligne hematologie Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014 Indeling Leukemie acuut AML (acute myeloïde leukemie) ALL (acute lymfoïde leukemie) chronisch CML (chronische myeloïde
Nadere informatieDysplasie in AML en (cyto)genetische. afwijkingen: Chromosoom 3q26 afwijkingen en EVI1
Dysplasie in AML en (cyto)genetische afwijkingen: Chromosoom 3q26 afwijkingen en EVI1 patient 0390606 BM H11-172 8-2-2011 patient 0390606 dag 24 kuur I H11-428 4-4-2011 patient 0390606 dag 24 kuur I H11-428
Nadere informatieDiagnostische score van flowcytometrie in MDS
Diagnostische score van flowcytometrie in MDS Marisa Westers Afdeling Hematologie, VU Medisch Centrum, Amsterdam Flowcytometrie bij MDS MDS is een maligniteit diagnose MDS heeft verstrekkende en levenslange
Nadere informatieGentherapie begint beloftes in te lossen
Gentherapie begint beloftes in te lossen Gerard Wagemaker Vz. Ned. Ver. Gen- en Celtherapie Lid European Union Committee of Experts on Rare Diseases (EUCERD) 12 september 2013 Gentherapie begint beloftes
Nadere informatieSINGLE CELL CYTOPENIE VAN DE RODE REEKS
SINGLE CELL CYTOPENIE VAN DE RODE REEKS Stap 1: Diagnoses uit te sluiten vóór start diagnostiek beenmergfalen In dit stadium wordt patiënt nog niet aangemeld bij de SKION Afbraak Verbruik Aanmaak Minimale
Nadere informatieCHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen
CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen Chronische Myeloïde Leukemie (CML) is een kwaadaardige ziekte van het bloed waarbij alle bloedcellijnen betrokken
Nadere informatieLeukemie op de kinderleeftijd. Eveline de Bont, hoofd kinderoncologie/hematologie, Beatrix Kinderziekenhuis, UMCG, Groningen
Leukemie op de kinderleeftijd Eveline de Bont, hoofd kinderoncologie/hematologie, Beatrix Kinderziekenhuis, UMCG, Groningen André Mulder, arts klinisch chemicus, Laboratoriumgeneeskunde, UMCG, Groningen
Nadere informatieBlasten in perifeer bloed
Man 50 jaar Chronische lymfatische leukemie, RAI stadium 0, zonder criteria van actieve ziekte waarvoor wait and see beleid diep veneuze trombose. 2 dagen later: presentatie op SEH in verband met veel
Nadere informatieTelomeerziekte als oorzaak van beenmergfalen bij volwassenen
203 Telomeerziekte als oorzaak van beenmergfalen bij volwassenen Telomeropathy as cause of bone marrow failure in adults drs. J. Rozenberg1, dr. C.J.M. Halkes2 en prof. dr. M.H.G.P. Raaijmakers3 SAMENVATTING
Nadere informatieVan transplantatie tot pil
Van transplantatie tot pil Ontwikkelingen binnen de afdeling Hematologie Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie samen werken aan de zorg voor kanker Hematologen houden van bloed! Afdeling Hematologie
Nadere informatiePersisterende complete moleculaire remissie na imatinib behandeling voor chronische fase CML. wat nu?
Persisterende complete moleculaire remissie na imatinib behandeling voor chronische fase CML wat nu? J.H.F Falkenburg Afdeling Hematologie Leids Universitair Medisch Centrum Geen conflicts of interest
Nadere informatieFolliculair Lymfoom graad 3B (FL3B)
Nederlandse samenvatting Folliculair Lymfoom graad 3B (FL3B) Inleiding Een maligne lymfoom is een kwaadaardige woekering van witte bloedcellen die zich meestal manifesteert in lymfeklieren en zich verspreidt
Nadere informatieDown syndroom en myeloide proliferaties. Marjolein Blink
Down syndroom en myeloide proliferaties Marjolein Blink Overzicht presentatie Syndroom van Down en leukemie TMD (transiente leukemie) en ML-DS (Myeloid Leukemia of Down Syndrome) TMD screeningsstudie Casus
Nadere informatieAcute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders
Acute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders Casus 47 jarige vrouw Voorgeschiedenis 2004 Primair scleroserende cholangitis 2012 Eindstadium primair scleroserende
Nadere informatieKLINISCH-GENETISCHE KENMERKEN VAN PEDIATRISCHE MYELODYSPLASIE: RECENTE INZICHTEN EN HUN IMPACT OP DIAGNOSE, CLASSIFICATIE EN BEHANDELING
FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Academiejaar 2012-2013 KLINISCH-GENETISCHE KENMERKEN VAN PEDIATRISCHE MYELODYSPLASIE: RECENTE INZICHTEN EN HUN IMPACT OP DIAGNOSE, CLASSIFICATIE EN BEHANDELING
Nadere informatieHet beenmergbiopt bij myelodysplastisch syndroom: toegevoegde waarde bij het stellen van de diagnose en bepalen van de prognose
Het beenmergbiopt bij myelodysplastisch syndroom: toegevoegde waarde bij het stellen van de diagnose en bepalen van de prognose Auteurs Trefwoorden E. Verburgh, C. De Wolf-Peeters en G. Verhoef beenmergbiopt,
Nadere informatieChronische myeloproliferatieve aandoeningen
Lessenreeks Hematologie Chronische myeloproliferatieve aandoeningen Chronische myeloproliferatieve aandoeningen (1) Chronische myeloproliferatieve aandoeningen (2) - overproductie van 1 of meerdere myeloïde
Nadere informatieCytologie Flowcytometrie Cytogenetica Moleculaire diagnostiek Histologie
Kanker Instituut Integrale Diagnostiek Hemato-oncologische Laboratoria Erasmus MC Rotterdam Cytologie Flowcytometrie Cytogenetica Moleculaire diagnostiek Histologie 2018 Introductie Ook in deze vierde
Nadere informatieDe behandeling van MDS en AML met DNA-methyltransferaseremmers
4 De behandeling van MDS en AML met DNA-methyltransferaseremmers Treatment of MDS and AML with DNA methyltransferase inhibitors L.H. van der Helm, A.A. van de Loosdrecht, E. Vellenga en G. Huls Samenvatting
Nadere informatieVoorwaarden. Wordt er geloot? Nee. Bij dit onderzoek speelt loting geen rol.
PSCT 19 (Leukemie, ALL, AML, Multipel Myeloom, CLL, MDS, Hodgkin Lymfoom, Non-Hodgkin lymfoom) / acute lymfatische leukemie, acute myeloïde leukemie, chronische lymfatische leukemie, hodgkinlymfoom, leukemie
Nadere informatieMYELODYSPLASIE. Stef MEERS, MD, PhD Hematoloog Iridium Kankernetwerk Zorgprogramma Oncologie Voorkempen 1 december 2010
MYELODYSPLASIE Stef MEERS, MD, PhD Hematoloog Iridium Kankernetwerk Zorgprogramma Oncologie Voorkempen 1 december 2010 Indeling Pathogenese van MDS Classificatie / Risicostratificatie Behandeling Pathogenese
Nadere informatieSecundaire ijzerstapeling
Secundaire ijzerstapeling een belangrijke chronische transfusiecomplicatie Marlijn Hoeks Hematoloog io Radboudumc PhD student CCTR Sanquin Research Leiden 29-11-2017 1 Inhoud Achtergrond secundaire ijzerstapeling
Nadere informatieVU University Medical Center Amsterdam The Netherlands
VU University Medical Center Hematon openingscongres shared decision making P.C.Huijgens 29 maart 2014 VU University Medical Center VU University Medical Center VU University Medical Center VU University
Nadere informatieCover Page. The following handle holds various files of this Leiden University dissertation:
Cover Page The following handle holds various files of this Leiden University dissertation: http://hdl.handle.net/1887/67416 Author: Eefting, M. Title: Evaluation of donor lymphocyte infusions after allogeneic
Nadere informatieUw brief van Uw kenmerk Datum ---- ---- 29 mei 2009. Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer PAK/29056553 Dr. M.W. van der Linden (020) 797 80 07
Nederlandse Zorgautoriteit Mw. drs. C.C. van Beek MCM Postbus 3017 3502 GA Utrecht Uw brief van Uw kenmerk Datum ---- ---- 29 mei 2009 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer PAK/29056553 Dr. M.W. van
Nadere informatieMOLECULAIRE EN CYTOGENETISCHE AFWIJKINGEN BIJ EEN THERAPIE-
MOLECULAIRE EN CYTOGENETISCHE AFWIJKINGEN BIJ EEN THERAPIE- GERELATEERDE MYELOÏDE NEOPLASIE: NUT VAN DIAGNOSTIEK? ARIANE LUYCKX CAT VOORSTELLING 27-03-2012 PROMOTOR - PROF. DR. N. BOECKX, MET DANK AAN
Nadere informatieTrombocytose. Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014
Trombocytose Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014 Casus 1 Vrouw, 25 jaar Laboratoriumonderzoek hemoglobine 11,2 g/dl 11,0-14,4 hematocriet 0,341
Nadere informatieMYELODYS- PLASTISCH SYNDROOM (MDS) Patiëntenboekje. Myelodysplastische. syndromen (MDS) is een. verzamelnaam voor een. aantal kwaadaardige
Myelodysplastische syndromen (MDS) is een verzamelnaam voor een aantal kwaadaardige beenmergaandoeningen. Kenmerken zijn de afwijkende vormen van de bloedcellen en het onvermogen om gezonde bloedcellen
Nadere informatieEen patiënte met ongebruikelijke blasten. Dr. Kirsten van Lom, afd. Hematologie Dr. King H. Lam, afd. Pathologie
Een patiënte met ongebruikelijke blasten Dr. Kirsten van Lom, afd. Hematologie Dr. King H. Lam, afd. Pathologie Patiënte, 64 jr. Uitstrijk perifeer bloed, beenmergaspiratie en beenmergbiopt bij verdenking
Nadere informatieLaboratoriumdiagnostiek hematologische maligniteiten Radboud universitair medisch centrum
Laboratoriumdiagnostiek hematologische maligniteiten Radboud universitair medisch centrum Versie 3 08-2015 Inhoudsopgave Introductie 3 Contact informatie 4 Benodigde materialen 5 Acute Myeloïde Leukemie
Nadere informatieBloedwaarden. Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014. door Joost Lips
Bloedwaarden Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014 door Joost Lips Aanvraag bloedonderzoek Bloedafname Bewerking afgenomen bloed (1) Kleuren van
Nadere informatieDe achilleshiel van CLL
De achilleshiel van CLL Dr. S.H. Tonino 22 november 2012 Afdeling Hematologie AMC, Amsterdam Chronische lymfatische leukemie 1. wat is chronische lymfatische leukemie (CLL?) 2. behandeling anno 2012 3.
Nadere informatieKlinische Dag. 3 oktober 2013 Disclosure belangen spreker. (potentiële) belangenverstrengeling
Klinische Dag 3 oktober 2013 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen Papiloedeem als eerste presentatie van het POEMS syndroom Dieneke Breukink, ANIOS Interne Geneeskunde R.
Nadere informatieanemie 1.1 Overzicht van de anemieën 1.2 Congenitale anemieën 1.3 Verworven anemieën
I N H O U D hoofdstuk 1 anemie 13 1.1 Overzicht van de anemieën 13 1.2 Congenitale anemieën 16 1.2.1 De thalassemieën 16 1.2.2 Sikkelcelanemie 19 1.2.3 Andere hemoglobinopathieën 22 1.2.4 Aangeboren membraanafwijkingen
Nadere informatieMarlies Peters. Workshop Vermoeidheid
Marlies Peters Workshop Vermoeidheid De ene vermoeidheid is de andere niet Deze vermoeidheid is er plotseling, niet gerelateerd aan geleverde inspanning De vermoeidheid wordt als (zeer) extreem ervaren
Nadere informatieNut en noodzaak van CZS profylaxe bij DLBCL in rituximab tijdperk
Nut en noodzaak van CZS profylaxe bij DLBCL in rituximab tijdperk Moderator P.J. Lugtenburg speaker Jeanette Doorduijn Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg
Nadere informatieStamceltransplantatie
Autologe en allogene Stamceltransplantatie -een wereld van verschil - Dr. S.K. Klein internist-hematoloog 41 Geschiedenis 1950 eerste beenmergtransplantatie 1990 Edward DonnallThomas & Joseph Edward Murray
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting nederlandse samenvatting Algemene inleiding Primair bot lymfoom is een zeldzame aandoening. Het is een extranodaal subtype van het grootcellig B non Hodgkin lymfoom, dat zich
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Het multipel myeloom of de ziekte van Kahler is een kwaadaardige celwoekering van plasmacellen in het beenmerg die een monoklonale zware of lichte keten immunoglobuline produceren.
Nadere informatieHet bi-allelisch Lynch syndroom
Het bi-allelisch Lynch syndroom Wat is het bi-allelisch Lynch syndroom? Het biallelisch Lynch syndroom is een erfelijke ziekte veroorzaakt door twee foutjes in het erfelijk materiaal waardoor kinderen
Nadere informatieRichtlijn voor diagnostiek en behandeling van chronische myeloïde leukemie
Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van chronische myeloïde leukemie naar 1. Onderzoek 236 2. Behandeling 236 2.1 Algemeen 236 2.2 Specifiek 237 3. Chronische myeloïde leukema blastencrise 242 3.1
Nadere informatieMyeloproliferatieve aandoeningen (MPD)
Myeloproliferatieve aandoeningen (MPD) van nieuwe inzichten naar nieuwe behandelingen Reinier Raymakers, internist-hematoloog UMC Utrecht Myeloproliferatieve aandoeningen Toename in bloedcelaanmaak Rode
Nadere informatieStamceltransplantatie
Stamceltransplantatie Wat is een stamceltransplantatie? Een stamceltransplantatie is het toedienen van bloedvormende (hematopoietische) stamcellen. Deze stamceltoediening gebeurt eenvoudigweg langsheen
Nadere informatieCAR-T THERAPIE VOOR ACUTE LEUKEMIE: SUCCESSEN, UITDAGINGEN, OPEN VRAGEN
DIENST HEMATOLOGIE UZ GENT CAR-T THERAPIE VOOR ACUTE LEUKEMIE: SUCCESSEN, UITDAGINGEN, OPEN VRAGEN PENTALFA 15 NOVEMBER 2018 Prof. Dr. Tessa Kerre UZG ACUTE LEUKEMIE: ALL VS AML VS MPAL 2 ALL VS AML Hematopoëse
Nadere informatieFanconi anemie in volwassenen
Fanconi anemie in volwassenen Marc H.G.P. Raaijmakers Erasmus Medisch Centrum Kanker Instituut, Afdeling Hematologie FA familiedag - zaterdag 1 oktober 2016 - Apenheul, Apeldoorn Agenda Fanconi in volwassenen
Nadere informatieMyelodysplastic syndromes in the Netherlands: a population-based study on incidence, primary treatment and survival in the period
Het myelodysplastisch syndroom in Nederland: een population-based onderzoek naar incidentie, primaire behandeling en overleving in de periode 001-010 Myelodysplastic syndromes in the Netherlands: a population-based
Nadere informatieLeukemie/Lymfoom Immunofenotypering. bespreking najaar 2018 Sectie IMCD 22 November 2018 Zwolle
Leukemie/Lymfoom Immunofenotypering bespreking najaar 2018 Sectie IMCD 22 November 2018 Zwolle Woord vooraf: 1. De minimale panels zijn leidend in de beoordeling. 2. Pre-analytische fase wordt in MUSE-rapport
Nadere informatiePatiënten met hematologische maligniteiten in de dagelijkse Nederlandse praktijk: studies op basis van kankerregistraties Dr. Avinash Dinmohamed
Patiënten met hematologische maligniteiten in de dagelijkse Nederlandse praktijk: studies op basis van kankerregistraties Dr. Avinash Dinmohamed Afdeling Onderzoek, Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL),
Nadere informatieAcute Lymfatische Leukemie bij kinderen
Acute Lymfatische Leukemie bij kinderen 6 e symposium hematomorfologie, Rotterdam op 31 maart 2016 Auke Beishuizen Kinderarts oncoloog/ hematoloog Erasmus MC Sophia Kinderziekenhuis Inhoud - Inleiding/
Nadere informatieHow to improve diagnostics in idiopathic cytopenia by using a targeted NGS gene panel. Yannick Wouters Promotor: Dr. Helena Devos
How to improve diagnostics in idiopathic cytopenia by using a targeted NGS gene panel Yannick Wouters Promotor: Dr. Helena Devos Myelodysplastisch syndroom (MDS) Prevalentie en definitie 75 nieuwe diagnoses
Nadere informatie